SOEK Senioren Op Eigen Kracht Schelfhorst Almelo 2013



Vergelijkbare documenten
SOEK Senioren Op Eigen Kracht Binnenstad Almelo 2014

Rapportage Huisbezoek Allochtone Ouderen

Samen tegen eenzaamheid

SOEK Senioren Op Eigen Kracht Hellendoorn 2015

SOEK Senioren Op Eigen Kracht. Noorderkwartier, Nieuwstraatkwartier, Hofkamp, Aadorp en Bornerbroek in Almelo 2015 en 2016

SOEK Senioren Op Eigen Kracht Hof van Twente 2014

SOEK Senioren Op Eigen Kracht Hof van Twente 2013

SOEK Senioren Op Eigen Kracht. Preventieve huisbezoeken bij allochtone ouderen in Almelo

Welzijnsbezoek. Voorbeelden van aanpassingen aan het huis die nodig zijn:

Senioren Op Eigen Kracht

Preventief huisbezoek 75+

SOEK Senioren Op Eigen Kracht Hof van Twente 2016

SOEK Senioren Op Eigen Kracht Hellendoorn 2012

Presentatie onderzoeksresultaten werkgroep zorg en welzijn Westerbeek

Huisbezoekproject 75 jarigen

Onderzoek naar wensen en behoeften op het gebied van dagbesteding van (kwetsbare) ouderen en hun mantelzorgers in het Schilderskwartier in Woerden

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

SOEK Senioren Op Eigen Kracht Wierden 2011

Eenzaamheid onder ouderen

Rapportage Huisbezoek 75+ De Riet 2012

Rapportage Preventief Huisbezoek Ouderen 2014

SOEK Senioren Op Eigen Kracht Hof van Twente 2018

Mantelzorg. Figuur 1. Mantelzorg per GGD regio. 2 van 6 Rapport Mantelzorg. Bron: Zorgatlas RIVM

5 Ouderen in de regio Gelre-IJssel

Klanttevredenheid. Vereenzaming Ouderen Soest VOS

Hoe gezond zijn de inwoners van Staphorst? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

Welzijnsbezoek Inhoud. 1 Conclusies

Hoofdstuk 31. Mantelzorg

Rapportage huisbezoek 75+ Wilderinkshoek en Berflo Es

Resultaten buurtonderzoek Zorg Dichtbij

BURGERPANEL CAPELLE OVER EENZAAMHEID

Enquêtevragen Zorg en Welzijn Dirkshorn e.o. april 2014

Uitgevoerd door Dimensus Huishoudelijke Hulp gemeente Oosterhout 2016

Ouderenonderzoek Kennemerland

Rapportage Huisbezoek 75+ Sluitersveld 2012

Gesprekspuntenlijst huisbezoeken ouderen te Best

Cliëntondersteuning. Tips voor het keukentafelgesprek. Hoe kan ik mij voorbereiden op het gesprek met de Wmo-consulent van de gemeente?

Fit en Gezond in Overijssel 2016

KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN

Dit onderzoek heeft als doel het in kaart brengen van de wensen van de cliënt en het waar nodig verbeteren/ optimaliseren van de dienstverlening.

Hoofdstuk 14. Mantelzorg

VRAGENLIJST. Zorgvrager, vervolgmeting

VRAGENLIJST. Mantelzorger

Kanteling Wmo Iedereen doet mee

Inhoudsopgave Inleiding Leeswijzer 1. Wet maatschappelijke ondersteuning 2. Het gesprek voorbereiden 3. Tot slot

Wat is er in uw situatie veranderd dat u juist nu naar het loket komt?

Is jouw maand ook altijd iets te lang? Onderzoek Jongerenpanel Tilburg

Vrijwilligers maken het verschil!

Het effect van deelname aan ouderenactiviteiten van Timpaan Welzijn op gevoelens van eenzaamheid. Onderzoek in de Gemeente Steenwijkerland

Wmo-loket. In gesprek over wat u nodig heeft aan ondersteuning

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Ouderenonderzoek in de Hilversumse Meent, voorjaar Enquête voorjaar 2015, Zorg & Ondersteuning,

CLIËNTERVARINGS- ONDERZOEK WMO

&Ons Tweede Thuis VOLWASSENEN

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Steunpunten vrijwilligers en mantelzorg

Meldactie AWBZ oktober 2010

Cliëntervaringen Wmo Gemeente Boxtel

Meedoen in Kinderdijk

GEZONDHEIDSMONITOR 65+ jaar 2016 Kernindicatoren gemeente Houten, (sub)regio en Nederland

Bijlage bij persbericht Hoe prettig is het wonen in Borger-Odoorn? Korte samenvatting van de resultaten uit het Leefbaarheidsonderzoek

Gezondheidsmonitoren jongeren en ouderen. Meta Moerman Cie Welzijn gemeente Neerijnen 19 juni 2012

Rapport. Eigen regie en zelfredzaamheid ; een enquête onder senioren

Sociale samenhang in Groningen

Voel je thuis op straat!

PEILING 65-PLUSSERS. Gemeente Enkhuizen januari

2014, peiling 1 maart 2014

Uitslag enquête Wmo-beleid gemeente Heumen

Nieuwsbrief nr. 3, september Hoge opkomst ontbijtbijeenkomsten Aalsmeer en Amstelveen

Werkbezoek Gemeenteraad Leiderdorp 21 mei 2014

1. Wat vind je het vervelendste huishoudelijke klusje? (meerdere antwoorden mogelijk)

Raads informatiebrief

Onderzoek woon-, welzijn- en zorgbehoeften in Sterksel en Gerwen WELKOM. Korte toelichting op project 1 e resultaten Discussie in kleine groepjes

Rapportage Huisbezoek 75+ Ossenkoppelerhoek 2013

Ik heb een vraag over. zorg... ondersteuning... opvoeding... jeugdhulp... mijn arbeidsbeperking... mijn uitkering... werk...

Hoofdstuk 19. Vrijwilligerswerk (en mantelzorg)

Postbus AA Bleskensgraaf T Aan de leden van de gemeenteraad. Datum:

Ik heb een vraag over: Voorwoord. Ik voel me thuis niet prettig, kan ik met iemand praten?

