Antwoorden bij Onderzoek

Vergelijkbare documenten
klassengesprek omdat er onderzoek gedaan moet zijn en er resultaten moeten zijn vergeleken.

Antwoorden bij 4 - De normale verdeling vwo A/C (aug 2012)

Antwoorden Kans en Stat H3 Discrete verdelingen

Antwoorden Kans en Stat H4 Discrete verdelingen 1 = 7 = Opg. 3a. aantal kans. P(aantal=10) = aantal kans.

11.1 Kansberekeningen [1]

8. Analyseren van samenhang tussen categorische variabelen

Bij het oplossen van een telprobleem zijn de volgende 2 dingen belangrijk: Is de volgorde van de gekozen dingen van belang?

Paragraaf 10.1 : Populatie en Steekproef

inhoudsopgave januari 2005 handleiding algebra 2

Veranderingen Antwoorden

6 5 x 4 x x 3 x x x 2 x x x x 1 x x x x x x 5 4 x 3 x 2 x opgave a opgave b opgave c

2. Optellen en aftrekken van gelijknamige breuken

HOOFDSTUK 6: INTRODUCTIE IN STATISTISCHE GEVOLGTREKKINGEN

9.0 Voorkennis. Bij samengestelde kansexperimenten maak je gebruik van de productregel.

Tentamenset A. 2. Welke van de volgende beweringen is waar? c. N R N d. R Z R

Antwoorden Hoofdstuk 1 Verschillen

3 Cijfers in orde. Antwoorden- boekje. Met behulp van Excel. Stedelijk. Gymnasium. Nijmegen

Inhoudsopgave. Colofon. 6.0 Waar of niet Mate van samenhang Conclusies trekken Onzekerheid Gevaar!

2 REKENEN MET BREUKEN Optellen van breuken Aftrekken van breuken Vermenigvuldigen van breuken Delen van breuken 13

Opdrachten Toeval Opdrachten Toeval Opdracht 1.1 (Bestaat toeval) Opdracht 1.2(toeval in de natuur)

Uitwerkingen Rekenen met cijfers en letters

IJburgcollege Wiskunde A en C september 2017 Statistiek Opgavenboek 1 (noteer je uitwerkingen van de opdrachten in het Uitwerkingenboek 1)

Samenvatting Wiskunde Aantal onderwerpen

Statistiek voor A.I. College 14. Dinsdag 30 Oktober

6.1 Kwadraten [1] HERHALING: Volgorde bij berekeningen:

Hoofdstuk 5 Een populatie: parametrische toetsen

directe invoer via OPTN Normal C.D kan ook direct worden aangeroepen, bijv. in het reken (RUN) menu.

3.0 Voorkennis. y = -4x + 8 is de vergelijking van een lijn. Hier wordt y uitgedrukt in x.

Kerstvakantiecursus. wiskunde A. Rekenregels voor vereenvoudigen. Voorbereidende opgaven HAVO kan niet korter

1.1 Rekenen met letters [1]

Exact periode = 1. h = 0, Js. h= 6, Js 12 * 12 = 1,4.10 2

3.1 Haakjes wegwerken [1]

HOOFDSTUK 6: Kansrekening. 6.1 De productregel. Opgave 1: a. 3 van de 4 knikkers zijn rood. P(rood uit II. Opgave 2: a. P(twee wit

Praktische opdracht Wiskunde A Randomized Response

1 Appels (2,2,2p) Betrouwbaarheidsintervallen II (2,2,2,2)

8.1 Herleiden [1] Herleiden bij vermenigvuldigen: -5 3a 6b 8c = -720abc 1) Vermenigvuldigen cijfers (let op teken) 2) Letters op alfabetische volgorde

WISKUNDE HAVO EM klas 12 PROEFTENTAMEN

Uitwerkingen Mei Eindexamen VWO Wiskunde A. Nederlands Mathematisch Instituut Voor Onderwijs en Onderzoek

3 Kansen vermenigvuldigen

5.0 Voorkennis. Voorbeeld 1: In een vaas zitten 10 rode, 5 witte en 6 blauwe knikkers. Er worden 9 knikkers uit de vaas gepakt.

