Dillema s kunnen niet in een keer worden opgelost en voor de meeste is er niet een oplossing maar verschillende oplossingen.

Vergelijkbare documenten
Wat is het probleem precies -) probleem expliciet maken. Wat moet er gedaan worden? -) probleem rationaliseren, objectief beste oplossing zoeken

Hoofdstuk 6: Investeringsbeslissingregels

Hoofdstuk 7: Basis van kapitaal budgettering

Businesscase: titel. Businesscase. Titel. Auteur: Versie: Datum: Pagina 1 van 5

Algemene vragen over Inleiding Technische Bestuurskunde. 1. Goed inleiding TB toe kunnen passen vereist dat je

Werkblad havo 4 natuurkunde Basisvaardigheden

Opdracht Levensbeschouwing Hoe los ik iets op?

Een inventarisatie van. veiligheids- en risicoanalyses

D-dag 2014 Vrijeschool Zutphen VO. D -DAG 13 februari 2014: 1+ 1 = 2. (en hoe nu verder?) 1 = 2en hoe nu verder?

Financiën en risicomanagement

Effectief Rapporteren

Hoofdstuk 4: De tijdswaarde van geld

Test denkprofiel jongeren

5 Opstellen businesscase

Beurstips 3. Standbemanning

Scenario-denken Paul Ongenaert

MANAGEMENTVAARDIGHEDEN / 11

hippie agent strategie voor de tac competitie

Workshop outcome. Movisie - 3 november 2016

Probleem Ontrafeling

Vinden, binden en boeien van trainers. Op weg naar een sterke leervereniging

BUSINESS VALUATION UITWERKING TOPAAS B.V.

Helpt het hulpmiddel?

Stap 2 - Breng oorzaken en gevolgen van het probleem in kaart. Kies eventueel één van de oorzaken of gevolgen als nieuw centraal probleem.

6. Project management

NAAM VOORNAAM 29/10/2012

Het tellen van mensen docentenhandleiding

INSTRUCTIEKAART GROEPJES TECHNIEK IN HET BASISONDERWIJS DE FIETSBEL. Opdracht 1: Beantwoord mondeling deze strategische vragen in je groepje.

Gunningsmethodieken gewichten en scoren. Datum: 30 januari 2017 Spreker: Prof. dr. Jan Telgen

Handleiding voor het afnemen van het IPPA Basis-interview en het IPPA Vervolg-interview

Management en Organisatie. Proefles

plan facilitators Werkvorm: problemen verbinden

Problematiek in projecten

Summary in Dutch 179

Cultuureducatie, W&T en wereldoriëntatie

:: Investeringsanalyse

Handleiding 1 Hour Coaching

Beheervoorziening BSN - Use Case Specificatie 16: Toets of nummer een BSN is

Praktische tips voor het voeren van een gesprek

HOOFDSTUK 9 DE ROL VAN CREATIVITEIT

Mensen met niet-aangeboren hersenletsel

Perceptiebeïnvloeding op doelgroepenniveau: stappenplan (7E)

The undercover games - Politie Nederland Leerjaar 3, schooljaar

VAN KLINISCHE ONZEKERHEID NAAR EEN ZOEKSTRATEGIE

Optimalisering en Complexiteit, College 14. Geheeltallige LPs en Planning bij Grolsch. Han Hoogeveen, Utrecht University

Rendement, Effectief rendement, IRR, wat is het nu?

Havo 4 - Practicumwedstrijd Versnelling van een karretje

Zorgboerderij De Vossenburght

en-splitsingen: een aantal alternatieven worden parallel toegepast, of-splitsingen: van een aantal alternatieven wordt er één toegepast,

1. Reductie van error variantie en dus verhogen van power op F-test

Marleen van de Westelaken Vincent Peters Informatie over Participatieve Methoden

Artificiële Intelligentie En De Menselijke Maatschappij

onderdeel van

Het Communicatiecanvas Persuasief communiceren in organisaties

Tellen met Taal. Het meten van variatie in zinsbouw in Nederlandse dialecten. Marco René Spruit

MKBA Rotterdamse Klimaatadaptatie Strategie. Rotterdam, november 2012

Samenvatting Impliciet leren van kunstmatige grammatica s: Effecten van de complexiteit en het nut van de structuur

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 9

Gaan stemmen of niet gaan stemmen? (Uit: Kompas)

Managen van duurzame transities, nog onbegonnen werk?



