RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK Stedelijke Scholengemeenschap Nijmegen HAVO VMBOGT VWO Plaats : Nijmegen BRIN nummer : 20EO C1 BRIN nummer : 20EO 00 HAVO BRIN nummer : 20EO 00 VMBOGT BRIN nummer : 20EO 00 VWO Onderzoeksnummer : 286604 Datum onderzoek : 17 november 2015 Datum vaststelling : 16 februari 2016
Pagina 2 van 11
1. INLEIDING De Inspectie van het Onderwijs heeft op 17 november 2015 een onderzoek uitgevoerd op het Stedelijk Scholengemeenschap Nijmegen (SSgN), om een oordeel te kunnen uitspreken over de kwaliteit van het onderwijs op deze afdeling en over de naleving van wet- en regelgeving. SSgN biedt onderwijs aan ongeveer 1340 leerlingen op mavo-, havo- en atheneumniveau. De school is een Jenaplanschool. In de onderbouw zijn de klassen heterogeen en in de bovenbouw homogeen van samenstelling. In de bovenbouw zijn er twee keer zoveel Havoleerlingen als Mavo- cq. Atheneumleerlingen. De havo en het vwo hebben al twee jaar het predicaat 'Excellente School' ontvangen. Dit jaar hebben ze zich opnieuw aangemeld, ook met de afdeling vmbo-(g)t. De Stedelijke Scholengemeenschap Nijmegen viert dit jaar haar 150 jarig bestaan met een jubileumjaar. Tijdens dit jubileumjaar is er extra aandacht voor belangrijke pijlers van de school, Kennis en wetenschap, Cultuureducatie en Internationalisering. Daarnaast heeft de school een belangrijke regiofunctie voor jonge topsporters door de certificering als Topsport Talentschool. Aanleiding De aanleiding voor dit onderzoek is het volgende. Op de school is in de afgelopen periode geen onderzoek is uitgevoerd in het kader van risicogericht toezicht of themaonderzoek. De inspectie voert op alle drie de afdelingen van SSgN een zogenoemd vierjaarlijks bezoek uit. Onderzoeksopzet De inspectie vormt haar kwaliteitsoordelen door de onderwijspraktijk van de school te toetsen aan een selectie van kwaliteitsindicatoren uit het toezichtkader voortgezet onderwijs 2013. Bij dit onderzoek hebben we de indicatoren uit het zogenaamde kernkader onderzocht. Dit is het gedeelte uit het toezichtkader dat bij al onze kwaliteitsonderzoeken minimaal wordt beoordeeld. Gedurende het onderzoek hebben we een tweetal indicatoren met betrekking tot de professionele ruimte toegevoegd, omdat deze ons in positieve zin opvielen. Pagina 3 van 11
Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten: Wij hebben relevante documenten van en over de school geanalyseerd. Schoolbezoek, waarbij wij in een aantal lessen de onderwijspraktijk hebben geobserveerd. Wij hebben gesprekken gevoerd met het management, leraren, ondersteuningsfunctionarissen en leerlingen. Aan het eind van het schoolbezoek heeft de inspectie de bevindingen van het onderzoek besproken met de directie en het bestuur. Opbouw rapport In hoofdstuk 2 staat de conclusie van het onderzoek waaronder het vervolgtoezicht. In hoofdstuk 3 beschrijven we de bevindingen uit het onderzoek in de vorm van een kwaliteitsprofiel. Dit wordt gevolgd door een paragraaf waarin het oordeel van de inspectie wordt toegelicht en waar mogelijk de schoolontwikkeling in samenhang wordt beschreven. Pagina 4 van 11
2. CONCLUSIES EN TOEZICHTARRANGEMENT Een kwaliteitsonderzoek zoals wij hebben uitgevoerd, leidt tot een zogenaamd toezichtarrangement voor kwaliteit en/of voor naleving. Een arrangement kan basistoezicht inhouden of juist aangepast toezicht inhouden. In het eerste geval (bij basistoezicht) vinden wij de kwaliteit van voldoende niveau en is het daarom niet nodig om de school onder intensief toezicht te plaatsen. Als er echter teveel tekortkomingen zijn geconstateerd, wordt conform beslisregels geoordeeld dat de kwaliteit onvoldoende is en stellen we een aangepast arrangement vast voor zwakke of voor zeer zwakke kwaliteit en/of voor naleving. Onze conclusie voor alle drie de afdelingen van SSgN is als volgt: Op basis van het onderzoek kennen wij aan de afdelingen het basisarrangement toe omdat zowel de opbrengsten alsook de kwaliteit van het onderwijsproces op de onderzochte onderdelen van voldoende niveau is. Dit betekent dat wij op dit moment geen reden hebben om het toezicht te intensiveren. Wij hebben geen tekortkomingen in de naleving van de wettelijke voorschriften vastgesteld. Pagina 5 van 11