3.1 Het herhalen van kansexperimenten [1]

Rekenen met cijfers en letters

1BA PSYCH Statistiek 1 Oefeningenreeks 3 1

7 De getallenlijn = -1 = Nee = 0 = = = 7 -7 C. -2 a 1 b 4 = a b -77 = -10

Hieronder zie je hoe dat gaat. Opgave 3. Tel het aantal routes in de volgende onvolledige roosters van linksboven naar rechtsonder.

Voorbeelden van gebruik van 5 VUSTAT-apps

Hoofdstuk 6 Twee populaties: parametrische toetsen

Ouderbijeenkomst Rekenen

1 Delers 1. 3 Grootste gemene deler en kleinste gemene veelvoud 12

Opgaven voor Kansrekening

inhoudsopgave juni 2005 handleiding haakjes 2

extra sommen Statistiek en Kans

1. Optellen en aftrekken

8.1 Herleiden [1] Herleiden bij vermenigvuldigen: -5 3a 6b 8c = -720abc 1) Vermenigvuldigen cijfers (let op teken) 2) Letters op alfabetische volgorde

2.1 Gelijkvormige driehoeken[1]

Kerstvakantiecursus. wiskunde A. Rekenregels voor vereenvoudigen. Voorbereidende opgaven VWO kan niet korter

extra sommen Statistiek en Kans

Blok 7 G/B vraag 1: natuurlijke getallen, kommagetallen en breuken structureren en op een getallenas situeren

ANTWOORDEN blz. 1. d = 1013; = ; = ; =

Blok 7 G/B vraag 1: natuurlijke getallen, kommagetallen en breuken structureren en op een getallenas situeren

Examen VWO wiskunde C. tijdvak 2 woensdag 17 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Stoomcursus. wiskunde A. Rekenregels voor vereenvoudigen. Voorbereidende opgaven VWO ( ) = = ( ) ( ) ( ) = ( ) ( ) = ( ) = = ( )

Informatie over Schoolse vorderingen en zittenblijven voor 6361 Vrije Basisschool Isabellalei 107 te ANTWERPEN

Er is 3 deel van de punten. gehaald. Dat zijn 60 punten. Hoeveel punten kun je in totaal verdienen? 400 cm. som: 200 cm. som:

Hoofdstuk 6 Hypothesen toetsen

EXACT- Periode 1. Hoofdstuk Grootheden. 1.2 Eenheden.

Vragen over algebraïsche vaardigheden aan het eind van klas 3 havo/vwo

Antwoorden Statistiek en Kansverdelingen H2 Verdelingen

waar of niet waar vrouwen doen beter rijexamen dan mannen

Uitleg van de vier apps die worden gebruikt in deze workshop

Hiermee rekenen we de testwaarde van t uit: n. 10 ( x ) ,16

REKENEN OP EEN ABACUS

WISNET-HBO. update aug. 2011

Hoofdstuk 3 Statistiek: het toetsen

kun je op verschillende manieren opschrijven of uitspreken: XX Daarnaast kun je een breuk ook opschrijven als een decimaal getal.

7 a Als je onder elkaar zet en vermenigvuldigt: , 12 Lengte schuine zijde is. 13 Bovenlangs: 14 a

Kansrekening en Statistiek

Eindexamen wiskunde A 1-2 havo 2001-I

7 a Als je onder elkaar zet en vermenigvuldigt: , 12 Lengte schuine zijde is. 13 Bovenlangs: 14 a

5 a Als je onder elkaar zet en vermenigvuldigt:

5.1 Herleiden [1] Herhaling haakjes wegwerken: a(b + c) = ab + ac (a + b)(c + d) = ac + ad + bc + bd (ab) 2 = a 2 b 2

1. Je gaat zo meteen een tekst lezen. Tijdens het lezen ga je vragen stellen. Lees eerst de uitleg.

Hoofdstuk 1 - Eigenschappen

Examencursus. wiskunde A. Rekenregels voor vereenvoudigen. Voorbereidende opgaven VWO kan niet korter

. noemer noemer Voorbeelden: 1 Breuken vereenvoudigen Schrijf de volgende breuken als één breuk en zo eenvoudig mogelijk: 4 1 x e.