VOORLEGGER (graag verwijderen wanneer u de vragenlijst aan de zorgvrager voorlegt of opstuurt)

Burgerpanel Gorinchem. 1 e peiling: Sociale monitor. Juli 2014

Rapportage Enquête Mantelzorgondersteuning 2012

VRAAGVERHELDERING EasyCare WELZIJN. Naam wijkbewoner / cliënt: Geboortedatum: Geboortedata gezinsleden: Datum/data vraagverheldering

COLLEGEVOORSTEL. Onderwerp Klanttevredenheidsonderzoek Wmo Te besluiten om:

Stichting Agrarische Zorgonderneming Vlist

Hoe gezond zijn de inwoners van Zwartewaterland? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

Ouderen in ziekenhuis Tjongerschans. Voorkom onnodige achteruitgang in het ziekenhuis

Clientervaringsonderzoek Wmo & Jeugd

Armoede & Veerkracht: Hoe vinden mensen met weinig geld hun weg?

Wijkschouw Voortman, Amelink en Ankrot

Algemene informatie Wmo

Zelfstandig, Zelfredzaam, Zorgzaam Eén loket voor ondersteuning en voorzieningen

Zelfstandig wonen: de mening van senioren en mantelzorgers uit de stadsregio Rotterdam

Cliëntervaringen Wmo s-hertogengbosch. Nulmeting 2016

Hoe gezond zijn de inwoners van Deventer? Gezondheidsmonitor volwassenen en ouderen

pggm.nl Mantelzorg en dementie in de beleving van PGGM&CO-leden

Samenvatting Klanttevredenheidsonderzoek Wmo en de Benchmarks Wmo resultaten over 2013

Sociale kracht in Houten Burgerpeiling 2014

Integrale veiligheid. resultaten burgerpanelonderzoek maart 2007

De gezondheidssituatie van ouderen in Gelderland Midden 2005

Transcriptie:

SOEK Senioren Op Eigen Kracht Schelfhorst Almelo 2013

Colofon Senioren Op Eigen Kracht 2013 Almelo, wijk Schelfhorst Mei 2014 Tekst: nnet Visser (GGD Twente) Uitvoering: Mirjam van Baalen (Scoop) Scoop Plesmanweg 9L 7602 PD Almelo Telefoon: 0546 544100 www.scoopwelzijn.nl GGD Twente Nijverheidstraat 30 7511 JM Enschede 053-4876543 www.twentsegezondheidsverkenning.nl GGD Twente Overname van dit rapport of gedeelten daaruit is toegestaan, mits de bron wordt vermeld. 2

Inhoudsopgave Samenvatting 5 1 SOEK, uitvoering en organisatie 7 1.1 Doel 7 1.2 Doelgroep 7 1.3 Werkwijze 7 1.4 Werving en publiciteit 7 1.5 Vragenlijst 8 1.6 Begeleidend onderzoek 8 1.7 Samenwerking Almelo, Wierden, Tubbergen, Hellendoorn en Hof van Twente 8 2 Aantal huisbezoeken 9 2.1 Aantal deelnemers 9 2.2 Aantal afwijzers 10 3 Resultaten van het huisbezoek 11 3.1 Wonen en woonomgeving 11 3.1.1 Wonen 11 3.1.2 Veiligheid 12 3.2 Gezondheid en zelfredzaamheid 13 3.2.1 Ervaren gezondheid 13 3.2.2 Zorgen 14 3.2.3 Beperkingen 15 3.2.4 Zelfredzaamheid bij boodschappen doen 15 3.2.5 Zelfredzaamheid bij warm eten klaar maken 16 3.2.6 Zelfredzaamheid bij vervoer 16 3.2.7 Vallen 18 3.2.8 Medicijngebruik 18 3.3 Tijdsbesteding 19 3.3.1 Bewegen 19 3.3.2 Recreatieve bezigheden 20 3.3.3 Vrijwilligerswerk, mantelzorg en andere bezigheden 22 3.3.4 Tevredenheid tijdsbesteding 24 3.4 Sociale contacten en eenzaamheid 25 3.4.1 Huishoudsituatie 25 3.4.2 Sociale contacten 25 3.4.3 Eenzaamheid 26 3.5 Voorzieningen 27 3.6 Reacties op de huisbezoeken 29 4 Informatie van de seniorenvoorlichters 31 4.1 Informatie geven 31 4.2 Vervolgcontacten en verwijzingen 31 4.3 Oordeel over bezoek 32 4.4 Gespreksduur 33 5 Conclusies 34 6 Aanbevelingen 37 Bijlage 1 Opmerkingen bij de vragenlijst 3

