Het consortium is een regionaal samenwerkingsverband voor palliatieve zorg, in het kader van het Nationaal Programma Palliatieve Zorg (NPPZ). Doel van dit programma is dat iedere burger, als het aan de orde is, verzekerd is van goede palliatieve zorg, op het juiste moment en met de juiste zorg en ondersteuning. December 2016 In dit nummer: PASEMECO PROJECT: Onderwijs palliatieve zorg voor dokters in wording PASEMECO project 1 Coördinator palliatieve zorg: Wat doe je dan? Werkconferentie PaTz 3 2/3 Onderwijsproject PZ 4/5 Werkconferentie spirituele zorg Contactgegevens 5 Het Consortium Palliatieve Zorg Limburg en Zuidoost Brabant wenst u feestelijke kerstdagen en een gezond en voorspoedig 2017 Agenda: 13 februari 2017: Adviesraadvergadering: 18.00 tot 20.00 uur in het bestuurscentrum Vivantes in Geleen 5 PASEMECO is een acroniem voor Palliative care Alliance Sharing Educational tools for MEdical student COmpetenties development. Dit landelijke project gaat over de implementatie van palliatieve zorg in de basiscurricula van geneeskundestudenten in heel Nederland. Het project heeft subsidie gekregen binnen het Palliantie programma en wordt uitgevoerd door de Universiteit Maastricht, vakgroep Onderwijsontwikkeling, in samenwerking met de expertisecentra palliatieve zorg, IKNL en andere partijen. Het project is in juni 2016 gestart met een literatuurstudie van competentiebeschrijvingen uit binnen- en buitenland o.a. de onderwijskennissynthese van de VU, documenten van de EAPC en de CANMEDS rollen. Daarnaast is een aantal professionals en experts palliatieve zorg geïnterviewd over wat zij vinden dat beginnende dokters zouden moeten kennen, kunnen en durven. Hieruit is een nieuw document samengesteld met competenties. De competenties gaan we in een Delphistudie voorleggen aan experts in de palliatieve zorg, andere professionals en onderwijskundigen. Daarnaast zal via een online-enquête aan laatstejaars geneeskundestudenten van verschillende universiteiten gevraagd worden hoe zeker ze zich voelen op het gebied van de palliatieve zorg, welke onderwerpen m.b.t palliatieve zorg zij belangrijk vinden, hoe palliatieve zorg aan bod is gekomen in hun opleiding en wat ze gemist hebben. Tevens wordt hun huidige kennis getoetst. De projectleider dr. Franca Warmenhoven heeft contacten gelegd met de opleidingscoördinatoren van de diverse universiteiten om te onderzoeken hoe en waar palliatieve zorg met de bestaande curricula verweven kan worden. Samen met Zuyd Hogeschool en het Huis voor de Zorg wordt gekeken hoe patiënten/naasten/nabestaanden op een betekenisvolle manier kunnen participeren in het project. In de volgende fase van het project wordt samen met de docenten en opleidingscoördinatoren een toolkit van leermaterialen palliatieve zorg ontwikkeld die op maat geïmplementeerd kunnen worden in de basiscurricula. Via deze nieuwsbrief houden we u regelmatig op de hoogte van de voortgang van dit project. Meer informatie is te verkrijgen bij: Franca Warmenhoven f.warmenhoven@maastrichtuniversity.nl Annemie Courtens a.courtens@mumc.nl 1
Coördinator palliatieve zorg: Wat doe je dan? Coördinator van een Netwerk Palliatieve Zorg en lid van het coördinatieteam van het Consortium Limburg- Zuidoost Brabant: wat doe je dan? Marije Brüll, Els Knapen en Theo Peters zijn alle drie coördinator van 3 van de 66 Netwerken in Nederland. In de Netwerken Palliatieve Zorg werken diverse zorg- en vrijwilligersorganisaties samen om de palliatieve zorg zo goed mogelijk te organiseren. Samenwerkingspartners zijn bijvoorbeeld ziekenhuizen, verpleeg- en verzorgingshuizen, thuiszorgorganisaties, hospicevoorzieningen, bijnathuis-huizen, inloophuizen, huisartsenorganisaties, GGz- en VGZ-instellingen en vrijwilligersorganisaties. Samen wordt in een netwerkregio gestreefd naar een zorgaanbod dat gevarieerd, van goede kwaliteit en afgestemd is op de behoeften van palliatieve patiënten en hun naasten. Een netwerk heeft vier kerntaken welke zijn opgesteld door het ministerie van VWS: coördineren, informeren, signaleren en faciliteren. Binnen deze taken worden vele activiteiten uitgevoerd. Dit maakt het werk van een coördinator enorm veelzijdig: van voorlichting geven tot symposia organiseren, contacten met professionals, overleg met