14.1 Vergelijkingen en herleidingen [1]

6.1 Kwadraten [1] HERHALING: Volgorde bij berekeningen:

Er is 3 deel van de punten. gehaald. Dat zijn 60 punten. Hoeveel punten kun je in totaal verdienen? 400 cm. som: 200 cm. som:

H27 WORTELS VWO ; 1,96 ; 7 ; INTRO. 7 a Als je onder elkaar zet en vermenigvuldigt: Dan krijg je op het eind een 9.

Willem van Ravenstein

Wiskunde D Online uitwerking 4 VWO blok 6 les 2

Deel A. Breuken vergelijken

Hoofdstuk 7: Statistische gevolgtrekkingen voor distributies

Blok 2 - Vaardigheden

Reken uit en Leg uit 4 e bijeenkomst maandag 15 februari 2013 monica wijers en vincent jonker

REKENEN MET PROCENTEN

6.0 Voorkennis AD BC. Kruislings vermenigvuldigen: Voorbeeld: 50 10x ( x 1) Willem-Jan van der Zanden

Kengetal Antwoord Nee Nee Ja Nee Ja Ja Nee Toetsgrootheid 1,152 1,113 2,048 1,295 1,152 1,113 0,607

Kansrekening en Statistiek

Transcriptie:

Antwoorden bij Onderzoek Opg. 1a 1b 1c Opg. 2a 2b klassengesprek klassengesprek omdat er onderzoek gedaan moet zijn en er resultaten moeten zijn vergeleken. Opg. 3 24 van 100 000 = 0,024% 10 000 van 61 miljoen = 0,016.. maar hier zitten heel veel kinderen bij. Beter is het om een grote groep Fransen van dezelfde leeftijdsamenstelling als bij France Telecom met die 24 per 10 000 te vergelijken. Opg. 4a 4b het is een lichte stijging na een forse daling. Opg. 5 Ja, dat lijkt wel. 25 vergeleken met 44 is nog maar 57% en 25 is eigenlijk al veel, zie bovenstaande opmerking over rijken mensen Opg. 6 van 5 naar 6 Opg. 7a 7b Opg. 8a 8b 8c Ja, want bij mannen kiest 23% wisk.a en bij vrouwen kiest 35% wisk.a Nee, want bij mannen kiest 26% wisk.a en bij vrouwen kiest 29% wisk. Dat verschilt niet zo veel. dood niet dood buikligging 127 199 geen buikligging 23 127 150 326 bij dood had 85% buikligging, bij de niet dood had 61% buikligging groter dan wanneer er geen buikligging is. Opg. 9a?, het percentage incidenten tijdens diensten van Lucia is wel erg hoog vergeleken met andere diensten. 9b 201 x 27/1704 3 9c De verwachting is 3, bij Lucia 14 dus. Opg. 10a 51,26 / 48,74 = 1,05170.. 1,0517 10b oddsn / oddsb = 1,0024 dus oddsb = oddsn / 1,0024 = 1,0517 /1,0024 = 1,04918.. 1,0492 J / M = J / (100 J) = 1,0492 dus J = (100 J) x 1,0492 dit geeft J = 51,20% 10c in China zijn dus 62,5% jongens en 37,5% meisjes. oddsc = 62,5 / 37,5 = 1,66666.. 1,6667 Oddsratio China-Nederland = 1,6667 / 1,0517 = 1,58476.. 1,5848 Opg. 11a dus W / V = 7 dus W = 7V dus 100 - V = 7W dus 8V = 100 dus V = 12,5 en W = 87,5 Kans op winnen is bij Ajax 87,5% 11b 600 / 400 = 1,5 500 / 400 = 1,25 oddsratio = 1,5 / 1,25 = 1,2 11c odds = winst / verlies oddsratio = (0,4 / 0.6) / (0,3 / 0,7) 1,56 Opg. 12a ja, bij jongens rookt 64% en bij meisjes 52% 12b dus ac + ad = ac + bc dus ad = bc (kruisproduct) = 12c bij jongens en bij meisjes 12d vermenigvuldig de teller en de noemer met bd en je krijgt het antwoord 12e dan geldt ad = bc en de deling geeft dus 1 Opg. 13a (13 x 55) / (30 x 56) 0,43 13b (14 x 1490) / (187 x 13) 8,58

