Vergelijkbare documenten
Roadmap Next Economy. Hans Beekman

Projectplan Roadmap Next Economy. November 2015

Investeringsstrategie MRDH

Vergadering: 10 september 2015

Adaptieve Gebiedsagenda / Investeringsprogramma. Victor / Klaas

Vergadering: 17 november 2016 Agendapunt: 13. Aan de bestuurscommissie Economisch Vestigingsklimaat,

Nota inzake Economic Development Board

Roadmap Next Economy. September 2016

SMART SOCIETY IN NEDERLAND

Vergadering: 29 april 2015 Agendapunt: 7. Aan het algemeen bestuur, Aanpak/methodiek opstellen Investeringsstrategie MRDH

Valorisatie Technosprong. Paul Althuis,

F4-GEMEENTEN. Manifest voor de vorming van een nieuw provinciaal coalitieakkoord. Versterk Economie en Werkgelegenheid

Een Smart Industry is een industrie met (productie)faciliteiten die een maximale flexibiliteit realiseren met betrekking tot:

Presentatie OESO rapport. Lennart Harpe Ferrie Förster. 17 maart en de relatie met Delft, Parel in de Randstad

BIJLAGE EXPO 2025 COMMITMENT

GS brief aan Provinciale Staten

De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus AG Hoofddorp

Strategische Agenda Helmond. Coalitie-onderhandelingen 4 april 2018

Het creëren van een innovatieklimaat

Programma Regionaal Platform 20 april 2016 Locatie: Van der Valk Hotel, Aalsterweg 322 te Eindhoven

Campus Zeeland Investeren in economische structuurversterking in de Zuidwestelijke Delta

Werkconferentie agenda omgevingsvisie Limburg

Adviescommissie EV. 21 november 2018

CIV SMART TECHNOLOGY

Rotterdam The Hague Innovation Airport

Campus Zeeland Investeren in economische structuurversterking in de Zuidwestelijke Delta

Doel: In samenwerking met maatschappelijke partners organiseren van een proces dat leidt tot een herijkte visie op Borne in 2030

Adviescommissies VA & EV MRDH

NIEUWE BANEN WAAR VERDIENEN WE ONS GELD MEE IN DE TOEKOMST? Arnold Stokking Managing Director TNO Industry, Lid Stuurgroep Smart Industry Initiative

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 17 mei 2017 U Lbr. 17/028 (070) Gezamenlijke gemeentelijke uitvoering

Cluster Bedrijfsvoering rve ICT

Achterhoek 2020 Tom van der Horst, TNO 28 januari

Samenstelling bestuur

Inleiding 3 Achtergrond POR 5 Visie POR-sessies POR-programma Reglement Platform Ontwikkeling Rotterdam (POR) 14

Manifest Circulair Onderwijs

HINDERNISSEN bedrijfsleven Zuidvleugel. Presentatie Bert Mooren, directeur VNO-NCW West Economische Programmaraad Zuidvleugel 24 februari 2014

Werkplan Centrum XL 2015/2016

Metropoolregio Rotterdam Den Haag. Marion Stein secretaris/algemeen directeur Stadsgewest Haaglanden

KRIMP INLEIDING. voor de welvaart. Bevolking -1,2% Banen -4% In 2012 hebben het Ministerie van Binnenlandse Zaken en de provincie Zuid-Holland

Startnotitie Omgevingsvisie Nijmegen

URBINN Roadmap URBINN is de ontwikkeling van een duurzaam autonoom voertuig voor de last mile en is in 2016 gestart vanuit De Haagse Hogeschool / Beta

Proces MRA agenda II. 28 juni 2018 Ilknur Dönmez

AAN BURGEMEESTER & WETHOUDERS. Onderwerp: Reactie OESO Rapport

Projectplan IPF 2.0 Helder, verbonden en mede-eigenaarschap Versie 1.0

ECONOMIC BOARD VOORNE-PUTTEN DE ECONOMIE VAN. Ruimte voor wonen, werken, innovatie, recreatie & Toerisme en natuur

Living Labs. dr.ir. Elke den Ouden. Kennisevent Renovatie Hoofdgebouw TU/e Eindhoven, 27 september 2016

Klimaatakkoord. Ministerie van Economische Zaken en Klimaat T.a.v. de heer ir. E.D. Wiebes Postbus EK 'S-GRAVENHAGE

Manifest Circulair Onderwijs

Regio Rivierenland Team Onderzoek & Ontwikkeling J.S. de Jongplein WG Tiel Telefoon Businessplan: A15-corridor

GS brief aan Provinciale Staten

Agenda Adviescommissie Economisch Vestigingsklimaat Vergadering 24 november 2015

Vergadering: 3 juli 2015 Agendapunt: 8. Aan het algemeen bestuur, 1. Inleiding

Doel Doel van het programma VvW:

Economische kracht van de maritieme sector in de Zuidvleugel (van tweede Maasvlakte tot Gorinchem) verder versterken door inzet op vier lijnen:

SolutionLab: initiatieffase. Het relatienetwerk en vertrouwen opbouwen dat gezamenlijke doelstellingen realiseert.

Werklocaties. Nota Bedrijfsruimte Rotterdam samengevat 19 juni 2019

CONVENANT ACHTERHOEK 2020 Coöperatief samenwerkende ondernemers, overheid en maatschappelijke organisaties

Inhoud presentatie Cohesiebeleid Situatie Uitdaging EU2020

Meerjarenprogramma Ambitiedocument

Roadmap Next Economy

Ruimte voor de Economie van morgen

Zeeland in stroomversnelling. Op weg naar het Actieprogramma voor duurzame economische groei, regionale inbedding en bestuurlijke daadkracht

Verzilveren perspectief op groene groei Voortzetting, aanscherping en opschaling Green Deal aanpak

Klimaatadaptatie in Zwolle (IJsselvechtdelta)

Topsectoren. Hoe & Waarom

Tilburg University 2020 Toekomstbeeld. College van Bestuur, april 2013

Editie Noord Limburg 3 7 juni POM Limburg Corda Campus, 3500 Hasselt T

Convenant EBU en U10 regio

Samenwerking & Bedrijfsvoering

Perspectief op de nationale omgevingsvisie en grondbeleid. Jaar van de Ruimte VvG congres 12 november Nathalie Harrems

Energie Transitie: Ultieme Opgave voor Gelderland

Regionaal Platform 20 april 2016

DORDRECHT. Aan. de gemeenteraad

Statenvoorstel. Vaststellen Subsidieplafond 2019 Regionale Netwerken voor Innovatie Zuid-Holland

Informatienota. Onderwerp EU Partnerschap Urban Agenda Innovative and responsible public procurement

Convenant Metropoolregio Amsterdam, FNV Finance, kennisinstellingen en cluster Financiële en Zakelijke Dienstverlening

PROEFTUIN VOOR HET EUROPESE ENERGIESYSTEEM VAN DE TOEKOMST

VDP kwartaalbijeenkomst 26 maart 2015

ICT CAMPUS GROEIVERSNELLER IN FOODVALLEY

Energizing the city: Almere energy axis

Structuur regionale samenwerking in Regio Rivierenland

HAN en duurzame energie

Beter worden in wat we samen zijn!

Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie

Geen woorden maar daden

new world CAMPUS Op de grens van organisaties begint de New World Campus

Duurzaamheid: Anne Mollema Projectmanager SO. Hoe een boerenjongen van de stad ging houden. 11 mei 2017

NL.IN.BUSINESS Mondiale uitdagingen, Nederlandse oplossingen

Begroting versterkte samenwerking Metropoolregio Amsterdam concept oktober 2016

Symposium Groene ICT en duurzaamheid januari 2014

Functieprofiel Coördinerend Financial Engineer Provincie Zuid-Holland

KRACHTEN BUNDELING SMART MOBILITY O K TO B E R

Samenwerkingsagenda Hogeschool van Arnhem en Nijmegen en de Provincie Gelderland

Programmaplan regionale werkgeversbenadering Haaglanden

Dutch Coastline Challenge. Op weg naar 2 e Bijeenkomst 22 juni 2017

Betekenis Windsector voor Nederlandse Economie. Hans Timmers, voorzitter Bestuur NWEA

Aanpak arbeidsmarkt Zuidoost-Nederland Illustratie regionaal arbeidsmarkt dashboard. Inleiding

Pilot Omgevingsvisie Nijmegen Green City

Overzicht gespreksonderwerpen uit de afgelopen IP-vergaderingen

Innovatie- & Acceleratie Programma elektrische mobiliteit. Informatiebijeenkomst DKTI-regeling Dierenpark Amersfoort 5 september 2017

Transcriptie:

Projectplan Roadmap Next Economy November 2015

1. De aanleiding voor een Roadmap Next Economy (RNE): Mondiale trends als klimaatverandering, grondstoffenschaarste, verstedelijking en technologische innovaties zijn de aanjagers van een verandering van de economie, die wordt gekenmerkt door digitalisering en circulariteit. De transitie naar deze next economy verloopt grillig en gaat gepaard met disrupties van bestaande economische sectoren en exponentiële groei van nieuwe sectoren. De technologische innovaties in energieproductie, mobiliteit en logistiek, communicatie, medische zorg, voedselvoorziening en maakindustrie brengen onzekerheden met zich mee, maar bieden ook kansen voor nieuwe bedrijvigheid en banen op alle niveaus. Om die kansen optimaal te benutten en de regio internationaal te positioneren als toekomstbestendige toplocatie is het dringend noodzakelijk om te komen tot een toekomstvisie, strategie en handelingsperspectief voor de regio. De regionale samenwerking zal benut worden om te komen tot een eenduidige visie. De afgelopen decennia zijn we, onder invloed van technologische innovaties, beland in een economische transitie die te kenschetsen valt als een industriële revolutie. Een industriële revolutie vindt plaats als technologische ontwikkelingen op drie domeinen (communicatie, transport en energie) gelijktijdig plaatsvinden en deze elkaar wederzijds beïnvloeden. Industriële revoluties zijn disruptief van karakter, door revolutionaire nieuwe wijzen van produceren, communiceren en vervoeren verdwijnen oude sectoren, waar dan nieuwe voor in de plaats komen. De eerste industriële revolutie vond plaats aan het eind van de 18e eeuw (telegraaf, stoomtrein/-schip en kolen). De tweede revolutie vond plaats eind van de 19e, begin van de 20e eeuw (telefoon, wegvervoer, olie). Onder invloed van de huidige technologische ontwikkelingen ontstaat een nieuwe infrastructuur, waarin gedigitaliseerde decentrale energieopwekking, elektrische mobiliteit, logistiek en communicatie convergeren tot één samenhangend platform: het Internet of Things (IoT). Dit technologie platform voor het sturen, aandrijven en verplaatsen van economische activiteit vormt de basis voor de derde industriële revolutie en biedt net als bij de vorige industriële revoluties het geval was nieuwe mogelijkheden voor welvaartsgroei. Het is de verwachting dat regio s die voorop lopen in het operationaliseren van dit technologieplatform als het fundament voor productiviteitsgroei een competitief voordeel ontwikkelen waarmee de toekomstbestendigheid en concurrentiekracht van de regio worden versterkt en waarmee de aantrekkelijkheid als vestigingslocatie voor nieuwe bedrijvigheid wordt vergroot. Naast digitalisering biedt ook de transitie naar een circulaire economie grote mogelijkheden tot productiviteitsgroei, door besparing op én efficiënter gebruik van energie, grondstoffen en (rest)materialen. In de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) komen in de steden, de haven en het Westland grote stromen van grondstoffen, (rest)materialen, goederen, voedsel, energie én informatie samen, waarmee de regio zich kan ontwikkelen tot een circulaire, digitale netwerkeconomie. De MRDH heeft om die reden opdracht gegeven aan TIR CG (Third Industrial Revolution Consulting Group) onder leiding van Jeremy Rifkin, econoom en internationaal politiek adviseur, om in 2016 samen met de overheden, kennisinstellingen en bedrijfsleven van de regio een Roadmap Next Economy (RNE) op te stellen. De Roadmap Next Economy brengt het handelingsperspectief voor de komende 10 tot 20 jaar in beeld voor versterking van de economische structuur. Het beschrijft de voor de regio noodzakelijke investeringen op basis van de drie pijlers van het IoT platform zoals gedefinieerd door Rifkin (energie, transport & logistiek en ICT/communicatie). De RNE sluit aan bij de strategische inzet van de MRDH en de analyses van de OESO. Het 2

investeringsprogramma vormt een onderdeel van de bredere investeringsstrategie van MRDH en haar partners in de regio. Met deze samenhangende aanpak wordt de toekomstbestendigheid en de internationale concurrentiekracht van de regio versterkt en wordt ingezet op ontwikkeling van nieuwe werkgelegenheid. Daarbij staan de volgende vragen centraal: Wat is in de toekomst het verdienvermogen van de regio? Wat betekent dit voor de arbeidsmarkt? Welke competenties zijn hiervoor nodig? Wat betekent dit voor de ruimtelijke ontwikkeling van de regio? 2. Internationale context RNE De aanpak van Rifkin wordt ook in andere Europese regio s gehanteerd, zoals in Nord Pasde-Calais (NPdC) en Luxemburg en mogelijk binnenkort ook in Noordrijn-Westfalen (NRW), Antwerpen en een regio in Noord Italië. Contacten met NPdC, NRW en Antwerpen zijn of worden gelegd. Door als belangrijke industriële regio s in Noord-West Europa gezamenlijk op te trekken met een aanpak op basis van Rifkin s visie en uitgangspunten die door de EU zijn omarmd stellen we ons in pole position om maximaal te kunnen profiteren van de Europese geldstromen voor innovatie en economische transitie en zo een koploper in Europa te worden. In deze internationale context speelt ook de mogelijkheid om het EU voorzitterschap van NL te benutten om de Green Digital Europe transitie expliciet op de agenda te zetten, met in het bijzonder Rifkin s pleidooi om in Europa pilot regio s aan te wijzen met opgerekte bevoegdheden om de transitie te versnellen. 3. Regionale context RNE De economische vernieuwing is een proces van vele jaren, waarbij de aanpak zich niet alleen richt op de ontwikkelingen in de nieuwe economie, maar ook op de toepassing van innovaties in de bestaande ( oude ) economie, voor zover die bijdragen aan het versterken van de concurrentiekracht en toekomstbestendigheid van de regio. De innovaties zullen plaatsvinden in de bestaande economische clusters, maar ook daarbuiten. Er wordt dus in een investeringsstrategie zowel op de bestaande economie als op de next economy gericht. Binnen de regio MRDH zijn er een groot aantal clusters van bedrijven, gelieerde dienstverleners en onderwijs- en kennisinstellingen die een substantiële bijdrage leveren aan de regionale productie, werkgelegenheid en/of innovatiekracht. Dit zijn ondermeer Cleantech (grondstoffen, water, processen, energie efficiëntie), Security Delta (cyber security, vitale infrastructuur, e.a.), ICT / Tech (big data, communicatie, telecom-infra, ingenieus, bouwsector), Greenport (food, flowers, regional logistic chains), Medical Delta (life sciences, health, technology), Maritieme en High Tech maakindustrie (scheepsbouw, water, systemen en materialen, space), Impact economy / Vrede en Recht (global challenges, governance), en Logistiek en vervoer. De energiesector (opwekking, transport, distributie) maakt deel van meerdere van deze clusters maar is vanuit de optiek van de RNE ook als apart cluster te beschouwen. Deze clusters vormen speerpunt voor de roadmap, omdat er duidelijke kansen en opgaven rond digitalisering van communicatie, energie, logistiek, en/of ten aanzien van circulariteit en onderwijs/arbeidsmarkt spelen. Maar ook andere regionale clusters, waaronder zakelijke en financiële dienstverlening, toerisme en ook de overheid zelf, kunnen tijdens het project onderdeel gaan uitmaken van de roadmap wanneer zich raakvlakken met de centrale opgaven aftekenen. 3