Impactmeting: een 10 stappenplan

Eventuele subtitel. Veiligheid Bediening Kunstwerken

WERKBOEK. Checklisten, scripts, templates. Door Laura Babeliowsky

De 7 stappen van een CAT

In Vlaanderen bestaat er nog geen leerlijn programmeren! Hierdoor baseren wij ons op de leerlijn die men in Nederland toepast voor basisscholen.

Revenue Management Game Touroperator

Schrijf een fantastisch prestatieverhaal

2.1 De aanleiding met het probleem

Onderzoeksmethodologie van praktijkgericht en toegepast onderzoek. Jac Christis, 14 februari 2013

Een evaluatie van zorginhoudelijke indicatoren in de VV&T

Aflevering 4 - Advies over de rentevastperiode

Hoe omgaan met complexiteit?

Omgaan met giscorrectie

Formules en grafieken Hst. 15

omschrijven wat je ermee bedoelt. Dat geldt dus ook voor dom en de vraag of je dat met een IQ-test kunt meten. Dan naar een ander aspect van de

Deze procedure beschrijft de wijze waarop klachten gerapporteerd, geregistreerd, afgehandeld en geanalyseerd worden.

A DATA-DISCOVERY JOURNEY

Om nu te berekenen hoeveel koelwater er per uur door een leiding stroomt, heb je een vergelijking of formule nodig. Je gebruikt de volgende formule:

De Taak Risico Analyse (TRA)

SWOT-ANALYSE. SWOT en confrontatiematrix aangeboden door 1

GENK-ZUID: GROEPSAANKOOP PV- PANELEN

5,1. Samenvatting door een scholier 1647 woorden 18 oktober keer beoordeeld. Wiskunde A

Onderbouw WiskundeDag

Oefencase Gupta Strategists

Onderzoek in het kader van de interventiecyclus. Jac Christis, 11 september 2013

Creatieregie. Van buiten naar binnen werken, in plaats van andersom VARIA ORGANISATIEVRAAGSTUK. Fer van den Boomen, Jos van Jaarsveld & Nanja Mol

Waar Bepaal ten slotte zo nauwkeurig mogelijk waar het onderwerp zich afspeelt. Gaat het om één plek of spelen meer plaatsen/gebieden een rol?

Hoofdstuk 3: Arbitrage en financiële besluitvorming

ANTWOORDEN OPGAVEN HOOFDSTUK 9

Snelle glijbanen. Masterclass VWO-leerlingen juni Emiel van Elderen en Joost de Groot NWD Faculteit EWI, Toegepaste Wiskunde

Pendelbemiddeling, wat is het

Verslag presentatie contourenschets Fongersplaats 25 juni 2013

Van Wijk tot Wetenschap 2016 Workshop kosteneffectiviteit. Peter Dijkshoorn, GGZ Nederland, NJi, Accare Hermien Dijk, Rijksuniversiteit Groningen

SILVER-MEAL een alternatief voor de EOQ? Benadering voor lumpy demand

TIJ Delft T«chnt5che Universiteit Detft

Individuele Begeleiding per Bijeenkomst Leidse regio 20 juni 2017

Pensioenakkoord. Spelregels vanuit de accountant bezien. Nico Pul Ernst & Young

Een werkdrukplan opzetten. Keuze voor een grote of kleine aanpak: een werkdrukplan opzetten. Aftrap

Transcriptie:

Solving complex problems Alexander de Haan & Pauline de Heer Bij zogeheten complex problems gaat het om problemen die niet een mogelijke oplossing hebben (of wellicht geen). Dit komt door het niveau van complexiteit. Om complexe problemen te tackelen zijn een aantal vragen die bij je opkomen: Wat is het probleem precies? probleem expliciet maken Wat moet er gedaan worden? rationaliseren, objectief de beste oplossing zoeken Dillema s kunnen niet in een keer worden opgelost en voor de meeste is er niet een oplossing maar verschillende oplossingen. Actoren Mensen die betrokken zijn bij een probleem hebben allemaal hun eigen ideeën voor oplossingen. Bij actoren gaat het dus om mensen of partijen die betrokken zijn bij een bepaald probleem. Conceptualiseren van het probleem 1. Duidelijkheid scheppen over wat nu exact het probleem is 2. Wie is betrokken bij dit probleem? actoren 3. Wat willen alle actoren? doelen 4. Maak een model dat het probleem beschrijft op een praktische en makkelijke manier 5. Nu zie je wel alternatieven er zijn voor de verschillende actoren Het belangrijk om het probleem goed te formuleren. Allereerst moet er een wens zijn, anders zou er namelijk ook geen probleem zijn. De actor moet een brug leggen tussen de ongewenste en gewenste situatie die hij voor ogen ziet. De ongewenste down side voor de gewenste oplossing is het dilemma. Het dilemma is de reden waarom de gewenste situatie nog niet is volbracht. Als er geen dilemma is, is er ook geen probleem. Bij het vinden naar een dilemma moet je kijken wat problematisch is bij het vervullen bij de actor zijn wens. Een probleemstelling is altijd gemaakt vanuit het perspectief vanuit een bepaalde actor. Voor elke actor kan je een probleemstelling dus ook formuleren. Elke actor heeft een eigen wens namelijk, vandaar een andere probleemstelling. Het gaat altijd om een wens + dilemma. Doelenboom Het begint bij een interesse, wat is het doel van de actor. Dit doel moet heel breed zijn en onafhankelijk zijn van het probleem. Nu je van een probleemeigenaar een probleemstelling weet heb je dus een wens en een dilemma. Nu kan je de vraag stellen waarom wil je dit? Op deze manier kan je een hoofddoel verwoorden. Hierop krijg je dan een abstract antwoord, bijvoorbeeld Het voorzien van energie of goede gezondheidszorg. Daarna stel je bijvoorbeeld de vraag, wat betekent dit? Hierdoor ontstaat een aftakking en ga zo maar door. Uiteindelijk krijg je een doelenboom voor een bepaalde actor met meetbare eenheden (W, euro, jaar..) critera. Nu is het belangrijk voor de actor hoe een alternatief een van deze criteria beïnvloed. Wanneer je een aantal doelenbomen heb bepaal je welke criteria je meeneemt in je analyse.

Causaal diagram (gevonden criteria actor + factoren die hier betrekking op hebben) Je neemt nu de belangrijkste criteria uit de doelenboom en kijkt welke factoren het criteria beïnvloeden. Elke factor die een criteria beïnvloed is een mogelijk alternatief voor het probleem. Dit komt omdat de factor de waarde van een criteria beïnvloed. De factoren en criteria mogen geen werkwoord bevatten of een bijvoeglijk naamwoord. Op deze manier kan je de alternatieven vinden en deze daarna in je probleem diagram zetten. Probleem diagram (selectie criteria van actoren + factoren die hier betrekking op hebben + alternatieven) Het combineren van alle criteria uit de doelenbomen van de verschillende actoren geeft een wel gebalanceerde set van criteria. Je neemt de criteria van de probleem eigenaar en van de stake holders. Nu is het aan de betrokken actoren om te kiezen welke criteria vergeleken zullen worden. Deze vormen met de factoren het probleem diagram. Alternatieven Bij een alternatief gaat het erom dat het voor een actie of een combinatie van acties zorgt voor een verandering van de waarde van een criteria. Een alternatief moet er dus voor zorgen dat een criteria wordt veranderd. De criteria hadden wij uit de doelenboom gehaald. Het alternatief verkrijg je door de vraag de stellen: Hoe verander je de waarde van een criteria met de behulp van een bepaalde factor? Factor A Criteria Vraag naar olie [liter/week] Olie prijs [$/liter] In dit geval zal het kunnen zijn: Hoe verander je de vraag naar olie? Het mogelijk antwoord zal een alternatief kunnen zijn om het probleem op te lossen. Alternatieven afwegen Nu is het nog belangrijk de alternatieven af te wegen. Dit kan aan de hand van abstracte criteria zoals efficiëntie en realisatie. Op deze manier krijg je een beeld van hoe goed een bepaald alternatief is. Daarnaast is het wel belangrijk om een nul alternatief mee te nemen. Dit betekent dat je niets gaat doen. Het is makkelijk als referentie.

