Onderzoek financiële en BTW-compensatie gevolgen regionalisering brandweer

Vergelijkbare documenten
Onderzoek financiële en BTW-compensatie gevolgen regionalisering brandweer

Onderwerp Programmabegroting 2013 en meerjarenraming Veiligheidsregio Gelderland-Zuid

: Aanvullend voorstel voor voorjaarsnota 2006 en kadernota 2007

Onderhoud buitenkant schoolgebouwen primair onderwijs

Bijlagen : 2 Portefeuillehouder: drs. A.E.H. van der Kolk

Fiscale Aspecten aanbesteding WMO

RAADSVOORSTEL. COMMISSIE ALGEMENE ZAKEN EN CONTROL d.d. 29 augustus 2013 AGENDANUMMER:4

herijkingsonderzoek BDuR en het meerjarenperspectief. Omschrijving

STAF/FC/U Lbr. 11/062

Onderwerp: Jaarrekening 2006 en begroting 2008 van de Veiligheidsregio Brabant-Noord. Nummer:

Gemeenschappelijke Regeling Veiligheid & Gezondheidsregio Groningen (voorheen H&OG)

Raadsvoorstel. Onderwerp: Jaarrekening 2007 en begroting 2009 van de Veiligheidsregio Brabant-Noord. 1) Status

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Vervolgens zijn de resultaten vergeleken met de ramingen voor de jaren , welke zijn gebaseerd op de meicirculaire 2015.

BTW compensatiefonds in relatie tot overdracht onroerend goed

Betreft: Onderzoek fiscale consequenties wijziging Wet Veiligheidsregio's

Groot onderhoud clusteronderdeel Brandweer en Rampenbestrijding van het gemeentefonds en herijking BDuR...

Nr. 35 van de agenda 2003 van Provinciale Staten van Overijssel

B&W-Aanbiedingsformulier

Voorgesteld wordt de volgende uitgangspunten voor de begroting 2014 te hanteren:

VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE ROERMOND. Onderwerp: Veiligheidsregio Limburg-Noord begroting 2017 en jaarrekening 2015

AANGEPAST EXEMPLAAR. Raadsvoorstel Bestuur en Middelen A 15 onderwerp. BTW-compensatiefonds. 1. Aanleiding en achtergrond

Aan de colleges van B&W en de Raden van de aangesloten gemeenten bij de Veiligheidsregio Brabant-Noord

Voorstel raad en raadsbesluit

Portefeuillehouder : W.C. Luijendijk Datum collegebesluit : 28 mei 2013 Corr. nr.:

Nadere verklaring afwijking uitgaven Amsterdam ten opzichte van referentiebudgetten...

Uitwerkingskader meldkamer versie

BIJLAGE Nadere uitwerking samenwerkingsverbanden en btw-wetgeving

Totale kosten VR NHN (structureel) Af: Totale structurele baten VR NHN (exclusief. Uitkomst nieuwe gemeentelijke bijdrage

AGENDAPUNT NO. 16. AAN DE RAAD

Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar A. Venema, (t.a.v. AA. Venema)

Advies aan B&W 6 november 2012

In de bijgevoegde analyse wordt weergegeven waardoor de verschillen ten opzichte van de meicirculaire zijn ontstaan.

VOORSTEL AAN DE RAAD VAN DE GEMEENTE CRANENDONCK. Registratienummer Datum raadsvergadering 24 september 2013 Datum B&W besluit 20 augustus 2013

*Z01360BF508* documentnr.: INT/M/16/21872 zaaknr.: Z/M/16/27987

2 a. Toelichting van de VNG bij de financiële aspecten van het Bestuursakkoord.

Vergelijk kostenniveau per veiligheidsregio t.o.v. de Cebeon-norm. Informatief H. Meijer (VD) - Datum: -

Referentiebudgetten onderwijshuisvesting Amsterdam...

Ii itwerkingskader meldkamer versie augustus 2018

De heer drs. J. Hamming

Veiligheidsregio in vogelvlucht. Jos Stierhout

2 8 AÜG /BdG Wijziging gemeenschappelijke regeling 1 J.A. Reddingius

Opsteller: Jörn Gorlee in samenwerking met Lammert Tiesinga en Edy Gramberg.

