BCG EBIs integriteit, waarden en normen versus toezicht VTOI De Dag van het Toezicht 17 april 2015
DRIE DIMENSIES VAN INTEGRITEIT Integriteit door het volgen van regels 3
Goed Moreel oordelen Argumenten Goed Wat moet ik doen? Fout Dit zeggen de regels! 4
DRIE DIMENSIES VAN INTEGRITEIT Integriteit door regels te volgen Integriteit door je morele kompas te volgen 5
Moedig (laf overmoedig) Wijs (dom dogmatisch) Matig (ascetisch overvloedig) Rechtvaardig (onrechtvaardig irrationeel)
DRIE DIMENSIES VAN MORALITEIT Moraliteit door regels te volgen Moraliteit door dialoog met elkaar Moraliteit door je eigen morele kompas te volgen 7
Moreel kompas bestuurders en toezichthouders Kwetsbaar: geen moreel beleid Zeer kwetsbaar: geen moreel kompas en geen moreel beleid Duurzaam:moreel kompas en moreel beleid Kwetsbaar: geen moreel kompas Integriteitbeleid van de organisatie 8
MOREEL DILEMMA PRIVÉLEVEN: ANS EN HANS 9
Stephanie 10
ANS EN HANS, VERVOLG 11
DE BONUS: EEN PRAKTIJKVERHAAL De jaarlijkse bonus van het bestuur hangt af van de jaarwinst. In december 2013 blijkt de winst meer dan voldoende om de maximum bonus uit te keren. De Raad van bestuur verzoekt u er mee akkoord te gaan dat de winst die boven de voor de bonus benodigde winst uitstijgt af te romen: Voorzieningen treffen die in 2014 kunnen vrijvallen. Dit stelt de bonus voor het bestuur in 2014 grotendeels veilig. U krijgt te horen dat dit beneden de materialiteitsgrens van de accountant valt. Daarmee zou het ook geaccepteerd moeten worden door de accountant. Bovendien: het nemen van extra voorzieningen getuigt van voorzichtigheid. De resultaten 2013 zouden dus wel wat lager worden. Honoreert u het verzoek van de RvB? 12
PRAKTIJKVOORBEELDEN VAN MORELE DILEMMA S Benoem een persoonlijk voorbeeld; Waarin u zelf de hoofdrol speelt; Waarin een morele ja/nee vraag centraal staat; Dat concreet is; Dat u interessant vindt om met collega s te bespreken. 13
14
toepassing Morele basisbeginselen Deugd-ethiek Gevolgen-ethiek Beginsel-ethiek (kardinale deugden: houden het midden tussen 2 ondeugden) (het grootste geluk voor het grootste aantal mensen) (in overeenstemming met een norm of beginsel) en als je er niet uitkomt Pas toe of leg uit (morele vuistregel na introspectie) 15
16
GEVOLGEN-ETHIEK Bij ethiek moet je altijd vragen: wat zijn de gevolgen? Doe wat voor iedereen het beste is. Het grootste geluk voor het grootste aantal mensen. Dan moet je helaas de man in de linker tunnel opofferen voor de andere drie. 17
ABCD ABCD ABCD ABCD 18
BEGINSEL-ETHIEK Ethiek is een zaak van principes (regels, beginselen, plichten). Er zijn dingen die je nooit mag doen, wat de gevolgen ook zijn. Bijv. stelen, doden. Daarom mag de chirurg de ene patiënt niet doden, om de andere drie te redden. 19
De rechercheur 20
MORELE VUISTREGEL PAS TOE OF LEG UIT Houd je aan het beginsel (pas de regels toe). Maar wat te doen je als de gevolgen voor jou duidelijk zwaarder wegen? Bewust de regels overtreden te allen tijde met goede argumenten kunnen uitleggen. Er mee rekenen dat je er niet mee weg komt. 21
PRAKTIJKVOORBEELDEN VAN MORELE DILEMMA S Benoem een persoonlijk voorbeeld; Waarin u zelf de hoofdrol speelt; Waarin een morele ja/nee vraag centraal staat; Dat concreet is; Dat u interessant vindt om met collega s te bespreken. 22
Zes STAPPEN 1. Welke beslissing moet ik nemen? 2. Met wie moet je rekening houden? 3. Wat zegt de gedragscode? 4. Welke argumenten voor en tegen zijn er? 5. Wat is mijn conclusie? 6. Doe ik het ook? 23
INTEGRITEIT DOOR DIALOOG Gezamenlijk onderzoek met als onderzoeksvraag een lastige kwestie, een dilemma: moet ik nu wel of niet..., waar ligt de grens...
INTEGRITEIT VEREIST: Zorgvuldigheid rekening houden met rechten, belangen en welzijn alle belanghebbenden Navolgbaarheid, uitlegbaarheid beslissen op basis van goede argumenten Overleg Een organisatie waarin ethiek vanzelfsprekend is, is veel kwetsbaarder dan een organisatie waarin het een voortdurend onderwerp is van twist en gesprek 25
Graag aandacht voor de volgende vragen: Gelet op hetgeen aan de orde is geweest in de workshop: Welke competentie van een toezichthouder staat hierbij centraal? Welke betekenis hecht u daar dan aan? Hoe vult uw groep deze competentie dan in? Hoe zien we dat? Welke woorden zijn daarbij relevant? Dit heel beknopt in steekwoorden opschrijven. In het middagprogramma wordt er vervolg aangegeven.
LITERATUUR: Adam Smith (1723-1790) The Theory of Moral Sentiments (1759) An Inquiry into the Nature and Causes of the Wealth of Nations (1776) Aristoteles (384 322 v. Chr.) Ethica John Stuart Mill (1806 1873) Utilitarianism (1861) Jeremy Bentham (1748 1832) An Introduction to the Principles of Morals and Legislation (1789) Immanuel Kant Grundlegung zur Metaphysik der Sitten (1785) 27