Ontwerponderzoek Berekenen netto cashdividend per aandeel. Papers 1 t/m 5

Vergelijkbare documenten
Titel In drie fasen de inkomstenbelastingen berekenen: P2. Loon- en inkomstenbelasting. Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Ontwerponderzoek paper 2 Geografische informatievaardigheden in 5 VWO

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Ontwerponderzoek Paper 3: Onderzoeksplan

Grafieken, samenwerkend leren, hardop denken, stappenplan

Tijd: 8:30. Klas: 3HVc 9:10. Beginsituatie Leerlingen hebben week hiervoor toets seksualiteit gehad (zie paper 1)

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Paper 4: Uitvoeringsfase. Management & Organisatie

Ontwerp Onderzoek: Paper 3: Onderzoeksinstrumenten. Leraren Opleiding. Management & Organisatie

Docent: Eva Lems Datum: Tijd: 8.30 Klas: H3C Aantal lln: 26

Paper 1: Ontwerprapport. Management & Organisatie

ONTWERPRAPPORT PAPER 3

Spanningsveld: theorie en praktijk

BIJLAGE 1.1 Lesplan les 1

Omschrijven, formules, natuurkunde, stappenplan, begripspracticum

Docentenhandleiding, Leren Modelleren. Amsterdam, 27 maart Inleiding

Titel Stap voor stap de inkomstenbelasting berekenen. P1. Loon- en inkomstenbelasting. Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Ontwerponderzoek Paper 4: Uitvoering

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam. Literatuur, leeservaring, dialogisch leren, kwestie

Contextgericht leren: leren met behulp van je eigen onderneming

Bijlage: Lesplannen en docentenhandleiding

ONTWERPRAPPORT PAPER 4

Contextgericht leren: leren met behulp van je eigen onderneming

Sleuteltermen Stappenplan, belevingswereld, motivatie, boxenstelsel, economie Bibliografische referentie

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Kwartet Hofcultuur. Willemien Cuijpers en Marie Thérèse van de Kamp, Interfacultaire Lerarenopleiding, UvA

Probleembeschrijving

Ontwerponderzoek Paper 2: Ontwerpplan

Zelfgestuurd leren met Acadin

Hieronder staat het MDA schema van de gegeven les op het ILO bij de medestudenten en de leerlingopdrachten.

Het Socratisch Gesprek als methode voor kritisch denken

Sleuteltermen Stappenplan, belevingswereld, motivatie, boxenstelsel, economie Bibliografische referentie

0. LESVOORBEREIDING. Bij kennis verwerven en integreren

Workshop voorbereiden Authentieke instructiemodel

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Paper 2: Ontwerp. Samenvatting paper 1: Ontwerphypothese:

DOEN! - Praktische opdracht beschrijvende statistiek in 4HAVO. Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Schrijfvaardigheid in vwo+ Een ontwerp voor uitdagende en tot samenwerking motiverende lessen voor excellente leerlingen

Instapmodule Niveau A2

Ontwerp onderzoek. Probleem beschrijving. Probleemanalyse. Karen Werter, Lesonderwerp: Sparen en lenen

Ontwerprapport Naam auteur(s) Ronald Kuijper Vakgebied

Rubrics vaardigheden

Hoe een training in metacognitieve vaardigheden leerlingen en docenten helpt! Bijeenkomst 2

Ontwerponderzoek Paper 1: definitiefase

Rubrics vaardigheden

Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn Stageopdracht Effectief leren

Het verbeteren van zelfwerkzaamheid van 2 havo/vwo leerlingen.

Tentoonstelling Beeldende Kunst Middeleeuwen

Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam. Natuurkunde, formules, omschrijven, stappenplan, grootheden

Van Doelstelling, naar leeractiviteit naar werkvorm

Contextgericht leren: leren met behulp van je eigen onderneming

Leren over het leerdoel van de praktische opdracht en de komende lessen.

Een probleem oplossen is ook een vaardigheid

Tekstbegrip bij 4 havo. Interfacultaire Lerarenopleiding, Universiteit van Amsterdam

Een voorstelling met een duidelijk doel

HOUT EN BOUW. Activerende werkvormen? De leraar doet er toe.

Motivatie verhogen door activerende leertaken en het vergroten van de leerlingbetrokkenheid

Les 1 Inkomstenbelasting

DIRECTE INSTRUCTIE. Versie Tentamen. Proeve (RU) Competentie(s)

Zo verstuurt u een WhatsApp! Opdracht: Analyseren, evalueren

Lesbrief: Beroepenmagazine Thema: Mens & Dienstverlenen aan het werk

Leerwerktaak: Verhaaltjessom oplossen aanleren

Leerlingbegeleiding ADD: wat helpt volgens de leerlingen zelf?

Opbrengstgericht werken bij andere vakken. Martine Amsing, Marijke Bertu, Marleen de Haan

Bloom. Taxonomie van. in de praktijk

Tekstbegrip bij 4 havo. Interfacultaire Lerarenopleiding, Universiteit van Amsterdam

OPDRACHTEN BIJ THEMA 11 BELEID

Ontwerponderzoek: Paper 3

China. Stadsgeluiden in China. 3 lessen rond geluiden in een Chinese stad. Vakgebied: Muziek. Lesduur: 60 minuten per les

Het leren van de uitspraak van onbekende klanken van Arabische letters. Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Instapmodule ter voorbereiding op het werken met Nieuwsrekenen

Voordoen (modelen, hardop denken)

Nationaal Gevangenismuseum Gevangen in beeld

Speels oefenen. Relaties tussen vermenigvuldigsommen. Vermenigvuldigen

Paper 3: Uitvoeringsfase. Management & Organisatie

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën.

Laag Vaardigheden Leerdoelen Formulering van vragen /opdrachten

Toets- en Examentrainer Horeca, Bakkerij en Recreatie GL

Richtlijn Het Activerende Directe Instructie Model

Verslag Aardrijkskunde Lesvoorbereiding les 1

Ontwerponderzoek Paper 4 Uitvoering Samenvatting Lessenserie Dataverzameling

Ontwerponderzoek Paper 4: Uitvoering

Titel: Creatief met (kilo) gram Groep 5 rekenen 1

Modelleren en visualiseren

Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven Bron: Didactisch model van Gelder. Student(e) Klas Stageschool Plaats

Datum: Les in reeks (nr1): Beginsituatie: wat is de aanpak van de kandidaten bij het beantwoorden van examenvragen

BIJLAGEN DOCENTENHANDLEIDING. Doel van de lessenserie

Een geslaagde activiteit

In de vorige les heeft de docent uitleg gegeven over oligopolie. Leerlingen hebben ook opdrachten gemaakt die klassikaal werden besproken.

Willemien Cuijpers en Marie-Thérèse van de Kamp, Interfacultaire Lerarenopleiding UvA

Instructie en opzet werkvorm onderwerp opdracht: organen en cellen.

Verwondering over de overeenkomsten tussen het gedrag van mensen en andere zoogdieren. Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam

Datum: Aantal leerlingen: 14 Tijd: 08:55 09:40 Klas: B1B

Culturele hoofdstad van Europa

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën.

Wiskunde Lesperiode 1

Paper 2 en 3. Balans en verlies en winstrekening. Management & Organisatie

Transcriptie:

Ontwerponderzoek Berekenen netto cashdividend per aandeel. Papers 1 t/m 5 Naam auteur(s) Saskia Ruurs, drs Vakgebied Management & Organisatie Titel Berekenen netto cashdividend per aandeel. Onderwerp Berekenen netto cashdividend Opleiding Interfacultaire Lerarenopleidingen, Universiteit van Amsterdam Doelgroep Havo 5 & vwo 6 Sleuteltermen Stappenplan, Probleem Analyse Diagram, netto cashdividend Links Bibliografische referentie Geeft aan hoe andere gebruikers van het rapport zouden moeten verwijzen. Bijvoorbeeld: Ruurs, S.Ch. (2014). Berekening netto cash dividend per aandeel. Amsterdam: Interfacultaire Lerarenopleidingen UvA. Studentnummer 10702911 Begeleider(s) Peter van der Veen Beoordelaar(s) indien Peter van der Veen & Erik Jolink bekend Datum 30 december 2014

