januari 2015 - L.M. Sluys Tympaan Instituut
I Inhoud blz 1 Inleiding 1.1 Aanleiding 1 1.2 Vraagstelling 1 1.3 Aanpak en leeswijzer 1 2 Doelen 2.1 Doelen van beleid 3 2.2 Doelen van sociale wijkteams Krimpenerwaard 4 2.3 Doelen van beleid en sociale wijkteams samengevat 4 3 Doelen en indicatoren 3.1 Inleiding 5 3.2 Doelen en indicatoren 5 3.2.1 Indicatoren van het doel lagere kosten 5 3.2.2 Indicatoren van het doel hogere kwaliteit van leven 5 3.2.3 Indicatoren van het doel tevreden cliënten 6 3.2.4 Indicatoren van het doel lichtere zorg 6 3.2.5 Indicatoren van het doel meer inzet eigen kracht 6 3.2.6 Indicatoren van het doel meer inzet sociaal netwerk 6 3.2.7 Indicatoren van het doel meer inzet algemene voorzieningen 7 3.2.8 Indicatoren van het doel meer preventie 7 4 Doelen, indicatoren en registratie 4.1 Inleiding 9 4.2 Doelen, indicatoren en registratie 9 5 Nawoord
I1 Inleiding 1.1 Aanleiding In veel gemeenten worden sociale wijkteams opgezet in de verwachting problemen van mensen in sociale domein anders, beter (effectiever) en goedkoper (efficiënter) op te lossen. Om na te kunnen gaan of aan verwachtingen voor sociale wijkteams wordt voldaan, is een systeem van monitoring en evaluatie nodig. Dat kan zich richten op het verloop van de processen in en rond sociale wijkteams en/of op de effectiviteit van sociale wijkteams. Ook in de Krimpenerwaardgemeenten zullen vanaf 2015 sociale wijkteams actief zijn. Ter voorbereiding daarop loopt er een pilot in de gemeenten Ouderkerk en Nederlek. Ook heeft een werkgroep de opdracht gekregen na te gaan hoe de effectiviteit van sociale wijkteams in de Krimpenerwaard kan worden vastgesteld. Vanuit de Krimpenerwaardgemeenten is het Tympaan Instituut gevraagd om de werkgroep te ondersteunen. 1.2 Vraagstelling De opdracht van de werkgroep is nader omschreven: stel de overkoepelende doelen (outcome) van de sociale teams vast en vertaal deze naar indicatoren en items voor monitoring en registratie. Deze opdracht is vertaald naar de volgende vraagstellingen: Wat zijn de doelen (outcome) van beleid in het sociale domein? Wat zijn de doelen van de (pilot) sociale wijkteam(s) in de Krimpenerwaard? Hoe kunnen deze doelen worden geoperationaliseerd in indicatoren/tussendoelen? Op welke wijze kunnen de waarden van deze indicatoren en de mate van effectiviteit worden vastgesteld/geregistreerd? 1.3 Aanpak en leeswijzer De eerste twee onderzoeksvragen zijn beantwoord via analyse van enkele beleidsstukken van de Krimpenerwaardgemeenten. Het resultaat daarvan is opgenomen in hoofdstuk 2. Via verdere analyse en gebruik van inzichten en ervaringen elders zijn vervolgens indicatoren bepaald, waarmee de derde onderzoeksvraag werd beantwoord. Een overzicht van doelen en indicatoren is opgenomen in hoofdstuk 3. De relevantie van doelen en indicatoren is getoetst in een bijeenkomst met het sociale wijkteam. De indicatoren zijn vervolgens in hoofdstuk 4 uitgewerkt naar de algemene wijze waarop de waarde ervan kan worden vastgesteld/geregistreerd. Daarmee is antwoord gegeven op de vierde onderzoeksvraag.
