Expertisenetwerk School of Education Associatie K.U.Leuven Dekenstraat 6, bus 4067 B-3000 Leuven Eindverslag projectgroep assessmentvormen in een competentiegerichte lerarenopleiding 1. Doel van het project en samenstelling van het projectteam Het projectteam bestaat uit vijf partnerinstellingen van de pool Kempen-Limburg en één externe instelling: - Katholieke Hogeschool Kempen - penvoerende instelling (Mieke Balcaen) - CVO Hoger Instituut der Kempen (Pieter De Cleyn en Ilse Stroobants) - CVO Limburgse Lerarenopleiding (Helga Loos) - Katholieke Hogeschool Limburg (Sabine Dierick) - Katholieke Universiteit Leuven (Lotte Brants) - i.s.m. Universiteit Hasselt NOvELLe (Jan Broeckmans) Het doel van het project bestaat uit het selecteren en inventariseren van gehanteerde assessmentvormen in de initiële en specifieke lerarenopleidingen uit de partnerinstellingen en ze te koppelen aan de functionele gehelen, zoals deze terug te vinden zijn in de basiscompetenties van de lerarenopleiding. Bovendien worden ook de valkuilen, succesfactoren en randvoorwaarden die bij de hantering van de assessmentvormen gemoeid zijn, in kaart gebracht. Op die manier wordt er een beeld geschetst van de implementatie van de geïnventariseerde assessmentvormen. Dit alles werd samengevoegd in een elektronische databank of wiki. 2. Verslag van de werkzaamheden 2.1 Overzicht van activiteiten In de periode oktober 2007 januari 2008 ging de penvoerende instelling (i.c. Katholieke Hogeschool Kempen) op zoek naar een expert op het vlak van assessment om het projectteam te vervoegen. Daarop werd Prof. Dr. Filip Dochy van de K.U.Leuven aangesteld om het initiatief in handen te nemen. In de maand januari 2008 heeft Lotte Brants, in overleg met alle projectpartners, een intentieverklaring voor een vervolgproject uitgewerkt. Het vervolgproject beoogde, vertrekkende van de te ontwikkelen competentiematrix in het huidige assessmentproject, het ontwerpen van een stappenplan voor de implementatie van assessmentvormen. Toen dit vervolgproject in
februari 2008 niet ontvankelijk werd verklaard, werd besloten om deze doelstelling mee op te nemen in het huidige project. In de periode februari 2008 - maart 2008 maakte elke projectpartner, aan de hand van een format, een inventarisatie van de gehanteerde assessmentvormen in zijn/haar opleiding of onderwijsinstelling 1. In de daaropvolgende periode (april 2008 - juni 2008) werd er besloten om de verzamelde informatie overzichtelijk weer te geven in een elektronische databank (i.c. wiki). Elke projectmedewerker bekeek de verzamelde informatie van twee projectpartners vanuit het perspectief van de eindgebruiker. Zo werd er een overzicht verkregen van de ontbrekende en onontbeerlijke elementen in het verzamelde materiaal die belangrijk werden geacht voor het eindresultaat. Er werd tevens een duidelijke structuur voor de wiki vastgelegd, om zodoende de informatie op overzichtelijke wijze te kunnen weergeven. Gedurende de zomerperiode (juli 2008 - september 2008) werd de wiki door Lotte Brants vormgegeven. Er werd een laatste keer samengekomen om suggesties, opmerkingen en vragen uit te wisselen. Bovendien werd er een eerste brainstorm gehouden in verband met een mogelijk vervolgproject. In oktober 2008 werd de laatste hand gelegd aan het project en het projectresultaat. De wiki werd gefinaliseerd, de intentieverklaring van het vervolgproject werd vormgegeven en de studiedag Op Koers!? van het Expertisenetwerk School of Education K.U.Leuven Associatie werd grondig voorbereid. 2.2 Overzicht van bevindingen Een eerste belangrijke bevinding uit dit project is dat er weinig consistentie blijkt te bestaan qua definiëring en invulling van zogeheten nieuwe assessmentvormen. Zo wordt een portfolio als assessmentinstrument in, bijvoorbeeld, de Katholieke Hogeschool Limburg expliciet gekoppeld aan reflectief leren. De student wordt in dit groeiproces gedurende het gehele jaar ondersteund en begeleid. Uiteindelijk wordt de reflectievaardigheid geëvalueerd. Dit is echter moeilijker te realiseren in een eenjarige opleiding of in een modulaire lerarenopleiding (zoals een specifieke lerarenopleiding aan een CVO of aan een universiteit). Er werd afgesproken dat alle assessmentinstrumenten verschillend van kennistoetsen en schriftelijke examens tijdens de projectwerking onder de noemer nieuwe assessmentvormen vallen. 1 CVO HIK heeft zich beperkt tot de gebruikte assessmentvormen in de vernieuwde SLO, gestart in september 2007 blz. 2/5