Paper 1: Ontwerpplan Inleiding. Bij het vak M&O wordt van de leerlingen verwacht dat zij ten aanzien van het eigen vermogen van een NV en BV kunnen berekenen wat het netto cashdividend per aandeel is. In de Exameneisen havo (Management en Organistie Havo Syllabus centraal examen 2015, 2013) en in de Exameneisen (Management en Organisatie Vwo; Syllabus centraal eindexamen 2015, 2013) vwo staat: Domein C: Financiering van activiteiten Subdomein C2: Aantrekken van geld De kandidaat kan: 9.33 het dividendpercentage of het dividendbedrag per aandeel van cashdividend en stockdividend berekenen. Op het Thomas a Kempis College wordt gewerkt met de methode Management & Organisatie in Balans, Sarina van Vlimmeren, Wim de Reuver & Tom van Vlimmeren. Het eigen vermogen met de dividendberekeningen wordt in het havo-boek behandeld in Hoofdstuk 11 en in het vwoboek in hoofdstuk 13. Probleem: Leerlingen kunnen het netto cashdividend per aandeel niet goed berekenen. Hoe weet ik dat: Ik heb mijn leerlingen havo 5 en vwo 6 tijdens een les een opgave laten maken, waarin het netto cashdividend moet worden berekend. De leerlingen kregen hiervoor 20 minuten. De leerlingen kwamen er niet uit. Dit heb ik geconstateerd door de papieren waarop de opgave is gemaakt, in te nemen en te verwerken. Uit de leerlinggegevens 1 blijkt dat niemand de opgave volledig heeft kunnen maken. Bij de theorievragen kon deelvraag a door 91,6% beantwoorden en deelvraag b nog 50%. Maar bij de berekeningen werd het percentage van leerlingen dat het gemaakt heeft steeds kleiner, Bij deelvraag c kon nog 33,3% van de leerlingen een antwoord produceren, bij deelvraag d was dat nog maar 16,7% en bij deelvraag e was niemand meer in staat een antwoord te geven. Uit de Wolf analyse blijkt dat vwo leerlingen op het CE lager scoren dan het landelijk gemiddelde. (Cito, Wolf analyse M&O havo, 2012) (Cito, Wolf analyse M&O havo, 2013) (Cito, Wolf analyse M&O havo, 2014) (Cito, Wolf analyse M&O vwo, 2012) (Cito, Wolf analyse M&O vwo, 2013) (Cito, Wolf analyse M&O vwo, 2014) o Havo 2012: opgave 4; landelijke score 59; mijn groep 57 2013; opgave 1; landelijk score 39; mijn groep 48 2014; opgave 1; landelijke score 54; mijn groep 66 o Vwo 2012; opgave 1; landelijke score 62; mijn groep 54 2013; opgave 1; landelijke score 56; mijn groep 49 2014; opgave 6; landelijke score 64; mijn groep 50 o Conclusie; uit wolf blijkt dat de havo leerlingen op het CE het beter doen dan het landelijk gemiddelde, maar de vwo-leerlingen niet. Ik heb wel met alle groepen heel veel geoefend met oude eindexamenopgaven., dat levert dus bij de havo resultaat op uiteindelijk. Maar ik wil graag dat zij al eerder geen angst meer hebben voor aandelenopgaven. Mijn collega s en ik hebben de ervaring dat de leerlingen moeite hebben om de netto cashdividend te berekenen. Lumen Dekker (Dekker, 2014) (havo 5 en vwo 6) geeft aan dat: Mijn leerlingen hebben altijd moeite met de opgaven als het gaat om het splitsen van dividend in cash en stockdividend. Het is voor hen erg abstract. Vaak gaan ze de fout in bij de berekening omdat ze geen houvast hebben. Ze zien niet echt een beeld voor zich. Ze onthouden soms de berekening, maar snappen niet echt de logica. Het besef dat je de dividendbelasting moet betalen over zowel het stock als het bruto cash dividend wordt vaak vergeten. Ruben Soppe (Soppe, 2014) (TL, havo 4, vwo 4 & vwo 5) geeft aan dat: Mijn leerlingen vinden aandelen vaak heel lastig. Dat komt door dat het een ver van hun bed show is. Ze weten er wel wat van, maar kunnen er niet mee werken omdat ze er geen goed beeld bij hebben. Ook vinden ze het vanaf het begin af aan lastig, om allerlei berekeningen er mee uit te voeren. 1 Zie bijlage 1.

Waarom is dit een probleem? Leerlingen 2 geven aan dat: zij zich geen beeld kunnen vormen bij wat er gebeurt bij aandelen en dividend. Zij het een moeilijk onderwerp vinden. Zij niet weten welke stappen zij moeten nemen om tot de oplossing te komen. Hoe weet ik dat? Ik heb de leerlingen 3 na het maken van de opgave gevraagd antwoord te geven op de vragen: Heb je alles kunnen maken? Waarom wel, waarom niet? Vond je de opgave moeilijk? Waarom wel, waarom niet? Uit de analyse van de leerlinggegevens blijkt dat: 75% van de leerlingen vindt het onderwerp moeilijk, waardoor de motivatie om aan dit soort opgaven te beginnen laag is. 33,3% van de leerlingen geeft aan dat zij de berekeningen en/of stappen die zij moeten nemen niet meer weten. 25% van de leerlingen kan zich geen beeld vormen van wat er bij aandelen gebeurt. Oorzaak 1: De leerlingen vinden het onderwerp moeilijk, met name omdat het boek de stof moeilijk beschrijft. Hierdoor zijn de leerlingen minder gemotiveerd om aan dit soort opgaven te beginnen. Oplossing 1: Leerlingen leggen aan elkaar in eigen woorden de stof uit. Onderbouwing: Voor het leren is van belang dat leerlingen een positieve houding hebben ten aanzien van school. (Marzano & Miedema, 2013) De strategieën die daarop gericht zijn, worden verdeeld in 3 thema s, waarvan de strategie ten aanzien van schoolse taken en opdrachten hier van belang zijn. Het gaat om de volgende thema s: Leerlingen moeten de schoolse taken als zinvol ervaren, Leerlingen moeten het gevoel hebben dat zij de taken ook echt kunnen uitvoeren, zij moeten zelfvertrouwen hebben, Leerlingen moeten een helder beeld hebben van at er van hun wordt veracht. Bij deze thema s worden verschillende manieren van aanpakken aangegeven. Uit deze thema s ligt de oplossing in het eerste thema Leerlingen de schoolse taken en opdrachten als zinvol ervaren. Bij dit thema worden de volgende aanpakken aangereikt: o Ontwikkel een gevoel van vertrouwen in doel en praktijk van de school o Help leerlingen begrijpen wat de waarde is van specifieke kennis. o Ontwikkel betrokkenheid bij leertaken. o Ontwikkel leertaken die aansluiten bij de doelen en de belangstelling van leerlingen. Binnen dit thema kan de oplossing liggen in Help leerlingen begrijpen wat de waarde is van specifieke kennis en in Ontwikkel betrokkenheid bij leertaken. Om de leerlingen te laten begrijpen wat de waarde is van specifieke kennis kun je de leerlingen vragen aan elkaar uit te leggen wat zij denken dat je kunt met bepaalde kennis of leertaken. Ik denk hier ook aan het in eigen woorden aan elkaar uitleggen van de inhoud van de stof. Om de betrokkenheid bij de leertaken te ontwikkelen, is het ontwikkelen van authentieke leertaken, dit zijn leertaken die een band hebben met het echte leven buiten school. Ik denk hier aan het fictief opzetten van een NV. En dat er na een jaar met winst te hebben gedraaid er een Algemene Vergadering van Aandeelhouders is om de winst te verdelen. Motivatie en dus het leergedrag wordt bepaald door zes factoren (Ebbens & Ettekoven, 2013), te weten Succesbeleving Het behalen van succes verlangt naar meer. Dit kun je bij leerlingen stimuleren door positieve feedback te geven en aan te sluiten bij de voorkennis en de mogelijkheden van de leerlingen. Individuele aanspreekbaarheid Leerlingen leren niet effectief als zij meer dan 10 minuten achter elkaar moeten luisteren. Als docent moet je ervoor zorgen dat je werkvormen gebruikt waardoor de hele klas aangesproken wordt. Je kunt bijvoorbeeld de leerlingen met een korte opdracht aan het werk zetten en aangeven dat na afloop enkele uit de groep moeten vertellen wat zij 2 Zie bijlage 1. Analyse leerlinggegevens. 3 Zie bijlage 1. Analyse leerlinggegevens.

