Jaarverslag 2014 Project Reïntegratie



Vergelijkbare documenten
Jaarverslag Project Reïntegratie. Nazorg voor ex-verslaafden en/of ex-gedetineerden in Katwijk

Productcatalogus 2015

Heeft de persoon straffen of maatregelen die tot executie gebracht moeten worden? ja nee niet bekend/gecheckt

Het 8-fasenmodel. Het 8-fasenmodel. Kennismaking met een praktische manier van planmatig werken in de maatschappelijke opvang

Begeleid Wonen. Maatschappelijke opvang en aanpak huiselijk geweld

Workshop. Toegang tot beschermd wonen in de Wmo 2015

Gevangen in Schuld. over de uitzichtloze schuldsituaties van cliënten van de verslavingsreclassering. door Marc Anderson

Mentrum SAMEN WERKEN AAN HERSTEL EN EEN WAARDEVOL LEVEN. Onderdeel van Arkin

December Hoofdlijnen Meerjarenbeleid ( ) De Brug Midden-Nederland

gezocht: Reclasseringsvrijwilligers maken zich sterk voor Nederlanders in buitenlandse detentie vrijwilligers

Breken met verslaving? De Brug laat je niet in de kou staan!

De Budget Ster: omgaan met je schulden

Het college van de gemeente Geldermalsen;

Jaarverslag 2013 Project Reïntegratie

Jaarverslag 2010 Project Reïntegratie

Kliniek Wolfheze. Informatie voor patiënten

SCHULDHULPVERLENING september

Nee Ja, hoeveel? Klik hier als u tekst wilt invoeren. Klik hier als u een datum wilt invoeren. Klik hier als u tekst wilt invoeren.

informatie voor cliënten FACT-team

Evaluatieverslag Project Reïntegratie 2006

INTEGRAAL LOOPBAAN BEGELEIDINGSPLAN

Forensisch Beschermd Wonen Het Hoogeland. informatie voor verwijzers

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

INFORMATIE VOOR CURSISTEN DÉ SPECIALIST IN NAZORG!

Kliniek Nijmegen. Informatie voor patiënten

Evaluatieverslag Project Reïntegratie 2008

ToReachIt. Acceptance is the beginning of change!!!

Hoofdlijnen. van het

Een stap verder in forensische en intensieve zorg

gewoon meedoen! Ketenzorg met toekomst

Jaarverslag 2011 Project Reïntegratie

Schulddienstverlening

Algemeen. In te vullen aanmeldende partij: Datum aanmelding: Aangemeld door, voor en achternaam: Instantie/instelling: Adres instantie/instelling:

6. Schuldhulpverlening

INFORMATIE VOOR CURSISTEN DÉ SPECIALIST IN NAZORG!

Aanvullende notitie op het Beleidsplan schuldhulpverlening gemeente Menterwolde

[PILOT] Aan de slag met de Hoofdzaken Ster

Antes: altijd de juiste zorg

gewoon meedoen! Ketenzorg met toekomst

Adres. Postcode. Woonplaats. Geboortedatum. Geslacht : man vrouw. Telefoon. Mobiel. adres

STICHTING DE STAM. Doelstelling Visie Voor wie? Door wie? Programma Ketenpartners Instroom & intake Uitstroom & nazorg

Noodzakelijkheidsverklaring budgetbeheer

FACT. Informatie voor verwijzers en professionals

Meander Nijmegen. Samen groot worden. Zorg voor jeugdigen. Begeleiding en (tijdelijk) wonen voor kinderen, jongeren en gezinnen BEGELEID (KAMER) WONEN

Informatie voor doorverwijzers. Aanbod ISKB taalcoaching

Werken, leren en activiteiten

SCHULDHULPVERLENING april

Bemoeizorg Parkstad. Wat is bemoeizorg? Bemoeizorg Parkstad

Expertise. Visie op problematiek

Dagbehandeling. SaRphatIStRaat. Onderdeel van Arkin

Integrale Schuldhulpverlening

24 uurshulp. Met Cardea kun je verder!

Klantreis Terugval dakloosheid. Disgover

Jaarverslag Activiteiten Detentie Nazorg. Humanitas Haagland. Projectnaam Een Nieuwe Kans (ENK) / Buiten Re-integratiecentrum (RIC)

Welkom bij IrisZorg. Informatie voor cliënten

Jeugd en jong volwassenen

Bemoeizorg Parkstad. Volwassenen

Het 8- fasenmodel. Een reisgids voor de begeleiding van het maatje

Clientprofielen maatwerkvoorzieningen Kempengemeenten Reusel-De Mierden, Bergeijk, Bladel en Eersel 19 mei 2014

Informatie voor doorverwijzers Aanbod taalcoaching

Kliniek Zevenaar. Informatie voor patiënten

Enkeltje Assen Kom je uit Assen en zit je voor korte of langere tijd in detentie? Dan is deze folder voor jou.

Cijfers Schuldhulpverlening 2016

Goed Mentorschap. Inhoud. Doelen, uitgangspunten en kwaliteit van werken van de stichtingen mentorschap, aangesloten bij Mentorschap Nederland.

Informatie voor werkgevers

Beschermd thuis wonen en opvang in de regio Utrecht

HANDLEIDING 8-FASENMODEL

Intensive Home Treatment IHT

Intensieve begeleiding naar een betere toekomst. Nieuwe Perspectieven

Zelfstandig leven voor mensen met NAH én psychiatrische problematiek

Jaarverslag 2015 TA RENKUM

IrisZorg. verslavingszorg. en maatschappelijke opvang. dicht bij mensen, ver in zorg

Profiel van daklozen in de vier grote. steden. Omz, UMC St Radboud Nijmegen. IVO, Rotterdam. Jorien van der Laan Sandra Boersma Judith Wolf

Meldingsformulier Begeleiding Ambulant of Dagbesteding

Samenvatting Zorgprogramma De Stam

Beleidsregels Integrale Schuldhulpverlening Gemeente Boxmeer

Persoonsgebonden budget (pgb)

Samenwerking SPV PI Zwolle en ACT

Stichting Jong Actief Trajecten

ZIJN WIE JE BENT EN WIE JE WILT ZIJN. De waarde van de praktijkhuizen van Ixta Noa

Modules Jeugdzorg. Vast & Verder. Centra voor Wonen, Zorg en Welzijn Noord Kwinkenplein 10-A, 9712 GZ Groningen Tel , Fax.

Housing First. Housing First juli 2013 Pag. 1 van 5. Wat is Housing First?

Evaluatieverslag Project Reïntegratie 2007

Armoede & Veerkracht: Hoe vinden mensen met weinig geld hun weg?

werken aan Zelfmanagement en passende zorg

Een recept voor Vakmanschap. Bejegeningsstijl en opleiding van personeel

Toegang tot informatie en omgaan met internet

llochtone meiden en vrouwen in-zicht

v r o u w e n o p v a n g R SA MANUS informatie voor verwijzers

gezocht: Reclasseringsvrijwilligers maken zich sterk voor Nederlanders in buitenlandse detentie vrijwilligers

Buitenlandproject voor slachtoffers van loverboys, eerwraak en huiselijk geweld. Uw zorg... ónze zaak.

