Evaluatieformulier Lerarenopleiding (talen, exact, sociale vakken) Versie schoolcontactpersoon Student: Aldert Kasimier Schoolcontactpersoon: C. Vidon Opleiding: Geschiedenis Stageschool: Zernike Datum: 13 maart 2012 Score: Goed: ++ Voldoende: + Matig: +/- Onvoldoende: - Niet gezien: 0 1 Interpersoonlijk competent Score Opmerkingen 1.1a Ik beheers sociale en communicatieve vaardigheden zoals gespreksvaardigheden, luistervaardigheden, feedbackvaardigheden 1.1b Ik kan sociale interacties in een klas herkennen en verklaren 1.2a Ik schep een klimaat voor samenwerking met de leerlingen en tussen de leerlingen onderling 1.2b Ik spreek leerlingen aan op ongewenst gedrag en stimuleer gewenst gedrag - Je spreekt leerlingen aan op ongewenst gedrag. Je geeft af en toe positieve feedback. Door de orde probleem in de les kom je niet toe aan het werken richting een positief leerklimaat. Je bent brandjes aan het blussen. 1
2 Pedagogisch competent Score Opmerkingen 2.1a Ik heb een beeld van de leef- en belevingswereld van 12-18 jarigen 2.2a Ik stem mijn taalgebruik en omgangsvormen af op mijn leerlingen 2.2b Ik stimuleer zelfstandigheid en initiatief van leerlingen 2.2c Ik herken en houd rekening met verschillen tussen leerlingen - Dit kwam in de les niet goed uit de verf. Aan je omgangsvorm met de leerlingen moet je gaan werken (wie is hier de docent?) 3 Vakinhoudelijk/vakdidactisch competent Score Opmerkingen 3.1a In kan onderwijsactiviteiten voorbereiden en uitvoeren waarbij ik de vakinhoudelijke en didactische keuzes die ik gemaakt heb onderbouw 3.2a Ik kan evaluatiemiddelen (proefwerken, enquêtes e.d.) ontwerpen en gebruiken om te bepalen of leerlingen voldoende hebben geleerd en of mijn onderwijs effectief is geweest 3.2b Ik maak bij mijn onderwijs gebruik van moderne middelen, waaronder ICT 3.2c Ik laat zien dat ik bij het ontwerpen en uitvoeren van mijn onderwijs rekening houd met verschillen tussen de leerlingen + Je hebt passie voor je vak. Je bereidt je les (in de grote lijnen) voor. Je had vandaag gekozen voor een activerende werkvorm waardoor het principe van feodalisme concreet uitgebeeld werd. 2
4 Organisatorisch competent Score Opmerkingen 4.1a Ik kan plannen en structureren 4.2a Ik maak werkbare afspraken met de leerlingen en hanteer die consequent ++ Je materiaal ligt klaar. (boekjes, diapresentatie) Digibord is aan. 4.2b Ik organiseer de praktische kant van mijn onderwijs (leermiddelen, ICT, inrichting lokaal etc.) effectief en efficiënt 3
Tops * opzet van de les op het bord * laagdrempeligheid in contact voor leerlingen * lesvoorbereiding op papier (lesformulier) Tips * Rolaanvaarding Tijdens de les schipper je tussen vriend zijn en streng zijn. Hierdoor ontstaan er ordeproblemen. Het lijkt erop dat je nog geen docent wil of kan zijn. Hoe komt dat? Ik wil dat je daar uitgebreid op gaat reflecteren. Film een van je lessen en observeer je gedrag. Ga kijken bij andere docenten. * Kwaliteit van de lesvoorbereiding. Je hebt goed voor ogen wat je wilt gaan doen maar bent nog niet duidelijk en concreet genoeg. * Instructie geven Gebruik het complete instructiemodel als je de leerlingen aan het werk zet. Lesobservatie (in het rood: vragen die in me opkomen, schuin gedrukt zijn quotes) 14.25: Bel gaat, de klas komt binnen. Je staat vooraan in het lokaal. De leerlingen gaan zitten, ze gedragen zich druk. Je doet de deur dicht. Loopt rond en spreekt de ll individueel aan: pak je boek, ga maar zitten Je laat ze tafels weer terug om hun plek zetten. Er komen 2 meisjes naar voren met een mapje. Leerlingen hebben vragen over het inleveren van een werkstuk? 4
