De Therapeutische Gemeenschap voor Kinderen en Adolescenten 1. Een geladen begrip * Met de term Therapeutische Gemeenschap worden verschillende benaderingen aangeduid : 1. Hiërarchische T.G. of concept-based T.C. (Amerika Charles Dederich) ontstaan in 1958 en voornamelijk gericht op drugverslaafden. 2. Democratische T.G. ( Therapeutic community proper ) voornamelijk geassocieerd met Maxwell Jones, en in hoofdzaak gericht op psychiatrische patiënten 3. De Therapeutische Gemeenschap voor Kinderen en Adolescenten (U.K.) : gaat terug op de traditie van zorg voor maladjusted children (begin 1900) en therapeutic education (Bridgeland) progressieve experimenten in opvoeding en onderwijs (ideaal : De Nieuwe Mens en kristalliseert zich in De Nieuwe Schoolbeweging in het Interbellum) (4. De anti-psychiatrie en Alternative Asylum -benadering : geassocieerd met de anti-psychiatrie beweging van de jaren 60 en figuren als Laing en Cooper) * Kennard (1998) en Clarck (1965) spreken van een Therapeutic Community Approach en van Therapeutic Community Proper. * De term Therapeutische Gemeenschap wordt voor het eerst echt gebruikt door Tom Main (1946) geassocieerd met The Northfield Experiments in de jaren 40, alhoewel het Maxwell Jones is die het meest wordt gezien als dé vertegenwoordiger van de Therapeutische Gemeenschap 2. Northfield experiments (1942-1948) * shell shock syndroom
* Bion, Rickman (Northfield I) en Foulkes, Main, Bridger (Northfield II) * Social club 3. Maxwell Jones (vanaf 1940) Ontwikkelt de democratische T.G. (vier T.G. s : Mill Hill, Dartford, Henderson en Dingleton) en wordt gezien als dé vertegenwoordiger bij uitstek. Zie slides ivm Maxwell Jones.
1. Inleiding De Therapeutische Gemeenschap voor Kinderen en Adolescenten * Zoals geschetst worden deze T.G. s enerzijds in verband gebracht met de zorg voor volwassen psychiatrische patiënten (traditie van Maxwell Jones) ; anderzijds worden deze T.G. s ook gekaderd vanuit de zorg voor maladjusted children. * De psychoanalyse 1 heeft hierop een zeer grote invloed gehad en binnen het veld van de therapeutic education zien we een eerste poging om psychoanalytische ideeën te combineren met participatieve democratie (cf. Homer Lane). 2. Historisch Overzicht * Drie golven in progressieve voorzieningen : voor W.O. I, de jaren 30 40 en de jaren 60 70. Pioniers voor W.O. I * Initiatieven voor de unschoolable ontstaan uit de initiatieven van enkele individualisten (Mary Carpenter, William Hunt, Leila Rendel, Homer Lane) Homer Lane : Little Commonwealth archetype van de vroege pioniers zelfbestuur voor de behandeling ( citizenship ) economisch schema : de citizens worden betaald voor hun werk in het huishouden en boerderij (principe van verantwoordelijkheid) bestuur gebeurt via de Citizen s Court (confrontatie van individuen met de groep) 1 * Kennard (1998) spreekt van een drievoudige invloed van de psychoanalyse op therapeutische gemeenschappen : 1. als therapeutische methode 2. relaties tussen verschillende leden van de gemeenschap 3. invloed op de therapeutische gemeenschap als een geheel
Pioniers uit het Interbellum * het aantal initiatieven voor maladjusted children groeit *Tgv. van WOI meer aandacht voor de problemen van shell shock (zie Maxwell Jones) * Pioniers : Otto Shaw en David Wills (en Marjorie Franklin) (wiens werk aanleiding geeft tot Planned Environment Therapy ) * De ontwikkeling van de zgn. Q-camps (Q van quest of query) vindt plaats --- het eerste Q-camp vindt plaats at Hawkspur Green (1936 1940) * Planned Environment Therapy heeft heel wat overeenkomsten met Therapeutische Gemeenschappen - beiden geloven in de kracht van het verantwoordelijkheid geven aan kinderen/cliënten - in een atmosfeer die vrije expressie van gevoelens mogelijk maakt - discipline volgt niet uit sancties maar volgt vanuit de gemeenschap als geheel Wills (1968) spreekt zelf o.a. over : - maladjustment is een product van sociale factoren - doel : atmosfeer vatbaar voor therapie - therapeut, leerkracht of ander staflid is sleutel van het proces - leven in de gemeenschap, gebaseerd op hard werk, samenwerking en gedeelde verantwoordelijkheid - mogelijkheid om therapeutische relaties aan te gaan met rijpe volwassenen - aansluitend bij het goede familieleven (Parallel hieraan : Aichorn, Redl en Wineman, Bettelheim : zie les Prof. Broekaert) Pioniers na WO II * nieuwe pedagogische ideeën worden verspreid * probleem : opvang van geëvacueerde kinderen ---- figuren als Bowlby, Winnicott en Anna Freud
* Winnicott : Integratie als persoon ( good enough environment is hierbij zeer belangrijk) Een Therapeutische Gemeenschap die goed genoeg is vervult helende, voedende en onderwijskundige taak op een manier die sterk gelijkt op de gezonde familie. Groep kan als therapeutisch middel worden gebruikt ( transitional space ) Transitionele ruimte van ervaring. Ruimte waarin gespeeld wordt : grensgebied tussen de subjectieve ervaring van de interne psychische wereld van een individu en de realiteit van een intersubjectieve buitenwereld. Derde ruimte of Illusionair gebied (prototype : moederfiguur) Een aantal voorbeelden van therapeutische gemeenschappen : Cotswold Community, Peper Harrow, ---- deze Therapeutische Gemeenschappen komen samen en vormen Charterhouse Group. Pas vanaf de jaren 70 groeit er een dialoog tussen de voornoemde tradities, i.c. Therapeutische Gemeenschappen voor volwassenen en deze voor kinderen. Een gemeenschappelijk gespreksforum wordt opgericht : Association of Therapeutic Communities (ATC). Kennard (1998) geeft 7 definiërende kenmerken van een therapeutische gemeenschap aan 1. Een groep mensen die samenleven of regelmatig samenkomen en participeren in een aantal doelgerichte taken 2. Vertrouwelijke, niet hiërarchische relaties 3. Regelmatig en frequent informatie tussen alle delen van de groep delen 4. Gemeenschappelijke verbintenis/engagement : leren van de ervaring van het samenleven en/of werken (living-learning) 5. Een algemeen engagement om problemen, spanningen en conflicten openlijk te onderzoeken en op te lossen (culture of enquiry) 6. Psychodynamisch bewustzijn van individuele en groepsprocessen 7. Duidelijke bepalingen i.v.m. tijd, plaats en rollen waarin het bovenstaande kan plaatsvinden