trage vragen als uitdaging voor organisatieadviseurs Harry Kunneman, OOA dubbel college met Hans Vermaak UvH, februari 2012
Opbouw De tweede postmoderniteit De biologische wortels van trage vragen De terugkeer van trage vragen in organisaties normatieve professionalisering als het verbinden van drie vormen van kennis vier praktische aanknopingspunten
De tweede postmoderniteit de eerste was filosofisch, de tweede is for real : de pijlers van het moderne vooruitgangsgeloof beginnen betonrot te vertonen de nationale staat, de vrije markt en de moderne wetenschap kunnen de complexiteit van globale verstoringen niet goed meer absorberen en raken overbelast lokale overbelasting van professionele organisaties: taaie vraagstukken
De taaiste vraagstukken zijn verweven met trage vragen rond macht, erkenning en samenwerking RMO: Perverse patronen uit de kredietcrisis ook van kracht voor zorg, onderwijs en welzijn: a) abstraherende modellering b) dominantie van een deelbelang c) strategisch handelen alom
2. Biologische wortels van trage vragen trage vragen gaan terug op onze meervoudige, biologisch verankerde kwetsbaarheid: lichamelijk: eindigheid en verwondbaarheid relationeel: afhankelijkheid van zorg en erkenning en verwikkeling in machtsrelaties ecologisch: deel van grote, eigenzinnige ecologische systemen
mensen als het meest complexe en innerlijk verdeelde dier ooit Enerzijds het Chimpansee-register, hierarchie, permanente strijd om de macht aan de top van de piramide, agressie en listigheid Anderzijds het bonobo-register: wij beschikken ook over diepe bronnen van compassie, empathie en zorgzaamheid Jessica Benjamin: almacht als kernprobleem van persoonlijke relaties
Een eigentijds voorbeeld: Narayanan Krishna hij laat zich aanspreken en veranderen door het menselijke leed om zich heen en de onverschilligheid daarvoor Dat ligt in zijn omgeving aan de oppervlakte, bevindt zich in de openbare ruimte Organisatieadviseurs hebben te maken met abstracties van leed gebureaucratiseerde onverschilligheid en een volgens het Chimpansee-register georganiseerde markteconomie die doorwerkt in verticale organisatiestructuren
trage existentiële en morele vragen zijn in moderne maatschappijen in naam van vrijheid van levensovertuiging tot privé-zaak gemaakt antwoorden daarop zijn persoonlijk en discussies daarover horen thuis in de Civil Society en in de politiek de markt, de wetenschap en professionele organisaties kunnen binnen de grenzen van de wet morele vragen externaliseren deze verdringing werkt niet goed meer; organisatieadviseurs kampen daarmee
morele vragen en onderliggende existentiële keuzes dringen nu van binnenuit, vanuit professionele vraagstukken zelf, organisaties binnen mijn zoekrichting: professionaliteit (als descriptief en kritisch begrip) en normatieve professionalisering als ontwikkelingshorizon inzet: het ontwikkelen van complexe, contextgebonden verbindingen tussen drie vormen van kennis en inzicht IN het professionele handelen zelf
nauw verbonden met intelligent en reflexief zoeken, experimenteren en vernieuwen David Schon: high ground & swampy lowlands; Hans Vermaak: subtieler en complexer repertoire; finesse NP richt zich ook op morele inzichten en existentiële keuzes: 'dit deugt niet, en dit wil ik niet' kernvraag: waar sta ik voor, wat is mijn 'professio', wat beweegt mij, wat of wie roept mij/ons? voorbeeld uit de jeugdzorg en uit verzekeringswereld
Normatieve professionalisering als het verbinden van drie vormen van kennis modus 1: academische kennis, wetenschappelijke gemeenschap als hoogste autoriteit modus 2: wetenschappelijke en professionele kennis gericht op het oplossen van problemen in praktische, georganiseerde contexten: meerdere stakeholders, macht bepaalt in hoge mate wat als resultaat geldt modus 3: kennis en inzicht met betrekking tot existentiële en morele uitdagingen in professionele contexten modus drie kennis vraagt om andere persoonlijke en culturele hulpbronnen, inclusief 'verwerkte' literatuur, poëzie, film, filosofie en spiritualiteit
Tot slot: vier richtingwijzers voor normatieve professionalisering ambachtelijke fascinatie en leergierigheid goed samenwerken, cocreatie leerzame wrijving en tegenmacht erkenning van de waarde van je werk door concrete anderen samen wijzen die naar werk dat deugt en deugd doet als toegang tot een andere, relationele vorm van rijkdom het ontwikkelen daarvan is met name in licht van de ecologische problematiek van doorslaggevend belang ik wens u daar veel succes en inspiratie bij toe!