hebben uitgedacht. Als leerlingen weten dat zij daadwerkelijk aangesproken kunnen worden, worden zij gemotiveerd om mee te doen. Feedback, kennis van resultaten Goede feedback is concreet, specifiek en komt snel. Het maakt dat de leerling weet wat hij kan en niet kan en wat hij nog moet doen om de leerdoelen te halen. Betekenis geven Als leerlingen het leerdoel zelf betekenis kunnen geven, zullen zij daar gemotiveerder door worden. Kennis krijgt betekenis als leerlingen weten waarvoor ze die kennis kunnen gebruiken. Daarnaast is gebleken dat het aansluiten bij wat leerlingen al weten, het leren veel effectiever maakt. Interesse in de leerling en veiligheid Een veilig leerklimaat is belangrijk omdat de leerlingen zich durven te laten zien en zich individueel aanspreekbaar kunnen tonen. In een veilige leeromgeving durft dus iedereen aan de klas te vertellen wat er gevraagd wordt. De docent speelt daarin een belangrijke rol, met name een positieve benadering van leerlingen werkt positief. Positieve benadering Een positieve benadering is de basis voor elke effectieve les. Als je bij een leerling benadrukt wat hij wel kan i.p.v wat hij niet kan, staat hij positiever tegenover de nog te leren stof. De bovenstaande succesfactoren werken het best in combinatie met elkaar. Maar voor deze oorzaak van het probleem zou gekeken kunnen worden het aanpakken van de individuele aanspreekbaarheid. Dit zou kunnen inhouden een opdracht, waarbij de leerlingen eerst zelf de tekst in eigen woorden vertalen, dan aan elkaar uitleggen, en daarna een willekeurig iemand die dat weer aan de hele groep uitlegt of een vraag van de docent moet beantwoorden. Oorzaak 2: Leerlingen weten niet welke stappen zij moeten nemen om tot de oplossing te komen. Ook hierdoor zijn zij niet gemotiveerd om aan dit soort opgaven te beginnen. Oplossing 2: Het aanleren van een stappenplan, omgezet in een schema (PAD). Onderbouwing: Het aanleren van nieuwe kennis speelt zich af op 2 vlakken, namelijk in denken en in doen. Dit is uitgewerkt in het driefasenmodel. (Marzano & Miedema, Dimensie 2 Nieuwe kennis verwerven en integreren, 2013) Schematisch ziet dat er als volgt uit. Denken Doen Betekenis opbouwen Stappenplan achterhalen schematiseren uitproberen onthouden Automatiseren, inslijpen Uit dit schema blijkt dat het achterhalen van een stappenplan de basis is voor doen. Om dit stappenplan goed te kunnen uitproberen, is het handig om dit schematisch weer te geven. Daarvoor heeft de leerling wel de kennis nodig, die voor hem betekenis heeft. Dit proces zal zich herhalen tot hij het juiste schema heeft gevonden. Daarna kan het onthouden en het inslijpen pas echt goed vorm krijgen. Met name een goed stappenplan met schema zal bijdragen tot het makkelijker kunnen onthouden en het beter automatiseren van de stof. Bijna elk rekenkundig probleem heeft een conceptueel model als grondslag. (Vernooij, 2003) Dit model moet worden vereenvoudigd, waardoor een systematische aanpak van het probleem mogelijk is. Om inzicht in de berekeningen te krijgen wordt een stappenplan gemaakt, met logische stappen. Leerlingen zijn geneigd om direct te gaan rekenen,

zonder eerst te bedenken welke logische berekeningen er gedaan moeten worden. Als de leerling het probleem kan omvormen door een overzichtelijk stappenplan in woorden, zal hij alle vergelijkbare problemen kunnen oplossen. De stappen zijn oriëntatie, analyse van het probleem, planning van de uitwerking, berekening van de uitkomst, controle van het proces en evaluatie van het resultaat. Een van de manieren om de analyse uit het stappenplan vorm te geven is het Probleem Analyse Diagram (PAD). Uit het PAD kan het analyse- en oplossingspad gemaakt worden. Door de uitkomst van de berekeningen te gaan maken, kan de leerling zien of hij de juiste stappen en berekeningen heeft opgenomen in zijn PAD. Door steeds te controleren en bij te sturen zal uiteindelijk het juiste PAD met het juiste oplossingspad gevonden worden. Bij een vergelijkbaar probleem kan de leerling dan gebruik maken van een al eerder gevormd PAD en hoeft dan alleen nog het juiste oplossingspad te bedenken. Oorzaak 3: De leerlingen kunnen zich geen beeld kunnen vormen van wat er gebeurt bij winstverdeling en dividenduitkering. Dit zorgt ervoor dat de leerlingen niet gemotiveerd zijn om aan dit soort opgaven te beginnen. Oplossing 3: Het fictief opzetten van een NV, met AvA. Onderbouwing: Vergelijkbaar met oplossing 1 Is het ook hier voor het leren van belang dat leerlingen een positieve houding hebben ten aanzien van school. (Marzano & Miedema, Dimensie 1 Motivatie, 2013) Uit de al eerder beschreven thema s ligt de oplossing in het eerste thema Leerlingen de schoolse taken en opdrachten als zinvol ervaren. Binnen dit thema kan de oplossing liggen in Help leerlingen begrijpen wat de waarde is van specifieke kennis en in Ontwikkel betrokkenheid bij leertaken. Om de betrokkenheid bij de leertaken te ontwikkelen, is het ontwikkelen van authentieke leertaken, dit zijn leertaken die een band hebben met het echte leven buiten school. Ik denk hier aan het fictief opzetten van een NV. En dat er na een jaar met winst te hebben gedraaid er een Algemene Vergadering van Aandeelhouders is om de winst te verdelen. Zoals ook al bij oplossing 1 al aan de orde is geweest, wordt de motivatie en het leergedrag van leerlingen bepaald wordt door de factoren succesbeleving, individuele aanspreekbaarheid, feedback, betekenis geven, interesse in de leerling en veiligheid en positieve benadering. (Ebbens & Ettekoven, 2013) Deze succesfactoren werken ook hier het best in combinatie met elkaar. Maar voor deze oorzaak van het probleem ligt een mogelijke oplossing in het benadrukken van het betekenis geven. Om helderheid te krijgen over wat zij moeten kunnen, is het naspelen van de werkelijkheid ook een mogelijkheid om betekenis te geven aan de te leren stof. Bij dit probleem zou dat kunnen door het fictief opzetten van een NV. En dat er na een jaar met winst te hebben gedraaid er een Algemene Vergadering van Aandeelhouders is om de winst te verdelen. Keuze voor stappenplan. Uit de bovenstaande oplossingen kies ik voor het maken van een stappenplan, omgezet in een schema (PAD). Bij M&O zijn alle opgaven die de leerlingen moeten maken een probleem dat opgelost moet worden. Als ik nu het stappenplan goed kan uitwerken, kunnen mijn collega s, mijn leerlingen en ik dit gebruiken bij alle examenonderwerpen van M&O. Dit zal dan de resultaten van de leerlingen ten goede komen. Ontwerphypothese Als ik het berekenen van het netto cashdividend aanpak met het aanleren van een stappenplan, zullen de leerlingen gemotiveerder aan de opgave beginnen, met als gevolg dat de resultaten verbeteren. Ontwerpregels Ik maak tijdens de lessenserie 4 gebruik van de volgende ontwerpregels: 1. Ik ga de lessenserie uitvoeren in havo 5. 2. Ik ga in de 4 lessen een stappenplan aanleren. 3. Ik gebruik het stappenplan van Fons Vernooij. 4. Ik maak gebruik van PAD s voor het schematiseren. 4 Zie bijlage 2: de lessenserie.