4

Samenvatting In 2006 is Scoop in de gemeente Almelo begonnen met preventieve huisbezoeken bij 75-plussers. In de daarop volgende jaren zijn wijk voor wijk ouderen bezocht. Veranderingen op politiek en maatschappelijk vlak hebben geleid tot een herziening van de opzet van de huisbezoeken. Immers het aantal ouderen neemt toe, er treden ingrijpende verschuivingen op in de Wmo en de AWBZ en er is sprake van bezuinigingen in de zorg. Een en ander dwingt tot meer aandacht voor preventieve ouderengezondheidszorg. Ouderen worden ook mondiger, willen zelf meer regie dragen over het eigen leven en willen graag zo lang mogelijk zelfstandig in de eigen woning blijven wonen. In dit kader past een werkwijze, die gericht is op vroegsignalering en voorkomen van problemen op het gebied van gezondheid en welzijn, maar die ook recht doet aan de behoefte van ouderen om zelf de regie te houden over het eigen leven. Dit gebeurt nadrukkelijk bij de SOEK = Senioren Op Eigen Kracht werkwijze. De SOEK huisbezoeken zijn bedoeld om problemen op het gebied van eenzaamheid, zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie tijdig te signaleren. De werkwijze is oplossingsgericht en stimuleert de eigen kracht en eigen verantwoordelijkheid van de bezochte ouderen. SOEK richt zich op zelfstandig wonende ouderen. Seniorenvoorlichters (vrijwilligers) voeren de huisbezoeken uit. Dit is de eerste rapportage over SOEK-huisbezoeken in Almelo. SOEK is uitgevoerd in de wijk Schelfhorst. In deze rapportage is de gezondheidssituatie van ouderen beschreven op basis van de vragenlijst, die bij de gesprekken met de ouderen wordt gebruikt. Het begeleidend onderzoek is uitgevoerd door GGD Twente. In 2013 zijn in totaal 319 ouderen bezocht door 9 vrijwilligers. De gemiddelde respons is 50%. De belangrijkste resultaten zijn: Wonen Het merendeel van de ouderen in Almelo is tevreden over de woning en de woonomgeving. 97% bevalt het wonen in de buurt goed en eveneens 97% is tevreden over de woning. 10% van de bezochte ouderen zegt zich niet meer zo goed te kunnen redden in de woning. Voor vrouwen is dit vaker een probleem, dan voor mannen. De problemen nemen snel toe met de leeftijd. Gezondheid Van de bezochte ouderen ervaart 64% de eigen gezondheid als (zeer) goed tot uitstekend. Ondanks de goed ervaren gezondheid brengt de gezondheidssituatie echter wel beperkingen met zich mee. 60% van de bezochte ouderen zegt door de gezondheid beperkt te zijn in allerlei activiteiten. Het meest genoemd worden beperkingen bij het uitvoeren van huishoudelijke taken en beperkingen in mobiliteit (lopen, tillen, bukken). De verschillen naar leeftijd en geslacht zijn erg groot. 15% van de ouderen is in de afgelopen 3 maanden gevallen. Vrouwen zijn twee keer zo vaak gevallen, dan mannen. Het medicijngebruik onder ouderen ligt zeer hoog. 85% van de bezochte ouderen gebruikt medicijnen (op doktersvoorschrift). De meeste ouderen kunnen zich goed redden met de medicijnen. Zelfredzaamheid 18% van de ouderen kan niet meer zelfstandig boodschappen doen. Vrouwen hebben hier vaker problemen mee dan mannen. 26% van de bezochte ouderen maakt niet elke dag zelf warm eten klaar. Op dit terrein hebben de mannen veel meer problemen, dan de vrouwen. 20% van de bezochte ouderen heeft vervoersproblemen, waardoor men ergens niet naartoe kan gaan, waar men wel graag naartoe had gewild. Meest genoemde oorzaken van vervoersproblemen zijn niet meer durven fietsen en auto rijden. Tijdsbesteding Veel ouderen doen regelmatig aan beweegactiviteiten, namelijk 71%. Er is echter niet gevraagd, hoe lang en hoe vaak men beweegt. Mannen bewegen meer dan vrouwen. Het meest genoemd zijn fietsen, wandelen en werken in de tuin. 93% van de ouderen heeft recreatieve bezigheden. Verreweg het meest genoemd worden lezen, puzzelen en computeren. 44% van de ouderen zit regelmatig achter de computer. Mannen doen dit vaker dan vrouwen. 5

Vrijwel alle ouderen hebben meerdere recreatieve bezigheden. 22% van de bezochte ouderen doet aan vrijwilligerswerk. 13% is mantelzorger. De meeste mantelzorg wordt aan de partner gegeven. De meeste ouderen zijn tevreden over de manier waarop zij hun tijd vullen. Slechts 5% wil iets veranderen aan de eigen tijdsbesteding. Sociale contacten en eenzaamheid Het aantal alleenstaande ouderen neemt snel toe met de leeftijd. 51% van de bezochte ouderen woont alleen. Vrouwen wonen veel vaker alleen, dan mannen. 62% van de vrouwen woont alleen, tegenover 32% van de mannen. Vrijwel alle ouderen hebben regelmatig contacten met kinderen, familie en/of vrienden en buren. Ook kan vrijwel iedereen bij iemand terecht als er vragen of problemen zijn. De tevredenheid over de sociale contacten is dan ook groot: 92% is tevreden. Ondanks de positieve ervaring met de sociale contacten voelt 16% van de bezochte ouderen zich wel eens eenzaam. Mogelijk ligt dit percentage in werkelijkheid hoger. Volgens recent GGD onderzoek (2012) is 46% van de 75-plussers in Twente matig tot (zeer) ernstig eenzaam. Een klein aantal ouderen ervaart eenzaamheid als een probleem, waarover zij met de ouderenadviseur nog eens door willen praten.. Voorzieningen Van de bezochte ouderen weet 93%, waar men voor het aanvragen van hulp moet zijn. 62% van de bezochte ouderen weet waarvoor men bij Stichting Scoop terecht kan. In alle gesprekken zijn de onderwerpen eenzaamheid en zelfredzaamheid aan de orde geweest. Het huisbezoek is daardoor een manier van werken om problemen op dit gebied (tijdig) te signaleren. Daarnaast kunnen ouderen zich uiten over de beperkingen die zij ervaren in relatie tot hun gezondheid, maar kunnen zij ook praten over de prettige dingen in het leven en de manier waarop zij een zinvolle en bevredigende dagbesteding vinden. De meeste ouderen willen graag zelfstandig blijven wonen en deel nemen aan de samenleving. Dit betekent dat juist voor deze groep veel voorzieningen en regelingen moeten worden getroffen, die dit ook daadwerkelijk mogelijk maken. Ouderen tonen zich uiterst positief over de huisbezoeken. Folders worden naar behoefte uitgereikt en eventueel afspraken gemaakt voor een vervolggesprek met de ouderenadviseur. Ouderen worden zoveel mogelijk gestimuleerd om zelf initiatief te nemen. Lukt dat niet, dan kunnen zij rekenen op een steuntje in de rug. 6

