Jaarverslag Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Levensmiddelenbedrijf

Vergelijkbare documenten
jaarverslag Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Levensmiddelenbedrijf

stichting pensioenfonds wonen

Strengere regels voor pensioenfondsen

VERKORT JAARVERSLAG 2016

Terugblik 2011 in cijfers

VERKORT JAARVERSLAG 2017

SPNG. veranderingen. was voor. een jaar van grote. Verkort jaarverslag 2013 >

Jaarverslag stichting bedrijfstakpensioenfonds voor het levensmiddelenbedrijf

Stichting Pensioenfonds. voor. Verloskundigen

JAAR. stichting bedrijfstakpensioenfonds voor het levensmiddelenbedrijf VERSLAG

Het jaarverslag 2012 in vogelvlucht

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland

jaarverslag Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Levensmiddelenbedrijf

voor de beleggingscommissie van Stichting Pensioenfonds voor Verloskundigen (hierna: SPV).

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram

Een overzicht van de kerncijfers vindt u op <pagina 8 en 9> van het volledige jaarverslag.

Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Levensmiddelenbedrijf

Verkort jaarverslag

TRANSPARANTIEDOCUMENT

Stichting Metro Pensioenfonds Populair jaarverslag 2008

Informatiebijeenkomst Pensioenen: actueler dan ooit. Oktober 2013

Pensioen in beweging. Lenteakkoord 2012, Hoofdlijnennota herziening FTK en Septemberpakket

Stichting Voorzieningsfonds Getronics 5 februari Stand van zaken SVG. 1 van 20

Stichting Pensioenfonds Hoogovens (SPH) Update voor ledenvergadering VHP Tata Steel

Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden. Oktober 2013

Verkort jaarverslag 2013

Profielschets lid Raad van Toezicht. 6 maart 2018

Deelnemersbijeenkomsten. Grolsch Pensioenfonds

Reglement Raad van Toezicht. van de. Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland

Later AOW en pensioen

2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

Profielschets lid Raad van Toezicht. 20 mei 2019

Profielschets lid Verantwoordingsorgaan oktober 2016

Pensioenbijeenkomst. 22 maart 2018

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

Deelnemersbijeenkomst

Wanneer gaat u met pensioen: eerder of later? AOW-leeftijd verschuift opnieuw

Pensioen-Bijeenkomst. 23 maart 2017

Verder in deze nieuwsbrief een samenvatting van het rapport van de visitatiecommissie.

Transparantiedocument organisatie van Stichting Pensioenfonds Wonen

De dekkingsgraad van het Pensioenfonds is bijna elke maand anders. Dat komt vooral door de rentestand en onze beleggingsopbrengsten.

stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de detailhandel Verkort jaarverslag 2007

Communicatieplan Stichting Pensioenfonds Deutsche Bank Nederland

Informatiebijeenkomst deelnemers SPF 2016

Verkort Jaarverslag 2014

2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG

jaarverslag Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Levensmiddelenbedrijf

Verkort jaarverslag 2012

Dit jaarbericht is een verkorte en eenvoudiger te lezen versie van het jaarverslag Met het jaarbericht willen we u de gelegenheid bieden om

Informatiebijeenkomst

Transparantiedocument

Communicatiekalender 2017 en 2018

Herstelplan 2015 Compartiment SPDHV

Pensioenactualiteiten

Pensioen Informatie sessie

Stichting Pensioenfonds Deutsche Bank Nederland

Eerste observaties septemberpakket. KCM fiduciair management 26 september 2012

delta lloyd pensioenfonds Over het jaar 2012

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan

POPULAIR JAARVERSLAG 2013

Actuariële en Bedrijfstechnische Nota. Nota, waarin het beleid van het fonds op alle relevante gebieden beschreven wordt.

Beschrijving Pension Fund Governance Stichting Bedrijfspensioenfonds voor het Bakkersbedrijf

Datum Briefnummer Behandeld door Doorkiesnummer N.W. Dijkhuizen 630

Deelnemers Het fonds betaalt maandelijks pensioen aan deelnemers. gaan in de toekomst pensioen ontvangen. 2,05%

Stichting bedrijfstakpensioenfonds voor het levensmiddelenbedrijf

Communicatieplan. Stichting Pensioenfonds PepsiCo Nederland November Versie

Persbericht. ABP verlaagt pensioen in 2013 met 0,5% Ondanks goed rendement stijgt dekkingsgraad in 2012 onvoldoende

2009: een actief jaar met interessante ontwikkelingen

Nieuw bestuurslid Ronald van Hees over ontwikkelingen bij SBZ

Wijziging uitvoerder & pensioenregeling november 2014

Verkort jaarverslag 2016

Stichting Pensioenfonds SMIT. Bestuursreglement V120620

Transparantiedocument

2010: jaar van herstel

Stichting Pensioenfonds Avery Dennison. Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Oegstgeest, 3 september 2018

Pensioeninformatiebijeenkomst over herstelplan 2009

Stichting Pensioenfonds Avery Dennison. Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Leiden, 3 september 2012

stichting pensioenfonds wonen Verkort jaarverslag 2008

Update! WIJZIGINGEN PENSIOENREGELING PER 1 JANUARI bpfhibin.nl

De pensioenleeftijd zal omhoog gaan

Welkom namens. Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK. AMSTERDAM, 26 juni 2014

Deelnemerspresentatie november 2018

Verkort jaarverslag 2013

Ontwikkelingen in 2012

Deelnemersvergadering Stichting Pensioenfonds Thales Nederland. 20 juni 2013

Welkom namens. Stichting Pensioenfonds van de KAS BANK. AMSTERDAM, 25 juni 2015

2010: Pensioen wereld volop in de schijnwerpers

Verkort jaarverslag PHI 2012

Belanghebbendenvergadering. 24 september 2015

Reglement Verantwoordingsorgaan. van de. Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf

Aanpassing pensioenregeling een must. Presentatie: Marcel Brussee / voorzitter SPH Kees Lekkerkerker / directeur HRM

RBS pensioen update. Van premie tot pensioen

Samenvatting van het Financieel crisisplan van Bpf Meubel

Wat is nu precies de rol van de werkgever, de vakbonden en het bestuur van het pensioenfonds?