Tijdspad Omschrijving Leerling materiaal maken Verbeteren aanvullen llmateriaal Maken smartbordmateriaal Schrijven OO1,2,3 Inleveren OO1,2,3 Nulmeting Toetsopgave laten maken Lessenserie uitvoeren Oefen Learner report Evaluatie toetsopgave maken Evaluatie learner report invullen Evaluatie Toetsopgave verwerken Evaluatie learner report verwerken Poster maken Schrijven OO4 Schrijven OO5 Inleveren OO4,5 Week 42 12-18 okt Week 43 19 25 okt Week 44 26 okt 1 nov Week 45 2 8 nov Week 46 9 15 nov Week 47 16 22 nov Week 48 23 29 nov Week 49 30 nov 6 dec Week 50 7 13 dec Week 51 14-20 dec Week 52 21 27 dec Week 1 28 dec 3 jan Evaluatie De evaluatie 5 wil ik uitvoeren met behulp van 2 onderzoeksinstrumenten: Instrument 1: Het maken van een opgave. Ik wil graag door de inzet van het maken van een opgave zien of de leerlingen met het geleerde stappenplan een verbetering laten zien in de berekeningen en uitkomsten. Ik wil dat doen door bij de start en na afloop van de lessen de leerlingen eenzelfde opgave te laten maken. Deze bespreek ik na de eerste keer maken niet, zodat ik goed kan zien welk effect het geleerde stappenplan heeft op de resultaten. Instrument 2: Learner Report. Ik wil graag door het gebruik van een learner reportinzicht krijgen in het gedrag van de leerlingen ten aanzien van opgaven over aandelen. Ik wil om te oefenen na afloop van de eerste les een learner report laten invullen. Na afloop van de lessenserie laat ik de echte volledige learner report invullen. 5 Zie bijlage 3: evaluatie.

Bibliografie Cito. (2012). Wolf analyse M&O havo. Cito. (2013). Wolf analyse M&O havo. Cito. (2014). Wolf analyse M&O havo. Cito. (2014). Wolf analyse M&O vwo. Cito. (2012). Wolf analyse M&O vwo. Cito. (2013). Wolf analyse M&O vwo. Dekker, L. (2014, september 6). Vraag voor mijn studie. (S. C. Ruurs, Interviewer) Ebbens, S., & Ettekoven, S. (2013). Effectie leren in de les. In S. Ebbens, & S. Ettekoven, Effectief leren, basisboek (p. 215). Groningen / Houten: Noordhoff Uitgevers bv. (2013). Management en Organisatie Vwo; Syllabus centraal eindexamen 2015. Utrecht: College voor examens. (2013). Management en Organistie Havo Syllabus centraal examen 2015. Utrecht: College voor Examens. Marzano, R., & Miedema, W. (2013). Dimensie 1 Motivatie. In R. Marzano, & W. Miedema, Leren in 5 dimensies (p. 244). Assen: Van Gorcum. Marzano, R., & Miedema, W. (2013). Dimensie 2 Nieuwe kennis verwerven en integreren. In R. Marzano, & W. Miedema, Leren in 5 dimensies (p. 244). Assen: Van Gorcum. Soppe, R. (2014, september 6). Vraag voor mijn studie. (S. C. Ruurs, Interviewer) Vernooij, F. (2003). Probleemoplossen als vaardigheid. Tijdschrift voor Economisch Onderwijs, 171 e.v.

BIJLAGE 1. Analyse Leerlinggegevens: De uitwerking van de opgave: Totaal aantal leerlingen: 3 vwo 6 & 9 havo 5 = 12 leerlingen Deelvraag gemaakt In % h5 v6 A 11 11/12 x 100 = 91,7% 9 2 B 6 6/12 x 100 = 50% 5 1 C 4 4/12 x 100 = 33,3% 2 2 D 2 2/12 x 100 = 16,7% 1 1 E 0 0/12 x 100 = 0% 0 0 Conclusie: De opgave bestaat uit a t/m e, waarbij a en b theorievragen zijn en c t/m e berekeningen. Uit de leerlinggegevens blijkt dat niemand de opgave volledig heeft kunnen maken, (deelvraag e = 0%). Met name de theorieopgaven werd nog wel beantwoord (a = 91,6% en b = 50%), maar bij de berekeningen werd het percentage van leerlingen dat het gemaakt heeft steeds kleiner (c = 33,3%, d = 16,7% en e = 0%). Uitwerking van de extra vragen: Heb je alles kunnen maken? Nee = 12 van de 12 leerlingen = 100% Waarom niet: De theorie is weggezakt IIIII Ik snap überhaupt niet van de vraag inhoudt/ vraagstelling II Ik vind de theorie in het boek moeilijk / begrippen III Ik kan me geen beeld vormen van alles wat met aandelen te maken heeft. I Het is een moeilijke opgave I Ik weet niet meer welke berekeningen ik moet gebruiken I Ik heb altijd al moeite gehad met aandelen IIII Niet snel genoeg gewerkt / te lang nadenken over een onderdeel II Lang geleden, dus hoe je de sommen moet maken is weggezakt II Gebrek aan kennis die er overigens ook nooit is geweest I Vond je de opgave moeilijk? 10 moeilijk; 1 sommige onderdelen moeilijk, sommige makkelijk; 1 geen idee Waarom? Ik vind de stof ingewikkeld Ik snap überhaupt niet van de vraag inhoudt. Ik vind de theorie in het boek moeilijk Ik kan me geen beeld vormen van alles wat met aandelen te maken heeft. Ik weet niet precies wat de begrippen betekenen De vraagstelling is lastig Ik weet niet welke berekeningen ik moet gebruiken. Ik wist niet welke stappen ik moest nemen Ik vind het verband tussen de begrippen en de rekenopgaven lastig Het waren verschillende soorten vragen Lang geleden, dus hoe je de sommen moet maken is weggezakt Ik heb altijd al moeite gehad met aandelen I I I III III I I I I I II IIII Als je dit gaat ordenen kom je tot: De theorie is weggezakt 5 lln = 5/12x100 = 41,7% Het onderwerp is moeilijk = Theorie moeilijk / weet niet wat de begrippen betekenen / Altijd al moeite met aandelen 9 lln = 9/12x100 = 75% Ik kan me geen beeld vormen van wat er met aandelen gebeurt 3 lln = 3/12x100 = 25% Ik weet berekeningen / stappen niet meer 4 lln = 4/12x100 = 33,3% Samenvattend tot 3 oorzaken: De theorie is weggezakt is geen oorzaak van het algemene probleem. 75% van de leerlingen vindt het onderwerp moeilijk, waardoor de motivatie om aan dit soort opgaven te beginnen laag is. 33,3% van de leerlingen geeft aan dat zij de berekeningen en/of stappen die zij moeten nemen niet meer weten. 25% van de leerlingen kan zich geen beeld vormen van wat er bij aandelen gebeurt.

BIJLAGE 2 De Lessenserie. Mijn aanpak van het stappenplan met schema omvat de volgende componenten: Les 1 Ik laat zien uit welke stappen het stappenplan bestaat. Ik leg de oriëntatie uit aan de hand van een voorbeeld met het berekenen van stockdividend per aandeel. Dat doe ik hard op denkend. Op die manier wil ik de leerlingen voordoen hoe het denken in zijn werk gaat. Ik laat de leerlingen oefenen met de oriëntatiefase aan de hand van een opgave over cashdividend en met het invullen van een learner report. Daarin komt het volgende aan de orde. Oriëntatie: wat staat er precies bij de gegevens en wat wordt er van de leerling verwacht om te doen? Acties: lezen van de vraag; wat moet ik berekenen. Door wie: De ll leest zelf en verwoordt wat er verwacht wordt Lln bespreken in 2/3-tallen de verwachting Klassikaal worden de gevonden verwachtingen genoteerd Actie: Lezen van de gegevens; welke informatie heb ik Door wie: ll noteert de gegeven grootheden Ll bespreken de genoteerde grootheden Klassikaal worden de gevonden grootheden genoteerd. evaluatie van het resultaat: Wat heb ik geleerd in deze les. Actie: het leren invullen van een learner report na afloop van een van de lessen. Door wie: de docent laat zien wat de bedoeling is van een learner report De ll oefent met een klein learner report. Les 2 Les 3: In deze les gaan we verder met het stappenplan, onderdeel analyse van het probleem. analyse van het probleem: Welke grootheden moeten gebruikt worden om dit probleem op te lossen? Hoe ziet het PAD eruit? Actie: Door wie: Actie: Door wie: De leerling bekijkt welke grootheden nodig zijn om tot de oplossing te komen. de lln eerst zelf de grootheden zoeken. De lln bespreken elkaars antwoorden in 2/3-tallen De lln verwerken het resultaat van de bespreking De docent noteert op het bord de door de lln gevonden grootheden en geeft feedback Het PAD wordt gemaakt Lln noteren zelf eerste de juiste grootheden in een schema / PAD De leerlingen gaan met 3/4 leerlingen bij elkaar zitten en ontvangen een Placemat om in te vullen. Lln vullen hun schema / PAD in op hun deel van de placemat. Lln komen samen tot gezamenlijk PAD en noteren dit in de middelste placemat Elk groepje laat zijn placemat zien en licht het gevonden PAD toe. Deze les komen we tot de planning van de uitwerking en de berekening van de uitkomst. planning van de uitwerking: welke rekenkundige bewerkingen moeten worden uitgevoerd en in welke volgorde. Actie: Door wie: Actie: Door wie: De juiste rekenkundige bewerking moet worden gevonden de ll noteert eerst zelf de te maken rekenkundige bewerkingen op een apart blaadje. De ll wisselt van blaadje met een buurman en die geeft feedback op de rekenkundige bewerkingen. De blaadjes gaan weer terug naar de eigenaar en deze bekijkt de feedback Klassikaal worden de rekenkundige bewerkingen genoteerd en besproken. de volgorde van de rekenkundige berekeningen moet worden bepaald ll noteert eerst zelf de volgorde Lln bespreken de gevonden volgorde met elkaar in 2/3-tallen Klassikaal worden de verschillende volgordes genoteerd en besproken berekening van de uitkomst: Welke getallen moeten er gebruikt worden Actie: de ll vervangt de grootheden door getallen en berekent de uitkomst. Door wie: de ll vult zelf eerst de getallen in en berekent de uitkomst