Aanmeldformulier Beschermd wonen Flevoland GGD Flevoland

Persoonlijkheidsstoornissen Kortdurend Behandelaanbod

SAMENVATTING BOUWSTENEN ZELFMANAGEMENT EN PASSENDE ZORG

Verbetertraject Zeggenschap / Kwaliteit van Bestaan sector Lichamelijke Gehandicaptenzorg

Melding Beschermd wonen en begeleiding

Begeleid zelfstandig wonen. Voor jongeren met een (lichte) verstandelijke beperking

Wonen, werken, leren en activiteiten

Transcriptie:

Jaarverslag 2014 Project Reïntegratie Nazorg voor ex-verslaafden en/of ex-gedetineerden in Katwijk Stichting Kocon Katwijk, april 2015

Colofon Auteurs: Daniëlle Voskamp en Thea Guijt Contactpersonen: Daniëlle Voskamp, e-mail: danielle@debrughelpt.nl Thea Guijt, e-mail: info@kocon.nl Uitgiftemaand: april 2014 Uitgever: Stichting Kocon, Callaoweg 1, 2223 AS, Katwijk Downloaden: via www.kocon.nl

Inhoudsopgave Inleiding... 2 Hoofdstuk 1 Verloop 2014... 3 1.1 Aanmeldingen... 3 1.2 Mentoren... 4 1.3 Het Indicatieteam... 4 1.4 Het casemanagement... 4 1.5 Verloop 2014 op basis van 8 leefgebieden... 5 1.5.1 Huisvesting... 5 1.5.2 Financiën... 8 1.5.3 Sociaal Functioneren... 11 1.5.4 Psychisch functioneren... 14 1.5.5 Zingeving... 15 1.5.6 Praktisch Functioneren... 16 1.5.7 Lichamelijk Functioneren... 18 1.5.8 Dagbesteding... 19 Hoofdstuk 2 Financiën 2014... 22 2.1 Toelichting Rekening 2014 Project Reïntegratie... 23 Hoofdstuk 3 Knelpunten en aanbevelingen... 24 3.1 Aanpak knelpunten en aanbevelingen uit 2013... 24 3.2 Knelpunten 2014... 25 3.3 Aanbevelingen voor 2015... 26 Bijlagen... 27 Bijlage 1 Doel, doelgroep en organisatie Project Reïntegratie... 28 Bijlage 2 Werkwijze Project Reïntegratie... 32 Bijlage 3 Toelichting woonvoorzieningen... 35 Bijlage 4 Begrippenkader bij jaarverslag... 37

Inleiding In dit jaarverslag van het Project Reïntegratie geeft Stichting Kocon de inhoudelijke en financiële resultaten weer over het jaar 2014. Het project is gestart in 2002 en richt zich op exverslaafden en/of ex-gedetineerden die na behandeling of vrijlating clean zijn. Het doel is een zelfstandig leven zonder terugval in riskant gebruik van alcohol en drugs en/of criminaliteit. Ook jongeren die voor het eerst in aanraking komen met politie en/of alcohol en/of drugs kunnen deelnemen. Binnen het Project Reïntegratie werken organisaties als De Brug Midden-Nederland, Brijder Verslavingszorg, GGZ Duin -en Bollenstreek en de woningbouwcorporatie samen. Dankzij de inspanningen van een vaste groep vrijwilligers, de mentoren, is het mogelijk om exverslaafden en ex-gedetineerden intensieve begeleiding te bieden. De uitvoering van het casemanagement ligt in handen van De Brug Midden-Nederland. De eindverantwoording ligt bij Stichting Kocon. Sinds maart 2011 is het Project Reïntegratie nauw betrokken bij de uitvoering van de lokale nazorg van ex-gedetineerden uit Katwijk. Leeswijzer In dit jaarverslag is gekozen voor een andere vorm voor het beschrijven van het verloop en de resultaten met als doel om het verloop en de behaalde resultaten duidelijker weer te geven. Uitgangspunt vormen de 8 leefgebieden. Omdat deze nieuwe vorm van rapporteren een andere werkwijze van dataverzameling vraagt, is de rapportage voor 2014 nog niet geheel consistent. 2014 is in dat opzicht een overgangsjaar. Hoofdstuk 1 beschrijft de begeleiding van de deelnemers op basis van de 8 leefgebieden, de behaalde resultaten en de bijzonderheden. In Hoofdstuk 2 is de financiële verantwoording te vinden en Hoofdstuk 3 geeft de aanbevelingen weer. Bijlage 1 geeft informatie over doel, doelgroep, criteria voor deelname, samenwerkingspartners en de organisatie. In Bijlage 2 is informatie te vinden over de werkwijze en Bijlage 3 geeft een overzicht met uitleg van de genoemde woonvoorzieningen in dit jaarverslag. Bijlage 4 geeft een toelichting op de gebruikte begrippen. Zonder de enorme inzet van de mentoren en de inzet vanuit De Brug, Brijder en de GGZ Duinen Bollenstreek is het re-integratieproject niet mogelijk. Het Platform en Stichting Kocon is de medewerkers van alle betrokken organisaties, centrumgemeente Leiden en de gemeente Katwijk zeer erkentelijk voor de wijze waarop zij het project ondersteunen. Kocon hoopt ook in de komende jaren een bijdrage te leveren aan het maatschappelijk herstel van ex-verslaafden en/of ex-gedetineerden in Katwijk. Uw opmerkingen en suggesties zijn altijd van harte welkom. Namens het bestuur van Stichting Kocon Nico van der Stel Voorzitter Stichting Kocon Pagina 2

Hoofdstuk 1 Verloop 2014 Dit hoofdstuk geeft de cijfers en het verloop weer in 2014. In 2014 zijn 25 deelnemers begeleid. In de periode juni 2002 t/m december 2014 gaat het om de begeleiding van 175 deelnemers. 1.1 Aanmeldingen In 2014 waren er 18 nieuwe aanmeldingen voor deelname, waarvan 13 personen zijn toegelaten. De andere personen zijn verwezen naar andere hulp. HERKOMST AANMELDINGEN IN 2014 Lokale nazorg ex-gedetineerden Aantal: 12 De Brug Aantal: 4 Zelf Aantal:2 Alle gedetineerden uit Katwijk worden door de trajectbegeleiders van het Nazorgteam bezocht in de gevangenis en zijn daarmee ook in beeld. Bij een behoefte aan (meer) begeleiding, volgt een aanmelding voor het Project Reïntegratie. In 2014 ging het om 12 ex-gedetineerden, waarvan 10 personen zijn toegelaten als deelnemer. Dit betreft ook de ex-gedetineerden die al bekend waren bij de zorginstellingen vanwege verslavingsproblematiek. De personen die in een kliniek verbleven en voor nazorg in aanmerking kwamen waren in 2014 minder in beeld. Overzicht herkomst aanmeldingen Aanmelding via 2002 t/m 2009 2010 2011 2012 2013 2014 Totalen 2008 Eigen initiatief 40 6 2-2 5 2 57 De Brug (o.a. via het Inloophuis) 29 13 13 3 6 3 4 71 Politie 28 2 2 - - - - 32 PI Scheveningen/ PI Zoetermeer/ PI Alphen 11 - - - 1 1-13 Familie, vriend, kennis 9 1 1-2 2 15 Advocatuur 6 - - - 1 2-9 Brijder of GGZ 5-1 - - - - 6 Overig 3-1 - - - - 4 Gevangenenzorg Nederland 3 - - - - - - 3 Gemeente Katwijk (Nazorg ex-gedetineerden) 3-1 11 15 12 12 54 Welzijnskwartier (voorheen Factor Welzijn, jongerenwerk) 3 - - - - - - 3 Platform Kocon 2 1 - - - - - 3 Reclassering Leiden 1-1 - - - - 2 De Hoop 2-1 - - - 3 Totalen 143 23 23 14 27 25 18 275 Pagina 3