2
I2 Doelen 2.1 Doelen van beleid De doelen van sociale wijkteams staan niet los van de overkoepelende doelen binnen het sociale domein. De doelen binnen het sociale domein kunnen samenvattend beschreven worden als: een effectievere en efficiëntere ondersteuning van burgers die dat echt nodig hebben; een grotere eigen verantwoordelijkheid en meer zelfregie voor burgers die daartoe in staat zijn; burgers die naar vermogen participeren in de samenleving en het arbeidsproces; een financieel houdbaar stelsel. Het Beleidsplan Sociaal Domein Krimpenerwaard geeft aan hoe de Krimpenerwaardgemeenten vorm willen geven aan de nieuwe taken en verantwoordelijkheden in het sociale domein en noemt de volgende doelen: zorgcontinuïteit; binnen budgettair kader; een vernieuwde toegang naar ondersteuning; een versterkte samenleving; een aanbod van voorliggende algemene voorzieningen. Daarbij gelden de volgende uitgangspunten: zorgen dat er minder geld voor de individuele voorzieningen nodig is; zorgen dat er meer geïnvesteerd wordt in de collectieve voorzieningen; zorgen dat de samenleving zorgtaken zo veel mogelijk zelf op zich neemt daar waar dat mogelijk is; het ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers; inzetten op meer preventie en lichte zorg in plaats van zware zorg. (Beleidsplan Sociaal Domein Krimpenerwaard 2015-2018, augustus 2014) Meerledige doelstellingen zijn terug te vinden in het Triple Aim concept, dat staat voor (betere) kwaliteit van zorg, (hogere) kwaliteit van leven en lagere kosten. kwaliteit van leven kwaliteit van zorg kostenreductie Het concept gaat ervan uit dat de drie genoemde doelstellingen met elkaar te combineren en in evenwicht te brengen zijn. In de zorg blijkt uit de praktijk dat verschillende manieren 3
waarop het Triple Aim concept wordt toegepast succesvol zijn en dat het fundament voor dat succes is: een sterke geïntegreerde eerstelijnszorg. Dit betekent dat zorg zou moeten uitgaan van een sterke eerstelijnszorg, waarin zorgverleners ook outreachend werken en de juiste interventies op alle gezondheidsrisico s inzetten. (Bruijnzeels M. Triple Aim werkt. De Eerstelijns, april 2013) 2.2 Doelen van sociale wijkteams Krimpenerwaard Sociale wijkteams worden gezien als een belangrijk middel om dergelijke doelen te realiseren of dichter bij te brengen. Het projectplan Sociaal team en populatiebekostiging Krimpenerwaard noemt als (na te streven) doelen: substitutie van zware zorg naar preventieve arrangementen door het werken via de principes van eigen kracht, sociaal netwerk/particulier initiatief, algemene voorzieningen en gemeentelijk maatwerk of andere AWBZ-zorg; substitutie van zorg door nieuwe verbindingen tussen sociaal team, wijkverpleging en huisartspraktijk; (positieve) financiële effecten van deze vormen van substitutie. (Sociaal team en populatiebekostiging Krimpenerwaard, Pilot Ouderkerk & Nederlek, juli 2014) Het Ontwerp Sociale teams Krimpenerwaard 2015 vermeldt de volgende doelstelling van de sociale teams per 2015: Voor inwoners met ondersteuningsvragen op meerdere levensgebieden en/of inwoners die verminderd zelfredzaam zijn, wordt de ondersteuning integraler, effectiever en meer in samenhang aangeboden en uitgevoerd. De focus van het sociale team is om zo nodig eerder en meer gebruik te maken van eigen kracht, de dagelijkse leefomgeving en algemene voorzieningen, om zo de druk op duurdere (geïndiceerde) voorzieningen af te laten nemen. (Ontwerp Sociale teams Krimpenerwaard 2015, september 2014) 2.3 Doelen van beleid en sociale wijkteams samengevat Samengevat komt bovenstaande op het volgende neer: om zowel tot lagere kosten als kwaliteit van leven te komen is zo licht mogelijke en kwalitatief goede zorg nodig. Daartoe is een verschuiving van tweedelijnszorg naar lichtere vormen van eerstelijnszorg en ondersteuning en naar nuldelijnszorg nodig. Versterking van de nuldelijnszorg vindt plaats door meer inzet van eigen kracht van het sociale netwerk, van algemene voorzieningen en van preventieve maatregelen. 4