Algemeen Bestuur Veiligheidsregio Hollands Midden d.d. 12 november 2009 Agendapunt BG.2A Onderdeel AB Regionale Brandweer en GHOR Titel

Raadsvoorstel. Onderwerp Concept Beleidskader 2017 Veiligheidsregio Brabant-Noord (VR) Status Besluitvormend

Evaluatie BTW-compensatiefonds

Doorkiesnummer : (0495) Agendapunt: 8 ONDERWERP

Onderwerp: Concept-jaarverantwoording 2004 & resultaatverdeling en ontwerp-beleidsbegroting 2006 Hulpverleningsdienst Brabant-Noord

IBML Financieel technische vragen begroting 2017

Jaarstukken xx maart De raden van de 26 VRU-gemeenten door tussenkomst van de colleges van burgemeester en wethouders.

Toestemming tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant-Noord

Kosten en financiering veiligheidsregio s niet transparant

De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus AG Hoofddorp

SAMENVATTING RAADSVOORSTEL 10G / I. Drupsteen BVL Ke. Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Twente.

Onderwerp VRU: zienswijze jaarstukken 2016, zienswijze programmabegroting 2018 inclusief 1e begrotingswijziging 2017

Notitie. 1. Inleiding. 2. Analyse huurvariant. 2.1 Uitgangspunten huurvariant. Concept 0.3. Addendum Rapportage Vastgoed VRF

Onderzoekstraject Openbare Orde en Veiligheid

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad

gemeente Steenbergen De Heen Dinteloord Kruisland Nieuw-Vossemeer Steenbergen Welberg

Elburg Hattem Heerde Oldebroek

BELEIDSREGEL AL/BR Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw

VOORSTEL AAN: ALGEMEEN BESTUUR. Onderwerp. Voorstel

Voorstel raad en raadsbesluit

Raadsinformatiebrief 81

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 5 april 2017 U Lbr. 17/018 (070)

Kanttekeningen bij de Begroting Paragraaf 4 Financiering

Raadsinformatiebrief. Onderwerp Septembercirculaire 2014 algemene uitkering

GEMEENTEBESTUUR VAN VEENDAM. Beleidsbegroting 2014 Veiligheids- en Gezondsheidsregio Groningen

Aan de Raad. Project vastgoed brandweer. BV - Integrale veiligheid / TH. informerend. Samenvatting

txl 1 'B ' Gemeente Texel Gemeente Heerhugwaard Postbus AJ HEERHUGOWAARD Dhr D. Boot Beleid

Wijziging Gemeenschappelijke Regeling Sociale Dienst Veluwerand

Voorstel aan de gemeenteraad

Gelet op de artikelen 1.6, zevende lid, 1.8, eerste lid en 1.9, eerste lid, van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen 1 ;

Algemene uitkering Beginstand algemene uitkering

Raadsvoorstel Nummer:

Evaluatie Wet veiligheidsregio's (2135): projectbeschrijving

Financiële vertaling Bestuursakkoord

Bijlage 2: Impactanalyse gemeente Leiderdorp voor SSC Leidse Regio. Context

1. Algemeen Regeling van een grondslag voor de heffing van rechten voor de Nederlandse identiteitskaart. Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING

Wethouder. Aan de Dagelijks Besturen van de Gemeenschappelijke Regelingen in de regio Hollands Midden Ter attentie van de Secretaris DIV

Memo Reg.nr.: O-FIN/2013/16 / RIS

11 april 2014 MK/cn/BS M.F. Kreuk Jaarverslag VRK 2013 en programmabegroting 2015 VRK

Tussenrapportage juni

Onderwerp : Verwerking septembercirculaire 2014 in de begroting, als 1 e begrotingswijziging op de programmabegroting 2015

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Bijlage 2 bij Raadsvoorstel nr. HVE (Verkeersproblematiek Maastrichterlaan/Randweg Noord)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Notitie chronisch zieken, gehandicapten en ouderen

burgemeester B. C. Hoekstra / wethouder B. Plandsoen

Kwaliteit begrotingsprogramma's Gemeente Dordrecht Bijlage 2

Onderwerp Consultatie incidentrisicoprofiel en dekkingsplan brandweer

Adviesnota voor de raad. Antoinette van Dam-van Genderen

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

: Nieuw belastingstelsel

Nieuwe koersen. Veiligheidsregio Brabant Noord in een veranderende omgeving. Themabijeenkomst raden Land van Cuijk 16 januari 2013

De netto verschillen tussen de meicirculaire 2016 en de decembercirculaire 2015 zijn als volgt:

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties de heer dr. E.M.H. Hirsch Ballin Postbus EA DEN HAAG

SP-voorstel fiscale behandeling eigen woning

Onderwerp : Zienswijzemogelijkheid programmabegroting 2018 en jaarverantwoording met resultaatbestemming 2016 Veiligheidsregio Brabant-Noord.