raad van besturen, beleid opstellen, signaleren van knelpunten, subsidies aanvragen, kwaliteitsverbeterprojecten initiëren etc. Daarnaast worden er producten ontwikkeld die bijdragen aan het verbeteren van de kwaliteit van de palliatieve zorg voor de patiënt en diens naasten. Een concreet en actueel voorbeeld is de totstandkoming van een app palliatieve zorg voor huisartsen, specialisten en specialisten ouderengeneeskunde: PalliArts. Uiteraard is deze app ook geschikt voor andere professionals. De app bestaat uit een deel waarin landelijke informatie over palliatieve zorg is opgenomen en een deel met regionale informatie. Alle netwerken in Limburg en ZOB hebben de app gevuld met voor de regio relevante informatie. U kan de app kosteloos downloaden in de app-store of de google play-store. Om palliatieve zorg overal in Nederland te optimaliseren is in 2014 een nieuw Nationaal Programma Palliatieve Zorg opgezet. Doel van het programma is dat in 2020 iedere burger, als het aan de orde is, verzekerd is van goede palliatieve zorg op de juiste plaats, op het juiste moment en met de juiste zorg en ondersteuning. Het Nationaal Programma Palliatieve zorg richt zich op kwaliteitsverbetering van de palliatieve zorg door kennisontwikkeling en deskundigheidsbevordering. Dit programma wordt uitgevoerd door ZonMw. Een van de onderdelen van het Nationaal Programma Palliatieve Zorg is de oprichting van 7 consortia palliatieve zorg. Het consortium Limburg/Zuidoost Brabant is een (niet vrijblijvend) samenwerkingsverband tussen 7 netwerken palliatieve zorg in de regio, het IKNL, het Expertisecentrum Palliatieve Zorg Maastricht, Fontys Hogeschool en Zuyd Hogeschool. Hierbij vindt afstemming plaats met patiënten, regionale zorgaanbieders en diverse (landelijke) samenwerkingspartners. Marije, Els en Theo nemen als afgevaardigden van de 6 Limburgse Netwerken en het Netwerk Zuidoost Brabant deel aan het coördinatieteam en de adviesraad van het consortium. Met alle deelnemende partijen wordt besproken welke knelpunten in de palliatieve zorg op consortiumniveau spelen en op welke wijze deze knelpunten in projectvorm opgepakt kunnen worden. Een duidelijke meerwaarde van de samenwerking is de integratie tussen onderzoek, opleiding en praktijk. Hierbij is voor de netwerkcoördinator een duidelijk rol weggelegd ten aanzien van het informeren van de achterban en het bewaken van de praktische toepasbaarheid van de projecten voor het palliatieve veld. Hieruit voortvloeiende activiteiten worden door de netwerken opgenomen in hun jaarplan. Ook worden bijeenkomsten rondom best practices belegd. Alle partijen denken actief mee over de ambitie 2
December 2016 van het consortium: waar willen we staan in 2020? De tijd zal het leren voor nu belooft de samenwerking zeker een toegevoegde waarde. Voor meer informatie over het netwerk nodigen wij u graag uit een kijkje te nemen op onze website www.netwerkpalliatievezorg.nl/zuidoostbrabant en www.palliatievezorglimburg.nl van de patiënten), is samenwerking van belang. In de PaTz-groepen komen huisarts en wijkverpleegkundigen zes keer per jaar bij elkaar om de zorg en de begeleiding af te stemmen van de palliatieve patiënten in hun wijk. Een consulent palliatieve zorg sluit aan bij het PaTz-overleg en geeft deskundig advies. Na deze inleiding in PaTz, werden de deelnemers getrakteerd op een lezing over spiritualiteit in de palliatieve thuiszorg door dr. Carlo Leget, hoogleraar Zorgethiek aan de UvH. In concrete en praktische bewoordingen werd aandacht gevraagd voor dit domein c.q. deze dimensie van de palliatieve zorg. Drs. Danielle Laumen, huisarts Roermond en lid van PaTz groep Roermond-centrum en tevens ambassadeur van PaTz in Limburg, ging daarna in op de praktische werkwijze van een PaTz-overleg: hoe gaat dat nu precies in zijn werk? Werkconferentie Palliatieve Thuiszorg (PaTz) Parallel aan de werkconferentie Spirituele zorg op 17 november jl. vond een bijeenkomst plaats om huisartsen en verpleegkundigen te informeren en te enthousiasmeren om een PaTz groep te starten. Voor ongeveer 50 deelnemers, hoofdzakelijk wijkverpleegkundigen en huisartsen, vertelde drs. Bart Schweitzer, landelijke projectleider van Stichting PaTz over de achtergronden en het ontstaan van de PaTz-methodiek. De