Om de slag te maken van toekomstbeeld via handelingsperspectief naar investeringsprogramma worden de drie pijlers van het IoT platform (digitalisering van energie, transport & logistiek en communicatie) verbonden aan de inhoudelijke thema s in de regio, zoals het vergroten van de connectiviteit, het versterken van het innovatie ecosysteem, circulaire en inclusieve economie. Ook de maatschappelijke dimensie (onderwijs, arbeidsmarkt, cultuur) is daarbij van belang. Innovatie vindt plaats door technologische vernieuwingen, door cross-overs, door confrontatie van economische clusters met het gedachtegoed van Rifkin, en door een brede, zorgvuldig gedefinieerde uitvraag, waarmee tal van partners, van multinationals en netwerken als Clean Tech Delta en Security Delta, tot ZZP-ers en studenten worden betrokken. Op basis van deze thema s en clusters worden regio specifieke opgaven geïdentificeerd die kunnen worden vertaald in concrete projecten. Het gaat erom een framework in te richten waarin de pijlers van het IoT platform en de opgaven van de regio elkaar positief versterken. De RNE zal worden ontwikkeld in samenhang met relevante andere regionale strategische trajecten, waaronder OESO, Agenda Stad, REOS en de in ontwikkeling zijnde regionale investeringsstrategie van de MRDH en de provincie Zuid-Holland. De RNE kan worden beschouwd als input voor en onderdeel van de bredere regionale investeringsstrategie. Genoemde trajecten zijn complementair aan elkaar en hebben betrekking op dezelfde ontwikkelopgave voor onze regio. Aanpak RNE We beginnen met de RNE dus niet vanaf nul. Vertrekpunt voor de RNE vormt de ambitie voor de MRDH zoals die in 2014 is vastgelegd in de Agenda Economisch Vestigingsklimaat. Ook de Economische Programma Raad Zuidvleugel (EPZ), het triple helix orgaan van vertegenwoordigers van bedrijfsleven, overheden en kennisinstellingen in onze regio, wil met vereende krachten krachtig inzetten op de Zuidelijke Randstad als regionaal icoon van waardevolle economische groei (Koers2020). De OESO maakt in opdracht van de MRDH en het Ministerie van BZK een analyse van de economische kansen en opgaven van de regio, mede vanuit het perspectief van bottom up regio vorming en governance. De definitieve rapportage komt beschikbaar in het begin van 2016, maar de eerste conceptbevindingen wijzen al op de noodzaak van verdere versterking van de metropoolvorming en het verbinden van opgaven, kansen en markten. De RNE zal mede worden vormgegeven langs de lijnen van de aanbevelingen van de OESO. Vanuit de regionale ambities zijn op basis van het rapport van Pieter Tordoir vier hoofdthema s voor regionale investeringsstrategie geformuleerd: metropolitane verbindingen, economische vernieuwing, transitie naar toonaangevende duurzaamheid en attractiviteit. De focus van de RNE is gericht op twee van deze vier lijnen: economische vernieuwing en transitie naar een meer circulaire economie. Daarbij gaat het specifiek om opgaven op het gebied van Next Economy. De regionale investeringsstrategie omvat dus een breder programma, gericht op algehele economische structuurversterking, de RNE richt zich op een deel daarvan. Binnen de investeringsagenda gaat het dan voornamelijk om concrete investeringen op het gebied van (digitale) connectiviteit, economische vernieuwing, circulaire economie en de onderwijs/arbeidsmarkt thema s die daaraan zijn gerelateerd. Natuurlijk is daarbij ook in een bredere context een directe link met de andere twee lijnen (verbindingen, attractiviteit). Voor succesvolle uitrol van de RNE is een brede inzet op het economisch vestigingsklimaat onmisbaar. Voorbeelden van directe links zijn de thema s opleiden en binden van talent en regionale en internationale connectiviteit. Binnen de MRDH is de RNE dan ook niet los te zien van de bredere agenda en de prioriteiten die bijvoorbeeld in het MRDH Werkplan 2016 zijn opgenomen. Er wordt dan ook intensieve operationele samenwerking georganiseerd tussen het projectteam RNE, de MRDH organisatie, 4

gemeenten en regionale partners als Innovation Quarter. Daarbij gaat het zowel om analyses (er wordt ondermeer een gezamenlijke regiomonitor opgezet) als om effectieve benadering van bedrijven en instellingen. De conceptbevindingen en analyses van de OESO evenals het rapport van Tordoir worden gebruikt richting explicitering van de afspraak met TIR CG (eind november). Alle beschikbare informatie wordt gebruikt om te komen tot een optimale structuur, waarin de eerder genoemde trajecten volledig complementair op elkaar functioneren. Binnen de twee hoofdlijnen van economische vernieuwing en toonaangevende circulaire economie worden vanuit de centrale ambitie in de eerste fase van de ontwikkeling van de roadmap een aantal opgaven gedefinieerd waar de regio voor staat. Deze opgaven vormen een concretisering en operationalisering van de generieke ambitie. In die zin helpen ze ook om projecten op hun relevantie te beoordelen (valideren).vanuit de opgaven kunnen ook de beoogde resultaten van de RNE nader worden toegespitst. Om deze opgaven gerealiseerd te krijgen wordt per opgave een set aan projecten geformuleerd. Dit zijn zowel bestaande projecten die een stap verder gebracht kunnen worden of opschalingspotentie hebben, als nieuwe projecten die nog benoemd worden. De RNE zal dus zeker ook gaan om bestaande lokale - vaak kleinschalige - projecten die gebruikmakend van het mechanisme en de coalitie van de RNE kunnen worden verknoopt en op regioniveau worden opgeschaald. Dit wordt schematisch weergegeven in figuur 1. Figuur 1: aanpak RNE 5

De gemeenten van de MRDH spelen een actieve rol bij het definiëren van de opgaven en het benoemen van de projecten. Ervaringen vanuit het buitenland zullen door het team van TIR CG worden gekoppeld aan de regionale opgaven om te komen tot nieuwe projecten, cross overs en innovaties. 4. Resultaten RNE De volgende opbrengsten van de RNE kunnen worden geïdentificeerd: geeft toekomstbeeld met verschillende transitiepaden die open en zonder uitsluiting van partijen worden ontwikkeld. biedt handelingsperspectief voor economische structuurversterking met concrete scalable projecten en businesscases voor de korte en langere termijn. Inclusief een aanzet voor een investeringsstrategie met bijbehorend eigenaarschap van de investeringen. brengt in beeld welke no regret investeringen er in welke volgorde en met welke partijen nodig zijn om een Internet of Things platform in de regio te implementeren in de daarbij horende analyse wordt ook in beeld gebracht wat de impact zal zijn op bestaande sectoren en welke mogelijke nieuwe economische activiteiten hierdoor zouden kunnen ontstaan (wat is het verdienmodel van de regio?) geeft een analyse van de arbeidsmarkteffecten, zowel banen die nodig zijn om de infrastructuur aan te leggen als banen die ontstaan door nieuwe economische activiteiten gerelateerd aan het IoT platform geeft beeld van de benodigde competenties (design thinking, 21st century skills, etc.) en mogelijk vereiste afspraken met het Rijk en de onderwijssector ten aanzien van opleidingen, curriculum, e.d. Per fase van het project worden deliverables geformuleerd waarmee de voortgang kan worden getoetst. Deze zijn voor de eerste fase geformuleerd in de volgende paragraaf. Bij de start van iedere fase worden de nieuwe deliverables vastgesteld. Het proces wordt zo ingericht, dat maximaal commitment en mede-eigenaarschap van alle betrokken partijen wordt gegarandeerd en wordt vertaald naar actie- en investeringsbereidheid van alle stakeholders. Naast het leveren van het inhoudelijke framework voor de RNE door de TIR CG, wordt de persoon van Rifkin vooral ook ingezet als boegbeeld om alle partijen aan het traject te verbinden en de uitkomst van het traject internationaal goed te positioneren. Samengevat: Het eindresultaat is een toekomstbeeld met verschillende transitiepaden en een pakket aan concrete investeringen en projecten dat de regio katapulteert naar de frontlinie van de next economy met commitment en investeringsbereidheid van relevante publieke en private partijen. Waarmee we onze regio internationaal op de kaart zetten en waarmee we ook na afronding van het project met TIR CG door blijven gaan. 5. Planning TIR CG De facto is de ontwikkeling van de RNE gestart met een werksessie van publieke partners op 3 november 2015. Ca. 100 mensen hebben deelgenomen aan deze middag op de campus van de The Hague Security Delta. De deelnemers hebben bijgedragen aan de aanscherping van dit projectplan en de eerste inventarisatie van private partners, netwerken en kansrijke projecten. In de bijlage is een korte impressie van de werksessie opgenomen. Er is al veel informatie beschikbaar, zoals bijvoorbeeld de conceptbevingeden/analyse van het OESO rapport, het onderzoek van Tordoir en de investeringsagenda MRDH. Deze 6