1 SOEK, uitvoering en organisatie 1.1 Doel De doelstelling van Senioren Op Eigen Kracht (SOEK) is het in een vroeg stadium signaleren van problemen op het gebied van eenzaamheid, zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie en het versterken van eigen initiatief en verantwoordelijkheid van ouderen. Scoop wil ouderen die het risico lopen te vereenzamen al in een vroeg stadium opsporen en niet afwachten tot sociale contacten wegvallen. De SOEK-werkwijze sluit goed aan bij de uitgangs-punten van de Wmo om ouderen mogelijkheden te bieden om zo lang mogelijk in de eigen woning te blijven wonen en te laten participeren aan de samenleving. Hoofddoel van de huisbezoeken is het bespreekbaar maken van het onderwerp eenzaamheid en het vergroten van de zelfredzaamheid van ouderen. Niet door middel van het traditionele beroep op voorzieningen en zorg, maar door in te zetten op eigen kracht, initiatief en aandacht voor leefstijl. Komen ouderen er zelf niet uit, dan wordt aanvullende ondersteuning geboden. Het huisbezoek biedt de gelegenheid om onder andere het publieksbureau, de activiteiten voor ouderen van Scoop, het maatschappelijk werk en mogelijkheden voor financiële ondersteuning onder de aandacht van ouderen te brengen. 1.2 Doelgroep De huisbezoeken richten zich op alle zelfstandig wonende ouderen vanaf 75 jaar in een bepaalde wijk. Ouderen van die leeftijd krijgen vaker te maken met lichamelijke achteruitgang en verlies van een partner. Op deze leeftijd kan echter vaak nog het sociale netwerk gestimuleerd worden. Moeilijker ligt het bij oudere ouderen. Zij vormen een steeds kwetsbaarder groep met grote kans op overlijden. Zij moeten, zo lang het nog kan, ook van een huisbezoek gebruik kunnen maken. 1.3 Werkwijze De SOEK-huisbezoeken worden uitgevoerd door vrijwilligers (seniorenvoorlichters).in 2013 is een team van 9 seniorenvoorlichters op pad geweest. Samen met de voorlichters is een vragenlijst opgesteld, die als leidraad dient voor de gesprekken. Door de opbouw van de vragenlijst en de volgorde van de thema s worden de onderwerpen eenzaamheid en zelfredzaamheid bespreekbaar gemaakt. Het gaat er niet om allerlei mogelijkheden voor hulpen ondersteuning onder de aandacht te brengen, maar om erachter te komen welke vragen, behoeften en problemen er bij de ouderen zelf leven en welke oplossing men zelf weet of uit kan voeren. Zo nodig wordt een steuntje in de rug gegeven bij vervolgstappen. Het is de bedoeling om niet aanbod-, maar vraaggericht te werken. De seniorenvoorlichters komen om de zes weken bij elkaar. Naast inhoudelijke onderwerpen worden bij deze teambijeenkomsten praktische informatie en ervaringen uitgewisseld. Regelmatig vinden themabijeenkomsten plaats, gaan vrijwilligers op werkbezoek of komen organisaties hun werk toelichten. In principe is het huisbezoek eenmalig. Bij gesignaleerde problematiek wordt de ouderenadviseur ingeschakeld. Zij houdt vinger aan de pols, neemt nog eens contact op en geeft indien nodig extra ondersteuning. Bij complexe problematiek verwijst de ouderenadviseur door naar het maatschappelijk werk, geestelijke gezondheidszorg, MEE, Steunpunt Mantelzorg of andere hulpverlenende organisaties of personen. Deelname aan de huisbezoeken is vrijwillig en gratis. 1.4 Werving en publiciteit De deelnemers aan de huisbezoeken worden persoonlijk aangeschreven. Op basis van gegevens uit de Gemeentelijke Basis Administratie (GBA) worden namens Scoop uitnodigingen gestuurd naar alle ouderen in een bepaalde wijk. Eens in de twee weken gaat een mailing de deur uit. In de brief wordt aangegeven, dat een vrijwilliger contact opneemt voor het maken van een afspraak. De adressen worden verdeeld over de seniorenvoorlichters, die vervolgens zelf een afspraak maken voor een huisbezoek. Het aantal adressen per seniorenvoorlichter verschilt tussen de vier en zes per twee weken. Dit heeft direct te maken met de beschikbare tijd van de seniorenvoorlichter. Bij de start van de huisbezoeken in een bepaalde wijk wordt hier in de media aandacht aan besteed. 7

1.5 Vragenlijst Alle seniorenvoorlichters worden direct betrokken bij het evalueren en verbeteren van de vragenlijst. De resultaten van de huisbezoeken worden ook weer met hen teruggekoppeld. Hiermee komt een proces op gang van uitwisseling van kennis en ervaring, niet alleen tussen professionals onderling, maar vooral ook tussen professionals en vrijwilligers. De bij de huisbezoeken gebruikte vragenlijst is vergelijkbaar met die in buurgemeenten wordt gebruikt. Hier en daar is de onderwerpen volgorde gewijzigd. Enkele vragen zijn toegevoegd of juist verwijderd, maar de grote lijn is hetzelfde. 1.6 Begeleidend onderzoek Om inzicht te verkrijgen in de gezondheidsproblematiek van de doelgroep wordt begeleidend onderzoek uitgevoerd door de GGD. Dit onderzoek geeft een beeld van de totale groep, zodat zo nodig de werkwijze van de seniorenvoorlichters hierop aangepast kan worden. Het onderzoek biedt handreikingen voor kwalitatieve verbeteringen of veranderingen. De onderzoeksresultaten kunnen bovendien aanknopingspunten geven voor preventief ouderenbeleid van de gemeente en het welzijnswerk of andere organisaties die zich met ouderen bezig houden, zoals de thuiszorg en de huisartsen. Ook kan een aanzet gegeven worden voor het ontwikkelen van een vervolgaanbod. De vragenlijsten van de huisbezoeken worden op internet ingevoerd door twee vrijwilligers bij Scoop. De gegevens worden vervolgens door de GGD gedownload, waarna analyse van de resultaten plaats vindt. Bovendien wordt een vergelijking gemaakt met cijfers uit het ouderenonderzoek in Almelo van 2010 of de gezondheidsmonitor in Twente van 2012. Beide onderzoeken zijn uitgevoerd door de GGD. 1.7 Samenwerking Almelo, Wierden, Tubbergen, Hellendoorn en Hof van Twente De SOEK-huisbezoeken in Almelo staan niet op zichzelf, maar zijn uitgevoerd in samenwerking met het welzijnswerk voor ouderen in Hellendoorn, Tubbergen, Wierden en Hof van Twente. De GGD is daarbij de verbindende schakel. De werkwijze in de vijf gemeenten is vergelijkbaar. Ouderenadviseurs maken direct gebruik van elkaars ervaringen en expertise. De vragenlijsten zijn identiek en er wordt op dezelfde wijze geregistreerd door vrijwilligers. Dit maakt vergelijking van de resultaten tussen de gemeenten, maar ook tussen verschillende leeftijdsgroepen mogelijk. Primair doel van de samenwerking is professionalisering van het werk van de seniorenvoorlichters en het aanbieden van een kwalitatief goed product. De signalerings- en ondersteuningsfunctie van de huisbezoeken kan hierdoor steeds beter tot haar recht komen, terwijl er ook aandacht is voor de vervolgcontacten en een vervolgaanbod in de preventieve sfeer. 8