Transcriptie:

Onderzoek financiële en BTW-compensatie gevolgen regionalisering brandweer Deelrapportage BTW-compensatie gevolgen (B) 565011-017 Rapport Cebeon, 23 augustus 2011

1 Inleiding verzoek In opdracht van het Directoraat-Generaal Veiligheid (DGV) van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VenJ) heeft Cebeon onderzoekswerkzaamheden verricht naar de financiële en fiscale gevolgen van wijziging van de Wet veiligheidsregio s (Wvr). Het betreft de verplichting tot regionalisering van de brandweer. achtergrond Aanleiding voor het onderzoek is de wijziging van de Wet veiligheidsregio s die in voorbereiding is. Deze houdt onder meer in dat het gemeentebestuur niet meer de mogelijkheid heeft te besluiten tot het behouden van een gemeentelijke brandweer (verplichte regionalisering). Dit brengt financiële consequenties met zich mee. Enerzijds betreft dit het financiële aspect van de verplichte regionalisering, i.c. welke (incidentele) kosten zijn hiermee gemoeid en welke (structurele) baten zijn het gevolg van regionalisering. In de memorie van toelichting bij het concept wetsvoorstel is hierover het volgende opgenomen. De verwachting is dat de regionalisering geen structurele additionele kosten genereert. Mogelijke incidentele kosten als gevolg van de overgang van de gemeente naar de regio zullen kunnen worden terugverdiend door besparingen in beheerskosten van een regionale brandweer. Niettemin zal naar de kosten en besparingen/efficiencyvoordelen een onderzoek worden ingesteld. Anderzijds heeft de regionalisering financiële gevolgen in verband met het wegvallen van de mogelijkheid dat de regio s de BTW op de brandweertaak via de deelnemende gemeenten kunnen compenseren. Door middel van onderzoek zullen de financiële consequenties in beeld moeten worden gebracht. Ook van dit voorgenomen onderzoek is melding gemaakt in de memorie van toelichting. centrale onderzoeksdoel Het einddoel van het onderzoek is om te komen tot een gedegen en onderbouwde raming van de relevante financiële effecten, in de vorm van een onderzoeksrapport, van de incidentele en structurele kosten en besparingen als gevolg van de verplichting tot regionalisering van de brandweer, die in de Wet veiligheidsregio s wordt opgenomen. Deze raming dient als onderliggend stuk voor de financiële paragraaf bij het wetsvoorstel. Daarnaast dient ook te worden gerapporteerd over de berekening van het financiële nadeel voor de veiligheidsregio s als gevolg van de niet meer compensabele BTW. De berekening dient als onderliggend stuk voor het uit het BTW Compensatiefonds naar de Brede Doeluitkering Rampenbestrijding (BDUR) over te hevelen bedrag. Tevens maakt het voorstel voor één nieuwe verdeelsleutel in de BDUR voor het berekende bedrag, alsmede het reeds per 1 januari 2011 uit het BTW Compensatiefonds naar de BDUR overgehevelde bedrag ad 15,5 mln. tezamen, deel uit van het rapport. onderzoek in twee delen Tegen deze achtergrond is er sprake van twee onderzoeksvragen: A: een onderzoek naar de financiële gevolgen van verplichte regionalisering; B: een onderzoek naar de BTW-compensatie gevolgen van regionalisering in verband met het wegvallen van de mogelijkheid dat de regio s de BTW op de brandweertaak via de deelnemende gemeenten kunnen compenseren, zowel ten aanzien van de omvang van de BTW als een verdeelvoorstel voor de verdeling van de BTW-compensatie in de BDUR. 2