Opg. 14 (127 x 127) / (23 x 199) 3,52 Opg. 15a (37 x 267) / (351 x 14) 2,01 15b (enige) kaalheid bij 37 / 388 x 100% 9,5% volle haardos bij 267 / 281 x 100% 95% 15c gezonde mannen (enige) kaalheid bij 5% en bij patiënten 9,5% en dat is bijna 2 maal zo veel. zie ook verder na deze opgave 15d (122 x 200) / (266 x 81) 1,13 Opg. 16a (40 35) / 4 = 1,25 16b InvNormCD(0.05, µ=40, σ=4) 33,4 en InvNormCD(0.95, µ=40, σ=4) 46,6 Dus tussen 33,4 en 46,6 16c Nee, 35 kan door toeval best wel voorkomen als µ=40 Opg. 17a (2400 1850) / 150 3,67 17b 550 meter meer, dat is 3,67 keer de sd. 17c ja, 3,67 sd s is uitzonderlijk veel Opg. 18 gemiddelde(j) = 6,4 sd(j) 1,69 gemiddelde(m) 6,89 sd(m) 1,33,, Effectgrootte = 0,32 (,,)/ Opg. 19 gemiddelde(u) = 5,8 sd(u) 1,32 gemiddelde(j) = 7 sd(j) 1,61, Effectgrootte = 0,82 Opg. 20abc - - - (,,)/ Opg. 21a BinCD(X = 28, n = 100, p = 0,2) - BinCD(X =11, n = 100, p = 0,2) 0,9674 BinCD(X = 27, n = 100, p = 0,2) - BinCD(X =12, n = 100, p = 0,2) 0,9405 < 95% 21b 25 ligt in het 95% gebied, dus is dit resultaat niet significant 21c 65 t/m 95 geeft 0,947.. en 64 t/m 96 geeft 0,9611 dus 64 t/m 95 21d 25% van 400 is 100 en dit ligt niet in het 95% gebied, dus is dit resultaat significant Opg. 22a 7 t/m 13 geeft 0,88.. en 6 t/m 14 geeft 0,958 dus 6 t/m 14 22b dit is significant, dus is de munt waarschijnlijk vals Opg. 23a InvNormCD(0.025, µ=9,8, σ=1) 7,84 en InvNormCD(0.975, µ=9,8, σ=1) 11,76 dus tussen 7,84 en 11,76 23b nee, het resultaat ligt in bovenstaand gebeid 23c 0,05 is de kans op TWEE staartgebieden samen, dus middengebied wordt 95%, net als in opg.a 23d 7,84 en 11,76 Opg. 24a waarschijnlijk weinig jongeren, die slapen vaker uit 24b alleen lezers van die krant, een erg geselecteerde groep dus 24c alleen mensen met een telefoonnummer in deze boeken worden gebeld, dus ook nu vallen jongeren met vaak alleen een mobiel buiten de boot. Als er overdag gebeld wordt, krijg je de werkende mensen nooit aan de lijn Opg. 25 minimaal 10, maximaal heel veel, als je steeds al eerder gegooide getallen opnieuw gooid Opg. 26 29, 31, 09, 15, 12 en 23 Opg. 27a 29, 31, 09, 15, 48 en (weer 09, die vervalt dus) 12 27b er zijn minder getallen nodig Opg. 28a 21000 / (21000 + 117000) x 150 23 mannen en 117000 / (21000 + 117000) x 150 127 vrouwen 28b leeftijd, les in groep 1, 2,.. of 8