informatie wordt gebruikt, o.a. om te bezien of dit invloed heeft op kosten en uitvoering van voornamelijk de eerste fase. De fasering gaat lopen vanaf de effectieve start van de inzet van TIR CG medio november. Na elke fase is in het contract een bestuurlijk go / no go moment ingebouwd. Hierbij wordt ook integraal (operationeel/juridisch/financieel) getoetst of de voor die fase afgesproken doelstellingen zijn bereikt, waarna tot betaling conform contract kan worden overgegaan. De insteek is om voor eind november 2015 met TIR CG een nadere afspraak (waaronder van financiële aard) te maken voor het geval er na een fase een bestuurlijk no-go volgt met als (mogelijke) consequentie een ontbinding van het contract. Fase I: 1-2 maanden In deze fase wordt de TIR CG voorzien van facts & figures over demografie, publieke financiën, economische activiteiten (sectoren, omzetcijfers, etc.), transport, energiehuishouding, CO2 emissies en andere relevante data van de regio. Naast deze zgn. baseline information zullen de partners relevante informatie beschikbaar stellen, zoals conceptbevindingen OESO rapport, het onderzoek van Tordoir, de investeringsagenda MRDH, economische ontwikkelstrategieën, innovatie programma s, investeringsprogramma s voor infrastructuur, huisvesting, energie, etc. Op basis van deze informatie maakt de TIR Consulting Group in samenspraak met de opdrachtgevers en hun partners - een programma framework met de formulering van doelstellingen, resultaten en doorlooptijd. De deliverables in de eerste fase zijn: analyse van TIR CG een voorlopige afbakening van regionale opgaven voor de RNE een eerste selectie van projecten bij de regionale opgaven Fase II: 3 maanden Het werkproces op basis van het in fase 1 geformuleerde framework omvat verschillende momenten waarop het team van internationale experts en onze eigen teams gezamenlijk aan de slag gaan: een tweedaags executive seminar en vijf roundtable meetings waarbij mensen van de TIR CG en Rifkin s Global CEO team aanwezig zijn. Tijdens deze sessies worden alle relevante thema s voor de Internet of Things infrastructuur besproken, de kansen en bedreigingen van de geïdentificeerde disruptieve technologische ontwikkelingen, welke economische sectoren en specifieke locale bedrijven betrokken kunnen worden, de operationele vraagstukken bij de transitieopgave, de koppeling met het in februari op te leveren OESO rapport, etc.. fase III: 3 maanden In deze fase wordt het concept plan opgesteld in een co-creatief proces met de locale stakeholders, gebaseerd op de baseline info van fase I en de seminar en roundtable sessions in fase II. Dit concept omvat een customized analyse van het specifieke regionale economisch profiel, een investeringsstrategie, een kwantitatieve inschatting van de vereiste investeringsbehoefte voor de komende 10-20 jaar, maar ook een analyse van de te verwachten economische groei, werkgelegenheid en veranderingen in quality of life indicatoren.. Fase IV: 2 maanden In deze fase vindt de consultatie met de achterban van alle betrokken stakeholders plaats, waarna het definitieve document kan wordt vastgesteld en publiekelijk gepresenteerd. Fase V: (doorloop nader te be palen) 7

In de loop van het proces moet al nagedacht worden over het operationeel maken van de uitkomsten van de RNE, compleet met uitvoeringsorganisatie, investeringsprogramma, etc. Hierover zal nader besluitvorming plaats vinden op basis van de voorgaande fasen. De doorlooptijd van de RNE is ongeveer 10 maanden. Doel is informatie opleveren voor de mid term review of voorjaarretraites van gemeenten (zomer 2016). Om van ambitie tot initiatieven te komen die in het vervolgproces ook tot uitvoering kunnen komen is van belang een strakke planning te hanteren. 6. Procesaanpak RNE De kern van de gekozen aanpak is dat alle relevante partijen in de regio zich mede eigenaar voelen van de RNE. Dit betekent dat gedurende het gehele proces de betrokkenheid van al die partijen moet worden georganiseerd en dat hun input ook wordt benut in het eindproduct. Het proces moet leiden tot een groep partijen die bereid en in staat zijn om de transitie tot stand te brengen. Er wordt gewerkt met een ordening op basis van thema s. In de aanpak van TIR CG wordt gewerkt met werkgroepen per thema, die in elk geval zullen worden gevormd voor de drie pijlers van het IoT technologie platform: energie, mobiliteit/logistiek en communicatie/ict, en voor de twee pijlers rond circulaire economie en het thema onderwijs/arbeidsmarkt. Daarnaast zullen ook werkgroepen worden gevormd voor belangrijke clusters in de regio. De precieze keuze van het aantal werkgroepen wordt mede bepaald door kansen, projecten en actieve partners die zich manifesteren in de eerste fasen van het project. De werkgroepen worden zoveel mogelijk vanuit de triple helix samengesteld (bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheid) en worden zodanig bemensd dat naast de inhoudelijke experts op het betreffende thema of cluster ook experts uit andere werkgroepen worden betrokken, zodat interactie en co-creatie kan worden bewerkstelligd. Er kan gelaagdheid worden ingebouwd (werkgroepen, stuurgroepen, etc.). Inzet van deze mensen (precieze aantal nader te bepalen) is niet full time en moet worden beschouwd als in kind bijdrage door de partners. Daarbuiten wordt een groot aantal mensen vanuit de deelnemende partijen beschikbaar gesteld voor uiteenlopende werkzaamheden op verschillende momenten gedurende het proces. De trekkers van de werkgroepen vormen met elkaar de strategiegroep, waarin de crossovers tussen de clusters en de integraliteit van de aanpak worden bewaakt en uitgelijnd. De strategiegroep vormt de gesprekspartner/contramal van het team van TIR CG. Daarnaast zullen nog twee andere groepen worden gevormd: Think Group: een klein aantal (max. 10) wetenschappelijke deep thinkers op het gebied van next economy, energie, ICT/big data, transitie, innovatie, financial engineering, etc.. Impact Group: een klein aantal (max. 10) opinieleiders op het gebied van next economy, energie, ICT/big data, transitie, innovatie, financial engineering, etc. Het inventariseren en benaderen van de juiste mensen is cruciaal. Het versterkt in hoge mate de legitimiteit en betrouwbaarheid van het traject (en daarmee de investeringsbereidheid vanuit de markt), valideert de keuzes op het hoogste niveau en genereert maximale impact in het regionale, nationale én internationale discours. De mensen die in deze beide groepen zitten kunnen ook worden ingezet in de door Rifkin voorgestelde - taskforce die op Europese schaal aanbevelingen doet aan de Europese Commissie over protocollen, randvoorwaarden, etc. voor het IoT platform. De projectdirecteur is direct na diens benoeming gestart met een kennismakingsrondje langs de partijen die de Letter of Intent hebben ondertekend. Ook gaat hij in gesprek met de 8