1.2 Mentoren In 2014 waren er 7 mentoren (2 vrouwen en 5 mannen), allen afkomstig uit Katwijk. De 7 mentoren die nu aan het project verbonden zijn, doen dit al geruime tijd. In 2014 werd met 10 mentoren gestart maar enkele vrijwilligers waren genoodzaakt te stoppen omdat zij het mentorschap niet meer konden combineren met een betaalde baan of privé omstandigheden. De mentoren kwamen regelmatig (gemiddeld 1x per 6 weken) bij elkaar onder leiding van de casemanager voor uitwisseling van ervaringen en ondersteuning. Deze bijeenkomsten verliepen naar tevredenheid en zijn heel waardevol voor de mentoren. Op vraag van de casemanager welke behoefte de mentoren hadden op het gebied van training, kwam naar voren dat er vraag was naar een stuk educatie en training in het kader van Motiverende Gespreksvoering. Eind 2014 namen de mentoren deel aan deze training, waarbij er tevens oog was voor praktijksituaties. De mentoren waren erg tevreden over de training. De trainer, tevens ervaringsdeskundige, was een zeer ervaren trainer op het gebied van verslavingszorg en kon de mentoren extra handvatten bieden voor het begeleiden van de deelnemers in het Project Reïntegratie. Het voornemen is om in 2015 een verdiepende training op dit gebied uit te voeren. 1.3 Het Indicatieteam Het Indicatieteam, drie medewerkers afkomstig van GGZ Duin- en Bollenstreek, Brijder en van De Brug (de casemanager), kwam regelmatig bij elkaar of er was contact via de mail. Tijdens elk overleg werd de voortgang van de deelnemers met een Koconwoning besproken en/ of werd besloten of een deelnemer in aanmerking kwam voor een Koconwoning. Bij een uitgesteld advies voor een Koconwoning stimuleerde de casemanager de deelnemer in actie te komen om uiteindelijk wel in aanmerking te komen voor een woning. In 2014 is de samenwerking in het Indicatieteam naar tevredenheid verlopen en is onder andere discussie gevoerd over de aanpak en de duur van de begeleiding. Het Indicatieteam is van mening dat het termijn voor een 2-jarige begeleiding van een deelnemer met een Koconwoning gehandhaafd moet worden. Gelet op het verleden van de deelnemers en de overgang naar zelfstandig wonen wordt begeleiding als noodzakelijk gezien om de kans op een succesvolle afronding zo groot mogelijk te laten zijn. 1.4 Het casemanagement De intakefase van de deelnemers lag in handen van de casemanager. Deze stelde telkens in samenspraak met de deelnemer een individueel begeleidingsplan op. Tijdens de uitvoering van het begeleidingsplan vervulde de casemanager een sturende rol op de achtergrond om het proces te volgen en zo nodig bij te stellen. De casemanager werd op de hoogte gehouden van het verloop van de begeleiding door de mentor. De leiding van de (tussentijdse) evaluatiegesprekken over het verloop en het behalen van de doelen zoals geformuleerd in het begeleidingsplan, lag in handen van het casemanagement Vanuit het casemanagement is er in 2014 sprake geweest van samenwerking met verschillende instanties waar de deelnemers in zorg waren. De casemanager had hier vanuit het Project Reïntegratie een aansturende taak. Het onderhouden van contact met onder andere de reclassering en nazorg vormde een belangrijk onderdeel. Daarnaast was het aanhouden van het Pagina 4

contact met verschillende instanties van belang in het kader van het onder de aandacht brengen van het project waaruit eventuele aanmeldingen kunnen voortvloeien. De start van de woonvoorziening Instapwoning in 2014 zorgde ervoor dat overleg ten behoeve van afstemming en rolverdeling tussen de casemanager van het Project Reïntegratie en het Nazorgteam belangrijk was. In december 2014 vond een personele wisseling plaats in het casemanagement. Dit had geen invloed op de samenwerking met externe instanties. 1.5 Verloop 2014 op basis van 8 leefgebieden De deelnemers van het Project Reïntegratie hebben hulpvragen op meerdere leefgebieden. De casemanager brengt voor iedere deelnemer de voor hem/haar relevante leefgebieden in beeld gebracht en brengt accenten aan. Dit wordt omschreven in het begeleidingsplan en vormt de leidraad voor de begeleiding binnen het Project Reïntegratie. In Bijlage 2 wordt de werkwijze nader omschreven. Aan de hand van 8 leefgebieden volgt hieronder een beschrijving over de begeleiding van de deelnemers. Na een korte toelichting van een leefgebied, volgt telkens een beschrijving van het aantal deelnemers dat hulpvragen had op desbetreffend gebied en welke doelen zijn behaald, gedeeltelijk behaald of niet behaald zijn. Daarnaast worden eventuele knelpunten en bijzonderheden beschreven van desbetreffend leefgebied. 1.5.1 Huisvesting Het leefgebied huisvesting gaat om de woonsituatie van de deelnemer. Het kan zijn dat de betrokken deelnemer dakloos is, binnen een tijdelijke woonvoorziening verblijft, tijdelijk bij familie of kennissen verblijft of een andere vorm. Het doel is om de deelnemer waar nodig te begeleiden naar een vorm van huisvesting waar hij binnen zijn mogelijkheden zo zelfstandig mogelijk kan leven. Voor de één zal dat het huren van een kamer of een zelfstandige woning zijn, voor de ander kan dit een begeleide woonvariant zijn. Ook kan het zo zijn dat een Pagina 5

deelnemer naar een tijdelijke woonvoorziening begeleid wordt en vanuit daar op zoek gaat naar een zelfstandige woning of zich aanmeldt voor een Koconwoning. Hulpvragen In 2014 waren er 12 nieuwe hulpvragen van deelnemers en 13 deelnemers die al binnen het project verbleven met een hulpvraag op het gebied van huisvesting. Het ging hier om deelnemers die vanuit detentie of de kliniek kwamen, deelnemers die dakloos waren of die vanuit het Woonhuis van de Brug kwamen en in aanmerking wilde komen voor een Koconwoning 1. Behaalde doelen Van alle deelnemers (25) welke in 2014 begeleiding ontvingen en een doel hadden op het gebied van huisvesting behaalde 10 deelnemers het gestelde doel. Voor 11 deelnemers loopt dit proces nog; zij hebben het doel gedeeltelijk behaald. Voor 4 deelnemers geldt dat zij het doel niet behaalden. Behaald Doorstroomwoning: Woonhuis: Instapwoning: Particuliere sector: Koconwoning: 2 deelnemers zijn geplaatst in de Doorstroomwoning. Hiervan verhuisde 1 deelnemer naar de woning van zijn vriendin. 1 deelnemer kon geplaatst worden in het Woonhuis. 2 deelnemers zijn geplaatst in de Instapwoning (waarvan er 1 verhuisd is naar zijn vriendin). 3 deelnemers vonden huisvesting in de particuliere sector. 2 deelnemers woonden al in een Koconwoning en hebben hun twee jarig traject positief afgesloten; zij hebben nu een zelfstandige huurwoning. Gedeeltelijk In Koconwoning: Toekenning Koconwoning: Koconwoning uitgesteld: Aanmelding Koconwoning: Begeleide woonvorm: Niet dakloos wel op zoek: 4 deelnemers maken gebruik van een Koconwoning. Bij een goed verloop wordt het begeleidingstraject afgerond in 2015 of 2016. 2 aanvragen voor een Koconwoning zijn in 2014 toegekend. Momenteel wordt er voor hen een Koconwoning gezocht via woningbouwcorporatie Dunavie. Bij 1 deelnemer is de toewijzing van de Koconwoning uitgesteld; deze deelnemer werkt nog aan de benodigde vaardigheden op het leefgebied huisvesting. 1 deelnemer heeft zich eind december 2014 aangemeld voor een Koconwoning. De aanvraag wordt in januari 2015 besproken in het indicatie overleg waardoor zijn hulpvraag op het gebied van huisvesting nog in behandeling was in 2014. 1 deelnemer is nog op zoek naar een passende begeleide woonvorm in verband met LVG problematiek. 1 deelnemer is weliswaar niet dakloos maar is samen met zijn vriendin op zoek naar een particuliere woonruimte. 1 In Bijlage 3 is nadere uitleg te vinden over het Woonhuis van De Brug en de zogeheten Koconwoning Pagina 6

