Grammatica - Zinsontleding herhaling vmbo-kgt34

Vergelijkbare documenten
Grammatica - zinsontleding herhaling vmbo-kgt34

Grammatica - Bijwoordelijke bepaling vmbo-kg12

Bijwoordelijke bepaling HV 2. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - bepalingen v3

Grammatica - Bijwoordelijke bepaling hv12

Schrijven - Deelonderwerpen vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Luisteren en kijken - Lichaamstaal vmbo-kgt34

Schrijven - Controleren en verbeteren vmbo-b34

Grammatica - Stijl h3. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Zinsontleden h3. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Hindoeïsme: kastenstelsel vmbo12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Tijden h3. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Woordsoorten herhaling vmbo-kgt34

Schrijven - Controleren en verbeteren vmbo-kgt34

Dagtoerisme vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Reis door Europa vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Lezen - Stijlfiguren1 vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Bijwoord vmbo-kg12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Thema: Vakantie vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Woordsoorten herhaling vmbo-kgt34

Schrijven - Activerende tekst vmbo-kgt34

Schrijven - Samenvatten vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Spreken op Niveau. Bas Lanters ; rob sanders. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Ontkenning niet of geen

Fictie - Strips vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Werkwoordelijk gezegde vmbo-kg12

Spreken - Presenteren vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Spreken - Probleem oplossen vmbo-kgt34

Meewerkend voorwerp hv12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Telwoorden vmbo-kgt34

Rebus maken. Marjolijn Feddema. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Lijn, lijnstuk en punt vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Activerende tekst vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Olympisch stadion vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Vergaderen vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Voetafdruk hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Kijk- en luisterstrategie vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Een logo voor de OS vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Activerende tekst vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Ontkenning niet of geen

Lezen - Stijlfiguren 2 vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Fictie - Haiku's en elfjes vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Luisteren en kijken - Reclame vmbo-kgt34

Lezen - Moeilijke woorden in de krant vmbo-kgt34

Werkwoordelijk gezegde - B 1

Lezen - Plaats en tijd vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Spelling - Tekens vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Poëzie vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Zelfstandig naamwoord vmbo-kg12

Lezen - Deelonderwerpen vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Sociale zekerheid vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Luisteren en kijken - Instructiefilmpjes vmbo-kgt34

Spelling - Als-dan en zij-hun vmbo-b34

De klassieke OS vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Europese Unie vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Voetafdruk vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Werkgelegenheid vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Presenteren vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Wonen - Eerste steden Middeleeuwen. VO-content StudioVO. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Telwoorden vmbo-b34

Werkwoordelijk gezegde - KGT 1

Lezen - Argumenten vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Scheidbare werkwoorden vmbo-kg12

Lezen - Leesstrategie vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Literatuur - Boekverslag2 vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Tekenen vmbo-b12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Fictie - Songteksten vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Beknopte bijzin v3. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Jongetje of meisje? vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Formulier invullen vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Olympisch stadion vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Spreken - Informatie opvragen KGT 3 4. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Beknopte bijzin h3. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Oppervlakte cirkel vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Gezonde voeding vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Normen en waarden vmbo12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Codes vmbo-kgt12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Bijwoord HV12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Lezen - Plaats en tijd vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Extra Fiets vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Seksuele intimidatie vmbo12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Overheid als producent vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Zelfstandig naamwoord HV12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Schrijven - formulier invullen vmbo-b34

Een logo voor de OS vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Vaardigheden - Vergaderen vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Werkwoorden oefenen S13

Grammatica - Meewerkend voorwerp HV12

Olympische Spelen - Olympische sporter

Literatuur - Boekverslag 1 vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Sociale zekerheid vmbo-kgt34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Samengestelde zinnen vmbo-kgt34

Spelling - Leestekens HV12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Europa - Reis door Europa. VO-content StudioVO. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Olympische sporter vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Vaardigheden - Interview vmbo-kg12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Luisteren en kijken - Reclame vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Budgetteren vmbo12. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Grammatica - Zinsontleden v3. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Levensfasen vmbo-b34. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Transcriptie:

Auteur VO-content Laatst gewijzigd Licentie Webadres 23 August 2016 CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie http://maken.wikiwijs.nl/74611 Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs Maken van Kennisnet. Wikiwijs Maken is een onderdeel van Wikiwijsleermiddelenplein, hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, vergelijkt, maakt en deelt.

