Moerdijk Brede school Bosselaar-Zuid ruimtelijke onderbouwing identificatie planstatus projectnummer: datum: 192303.16298.00 05-06-2012 ontwerpversie projectleider: opdrachtgever: ir. G.J.G. Bokelman Woningstichting Brabantse Waard auteur: ing. D.J. Willems R.008/03 gecertificeerd door Lloyd s conform ISO 9001: 2000 aangesloten bij: RBOI - Rotterdam bv Delftsestraat 17 a Postbus 150 3000 AD Rotterdam telefoon (010) 413 06 20 E-mail: info@rboi.nl
Inhoud 1. Inleiding 3 1.1. Aanleiding 3 1.2. Vigerend bestemmingsplan 3 1.3. Reden omgevingsvergunning 3 1.4. Doel 4 1.5. Leeswijzer 4 2. Bouwplan 5 2.1. Het plangebied 5 2.2. Bouwplan 5 3. Onderzoek 9 3.1. Inleiding 9 3.2. Verkeersomgeving rondom de school 9 3.3. Schaduwanalyse 10 3.4. Uitvoerbaarheid 11 3.5. Conclusie 11 Bijlage: 1 Bezonningstekeningen. Adviesbureau RBOI 192303.16298.00 Rotterdam
2 Inhoud Plankaart vigerend bestemmingsplan Bosselaar-Zuid en ligging plangebied (rode cirkel) Plankaart vigerend bestemmingsplan Bosselaar-Zuid - detail locatie Brede school 192303.16298.00 Adviesbureau RBOI Rotterdam
1. Inleiding 3 1.1. Aanleiding De woningcorporatie Brabantse Waard heeft een omgevingsvergunning ingediend voor het bouwen van een Brede school in de nieuwe woonwijk Bosselaar-Zuid te Zevenbergen. Dit gebouw biedt een onderkomen voor een basisschool, een peuterspeelzaal, een kinderdagverblijf en een buitenschoolse opvang. Deze Brede school past grotendeels qua bestemming en locatie binnen het vigerende bestemmingsplan Bosselaar-Zuid. Qua bouwhoogte is er echter een geringe overschrijding en het beoogde gebouw ligt deels buiten het vigerende bouwvlak. 1.2. Vigerend bestemmingsplan Ter plaatse van het plangebied vigeert het bestemmingsplan Bosselaar-Zuid. Dit bestemmingsplan is vastgesteld op 18-12-2008, goedgekeurd door de Gedeputeerde Staten op 14-07-2009 en op 22 december 2010 is na de uitspraak van de Raad van State het bestemmingsplan onherroepelijk geworden. De bestemming op de gronden van het plangebied is Maatschappelijke voorzieningen. In de doeleindenomschrijving in artikel 7.1 van de voorschriften van het vigerende bestemmingsplan staat dat hier onderwijsvoorzieningen zijn toegestaan. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan aangegeven op de plankaart, dit is 9 m. 1.3. Reden omgevingsvergunning Het beoogde bouwplan past niet geheel binnen de juridische kaders van het vigerende bestemmingsplan vanwege geringe overschrijdingen van de bouwhoogte en het bouwvlak. Bouwhoogte Het beoogde gebouw past qua doeleindenomschrijving binnen het vigerende bestemmingsplan. Ten aanzien van de beoogde bouwhoogte is er een overschrijding van 0,5 m omdat het beoogde Brede schoolgebouw 9,5 m is. Omdat in het vigerende bestemmingsplan geen binnenplanse afwijkingsbevoegdheid aanwezig is voor kleine afwijkingen van de in het plan opgenomen percentages en afmetingen kan vooralsnog geen omgevingsvergunning voor het bouwen van deze Brede school worden afgegeven. Omdat het ook niet mogelijk blijkt het bouwplan zodanig aan te passen dat het gebouw binnen de voorgeschreven bouwhoogte van 9 m kan worden gerealiseerd, wordt een aanvraag gedaan voor het afwijken van de voorgeschreven bouwhoogte in het bestemmingsplan. Adviesbureau RBOI 192303.16298.00 Rotterdam
4 Inleiding Bouwvlak In onderstaande figuur is de grens van het gebouw de gele lijn geprojecteerd op het vigerende bouwvlak. Hierop is zichtbaar dat het overgrote deel van het gebouw binnen het bouwvlak is gelegen met uitzondering van de noordwesthoek van het gebouw. Hier is een overschrijding van maximaal 2 m. Detail bouwvlak en bouwplan (gele lijn) 1.4. Doel Dit document vormt de ruimtelijke onderbouwing en is de basis voor de omgevingsvergunning voor het afwijken van het bestemmingsplan. Ontwikkelingen waarbij wordt afgeweken van het bestemmingsplan dienen te voldoen aan een goede ruimtelijke ordening. In deze onderbouwing wordt dit aangetoond waarbij de nadruk ligt op de beeldkwaliteiteffecten van de verhoging en het aspect schaduwwerking. 1.5. Leeswijzer In hoofdstuk 2 wordt de locatie, het vigerende bestemmingsplan en het bouwplan toegelicht. In hoofdstuk 3 worden de resultaten van de onderzoeksaspecten beschreven. In bijlage 1 zijn de schaduwtekeningen opgenomen. 192303.16298.00 Adviesbureau RBOI Rotterdam