Alternatieve tijdelijke woonplek maar weer dakloos en op zoek : 1 deelnemer is tijdens zijn deelname aan het Project Reïntegratie geplaatst in een alternatieve tijdelijke woonplek. Vanwege het veroorzaken van overlast is de deelnemer weer dakloos geraakt waardoor de deelnemer momenteel weer op zoek is naar huisvesting. Niet behaald Vier deelnemers behaalde het doel op het gebied van huisvesting niet. Onaangekondigd vertrokken: 1 deelnemer verbleef in de Instapwoning als tijdelijke huisvesting maar is onaangekondigd vertrokken uit de woning en zocht ook geen contact meer met de begeleiding. Terugval in gebruik: 1 deelnemer verbleef in het Woonhuis en had zich aangemeld voor een Koconwoning. De deelnemer is terug gevallen in riskant genotmiddelen gebruik, waardoor zijn verblijf in het Woonhuis is gestopt. Hierna heeft de deelnemer het contact met zowel de Brug als het Project Reïntegratie beëindigd. Voldeed niet aan voorwaarden:1 deelnemer had al huisvesting maar had zich bij het Project Reïntegratie aangemeld voor een Koconwoning. Aangezien de deelnemer niet voldeed aan de voorwaarden is er geen Koconwoning toegekend. De deelnemer wenste geen verdere begeleiding of contact met het Project Reïntegratie. Recidive/ detentie: In 1 situatie ging het om beëindiging van deelname aan het Project Reïntegratie vanwege een recidive wat betreft detentie. Huisvesting Naar particuliere woonplek; 3 Koconwoning aangevraagd; 2 Naar tijdelijke plek (Caravan); 1 Naar de doorstroomwoning (De Brug); 2 Naar de instapwoning (gemeente); 2 Naar het woonhuis (De Brug Begeleid); 1 Werkt toe naar Koconwoning/ in koconwoning; 8 Bijzonderheden leefgebied huisvesting Voor de meeste deelnemers geldt dat er veel moet gebeuren voordat zij in staat zijn om zelfstandig te kunnen wonen. Dit vraagt een stabiele situatie en het op orde brengen van de financiën en/of het krijgen van professionele hulp ten behoeve van de psychische gesteldheid. Hiervan is veelal geen sprake, wat betekent dat deelnemers zonder huisvesting niet direct in aanmerking kunnen komen voor een Koconwoning. Hiertoe is er in Katwijk de afgelopen jaren Pagina 7

naar tussenoplossingen gezocht, waarmee meer perspectief geboden kan worden dan verwijzing naar het Slaaphuis voor daklozen in de gemeente Leiden. Het gaat om tijdelijke woonvoorzieningen, zoals de Instapwoning, het Woonhuis of de Doorstroomwoning (zie Bijlage 3). Deze voorzieningen zijn van groot belang. Vanuit een tijdelijke woonvoorziening kan er toegewerkt worden naar een stabiele situatie waarna de deelnemer vervolgens capabel genoeg is om zelfstandig te gaan wonen. In 2014 heeft het Project Reïntegratie diverse malen gebruik gemaakt van de tijdelijke woonvoorzieningen. Tijdelijke woonvoorzieningen De tijdelijke woonvoorzieningen bieden de deelnemers vergroten de slagingskans voor een de mogelijkheid om (weer) te ervaren en te oefenen hoe Kocontraject" het is om in de maatschappij te wonen en hoe de deelnemer kan anticiperen op gebeurtenissen. Hierdoor waren deelnemers beter voorbereid als zij vervolgens de stap maakten naar het zelfstandig wonen. Bovendien dragen deze woonvoorzieningen er aan bij dat er minder uithuiszettingen plaats vinden. 1.5.2 Financiën Binnen het leefgebied financiën gaat het om de financiële situatie en het bestedingspatroon van de deelnemer. Het kan zijn dat de deelnemer schulden heeft, geen inkomsten of moeite heeft zijn administratie te beheren. Het doel is om de deelnemer te helpen inzicht en stabiliteit te Tussen wal en schip Veel (ex-)verslaafden die na hun gevangenisstraf hun leven weer op de rails proberen te krijgen, kampen met onoplosbare schuldenproblemen. De Hogeschool Utrecht onderzocht in opdracht van de Stichting Verslavingsreclassering GGZ (SVG) hoe de gemeentelijke schuldhulpverlening voor mensen met verslavingsproblemen en een crimineel verleden is geregeld. Gemeenten moesten vanaf 2012 twintig miljoen euro op de schuldhulpverlening bezuinigen. Tegelijkertijd groeit het aantal aanvragen van schuldhulpverlening door toedoen van de crisis al jaren: van 44.000 in 2008 naar 89.000 in 2013. Omdat gemeenten meer mensen moeten helpen met minder geld, is de selectie strenger. Gemeenten toetsen aanvragers op hun motivatie en beoordelen in hoeverre hun financiële administratie op orde is. Er mogen geen openstaande boetes zijn en geen recent beroep op schuldhulpverlening. Van de 14.000 mensen die in verslavingsreclassering zitten, heeft de helft ernstige schulden. Zij komen nauwelijks door de kritische toetsing van gemeenten heen. Het gevolg is dat deze mensen tussen wal en schip vallen met gemiddeld 14 schuldeisers achter zich aan, waaronder veel overheidsinstellingen zoals de Belastingdienst en het Centraal Justitieel Incassobureau. In de afgelopen jaren zijn de middelen verruimd die zij hebben om de schuld op te eisen. Zo mag de Belastingdienst direct geld van iemands rekening afschrijven en het Zorginstituut geeft boetes voor te laat betaalde zorgpremies. Bron: Rapport Gevangen in schuld. Over de uitzichtloze schuldsituaties van cliënten van de verslavingsreclassering. Hogeschool Utrecht. Juli 2014 krijgen in zijn financiële situatie, zijn inkomsten, uitgaven en schulden, zodat de deelnemer binnen zijn mogelijkheden zelf in staat is zijn financiën te regelen en schulden weg te werken/voorkomen. Veel deelnemers hebben te maken met schuldenproblematiek waar ze zelf geen uitweg in zien. Schuldenproblematiek kan soms ook de aanleiding zijn voor terugval. Vanuit het casemanagement wordt veel aandacht besteed tijdens de intake aan dit onderwerp door de huidige situatie uit te vragen en de diverse mogelijkheden qua ondersteuning die er zijn op dit gebied te bespreken. De mentor kan bijvoorbeeld helpen bij het structureren van de financiële papieren door samen met de deelnemer openstaande schulden op te vragen en wekelijks de post te openen met de deelnemer. Pagina 8

Administratieve ondersteuning vanuit externe instanties waarbij geholpen wordt met het structureren van papierwerk, het krijgen van overzicht betreffende in en uitgaven en het afspreken van betalingsregelingen is vaak noodzakelijk. De schuldenlast kan soms zo zwaar en complex zijn dat er voor gekozen wordt een budgetbeheerder, bewindvoerder of curator in te schakelen die tijdelijk het hele financiële pakket overneemt. Problematiek op het gebied van financiën geeft vaak een hoge mate van stress wat een negatief effect heeft op het welzijn van de deelnemer. De deelnemer heeft over het algemeen al een lange tijd te maken met financiële problemen en heeft hierin zijn eigen manier gevonden om mee om te gaan. Het gebruik van middelen verdooft vaak het machteloze gevoel en gebrek aan controle wat men heeft over de financiën. Financiële problematiek kan dan ook leiden tot een terugval op het gebied van verslaving en kan worden gezien als een risicofactor. Hulpvragen In 2014 waren er 10 nieuwe hulpvragen van deelnemers en 12 deelnemers die al binnen het project verbleven met een hulpvraag op het gebied van financiën. Het ging hier om deelnemers die geen inkomsten hadden en/of waarbij sprake was van schuldenproblematiek. Behaalde doelen De 22 deelnemers die in 2014 begeleiding ontvingen op het gebied van financiën hadden allemaal te maken met schuldenproblematiek. Bij 17 deelnemers werden de doelen behaald op (verschillende doelen van) het gebied financiën. Behaald Aangemeld schuldhulpverlening: 8 deelnemers zijn in 2014 aangemeld voor de gemeentelijke schuldhulpverlening (via het Budget Informatie Punt/ BIP). Betalingsregelingen: 5 deelnemers troffen in 2014 een betalingsregeling met hun schuldeiser(s). Uitkering toegewezen: 8 deelnemers deden een beroep gedaan op een uitkering en kregen deze toegewezen. Bewindvoerder: 3 deelnemers kregen in 2014 een bewindvoerder. Curator: 1 deelnemer diende een verzoek voor het aanstellen van een curator in. Administratieve ondersteuning: 2 deelnemers hebben administratieve ondersteuning aangevraagd en ontvangen voor hun financiële administratie. Aanmelding Voedselbank: 2 deelnemers meldden zich aan bij de Voedselbank Katwijk. Voor de behaalde doelen op het gebied van financiën geldt dat een deelnemer meerdere doelen behaald kan hebben. Bijvoorbeeld er is zowel een uitkering aangevraagd als een betalingsregeling afgesproken. Gedeeltelijk Vier deelnemers hebben een gedeeltelijk hun doel(en) op het gebied van financiën bereikt. Hierbij was er sprake van een aangevraagde en toegewezen uitkering maar er werd verder niets bereikt wat betreft het aanpakken van aanwezige schulden. Niet begeleidbare houding: Eenzijdig afbreken contact: 3 deelnemers hadden een niet begeleidbare houding ten opzichte van het aanpakken van de aanwezige schulden. Bij 2 van de 3 hierboven genoemde deelnemers was sprake van kortdurende begeleiding (± 3 maanden) waarna de deelnemers Pagina 9