2 Aantal huisbezoeken 2.1 Aantal deelnemers De doelgroep voor het welzijnswerk ouderen groeit met de jaren. Bij deze groei gaat het niet om tientallen, maar om honderdtallen, zoals blijkt uit tabel 2.1. Tabel 2.1. Inwonertal Almelo 2011 2012 2013 Aantal inwoners 72.599 72.757 72.729 Aantal 65+ 11.474 11.951 12.754 Bron: CBS In 2013 bedraagt het aantal inwoners van de gemeente Almelo 72.729. Daarvan zijn 12.754 personen 65 jaar of ouder. Dit is ongeveer 17% van het totaal aantal inwoners. In de komende jaren zal het aantal 65-plussers toenemen tot ongeveer 28% van de totale bevolking in 2040. Daarmee behoort Almelo tot de middenmoot van de Twentse gemeentes wat het percentage ouderen betreft. Het hoogst scoort volgens de prognoses van het CBS Haaksbergen in 2040 met 31% 65-plussers. De doelgroep voor SOEK zijn de 75- tot en met 100-jarigen. In 2013 zijn ouderen van deze leeftijd in de wijk Schelfhorst uitgenodigd voor een huisbezoek. Het gaat om 667 personen. Van deze groep zijn 319 ouderen (198 vrouwen en 121 mannen) daadwerkelijk bezocht. De oudste deelnemer is 96; de jongste 74 jaar. De gemiddelde leeftijd van de bezochte ouderen is 82 jaar. De huisbezoeken hebben plaats gevonden in de periode januari 2013 tot en met maart 2014. De respons staat op 50%. De verdeling van het aantal huisbezoeken per leeftijd ziet er als volgt uit: Tabel 2.2 Aantal deelnemers Leeftijd Aantal huisbezoeken 95 2 93 2 92 2 91 4 90 3 89 11 88 13 87 14 86 11 85 16 84 22 83 18 82 21 81 22 80 26 79 28 78 23 77 24 76 29 75 14 Het aantal huisbezoeken neemt af met de leeftijd. Dit is duidelijk te zien in figuur 2.1. Opvallend is de lage respons in de groep 75-jarigen. Dit heeft te maken met het tijdstip waarop de adressen worden uitgedraaid, waardoor een deel van de ouderen die in 2013 75 zijn geworden niet is benaderd. Van de bereikte ouderen is 38% man en 62% vrouw. De werkelijke man-vrouw verdeling in Almelo bij 75-plussers is 37% mannen en 63% vrouwen (cijfers CBS). De huisbezoeken laten een afspiegeling zien van de werkelijke man-vrouw verhouding. 9

35 30 25 20 15 10 5 0 95 93 92 91 90 89 88 87 86 85 84 83 82 81 80 79 78 77 76 75 Figuur 2.1 Aantal huisbezoeken per leeftijdsgroep 2.2 Aantal afwijzers Er zijn 667 uitnodigingen voor een huisbezoek de deur uit gegaan. Van deze groep zijn 554 personen bereikt. 113 personen zijn helemaal niet bereikt. De meest genoemde oorzaak is, dat men ook na herhaaldelijk bellen of langs gaan niet thuis was. Bij alle niet bereikte ouderen wordt wel een kaartje in de bus gedaan, zodat men kan bellen als men toch een huisbezoek wenst. De oorzaken van niet-bereiken verdelen zich als volgt: Tabel 2.3 Niet bereikt, omdat: Verhuisd 4% Overleden 7% Opname 3% Herhaaldelijk niet thuis 79% Helemaal niets bekend 4% Anders... 3% Niet alle bereikte ouderen stellen een huisbezoek op prijs. Van ruim 200 personen is bekend, waarom zij geen huisbezoek willen of waarom een contact niet tot stand is gekomen. Het merendeel van deze groep vindt een huisbezoek niet nodig. Het zijn vooral de jongere ouderen, die deze reden noemen. Tabel 2.4 Reden Stond afwijzend tegenover bezoek 20% Vindt het niet nodig 71% Geen contact mogelijk 2% Ziekte 6% Rouw/ingrijpende gebeurtenis 0% Anders 2% 10

3 Resultaten van het huisbezoek In dit hoofdstuk zijn de gegevens van 319 vragenlijsten verwerkt. Er is een onderscheid gemaakt naar mannen en vrouwen. In een aantal gevallen zijn echtparen bezocht. Dit is altijd gerekend als twee personen (er is voor elke partner een afzonderlijke vragenlijst ingevuld). De beschreven thema s volgen de onderwerpen volgorde van de vragenlijst. Naast percentages wordt ook een deel van de aanvullende opmerkingen weergegeven, die door de ouderen zijn gemaakt. Zo mogelijk worden de gegevens uit de huisbezoeken aangevuld met informatie uit het ouderenonderzoek, dat in 2010 is uitgevoerd in Almelo, of de Twentse gezondheidsmonitor van 2012. Beide onderzoeken zijn uitgevoerd door de GGD. 3.1 Wonen en woonomgeving 3.1.1 Wonen Hoe bevalt het wonen u in deze buurt? Slecht Niet altijd goed 1% 1% 2% 2% Vrouw Man Goed 97% 97% Figuur 3.1 Tevredenheid woonomgeving/buurt De vraag over wonen is gesteld als gemakkelijke introductievraag, om het gesprek op gang te brengen en om de cliënt en wellicht ook de seniorenvoorlichter een beetje op gemak te stellen. Het wonen in de Schelfhorst bevalt het overgrote deel van de bezochte ouderen goed. Slechts 2% van de bezochte ouderen is niet altijd tevreden en 1% is ontevreden. Er worden wel enkele (kritische) opmerkingen gemaakt: - Straat gaat er wat bewoners betreft op achteruit. Buren laten honden uit in de tuin, dus stank. Soms geluidsoverlast. Gemeente onderhoud openbaar groen prima. - Is verhuisd naar Almelo kan niet aarden - Hondenpoep 3x - Gebrek aan parkeerplaatsen 2x - Gladheid 's winters bij container - De bovenburen geven overlast - Mag sinds kort zijn auto niet meer voor de deur parkeren Hoe bevalt de woning? Slecht Niet altijd goed 1% 0% 4% 1% Vrouw Man Goed 96% 99% Figuur 3.2 Tevredenheid woning Ook over de woning zelf zijn de meeste ouderen tevreden. 11