Klassikaal worden de getallen en uitkomsten genoteerd controle van het proces: Het sturen en bijsturen van het proces. Door de bespreking in de bovengenoemde stappen door zowel de ll samen als de klassikale bespreking vindt de bijsturing gedurende het proces plaats. Les 4: Het doorlopen van het stappenplan met een nieuwe opgave. Actie: de ll loopt zelf alle stappen van het stappenplan door met een nieuwe opgave. De ll noteert elke stap op papier om zo zijn eigen denkwerk helder te houden. De ll controleert zijn uitkomst bij de docent. De ll evalueert zijn uitkomst. Is de uitkomst goed? heb ik alle stappen doorlopen, kan het PAD makkelijker? Is de uitkomst fout? heb ik alle stappen doorlopen? Tijdens welke stap is er een denkfout ontstaan? Hoe kan ik dit oplossen? Les 5: evaluatie van het resultaat: Wat heb ik geleerd van het stappenplan tijdens de afgelopen lessen? Actie: het invullen van een Learner report aan het einde van de lessenserie. Door wie: ll vult anoniem zijn learner report in.

BIJLAGE 3 Evaluatie. Instrument Toetsopgave: Inzet door: Voorafgaand aan en na afloop van de lessenserie wil ik de leerlingen een opgave laten maken, zodat ik de vorderingen kan meten. Dit is dezelfde opgave, zodat ik goed het effect ken bekijken bij deze opgave. Ik bespreek de eerste keer de opgave niet, maar geef aan dat na 4 lessen de opgave opnieuw maken. Aan de antwoorden worden punten toegekend en als het goed is scoren de leerlingen na afloop hoger. Zowel vooraf als achteraf noteer ik per leerling de behaalde score per deelvraag. Dit wordt verwerkt tot een gemiddelde score van alle leerlingen. Zo kan ik en per leerling en van de hele groep zien welke vordering er gemaakt is. Intrument Learner report Inzet door: Ik wil de vrije variant gebruiken en de vragen laten aansluiten op mijn stappenplan uit ontwerpregels, te weten, oriëntatie, analyse, planning en berekening. Omdat de lessenserie maar 4 lessen omvat, wil ik dit learner report na afloop doen van de lessenserie. Wel wil ik na een van de lessen een oefen learner report doen, zodat de leerlingen weten wat er van hun verwacht wordt. Het learner report heeft dan maximaal 8 items. Uit ervaring van M. van Riessen 6 blijkt dat bij meer dan de aandacht van de leerlingen verslapt en dat er geen zinvolle zaken meer genoteerd worden. Het learner report wordt per item verwerkt en gesorteerd. De antwoorden worden in excel verwerkt tot procentuele gegevens, zodat er kwantitatieve gegevens komen om de hypothese te toetsen. Te gebruiken items van het Oefen learner report Ik heb ontdekt bij de oriëntatie dat ik Het doen van een oriëntatie heeft mij geholpen om.. Wat ik bij de oriëntatie nog lastig vind is dat Te gebruiken items van het Learner Report. Ik heb ontdekt bij de oriëntatie dat ik.. Ik heb ontdekt dat bij het doen van een analyse dat ik.. Het maken van een analyse heeft mij geholpen om Wat ik bij de analyse nog lastig vind is dat Ik heb ontdekt dat bij het maken van een planning dat ik Het maken van een planning heeft mij geholpen om Wat ik bij de planning nog lastig vind is dat. Ik heb ontdekt dat bij het uitvoeren van de berekening dat ik. 6 Gehoord in workshop Learner Report door M. van Riessen, 16 september 2014.

Paper 2: De lessenserie Samenvatting Ontwerpplan. Leerlingen hebben moeite om het netto-cashdividend per aandeel te berekenen. Daarom ga ik in mijn lessenserie een stappenplan aanleren, waarbij ik gebruik maak van de volgende ontwerphypothese: Als ik het berekenen van het netto cashdividend aanpak met het aanleren van een stappenplan, zullen de leerlingen gemotiveerder aan de opgave beginnen, met als gevolg dat de resultaten verbeteren. Ik maak tijdens de lessenserie gebruik van de ontwerpregels: 1. Ik ga de lessenserie uitvoeren in havo 5. 2. Ik ga in de 4 lessen een stappenplan aanleren. 3. Ik gebruik het stappenplan van Fons Vernooij. 4. Ik maak gebruik van PAD s voor het schematiseren. Mijn onderzoeksopzet is als volgt. Voorafgaand aan en na afloop van de lessenserie laat ik leerlingen eenzelfde toetsopgave maken om de resultaten te kunnen meten. Om een gedragsverandering te kunnen vaststellen ga ik een learner report inzetten. De lesopzet met onderbouwing. De 4 lessen hebben een opbouwend karakter. In les 1 worden het stappenplan en het Probleem Analyse Diagram (PAD) uitgelegd door de docent. (Vernooij, 2003) Eerst de theorie op zich en daarna worden aan de hand van een opgave alle stappen inclusief het PAD op het bord uitgewerkt. De docent vertelt daarbij bij elke stap wat hij denkt en waarom hij dat doet. Daarna gaan de leerlingen oefenen met de oriëntatiefase aan de hand van een nieuwe oefenopgave. Deze opgave blijft ook in les 2 en 3 centraal staan. Als de leerlingen individueel hun oriëntatie op het probleem hebben uitgevoerd bespreken zij dit met klasgenoten. Daarna wordt dit centraal teruggekoppeld. Met als uitkomst de juiste oriëntatie op het bord. In les 2 komen de analysefase aan de orde. In deze fase moeten de leerlingen bedenken welke grootheden nodig zijn voor het oplossen van het probleem en deze grootheden in een PAD weergeven. Dat doen de leerlingen eerst individueel en daarna worden de grootheden en PAD s besproken in groepjes. Voor de bespreking van de PAD s in groepjes worden Placemats gebruikt. De docent inventariseert de PAD s en zorgt dat het juiste PAD op het bord komt te staan. Les 3 gaat over de planning en de berekening van de uitkomst. Bij de planning is het de bedoeling dat het PAD met de grootheden in de juiste volgorde met de juiste rekenkundige bewerkingen komen te staan. Dit doen de leerlingen ook eerst alleen en daarna bespreken zij dit weer in groepjes. De docent zorgt daarna door een klassikale bespreking dat de juiste rekenkundige bewerkingen in het PAD op het bord komen te staan. Het berekenen van de uitkomst houdt in dat de leerling de juiste getallen moet invullen in het PAD en dan de berekeningen moet uitvoeren. Dit wordt alleen gedaan en ook door de docent op die manier teruggekoppeld en besproken. In les 4 gaan de leerlingen zelfstandig aan de slag met een nieuwe opgave. Zij moeten nu het hele stappenplan, inclusief het opstellen van het PAD individueel doorlopen. Als zij vastlopen moeten zij bij de docent om feedback vragen. Als een leerling klaar is, controleert hij de uitkomst bij de docent en ontvangt het evaluatieformulier. De leerling vult het evaluatieformulier in. Indien een docent ook wil meten of het aanleren van het stappenplan effect oplevert op de resultaten en het motivatiegedrag van de leerlingen, dan kan er in les 2 geoefend worden met een learner report. De docent kan ook voorafgaand en na afloop van de lessenserie de toetsopgave laten maken. Op deze manier kan bekeken worden wat het effect is op de resultaten van de leerlingen. Lesmateriaal. Het leerlingmateriaal bestaat uit het stappenplan, inclusief een voorbeeld PAD, drie oefenopgaven, een toetsopgave, evaluatievragen, een oefenlearner report en een placemat. Het stappenplan staat niet expliciet in de methode M&O in Balans vermeld. Om de leerlingen goed te kunnen laten oefenen, moeten zij de stappen kennen. In de gebruikte methode staan wel PAD s, maar worden niet als zodanig genoemd. De leerlingen zullen het PAD wel herkennen. Oefenopgave 1 en 2 komen uit de opgavenbank behorende bij de methode Percent. (Duijm, Gorter, Spierenburg, & Verweij, 2003). Omdat op het Thomas a Kempis College gewerkt wordt met de methode M&O in Balans, zijn deze oefenopgaven voor de leerlingen onbekend. Oefenopgave 3 en de toetsopgave zijn een bewerking van examenopgave 1 uit het examen vwo 2012 tijdvak 1. Voor deze opgave is gekozen, omdat de gegevens in deze opgave op een andere manier zijn genoteerd dan bij de eerste twee oefenopgave. Zo kan goed worden bekeken of zij inderdaad met het stappenplan en PAD uit de voeten kunnen. De evaluatievragen zijn gebaseerd op het artikel van Fons Vernooij. (Vernooij, 2003) Het oefen learner report kan gebruikt worden als ook achteraf een volledig learner report wordt ingevuld. De stellingen zijn geformuleerd vanuit de vrije variant. Om te oefenen zijn er 3 stellingen genomen, waarvan 1 negatief en 2 positief geformuleerd. Op die manier krijgt de docent informatie over het denken en het gedrag van de leerlingen. De placemat is een vorm om met een groepjes te overleggen over de verschillende PAD s. Eerst worden in de hoeken door elk lid van het groepje zijn PAD genoteerd en door met elkaar te overleggen, te discussiëren wordt een PAD in het middelste blok gezet. De bedoeling is dat de leerlingen van elkaar leren, wat de motivatie stimuleert. (Marzano & Miedema, 2013)