opzet concept deelrapportage onderdeel B: BTW-compensatie gevolgen verplichte regionalisering De onderzoeksbevindingen ten aanzien van onderdeel A zijn ondergebracht in een afzonderlijke rapportage. In deze concept deelrapportage B worden de bevindingen gerapporteerd ten aanzien van deelonderzoek B: de BTW-compensatie gevolgen van de verplichte regionalisering. Achtereenvolgens wordt in deze rapportage ingegaan op de volgende onderwerpen: opzet onderzoek (hoofdstuk 2); onderzoeksresultaten (hoofdstuk 3). 2 Opzet onderzoek 2.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt een toelichting gegeven op de onderzoeksaanpak. Achtereenvolgens komen in dit verband aan de orde: de algemene vertrekpunten (paragraaf 2.2); de achtergrond van het BTW-compensatiefonds (paragraaf 2.3); onderzoekswerkzaamheden (paragraaf 2.4). 2.2 Algemene vertrekpunten BTW-compensatie gevolgen verplichte regionalisering Binnen het korte tijdsbestek van dit onderzoek is gewerkt vanuit een aantal vertrekpunten, zoals deze vooraf door de opdrachtgever zijn aangegeven c.q. met de begeleidingscommissie zijn besproken. In het onderstaande worden deze nader toegelicht voor het deelonderzoek B (BTW-compensatie gevolgen verplichte regionalisering): ten behoeve van de voorbereiding van het bestuurlijke besluitvormingsproces is er behoefte aan een nadere indicatie van het structurele financiële effect van het niet meer compensabel zijn van de BTW op brandweertaken in geval van verplichte regionalisering van de brandweertaken. Het onderzoek dient derhalve uit te monden in een bruikbare, door partijen onderschreven, indicatie van de totale landelijke omvang van het structurele financiële nadeel voor de veiligheidsregio s als gevolg van het niet meer compensabel zijn van de BTW op brandweertaken in geval van verplichte regionalisering van de brandweertaken; daarbij wordt er van uit gegaan dat bij het beleggen van de taken op regionaal niveau op termijn ook geen voorzieningen meer direct door gemeenten worden gefinancierd, omdat bij verplichte regionalisering gemeenten zelf geen (doorschuif-)btw meer bij het BTW-Compensatiefonds kunnen declareren, terwijl het leveren van voorzieningen van gemeenten aan de regio leidt tot de situatie dat er BTW moet worden geheven over leveranties aan de regio, hetgeen onnodig kostenverhogend zou werken; een dergelijke indicatie wordt verkregen door onderzoek te doen met behulp van een steekproef van veiligheidsregio s (dus geen integraal onderzoek in alle veiligheidsregio s); daarbij zijn zowel regio s/gemeenten betrokken die reeds volledig zijn geregionaliseerd als die nog niet volledig zijn geregionaliseerd; 3

de gegevens van de onderzochte regio s/gemeenten worden gewogen opgehoogd naar een totaalbeeld voor heel Nederland; in dit onderzoek wordt uitgegaan van de bestaande indeling in (veiligheids-)regio s (25); bij het formuleren van een verdeelvoorstel voor de over te hevelen middelen uit het BCF naar de Bdur wordt ook rekening gehouden met het bedrag van 15,5 miljoen euro dat met ingang van 2011 is toegevoegd als gevolg van de invoering van de Wvr; de problematiek van mogelijke effecten van BTW-herziening rond investeringen in huisvesting door gemeenten in de periode 2003 tot heden maakt niet direct onderdeel uit van dit onderzoek. In het onderhavige onderzoek is wel rekening gehouden met de structurele BTW-component van investeringen in huisvesting in de afgelopen jaren, omdat zowel de totale BTW-opgaven van regio s als van gemeenten worden meegenomen, inclusief investeringen in huisvesting en voertuigen. 2.3 Achtergronden BTW-compensatiefonds Bij de invoering van het BCF konden alle relevante BTW-componenten vanuit de regio s worden gedeclareerd bij het BCF via de deelnemende gemeenten (doorschuif-btw). Regionale brandweerorganisaties (thans veiligheidsregio s) kunnen niet, net als WGR-plusregio s, zelfstandig BTW declareren bij het BTW-compensatiefonds. Dit is ingegeven door: afbakeningsproblemen: de transparantieregeling is alleen van toepassing op gemeentelijke taken en niet alle taken van de veiligheidsregio s zijn gemeentelijke taken (bijvoorbeeld: meldkamers); de uitvoeringskosten, voor de Belastingdienst als uitvoeringsorgaan en veiligheidsregio s, die gemoeid zouden gaan met het rechtstreeks kunnen declareren van BTW bij het BCF, tegenover eenmalige onderzoekskosten van een eenmalige uitname; een precedentwerking voor andere gemeenschappelijke regelingen die wettelijke taken van gemeenten uitvoeren; het voorkomen van mogelijke problemen met Europese regelgeving. Met de invoering van de Wvr (per 1 oktober 2010) is het niet langer mogelijk voor de wettelijke regionale taken (meldkamer, GHOR, overige (multidisciplinaire) taken) om gebruik te maken van de transparantieregeling. Naar de omvang van het BTW-bedrag dat daardoor niet langer compensabel is, is eerder onderzoek gedaan. Door de voorgenomen wetswijziging zal de brandweertaak geen gemeentelijke taak meer zijn. De effecten daarvan op de compensatie van de BTW worden structureel gecompenseerd ervan uitgaande dat de gemeenten deze taak dan ook niet meer hoeven te vervullen. Indien gemeenten daarentegen in de toekomst nog wel besluiten om een gemeentelijke brandweer aan te houden, zullen regio s bij het afnemen van deze gemeentelijke diensten BTW moeten gaan betalen over deze diensten. In dit onderzoek wordt een inventarisatie gemaakt van de totale BTW-bedragen voor alle brandweer- en rampenbestrijdingstaken in de veiligheidsregio s. Daarin zijn alle componenten begrepen die bij een volledige regionalisering ook voor de veiligheidsregio relevant kunnen zijn. Deze uitkomst wordt aan het eind opgehoogd naar een bedrag voor heel Nederland. Dan wordt daar het eerder bepaalde bedrag van 15,5 mln. euro afgetrokken. Per saldo resteert dan het totale effect van een mogelijke verplichte regionalisering van alle overige taken naar de veiligheidsregio. 4