Daarnaast bleek het geen eenvoudige opdracht te zijn om een koppeling te maken tussen de geïnventariseerde assessmentvormen en de basiscompetenties als baken voor de initiële en specifieke lerarenopleiding. Daarom werd er besloten om deze oorspronkelijke doelstelling bij te sturen. Er werd afgesproken om de geïnventariseerde assessmentvormen te koppelen aan de functionele gehelen, zoals deze in de basiscompetenties voor de lerarenopleiding beschreven worden. Bovendien heeft het onderwijssysteem zowel bij docenten als studenten enkele misvattingen veroorzaakt. Studenten blijken een taak waar geen summatieve beoordeling aan gekoppeld is als minder belangrijk te percipiëren en zetten zich hier bijgevolg beduidend minder voor in. Daarnaast menen diverse projectpartners dat het modulair onderwijssysteem docenten veelal tot summatieve evaluatie dwingt. Deze tendens is enerzijds te wijten aan de beperkte groeikansen die er in een modulaire opleiding aanwezig zijn. Anderzijds heeft de student of cursist in een modulaire opleiding de mogelijkheid om een eigen studietraject samen te stellen. Dit betekent dat hij/zij de afgesproken competenties van de gevolgde module(s) binnen deze module (in een semester) bereikt moet hebben. Toch bewijst de KHLim dat die niet noodzakelijk altijd het geval is en werd nogmaals duidelijk dat elke projectpartner van elkaar kan leren. 2.3 Initiatieven voor documentatie en bredere rapportering In de eerste plaats is de databank ontstaan vanuit concrete praktijkervaringen. Het is dan ook erg belangrijk dat dit aspect steeds benadrukt wordt. Het is nooit de intentie geweest om een kant en klaar oplossingenboek te creëren, wel om een instrument te ontwikkelen waarmee leerkrachten en docenten in de praktijk aan de slag kunnen. Het is belangrijk dat de projectleden het bestaan van dit instrument communiceren aan hun collega s binnen de partnerinstelling, om zodoende het instrument voortdurend te kunnen uitbreiden en actualiseren. 2.4 Initiatieven voor verankering van resultaten De elektronische databank wordt vanaf de studiedag Op Koers!? van het expertisenetwerk School of Education op 13 november 2008 beschikbaar gesteld voor een breder publiek (i.c. de instellingen van de associatie K.U.Leuven). De studiedag vormt dan ook een eerste belangrijke aanzet om mensen uit de onderwijsinstellingen van de School of Education uit te nodigen om hun ervaringen en expertise met elkaar te delen. Bovendien komt er een link naar onze elektronische databank op de website van het Expertisenetwerk School of Education. De blz. 3/5
uitbreiding en controle van onze databank wordt opgenomen als een belangrijke doelstelling in het vervolgproject van de pool Kempen-Limburg. 2.5 Reflecties over werkzaamheden Na een moeilijke opstart van het project, als gevolg van enerzijds een gebrek aan een gemeenschappelijke visie op assessment en anderzijds de ontwikkeling van een haalbaar instrument waarin praktijkvoorbeelden aan competenties worden gekoppeld, kende het project een erg vlot verloop en een goede samenwerking tussen de projectpartners. Er werden geen problemen ervaren bij de uitwisseling van informatie, documentatie en expertise. Bovendien zijn alle projectleden tevreden met het bereikte eindresultaat. 2.6 Belangrijkste realisaties De belangrijkste realisatie van het project is uiteraard de elektronische databank of de wiki. Deze is terug te vinden via assessmentproject.wikispaces.com. Het is een erg handig medium om een grote hoeveelheid informatie overzichtelijk en gestructureerd weer te geven. Naast een beschrijving van de gehanteerde assessmentvormen wordt er een overzicht gegeven van de succesfactoren, kanttekeningen en randvoorwaarden die bij de implementatie van de assessmentvormen gemoeid zijn. Bezoekers van de website kunnen via twee wegen op zoek gaan naar informatie rond nieuwe assessmentvormen. Enerzijds kan er informatie gezocht worden via de verschillende geïnventariseerde assessmentvormen. Anderzijds kan er informatie gezocht worden via de tien functionele gehelen, zoals deze terug te vinden zijn in de basiscompetentie van de lerarenopleiding. Geïnteresseerde bezoekers kunnen tevens informatie aan de hand van een format toevoegen. Bovendien werd er op die manier een instrument ontwikkeld om de samenwerking en interactie binnen en tussen onderwijsinstellingen te stimuleren. Docenten kunnen immers heel wat van elkaars expertise leren. 2.7 Belangrijkste problemen Gedurende het projectverloop staken er een aantal knelpunten de kop op. Zo bleek in de eerste plaats de beginsituatie of de werkcontext van elke projectpartner erg verschillend te zijn: een vakkenstructuur versus een modulaire werking, een twee- versus een driejarige lerarenopleiding, een lerarenopleiding in het kleuter-, lager of secundair onderwijs, dag- versus avondonderwijs, het werken met studenten of volwassenen, etc. Bovendien werd er blz. 4/5
aanvankelijk geen consensus gevonden met betrekking tot het startpunt van het project: de assessmentvormen of de functionele gehelen. Daarnaast bleek er geen consistentie qua definiëring en invulling van nieuwe assessmentvormen te bestaan. Tenslotte bestond er een grote overlapping tussen de verschillende functionele gehelen binnen de basiscompetenties van de lerarenopleiding en de gehanteerde assessmentvormen: eenzelfde functioneel geheel kan immers aan de hand van verschillende assessmentvormen gemeten worden en omgekeerd. Daarom werd er besloten om te werken met een digitale databank. Op die manier kunnen bezoekers van de website zelf bepalen via welke insteek ze op zoek gaan naar relevante informatie. blz. 5/5