Onderbouwing. In deze lessen werken de leerlingen zowel individueel als in groepjes. Het individuele deel is bedoeld om de leerlingen zelf aan het denken te zetten. De leerlingen kan zo zijn eigen denken en vaardigheid uitproberen. Het in groepjes bespreken van elkaars denkwerk is bedoeld om samen achter elkaars fouten en tot een goede oplossing te komen. Zo ontdekken leerlingen individueel en met elkaar wanneer de vaardigheid effect oplevert en in welke leersituaties de vaardigheid toepasbaar is. Het is dan van groot belang dat de docent feedback geeft. Daarom wordt bij elke stap de bevindingen van de leerlingen met elkaar klassikaal besproken. Op deze wijze kan er optimaal gewerkt worden aan de vaardigheid om met een stappenplan en PAD te werken, met als einddoel een verbetering van de resultaten. (Marzano & Miedema, 2013) De docent vertelt bij elke stap wat hij denkt en waarom hij dat doet. Op deze manier ziet de leerling wat er gebeurt en is duidelijk waarom een bepaalde stap genomen wordt. Als docenten denkstappen expliciteren blijven de leerlingen bij de les. (Ebbens & Ettekoven, 2013) Om leerlingen gemotiveerd aan het werk te laten, is het van belang dat zij weten wat er met hun resultaten gebeurt. De docent geeft bijvoorbeeld aan dat een willekeurig iemand uit een groepje na afloop hun resultaten mag vertellen of noteren. Dit draagt bij tot de individuele aanspreekbaarheid, een van de factoren voor goed leergedrag. (Ebbens & Ettekoven, 1. Effectief leren in de les, 2013) Tijdspad Omschrijving Leerling materiaal maken Verbeteren aanvullen llmateriaal Maken smartbordmateriaal Schrijven OO1,2,3 Inleveren OO1,2,3 Nulmeting Toetsopgave laten maken Lessenserie uitvoeren Oefen Learner report Evaluatie toetsopgave maken Evaluatie learner report invullen Evaluatie Toetsopgave verwerken Evaluatie learner report verwerken Poster maken Schrijven OO4 Schrijven OO5 Inleveren OO4,5 Week 42 12-18 okt Week 43 19 25 okt Week 44 26 okt 1 nov Week 45 2 8 nov Week 46 9 15 nov Week 47 16 22 nov Week 48 23 29 nov Week 49 30 nov 6 dec Week 50 7 13 dec Week 51 14-20 dec Week 52 21 27 dec Week 1 28 dec 3 jan

Bibliografie Ebbens, S., & Ettekoven, S. (2013). 2. Directe instructie. In S. Ebbens, & S. Ettekove, Effectief leren (p. 215). Groningen / Houten: Noordhoff Uitgevers bv. Marzano, Marzano, R., & Miedema, W. (2013). Dimensie 2 Nieuwe kennis verwerven en integreren. In R. Marzano, & W. Miedema, Leren in 5 dimensies (p. 244). Assen: Van Gorcum. Vernooij, F. (2003). Probleemoplossen als vaardigheid. Tijdschrijft voor Economisch onderwijs, nummer 3, blz 171 e.v.

Bijlage 1. Les 1. Docent: S.Ruurs De lessenplannen. Lesonderwerp Beginsituatie Leskern 7 (lesdoelen) Docentdoelen Boek (+ blz.) Media, spullen, hulp Datum: 24 november 2014 Tijd: 8.15-9.00 uur Klas: havo 5 Aantal lln: 8 Het Stappenplan van Fons Vernooij, inclusief het Probleem Analyse Diagram (PAD) De leerlingen hebben nog niet via het Stappenplan gewerkt en hebben zelf nog nooit een PAD opgesteld. De leerlingen hebben de kennis van het cashdividend. De leerlingen hebben al een toetsopgave als nulmeting gemaakt en zijn op de hoogte van de manier waarop het berekenen van cashdividend gevraagd kan worden. Aan het eind van de weten de leerlingen hoe het stappenplan en PAD werken en hebben zij al geoefend met de oriëntatiefase. Ik wil dat aan het eind van de les de leerlingen aan de slag kunnen met het stappenplan en het PAD. Van Vlimmeren, S.e.a., M&O in Balans havo, 11.6, blz.130 Computer, smartbord met toebehoren, stappenplan, oefenopgaven, oefen learner report Tijd Fase Lesdoel 8 Wat ik doe en (letterlijk) zeg Wat zij doen (werkvorm) Leeractiviteit 07.40 1 voorbereiding Ik start de computer op, doe de ramen open. Ik leg het leerlingmateriaal klaar op de middentafel. Ik doe het smartbord aan en open het bestand voor deze les. 8.15 2 Ik doe de deur open en zeg: Veilge Goedemorgen en welkom, Neem De leerlingen gaan zitten en leerlomgeving plaats aan de middentafel en pak een pakken hun pen en schrift. creëren pen. 8.20 3 8.30 4 8.45 5 Kennis over stappenplan en PAD overbrengen Zichtbaar maken hoe het stappenplan werkt Begrip van de Oriëntatiefase 8.55 6 Afsluiting les Ik leg m.b.v. het smartbord (waar ik het stappenplan al in het gezet) uit hoe het stappenplan werkt. Aan de hand van een oefenopgave neem ik de leerlingen mee door het stappenplan. Dit is al uitgewerkt met de smartbord-software. Ik deel een nieuwe opgave uit, waarmee de leerlingen de oriëntatiefase gaan oefenen. Dus wat moet ik doen bij deze opgave? Ik geef daarbij aan dat zij 5 minuten de tijd krijgen om dit te noteren en dat daarna ik een willekeurig iemand vraag zijn bevindingen te delen met de groep. Ik vraag de leerlingen hun uitkomsten te delen met de hele groep. Ik noteer de uitkomsten op het smartbord Ik vraag de leerlingen hoe zij de les vonden en wat zij geleerd hebben. Ik vraag hun dat op een blaadje te noteren en in te leveren, zodat ik dat de volgende les kan gebruiken voor het leaner report. De leerlingen luisteren naar mijn uitleg en reageren op mijn vragen De leerlingen actief doen mee De leerlingen voeren de oriëntatiefase individueel uit. De leerlingen schrijven op wat zij geleerd hebben in de les. Actief luisteren / onthouden Luisteren/ oefenen / onthouden Oefenen, beschrijven /onthouden Uitleggen / begrijpen evaluatie 7 Zie Ebbens Effectief leren blz. 36. 8 Je kunt best meer dan één werkvorm en leeractiviteit toepassen om één doel te bereiken!