3. BEVINDINGEN In dit hoofdstuk leest u de bevindingen uit ons onderzoek op basis waarvan we tot onze conclusie over de kwaliteit zijn gekomen. Eerst geven we een samenvattend algemeen beeld over de kwaliteit van het onderwijs op Stedelijke Scholengemeenschap Nijmegen. Daarna volgt het kwaliteitsprofiel waarin de oordelen op de indicatoren staan. Vervolgens lichten we die oordelen in onderlinge samenhang toe. 3.1 Algemeen beeld De onderwijskwaliteit op het SSgN is van voldoende niveau. Op alle afdelingen zijn de opbrengsten voldoende. Al jaren op rij halen leerlingen op alle afdelingen goede resultaten op het centraal examen. Leerlingen krijgen les van vakinhoudelijk bekwame docenten. Zij beschikken in voldoende mate over de basisvaardigheden van het didactisch handelen. Op schoolniveau is er sprake van een ambitieuze leercultuur, onder andere door de vele extra-curriculaire activiteiten. Deze laatste activiteiten dragen bij aan de brede ontwikkeling van de leerling. De kwaliteitszorg is eveneens van voldoende kwaliteit. De schoolleiding heeft tevens gezorgd voor een klimaat waardoor de docent gebruik kan maken van professionele ruimte en ontwikkeling. 3.2 Kwaliteits- en nalevingsprofiel In onderstaande tabel staan de indicatoren die in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader voortgezet onderwijs. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is. Legenda: 1. slecht 2. onvoldoende 3. voldoende 4. goed 5. niet te beoordelen Pagina 6 van 11
Wij hebben daarnaast onderzocht of de school voldoet aan de naleving van enkele wettelijke voorschriften. Dit wordt tot uitdrukking gebracht met de score ja of nee. De indicatoren voor de opbrengsten zijn voor de drie onderwijssoorten apart gescoord. De overige indicatoren (vanaf 4.3) gelden voor alle afdelingen van Stedelijke Scholengemeenschap Nijmegen. 20EO 00 HAVO - HAVO De opbrengsten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie verwacht mag worden 1 2 3 4 5 1.1 De leerlingen behalen in de onderbouw het opleidingsniveau dat mag worden verwacht. 1.2.4 De leerlingen lopen weinig vertraging op in de bovenbouw van de opleiding havo. 1.3.4 De leerlingen van de opleiding havo behalen voor het centraal examen de cijfers die mogen worden verwacht. 1.4.4 Bij de opleiding havo zijn de verschillen tussen het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen van een aanvaardbaar niveau. 20EO 00 VMBOGT - VMBOGT De opbrengsten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie verwacht mag worden 1 2 3 4 5 1.1 De leerlingen behalen in de onderbouw het opleidingsniveau dat mag worden verwacht. 1.2.3 De leerlingen lopen weinig vertraging op in de bovenbouw van de opleiding vmbo-gt. 1.3.3 De leerlingen van de opleiding vmbo-gt behalen voor het centraal examen de cijfers die mogen worden verwacht. 1.4.3 Bij de opleiding vmbo-gt zijn de verschillen tussen het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen van een aanvaardbaar niveau. 20EO 00 VWO - VWO De opbrengsten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie verwacht mag worden 1 2 3 4 5 1.1 De leerlingen behalen in de onderbouw het opleidingsniveau dat mag worden verwacht. 1.2.5 De leerlingen lopen weinig vertraging op in de bovenbouw van de opleiding vwo. 1.3.5 De leerlingen van de opleiding vwo behalen voor het centraal examen de cijfers die mogen worden verwacht. Pagina 7 van 11
De opbrengsten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie verwacht mag worden 1 2 3 4 5 1.4.5 Bij de opleiding vwo zijn de verschillen tussen het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal examen van een aanvaardbaar niveau. De leerlingen krijgen voldoende tijd om zich het leerstofaanbod eigen te maken 1 2 3 4 4.3 De leerlingen maken efficiënt gebruik van de onderwijstijd. Het (vak)didactisch handelen van leraren stelt leerlingen in staat tot leren en ontwikkeling 1 2 3 4 7.1 De onderwijsactiviteit heeft een doelgerichte opbouw. 7.2 De leraar geeft een begrijpelijke uitleg. 7.3 De leerlingen zijn actief betrokken. 7.4 De leerlingen krijgen effectieve feedback op hun leerproces. De school biedt effectief aanvullend onderwijs en ondersteuning aan leerlingen die dat nodig hebben. (basisondersteuning) 1 2 3 4 9.1 De school volgt systematisch de vorderingen van de leerlingen aan de hand van genormeerde toetsen. 9.2 De school bepaalt wat de onderwijs- en ondersteuningsbehoefte is van individuele of groepen leerlingen. 9.4 De school voert de ondersteuning planmatig uit. De school bewaakt de kwaliteit van haar opbrengsten 1 2 3 4 12.1 De school evalueert systematisch de opbrengsten. 12.2 De school werkt doelgericht aan de kwaliteit van de opbrengsten. De school bewaakt de kwaliteit van het onderwijsproces 1 2 3 4 13.1 De school evalueert systematisch het onderwijsproces. 13.2 De school werkt doelgericht aan de verbetering van het onderwijsproces. 13.3 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsproces. Pagina 8 van 11