2.4 Onderzoekswerkzaamheden 2.4.1 Inleiding Bij de regio s die zijn benaderd in het kader van onderdeel A (financiële effecten verplichte regionalisering) is nagevraagd in hoeverre er inzicht is in de feitelijk gedeclareerde BTW-bedragen bij het BTW- Compensatiefonds (BCF) via de deelnemende gemeenten (doorschuif-btw) en of medewerking verleend kan worden aan het onderzoek. Het betreft zowel regio s die reeds volledig zijn geregionaliseerd als regio s die nog niet zijn geregionaliseerd. Op basis van deze inventarisatie zijn er dertien regio s die inzicht hebben in de feitelijke BTW-bedragen die zijn gedeclareerd bij het BCF. Eén regio heeft medewerking aan het onderzoek geweigerd. Overigens, is niet bij elke regio op regionaal niveau sprake van een compleet beeld omdat niet alle taken bij de veiligheidsregio waren ondergebracht in deze jaren. Daarom zijn ook individuele gemeenten benaderd om informatie te leveren. In het onderzoek zijn vervolgens de volgende stappen onderscheiden: stap 1: opvragen van de omvang van de gedeclareerde BTW bij het BCF over de jaren 2008, 2009 en 2010 bij de veiligheidsregio s; stap 2: analyseren van de opgegeven BTW-bedragen op volledigheid en consistentie; stap 3: het uitvragen van ontbrekende componenten van taken/activiteiten bij inliggende gemeenten; stap 4: bijschatten van ontbrekende componenten naar een regionaal driejaarlijks gemiddeld BTWbedrag; stap 5: ophogen naar een landelijk totaalbedrag. Per stap wordt het onderzoeksproces in het onderstaande nader toegelicht. 2.4.2 Stap 1: opvragen omvang gedeclareerde BTW veiligheidsregio s bij het BCF In het onderzoek is gestart met het benaderen van de veiligheidsregio s die ook zijn betrokken bij onderdeel A. Op deze wijze was het mogelijk om - zonder dat alle individuele gemeenten afzonderlijk diende te worden benaderd een eerste beeld te krijgen van de BTW-declaraties bij het BCF. Daartoe zijn dertien regio s benaderd die inzicht hebben in de feitelijke BTW-bedragen die zijn gedeclareerd bij het BCF 1. Eén regio heeft medewerking aan het onderzoek geweigerd. Van 12 regio s is een opgave ontvangen van de BTW-declaraties bij het BCF. 1. Nog één regio is in een later stadium op eigen verzoek nog toegevoegd. 5

