Vaststellen Nota Globale aanpak strategische visie provincie Zeeland Commissie: algemeen bestuur Nr. KJB-572 Vergadering 15 mei 1998 Agenda nr. 15 Gedeputeerde met de verdediging belast: D.J.P. Bruinooge Nr. 980903/15 Middelburg, 29 april 1998 Aan Provinciale Staten van Zeeland Toelichting Onlangs hebben de leden van de commissie werkwijze staten zich positief uitgesproken met betrekking tot het opstellen van een strategische visie voor de provincie Zeeland. Deze strategische visie moet worden gezien als een overkoepelende nota, die de bestaande beleidsnota s, zoals het streekplan, het milieubeleidsplan, het sociaal-economisch beleidsplan etc. met elkaar verbindt. Eén belangrijke doelstelling van deze visie is dan ook het aangeven van de samenhang tussen de diverse onderdelen van het gevoerde en het te voeren beleid. In een dergelijke visie zullen de ontwikkelingen voor de komende 10 à 15 jaar worden vastgelegd. Belangrijk hierbij is een sterke rol van de staten en het streven naar een zo breed mogelijk maatschappelijk draagvlak. Het is niet voor het eerst dat de commissie werkwijze staten het opstellen van een strategische visie voorstaat. Eerder al had de commissie werkwijze staten zich in het kader van het IPO-initiatief Provincies van de toekomst uitgesproken voor het voeren van een strategische visie. De principiële keus voor een strategische visie is inmiddels gemaakt door de commissie werkwijze staten. Het project moet echter nog concreet vorm gegeven worden. Dit is gebeurd in de voorliggende notitie, waarin op praktische wijze een globale aanpak voor het opstellen van een strategische visie aan uw staten wordt voorgelegd. Voorgesteld wordt deze globale aanpak vast te stellen.
GLOBALE AANPAK STRATEGISCHE VISIE PROVINCIE ZEELAND 2000-20.. 1. STARTNOTITIE EN FORMULEREN DOELSTELLINGEN In een startnotitie worden de doelstellingen van het opstellen van de strategische visie geformuleerd en tevens wordt aangegeven op welke wijze deze tot stand zal komen. De startnotitie wordt aan de staten voorgelegd. De strategische visie zal worden opgezet als een raamwerk voor het toekomstig beleid. Het gaat daarbij om een toekomstschets op hoofdlijnen met als hoofddoel afstemming en samenhang in het beleid, dit gebaseerd op een breed gedragen visie. 2. INSTELLEN PROJECT-COMMISSIE Een speciale projectcommissie Strategische Visie zal de totstandkoming begeleiden. De betrokkenheid van deze statencommissie bij de voorbereidingen zal groot zijn, zodat het primaat van de staten vanaf het begin duidelijk is. 3. INVENTARISATIEFASE Ambtelijk wordt geïnventariseerd: geldende beleidsplannen in voorbereiding zijnde beleidsplannen samenhang/overlappingen beleidsvisies van andere actoren. 4. SIGNALEREN ONTWIKKELINGEN DIE VAN INVLOED ZIJN OP EEN STRATEGISCHE VISIE Er is een aantal ontwikkelingen waarmee met een strategische visie rekening moet worden gehouden, zoals: demografische ontwikkelingen (grootte, samenstelling en verloop) sociale ontwikkelingen (trends in de maatschappij op gebied van werken, wonen, onderwijs, cultuur enz.) ruimtelijke ontwikkelingen (invloed van buitenaf) economische ontwikkelingen ontwikkelingen op milieugebied technologische ontwikkelingen internationalisering. Ontwikkelingen op het ene gebied hebben vaak invloed op een ander beleidsterrein. Vooraleer er een schets voor toekomstig beleid wordt gemaakt is het zaak deze ontwikkelingen (globaal) in beeld te brengen.