Opg. 29a dan kan de arts, door zijn gedrag, geen invloed hebben op de patiënt 29b met medicijn geneest 61%, zonder geneest 67%, percentages liggen dicht bij elkaar of oddsratio 1,26 en dat is niet veel hoger dan 1 29c tweede tabel is 61% tegen 12%, of oddsratio 11,8 Geef ook eigen criterium.. 29d 48 / 99 x 57 28 29e afleestip: als het laatste getal 31 bij nr 937 staat komt 32 of meer 63 keer voor kans is in bovenstaand voorbeeld 63 van de 1000 en dat is 6,3% 29f de kans op 32 is 48 51 32 25 99 57 of 57 Zo ook de kansen op 33 32 t/m 48 en optellen Of op de casio GR 1 kans (0 t/m 31) bij hypergeo Opg. 30a we bekijken geen verlamming, stel dan percentage blauw in op 16 / 79 = 0,203 omvang populatie = 79, omvang steekproef = 25 en 1000 keer. Tel het aantal keer 8 of meer (na sorteren) is dit minder dan 5%, dan concluderen we dat het middel van Salk niet werkt, anders wel. 30bc - Opg. 31 Opg. 32 Opg. 33 tussen 2 en 7,5 graden Bij 100 keer zo n waarschuwing verwacht men dat het 65 keer ook echt gebeuren gaat 5 x 2 x 40 = 400 en 7% hiervan is 28. Hij verwacht dus 28 keer een grotere vertraging Opg. 34a 1 / 17 x 100% 6% 34b tussen 5% en 15% lijkt het beste omdat de 6% uit vraag a daar tussen zit 34c BinCD(X =1, n = 17, p = 0,15) 0,2525 34d klassengesprek Opg. 35a 400 x 0,25 = 100 35b zoek g waarbij de kans op g of minder meer is dan 0,95 Y= BinCD(X =X, n = 400, p = 0,25) met een tabel X = 113 geeft 0,938.. X = 114 geeft 0,951.. dus g = 114 Opg. 36a 1 - BinCD(X =5, n = 16, p = 0,2) 0,082 36b Y=1 - BinCD(X =X - 11, n = X, p = 0,2) tabel en zoek kleiner of gelijk aan 5% Je kunt ook letten op GEEN blessure, dan neem je Y= BinCD(X =10, n = X, p = 0,8) X = 16 geeft 0,081.. X = 17 geeft 0,037.. Neem een selectie van 17 of meer personen Opg. 37a 1 - BinCD(X =1, n = 20, p = 0,06) 0,340 37b tabel geeft afkeuren met kans 0,06 dus goedkeuren heeft kans 0,94 tabel geeft afkeuren met kans 0,61 dus goedkeuren heeft kans 0,39 37c nee, de kans dat een slechte partij (10% foute exemplaren) goedgekeurd wordt is wel 39% Opg. 38a 66 van de 200, dus 33% 38b VuStat/Simulaties/Steekproeven percentage blauw 0,33 / omvangpopulatie 3456 omvangsteekproef 200/aantal steekproeven 100 (gebruik na afloop sorteren) 38c dus van 28% t/m 38% dus tel hoe vaak de getallen 56 t/m 76 voorkomen Opg. 39a kies resultaten, kies foutenmarge zo klein mogelijk, maar zo dat steekproeven binnenmarge 95% Als dit bijvoorbeeld 6% is, dan loopt het percentage van 33-6 t/m 33 + 6 en de aantallen van 54 t/m 78 39b kies foutenmarge enz. steekproeven binnenmarge 90% 39c Bereken x zodat P(66 - x X 66 + x, n = 200, p = 0.33) 0,95

Tabel met Y= BinCD( 66 + x, n = 200, p = 0.33) - BinCD( 66 x 1, n = 200, p = 0.33) Dit moet 0,95zijn. x = 12 geeft 0,94 en x = 13 geeft 0,957.. dus x = 13 Het interval loopt dus van 66 13 t/m 66 + 13 dus 53 t/m 79 39d Zoek nu Y 0,90 x = 10 geeft 0,88 en x = 11 geeft 0,91.. dus x = 11 Het interval loopt dus van 66 11 t/m 66 + 11 dus 55 t/m 77 Opg. 40a kleiner 40b nauwkeuriger Opg. 41 Kijk wat de hele klas heeft, misschien is het gemiddelde een 7 Als een leerling een 4 een 5,5 en een 6,5 heeft gehaald staat hij onvoldoende. Maar weer een 6,5 is niet opzienbarend Opg. 42a Onderzoek doen bij mensen van 65 jaar en ouder die niet ingeënt zijn. Misschien is 3 sterfgevallen wel normaal. 42b mensen waarbij het niet hielp zijn allang geen klant meer. Er wordt niets gemeten, mensen geven aan wat ze voelen. Na iets gezonds eten voelen veel mensen zich gezonder. 42c Het kan zijn dat ontevreden vrouwen eerder aan zo n onderzoek meedoen. De vrouwen hebben zichzelf geselecteerd. 42d vakantie in eigen land regelen veel mensen niet via een reisbureau. Gebruik een andere manier om aan een steekproef te komen Opg. 43a 1 - BinCD(X =11, n = 14, p = 0,5) 0,00646.. 43b vast niet Opg. 44a Bij biologie leer je hoe kinderen verwekt worden, dat heeft niets met ooievaars en rode kool te maken 44b nee 44c bij veel oudere mensen gaat het geheugen achteruit. 44d ook mogelijk is: hogere studiekosten, hogere kamerhuur, maar doordat er sneller gestudeerd moet worden heb je minder tijd voor bijbaantjes 44e een koe krijgt een naam als er meer aandacht is voor de individuele koe, en die aandacht kan een hogere melkproductie geven 44f in de vakantie en met mooi weer wordt er altijd meer gefietst 44g 44h bovenste helft onderste helft totaal korte naam 7 4 11 lange naam 2 5 7 totaal 9 9 18 44i 35 / 8 = 4,375 44j de oddsratio is hoog, maar er geen logisch verband te bedenken, dus zal het toeval zijn Opg. 45a 6,25 10 45b 1,56 10 45c er kan een onbekende erfelijke oorzaak zijn, misschien werd bij alle kinderen buikligging toegepast. 45d 100 x 100 x = 2,5 Opg. 46a 0,00000019 46b de kans is heel klein, maar het kan wel. Opg. 47