14.33: Ik wil graag de aandacht van jullie ik wil beginnen. Ik wil het nu stil hebben en ik wil aandacht van jullie. Ik wil nu echt de aandacht, ik begin nu moe te worden. Wie nu nog praat, die kan eruit. Welkom weer allemaal. Je stelt me voor. Je kom nog terug op vorige week. Zoals het ging vorige week, daar was ik niet tevreden over. Je dia gaat aan op het bord. Je neemt het programma door. Na punt een gaan de leerlingen er door heen praten. Je gaat nog naar een leerling die wat zit te klooien met de computer. Volgende dia: Einde van het Romeinse rijk Je stelt vragen over de stof van vorige keer. Leerlingen spreken je aan met je voor naam, is dat hier gebruikelijk? Sommige leerlingen, doen mee, de rest staat te kletsen. Heeft iedereen gehoord wat Marcel zei? Neeeee Wat Marcel zei was inderdaad goed Geklap. Nee, jongens nee, ik wil geen flauwe kul. De grootste deel let weer op, een zestal doet niet mee. Iris opletten! Iris gaat door. Je gaat door met Extern. Het bespreken gaat zo door, je legt uit. De leerlingen praten met elkaar. 5
Enkele ll letten op. Ik wil jou graag vooraan hebben (Leon). Leon gaat vooraan zitten en draait zich direct om. Het valt me op dat je de leerlingen niet of weinig met hun naam aanspreekt (Ik heb in de hele les 6 namen gehoord) Je spreekt de groep als geheel aan en spreekt de leerlingen weinig individueel aan. Ken je de drieslagregel? Wat is je escalatieladder? 14.46 Volgende dia De Franken Is het nakijk al gebeurd? Het is me niet duidelijk of je al begonnen bent met de les. Een jongen staat op op zoek naar iets. Je vraagt waar hij mee bezig waarop hij niet reageert Jullie daar als ik jullie nog een keer op zit staan dan mogen jullie weg. Op het plaatje van Karel de Groot, reageren ze druk, roepen, zingen. Het is nog heel eventjes jongens, daarna gaan we aan de slag. Ik had een leuk spelletje in gedachte, maar zoals het nu gaat komen we er niet aan toe. Een leerling loopt de klas uit, of heb je hem weggestuurd? (Joris?) Je zet Iris op een andere plek. De docentactiviteit is presenteren. Wat is de leerling activiteit? Wat is de doel van je presentatie, is dat bekend bij de leerlingen? Wat is het leerrendement van je les? - Was Karel de Groot ook groot? - Dat is een beetje een onzinvragen maar inderdaad hij was best groot. 6
Jongens nog even, dan gaan we even over naar feodalisme. Er gebeurt iets op de gang, je bent even weg en kom snel terug Ik wil verder, echt serieus. Laatste dia: en dat is de feodalisme, dat ga ik jullie niet uitleggen, dat ga ik voor jullie uitbeelden Ze letten niet echt op. Jongens Leonore Je staat voor de klas met een grote vel rood papier. Je begint uit te leggen dat het rijk heel groot was en dat je wordt onderbroken, Iris moet iets met het raam. Je legt verder uit en scheurt het vel door midden. Je wacht op stilte. - Iris, ga er maar uit - Ja maar ik begrijp de opdracht niet - Er is nog geen opdracht! - Oh, nu luister ik wel! Je gaat verder en stuur Iris niet weg. 15.07 Je gaat niet verder met je activiteit en deel de boekjes uit. Er zijn 2 leerlingen die aan het einde van de les even moeten blijven: de buurvrouw van Iris en het jongetje voor mij. - Gezien jullie niet iets nieuws willen doen - Jawel! - Ok, maar dan wil ik niets meer horen. Je pakt weer je papier op. 7
Je begint, tussen het uitleg door sla je op de tafel van Leon Weet je wat Complete instructie is? (WHHTUK) 15.11 Je stopt met het spel en leg uit wat de leenmannen moesten inleveren in ruil voor grond. Er gaat een vliegtuigje door het lokaal. Het meisje mag ook blijven na de les. Jongens, ik wil graag huiswerk geven. Dus nog even luisteren. Pak je agenda daarbij. Je tikt het huiswerk op de laatste dia. Er zijn een paar minuten over. De leerlingen pakken hun spullen in. Als je het niet allemaal af hebt is het niet erg, ik wil wel een poging zien. 15.17 Er blijven 6 leerlingen in het lokaal achter Je schrijft iets op een groen briefje wat zullen je eens laten doen? Er ontstaat een gezellig praatje. Je vraagt steeds aan de leerlingen: waarom doe je zo vervelend dan? Als je klaar bent mag de leerling weg en spreek je de volgende leerling aan. Wat is precies je doel met de nabespreking? 15.30 Je bent klaar, we gaan nabespreken. 8