demografische trends en de ontwikkelingen in de 1 ste lijn, zorgen voor een toename van de palliatieve zorg thuis. Om passende kwalitatieve zorg te kunnen bieden en om te bewerkstelligen dat patiënten thuis kunnen overlijden (de wens van 73% Op het podium werd een PaTz overleg nagespeeld. Danielle Laumen nam de toeschouwers mee in de verschillende voorbereidende taken (identificeren en vullen van palliatief register) en de stappen en fasen van zo n PaTz overleg. Danielle Laumen, de voorzitters van andere PaTz groepen en de netwerkcoördinatoren, hebben aangeboden nieuwe PaTz groepen de eerste periode op sleeptouw te nemen en hen te ondersteunen bij het opstarten van een PaTz groep. Wilt u een PaTz-groep starten of wilt u meer informatie ontvangen kunt u contact opnemen met de netwerkcoördinatoren van Midden Limburg: Desirée Meertens (0644349808) desiree.meertens@dezorggroep.nl Theo Peters (0651024711), tag.peters@landvanhorne.nl of met de coördinator van uw netwerk. 3
Onderwijsproject palliatieve zorg 1 april 2016 van start gegaan In augustus 2015 heeft het consortium een ambitieus projectvoorstel ingediend bij ZonMw en in november 2015 is de subsidie toegekend van 380.000,- voor een projectperiode van 3 jaar. Daar zijn we heel blij mee omdat er nu gelden beschikbaar gesteld worden om met name te investeren in onderwijsontwikkeling voor het hbo en het mbo. Voor dit project is een projectgroep samengesteld. De projectmanager is Annemie Courtens van het EPZ-M, MUMC, die samen met twee projectleiders en een onderzoeker het project vormgeven. Het hbo-traject wordt geleid door Giel Vaessen van Zuyd Hogeschool (0,3 fte) en de projectleider voor het hbo-traject (0,6 fe) is Annette Bour van het Arcuscollege. Monique Bessems van het MUMC ondersteunt het project als onderzoeker in de eerste fase tot 1 april 2016. Wellicht ben je ook benaderd om deel te nemen aan de interviews vanuit je beroep van verpleegkundige en/of verzorgende of ben je als opleider al in gesprek gegaan met de leden van de projectgroep. Via interviews, literatuuronderzoek en bezoeken aan hogescholen en ROC s is al immens veel informatie opgehaald. Goed om nu al te ervaren dat vaak onderdelen van palliatieve zorg al impliciet voorkomen in de bestaande hbo en mbo opleidingen voor verpleegkundigen en verzorgenden. Er is dus meer dan aanvankelijk gedacht werd, echter hoe krijgen we alle informatie op tafel. Maar waar ging het project ook alweer over? De titel van het traject is: De ontwikkeling, evaluatie en implementatie van onderwijs palliatieve zorg in de basiscurricula bachelor en mbo-verpleegkunde en verzorging in Limburg en Zuid Oost Brabant Palliatieve zorg wordt vooral door reguliere, generalistische zorgverleners gegeven en is in bijna iedere zorgsetting aan de orde. Uit onderzoek blijkt dat verpleegkundigen en verzorgenden meer tijd spenderen aan patiënten in de palliatieve fase, dan andere zorgprofessionals. Iedere student verpleegkunde of verzorging komt in aanraking met patiënten in de palliatieve fase, zowel intra- als extramuraal. In Nederland is nauwelijks een gestructureerd onderwijsaanbod voor palliatieve zorg in de initiële opleidingen van professionals. Onder verpleegkundigen en verzorgenden is veel behoefte aan scholing op dit gebied. Het bewustzijn van en de kennis c.q. de vaardigheden met betrekking tot lichamelijke, psychische, sociale en spirituele aspecten van palliatieve zorg, van verpleegkundigen en verzorgenden verdient verbetering. Veel verpleegkundigen en verzorgenden zijn nog onbewust onbekwaam op dit terrein en gaan het werkveld in zonder de benodigde basiscompetenties voor palliatieve zorg. Doel van dit project is dat alle studenten verpleegkunde/verzorging, uit de regio van het consortium, bij hun afstuderen beschikken over de minimaal vereiste competenties op het gebied van palliatieve zorg, door het ontwikkelen, testen, implementeren en integreren van leermaterialen m.b.t. palliatieve zorg in de basiscurricula voor de verschillende niveaus (bachelor en mbo) en door het trainen van docenten. Het project kent drie fasen: In fase 1 worden competenties en behoeften van het praktijkveld verhelderd d.m.v.: A. literatuurstudie en documentenanalyse van bestaande competentiebeschrijvingen zoals die