Te lage inkomsten: het contact met het project Reïntegratie hebben verbroken. Zij lieten niets meer van zich horen ondanks verschillende pogingen vanuit de begeleiding om in contact te komen met de deelnemer. 1 deelnemer raakte tijdens zijn deelname aan het project dakloos waardoor zijn inkomsten te laag waren om nog iets aan zijn schulden te kunnen doen. Niet behaald Op het gebied van financiën bereikte 1 deelnemer niets doordat de deelnemer tijdens zijn traject niet aan zijn schulden wilde werken. Knelpunten Een jarenlang knelpunt op het gebied van financiën is in 2014 voor een deel opgelost. Voor deelnemers met een tijdelijke woonplaats, bijvoorbeeld een zomerhuis of caravan, was het niet mogelijk om een uitkering aan te vragen omdat dit geen officieel adres was waarmee inschrijving bij de gemeente mogelijk was. In bepaalde situaties is het nu mogelijk om met de gemeente afspraken voor maatwerk te maken, waarbij bekeken wordt of de deelnemer een postadres bij de gemeente kan krijgen. In 2014 is vanuit het Project Reïntegratie drie maal succesvol gebruik gemaakt van deze regeling voor maatwerk. Met het verkrijgen van een postadres was het voor deelnemers mogelijk om een daklozenuitkering aan te vragen en schulden op te vragen bij schuldeisers zodat het maken van een overzicht mogelijk werd. Het hebben van schulden en het ontbreken van financieel overzicht is een terugkerend probleem bij de doelgroep van het Project Reïntegratie. Zo vormen openstaande boetes aanleiding voor een zogeheten gijzeling (Wet Mulder boetes) en ook in 2014 was hiervan sprake. Soms is het mogelijk om in het kader van gemeentelijke schuldhulpverlening afspraken te maken met het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) in de vorm van bevriezing of betalingsafspraken. Dit is echter niet altijd mogelijk. Pagina 10

Wanneer een deelnemer opgepakt wordt voor een openstaande boete en vervolgens een periode in detentie zit/ gegijzeld wordt, dan heeft dit invloed op de hoogte van de uitkering. Voor elke dag dat de deelnemer in detentie zit wordt hij gekort op zijn uitkering. Hierdoor komen deelnemers in de problemen met het nakomen van betalingsregelingen of het betalen van de vaste lasten. Dit kan vervolgens nieuwe schulden opleveren wat, zeker in het geval van een schuldhulpverleningstraject, niet wenselijk is. Het ontstaan van nieuwe schulden kan vervolgens resulteren in het afbreken van Het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) int verkeersboetes, strafrechtboetes en schadevergoedingen. Het CJIB is een bijzondere schuldeiser, waarvoor speciale regels gelden. Het CJIB hoeft niet akkoord te gaan met een voorstel tot schuldregeling. Het CJIB mag bijvoorbeeld een voorstel tot finale kwijting weigeren. In de volgende gevallen moet het CJIB wel akkoord gaan met een voorstel: 1. U betaalt uw schuld in drie jaar geheel af; 2. U betaalt uw schuld in drie jaar gedeeltelijk af, maar het overige bedrag wordt niet kwijtgescholden. Dit overgebleven bedrag moet u na afloop van de schuldregeling of het WSNP-traject in (een beperkt aantal) termijnen aflossen. het schuldhulpverleningstraject met als gevolg dat de deelnemer een aantal jaren niet meer in aanmerking komt voor schuldhulpverlening. Op deze manier blijft de deelnemer in een spiraal van een negatieve financiële positie hangen. Mede vanwege de landelijke publiciteit en het protest van rechters over het uitvoeren van gijzelingen is de verwachting dat er in 2015 een gijzelingsverzoek nieuwe stijl komt, waarin meer rekening gehouden wordt met de financiële positie van de schuldenaar. 1.5.3 Sociaal Functioneren Binnen het leefgebied sociaal functioneren, gaat het om de relatie tussen de deelnemer en diens omgeving (waaronder het gezin, de familie, de hulpverleners), inclusief het maatschappelijk gedrag. Binnen de doelgroep is vaak sprake van een beperkt vangnet/netwerk of dat er sprake is van verkeerde vrienden. Dit kan de kans op recidive, uitval of terugval vergroten. Het doel is om de deelnemer bewust te maken van zijn netwerk, te zien wat hij nodig heeft en de keuzes die hij hierin kan maken zodat hij een gezond sociaal netwerk heeft waar hij op terug kan vallen. Vaak is er bij deze doelgroep sprake van een beperkt sociaal netwerk. Dit heeft vaak te maken met het verleden van de persoon. Wanneer er sprake is geweest van een verslaving of criminele activiteiten heeft dat vaak een grote impact gehad op het netwerk. Familie en/of vrienden houden afstand of hebben het contact verbroken omdat oneerlijkheid of het gebruik van alcohol of drugs daar aanleiding toe gaven. Andersom komt ook voor: sommige deelnemers zijn teleurgesteld in anderen of de maatschappij en verbreken hierdoor zelf het contact. Het komt regelmatig voor dat verslaafden en/ of ex-gedetineerden een alternatief netwerk hebben opgebouwd dat voornamelijk bestaat uit criminelen of verslaafden, waardoor het moeilijk is om (weer) aansluiting te vinden bij anderen. Het aantal ondersteunende contacten is afgenomen en er sprake van een beperkt netwerk. Deelnemers van het Project Reïntegratie zijn vaak verbonden aan toezicht vanuit de reclassering of een openstaande taakstraf vanuit de reclassering. Hulpvragen In 2014 waren er 9 nieuwe deelnemers en 10 deelnemers die al binnen het project verbleven met een hulpvraag op het gebied van sociaal functioneren. 11 van de 19 deelnemers hebben in 2014 Pagina 11

hun doel(en) op het gebied van sociaal functioneren behaald. 8 deelnemers hebben hun doel(en) gedeeltelijk behaald. Het ging hierbij om doelen op verschillende aspecten van het sociaal functioneren zoals; de relatie tussen de deelnemer en zijn omgeving Het sociaal functioneren kwam eigenlijk altijd aan bod tijdens onze ontmoetingen. Hoe het gesprek ook verliep - door het hele proces heen heb ik geleerd dat je als hulpverlener of mentor iets kunt aanreiken, adviseren, maar de regie is in handen van de cliënt. De cliënt moet zijn eigen weg vinden in zijn eigen proces en daarin kun je een stimulerende, bemoedigende rol spelen. Citaat van een mentor (gezin/familie/hulpverlening). Bij deze deelnemers was er sprake van een afwezig of een beperkt vangnet/ netwerk. Bij deze deelnemers stond dan ook het opbouwen of intensiveren van een sterk vangnet/netwerk centraal. Daarnaast waren er ook hulpvragen gericht op het maatschappelijk gedrag van de deelnemers zoals het nakomen van afspraken met de reclassering. Er waren een aantal deelnemers welke meerdere doelen hadden betreffende het leefgebied sociaal functioneren. Zo waren er bijvoorbeeld deelnemers die als doel hadden om hun netwerk te versterken maar ook een doel hadden wat betreft het nakomen van de afspraken met instanties. Behaalde doelen Behaald Netwerk versterkt/ opgebouwd: 11 deelnemers behaalden hun doel op het gebied van sociaal functioneren door het opbouwen van een vangnet/netwerk. Hierbij is er onder andere gebruik gemaakt van een Eigen Kracht conferentie 2. Daarnaast is het opbouwen of versterken van het netwerk door de mentoren en woonbegeleiders een terugkerend onderwerp in de begeleiding geweest. Door het voeren van gesprekken over het netwerk van de deelnemer en het stimuleren tot uitbreiding en onderhouden van contact kregen de deelnemers ondersteuning in het opbouwen of versterken van hun netwerk. Contact met reclassering: 3 deelnemers hebben hun doel op het gebied van sociaal functioneren behaald door het nakomen van de afspraken met de reclassering. Het betrof het uitvoeren van een taakstraf en/ of een meldingsplicht. Familiegesprekken: 2 deelnemers met een Koconwoning voerden familiegesprekken in het kader van de aanvraag van een Koconwoning, hetgeen als voorwaarde geldt bij het gebruik hiervan. De familieleden van beide deelnemers werden op uitnodiging van de deelnemers intensief betrokken bij het reintegratietraject. Gedeeltelijk Niet nakomen afspraken reclassering: 3 deelnemers zijn niet alle afspraken met de reclassering na gekomen. Het niet nakomen van de meldplicht, resulteerde in een telexplaatsing en/of het terugplaatsen in detentie. 2 Met de Eigen Kracht-conferentie wordt beoogd dat de deelnemer zelf de verantwoordelijkheid neemt om problemen op te lossen met behulp van zijn sociale netwerk. De bedoeling is dat de deelnemer regie over zijn eigen leven neemt en samen met zijn netwerk onderzoekt hoe de deelnemer zijn problemen wil en kan aanpakken. Pagina 12