Inhoudsopgave Grammatica - Zinsontleding herhaling Vooraf Stap1 Stap2 Stap3 Stap4 Stap5 Antwoorden Over dit lesmateriaal Pagina 1

Grammatica - Zinsontleding herhaling Vooraf Leerdoel Je kent de regels van zinsontleding. Je kunt de regels van zinsontleding toepassen in losse zinnen. Eindproduct Je gaat een toets maken over zinsontleding. Als je 80% van de vragen goed hebt beantwoord, heb je de toets gehaald. Alleen of samen? Deze opdracht doe je alleen. Het is belangrijk dat je de stof goed onder de knie krijgt, want tijdens de toets moet je het ook alleen doen. Tijd Je kunt twee lesuren aan deze opdracht besteden. Stap1 Zinnen ontleden In deze opdracht ga je oefenen met zinsontleding. Je hebt alle stof al een keer gehad, dus je leert in principe niets nieuws. Pagina 2

Maar vergis je niet! Waarschijnlijk zijn er onderdelen die iets dieper zijn weggezakt. Het is belangrijk dat je in deze opdracht je eigen tempo bepaalt. Vind je een opdracht eenvoudig, ga dan snel door naar de volgende. Vind je een opdracht lastig, neem er dan meer tijd voor. KB: persoonsvorm KB: onderwerp KB: bijstelling KB: meewerkend voorwerp KB: werkw.lijk gezegde KB: bijwoordelijke bepaling KB: naamw.lijk gezegde KB: bijvoeglijke bepaling KB: lijdend voorwerp Bestudeer de Kennisbanken die jij lastig vindt. Mocht je verderop in deze opdracht tot de ontdekking komen, ddat je nog meer Kennisbanken moet bestuderen, dan kun je altijd even teruggaan naar deze stap. Doe nu de sleepoefening. Zinnen ontleden maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/1852263 1 Zinnen ontleden De kun je vinden door de zin vragend te maken. Het werkwoord dat aan het begin van de zin komt, is de. Het bestaat uit alle werkwoorden die in de zin staan. Het onderwerp kun je vinden door te vragen. In een staat altijd een koppelwerkwoord. Koppelwerkwoorden zijn: zijn, worden, heten, blijven, schijnen, lijken, blijken, dunken en voorkomen. Het naamwoordelijk deel koppelt het werkwoord aan het onderwerp. Het is het antwoord op de vraag wie of wat + gezegde + onderwerp? Het is het antwoord op de vraag aan wie/voor wie + gezegde + onderwerp + lijdend voorwerp? Een staat altijd achter het kernwoord. Een staat altijd tussen komma s. De is het antwoord op vragen als: waar, wanneer, waarom, waardoor, waarmee, waaruit, wanneer, hoe, hoeveel? De is een onderdeel van een zinsdeel en zegt iets over het kernwoord in een zinsdeel. Het begint meestal met een. Pagina 3

Beschikbare keuzes: werkw.lijk gezegde, naamw.lijk gezegde, lijdend voorwerp, bijvoeglijke bepaling, meewerkend voorw., bijstelling (2), bijw.lijke bepaling, persoonsvorm (2), voorzetsel, persoonsvorm (1), bijstelling (1), wie of wat + gezegde Stap2 Oefenen Begin met de oefening over het werkwoordelijk gezegde. Doe nu de oefening over het naamwoordelijke en werkwoordelijk gezegde. Vind je het naamwoordelijk gezegde lastig? Bekijk dan het volgende filmpje. werkwoordelijk gezegde maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/1852266 Pagina 4

1 Geef in onderstaande zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde aan. Kom jij even? persoonsvorm = werkwoordelijk 2 Geef in onderstaande zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde aan. Wil jij even komen? persoonsvorm = werkwoordelijk 3 Geef in onderstaande zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde aan. Ga je naar Kees? persoonsvorm = werkwoordelijk 4 Geef in onderstaande zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde aan. Bas rent. persoonsvorm = werkwoordelijk 5 Geef in onderstaande zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde aan. Ik wil naar de Efteling gaan. persoonsvorm = werkwoordelijk 6 Geef in onderstaande zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde aan. Ik loop. persoonsvorm = Pagina 5

werkwoordelijk 7 Geef in onderstaande zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde aan. Ik heb vandaag gelopen. persoonsvorm = werkwoordelijk 8 Geef in onderstaande zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde aan. Ik ben gisteren komen lopen. persoonsvorm = werkwoordelijk 9 Geef in onderstaande zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde aan. Ik wilde vorige week komen lopen. persoonsvorm = werkwoordelijk 10 Geef in onderstaande zin de persoonsvorm en het werkwoordelijk gezegde aan. Ik liep. persoonsvorm = werkwoordelijk naamwoordelijk en werkwoordelijk gezegde maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/1852267 1 Pagina 6