3 Doelen en indicatoren 3.1 Inleiding Een indicator is iets waaraan je kunt aflezen of afmeten of iets wordt bereikt. Het is een meetbaar fenomeen dat een signalerende functie heeft en een aanwijzing geeft over de mate (meer-minder) waarin een doel wordt bereikt. Uitgaande van doelen en tussendoelen van het beleid in het sociale domein en van de sociale wijkteams in de Krimpenerwaard zijn hieronder mogelijke indicatoren geformuleerd. Sommige indicatoren worden bij meerdere doelen genoemd, omdat die doelen elkaar overlappen. Er is een onderscheid gemaakt tussen kernindicatoren en overige indicatoren, op basis waarvan een keuze kan worden gemaakt voor indicatoren die per se wel moeten worden bijgehouden en indicatoren waarvoor daartoe (iets) minder urgentie bestaat. 3.2 Doelen en indicatoren 3.2.1 Indicatoren van het doel lagere kosten Kernindicatoren: afname uitgaven per cliënt per maatwerkvoorziening; afname uitgaven per cliënt per voorziening WLZ; afname uitgaven per cliënt per voorziening zorgverzekeraar. Andere indicatoren: afname uitgaven cliënten totaal; afname aantal indicaties voor maatwerkvoorzieningen; afname aantal indicaties voor voorziening WLZ; afname aantal indicaties voor voorziening zorgverzekeraar; afname aantal doorverwijzingen naar tweedelijnszorg; afname aantal escalaties; afname aantal crisismeldingen; afname aantal hulpverleners per gezin. 3.2.2 Indicatoren van het doel hogere kwaliteit van leven Kernindicatoren: toename ervaren kwaliteit zelfstandig en zelfredzaam functioneren; toename ervaren kwaliteit maatschappelijk participeren; toename ervaren kwaliteit functioneren op lichamelijk gebied; toename ervaren kwaliteit functioneren op psychisch gebied; toename ervaren kwaliteit functioneren op sociaal gebied. 5
3.2.3 Indicatoren van het doel tevreden cliënten Kernindicatoren: toename ervaren kwaliteit bejegening hulpverleners; toename ervaren kwaliteit deskundigheid hulpverleners; afname aantal klachten. Andere indicatoren: toename zelfredzaamheid en zelfstandig functioneren; toename maatschappelijke participatie. 3.2.4 Indicatoren van het doel lichtere zorg Kernindicatoren: afname aantal indicaties voor maatwerkvoorzieningen; afname aantal indicaties voor voorziening WLZ; afname aantal indicaties voor voorziening zorgverzekeraar. Andere indicatoren: afname aantal doorverwijzingen naar tweedelijnszorg; afname aantal escalaties; afname aantal crisismeldingen; afname aantal hulpverleners per gezin. 3.2.5 Indicatoren van het doel meer inzet eigen kracht Kernindicatoren: toename zelfredzaamheid en zelfstandig functioneren; toename maatschappelijke participatie; toename goed en gezond opvoedingsklimaat. Andere indicatoren: afname aantal indicaties voor maatwerkvoorzieningen; afname aantal indicaties voor voorziening WLZ; afname aantal indicaties voor voorziening zorgverzekeraar; afname aantal doorverwijzingen naar tweedelijnszorg; afname aantal escalaties; afname aantal crisismeldingen; afname aantal hulpverleners per gezin. 3.2.6 Indicatoren van het doel meer inzet sociaal netwerk Kernindicatoren: toename aantal mantelzorgers bij zorg en ondersteuning; toename omvang en duur van inzet mantelzorgers; toename aantal buren bij zorg en ondersteuning; toename omvang en duur inzet buren. Andere indicatoren: toename aantal (zorg)vrijwilligers bij zorg en ondersteuning; toename omvang en duur inzet (zorg)vrijwilligers bij zorg en ondersteuning; toename inzet sociale netwerkstrategieën; toename inzet andere methoden ter stimulering inzet sociaal netwerk; 6