Contact reclassering nog niet afgerond: 2 deelnemers kwamen de afspraken in 2014 goed na, maar de afspraken lopen nog door in 2015. Gedeeltelijk netwerk/vangnet: 3 deelnemers behaalden hun doel wat betreft het opbouwen/versterken van het netwerk gedeeltelijk. Bij 1 deelnemer was er ook enige weken geen contact met de hulpverlening van het Project Reïntegratie. Knelpunten Het leefgebied sociaal functioneren is een belangrijk onderdeel voor de re-integratie van de deelnemers in de maatschappij. Het netwerk van de deelnemer heeft een ondersteunende functie. Een terugkerend knelpunt is dat er bij de deelnemers vaak sprake is van een beschadigd netwerk. Ervaringen uit het verleden maken deelnemers of het netwerk wantrouwend om het contact weer te herstellen. Een gevoel van schaamte vanuit de deelnemer richting bijvoorbeeld de familie is iets wat vaak gezien wordt. De deelnemer schaamt zich dan voor zijn gedrag in het verleden en de consequenties die dit heeft gehad. Het opbouwen van een netwerk of het herstellen van de relatie kost over het algemeen veel tijd. Het is een proces waarbij de deelnemer vaak graag de regie in eigen handen houdt en zijn tempo zelf wil bepalen. Het vertrouwen van zowel de deelnemer als het beschadigde netwerk moet hersteld worden. Een netwerk wordt over het algemeen niet in een aantal weken opgebouwd en het maken van kleine stapjes in het gehele proces zorgt ervoor dat het opbouwen of versterking van het netwerk langzaam gaat. Daarnaast is er nog een groep deelnemers die weigeren om hun netwerk uit te breiden en aangeven hier geen behoefte aan te hebben. Hierbij is er vaak sprake van een gebeurtenis in het verleden welke schade aangericht heeft voor wat betreft het vertrouwen richting de mensheid. Ook wil men vaak in eerste instantie hulp bij praktische dingen die voor de deelnemers een hoge prioriteit hebben. Doordat er dit jaar is gestart met een nieuwe wijze van resultaat weergave in het jaarverslag is het opgevallen dat er op het gebied van sociaal functioneren een aantal knelpunten zijn. Het Project Reïntegratie onderkent het belang van het opbouwen van een steunend netwerk. In 2015 zal er meer aandacht zijn voor dit leefgebied. Pagina 13

1.5.4 Psychisch functioneren Het psychisch functioneren, richt zich op het 'welbevinden' van de deelnemer, inclusief een eventueel psychiatrisch ziektebeeld en verslavingsgedrag. Het doel is om samen met de deelnemer in kaart te brengen wat er nodig is om het terugvallen in criminaliteit en/ of verslaving te voorkomen of het stabiliseren van een psychiatrisch ziektebeeld. Gelet op de zwaarte van de problematiek is het vaak noodzakelijk voor de deelnemers om hiervoor professionele hulp te zoeken in de vorm van behandeling. Hulpvragen In 2014 waren er 14 deelnemers met een hulpvraag op het gebied van psychisch functioneren. Hiervan waren 5 deelnemers gestart met de begeleiding in 2014 en 9 deelnemers die al binnen het project verbleven met een hulpvraag op het gebied van psychisch functioneren. Het ging hierbij om zowel verslavingsproblematiek en/of een psychiatrisch ziektebeeld. Behaalde doelen Van alle deelnemers (14) welke in 2014 begeleiding ontvingen en een doel hadden op het gebied van psychisch functioneren hebben er 7 het doel behaald en 5 van hen zijn nog bezig om het doel te behalen. 1 deelnemer heeft zijn doel op het gebied van psychisch functioneren gedeeltelijk behaald en 1 deelnemer heeft zijn doel op het gebied van psychisch functioneren niet behaald. Behaald Opname kliniek: Ambulante behandeling: 1 deelnemer van het Project Reïntegratie is in 2014 toegeleid naar een opname in een verslavingskliniek. Deze deelnemer was ten tijde van zijn aanmelding clean wat betreft alcohol maar kreeg na een aantal weken een terugval. Hierna stimuleerde de begeleiding hem voor een opname om aan zijn psychiatrische/verslavingsproblematiek te werken. 6 deelnemers zijn een behandeling voor psychiatrische/verslaving gerelateerde problematiek gestart en hebben deze afgerond. Deze behandelingen zijn uitgevoerd in de vorm van een ambulante behandeling. Gedeeltelijk In behandeling / aangemeld: Niet behaald Geen behandeling gestart: 6 deelnemers waren op 31 december 2014 aangemeld en/ of gestart met een behandeling voor psychiatrische/verslaving gerelateerde problematiek maar hadden deze nog niet afgerond. 5 hiervan volgde behandeling bij de Waag en/ of waren in de intakefase en 1 was in behandeling bij de verslavingszorg. 1 deelnemer brak de behandeling voortijdig af. 1 deelnemer heeft zijn doel op het gebied van psychisch welbevinden niet behaald omdat hij niet in staat was om clean te blijven en ook geen behandeling wilde. Pagina 14

Bijzonderheden In 2014 is er 1 deelnemer begeleid vanwege een zedendelict. De betreffende deelnemer is in 2014 aangemeld voor behandeling in het kader van zijn zedendelict bij de Waag in Leiden. In 2014 is er 1 deelnemer aangemeld voor een opname in een verslavingskliniek vanwege de ernst van zijn verslavingsproblematiek. In eerste instantie ging het om ambulante behandeling, maar vanwege een suïcide poging volgde een opname in het ziekenhuis. Mede dankzij samenwerking en korte lijnen lukte het om versneld een opname te regelen. In 2014 waren er 10 deelnemers vanuit het Nazorgteam ex-gedetineerden. In de praktijk bleek dat er voor deelnemers na een verblijf in detentie meer geregeld moet worden dan voor deelnemers aangemeld vanuit een kliniek. Vanwege de complexiteit van een aantal trajecten is hierbij ook woonbegeleiding ingezet. 1.5.5 Zingeving Zingeving is datgene wat de deelnemer motiveert om te leven (bijvoorbeeld een levens- of geloofsovertuiging). Het kan zijn dat de deelnemer weinig motivatie heeft om voor te werken, dat hij niet weet waar hij het voor doet of zou doen. Het doel hierin is om met de deelnemer te bekijken wat belangrijk is in zijn leven, wat hij wil bereiken en waarom. Zingeving kan cliënten motiveren om door te gaan en de gestelde doelen na te streven. Zingeving beslaat een groter gebied dan enkel de levens-of geloofsovertuiging van een deelnemer. Het gaat over wat belangrijk is voor de deelnemer en wat hem motiveert om zijn traject aan te gaan. Dit is vaak terug te vinden in de toekomstplannen of wensen die de deelnemers hebben. Dit zijn zaken die tijdens informele gesprekken aan de orde komen met de mentoren. Hulpvragen In 2014 waren er 4 nieuwe deelnemers en 1 deelnemer die al deelnam aan het project met een hulpvraag op het gebied van zingeving. Behaalde doelen Van de 5 deelnemers welke een doel hadden op het gebied van zingeving hebben 4 deelnemers hun doel behaald. 1 deelnemer heeft zijn doel gedeeltelijk behaald. In de praktijk blijkt dat er weinig concrete doelen opgesteld worden in het begeleidingsplan onder het leefgebied zingeving. Deelnemers zijn in het begin van het re-integratietraject voornamelijk gericht op praktische zaken welke voor hen de hoogste prioriteit hebben. Vaak blijken deelnemers wel iets te hebben wat hen drijft om het re-integratietraject in te gaan wat indirect verband heeft met hetgeen ze willen bereiken in de toekomst. Deze zingevingsaspecten komen ter sprake in de informele gesprekken met de mentoren en niet of minder tijdens het intakegesprek met de casemanager. Behaald Bezoeken van kerkdiensten: Gesprekken over zingeving: 2 deelnemers versterkte de verwaterde contacten met hun kerk. 2 deelnemers voerden diverse gesprekken met de casemanager en/ of mentor over de zin van het leven. Pagina 15

