Fontys Hogeschool voor de kunsten STAGE WERKPLAN ABV (Docent Beeldend) hoofdfase Student: Jan Willem Luiten Sophia van Wurtemberglaan 33 5616BN Eindhoven GSM 06 14 95 45 38 Studentnummer: 2186061 mail: 258412@student.fontys.nl (web jwlpagina.wordpress.com) Jaar: 3 (DT) Stageschool: Strabrecht college Stagebegeleider: Erik Kuil Stagedocent: Klaas van Baalen B. Vermogen tot reflectie en ontwikkeling De student kan het eigen beeldend handelen, het kunsttheoretisch handelen, het pedagogisch en didactisch handelen Niveau 2 B3 en B4 Hoe ga ik daar aan werken? Wat kan ik straks? Wanneer De student kan het eigen beeldend handelen, het kunsttheoretisch handelen, het pedagogisch en didactisch handelen beoordelen, in onderling verband hanteren, en zo nodig verbeteren. B1 je ontwikkelt beschouwingsvermogen dat o.a. blijkt uit het kunnen onderhouden van een beeldend proces in inhoudelijke en materiële zin. B2 je bent je bewust van de belangrijkste opvattingen en ideeën die in verschillende cultuurperioden gehanteerd worden, en de mogelijke invloed daarvan op je eigen werk Kennis van het vakgebied verder ontwikkelen middels stage en theorie. Dit verder verwerken in mijn persoonlijk ontwikkelingsplan. Ontwerpen en uitvoeren van lessenreeksen. E.e.a. geschiedt in nauw overleg met de docent (Klaas van Baalen). De 2 e en 3 e stage zullen aan de oppervlakte leggen waar mijn sterke en zwakke punten liggen, praktijkervaring is volgens mij de enige remedie om eventuele zwakke punten aan te pakken. Aan het einde van de hoofdfase zal ik helder kunnen verwoorden wat mijn visie en opvattingen hierover zijn, dit zal terug te lezen zijn in mijn persoonlijk ontwikkelingsplan. Ik kan straks lessen uitvoeren waarin mijn planmatig handelen heeft bijgedragen aan volwaardige inhoud en een soepel verloop van de lessen. Zelfverzekerd voor een klas staan Juni juni 1
B3 Je bent in staat om je opvattingen over beroep te verwoorden, en planmatig aan de gewenste beroepsmatige ontwikkeling te werken. SMART en Deming methode De Deming methode integreren in de voorbereiding. B4 je hebt een goed beeld van je sterke en zwakke kanten, en je hebt een persoonlijke methode om aan je ontwikkeling te werken. C.Pedagogisch competent De student zet pedagogische kennis en ervaringen in met als doel een zingevend en veilig klimaat te creëren. Niveau 2 C! t/m C4 Hoe ga ik daar aan werken? Wat kan ik straks? Wanneer C1 Je verantwoordt je pedagogische opvattingen Door de lessen PPO (Pedagogie/Psychologie) te volgen in het 3 e leerjaar en een mening te vormen in combinatie met de stage praktijk. Mijn pedagogische opvatting verantwoorden. C2 je geeft ruimte aan de inbreng van leerlingen, en houdt rekening met de verschillen tussen leerlingen bij het samenstellen van je opdrachten C3 je onderzoekt en toetst mogelijkheden om het sociaal klimaat in de groep te verbeteren; - je creëert een veilige leeromgeving C4 je herkent en benoemt ontwikkelings- en gedragsproblemen bij leerlingen Door daar tijdens mijn stage specifiek aandacht aan te besteden middels tussentijdse evaluatie en reflectie. Denk ook aan de methode van convergente differentiatie Door verschillende interesses in kaart te brengen. En deze weer binnen de groep te bespreken. Door mij te verdiepen in de meest voorkomende gedragsproblemen en een methodiek proberen te ontwikkelen middels lessen PPO Door nauw contact met de leerlingen te houden. Door onderzoek te doen onder de leerling. Verschillende intelligentie niveaus herkennen binnen een groep en deze gelijktijdig sturen Leerlingen beter begrijpen, begeleiden en gelijkwaardig deel laten nemen aan projecten. Een veilige leeromgeving creëren. Een persoonlijke methode ontwikkelen om het sociaal klimaat te verbeteren. 2