2.4.3 Stap 2: analyseren van de opgegeven BTW-bedragen op volledigheid en consistentie volledigheid De opgegeven BTW-bedragen zijn vervolgens geanalyseerd op volledigheid. Om te voorkomen dat BTWbedragen niet zijn meegenomen is geanalyseerd of de volgende taken in de opgaven van de veiligheidsregio s zijn verwerkt: regionale brandweer (o.a. inhuur derden, opleidingen, voertuigen) en meldkamer; geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen (ghor); overige (multidisciplinaire) taken; lokale (geregionaliseerde) brandweertaken (inclusief huisvesting); eventuele overige taken in de sfeer van rampenbestrijding. Bij bovengenoemde taken gaat het zowel om investeringen (zoals gebouwen, materieel en voertuigen, automatisering) als exploitatielasten (inclusief inhuur derden, opleidingen, voertuigen, huisvestingslasten). Indien bepaalde taken niet in de opgave van de veiligheidsregio waren betrokken is dit alsnog gevraagd. Dit kan overigens binnen één regio variëren tussen de drie onderzoeksjaren mede als gevolg van het regionaliseringsproces. Daarom is per jaar gevraagd om welke taken het op regionaal en gemeentelijk niveau ging. Tevens is aan de veiligheidsregio gevraagd om aan te geven of gemeenten nog BTW-declarabele kosten in hun begroting met betrekking tot bepaalde (met name brandweer-) taken hebben opgenomen. consistentie Er is aan veiligheidsregio s gevraagd naar verklaringen voor duidelijke schommelingen in BTW-patronen. Behalve met grote investeringen is hiervan ook een voorbeeld dat het in 2010 alleen mogelijk was om tot 1 oktober 2010 de BTW te declareren op de wettelijke regionale taken (meldkamer, GHOR en overige (multidisciplinaire) taken) in verband met de invoering van de Wvr. Hiermee is rekening gehouden in het onderzoek. 2.4.4 Stap 3: het uitvragen van ontbrekende componenten van taken/activiteiten bij inliggende gemeenten In stap 2 is gebleken dat ook veel gemeenten nog relevante BTW-componenten in hun begroting hebben opgenomen die niet bij de veiligheidsregio s inzichtelijk zijn. Het kan dan gaan om uiteenlopende situaties waarin ofwel slechts enkele componenten (met name huisvesting) relevant zijn in regio s die al zijn geregionaliseerd, maar ook om situaties waarin alle brandweertaken nog op gemeentelijk niveau worden verricht in regio s die nog niet zijn geregionaliseerd. Als aanvullende actie is er daarom een aanvullende inventarisatieronde gestart van de relevante BTWcomponent bij de gemeenten 2. Hiertoe is een vragenlijst opgesteld die via de deelnemende veiligheidsregio s is uitgezet onder de inliggende gemeenten. Teneinde een zo goed mogelijk beeld van de omvang van de relevante BTW-component te verkrijgen is ook hier gestreefd naar het completeren van het BTW-beeld op gemeentelijk niveau (naast op regionaal niveau) in de afgelopen drie boekjaren (rekeningen 2008, 2009 en 2010). Ter controle is aan de gemeenten ook gevraagd om informatie over de doorgeschoven BTW vanuit de regio te leveren. 2. Ook bij regionalisering van de brandweertaken komt huisvesting nog regelmatig als kostenpost voor bij gemeenten. Dit betekent dat de BTW voor zowel investeringen in gebouwen als het onderhoud ervan niet volledig in beeld komt in de regionale BTW-component en de gemeentelijke component moet worden opgevraagd. 6

2.4.5 Stap 4: berekening driejaarlijks gemiddeld BTW-bedrag inclusief enkele aanvullende bewerkingen Op basis van de opgaven van de veiligheidsregio s en de aanvullende opgaven van inliggende gemeenten is het mogelijk om een totaalbeeld op te stellen van de totale omvang van de gedeclareerde BTW bij het BTWcompensatiefonds gemiddeld over de jaren 2008, 2009 en 2010. Voor de meeste onderdelen is er sprake van direct bruikbare respons. Op enkele punten zijn er aanvullende bewerkingen noodzakelijk gebleken. Deze bewerkingen betreffen de volgende onderwerpen: het bijschatten van de BTW-component van de GHOR, die in enkele regio s ontbrak. Deze (beperkte) bijschatting heeft plaatsgevonden op basis van het gemiddelde bedrag per inwoner in de andere regio s; het extrapoleren van de gemeentelijke BTW-component naar het niveau van alle inliggende gemeenten in een veiligheidsregio, indien niet van alle inliggende gemeenten in een regio afzonderlijke een opgave is ontvangen. Een dergelijke extrapolatie heeft plaatsgevonden in 5 regio s. Voor de overige 5 regio s was er sprake van een opgave voor alle inliggende gemeenten; het in alle regio s extrapoleren van de BTW op de wettelijke regionale taken voor het jaar 2010 naar de periode van een heel kalenderjaar (12 maanden in plaats van 9 maanden), aangezien deze vanaf 1 oktober 2010 niet meer compensabel zijn, maar wel nodig zijn om een structureel totaalbeeld te berekenen. Deze extrapolatie heeft alleen betrekking op de betreffende regionale taken. In de meeste gevallen is dit onderscheid voor 2010 door de regio s zelf opgegeven. In vier gevallen ontbrak dit onderscheid en is dit alsnog aangebracht op basis van een voorafgaand jaar 3. 2.4.6 Stap 5: extrapoleren naar een landelijk totaalbedrag In deze laatste stap zijn de driejaarlijks gemiddelden per regio geëxtrapoleerd naar een landelijk totaalbedrag. 3. Voor één regio op basis van informatie uit de andere regio s. 7