MRDH gemeenten en partners. In die gesprekken wordt expliciet besproken wat hun bijdrage aan het proces zal zijn, in termen van het beschikbaar stellen van het netwerk (het op bestuurlijk / CEO niveau introduceren bij relevante partijen in de op te bouwen coalitie), het beschikbaar stellen van informatie, kennis én personele inzet. Mede op basis van de eerste inventarisatie tijdens de werkbijeenkomst in Milaan op 25 september en de werksessie met publieke partners in de MRDH op 3 november wordt met strategische adviseurs van de deelnemende partijen een stakeholder analyse gemaakt die moet leiden tot een procesarchitectuur waarin alle relevante partijen worden betrokken. 7. Coalitie RNE Waar worden partners gezocht/gevonden die met elkaar de coalitie vormen met voldoende breed maatschappelijk draagvlak én financieel-economische slagkracht? MRDH gemeenten: de bereidheid van de MRDH gemeenten om als opdrachtgevers actief te participeren in het traject is ambtelijk uitgesproken. In eerste inventarisatie door de projectdirecteur moet concreet worden wat hun bijdrage aan het traject kan zijn. Daarbij gaat de gedachte primair uit naar inzet van menskracht en/of middelen. Tijdens de werksessie RNE van 3 november jl. is de betrokkenheid van de 23 gemeenten gebleken, zij hebben aangegeven input te willen leveren. Gegeven de doorlooptijd is het RNE traject gebaat bij snelheid en focus. Het betrekken van het bredere gemeentelijke netwerk moet niet leiden tot verzanden in ambtelijke en bestuurlijke netwerken en procedures en interne gerichtheid binnen de publieke partijen. De kracht van de RNE en de betrokkenheid van Rifkin moet juist zijn gelegen in het smeden van brede publiek-private coalities rond concrete investeringsproposities en projecten. Tegelijkertijd is dit bij uitstek een traject dat kan bijdragen aan een gezamenlijk begrip en commitment bij de gemeenten in de regio voor de opgaven waar de gemeenten gezamenlijk voor staan. Dat draagt juist bij aan de benodigde snelheid en slagkracht. Het zou daarom zonde zijn om de kansen voor capacity building die het traject biedt niet te benutten waardoor de inzichten en het kennisniveau uiteindelijk beperkt blijven tot een kleine incrowd van direct betrokken ambtenaren en een eerste kring van betrokken partijen daaromheen. Dit kunnen we vormgeven door ook kleinere gemeenten te betrekken bij samenstelling van het projectteam, het organiseren van gemeentelijke betrokkenheid rond de opdrachten en projecten (bestuurlijke ambassadeurs, gemeentelijk eigenaarschap, gemeentelijke projectleiders, betrekken netwerk gemeentelijke communicatieadviseurs e.d.) Rijksoverheid: ministerie van EZ heeft ambtelijk een actieve participatie aan het traject uitgesproken, alsmede de bereidheid om ook financieel bij te dragen. De precieze samenwerking zal nader worden uitgewerkt in de aparte samenwerkingsafspraak, waarbij EZ optreedt als coördinerend departement naar andere Ministeries. Daarbij zal ook de relatie worden gelegd met Agenda Stad, en wordt samen met Ministerie EZ bekeken hoe de RNE binnen deze Agenda als citydeal wordt geformuleerd. Provincie: is als ondertekenaar van de LoI één van de partijen in de eerste ring. In het rondje door de projectdirecteur moet concreet moet worden gemaakt wat hun bijdrage aan het traject kan zijn. Inzet van menskracht en/of middelen. big corporates : er moet in kaart worden gebracht welke (grote) Nederlandse en buitenlandse corporates we nodig hebben in dit proces. Uitgangspunt daarbij is de transitieen investeringsbereidheid van leader firms in ketens die cruciaal zijn in een IoT infrastructuur. Partijen die door Rifkin zelf werden genoemd zijn Philips, Unilever en Kema. Verder naast Eneco en KPN (die de LoI al getekend hebben) ook Cofely / GdF Suez, DSM, Philips, Unilever en Akzo, maar ook buitenlandse bedrijven actief in NL, zoals Cisco, 9

Siemens, CGI, e.d. Wel is cruciaal om vooraf goed te (laten) onderzoeken welke relaties er tussen deze bedrijven zijn. Regionale boards, denktanks en thematische organisaties We zoeken samenwerking en waar mogelijk personele unies met boegbeelden uit triple helix boards van de regio, zoals Economische Programmaraad Zuidvleugel (EPZ) en de International Advisory Board (IAB), bij de ontwikkeling van de RNE. Daarnaast zoeken we samenwerking met thematische netwerken trajecten die een inhoudelijke relatie hebben met de RNE. Voorbeelden zijn Rotterdam Climate Initiative (RCI), Smart Cities Den Haag, Smart Port, European Network for Cyber Security (ENCS), maar ook sectorale belangenorganisaties als FME. Verder wordt de koppeling gelegd met bedrijven die in het netwerk zitten van de Rockefeller Foundation (in het kader van het Resilient Cities Programma) en bedrijven die zijn betrokken bij Singularity University NL. Uitgangspunt is een zo evenwichtig mogelijke vertegenwoordiging van de regio. Regionale uitvoeringspartners en event organisaties Er wordt op strategie en uitvoering samenwerking opgezet met de regionale ontwikkelingsmaatschappij Innovation Quarter en andere partijen in de regio. Ook wordt afstemming gezocht met event organisaties als World Expo 2025 (mits dat tot een rijksbid gaat leiden), One Young World 2018 en het International Space Studies Program 2018. Relevante professionele netwerken: Verschillende regionale clusters hebben een meer of minder geformaliseerde samenwerking opgezet, populair gezegd de delta s. Voorbeelden zijn Clean Tech Delta, Medical Delta en Security Delta. Deze worden betrokken bij de RNE, zoveel mogelijk ook als partner. Kennisinstellingen, studenten, start up community en MKB: Er wordt samenwerking georganiseerd met EUR, TUD en Universiteit Leiden. Daarnaast betrekken HBO als Hogeschool Rotterdam en Haagse Hogeschool, MBO opleidingen, alsook kennisinstituten TNO, Deltares, en anderen. Samen met partijen als YesDelft!, RDM Campus, HSD Campus, accelerator programs als World Startup Factory connectivity, ECE en Stichting Venture Café (CIC) wordt actief gezocht naar betrokkenheid van starts ups, midden- en kleinbedrijf en jonge vernieuwende ondernemers die in de nieuwe economie hun sporen verdiend hebben. Community engagement / grass roots De revoluties op het gebied van transport, energie en ICT en de investeringen in de hiervoor benodigde infrastructuur vergen betrokkenheid van grote, geïnstitutionaliseerde partijen: de beheerders van infrastructuur, de leveranciers van energie etc. Tegelijkertijd wordt er gezocht naar innovatie van onderop en naar uitkomsten die juist buiten de geïnstitutionaliseerde partijen om tot resultaat leiden, zoals een gedecentraliseerd energiesysteem, gedeelde transportmiddelen en lokale maatwerkproductie van goederen. Om dit disruptieve karakter van de gezochte economische transitie een plek te geven is het belangrijk om ook ruimte te bieden aan anderen dan de usual suspects in de totstandkoming van de RNE. Van belang is ook dat we gedurende het proces de burgers betrekken, bjivoorkeur in collectief verband. Voorbeelden zijn bewoners- of ondernemerscollectieven gericht op energiebesparing, verduurzaming van bedrijfsketens of decentrale opwekking van schone energie. De benadering daarvan gebeurt primair vanuit of in nauwe samenwerking met de gemeenten, maar wel vanuit een gecoördineerde, samenhangende aanpak. Bijvoorbeeld door een virtuele netwerk omgeving te maken gecombineerd met live bijeenkomsten waar mensen kunnen meepraten. 8. Governance RNE 10