Lesfasen (Ebbens Effectief leren blz. 39-64. Is elke fase in die volgorde nodig in jouw les?) 1. Oriënteren op doel, voorkennis diagnosticeren/activeren 2. Informeren over begrippen / instrueren over vaardigheden 3. Check & feedback 4. Verwerking instrueren 5. Verwerking begeleiden 6. Afronden (evalueren en reflecteren) Leeractiviteiten: (Ebbens Effectief leren blz. 183-189. Gebruik jij nog andere leeractiviteiten?) Aanwijzen, benoemen, beschrijven, definiëren, lezen, luisteren, oefenen, opzeggen, stappen aangeven, vertellen, Afleiden, bediscussiëren, beredeneren, fout aangeven, onderscheiden, samenvatten, uitleggen, verdedigen, verkennen, verklaren, Aantonen, afzetten tegen elkaar, analyseren, beargumenteren, beoordelen, classificeren, patroon zien, plannen, relateren, voorspellen, Bewijzen aangeven, bewust kiezen, creëren, concluderen, evalueren, hypothese + onderzoek opstellen, ontwerpen, ontwikkelen, selecteren, speculeren, uitvinden, onthouden (beheersing) begrijpen (beheersing) integreren (beklijving) creatief toepassen (wendbaar gebruik)

Les 2. Docent:S. Ruurs Lesonderwerp Beginsituatie Leskern 9 (lesdoelen) Docentdoelen Boek (+ blz.) Datum: 26 Tijd: 12.45 Klas: havo 5 Aantal lln: 8 november 2014 13.30 Oefen met een learner report Oefenen met het stappenplan a.h.v. een oefenopgave. De leerlingen hebben de kennis omtrent cashdividend. De leerlingen weten hoe het stappenplan en PAD werken Aan het eind van de les kunnen de leerlingen een learner report invullen. Aan het eind van de les kunnen de leerlingen de stappen oriëntatie en analyse uitvoeren a.h.v. een oefenopgave. Ik wil dat de leerlingen aan het eind van de les zelfstandig in staat zijn om de stappen oriëntatie en analyse te kunnen uitvoeren. Van Vlimmeren, S.e.a., M&O in Balans havo, 11.6, blz.130 Media, spullen, hulp Computer, smartbord met toebehoren, stappenplan, oefenopgaven, oefen learner report Tijd Fase Lesdoel 10 Wat ik doe en (letterlijk) zeg Wat zij doen (werkvorm) Leeractiviteit 12.30 1 voorbereiding Ik start de computer op, doe de ramen open. Ik leg het leerlingmateriaal klaar op de middentafel. Ik doe het smartbord aan en open het bestand voor deze les. 12.45 2 introductie Ik heet de leerlingen welkom / De leerlingen gaan zitten goedemiddag en vraag hun aan de lange en pakken hun pen en middentafel plaats te nemen en hun pen schrift. te pakken. Ik vertel nog even wat we de vorige les hebben gedaan en vertel wat we deze 2 lesuren gaan doen (staat op smartbord) 12.50 2 Kunnen evalueren Ik deel het learner report uit en leg uit hoe deze in te vullen. Ik laat het document zien op het smartbord en leidt de leerlingen door het formulier Jullie krijgen nu 10 minuten de tijd om het learner report in te vullen. Ik heb de papieren van maandag nog als je daar gebruik van wilt maken. 13.00 3 Lever je learner report in. 13.00 4 Begrip van de analysefase Jullie hebben de oefenopgave mat al de oriëntatiefase voor jullie liggen. De analysefase geeft antwoord op: welke grootheden heb ik nodig Jullie krijgen 5 minuten de analyse te doen en de namen van de grootheden te noteren. Dat doen jullie alleen. Jullie gaan nu 5 minuten in 2/3 tallen jullie analyse bespreken en noteer de grootheden die jullie als groepje denken nodig te hebben. Daarna vraag ik een willekeurig 2/3-tal om mij te vertellen wat er uit is gekomen. Ik laat een willekeurig groepje aan de nodige grootheden op het smartbord noteren. Ik vraag daarna aan andere willekeurig groepjes of zij nog andere grootheden De leerlingen luisteren actief. De leerlingen vullen het learner report in. De leerlingen leveren hun learner report in. De leerlingen schrijven individueel de nodige grootheden op. De leerlingen bespreken hun analyse met elkaar en noteren de nodige grootheden Een van de leerlingen uit het groepje noteert hun grootheden op het smartbord. De rest van de groepjes Luisteren / onthouden Evalueren / integreren Beschrijven / onthouden Analyseren / begrijpen Beschrijven / onthouden 9 Zie Ebbens Effectief leren blz. 36. 10 Je kunt best meer dan één werkvorm en leeractiviteit toepassen om één doel te bereiken!

hebben. Zij mogen deze op het smartbord noteren. Daarna bespreek ik de juiste grootheden luisteren en denken mee. Leerling noteert andere grootheden op smartbord. 13.15 5 Maken van een PAD Nu jullie de grootheden weten, gaan jullie dit omzetten in een PAD. Jullie krijgen 5 minuten de tijd om het PAD met de namen van de grootheden te maken. Jullie hebben nu voor jullie liggen een placemat. In de hoeken en in het midden kun je schrijven. Jullie gaan 10 minuten nu in 3 / 4-tallen aan het werk. Je vult eerst je in de hoek jouw PAD. Daarna bespreken jullie de verschillende PAD en noteren jullie een PAD waar jullie het allemaal mee eens zijn. Daarna mag een willekeurig groepje zijn PAD op het smartbord noteren. De leerlingen noteren hun PAD. De leerlingen beschrijven en bespreken de verschillende PAD s om te komen tot een gezamenlijk PAD. Beschrijven / onthouden Bespreken / begrijpen Lesfasen (Ebbens Effectief leren blz. 39-64. Is elke fase in die volgorde nodig in jouw les?) 1. Oriënteren op doel, voorkennis diagnosticeren/activeren 2. Informeren over begrippen / instrueren over vaardigheden 3. Check & feedback 4. Verwerking instrueren 5. Verwerking begeleiden 6. Afronden (evalueren en reflecteren) Leeractiviteiten: (Ebbens Effectief leren blz. 183-189. Gebruik jij nog andere leeractiviteiten?) Aanwijzen, benoemen, beschrijven, definiëren, lezen, luisteren, oefenen, opzeggen, stappen aangeven, vertellen, Afleiden, bediscussiëren, beredeneren, fout aangeven, onderscheiden, samenvatten, uitleggen, verdedigen, verkennen, verklaren, Aantonen, afzetten tegen elkaar, analyseren, beargumenteren, beoordelen, classificeren, patroon zien, plannen, relateren, voorspellen, Bewijzen aangeven, bewust kiezen, creëren, concluderen, evalueren, hypothese + onderzoek opstellen, ontwerpen, ontwikkelen, selecteren, speculeren, uitvinden, onthouden (beheersing) begrijpen (beheersing) integreren (beklijving) creatief toepassen (wendbaar gebruik)