2. Bouwplan 5 2.1. Het plangebied Bestaande situatie Het plangebied ligt aan de zuidkant van Zevenbergen in de te ontwikkelen wijk Bosselaar- Zuid. Thans is dit nog open agrarisch gebied ten zuiden van de woonwijk Bosselaar. De nieuwe wijk Bosselaar-Zuid De nieuwe woonwijk Bosselaar heeft een dichte groene beplantingszone die tevens de noordelijke begrenzing van het plangebied vormt. Ten westen grenst de wijk Bosselaar-Zuid aan de Allenweg die op de oostelijke waterkering langs de Roode Vaart ligt. De oostzijde wordt begrensd door de spoorlijn tussen Roosendaal en Dordrecht. Aan de zuidzijde grenst de nieuwe wijk aan een smalle greppelsloot. De hoofdstructuur van het woongebied Bosselaar-Zuid wordt verankerd door de randen en door een tweetal 'assen'. Aan de noordzijde vormt de groene rand rond de bestaande wijk Bosselaar de hechting met Zevenbergen. Aan de oostzijde is een groene zone langs de spoorlijn geprojecteerd. De zuidzijde is open: vanuit de wijk is zicht over de open polder. De westelijke rand hecht zich via een groene openbare zone aan de dijk langs de Roode Vaart. De twee belangrijkste structuurdragers van het woongebied Bosselaar-Zuid zijn de oostwestas van de Verlengde Zuidrand en noord-zuidas van een open schegvormige ruimte. Ligging in de nieuwe wijk Bosselaar-Zuid De beoogde Brede school ligt op de kruising van de twee structuurdragers. De hoofdoriëntatie van het gebouw is op de oost-westas omdat hier de entree van het gebouw is gepositioneerd. 2.2. Bouwplan Beschrijving bouwplan Het beoogde gebouw in de te ontwikkelen wijk Bosselaar-Zuid is bedoeld voor een basisschool, een peuterspeelzaal, een kinderdagverblijf en een buitenschoolse opvang (BSO). De hoofdmassa van de basisschool bestaat uit twee vleugels langs de straten Aquamarijn en de Zuidrand en een middenstuk waaraan de schoolpleinen zijn gelegen. Het gebouw bestaat uit twee bouwlagen voor de lokalen, een speellokaal, keuken, werkruimten en personeelsruimten. Door de plaatsing van de brievenbussen en de naam van de basisschool op de zuidgevel heeft dit de stedenbouwkundige uitstraling van een hoofdentree. De bouwmassa langs de Zuidrand heeft een bouwhoogte van 9,5 m omdat de sporthal op de 1 e etage is gelegen. Een tweede reden voor de hogere bouwhoogte is de positionering van de luchtbehandelingskast (LBK) in het middengedeelte van de basisschool. Door te kiezen voor deze locatie van de LBK is er meer ruimte voor inpandig ventilatiekanalen. Adviesbureau RBOI 192303.16298.00 Rotterdam
6 Bouwplan Stedenbouwkundig plan Bosselaar-Zuid - ligging plangebied (rode cirkel) Bouwhoogte en peilmaat In het vigerende bestemmingsplan Bosselaar-Zuid is de bouwhoogte van de basisschool op 9 m gesteld. Deze hoogte wordt gemeten vanaf het peil zoals deze geregeld is in artikel 1.39 van het vigerende bestemmingsplan: a. voor een gebouw, waarvan de hoofdtoegang grenst aan de weg: de hoogte van de kruin van de weg; b. voor andere gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde: de gemiddelde hoogte van het afgewerkte terrein ter plaatse van de bouw; c. voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gebouwd boven watergangen of waterpartijen: het waterpeil. In dit geval is sub a niet van toepassing omdat de hoofdentree aan de zuidzijde niet direct aan de hoofdweg ligt. Dan geldt sub b; de bouwhoogte wordt dan bepaald vanaf het afgewerkte terrein ter plaatse. De hoogte van het aansluitende terrein is op basis van de ontwerptekeningen 150 mm +NAP. De maximale bouwhoogte van de dakrand van de gymzaal is 9.490 mm +NAP. De bouwhoogte is daarmee 9.490 mm 150 mm = 9.340 mm. In deze onderbouwing is dit afgerond op 9.500 mm. 192303.16298.00 Adviesbureau RBOI Rotterdam