gezegde is. Januari bracht dit jaar veel regen. 2 gezegde is. Het spatbord was snel gerepareerd. 3 gezegde is. Hoelang is hij al populair? 4 gezegde is. Uiteindelijk is ook hij volwassen geworden. 5 gezegde is. We hebben voor het reisje een jaar gespaard. 6 Pagina 7

gezegde is. De koploper leed een grote nederlaag. 7 gezegde is. Het las het verslag aan het begin van de vergadering voor. 8 gezegde is. Het bouwen van die brug was niet gemakkelijk. 9 gezegde is. Het blussen van de brand duurde uren. 10 gezegde is. Wanneer knap jij die fiets eens op. 11 Pagina 8

gezegde is. Deze oplossing lijkt mij erg goed. 12 gezegde is. Zij is vroeger een uitstekende schaatsster geweest. 13 gezegde is. Waarom hebben jullie hem dat niet verteld? 14 gezegde is. Volgens de minister blijft de hulp noodzakelijk. zinsontleding maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/1852268 1 Geef in onderstaande zin aan: het onderwerp (ow), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het lijdend voorwerp (lv). Let op: Pagina 9

niet in alle zinnen komt een lijdend voorwerp voor, typ dan een /. Ik geef een cadeau. ow = wwg = lv = 2 Geef in onderstaande zin aan: het onderwerp (ow), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het lijdend voorwerp (lv). Let op: niet in alle zinnen komt een lijdend voorwerp voor, typ dan een /. Morgen ga ik naar de markt. ow = wwg = lv = 3 Geef in onderstaande zin aan: het onderwerp (ow), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het lijdend voorwerp (lv). Let op: niet in alle zinnen komt een lijdend voorwerp voor, typ dan een /. Piet en Jan eten pindakaas. ow = wwg = lv = 4 Geef in onderstaande zin aan: het onderwerp (ow), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het lijdend voorwerp (lv). Let op: niet in alle zinnen komt een lijdend voorwerp voor, typ dan een /. Alle leerlingen hebben een aantekeningenschrift. ow = wwg = lv = 5 Pagina 10

Geef in onderstaande zin aan: het onderwerp (ow), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het lijdend voorwerp (lv). Let op: niet in alle zinnen komt een lijdend voorwerp voor, typ dan een /. Wil jij mij even optillen? ow = wwg = lv = 6 Geef in onderstaande zin aan: het onderwerp (ow), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het lijdend voorwerp (lv). Let op: niet in alle zinnen komt een lijdend voorwerp voor, typ dan een /. Zoek je jouw etui? ow = wwg = lv = 7 Geef in onderstaande zin aan: het onderwerp (ow), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het lijdend voorwerp (lv). Let op: niet in alle zinnen komt een lijdend voorwerp voor, typ dan een /. Ik zie je morgen. ow = wwg = lv = 8 Geef in onderstaande zin aan: het onderwerp (ow), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het lijdend voorwerp (lv). Let op: niet in alle zinnen komt een lijdend voorwerp voor, typ dan een /. Mijn telefoon gaat vaak trillen. ow = wwg = lv = 9 Geef in onderstaande zin aan: het onderwerp (ow), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het Pagina 11

lijdend voorwerp (lv). Let op: niet in alle zinnen komt een lijdend voorwerp voor, typ dan een /. Wil jij mij helpen? ow = wwg = lv = 10 Geef in onderstaande zin aan: het onderwerp (ow), het werkwoordelijk gezegde (wwg) en het lijdend voorwerp (lv). Let op: niet in alle zinnen komt een lijdend voorwerp voor, typ dan een /. Aan Piet geef ik morgen een cadeautje. ow = wwg = lv = Stap3 Oefenen (2) In de onderstaande oefening ga je oefenen met de bijwoordelijke bepaling. Je werkt stap voor stap. Lees goed de inleidende tekst door. Oefening 1 - Bijwoordelijke bepaling Onderaan de internetpagina kan je doorklikken naar nog een oefenpagina. Je kan daar vijf zinnen op dezelfde manier oefenen. Wil je meer weten over de bijwoordelijke bepaling? Bekijk het volgende filmpje! Met de volgende oefening ga je je bezighouden met de Bijstelling. Weet je het nog? Lees anders nog eens de theorie in de Kennisbank. Pagina 12