De schoolleiding zorgt dat leraren kunnen presteren en zich ontwikkelen conform de visie van de school 1 2 3 4 14.4 De schoolleiding stuurt leraren(teams) aan om het onderwijsproces vorm te geven passend bij de ambities van de school. De leraren benutten de professionele ruimte voor goed onderwijs 1 2 3 4 15.2 Leraren vullen het onderwijs in passend bij de onderwijsvisie van de school/afdeling. Nalevingsindicatoren 2013 ja nee N1 N2 N4 Door of namens het bestuur is de vastgestelde schoolgids naar de inspectie gestuurd en deze schoolgids bevat de onderzochte onderdelen (WVO, art. 24c en 24a). Door of namens het bestuur is het vastgestelde schoolplan naar de inspectie gestuurd en dit schoolplan bevat de onderzochte onderdelen (art. 24c en 24 WVO). Door of namens het bestuur zijn het Examenreglement en het PTA naar de inspectie gestuurd en deze documenten bevatten de onderzochte onderdelen (Eindexamenbesluit art. 31). Pagina 9 van 11
3.3 Toelichting bij kwaliteitsprofiel Het bovenstaande algemene beeld en kwaliteitsprofiel lichten we hieronder toe. Daarbij komen achtereenvolgens de volgende aspecten aan bod: de onderwijsresultaten, het onderwijsleerproces en de kwaliteitszorg. Onderwijsresultaten Leerlingen op SSgN behalen al jaren resultaten die rond of boven het landelijke gemiddelde liggen. Dit geldt voor mavo-, havo- en atheneumleerlingen. De meeste leerlingen behalen zonder vertraging een diploma op het niveau van het basisschooladvies. Zij behalen gezamenlijk een gemiddeld centraal examencijfer dat veelal boven het landelijk gemiddelde ligt. Onderwijsleerproces Docenten op SSgN beheersen in voldoende mate de basisvaardigheden. Leerlingen krijgen les van vakinhoudelijk bekwame docenten. Er is sprake van een prettige verstandhouding tussen docenten en leerlingen en een ordelijke sfeer tijdens de lessen. Leerlingen nemen veelal een taakgerichte houding aan en zijn gericht op leren. Het klassenmanagement is een sterke kant van vele docenten. Lessen verlopen gestructureerd volgens een duidelijke opbouw. Er valt winst te behalen als docenten de lesdoelen meer expliciteren naar leerlingen toe. Dan weten leerlingen niet alleen wat ze in een les doen, maar zijn ze zich ook meer bewust waarom ze dat doen. Dit vergroot het leerrendement van de lessen. De werkwijze van docenten wordt gekenmerkt door een klassikale aanpak; leerlingen krijgen gezamenlijk instructie en werken aan dezelfde opdrachten. Complexe vaardigheden, zoals het gedifferentieerd lesgeven, hebben we weinig gezien, ook niet in de heterogene klassen in de onderbouw. Docenten geven aan te differentiëren in de toetsen en via het huiswerk. Door echter in de reguliere lessen meer om te gaan met verschillen tussen leerlingen, worden (ook de sterkere) leerlingen meer uitgedaagd. Differentiatie komt op SSgN voor in de vorm van extracurriculaire activiteiten, variërend van Op Maat-cursussen rekenen of taal tot Masterclasses Engels of bètatechniek. Leerlingen zijn tevreden over dit onderwijsaanbod buiten de reguliere lessen. Leerlingen met specifieke onderwijs- en ondersteuningsbehoeften worden extra geholpen. Zij zijn tevreden over de geboden extra hulp. De school is sterk Pagina 10 van 11
gericht op het verlenen van de basisondersteuning in de klassen. De mentor is nadrukkelijk de spil. De school maakt gebruik van genormeerde toetsen voor de kernvakken en krijgt zodoende zicht op de reken- en taalontwikkeling van de leerlingen ten opzichte van de referentieniveaus. Dit maakt het doelgericht, effectief bestrijden van eventuele achterstanden voldoende mogelijk (via de rekenles of met behulp van remedial teachers). Kwaliteitszorg De school heeft al jaren voldoende zicht op resultaten, onder andere door jaarlijks de gemiddelde examencijfers op school-, team- en docentniveau te analyseren. Onder andere het vergroten van de toetskwaliteit en het verbeteren van de doorgaande leerlijnen heeft geleid tot de goede onderwijsresultaten van de leerlingen van SSgN. Het onderwijsproces wordt door de schoolleiding geëvalueerd op basis van lesbezoeken met behulp van een kijkwijzer. De lesbezoeken die worden afgelegd worden gebruikt tijdens de zogeheten loopbaangesprekken om individuele docenten feedback te geven en om ontwikkelpunten vast te stellen. Iedere twee jaar brengt de schoolleiding meer focus aan in de kwaliteitsverbetering van het onderwijsproces op basis van het totaal aan bevindingen (de vlootschouw). Het is ook belangrijk dat docenten van elkaar leren door op structurele basis aan de hand van een kijkwijzer bij elkaar in de klas te kijken. De school zorgt er goed voor dat leraren kunnen presteren en zich ontwikkelen conform de visie van de school. Daarnaast benutten de leraren de geboden professionele ruimte. Pagina 11 van 11