Les 3. Docent: Lesonderwerp Beginsituatie Leskern 11 (lesdoelen) Docentdoelen Boek (+ blz.) Datum: 26 november 2014 Tijd: 13.30 14.15 Oefenen met het stappenplan a.h.v. een oefenopgave. Klas: havo 5 Aantal lln: 8 De leerlingen hebben de kennis omtrent cashdividend. De leerlingen weten hoe het stappenplan en PAD werken De leerlingen hebben de afgelopen 30 minuten gewerkt met de analyse en een PAD gemaakt. Aan het eind van de les kunnen de leerlingen de stappen analyse, planning en berekenen van de uitkomst uitvoeren a.h.v. een oefenopgave. Ik wil dat de leerlingen aan het eind van de les zelfstandig in staat zijn om de stappen analyse, planning en berekenen van de uitkomst te kunnen uitvoeren. Van Vlimmeren, S.e.a., M&O in Balans havo, 11.6, blz.130 Media, spullen, hulp Computer, smartbord met toebehoren, stappenplan, oefenopgaven, oefen learner report Tijd Fase Lesdoel 12 Wat ik doe en (letterlijk) zeg Wat zij doen (werkvorm) Leeractiviteit Ik wijs een willekeurig groepje aan om hun Een van de leerlingen PAD te noteren op het smartbord en uit te noteert het PAD op het Beschrijven / leggen. smartbord en vertelt onthouden Bespreken van Ik vraag wie van de andere groepjes een 13.30 1 waarom zij voor dit PAD Uitleggen / het PAD ander PAD heeft. hebben gekozen. begrijpen Dit groepje mag dit komen noteren op het De andere leerlingen smartbord kijken en denken mee. Ik bespreek de gevonden PAD s 13.45 2 14.00 3 Begrip van de planningsfase Begrip van berekening uitkomst We zijn nu toe aan de volgende stap, namelijk de planning van de uitwerking. We moeten nu de rekenkundige bewerkingen aangeven in het PAD. Ik laat nog even zien hoe dat in zijn werk ging in de les van maandag. Jullie krijgen nu 5 minuten om het PAD met de rekenkundige bewerkingen te noteren. Dit doen jullie alleen. Jullie gaan nu in 2/3 tallen bespreken welke rekenkundige bewerkingen jullie hebben gevonden en noteren een PAD met jullie overeengekomen bewerkingen. Aan het eind zal ik weer een willekeurig groepje aanwijzen om de rekenkundige bewerkingen te komen noteren op het smartbord. Daarvoor krijgen jullie 5 minuten de tijd. Ik laat een willekeurig groepje op het smartbord de rekenkundige bewerkingen noteren. Ik vraag aan de andere groepjes of zij iets anders hebben, zij mogen hun bewerkingen noteren op het smartbord en ik bespreek deze resultaten. Nu we het PAD met de rekenkundige bewerkingen hebben, kunnen we de juiste getallen erbij zoeken om de uitkomst te berekenen. Ik laat het voorbeeld van maandag zien. Jullie gaan nu zelf de juiste getallen invullen en de uitkomst berekenen. Je noteert dat ik het gemaakt PAD. Je krijgt 5 minuten de tijd. Ik laat straks een willekeurig iemand op het De leerlingen noteren individueel het juiste PAD en noteren daarin de rekenkundige bewerkingen die uitgevoerd moeten worden De leerlingen bespreken hun resultaten met elkaar en noteren het PAD met rekenkundige bewerkingen. De leerlingen gaan individueel de getallen invullen en de uitkomst berekenen. Beschrijven / onthouden Beschrijven / onthouden Bespreken / begrijpen Bewust kiezen / toepassen 11 Zie Ebbens Effectief leren blz. 36. 12 Je kunt best meer dan één werkvorm en leeractiviteit toepassen om één doel te bereiken!

14.10 4 Evaluatie les bord noteren wat hij op zijn blaadje heeft genoteerd, Ik vraag een willekeurige leerling om zijn getallen op het bord te komen noteren. Ik vraag aan de andere leerlingen of zij iets anders hebben. Ik bespreek de resultaten. Ik vraag de leerlingen kort aan te geven wat zij deze les geleerd hebben. Ik sluit de les af met tot maandag. Een leerlingen noteert zijn getallen op het smartbord, de rest kijkt en denkt mee. Noteren / onthouden Meedenken / toepassen Lesfasen (Ebbens Effectief leren blz. 39-64. Is elke fase in die volgorde nodig in jouw les?) 1. Oriënteren op doel, voorkennis diagnosticeren/activeren 2. Informeren over begrippen / instrueren over vaardigheden 3. Check & feedback 4. Verwerking instrueren 5. Verwerking begeleiden 6. Afronden (evalueren en reflecteren) Leeractiviteiten: (Ebbens Effectief leren blz. 183-189. Gebruik jij nog andere leeractiviteiten?) Aanwijzen, benoemen, beschrijven, definiëren, lezen, luisteren, oefenen, opzeggen, stappen aangeven, vertellen, Afleiden, bediscussiëren, beredeneren, fout aangeven, onderscheiden, samenvatten, uitleggen, verdedigen, verkennen, verklaren, Aantonen, afzetten tegen elkaar, analyseren, beargumenteren, beoordelen, classificeren, patroon zien, plannen, relateren, voorspellen, Bewijzen aangeven, bewust kiezen, creëren, concluderen, evalueren, hypothese + onderzoek opstellen, ontwerpen, ontwikkelen, selecteren, speculeren, uitvinden, onthouden (beheersing) begrijpen (beheersing) integreren (beklijving) creatief toepassen (wendbaar gebruik)

Les 4. Docent: S.Ruurs Lesonderwerp Beginsituatie Leskern 13 (lesdoelen) Docentdoelen Boek (+ blz.) Datum: 1 december 2014 Tijd: 8.15-9.00 uur Klas: havo 5 Aantal lln: 8 Oefenen met het stappenplan a.h.v. een andere oefenopgave. De leerlingen hebben de kennis omtrent cashdividend. De leerlingen weten hoe het stappenplan en PAD werken De leerlingen hebben de afgelopen drie lessen in stapjes geoefend met de verschillende stappen van het stappenplan Aan het eind van de les kunnen de leerlingen het stappenplan doorlopen, een PAD maken en de oefenopgave tot een goed einde brengen. Ik wil dat de leerlingen aan het eind van de les zelfstandig in staat zijn om de stappen te kunnen doorlopen, een PAD te kunnen uitvoeren en een opgave goed te kunnen maken. Van Vlimmeren, S.e.a., M&O in Balans havo, 11.6, blz.130 Media, spullen, hulp Computer, smartbord met toebehoren, stappenplan, oefenopgaven, oefen learner report Tijd Fase Lesdoel 14 Wat ik doe en (letterlijk) zeg Wat zij doen (werkvorm) Leeractiviteit 07.40 1 voorbereiding Ik start de computer op, doe de ramen open. Ik leg het leerlingmateriaal klaar op de middentafel. Ik doe het smartbord aan en open het bestand voor deze les. 8.15 2 Veilge Ik doe de deur open en zeg: De leerlingen gaan zitten en leerlomgeving Goedemorgen en welkom, Neem plaats pakken hun pen en schrift. creëren en pak een pen. Introductie De afgelopen drie lessen hebben we a.h.v. een oefen opgave alle stappen een voor een doorlopen. Vandaag gaan jullie zelf de stappen doen a.h.v. een andere opgave. De leerlingen luisteren. Luisteren / onthouden 3 Doorlopen van stappenplan. Inclusief maken van PAD Jullie gaan deze les zelf aan de slag met het stappenplan en het PAD om de oefenopgave te maken. De opgave ligt al op tafel. Als je vast loopt, om je bij mij. Ik zal je dan verder helpen. De leerlingen gaan zelfstandig het stappenplan doorlopen, maken daarbij een PAD en rekenen de uitkomst uit. Aantonen / beklijving 8.55 4 Afsluiting les Als je klaar bent kom je bij mij de uitkomst te controleren. De leerling ontvangt een papier met evaluatievragen. Ik vraag de leerlingen kort te noteren op een apart blaadje wat zij deze les geleerd hebben. Ik neem deze blaadjes in. (deze kunnen helpen bij het invullen van het learner report later deze week) Ik sluit af met tot woensdag. De leerling komt de uitkomst controleren en gaat zijn stappenplan evalueren. De leerlingen noteren op het blaadje wat zij deze les geleerd hebben. Evalueren / beklijving Evalueren / beklijving. Lesfasen (Ebbens Effectief leren blz. 39-64. Is elke fase in die volgorde nodig in jouw les?) 1. Oriënteren op doel, voorkennis diagnosticeren/activeren 2. Informeren over begrippen / instrueren over vaardigheden 3. Check & feedback 4. Verwerking instrueren 5. Verwerking begeleiden 6. Afronden (evalueren en reflecteren) 13 Zie Ebbens Effectief leren blz. 36. 14 Je kunt best meer dan één werkvorm en leeractiviteit toepassen om één doel te bereiken!