D. Didactisch vermogen De student zet didactische en vakinhoudelijke kennis, vaardigheden en ervaringen op een methodische wijze in bij educatieve aktiviteiten, met als doel het beeldend vermogen van leerling of cursist te ontwikkelen Niveau 2 D1 t/m D3 Hoe ga ik daar aan werken? Wat kan ik straks? Wanneer D1 je ontwerpt lessen en lessenseries, en zorgt voor variatie en een heldere opbouw; - je kunt methodisch verantwoord lesmateriaal ontwerpen waaronder digitaal en kan dit materiaal in je lessen inzetten; - je bent in staat een vaklokaal stimulerend in te richten Les ontwerpen in navolging op gesprekken met docent en leerlingen en volgens aangereikte methodes (form), deze worden vooraf met docent besproken en beoordeeld Een lessenreeks ontwikkelen en uitvoeren. Dec 2013 D2 je neemt de belevings- en ervaringswereld als uitgangspunten van je lessen beeldende vorming je bevordert de zelfstandigheid van leerlingen Gesprek met leerlingen om belevings- en ervaringswereld te determineren Wanneer leerlingen problemen tegen komen moeten ze dit aantekenen en proberen om een oplossing te bedenken. (...afhankelijk van vorm urgentie) De uitkomst van die aanpak waarvoor ze dan kiezen wordt weer in groepsverband besproken Lesstof aanpassen aan kennisgebied van de leerlingen en daarmee kennisgebied leerling vergroten De zelfstandigheid van leerlingen bevorderen. Dec 2013 D3 je constateert en analyseert leerproblemen je zorgt voor een betrouwbare evaluatie van leerproces en leerresultaat Bij constateren van een leerprobleem (proces of resultaat) deze bespreken met (andere) docent(en) om te zien of er meer aan de hand is waaruit daarna een analyse ontstaat die vooraf weer getoetst word bij docent voordat evaluatie volgt. Evaluatie van leerproces en resultaat hangt hier grotendeels van af. Analyseren en evalueren gedrag en prestatie 3
E. Interpersoonlijk vermogen De student functioneert open en oprecht in een sociaal verband en je communiceert daarbij effectief Niveau 2 E 1 tm E3 Hoe ga ik daar aan werken? Wat kan ik straks? Wanneer E1 je toont betrokkenheid en enthousiasme op de ABV en in je stageschool; Betrokkenheid en enthousiasme etaleren kwaliteit van lesgeven verhogen. 2013 E1 je communiceert doelgericht voor een groep, verbaal en non-verbaal Veelvuldig met verschillende groepen werken. Door goed op te letten op mijn houding en helder. Groepen informeren, instrueren en begeleiden 2013. E1 Je corrigeert ongewenst gedrag en waardeert gewenst gedrag Door leerlingen aan te spreken op hun houding of gedrag tijdens de les. Leerlingen consequent en gericht aanspreken. Gewenste verhoudingen in hiërarchie duidelijk maken. 2013 F. Vermogen tot samenwerken De student is in staat een zelfstandige bijdrage te leveren aan een gezamenlijk proces of produkt, educatief en/of beeldend. Niveau 2 F1 en F2 Hoe ga ik daar aan werken? Wat kan ik straks? Wanneer F1 je kunt kritiek verwerken en er naar handelen Door middel van deelname aan intervisie sessies. Mezelf verbeteren (continue proces) middels intervisie 2013- F2 je levert een constructieve bijdrage aan een samenwerkingsproject en neemt daarbij verantwoordelijkheid voor een taak Het combinary project registreren voor web blog - twitter Aantonen dat ik een waardevolle speler kan zijn bij zulke projecten 4
6. Omgevingsgerichtheid De student kan relevante omgevingsfactoren in de samenleving signaleren en deze integreren in zijn studie of onderzoek G1 tm G3 Hoe ga ik daar aan werken? Wat kan ik straks? Wanneer G1 je neemt deel aan discussies over kunst en onderwijs je onderneemt zelfstandig aktiviteiten om inzicht in kunst en cultuur te vergroten Discussie starten in de klassen en met docent(en) Meer lezen over interessegebied binnen de kunst (klassieken, Renaissance) Rijker lesaanbod creëren G2 je houdt je op de hoogte van werk en ideeën van kunstenaars en/of vormgevers uit eigen en andere culturen, en laat je daardoor inspireren voor zowel eigen werk als dat van leerlingen Onderzoek verrichten, ook ter voorbereiding van mijn lessenreeks. G3 je kunt culturele evenementen selecteren op hun bruikbaarheid voor educatieve doeleinden; - je verzamelt en verwerkt informatie van de culturele infrastructuur van de stage-omgeving, en benut deze informatie actief. organisatie van Combinary project Van Abbemuseum. Door het bezoeken van culturele evenementen en deze zo mogelijk verwerken in een lessenreeks. Aantonen van interessegebied, aantonen van kwaliteitsniveau van mijn lesstof 5