Het traject wordt aangestuurd door een Stuurgroep, gevormd door de voorzitter en vice voorzitter van de MRDH, burgemeester Aboutaleb en burgemeester van Aartsen, de wethouders economie van Rotterdam en Den Haag, Maarten Struijvenberg en Ingrid van Engelshoven en de Secretaris-Generaal van de MRDH, Annet Bertram. In de stuurgroep is, op afroep, ook plaats voor andere actieve partners, als de agenda daar aanleiding toe geeft. De projectdirecteur treedt op als secretaris van de Stuurgroep. Daaronder ressorteert een ambtelijk directieteam bestaande uit Paula Verhoeven (algemeen directeur SO Rotterdam), Peter Jägers (algemeen directeur DSO Den Haag) en Lucas Vokurka (directeur Economisch Vestigingsklimaat MRDH) plus de projectdirecteur Hans Beekman. De opdrachtgever is de MRDH en de standplaats van het projectteam RNE is het kantoor van MRDH, dat daartoe zal worden toegerust met de noodzakelijke werkplekken, apparatuur, vergaderruimte, etc. met enige marge voor mogelijke uitbreiding gedurende het proces. In het onderstaande organogram wordt de structuur van de projectorganisatie weergegeven. Organogram governance: De overige partijen die de Letter of Intent hebben ondertekend maken deel uit van een Raad van Advies. Deze Raad zal de komende maanden nog in omvang kunnen toenemen, als meer partijen zich aan het traject verbinden en een actieve rol gaan vervullen. Het proces wordt zodanig ingericht dat de belangrijkste uitkomsten van de RNE in grote lijnen beschikbaar zijn voor de gemeentelijke midterm reviews in mei 2016, zodat die uitkomsten kunnen worden meegenomen in de besluitvorming over meerjarige investeringen. 9. Projectteam RNE 11

In goed overleg met MRDH en gemeente Den Haag heeft het College van Rotterdam op 22 september het besluit genomen om Hans Beekman te benoemen tot directeur RNE. De inzet van de projectdirecteur is tot 1 januari 2016 2 tot 3 dagen per week. Vanaf 1 januari is de inzet fulltime. Kosten worden conform het op 10 september aangenomen voorstel gelijkelijk verdeeld tussen MRDH, Den Haag en Rotterdam. Het projectteam zal naar verwachting op 1 november operationeel kunnen zijn en zich kunnen vestigen op kantoor MRDH. Werkplekken, internet, emailaccounts, etc. zijn dan operationeel. Instroom van mensen kan dan plaatsvinden. De competenties waarover het projectteam in elk geval moet beschikken zijn: content/inhoudelijke strategen, gerelateerd aan de verschillende thema s en clusters procesmanagement financiën (incl. Europa, administratie. ondersteuning, verantwoording, engineering) (strategische) communicatie (incl. organiseren van netwerken, conferenties, reizen etc.) projectsecretaris/secretariaat. Er worden functieprofielen opgesteld op basis waarvan een uitvraag kan worden gedaan. Voor het projectteam is door Rotterdam, Den Haag en MRDH elk 2 fte s beschikbaar gesteld. Medeoverheden, het bedrijfsleven en kennisinstellingen wordt eveneens gevraagd menskracht t.b.v. het projectbureau beschikbaar te stellen. Door Rotterdam en Den Haag is de toezegging gedaan om naast de 2 fte s voldoende menskracht te leveren vanuit de staande organisaties gedurende het gehele proces. Ook de overige MRDH gemeenten hebben zich hieraan gecommitteerd. De rol van het projectteam is procesmanagement, bestaande uit aanjagen, verbinden, initiëren, faciliteren, bewaken van consistentie, kwaliteit en tempo, etc. Het projectteam organiseert en bewaakt het proces van samenwerking en interactie binnen de triple helix. Tevens verzorgt het projectteam de verbinding tussen het team van TIR CG en de regionale partijen. De overheid heeft een belangrijke agendabepalende rol in het initiëren van acties, het creëren van randvoorwaarden, het bieden van een vangnet, het creëren van een opschalingsmechanisme, internationale samenwerking op Europees niveau, risico reductie bij projecten en business cases, financial engineering, fondsvorming voor innovatie en start ups, kwaliteitsborging, validering, bereikbaarheid (zowel fysiek als digitaal), etc. 12

Validation Tool for RNE Projects The maximum score for a project is 80 points and for any project to be eligible to inclusion in the RNE program a minimum of 50 points needs te be reached. This score needs to include a relevance towards the IoT platform as well as tangible society benefits. Criteria Additional questions Points 1. IoT platform relevance a. Does the project contribute to increased data productivity? b. Does the project contribute to increased energy productivity (towards zero carbon)? c. Does the project contribute to increased mobility productivity? d. Does the project contribute to increased resource productivity (towards zero waste)? 2. Society benefits a. Does the project contribute to regional employment opportunities? b. Does the project contribute to new education opportunities? c. Does the project contribute to decreasing poverty and income inequality? d. Does the project contribute to improving the sharing economy and local consumption and production? 3. Propagation a. Is the project scalable? b. Is the project replicable? 4. Governance a. Does the project involve public/private partnership? b. Does the project stimulate cross-sectoral collaboration? c. Does the project applicant(s) have previous experience with similar projects? 5. Financialisation a. Does the project applicant(s) bring their own funds (financial contribution)? b. Is the project eligible to alternative sources of finance (financial facilitation)? 6. Monitoring & evaluation a. Does the project contain Key Performance Indicators (KPI s)? Max. 5 Max. 5 Max. 5 Max. 5 Max. 5 Max. 5 Max. 5 Max. 5 Max. 5 Max. 5 Max. 5 Max. 5 Max. 5 Max. 5 Max. 5 Max. 5

Toelichting Deze validatietool is bedoeld om projecten te beoordelen die in het kader van de RNE worden aangedragen door de partners (MRDH gemeenten, Delta s, andere netwerkorganisaties, private partijen, etc.). In het Projectplan RNE is aangegeven dat de MRDH niet bij nul begint en dat er al diverse regionale en lokale vaak kleinschalige(re) projecten lopen die mogelijk een bijdrage kunnen leveren aan de RNE. Om dat objectief te kunnen beoordelen is een instrument nodig aan de hand waarvan kan worden bepaald of lopende projecten en projecten die de komende periode worden opgehaald RNE proof zijn. Als uit de validatie blijkt dat dit niet het geval is, betekent dit overigens geen diskwalificatie van het project als zodanig. Het betekent wél dat het project geen onderdeel zal zijn van het RNE investeringsprogramma en dus ook niet verder zal worden opgepakt door de RNE organisatie en zijn partners. Dit is van belang voor de heldere afbakening waar de RNE wel en niet over gaat, maar ook voor het managen van de verwachtingen. Ook bij projecten die wél passen in het framework van de RNE kan overigens sprake zijn van een verschillende beoordeling, afhankelijk van de fase waarin een projectvoorstel zich bevindt. Projecten zonder een uitgewerkte businesscase zullen wellicht nog niet ongeschonden door de validatietool komen, maar kunnen in potentie wel van grote betekenis zijn voor de RNE. Dergelijke projectvoorstellen kunnen aan (andere) partners van RNE netwerk worden voorgelegd met de vraag of er voldoende basis is voor een verdere ontwikkeling van het project, bijv. door de verbreding van de inhoudelijke scope, door het versterken van de maatschappelijk toegevoegde waarde, door het verbreden van de partnership, door het territoriaal opschalen, etc. Toelichting op de onderdelen: 1. Relevantie voor IoT platform (IoT platform relevance) De kern van de visie van Rifkin is dat het Internet of Things (IoT) als samenhangend technologisch platform de basis is voor een nieuw economisch model dat productiviteitsgroei mogelijk maakt op de onderwerpen data, energie en mobiliteit, die nodig zijn (in Rifkin s woorden) to manage, power en move economic life. - Data productiviteit: onder invloed van digitalisering wordt informatie een steeds belangrijkere productiefactor vanwege de exponentiële datastroom die wordt gegenereerd door de toepassing van innovaties als sensoring, robotisering, 3D printing, etc. Door digitalisering worden de marginale kosten van veel productieprocessen sterk verminderd (precies zoals dat ook in de wereld van media is gebeurd) - Energie productiviteit: gebruik van hernieuwbare energie (zero carbon) is cruciaal in dit model, niet alleen omdat het de enige manier is om klimaatverandering te stoppen, maar ook omdat het de energiekosten drastisch terugdringt (uiteindelijk richting 0) en daarmee het vooruitzicht biedt van productiviteitgroei. - Mobiliteit productiviteit: toepassing van autonome electrische voertuigen en toepassing van DDI (data derived innovation) in de transport & logistieke keten zal leiden tot een efficiënter gebruik van vervoersmodaliteiten en goederenstromen, met minder transportbewegingen, efficiënter gebruik van op- en overslagcapaciteit, etc. Voor de RNE hebben we daar in goed overleg met TIR CG een vierde thema aan toegevoegd: - Grondstoffen productiviteit: het hergebruiken van (rest)materialen in de circulaire economie (zero waste) is niet alleen onvermijdelijk vanwege de op termijn onhoudbare uitputting van grondstoffen, maar het levert ook het vooruitzicht van productiviteitsgroei, door efficiënter gebruik van grondstoffen en daarmee een verlaging van de inputkosten voor productie.