Alternatieven categoriseren Je kan op verschillende manieren alternatieven indelen in groepen. - verschillende tijdschalen: een alternatieve zou direct impact hebben, de ander pas over 10 jaar - verschillende grootte: vergelijken van kosten of fysieke grootte - het probleem niet oplossen: alternatieven die slechts 1 criteria oplossen of alternatieven die meerdere criteria beïnvloeden. Onzekerheidstabel Hierin zet je de factoren die invloed hebben op een bepaald alternatief. Je Alternatief wordt natuurlijk bepaald door factoren dus het is belangrijk om te weten of het gaat om lage impact, hoge impact, lage onzekerheid, hoge onzekerheid. Factoren met low impact zullen dus snel afvallen om hiermee wat te gaan doen. De factoren met een hoge impact zijn dus wel belangrijk. Alleen de factoren met een hoge onzekerheid zijn belangrijk voor de onzekerheidsanalyse. Scenario s Het is belangrijk voor de cliënt om te weten wat de effecten zijn als er wordt gekozen voor een bepaald alternatief, daarom stel je dus scenario s op. Je maakt altijd gebruik van externe factoren, nooit van geen externe factoren. - Scenario 1: Hoge waarde van factor 1, hoge waarde factor 2 - Scenario 2: Hoge waarde factor 1, lage waarde factor 2 - Scenario 3: Lage waarde factor 1, hoge waarde factor 2 - Scenario 4: Hoge waarde factor 1, lage waarde factor 2 Er is nooit een beste scenario, alle scenario s kunnen wellicht uit komen en moet dus rekening mee worden gehouden. Impact tabel je bekijkt hier hoe elk overwogen alternatief een criteria beïnvloed. Het beïnvloeden van de criteria is belangrijk aangezien deze voort zijn gekomen uit de doelenboom. Dus als een alternatief wordt toegepast in het systeem, wat zal de waarde worden van alle criteria? Van elk mogelijk scenario maak je zo n impact tabel. Criteria 1 2 3 4 n Alternatieven 1 2 3 4 5 n Het is dus de bedoeling om aan de cliënt te laten zien voor elk scenario wat de effecten zijn van de alternatieven op de criteria. Om de tabel te kunnen invullen kan je gebruik maken van interviews van experts, berekeningen, publicaties en literatuur. De impact tabel is dus het vervolg op de scenario s die je hebt gemaakt.

Schattingen Het is mogelijk dat een bepaalde waarde nodig is om aan een bepaalde casus te werken. Denk aan Hoeveel bladeren laten de bomen in de straat vallen?. Op deze vraag kan je niet zo 123 antwoord geven en hier is natuurlijk geen literatuurwerk van. Alle blaadjes tellen is geen optie dus je gaat over naar schatten. Om deze schatting bijvoorbeeld te maken werkt het als volgt: 1. Hoelang is de straat? Stel 1 km 2. Zijn er aan beide kanten van de straat bonen? Nee 3. Hoeveel ruimte is tussen de bomen? Stel 25 m 4. Hoeveel grote takken heeft elke boom? Stel 10 5. Hoeveel kleine takken zitten aan elke grote tak? Stel 15 6. Hoeveel kleinere takjes zitten aan elke kleine tak? Stel 7 7. Hoeveel bladeren zitten er aan elk klein takje? Stel 5 Er zullen dus ongeveer 1000 / 25 = 40 bomen in de straat zijn. Elke boom zal 10 x 15 x 7 x 5 bladeren hebben. Dus in totaal zullen er 40 x 5250 = 2 x 10^5 bladeren in het totaal zijn. Er kunnen fouten zijn gemaakt bij het schatten maar omdat je meerdere keren schat zal je wellicht de ene keer er wat meer boven zitten en de andere keer wat meer onder. Gemiddeld zal het dus wel redelijk oké zijn. Daarnaast gaat het ook voornamelijk om de orde van grootte. Hoe meer schattingen maakt, hoe preciezer uiteindelijk je eindantwoord zal zijn.

NPV, netto constante waarde De vraag bij veel projecten het geld wat je aan het begin investeert, is het t zelfde waard nadat je na een paar jaar geld hebt genereert met het project? Stel je investeert 1000 euro vandaag en 5 jaar later heb je 5000 euro met je project verdient. Heb je dan een winst van 4000 euro? Waarschijnlijk niet. De reden is dat je te maken hebt met inflatie. Nu is er een techniek bedacht om de devaluatie van geld in de toekomst te kunnen analyseren. Met behulp van het bereken van de NPV (=netto constante waarde) kan je hier achter komen. Jaar 0 1 2 3 4 5 6 7 totaal Cash in 60 Cash out 35 Cash flow 25 Cash in: Het bedrag wat je er insteekt in een bepaald jaar Cash out: Het b bedrag wat je verdient in een bepaald jaar Cash flow: cash in cash out De functie die wordt gebruikt om aan de geven hoe geld devalueert in de toekomst is: 1 / (1+r) t is hierbij het tijdsinterval, in ons geval hoeveel jaar we hebben gekozen waarin het project zich voordoet. r is hierbij de waarde van de devaluatie, dus hoe groter r, hoe meer devaluatie van het geld. De NPV krijg je door elk jaar zijn cash flow te vermenigvuldigen met de functie van dat jaar voor jaar 5 met r = 0,06 geldt: 1 / (1,06)⁵ x 25