Man Vrouw Man Vrouw Heeft u verhuisplannen? 94% 6% 93% 7% Figuur 3.3 Verhuisplannen De meeste bezochte ouderen, 93%, hebben geen verhuisplannen. Daar is ook weinig reden toe, gezien het oordeel over de buurt en de woning. Mannen en vrouwen hebben over verhuizen dezelfde opvattingen. Uit het ouderenonderzoek van de GGD komt naar voren, dat 82% van de 75-plussers in Almelo niet van plan is om te verhuizen. Dit percentage is een gemiddelde voor heel Almelo. De ouderen in de Schelfhorst oordelen blijkbaar positiever over hun wijk, dan ouderen in andere wijken van Almelo. Er zijn allerlei redenen om te (moeten) verhuizen. Behalve ziekte en zorg wordt ook vaak genoemd dat het huis te groot is en/of het onderhoud van de tuin te zwaar. Zo lang men zich in huis nog goed kan redden, zal er weinig reden zijn om te verhuizen, maar is dat ook zo? Kunt u zich nog goed redden in uw woning? 12% 88% 8% 92% Figuur 3.4 Redzaamheid in de woning Ongeveer 10% van de bezochte ouderen kan zich niet meer goed redden in de woning, waar zij nu wonen. Vrouwen hebben hier wat vaker moeite mee, dan mannen, maar het verschil is klein. Aan de bezochte ouderen is gevraagd of zij mogelijkheden zien om zelf hun zelfredzaamheid in de woning te vergroten. Enkele opmerkingen: - Badkamer verbouwen met een douche i.p.v. bad - Hulp in huishouding, douchestoel, wandelstok - Toilet boven - Meer lage kastjes - Traplift, badkamer met aparte douche (moet nu in het bad douchen) - Hulp van kinderen - Opstapje om in en uit de douche te komen - Huishoudelijke hulp Meer hulp wordt het meest genoemd om zich beter in huis te kunnen redden, gevolgd door praktische aanpassingen. 3.1.2 Veiligheid Voelt u zich wel eens onveilig in uw woning? 12

Man Vrouw 87% 13% 89% 11% Figuur 3.6 Onveilig voelen in woning De vraag is met name gesteld om ouderen te wijzen op de risico s van voor- en achterdeuren die niet op slot zijn en het gemak, waarmee louche figuren zich in huis weten te praten. Van de bezochte ouderen voelt 11% zich wel eens onveilig in de woning. Dit percentage ligt bijna twee keer zo hoog, als het percentage bij SOEK in Hellendoorn. In het ouderenonderzoek van de GGD is ook naar veiligheidsgevoelens gevraagd. 4% van de 75- plussers voelt zich overdag wel eens onveilig; 14% voelt zich in de avond of nacht wel eens onveilig. Tegelijk rapporteren de ouderen, dat men deze gevoelens niet vaak heeft, maar soms of zelden. Enkele opmerkingen over veiligheidsgevoelens: - Je kunt niet zien wie er aan de deur is - Wegens inbraak - Mevrouw doet 's avonds de deur niet meer open - Huis heeft alarminstallatie - Last van hangjongeren - Omdat mevrouw alleen is, hoekwoning - Door middel van rolluiken is dat bereikt - Een scherm bij de voordeur zou wel een oplossing zijn - Er wordt wel eens s nachts aangebeld - Politiekeurmerk veiligheid 3.2 Gezondheid en zelfredzaamheid 3.2.1 Ervaren gezondheid Hoe zou u over het algemeen uw gezondheid willen noemen? Slecht 3% 3% Matig 26% 38% Goed 52% 61% Vrouw Man Zeer goed Uitstekend 6% 8% 3% 2% Figuur 3.7 Ervaren gezondheid Van de bezochte ouderen geeft 71% aan de eigen gezondheid (zeer) goed of uitstekend te vinden. Uit het ouderenonderzoek in Almelo kwam een vergelijkbaar percentage naar voren. 73% van de 75- plussers vindt de eigen gezondheid (zeer) goed tot uitstekend. 13

Man Vrouw Hoewel veel ouderen gezondheidsproblemen hebben, beoordelen zij hun eigen situatie niet per definitie als matig of slecht. Een derde van de bezochte ouderen beoordeelt de eigen gezondheid als matig. Slechts 3% vindt de eigen gezondheid slecht. Over het geheel genomen oordelen mannen wat positiever over hun gezondheid, dan vrouwen. 3.2.2 Zorgen Maakt u zich wel eens zorgen? 60% 40% 66% 34% Figuur 3.8 Zorgen Van de bezochte ouderen maakt 38% zich wel eens zorgen. Vrouwen maken zich vaker zorgen, dan mannen. Waar maakt u zich zorgen over? Anders Onveilig voelen Angst voor de toekomst Financiële zorgen Alleen zijn, eenzaamheid Overlijden van naaste Zorg om mijn (klein)kinderen Zorg om mijn partner Gebrek aan zorg Mijn geestelijke gezondheid Mijn lichamelijke gezondheid 5% 0% 2% 5% 4% 3% 7% 4% 3% 5% 3% 2% 0% 5% 7% 13% 14% 12% 29% 25% 27% 25% Vrouw Man Figuur 3.9 Zorgthema s De meeste zorgen zijn er over de kinderen en/of kleinkinderen en over de eigen lichamelijke gezondheid. Bij alle thema s zijn er verschillen tussen mannen en vrouwen. Opvallend is het hoge percentage mannen, dat zorgen heeft over de toekomst. Mannen hebben ook vaker financiële zorgen en voelen zich vaker onveilig dan vrouwen. Enkele andere zorgen, die ouderen benoemen: - Toestand in de wereld - Bang dat de hulp minder wordt - Kan ik hier wel blijven wonen - Reuma 14