Bijstelling maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/1852271 1 Wageningen, de stad waar de Duitsers capituleerden, is ook bekend door de Wageningen Universiteit. Bijstelling = Hoort bij 2 Sven, de slimste jongen van de klas, is ook heel goed in schaatsen. Bijstelling = Hoort bij 3 Deze Apple, de meest verkochte tablet, ga ik morgen bestellen. Bijstelling = Hoort bij 4 De Donau, de op één na langste rivier van Europa, mondt uit in de Zwarte Zee. Bijstelling = Hoort bij 5 David Pefko, de auteur van "Het voorseizoen", heeft de Inktaap 2013 gewonnen. Bijstelling = Hoort bij 6 Ik heb dat boek online bij Selexyz.nl, die handige webshop, gekocht. Bijstelling = Pagina 13

Hoort bij 7 Kees van Kooten, de schrijver van het boekenweekgeschenk van 2013, vindt dat Nederland een begeesterde politicus nodig heeft. Bijstelling = Hoort bij Doe de volgende oefening met een klasgenoot. Hieronder staat een vers van zeven zinnen. Geef van iedere zin aan wat de persoonsvorm, het gezegde en het onderwerp is. (1) Waarom kijk ik steeds naar Ankie van der Plas? (2) Ze zit pal voor mij in de klas. (3) Haar paardenstaart raakt soms mijn hand. (4) Dat voelt zij niet - (5) Mijn wangen staan in brand! (6) Ik ga dan altijd keihard werken. (7) Ze mag het immers echt niet merken! De antwoorden vind je onder het kopje 'Antwoorden'. Nu volgt nog een meerkeuze oefening waarbij je zinsdelen gaat benoemen. Zinsontleden 3 maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/1852273 1 Tijdens het toernooi zal de sponsor het eten betalen. 2 De docent gaf hem het proefwerk terug. Pagina 14

3 Tijdens de uitwisseling in Denemarken heb ik mijn telefoon verloren. 4 Ze brachten hem direct naar het ziekenhuis. d. bijwooordelijke bepaling 5 Hij gaf het haar. 6 Dat meisje gaf de leraar een brutaal antwoord. 7 Zij is dol op haar hondje. Pagina 15

8 We zagen in de haven een prachtig zeiljacht. 9 We gaan met de trein naar Amsterdam. 10 Bij deze verschrikkelijke hitte ga ik dat werk niet doen. a. lijdend voorwer[ 11 Op Terschelling stonden borden op het strand die waarschuwden voor een gevaarlijke stroming. 12 Ze hebben iedereen een drankje aangeboden. Pagina 16

13 De roofvogel kon de hagedis niet zien. 14 Ik kon niet lachen om die grappen. 15 Ik heb zin in een lekker ijsje. 16 Na het eindsignaal dansten de spelers van Italië over het veld. 17 Tijdens het toernooi zal de sponsor het eten betalen. Pagina 17

18 Je moet hem wel zijn boeken teruggeven. 19 Zij is dol op haar hondje. 20 Dat lijkt mij niet handig. Stap4 Test elkaar In deze opdracht ga je je voorbereiden op de toets. Dit doe je door elkaar te testen. 1. Verzin tien zinnen met het thema Vakantie. Pagina 18

Zet onder iedere zin een vraag die te maken heeft met zinsontleding. Bijvoorbeeld: wat is het naamwoordelijk gezegde in deze zin. Stel vragen over alle zinsdelen die je moet kennen. Hier mag je ongeveer 10-15 minuten voor gebruiken. 2. Wissel van papier met een klasgenoot. Maak elkaars oefening. Hier mag je ongeveer tien minuten voor gebruiken. 3. Wissel weer van papier en kijk de oefening na. Verbeter de eventuele fouten en bespreek de oefening kort na. Hier mogen jullie tien minuten voor gebruiken. Als je veel fouten hebt gemaakt, is het verstandig om nog wat meer tijd te besteden aan de vorige stappen. Daarnaast is het slim om de Kennisbanken die je lastig vindt nog een keer te bestuderen. De volgende stap is de toets. Stap5 Toets zinsontleding De toets bestaat uit tien zinnen. Onder iedere zin staat een vraag die jij moet beantwoorden. Veel succes! Als je 80% van de vragen goed hebt beantwoord, heb je de toets voldoende gemaakt. Pagina 19