Gedeeltelijk Gesprek over zingeving: Bijzonderheden 1 deelnemer voerde gesprekken met de mentor en de casemanager over de zin van het leven. Zijn wens om aansluiting te vinden in een kerk door een kerkdienst bij te wonen voerde hij niet uit. Dit voornemen is naar 2015 verschoven. Het lage aantal deelnemers met doelen op het gebied van zingeving bij het Project Reïntegratie in 2014 lijkt verschillende oorzaken te hebben. Enerzijds vanwege de lage prioriteit die deelnemers aan dit leefgebied geven en anderzijds omdat andere leefgebieden veel tijd in beslag nemen. Er wordt binnen het Project Reïntegratie per deelnemer voornamelijk gewerkt aan de leefgebieden welke voor de deelnemer op dat moment de hoogste prioriteit hebben. In de praktijk blijkt het vaak zo te zijn dat het werken aan drie verschillende leefgebieden veel tijd in beslag neemt zodat anderen leefgebieden niet of later aan de orde komen. Daarnaast is het zo dat er veelal geen expliciete hulpvraag ligt op het gebied van zingeving maar dat dit indirect aan de orde komt tijdens de gesprekken met de casemanager en de mentor. Voor de deelnemers zijn bijvoorbeeld het hebben van inkomen en onderdak van groter belang en basisbehoeften. Het hebben van een relatie of opbouwen van een gezin zijn wensen die in de toekomst kunnen liggen maar waarvoor eerst andere stappen ondernomen moeten worden om een stabiele situatie te krijgen waarvan uit toegewerkt kan worden naar een doel in de toekomst. Uit onderzoek van Movisie (2010) komt eveneens naar voren dat het leefgebied zingeving over het algemeen onderbelicht blijft in de begeleiding. Dit heeft verschillende oorzaken. De problematiek van cliënten kan zo complex zijn dat zingevingsvragen worden gemarginaliseerd. Dringende problemen worden het eerst aangepakt. Zo bezien is zingeving [..] een luxeprobleem (De Loef, Utrecht: 11). Vanuit een hiërarchisch behoeftebegrip bezien is het noodzakelijk om eerst in de lagere levensbehoeften te voorzien: voeding, onderdak en structuur in het dagelijks bestaan. Structuur bevordert voorspelbaarheid en dat kan een gevoel van veiligheid bieden. Pas dan komt er ruimte voor sociale behoeften. Hier is echter wel een spanningsveld voelbaar: enerzijds staat zingeving aan de basis van het begeleidingstraject omdat het gaat over motivatie, inspiratie en richting geven, anderzijds komen zingevingsvragen vaak pas tegen het einde van de begeleiding expliciet in zicht nadat de basisbehoeften zijn vervuld. Zingevingsvragen worden aan het begin van een hulpverleningstraject veelal niet als urgent ervaren. Het vertalen van algemene zingevingsvragen naar concrete drijfveren lijkt essentieel om aansluiting te kunnen vinden bij het perspectief van de cliënt. Zo kan de motivatie van de cliënt beter worden benut. Uit dit onderzoek blijkt dat dit leefgebied vaak een ondergeschoven kindje is: niet zozeer omdat het niet van belang is, maar omdat het lastig te vangen is. Zingeving is niet zozeer een verloren dimensie, als wel een onderbelichte (Movisie 2010). 1.5.6 Praktisch Functioneren Bij praktisch functioneren, gaat het om huishoudelijke vaardigheden, technische vaardigheden en taalvaardigheden. Het doel is dat de deelnemer in staat is om mee te kunnen draaien in het maatschappelijk verkeer met betrekking tot computer- en administratieve vaardigheden, plannen en organiseren en zich voldoende mondeling en schriftelijk kan uitdrukken in het Nederlands. Pagina 16

Hulpvragen In 2014 waren er 9 nieuwe (2014) deelnemers en 8 deelnemers die al binnen het project verbleven met een hulpvraag op het gebied van praktisch functioneren. Het ging hierbij om het ontwikkelen van vaardigheden (in sommige gevallen door middel van een cursus) en het wijzen van de juiste wegen in het vinden van hulp of bereiken van doelen. Daarnaast was voor veel deelnemers het ontwikkelen of op peil houden van de woonvaardigheden een aandachtspunt. Behaalde doelen Van alle deelnemers (17) die in 2014 begeleiding ontvingen en een doel hadden op het gebied van praktisch functioneren hebben 14 deelnemers hun doel behaald. De overige 3 deelnemers hebben hun doel op dit leefgebied gedeeltelijk behaald. Het kwam voor dat een deelnemer meerdere doelen had binnen het leefgebied praktisch functioneren. Behaald Woonvaardigheden ontwikkeld: 13 deelnemers werkten aan hun doelen op het gebied van praktisch functioneren door het ontwikkelen of op peil houden van de woonvaardigheden. De deelnemers die gebruik maakten van een Koconwoning kregen op onverwachte momenten bezoek van een huiscontroleur. Een huiscontroleur controleert of een deelnemer een ordelijk huis heeft, of er geen alcohol aanwezig is (indien sprake van alcoholverslaving) en of er geen onbevoegden in huis zijn. Deze controle gaf, naast de preventieve werking hiervan i.v.m. terugval of het niet nakomen van afspraken, aanleiding om de vaardigheden op het gebied van zelfstandig wonen te bespreken en waar nodig bij te stellen. Daarnaast gaven de mentoren en woonbegeleiders aandacht aan de woonvaardigheden door observatie en de bespreking hiervan tijdens de huisbezoeken. Waar nodig werd aansturing en tips gegeven. Bij de desbetreffende 13 deelnemers zijn er in 2014 geen noemenswaardige problemen geweest. Praktische vaardigheden ontwikkeld: 2 deelnemers hebben hun praktische vaardigheden vergoot. Bij 1 deelnemer vond dit plaats door te oefenen in de manier waarop contacten met instanties plaats konden vinden met behulp van een rollenspel. Ook werd besproken welke stappen er nodig waren voor het bereiken van een doel. De deelnemer is hierdoor zelfstandiger geworden in het regelen van zaken en contacten leggen en onderhouden met externe instanties. De andere deelnemer ontwikkelde samen met zijn begeleider vaardigheden in het kader van sollicitaties. Hierbij was er ook aandacht voor presentatie onder andere qua kleding. Gedeeltelijk Woonvaardigheden nog niet op peil: 1 deelnemer heeft het op peil krijgen van de woonvaardigheden op het gewenste niveau gedeeltelijk behaald. Dit blijft in 2015 een leerdoel. Gestart met coachingtraject: 1 deelnemer startte met een coaching traject aangeboden door zijn werkgever. Samen met een werkcoach (van een extern bedrijf) wordt aan de ontwikkeling van vaardigheden gewerkt, waaronder sollicitaties. Dit traject eindigt in april 2015. Praktische vaardigheden onvolledig ontwikkeld: 1 deelnemer is halverwege 2014 gestopt met zijn acties t.b.v. praktische vaardigheden; hij kwam er niet aan toe om zich aan te melden voor een opleiding. Pagina 17