2. Maatschappelijk toegevoegde waarde (society benefits) De RNE richt zich primair op het stimuleren en versnellen van ontwikkelingen en projecten die bijdragen aan de realisatie van het IoT platform als het fundament voor de next economy en daarmee voor een toekomstbestendige regio. Deze infrastructuur is uiteraard geen doel op zichzelf, maar een middel om welvaartgroei en quality of life te vergroten. Dit betekent dat het IoT uiteindelijk alleen waardevol is als de burgers van onze regio hiervan kunnen profiteren. Deze maatschappelijk toegevoegde waarde hebben we uitgedrukt in: - Bijdrage aan de regionale werkgelegenheid: de uitrol van het IoT platform betekent dat gebouwen moeten worden geretrofit tot duurzame mini-energiecentrale (energy +), dat op grote schaal zonnepanelen en windturbines moeten worden aangelegd, dat oplaadpunten voor electrisch vervoer moeten worden aangelegd, dat sensoren en smart meters moeten worden geïnstalleerd, etc. Dit betekent dat er (veel) extra werkgelegenheid ontstaat in de bouw-, constructie-, installatiesector, ICT, etc. Maar ook als het nieuwe IoT platform is gerealiseerd zal de dan ontstane gedigitaliseerde, circulaire netwerkeconomie nieuwe banen opleveren in nieuwe vormen van lokale maakindustrie, recycling van gebruiksgoederen, last mile vervoer binnen de regio van hier gemaakte producten, etc. Projectvoorstellen moeten aantonen dat de uitvoering van het project leidt tot (extra) werkgelegenheid en dat er actief wordt geprobeerd om ervoor te zorgen dat die werkgelegenheid wordt gerealiseerd door gebruik te maken van de regionale arbeidsmarkt. - Bijdrage aan nieuwe kennis- en onderwijsontwikkeling: voor de uitrol van het IoT is te voorzien dat er vooral veel banen zullen ontstaan in de techniek en de ICT. Projectvoorstellen moeten daar zo concreet mogelijk een beeld van schetsen. Projectvoorstellen met voorzieningen voor stages of andere vormen van training on the job trajecten voor inwoners van de regio zullen hier positief op scoren. - Bijdrage aan het terugdringen van ongelijkheid: uit diverse analyses (o.a. Piketty) blijkt dat de huidige economische stagnatie voor een belangrijk deel valt toe te schrijven aan de toegenomen ongelijkheid in de maatschappij. Consumptie komt vooral van de middenklasse en die is de afgelopen decennia sterk in omvang en koopkracht gedaald. Projecten worden ook beoordeeld op de vraag of de uitvoering een bijdrage levert aan het vergroten van gelijke kansen - Bijdrage aan nieuwe vormen van actief burgerschap: een belangrijk aspect van de next economy is de groei van steeds meer laterale ( peer-to-peer ) coöperatieve verbanden waar mensen op gelijkwaardige basis in kunnen participeren. Door de digitalisering wordt de toegang tot informatie steeds laagdrempeliger, waardoor burgers vaak zonder tussenkomst van markten/tussenpersonen kunnen deelnemen aan het sociale én economische verkeer. De ontwikkeling van deze sharing economy stimuleert nieuwe vormen van betrokkenheid, actief burgerschap ( prosumers ) en lokale samenwerking (door Rifkin collaborative commons genoemd). Projecten worden beoordeeld op de mate waarin ze een bijdrage leveren aan deze vormen van maatschappelijk toegevoegde waarde.

Getting Smart Magazine Wij ontmoeten Hans Beekman bij de MRDH in Den Haag. De Metropoolregio Rotterdam Den Haag timmert sinds 1 januari al aan de weg en werkt aan het verbeteren van de bereikbaarheid en het versterken van de economie in dit metropolitane gebied. Hard nodig, concludeert de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling. Op 1 februari presenteert de OESO haar bevindingen over verdere versterking van de regio. Hier zal een fors investeringspakket uit voortvloeien. Hiervoor ontwikkelt de MRDH samen met de Provincie Zuid-Holland en andere partners een investeringsstrategie. Sinds kort is een breed gedragen samenwerking aangegaan met de Jeremy Rifkin organisatie om een Road Map in het kader van de Next Economy te schrijven voor de Metropoolregio Rotterdam Den Haag. De Road Map Next Economy gaat de MRDH ondersteunen om de focus nog scherper te stellen en zal bijdragen aan het binnenhalen van cruciaal investeringskapitaal. Waarom een Road Map voor de is bereikt. Dan hebben we het niet alleen we de komende periode gezamenlijk Metropoolregio? over de inhoud van de Road Map, maar ook kunnen optrekken naar Brussel. over het effect op de samenwerking en het De economie houdt niet op bij de gemeentegrenzen Getting Smart succes om verschillende partijen met de neus Hoe zou een samenwerking met meentegrenzen. Dat geldt overigens niet dezelfde kant op te laten wijzen. Kortom Drechtsteden in dit plaatje passen? alleen voor de economie, maar ook voor de het hele ordenende, structurerende effect. arbeids-, woningmarkt en kantorenlocaties. Het blijkt dat het gegeven: vreemde ogen Vanuit het economisch perspectief kan ik me Dus wij hebben een opgave die de gemeen- dwingen daar ook een belangrijk element bij best voorstellen dat we daar op een bepaald tegrenzen passeert en de metropool lijkt is geweest. Daarnaast heeft het gehele Rifkin moment mee in gesprek raken, er ligt een sociaal economisch, kijkend naar de kracht team naast de adviserende kracht, ook een logische economische ratio onder om samen van onze economie en de diversiteit van de hele goede relatie met Brussel. te werken op punten die daar aanleiding economische clusters, een logische ordening Wij verwachten dat hierdoor ook voor ons toe geven. te bieden om de potentie van de regio verder deuren geopend kunnen worden, zeker wan- uit te nutten. neer wij met onze eigen Road Map komen. Hoe ziet de projectorganisatie eruit? Bovendien is dit een prachtige kans voor ineen van de belangrijkste voorwaarden daarbij ternationale samenwerking want we zijn niet De projectorganisatie is opgehangen in de is een goede samenwerking en die zijn we de enige regio die met deze opgave aan de organisatie van de MRDH, zo zijn we flexibel nu aan het opzetten. Jeremy Rifkin heeft slag is. Er zijn ook andere regio s dus uitwis- en hebben toch voldoende slagkracht om het ervaring met het opzetten van dergelijke seling van ervaringen en leren van elkaar is proces op adequate wijze te managen. Directeur Projectbureau projecten zoals in Nord Pas de Calais. Daar een belangrijk aspect. Wij verwachten de ko- Dit doen we natuurlijk niet alleen, het moet Road Map Next Economy MRDH zijn we gaan kijken hoe een Road Map voor mende periode internationale samenwerking ook en vooral komen van marktpartijen en de regio tot stand is gekomen en wat daar met zo n zes verschillende regio s waarmee kennisinstellingen. Overheden moeten Hans Beekman 120 De economie houdt niet op bij de ge- Getting Smart 121