Zinsontleding maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/1852278 1 Onder iedere zin staat een vraag die je moet beantwoorden. Morgen gaan wij al op vakantie. Wat is de persoonsvorm? 2 Onder iedere zin staat een vraag die je moet beantwoorden. Vakantie blijft voor mij na al die jaren iets heel speciaals. Wat is het naamwoordelijk gezegde? 3 Onder iedere zin staat een vraag die je moet beantwoorden. In Spanje gaan we altijd op bezoek bij mevrouw Jansen, een oude mevrouw, omdat ze van die lekkere koekjes bakt. Wat is de bijstelling? 4 Onder iedere zin staat een vraag die je moet beantwoorden. In de kerstvakantie wil ik naar de Efteling gaan. Wat is het werkwoordelijk gezegde? 5 Onder iedere zin staat een vraag die je moet beantwoorden. Hij heeft aan Sanne voor de vakantie een boek gegeven. Wat is de bijwoordelijke bepaling? 6 Onder iedere zin staat een vraag die je moet beantwoorden. Wij willen aan mijn moeder mooie bloemen geven, omdat ze ons zo verwent in de vakantie. Wat is het meewerkend voorwerp? Pagina 20

7 Onder iedere zin staat een vraag die je moet beantwoorden. Hij heeft een voetbal gevonden in de sloot naast de camping. Wat is het lijdend voorwerp? 8 Onder iedere zin staat een vraag die je moet beantwoorden. Vorige week hebben Jan, Joachim en Sanne een vakantie geboekt naar de zon. Wat is het onderwerp? 9 Onder iedere zin staat een vraag die je moet beantwoorden. Vorige week wilden Bart, Kees en Ben een skateboard gaan kopen bij de skateshop voor de vakantie. Wat is/zijn de bijwoordelijke bepaling(en)?, 10 Onder iedere zin staat een vraag die je moet beantwoorden. Mijn vader is al een hele tijd op zakenreis. Wat is het naamwoordelijk gezegde? Antwoorden Antwoorden Stap 3 Regel 1: Persoonsvorm = kijk; gezegde = kijk; onderwerp = ik. Regel 2: Persoonsvorm = zit; gezegde = zit; onderwerp = ze. Regel 3: Persoonsvorm = raakt; gezegde = raakt; onderwerp = haar paardenstaart. Regel 4: Persoonsvorm = voelt; gezegde = voelt; onderwerp = zij. Regel 5: Persoonsvorm = staan; gezegde = staan in brand; onderwerp = Mijn wangen. Regel 6: Persoonsvorm = ga; gezegde = ga werken; onderwerp = Ik. Regel 7: Persoonsvorm = mag; gezegde = mag merken; onderwerp = Ze. Pagina 21

Antwoorden Antwoorden: Zinnen ontleden 1 Zinnen ontleden De persoonsvorm (1) kun je vinden door de zin vragend te maken. Het werkwoord dat aan het begin van de zin komt, is de persoonsvorm (2). Het werkw.lijk gezegde bestaat uit alle werkwoorden die in de zin staan. Het onderwerp kun je vinden door te vragen wie of wat + gezegde. In een naamw.lijk gezegde staat altijd een koppelwerkwoord. Koppelwerkwoorden zijn: zijn, worden, heten, blijven, schijnen, lijken, blijken, dunken en voorkomen. Het naamwoordelijk deel koppelt het werkwoord aan het onderwerp. Het lijdend voorwerp is het antwoord op de vraag wie of wat + gezegde + onderwerp? Het meewerkend voorw. is het antwoord op de vraag aan wie/voor wie + gezegde + onderwerp + lijdend voorwerp? Een bijstelling (1) staat altijd achter het kernwoord. Een bijstelling (2) staat altijd tussen komma s. De bijw.lijke bepaling is het antwoord op vragen als: waar, wanneer, waarom, waardoor, waarmee, waaruit, wanneer, hoe, hoeveel? De bijvoeglijke bepaling is een onderdeel van een zinsdeel en zegt iets over het kernwoord in een zinsdeel. Het begint meestal met een voorzetsel. Aantal punten juist antwoord: 1 Pagina 22

Over dit lesmateriaal Colofon Auteur VO-content Laatst gewijzigd 23 August 2016 om 16:06 Licentie Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons Naamsvermelding 3.0 Nederlands licentie. Dit houdt in dat je onder de voorwaarde van naamsvermelding vrij bent om: het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk medium of bestandsformaat het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te maken voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden. Meer informatie over de CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie Aanvullende informatie over dit lesmateriaal Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar: Leerniveau VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 4; VMBO kaderberoepsgerichte leerweg, 3; Leerinhoud en Nederlands; doelen Eindgebruiker leerling/student Moeilijkheidsgraad gemiddeld Studiebelasting 2 uur en 0 minuten Pagina 23