Bijzonderheden De deelnemers met een doel op het gebied van praktisch functioneren hadden over het algemeen met name een doel qua woonvaardigheden. Het is bijzonder dat er op dit gebied geen noemenswaardige problemen zijn geweest bij de deelnemers. Daarnaast is het opvallend dat er weinig tot geen cursussen of trajecten zijn gevolgd om de praktische vaardigheden te vergroten door bijvoorbeeld het starten van een computercursus. In 2015 zal dit meer aandacht krijgen in de trajecten van de deelnemers. Omdat een groot gedeelte van de deelnemers in het Project Reïntegratie voorheen in een tijdelijke woonvoorziening verbleven, beschikken veel deelnemers vaak al over woonvaardigheden welke in de tijdelijke woonvoorzieningen aangeleerd zijn. 1.5.7 Lichamelijk Functioneren Het leefgebied lichamelijk functioneren richt zich op de fysieke gesteldheid van de deelnemer en de zelfzorg. Zijn er lichamelijke of fysieke klachten, hoe gaat de deelnemer daarmee om en wat kan hij doen? Het doel is om de deelnemer te helpen een gezonde leefstijl te hanteren en/of externe hulp hiervoor in te schakelen. Hulpvragen In 2014 waren er 4 nieuwe (2014) deelnemers en 8 deelnemers die al binnen het project verbleven met een hulpvraag op het gebied van lichamelijk functioneren. Het ging hierbij om lichamelijke klachten waarvoor externe hulp ingeschakeld diende te worden om behandeling te kunnen realiseren en de lichamelijke klachten te stabiliseren. Daarnaast zijn de deelnemers gestimuleerd in deelname aan een sport wat in een aantal gevallen succes had. Soms hadden deelnemers meerdere doelen binnen het gebied lichamelijk functioneren. Behaalde doelen Van de 12 deelnemers welke in 2014 begeleiding ontvingen en een doel hadden op het gebied van lichamelijk functioneren hebben er 9 deelnemers hun doel(en) behaald. Daarnaast waren er 3 deelnemers op 31 december 2014 nog bezig om het doel te behalen. Pagina 18

Behaald Bezoek huisarts/ziekenhuis: 5 deelnemers brachten een bezoek aan de huisarts of het ziekenhuis in verband met lichamelijke klachten waarvoor behandeling of medicatie nodig was. De doelgroep van het Project Reïntegratie is vaak niet gewend om aandacht te schenken aan hun lichamelijke gesteldheid. Vanuit het project worden de deelnemers gestimuleerd om wel aandacht te schenken aan hun lichamelijke klachten. Sport: 4 deelnemers zijn actief aan de slag gegaan met sport; sportschool (2x), zwemmen en voetbal. Wanneer de financiële situatie van de deelnemer daartoe aanleiding gaf is vanuit het project een financiële tegemoetkoming geregeld. Gedeeltelijk Behandeling ziekenhuis: 1 deelnemer bevond zich op 31 december 2014 nog in de opstartende fase van zijn behandeling in het ziekenhuis. Nakomen afspraken specialist onvolledig: 1 deelnemer met meerdere doelen op het gebied van lichamelijk functioneren kon de afspraak met de specialist niet nakomen vanwege een detentie. Plan van aanpak, nog niet afgerond: 1 deelnemer sprak met zijn mentor over zijn lichamelijke klachten en de noodzaak om af te vallen. Aan de hand hiervan is er een plan van aanpak gemaakt door de deelnemer. Dit plan van aanpak is gestart in 2014 en krijgt een vervolg in 2015. Knelpunt Bij de meeste deelnemers is er sprake van weinig motivatie om hun lichamelijk functioneren te verbeteren door bijvoorbeeld te gaan sporten. Een gedeelte van de deelnemers heeft wel enige motivatie om te starten met een sportactiviteit maar haken af wanneer duidelijk wordt dat de sportvergoeding niet alle kosten vergoed. Het kopen van bijvoorbeeld sportkleding of een gedeelte van een abonnement zelf betalen weerhoudt deelnemers er van om daadwerkelijk gebruik te maken van de sportvergoeding. De deelnemers van het Project Reïntegratie leggen de prioriteiten bij het krijgen van onderdak/ een woning, betaald werk en het oplossen van financiële problemen. Zaken die van belang zijn als onderdeel voor langdurig herstel (zoals het opbouwen van een sociaal netwerk, sporten etc.) krijgen minder prioriteit en stuiten ook op weerstand vanuit de deelnemers. Bijzonderheid Een van de drie deelnemers met een doel op het leefgebied lichamelijk functioneren lag enige tijd in coma in het ziekenhuis op de afdeling intensive care. Hierna had de deelnemer veel tijd nodig om te herstellen onder meer naar aanleiding van de coma waardoor nieuwe lichamelijke klachten zijn ontstaan waar de deelnemer voor behandeld moest worden. 1.5.8 Dagbesteding Het leefgebied dagbesteding richt zich op de daginvulling van de deelnemer. Besproken wordt in hoeverre er sprake is van werk (betaald of vrijwillig), andere vormen van sociale activering, studie of hobby s. Dagbesteding is een manier om zinvol bezig te zijn, geestelijk en sociaal Pagina 19

actief te blijven en biedt structuur in het dagelijks leven. Door te werken, leren of activiteiten te doen, voelen deelnemers zich gewaardeerd en bouwen ze zelfvertrouwen op. Hulpvragen In 2014 zijn er 23 deelnemers begeleid met een doel op het gebied van dagbesteding. Van de 23 deelnemers waren er 9 nieuwe (2014) deelnemers en 14 deelnemers die al binnen het project verbleven met een hulpvraag op dit gebied. Het ging hierbij om het krijgen van dag invulling in de vorm van betaald of vrijwilligerswerk. Het kwam voor dat een deelnemer meerdere doelen had binnen het leefgebied dagbesteding. Dit betekent dat een deelnemer bijvoorbeeld zowel een taakstraf als dagbesteding had aangevuld met vrijwilligerswerk bij de Kringloop. Behaalde doelen Van alle deelnemers (23) welke in 2014 begeleiding ontvingen en een doel hadden op het gebied van dagbesteding hebben er 19 het doel behaald. Hiervan hebben 8 deelnemers een invulling qua dagbesteding gevonden in de vorm van vrijwilligerswerk. Drie deelnemers vonden dagbesteding in het doen van sollicitaties in het kader van het vinden van betaald werk. Twee deelnemers hebben een combinatie van betaald werk aangevuld met vrijwilligerswerk in de Kringloopwinkel van de Brug en 5 deelnemers vonden dagbesteding in de vorm van betaald werk. 1 deelnemer voerde een taakstraf uit. Bij 4 deelnemers lukte het niet om het doel te behalen, vanwege het niet nakomen van afspraken bij de afgesproken dagbesteding (vrijwilligerswerk Kringloop). De desbetreffende personen werkte niet mee aan het vinden van een andere vorm van dagbesteding. Behaald Vrijwilligerswerk: 8 deelnemers hebben een invulling qua dagbesteding gevonden in de vorm van vrijwilligerswerk: 4 bij de Kringloop, 1 door het geven van voorlichtingen over verslaving op scholen in combinatie met vrijwilligerswerk voor Tafeltje dekje, 1 door het uitvoeren van vrijwilligerswerk voor de voetbal, 1 door het uitvoeren van vrijwilligerswerk voor de Brug, 1 door het uitvoeren van vrijwilligerswerk aangeboden vanuit de gemeente Katwijk. Uitvoeren taakstraf: Sollicitatie training: 1 deelnemer voerde een taakstraf uit. 3 deelnemers hadden dagbesteding in het kader van het vinden van betaald werk (vacatures zoeken, sollicitaties oefenen en uitvoeren). Combinatie vrijwilligerswerk & betaald werk: 2 deelnemers combineerden betaald werk met vrijwilligerswerk in de Kringloopwinkel. Betaald werk: 5 deelnemers hadden betaald werk. Pagina 20