Getting Smart Magazine We zijn nu echt begonnen meedoen in de facilitaire rol. Bij de markt- krijgen. Het is nu het moment dat organisa- voortrekkersrol in spelen. kennisinstellingen. En daar hoort natuurlijk partijen bedoel ik dat zo breed mogelijk. ties begrijpen dat er een nieuwe impuls moet Welk resultaat kan er gerealiseerd ook de gezamenlijke investeringsstrategie bij Het gaat niet alleen om de multinationals en komen en dat de wil er is en de middelen er worden door dit traject? dat is cruciaal in een fase van innovatie en een We zien het eigenlijk allemaal om ons heen een duidelijk handelingsperspectief kunnen de havenbedrijven maar ook om zzp-ers en in principe zijn, om een nieuw proces te gaan periode van grotere risico s. gebeuren; verregaande digitalisering, smart- schetsen. Daarbij willen we ook het netwerken als een Security Delta, Clean Tech organiseren. Het is niet zozeer een kwestie Wat ik cruciaal vind is dat we gezamenlijk phones, internetverkoop en de gevolgen traject Agenda Stad koppelen aan een aantal Delta en Deltalinqs. En bij de kennisinstellin- van geld maar meer van eenduidigheid bij niet alleen in staat zijn een aantal scenario s Daarom is het ook van belang dat we voor de winkelstraten, de opkomst van belangrijke doorbraakdossiers en vervolgens gen gaat het niet alleen om beroepsonderwijs, het organiseren van zo n transitieproces. of trends te analyseren om een toekomst- toegang krijgen tot Brussel, het is ook een partijen als Uber, Airbnb en Booking.com. tijdens de World Expo in 2025 de verworven- maar ook om de universiteiten en TNO. De En dan heeft deze regio (wat blijkt uit allerlei beeld te schetsen. We moeten vooral ook een mooie timing omdat Nederland in 2016 Rifkin gaat er niet van uit dat er de komende heden etaleren. doelstelling is om de kracht van de regio te onderzoeken) in termen van innovatief handelingsperspectief scheppen wat bij dat voorzitter is van de EU en we kijken uit jaren een aantal nieuwe dingen worden We hebben nu een flinke groep mensen identificeren, de krachten te bundelen en vermogen en in termen van de economie toekomstbeeld hoort. Daarom is het ook zo naar wat de OESO binnenkort gaat adviseren. uitgevonden, waardoor alles wel weer goed om ons heen verzameld die allemaal met gezamenlijk tot een strategie te komen en (waar de grootste veranderingen plaatsvinden) belangrijk dat je dat doet met partners uit de Dus op de eerste plaats is het handeling- komt. Hij extrapoleert datgene wat er al is, dezelfde drive bezig zijn om voor hun handelingsperspectieven te bieden. Dat is de een hele goede uitgangspositie. Triple Helix en de diverse netwerken. sperspectief cruciaal en ten tweede dat er hij geeft dat kritische massa en brengt dat gemeente of achterban te identificeren kern van de Road Map. Denk daarbij aan sectoren als energie, chemie Dat betekent dat we in staat moeten zijn om awareness bestaat en een Sence of urgency met elkaar in verband en dat geeft meer waar de mogelijkheden tot samenwerking, en de foodsector. Maar ook door het grote bij de Road Map ook aan te geven hoe je hem om gezamenlijk aan een plan te gaan realiteitswaarde aan de inbreng. Rifkin is een de kansen en potenties liggen. aantal kennisinstellingen dat wij in onze regio operationeel kan maken, door bijvoorbeeld werken. Het momentum is er en de tijd is econoom die met beide benen op de grond vertegenwoordigd hebben. een aantal businesscases, pilots en project- rijp voor actie. De Road Map is nodig om begint en dat hebben we hier nodig. Die De sfeer is: we zetten allemaal de schouders eronder en gaan dit gezamenlijk uitvoeren. Wat zijn de grote kansen voor onze regio? Ik geloof dat er heel veel kansen zijn in onze 122 voorstellen te duiden en daar ook eigenaren volgens de juiste systematiek en methodiek, realistische aanpak in combinatie met een regio omdat de clusters die we hebben aange- Het zit hem vooral in het organiserend van te identificeren. Niet per definitie de de juiste volgorde, planning en prioritering stevige samenwerking in de regio, maakt wezen voor een deel aan innovaties toe zijn of vermogen, een organisatie als die van overheid, maar juist de partijen waar het moet de uitdagingen te organiseren en een dat we veel krachtiger kunnen optreden en in ieder geval een vernieuwingsimpuls moeten Jeremy Rifkin kan daar een belangrijke gaan gebeuren, zoals het bedrijfsleven en de fundament te leggen voor de toekomst. Getting Smart We zijn nu echt begonnen Getting Smart 123

Samenvatting gedachtengoed Rifkin en aanpak RNE Mondiale trends als klimaatverandering, grondstoffenschaarste, verstedelijking en technologische innovaties zijn de aanjagers van een verandering van de economie, die wordt gekenmerkt door digitalisering en circulariteit. De transitie naar deze next economy verloopt grillig en gaat gepaard met disrupties van bestaande economische sectoren en exponentiële groei van nieuwe sectoren. De technologische innovaties in energieproductie, mobiliteit en logistiek, communicatie, medische zorg, voedselvoorziening en maakindustrie brengen onzekerheden met zich mee, maar bieden ook kansen voor nieuwe bedrijvigheid en banen op alle niveaus. Om die kansen optimaal te benutten en de regio internationaal te positioneren als toekomstbestendige toplocatie is het dringend noodzakelijk om te komen tot een toekomstvisie, strategie en handelingsperspectief voor de regio. De regionale samenwerking zal benut worden om te komen tot een eenduidige visie. De afgelopen decennia zijn we, onder invloed van technologische innovaties, beland in een economische transitie die te kenschetsen valt als een industriële revolutie. Een industriële revolutie vindt plaats als technologische ontwikkelingen op drie domeinen (communicatie, transport en energie) gelijktijdig plaatsvinden en deze elkaar wederzijds beïnvloeden. Industriële revoluties zijn disruptief van karakter, door revolutionaire nieuwe wijzen van produceren, communiceren en vervoeren verdwijnen oude sectoren, waar dan nieuwe voor in de plaats komen. De eerste industriële revolutie vond plaats aan het eind van de 18e eeuw (telegraaf, stoomtrein/-schip en kolen). De tweede revolutie vond plaats eind van de 19e, begin van de 20e eeuw (telefoon, wegvervoer, olie). Onder invloed van de huidige technologische ontwikkelingen ontstaat een nieuwe infrastructuur, waarin gedigitaliseerde decentrale energieopwekking, elektrische mobiliteit, logistiek en communicatie convergeren tot één samenhangend platform: het Internet of Things (IoT). Dit technologie platform voor het sturen, aandrijven en verplaatsen van economische activiteit vormt de basis voor de derde industriële revolutie en biedt net als bij de vorige industriële revoluties het geval was nieuwe mogelijkheden voor welvaartsgroei. Het is de verwachting dat regio s die voorop lopen in het operationaliseren van dit technologieplatform als het fundament voor productiviteitsgroei een competitief voordeel ontwikkelen waarmee de toekomstbestendigheid en concurrentiekracht van de regio worden versterkt en waarmee de aantrekkelijkheid als vestigingslocatie voor nieuwe bedrijvigheid wordt vergroot. Naast digitalisering biedt ook de transitie naar een circulaire economie grote mogelijkheden tot productiviteitsgroei, door besparing op én efficiënter gebruik van energie, grondstoffen en (rest)materialen. In de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) komen in de steden, de haven en het Westland grote stromen van grondstoffen, (rest)materialen, goederen, voedsel, energie én informatie samen, waarmee de regio zich kan ontwikkelen tot een circulaire, digitale netwerkeconomie. De MRDH heeft om die reden opdracht gegeven aan TIR CG (Third Industrial Revolution Consulting Group) onder leiding van Jeremy Rifkin, econoom en internationaal politiek adviseur, om in 2016 samen met de overheden, kennisinstellingen en bedrijfsleven van de regio een Roadmap Next Economy (RNE) op te stellen.