3 Onderzoeksresultaten deel B 3.1 Inleiding In dit hoofdstuk worden de belangrijkste bevindingen van de onderzoeksstappen van het deelonderzoek B gepresenteerd. In dit kader komen achtereenvolgens de volgende onderwerpen aan de orde: respons (paragraaf 3.2); de totale declarabele BTW (paragraaf 3.3); de totale declarabele BTW dat niet meer compensabel is na de wetswijziging (paragraaf 3.4); de verdeling van het te compenseren bedrag (paragraaf 3.5). 3.2 Respons Van 10 regio s is een bruikbare opgave ontvangen van de BTW-declaraties bij het BTW-compensatiefonds. 4 Deze informatie is grotendeels direct bruikbaar gebleken voor het bepalen van de gemiddelde jaarlijkse omvang van de BTW-component in de jaren 2008, 2009 en 2010 (alles op rekeningbasis). Op enkele onderdelen is er sprake geweest van aanvullende bewerkingen (zie ook paragraaf 2.4.5): bijschatten GHOR voor 4 regio s; extrapoleren opgave BTW van regionale taken voor het jaar 2010 voor alle regio s (2010 ophogen van 9 maanden naar 12 maanden); extrapoleren gemeentelijke opgaven (via gemiddelde bedrag per inwoner) naar alle inliggende gemeenten in 5 regio s waarvoor niet van alle inliggende gemeenten BTW-opgaven zijn ontvangen. In de aanvullende inventarisatieronde bij gemeenten is een opgave ontvangen van in totaal 133 gemeenten, hetgeen neerkomt op circa 73% van alle gemeenten in de 10 regio s. 5 In de opgaven van gemeenten/regio s is zowel rekening gehouden met jaarlijks terugkerende BTWcomponenten als met incidentele componenten (zoals BTW op investeringen in huisvesting/kazernes), zodat er een totaal gemiddeld beeld van de jaarlijkse BTW-omvang voor alle brandweer- en rampenbestrijdingstaken is verkregen voor de periode 2008 t/m 2010 (op rekeningbasis). 3.3 Totale declarabele BTW De in de vorige paragraaf beschreven werkwijze heeft geleid tot een driejaarlijks gemiddelde BTW-bedrag voor elk van de 10 veiligheidsregio s voor zowel de wettelijke regionale taken als de overige brandweertaken. Voordat deze informatie kan worden opgehoogd naar een totaal landelijk beeld van de jaarlijkse omvang van bij het BTW-Compensatiefonds declarabele BTW, is het van belang om te kijken in hoeverre er sprake is van niveau verschillen tussen typen regio s. 4. In totaal is van 12 regio s informatie ontvangen. Van twee regio s bleek de opgave incompleet. 5. De regio s die in de analyse zijn verwerkt bestaan uit 183 gemeenten. 8