5. VASTSTELLEN THEMATISCHE BENADERING Op basis van de Inventarisatie onder 3. en de Ontwikkelingssignalering onder 4. kan gekozen worden voor een thematische aanpak van de voorbereiding van een strategische visie/ Voorbeeld van mogelijke thema s: economische ontwikkeling, werkgelegenheid en leefomgeving sociale samenhang en kwaliteit (zorg, cultuur, scholing en leefbaarheid) ruimtegebruik Binnen deze thema s kan er een (samenhangende) visie worden ontwikkeld voor de langere termijn. De projectcommissie kan een voorstel doen aan de staten om op basis van 3. en 4. te kiezen voor het ontwikkelen van een strategische visie volgens deze (of een andere) thematische benadering. 6. VASTSTELLEN WIJZE WAAROP DE VOORBEREIDING PLAATS VINDT a. Op grond van de thematische benadering kunnen er (met ambtelijke voorbereiding uiteraard, of wellicht ook met inschakeling van externen) een aantal scenario s worden uitgewerkt die leiden tot een verschillende uitkomst op langere termijn. Deze voorbereiding dient te geschieden in samenwerking met de projectcommissie. Ook gedeputeerde staten worden hierbij betrokken. Deze scenario s kunnen in een eerste overlegronde met externe partijen uit het maatschappelijk veld worden becommentarieerd en er kunnen alternatieve scenario s aan worden toegevoegd. Met externe partijen wordt gedoeld op instellingen als landbouworganisaties, onderwijswereld, zorgwereld, natuur/milieuorganisaties, culturele instellingen enz. enz. Een en ander kan in de vorm van conferenties en andere geëigende methodes. Daarnaast moeten instellingen in de gelegenheid zijn om hun eigen individuele mening over de toekomst naar voren te brengen. b. Dit leidt tot een conceptvisie, op te stellen door de projectcommissie in nauw overleg met gedeputeerde staten. c. Deze conceptvisie wordt voor een slotcommentaar voorgelegd aan medeoverheden die in de uitwerking een rol spelen, zoals gemeenten rijksorganen, waterschappen. De acties onder a. vinden plaats tijdens deze statenperiode. De acties onder b. en c. worden uitgevoerd door de nieuwe staten. 7. VASTSTELLING EN UITVOERING/UITWERKING Na 6c. kan de conceptvisie evt. worden aangepast en door de projectcommissie ter vaststelling worden voorgelegd aan de (nieuwe) staten (najaar 1999).
In een speciale commissievergadering (wellicht ook in een speciale setting) kan de gelegenheid worden geboden om in te spreken en om op onderdelen van gedachten te wisselen. Uiteindelijk wordt de visie door de staten vastgesteld. Binnen een jaar zal er een document moeten worden uitgewerkt, waarin is aangegeven langs welke weg er uitvoering aan de visie zal worden gegeven. Per statenperiode zou een actualisering (telkens in het eerste jaar van de nieuwe zittingsperiode) kunnen plaatsvinden, zodat de visie 4-jaarlijks kan worden aangepast aan de (ongetwijfeld) gewijzigde omstandigheden. GEDEPUTEERDE STATEN VAN ZEELAND, Ing A.M. Dek,wnd. voorzitter Mr. J.A. Lander,griffier Voorstel: Wij stellen u voor overeenkomstig het hierna volgende concept te besluiten: Provinciale Staten van Zeeland; b e s l u i t e n : 1. in te stemmen met het opstellen van een strategische visie; 2. vast te stellen de nota globale aanpak strategische visie provincie Zeeland; 3. uit de staten een projectcommissie in te stellen; 4. Gedeputeerde Bruinooge te machtigen in overleg met het Directieteam en de projectcommissie de aanpak nader uit te werken.
T_onderwerp: Vaststellen Nota Globale aanpak strategische visie provincie Zeeland / KJB 572 T_datum : 15-05-1998 T_doctype: Statenvoorstellen