Bouwplan 7 Bouwhoogte Adviesbureau RBOI 192303.16298.00 Rotterdam
8 Bouwplan Overschrijding bouwvlak In de noordwest hoek van het pand is sprake van een overschrijding van het bouwvlak. Het gebouw steekt namelijk 2 m door het bouwvlak. De reden hiervoor is dat het gebouw in totaliteit naar de westzijde is opgeschoven om aan de oostzijde van de school een voetpad in het profiel in te voegen. Bij de uitwerking van het bouwplan en de inrichting van de omliggende infrastructuur is namelijk gebleken dat voor voetgangers een openbaar voetpad ontbrak naast het geprojecteerde fietspad. Voetgangers die de school vanaf de noord en oostzijde naderen, zouden geneigd zijn om over het fietspad te lopen. Op spitstijden zou dit tot ongewenste situaties leiden. Aan de noord-westzijde van de school is nog voldoende overruimte aanwezig om een voetpad in te passen. De lengte van de gevel aan de Aquamarijn-zijde bedraagt 45 m. De overschrijding bedraagt daarmee circa 4 %. Anderzijds wordt deze overschrijding gecompenseerd doordat in de noordoostzijde het bouwvlak niet volledig wordt benut. De overschrijding van het bouwvlak zal de hoofdstructuur van de wijk niet nadelig beïnvloeden. De belangrijkste zichtlijnen ter plaatse van de school is oost-west georiënteerd. Omdat de verplaatsing van het gebouw samenvalt met deze oost-west richting is er geen sprake van barrière werking. Aan de westzijde van het gebouw heeft de overschrijding tevens geen nadelige gevolgen. De verkeerssituatie blijft intact en de beoogde woningen ondervinden geen hinder. Conclusie Gezien de geringe overschrijding van de vigerende bouwhoogte en het bouwvlak, de ruime afstand tot de omliggende woonvlakken (19 m aan de nieuwe straat Aquamarijn en 60 m aan de Zuidrandzijde) en het hoogteaccent van slechts enkele bouwdelen is de overschrijding van de toegestane bouwhoogte stedenbouwkundig aanvaardbaar. De geringe verhoging heeft geen nadelig effect op de beeldkwaliteitseisen en de stedenbouwkundige structuur van de wijk. Bouwplan 192303.16298.00 Adviesbureau RBOI Rotterdam
3. Onderzoek 9 3.1. Inleiding In het vigerende bestemmingsplan Bosselaar-Zuid zijn de milieuaspecten onderzocht. De beoogde ontwikkeling in het kader van deze omgevingsvergunning is de 50 cm verhoging van de maximale bouwhoogte van de basisschool en de geringe overschrijding van het bouwvlak enkel in de noordwesthoek van het gebouw. Door deze ontwikkeling neemt de omvang van het gebouw niet dusdanig toe dat er meer gebruiksmogelijkheden zijn. Ook neemt het aantal leerlingen hierdoor niet toe. Omdat de verhoging van de bouwhoogte van 50 cm en de andere locatie van de gevel geen gevolgen heeft voor de technische onderzoeksaspecten (zoals weg- en railverkeerlawaai, externe veiligheid, luchtkwaliteit, milieuhinder, water, ecologie, archeologie en bodem) is er geen aanleiding om deze aspecten te onderzoeken. Het onderzoek in het vigerende bestemmingsplan Bosselaar-Zuid voldoet hiermee nog voor de bestemming Maatschappelijke voorzieningen. Beleid Gelet op de geringe impact waarop deze ruimtelijke onderbouwing voorziet en de minimale afwijking van het plan kan worden gesteld dat de verschillende beleidsdocumenten niet in de weg staan aan deze ontwikkeling. In paragraaf 3.2 en 3.3 wordt respectievelijk ingegaan op de verkeersaspecten, en de beeldkwaliteiteffecten van de verhoging en het aspect schaduwwerking. 