In onderstaande tabel zijn deze driejaarlijks gemiddelden weergegeven bij een indeling van de veiligheidsregio s naar mate van stedelijkheid 6 en schaal 7. Tabel 1. Omvang BTW-declaraties in euro s per inwoner naar verstedelijking en schaal (bedragen in euro s per inwoner) indeling regio s naar verstedelijking en aantal inwoners BTW-declaraties in euro per inwoner weinig verstedelijking 3,2 matig verstedelijking 3,5 veel verstedelijking 4,3 weinig inwoners 3,6 matig veel inwoners 3,4 veel inwoners 4,1 Uit bovenstaande tabel blijkt dat er weinig variatie optreedt in de gemiddelde omvang van het BTW bedrag per inwoner voor regio s naar omvang (schaal). Bij een indeling naar gemiddelde bebouwingsdichtheid (OAD) is er sprake van iets meer verschil: de meer dichtbebouwde, verstedelijkte regio s hebben iets meer BTW per inwoner dan de minder verstedelijkte regio s. Wanneer het bedrag per type regio wordt geëxtrapoleerd naar een totaalbedrag voor heel Nederland via de indeling in typen stedelijkheid, resulteert dit in een totaalbedrag van circa 59,2 miljoen euro (gemiddeld prijspeil 2009). 3.4 Totale BTW-compensatie gevolgen verplichte regionalisering Met de voorgenomen wetswijziging tot verplichte regionalisering vervalt de mogelijkheid om BTW op de brandweertaak via de deelnemende gemeenten te kunnen compenseren. Met de inwerkingtreding van de Wet veiligheidsregio s (Wvr) is de mogelijkheid om de BTW van wettelijke regionale taken (regionale brandweer, meldkamer, ghor en multidisciplinaire taken) te compenseren reeds vervallen. Uit eerder onderzoek bleek dat hiermee een bedrag van 15,5 miljoen euro is gemoeid. Per saldo kan daarmee het BTW-bedrag dat niet meer declarabel zal zijn bij verplichte regionalisering worden becijferd op 43,7 miljoen euro (59,2 minus 15,5). Geïndexeerd naar het prijspeil 2010 8 komt dit op een bedrag van 44,1 mln. euro zodat in totaliteit sprake is van een bedrag van 59,6 mln. euro (prijspeil 2010). 3.5 Verdeling hybride financiering Momenteel is er sprake van een hybride financieringsstructuur binnen het taakgebied brandweer en rampenbestrijding. Het grootste deel van de middelen, zowel voor de traditionele (gemeentelijke) basisbrandweerzorg, als ook voor de van oudsher meer regionale bovengemeentelijke taken, wordt bekostigd uit het gemeentefonds (en de lokale eigen algemene middelen van gemeenten). Het Rijk verleent daarnaast een (relatief 6. Op basis van de gemiddelde omgevingsadressendichtheid. 7. Op basis van het inwonertal. 8. Op basis van de door het ministerie van Financiën gehanteerde prijsindex bij de toe te kennen prijsstijging. 9

beperkte) algemene bijdrage in de kosten van veiligheidsregio s via een BDUR-uitkering. Deze uitkering is niet-kostendekkend en is niet gekoppeld aan bepaalde taken. aard toe te voegen middelen De toe te voegen middelen voor het wegvallen van BTW compensatiemogelijkheden door verplichte regionalisering hebben in beginsel betrekking op de van oudsher lokale brandweertaken, die - hoewel deze reeds voor een deel regionaal zijn georganiseerd - volledig uit het gemeentefonds worden bekostigd. Bij de toedeling van extra middelen dient rekening te worden gehouden met de samenhang die er tussen BDUR en Gemeentefonds bestaat. Omdat de veiligheidsregio's na invoering van het wetsvoorstel aangaande de regionalisering geen gebruik meer kunnen maken van de Transparantieregeling, ondervinden zij direct het financiële nadeel daarvan. Dit is de aanleiding om de middelen toe te voegen aan de BDUR. Hiermee wordt aangesloten bij het besluit dat de minister van BZK heeft genomen bij de invoering van de huidige Wet veiligheidsregio's om het BTW-nadeel te compenseren door een overheveling van het BTW-compensatiefonds naar de BDUR. In dit rapport is op grond van de opdracht de overheveling naar de BDUR verondersteld en is voor de totale som aan BTW, die uit het BCF afkomstig is (15,5 mln. euro - reeds overgeheveld en 44,1 mln. euro nog over te hevelen), een nieuwe integrale verdeling gemaakt. Een formeel besluit hierover dient nog in overleg tussen de betrokken partijen te worden genomen. In de analyse is naar voren gekomen dat de gemiddelde omvang van de BTW-declaraties per inwoner met name varieert naar de mate van verstedelijking. Daarom wordt aanbevolen om het totaalbedrag aan over te hevelen middelen vanuit het BTW-Compensatiefonds 59,6 mln. euro (15,5 miljoen plus 44,1 miljoen euro) te verdelen op basis van het aantal woonruimten en omgevingsadressendichtheid (OAD) 9, om zodoende rekening te houden met een oplopend bedrag per inwoner naarmate er sprake is van een hogere gemiddelde verstedelijkingsgraad. Voordat de 59,6 mln. euro op deze wijze wordt toegevoegd dient de wijze waarop eerder de 15,5 mln. euro is toegevoegd te worden teruggedraaid. 9. Via woonruimten wordt 82% van het totaalbedrag verdeeld en via oad*woonruimten 18%. 10