van de V&VN en de EAPC en B. interviews met stakeholders zoals werkveldcommissies en praktijkbegeleiders, verpleegkundigen en verzorgenden uit het veld van de palliatieve zorg, afgestudeerden van de betrokken opleidingen, experts in de palliatieve zorg, patiënten en naasten. In deze interviews wordt doorgevraagd op het thema "wat moet een verpleegkundige of verzorgende kunnen/kennen op het gebied van de palliatieve zorg?" Het gaat daarbij om lichamelijke, psychische, sociale en spirituele aspecten van de palliatieve zorg, attitude en competenties ten aanzien van multi-disciplinair samenwerken. Op grond van de literatuur, de documentenanalyse en de interviews wordt een kader geschetst van 4
December 2016 benodigde competenties en de noodzakelijke inhoud van de curricula. Dit kader wordt voorgelegd aan diverse stakeholders zoals o.a. opleidingscoördinatoren, werkveldcommissies van de opleidingen, de V&VN, Landelijk Overleg Opleidingen Verpleegkunde (LOOV), de Stichting Samenwerking beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) en de mbo-raad. Dit kader wordt vastgesteld samen met de bovengenoemde stakeholders. Tevens wordt geïnventariseerd en beschreven wat al in de huidige curricula van de bachelor en mbo opleidingen aan palliatieve zorg geboden wordt. Dit wordt gedaan aan de hand van interviews met opleidingscoördinatoren en docenten van de opleidingen en aan de hand van onderzoek naar aanwezige lesmaterialen binnen de opleidingen. In fase 2 wordt geïnventariseerd bij alle EPZ-en, het IKNL, Agora, Fibula, maar ook binnen de (postinitiële) verpleegkundige opleidingen welke ontwikkelde lesmaterialen en methodieken voorhanden zijn, zoals bijvoorbeeld de signaleringsbox, e-learning van het IKNL, STEM, Zorgpad Stervensfase, videomaterialen etc. Hierbij wordt nagegaan of deze materialen ook bruikbaar zijn in de basiscurricula en voor welk niveau. Bij alle materialen wordt nagegaan bij welke competentie(s) ze passen en welke materialen nog missen. Bestaande en nieuw ontwikkelde leermaterialen palliatieve zorg worden in bestaande leerstof van ieder curriculum geïntegreerd. Daarnaast worden keuze/verdiepingsdelen ontwikkeld. Bij het ontwikkelen van leermaterialen wordt uitgegaan van nieuwe leer technologische inzichten (o.a. blended learning). Bij blended-learning gaat het om een combinatie van digitale leeractiviteiten, groepsactiviteiten, praktijkopdrachten en face to face contact tussen studenten en docenten. De ontwikkeling en bijstelling van de materialen vindt steeds plaats in een overleg met docenten, studenten, praktijkinstellingen, experts in de palliatieve zorg en patiënten(belangenorganisaties). Voor docenten in het mbo en hbo wordt een docententraining ontwikkeld en uitgevoerd zodat ze beter voorbereid zijn om het leermateriaal te gebruiken. In fase 3 worden de materialen in pilots getest bij de deelnemende opleidingen en vindt er een evaluatie plaats van de gebruikte materialen bij studenten, docenten en het werkveld. Aan de hand van de evaluaties worden de definitieve competenties en een set van leermaterialen met de daarbij horende handleidingen vastgesteld. Deze worden als aanbeveling aangeboden aan de onderwijsinstellingen. Om ervoor te zorgen dat het onderwijs ook geborgd is na afloop van het project is tijdens het project aandacht voor het creëren van een leernetwerk en disseminatie via websites, artikelen en diverse bijeenkomsten. We informeren jullie regelmatig over de voortgang en zeer zeker over de uitkomsten en aanbevelingen vanuit dit project. Heb je vragen dan kun je steeds terecht bij de projectleden. Contactgegevens Annemie Courtens Kwartiermaker Consortium Palliatieve Zorg en coördinator Expertisecentrum Palliatieve Zorg MUMC+ e-mail: a.courtens@mumc.nl Kalinka van de Camp Adviseur Palliatieve Zorg IKNL Giel Vaessen Hoofddocent/onderwijsontwikkelaar Faculteit Gezondheidszorg Zuyd Hogeschool Justine Duits Teamleider HBO-verpleegkunde Fontys Hogeschool Mens en Gezondheid Marije Brüll Netwerkcoördinator Palliatieve Zorg Zuidoost Brabant Theo Peters Netwerkcoördinator Palliatieve Zorg Weert Els Knapen Netwerkcoördinator Palliatieve Zorg Westelijke Mijnstreek Marjolein Sarmiento Smeets Secretaresse IKNL aan- of afmelden nieuwsbrief e-mail: m.sarmiento@iknl.nl 5