Opg. 48ab aantal democraten republikeinen totaal vóórstemmers noordelijk 94% 85% zuidelijk 7% 0% totaal 61% 80% 94 is meer dan 85 en 7 is meer dan 0, maar 61 is minder dan 80!!! Ter verduidelijking onderstaand plaatje, zwart zijn de Democraten, grijs de Republikeinen tegen 100 TD ZD ZR TR NR ND Voor 160 ND loopt van (0, 0) naar (145, 9) omdat er bij de Noordelijke Democraten 145 voor- en 9 tegenstemmers zijn, erachter is een lijn ZD geplakt die 7 naar rechts en 87 omhoog gaat omdat er bij de Zuidelijke Democraten 7 voor- en 87 tegenstemmers zijn. De stippellijn TD geeft het totaal aantal aan, 152 voor- en 96 tegenstemmers Net zo lopen de 3 lijnen voor de Republikeinen Als een lijn horizontaler loopt zijn er procentueel meer voorstemmers. De N en de Z lijnen lopen bij de Democraten horizontaler dan bij de Republikeinen maar de T lijn loopt bij de Republikeinen horizontaler Opg. 49a mannen met medicijn 60% geneest mannen met placebo 50% geneest vrouwen met medicijn 87,5% geneest vrouwen met placebo 80% geneest dus medicijn werkt bij mannen en vrouwen (fijn voor de fabrikant) 49b mensen met medicijn 72% geneest mensen met placebo 74% geneest dus medicijn werkt niet (jammer voor de fabrikant) Opg. 50 Opg. 51 Opg. 52 er zijn ook hoogbegaafde kinderen met niet-hoogbegaafde ouders er wordt een effect geconstateerd, dat ergens aan toegeschreven kan worden, terwijl het effect er altijd is. Opg. 53a de terugval naar het midden geeft aan dat van veel bedrijven, die erg goede jaarcijfers kunnen overleggen, het gemiddelde volgend jaar lager ligt. Dus te hooggespannen verwachtingen van de aandeelhouders. 53b de terugval naar het midden geeft aan dat van provincies waar 4 keer in een jaar de jackpot valt, het volgende jaar het gemiddelde dichter bij 10/12 komt te liggen. Verhuizen heeft niet zo veel zin. 53c de terugval naar het midden geeft aan dat van winkels met een uitzonderlijk hoog aantal diefstallen, het gemiddelde aantal de volgende week lager ligt, ook als er geen opziener in uniform loopt 53d de terugval naar het midden geeft aan dat van alle patiënten die zich erg beroerd voelen, de gemiddelde patiënt zich een dag later beter voelt. Opg. 54ab - 54c 195 x 2 / 3 = 130 erbij moet dus meer dan 65 worden opgeteld. De kans is NormCD(65, 10 99, µ=60, σ=8) = 0,2659.. 0,266

54d 160 x 2 / 3 = 106 erbij moet dus meer dan 53 worden opgeteld. De kans is NormCD(-10 99, 53, µ=60, σ=8) = 0,2023.. 0,202