toename aantal sociale netwerken; toename aantal bewonersinitiatieven. 3.2.7 Indicatoren van het doel meer inzet algemene voorzieningen Kernindicatoren: toename aantal algemene voorzieningen (vrijwilligersorganisaties, professionele organisaties) geschikt voor zorg en ondersteuning; toename aantal cliënten dat gebruikmaakt van algemene voorzieningen (vrijwilligersorganisaties, professionele organisaties) voor zorg en ondersteuning. 3.2.8 Indicatoren van het doel meer preventie Kernindicatoren: toename aantal outreachende activiteiten; toename aantal vroegsignaleringen. Andere indicatoren: toename aantal (eerste) contacten met moeilijk bereikbare doelgroepen; toename aantal ongevraagde adviezen en ondersteuning. 7
8
4 Doelen, indicatoren en registratie 4.1 Inleiding Of een doel wordt bereikt kan worden afgelezen aan (het verloop van) de waarde van indicatoren. De waarde van een indicator kan worden beïnvloed door verschillende factoren, bijvoorbeeld omdat een sociaal wijkteam bepaalde taken doelgericht uitvoert, werkwijzen doelgericht hanteert. De gewenste waarde van een indicator is soms wel en soms niet vastgelegd in een afgesproken norm (streefwaarde). Om de waarde van de indicator (en het verloop in de tijd) vast te stellen moet er periodiek worden gemeten. De metingen kunnen aan de hand van verschillende methoden en instrumenten en door verschillende actoren plaatsvinden. Wijkt de waarde af van een afgesproken norm dan is bijsturing noodzakelijk. 4.2 Doelen, indicatoren en registratie De doelen en indicatoren uit hoofdstuk 3 zijn hieronder in de eerste twee kolommen van het schema opgenomen. Er is een onderscheid gemaakt tussen kernindicatoren en andere indicatoren, op basis waarvan een keuze kan worden gemaakt voor indicatoren die per se wel moeten worden bijgehouden en indicatoren waarvoor daartoe (iets) minder urgentie bestaat. In de derde kolom staat op welke algemene wijze de waarde van de indicatoren kan worden nagegaan. In het kader van de werkgroep konden nog geen specifieke methoden of instrumenten worden geïnventariseerd die daarvoor kunnen worden gebruikt. 9
Doelen, indicatoren en registratiemethoden doel mogelijke indicatoren/aanwijzers methode/instrumenten tbv registratie lagere kosten hogere kwaliteit van leven tevreden cliënten kernindicatoren - afname uitgaven per cliënt per maatwerkvoorziening - afname uitgaven per cliënt per voorziening wlz - afname uitgaven per cliënt per voorziening zorgverzekeraar andere indicatoren - registratie obv beschikking/facturatie - idem - idem - afname uitgaven cliënten totaal - jaaruitgaven - afname aantal indicaties voor maatwerkvoorzieningen - afname aantal indicaties voor voorziening wlz - afname aantal indicaties voor voorziening zorgverzekeraar - afname aantal doorverwijzingen naar tweedelijnszorg - afname aantal escalaties - afname aantal crisismeldingen - afname aantal hulpverleners per gezin kernindicatoren - toename ervaren kwaliteit zelfstandig en zelfredzaam functioneren - toename ervaren kwaliteit maatschappelijk participeren - toename ervaren kwaliteit functioneren op lichamelijk gebied - toename ervaren kwaliteit functioneren op psychisch gebied - toename ervaren kwaliteit functioneren op sociaal gebied kernindicatoren - klanttevredenheidsonderzoek, vragenlijst, verdiepende interviews - klanttevredenheidsonderzoek, vragenlijst, verdiepende interviews - klanttevredenheidsonderzoek, vragenlijst, verdiepende interviews - klanttevredenheidsonderzoek, vragenlijst, verdiepende interviews - klanttevredenheidsonderzoek, vragenlijst, verdiepende interviews - toename ervaren kwaliteit bejegening - klanttevredenheidsonderzoek, vragenlijst, hulpverleners verdiepende interviews - toename ervaren kwaliteit deskundigheid - klanttevredenheidsonderzoek, vragenlijst, hulpverleners verdiepende interviews - afname aantal klachten andere indicatoren - toename zelfredzaamheid en zelfstandig functioneren - zelfredzaamheidsmatrix - toename maatschappelijke participatie - zelfredzaamheidsmatrix, participatieladder 10
doel mogelijke indicatoren/aanwijzers methode/instrumenten tbv registratie lichtere zorg meer inzet eigen kracht meer inzet sociaal netwerk kernindicatoren - afname aantal indicaties voor maatwerkvoorzieningen - afname aantal indicaties voor voorziening wlz - afname aantal indicaties voor voorziening zorgverzekeraar andere indicatoren - afname aantal doorverwijzingen naar tweedelijnszorg - afname aantal escalaties - afname aantal crisismeldingen - afname aantal hulpverleners per gezin kernindicatoren - toename zelfredzaamheid en zelfstandig functioneren - zelfredzaamheidsmatrix - toename maatschappelijke participatie - zelfredzaamheidsmatrix, participatieladder - toename goed en gezond opvoedingsklimaat andere indicatoren - afname aantal indicaties voor maatwerkvoorzieningen - afname aantal indicaties voor voorziening wlz - afname aantal indicaties voor voorziening zorgverzekeraar - afname aantal doorverwijzingen naar tweedelijnszorg - afname aantal escalaties - afname aantal crisismeldingen - afname aantal hulpverleners per gezin kernindicatoren - toename aantal mantelzorgers bij zorg en ondersteuning - toename omvang en duur van inzet mantelzorgers - toename aantal buren bij zorg en ondersteuning - toename omvang en duur van inzet buren andere indicatoren - toename aantal (zorg)vrijwilligers bij zorg en ondersteuning - toename omvang en duur inzet (zorg)- vrijwilligers bij zorg en ondersteuning - toename inzet sociale netwerkstrategieën - toename inzet andere methoden ter stimulering inzet sociaal netwerk 11
doel mogelijke indicatoren/aanwijzers methode/instrumenten tbv registratie meer inzet algemene voorzieningen meer preventie - toename aantal sociale netwerken - toename aantal bewonersinitiatieven kernindicatoren - toename aantal algemene voorzieningen (vrijwilligers- en professionele organisaties) geschikt voor zorg en ondersteuning - toename aantal cliënten dat gebruikmaakt van algemene voorzieningen (vrijwilligersen professionele organisaties) voor zorg en ondersteuning kernindicatoren - toename aantal outreachende activiteiten - toename aantal vroegsignaleringen andere indicatoren - toename aantal (eerste) contacten met moeilijk bereikbare doelgroepen - toename aantal ongevraagde adviezen en ondersteuning 12
45 Nawoord In de inleiding is aangegeven dat een systeem van monitoring en evaluatie nodig is om na te kunnen gaan of aan verwachtingen van sociale wijkteams wordt voldaan. En dat dat systeem zich kan richten op het verloop van de processen in en op de effectiviteit van sociale wijkteams. Het overzicht in hoofdstuk 4 heeft betrekking op de effectiviteit van sociale wijkteams in de Krimpenerwaard en biedt de mogelijkheid om keuzen te maken in wat en hoe hiervan te registreren. Zo n overzicht kan aan relevantie winnen indien het ook betrekking heeft op de processen in sociale wijkteams en wordt aangevuld met inzichten uit andere gemeenten. Zo kan het een meer algemene geldigheid krijgen. Het Tympaan Instituut zet zich in voor het maken van een systeem van monitoring en evaluatie door inzichten van meerdere gemeenten te combineren. 13
14