Man Vrouw Man Vrouw 3.2.3 Beperkingen Zijn er dingen die u niet (meer) kunt doen vanwege uw gezondheid? 30% 70% 58% 42% Figuur 3.10 Door gezondheid iets niet kunnen Van de bezochte ouderen zegt 60% vanwege de gezondheid beperkingen te hebben op allerlei vlak. Vrouwen hebben vaker beperkingen, dan mannen. Dit beeld wordt door de GGD monitoren bevestigd. Wat kan men niet meer? Bukken, tillen, lopen 37% 35% Persoonlijke verzorging 11% 12% Vrouw Man Huishoudelijke taken 33% 46% Figuur 3.11 Beperkingen Het hoogst scoren de huishoudelijke taken. Ook mannen benoemen beperkingen op dit gebied. Dit duidt er op, dat oudere mannen zeker een handje meehelpen in het huishouden, zo lang zij dat tenminste nog kunnen. Meestal wordt een combinatie van beperkingen genoemd, dus bijvoorbeeld niet alleen beperkingen bij huishoudelijke taken, maar ook beperkingen in mobiliteit (bukken, tillen, lopen). Om problemen te voorkomen wordt het meest de ingezet op huishoudelijke hulp en thuiszorg. Ook is er vaak hulp van partner en kinderen. In de praktische sfeer biedt een slaapkamer beneden uitkomst. Verder worden bijvoorbeeld een traplift genoemd, een rollator, een scootmobiel en aanpassingen in de badkamer. 3.2.4 Zelfredzaamheid bij boodschappen doen Kunt u zelf de dagelijkse boodschappen doen? 21% 79% 13% 87% Figuur 3.12 Boodschappen Van de bezochte ouderen kan 82% nog zelfstandig boodschappen doen. Vrouwen hebben op dit vlak aanzienlijk meer problemen dan mannen. 15

Man Vrouw Man Vrouw Het boodschappen doen wordt vaak op allerlei manieren geregeld, zoals: - Met kinderen en kleinkinderen - Doen de dochters - Samen met dochter - Echtgenoot doet de boodschappen - Doen de kinderen - Doet de hulp - Samen met schoon- of kleindochter - Grote boodschappen met zoon 3.2.5 Zelfredzaamheid bij warm eten klaar maken Maakt u zelf elke dag warm eten klaar? 20% 80% 26% 74% Figuur 3.13 Warm eten 74% van de bezochte ouderen maakt elke dag warm eten klaar. Een kwart doet dit echter niet. Mannen hebben wat vaker problemen met warm eten klaar maken, dan vrouwen. Enkele opmerkingen, die bij deze vraag worden gemaakt: - Eet bij Friso - Food-Connect - Eet dagelijks bij zijn docchter - Kant en klaar maaltijden - Door partner - Eten bij de Kolckhof - Tafeltje-dek-je - Eet bij zoon en krijgt een maaltijd mee - Apetito 3.2.6 Zelfredzaamheid bij vervoer Heeft u wel eens problemen met vervoer, waardoor u ergens niet naartoe gaat, waar u wel naartoe had gewild? 74% 26% 88% 12% Figuur 3.14 Vervoer 20% van de bezochte ouderen heeft vervoersproblemen. Vrouwen hebben hier veel vaker last van dan mannen. Het percentage ligt hoog, vermoedelijk omdat veel oudere ouderen zijn bereikt. Uit het ouderenonderzoek van de GGD komt een vergelijkbaar percentage naar voren. 20% van de Almelose 75-plussers kan niet geheel zelfstandig gebruik maken van eigen of openbaar vervoer. Zie figuur 3.15. 16

Er zijn verschillende oorzaken voor vervoersproblemen. Het meest genoemd zijn het niet meer kunnen fietsen en auto rijden. Ook het slecht kunnen zien wordt vaak genoemd als reden om niet goed meer te kunnen fietsen of auto rijden. Tabel 3.1 Oorzaak vervoersproblemen Man Vrouw Totaal Aantal Aantal Aantal Ik durf niet meer alleen te fietsen. 4 19 23 Ik durf geen auto meer te rijden. 6 18 24 Ik weet niet wie ik moet vragen. 0 6 6 Ik vind de regiotaxi te duur. 0 2 2 Andere reden. 3 7 10 Andere redenen, die men noemt zijn: - Te duur - Gezondheid - Parkinson - Ziet heel slecht - Zit in scootmobiel - Visueel gehandicapt, in het donker autorijden is moeilijk - Parkeerproblemen in de stad - Haar gezondheid laat het niet meer toe dat ze buiten de deur komt - Geen rijbewijs Meest genoemde reden voor oplossing van vervoersproblemen is gebruik maken van de regiotaxi. Daarnaast doet men toch vaak een beroep op de kinderen, buren of andere familieleden of kennissen in de buurt. De gezondheidsmonitor van de GGD laat duidelijk zien, dat het aantal lichamelijke beperkingen toeneemt met de leeftijd en dat dit gelijk opgaat met een toename van de HDL-activiteiten die niet meer zelfstandig kunnen worden uitgevoerd. Een en ander is te zien in figuur 3.15. De zelfredzaamheid van ouderen neemt af met de leeftijd. In de Twentse gezondheidsmonitor is gevraagd in hoeverre men nog in staat is om dagelijkse activiteiten (HDL- activiteiten = Huishoudelijke en Dagelijkse Levensverrichtingen) geheel zelfstandig te doen. In figuur 3.15 zijn de percentages weergegeven van de ouderen, die minstens één HDL-activiteit niet zelfstandig kunnen uitvoeren. Van de groep 65-75 jaar kan 20% minstens één HDL-activiteit niet zelfstandig uitvoeren; bij de 75-plus groep is dat 60%. Uit figuur 3.15 blijkt dat de verschillen tussen jongere en oudere ouderen erg groot zijn. Vooral het zwaardere huishoudelijke werk, zoals stofzuigen en ramen zemen, gaat steeds meer problemen opleveren, evenals het bedden opmaken en verschonen. Voor deze activiteiten zal zeker hulp nodig zijn. Ontbijt of lunch klaar maken Lichte huishoudelijke werkzaamheden Warm eten klaar maken Gebruik maken van vervoer Boodschappen doen Kleren wassen en strijken Bedden verschonen en/of opmaken Zware huishoudelijke werkzaamheden 9% 0% 1% 5% 3% 4% 9% 10% 10% 18% 22% 32% 32% 34% 44% 49% 75-plus 65-75 jaar Figuur 3.15 HDL-activiteiten die men niet meer geheel zelfstandig uit kan voeren Bron: Gezondheidsmonitor GGD, 2012 17