3.2. Verkeersomgeving rondom de school De schoolomgeving van de Brede school in de wijk is diverse malen besproken in het reguliere verkeersoverleg met wethouder, VVN, politie en gemeente (verkeer en handhaving). Zoals bij alle schoolomgevingen is gekeken naar de veiligheid (geen drukke weg langs school en goede oversteekvoorzieningen) en vooral naar de goede bereikbaarheid voor voetgangers, fietsers en auto's die de kinderen afzetten bij school (Kiss & Ride). De resultaten van het overleg zijn dat: - het halen en brengen van kinderen met de auto goed is opgelost door de 4 dubbele langsparkeerstrook aan de noordwestzijde van de school en een korte route naar de Zuidrand; - de school voor fietsers goed bereikbaar is via het doorgaande fietspad van het centrum naar de wijk en door tunnel onder de Zuidrand en ook via de omliggende woonstraten die weer aansluiten op de rotondes met oversteekvoorzieningen; Adviesbureau RBOI 192303.16298.00 Rotterdam
10 Onderzoek - voor voetgangers is aan de zuidoostzijde een openbaar voetpad ingepast. Hierdoor ontstaat de mogelijkheid om langs het fietspad een openbaar voetpad aan te leggen en ontstaat er meer uitzicht op de fietsers; - doordat het voetpad is ingevoegd ontstaat er voor het autoverkeer meer zicht op het drukke doorgaande fietspad bij de kruising Aquamarijn/fietspad. De verkeersveiligheid van het plan is voldoende. 3.3. Schaduwanalyse Met betrekking tot het aspect licht en bezonning is een zonnestudie uitgevoerd naar de gevolgen van de bouwmassa van de stelling op de omliggende bebouwing, zie bijlage 1. De uitgangspunten voor deze studie is het bouwvlak van de basisschool in het vigerende bestemmingsplan, met de uitbouw in de noordwest hoek en een bouwhoogte van 9,5 m over de gehele footprint. Hiermee is een worstcasescenario geschetst. Op de figuren is namelijk zichtbaar dat slechts over een gedeelte van het gebouw een hogere bouwhoogte wordt gerealiseerd, terwijl voor het overige een lagere bouwhoogte geldt. Het voorjaar (21 maart) en najaar (23 september) wordt als maatgevende periode beschouwd voor de beoordeling van de schaduwhinder op de omliggende bebouwing. De studie wijst uit dat de schaduwwerking van de bouwmassa niet reikt tot het direct ten noorden gelegen woonvlak. De conclusie is dat de geringe toename van de bouwhoogte niet zal leiden tot een vermindering van de bezonning van de omliggende woningen of tuinen. Schaduwdiagram - Toekomstige situatie in de periode 21 maart/23 september om 12.00 uur. 192303.16298.00 Adviesbureau RBOI Rotterdam
Onderzoek 11 3.4. Uitvoerbaarheid Maatschappelijke uitvoerbaarheid De omgevingsvergunning voor het afwijken van het bestemmingsplan zal overeenkomstig de Algemene wet bestuursrecht (afdeling 3.4) gedurende zes weken ter inzage liggen en worden toegestuurd aan overleginstanties. Tijdens deze periode wordt de mogelijkheid geboden voor het indienen van zienswijzen. Economische uitvoerbaarheid Het plan maakt geen ontwikkelingen mogelijk die niet reeds voortvloeien uit het vigerende bestemmingsplan. Er is zodoende geen sprake van een aangewezen bouwplan waarvoor de verplichting geldt kosten te verhalen. De aangewezen bouwplannen staan in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening. Een exploitatieplan of anderszins anterieure overeenkomsten ten aanzien van het kostenverhaal zijn niet noodzakelijk. 3.5. Conclusie Het ontwerp van Brede school past qua bestemmingslegging binnen het vigerende bestemmingsplan. De geringe overschrijding van de bouwhoogte van twee bouwdelen heeft geen nadelige gevolgen op de bezonningssituatie van de omliggende woningen. Onderzoek naar de aspecten van verkeer, milieu, waterhuishouding, archeologie en flora en fauna is niet relevant. De ontwikkelingen voldoen aan de voorwaarden voor een goede ruimtelijke ordening. Adviesbureau RBOI 192303.16298.00 Rotterdam
Bijlage 1 Bezonningstekeningen 1 Adviesbureau RBOI 192303.16298.00 Rotterdam