Man Vrouw Man Vrouw 3.2.7 Vallen Bent u de laatste drie maanden wel eens gevallen? 82% 18% 91% 9% Figuur 3.16 Vallen Gemiddeld is 15% van de bezochte ouderen in de afgelopen 3 maanden gevallen. Uit het ouderenonderzoek van de GGD komt voor Almelo hetzelfde percentage naar voren. Vrouwen vallen ruim twee keer zo vaak als mannen. Tabel 3.2 Waar gevallen? Man Vrouw Totaal Aantal Aantal Aantal In huis 5 21 26 Buitenshuis 6 14 20 In tabel 3.2 wordt het werkelijk aantal gevallen ouderen gegeven (geen percentage). Totaal zijn er 46 ouderen gevallen. Er is vaker binnen- dan buitenshuis gevallen. 3.2.8 Medicijngebruik Gebruikt u medicijnen (op doktersvoorschrift)? 15% 85% 16% 84% Figuur 3.17 Medicijngebruik 85% van de bezochte ouderen gebruikt medicijnen. Er zijn geen verschillen tussen mannen en vrouwen. Kunt u zich met de medicijnen redden?, maar 5% 3% 1% 1% Vrouw Man 93% 96% Figuur 3.18 Redzaamheid met medicijnen 18

Man Vrouw De vraag naar medicijnen is niet bedoeld om te informeren naar welke medicijnen er worden gebruikt. De vraag is een aangrijpingspunt om te wijzen op mogelijkheden om het medicijngebruik goed te regelen, zoals met een medicijnen paspoort of door afspraken met de thuiszorg of apotheek. Ook wordt zo nodig gewezen op het verband tussen medicijngebruik en vallen. De meeste ouderen kunnen zich goed redden met de medicijnen. Enkele ouderen benadrukken, dat het wel goed gaat, maar dat het wel noodzakelijk is om daar afspraken over te maken. Vaak is het klaar zetten van de medicijnen een gezamenlijke afspraak tussen man en vrouw. In andere gevallen wordt de thuiszorg ingezet, de hulp, de apotheek of de kinderen. Ruim 4% van de bezochte ouderen kan zich niet goed redden met de medicijnen. 3.3 Tijdsbesteding 3.3.1 Bewegen Doet u regelmatig aan sport- of bewegingsactiviteiten? 35% 65% 21% 79% Figuur 3.19 Sportieve of beweegactiviteiten Van de bezochte ouderen zegt 71% regelmatig aan sport- of beweegactiviteiten te doen. Mannen bewegen meer dan vrouwen. Gezien de gezondheidsproblematiek van vrouwen (meer lichamelijke beperkingen en chronische ziekten dan bij mannen) is dit niet verwonderlijk. Voldoende bewegen wordt op oudere leeftijd steeds meer een probleem. Overigens is gevraagd naar regelmatig bewegen. Ouderen geven daar zelf een interpretatie aan, of dat inderdaad voldoende is, is onbekend. Gemiddeld doet bijna een derde van de bezochte ouderen niet regelmatig aan sport- of beweegactiviteiten. Uit de Twentse gezondheidsmonitor van 2012 komt een opvallend beeld naar voren van volwassenen en ouderen, die aan de beweegnorm voldoen (minimaal half uur per dag matig, intensief bewegen gedurende 5 dagen per week). Tijdens de SOEK-huisbezoeken wordt niet naar de beweegnorm gevraagd, alleen naar regelmatig bewegen. Bij de GGD monitor is nauwkeurig gevraagd hoeveel tijd (in minuten) en hoe vaak per dag en week aan verschillende activiteiten wordt besteed. Bovendien is rekening gehouden met afnemende fysieke kracht bij het ouder worden. 5 km wandelen is doorgaans voor een oudere een grotere inspanning, dan voor een jong volwassene. 19-35 jaar 35-50 jaar 62% 66% 50-65 jaar 65-75 jaar 75% 80% 75 jaar en ouder 49% Twente 67% Figuur 3.20 Voldoen aan beweegnorm Bron: Gezondheidsmonitor GGD 2012 19

Man Vrouw Uit figuur 3.20 blijkt dat 80% van de 65-75 jarigen voldoet aan de beweegnorm, maar dat dit percentage flink terug loopt bij de 75-plussers, de doelgroep van SOEK. De SOEK percentages vallen gunstiger uit, maar flatteren wellicht de werkelijkheid. Aan welke sport- en/of bewegingsactiviteiten doet u? Anders Fitness 16% 18% 16% 15% Zwemmen 7% 6% Werken in de tuin 34% 48% Wandelen Fietsen 55% 55% 55% 66% MBvO 4% 15% Vrouw Man Figuur 3.21 Beweegactiviteiten Fietsen, wandelen en in de tuin werken zijn het meest populair, zowel bij mannen, als bij vrouwen en dit blijft zo ook al wordt men ouder. Uit de SOEK-registratie blijkt verder, dat als ouderen bewegen, zij vaak meerdere activiteiten benoemen. In de categorie anders worden nogal wat verschillende activiteiten genoemd. Enkele genoemde bewegingsactiviteiten: - Golfen - Fysio in Meulenbelt - Biljarten - Koersbal - Tennissen - Hele dag poetsen in huis - Hometrainer - Fysiotherapie - Bowlsbal - Klootschieten - Gym - Volksdansen - Tai chi 3.3.2 Recreatieve bezigheden Heeft u recreatieve bezigheden? 5% 95% 12% 88% Figuur 3.22 Recreatieve bezigheden 20