Transcriptie:

Jaarverslag 2012 Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Levensmiddelenbedrijf

Voorwoord 01

Het bestuur van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Levensmiddelenbedrijf geeft in dit jaarverslag inzage in de werkzaamheden, het beleid en de pensioenontwikkelingen gedurende het jaar 2012. Het bestuur verstrekt duidelijkheid over en draagt verantwoording af voor de financiële positie en de resultaten van het fonds. Dit jaarverslag is opgesteld in overeenstemming met de richtlijnen voor de jaarverslaggeving. Eind 2011 was de dekkingsgraad van het pensioenfonds 104%. In de tweede helft van 2012 onstond er een lichte stijging van de dekkingsgraad. De stijging van de dekkingsgraad was het gevolg van de nieuwe rentetermijnstructuur (RTS) ultimo september waarbij voor het eerst gebruik wordt gemaakt van een zogenaamde Ultimate Forward Rate (UFR). Eind 2012 was de dekkingsgraad 111% waardoor het fonds geen dekkingstekort meer heeft. In 2012 heeft het bestuur uitvoerig stilgestaan bij de deskundigheid van het bestuur. Het bestuur wil niet alleen beschikken over voldoende kennis maar ook over de noodzakelijke competenties om daadkrachtig en effectief de functie uit te oefenen. Vooruitlopend op de nieuwe wetgeving op het gebied van governance, heeft het bestuur met elkaar gesproken over de toekomstige inrichting van het bestuur en alle bijbehorende organen. Risicomanagement is een belangrijk onderwerp van gesprek geweest in 2012. Het bestuur heeft eerst bepaald op welke wijze de risico s worden geïnventariseerd. Vervolgens zijn er afspraken gemaakt over de wijze waarop risicomanagement ingebed kan worden in de bestuurlijke organisatie. Het bestuur bedankt iedereen die in het verslagjaar heeft bijgedragen aan het goed functioneren van het pensioenfonds. J. Suarez Menendez H.H. van der Geest Werknemersvoorzitter Werkgeversvoorzitter 02

Inhoud 03

Voorwoord 01 Meerjarenoverzicht - Aantallen en Regeling 08 Meerjarenoverzicht - Financieel 09 1 Over het fonds 11 1.1 Het fonds 12 1.1.1 Naam en vestigingsplaats 12 1.1.2 Doelstelling 12 1.1.3 Samenwerkende organisaties 12 1.1.4 Externe partijen 13 1.2 Het bestuur 13 1.2.1 Samenstelling 13 1.2.2 Bestuurlijke commissies 13 1.3 De visitatiecommissie 15 1.4 Het verantwoordingsorgaan 15 1.5 De deelnemersraad 16 1.6 Het bestuursbureau 16 2 Bestuursverslag - Ontwikkelingen 17 2.1 Ontwikkelingen regelgeving en overheidsbeleid 18 2.1.1 Pensioenakkoord 18 2.1.2 Verhoging AOW-leeftijd betekent inkomensgat 18 2.1.3 Minder fiscale mogelijkheden opbouw pensioen 18 2.1.4 Pas in 2015 nieuw FTK 18 2.1.5 Eerste aspecten nieuw FTK wel in 2012 van kracht 18 2.2 Goed pensioenfondsbestuur 19 2.2.1 Governance en medezeggenschap 19 2.2.2 Uitbreiding bestuursbureau 19 2.2.3 Deskundigheid 19 2.2.4 Vergoeding bestuursleden 19 2.2.5 Naleving gedragscode 20 2.3 Risicomanagement 20 2.4 Toezichthouders 21 2.4.1 Autoriteit Financiële Markten (AFM) 21 2.4.2 De Nederlandsche Bank (DNB) 21 2.5 Pensioenaangifte 21 2.6 Communicatie 21 2.6.1 Aandacht voor landelijke campagnes 21 2.6.2 Bezoek, actualiteit en vernieuwing website 22 2.7 Vergaderonderwerpen 22 3 Bestuursverslag - Beleid 25 3.1 Financiële paragraaf 26 3.1.1 Dekkingsgraad 26 3.1.2 Evaluatie herstelplan 27 3.1.3 Het financiële crisisplan 27 3.1.4 Premie 27 3.1.5 Toeslag 28 3.1.6 VPL-regeling 28 3.1.7 Kosten uitvoering 29 3.1.8 Toekomst 30 3.2 Pensioenparagraaf 30 3.2.1 Wijzigingen in het pensioenreglement 30 3.2.2 Wijzigingen in het uitvoeringsreglement 31 3.2.3 Wijzigingen in de statuten 31 3.2.4 Toekomst 31 3.3 Beleggingsparagraaf 31 3.3.1 Terugblik economie en financiële markten 31 3.3.2 Gevoerd beleid en resultaten 2012 32 3.3.3 Afdekking renterisico 35 3.3.4 Verantwoord beleggen 35 3.3.5 Vooruitzichten 36 3.3.6 Z-score en performance toets 36 3.3.7 Toekomst 36 3.4 Actuariële paragraaf 37 3.4.1 Actuariële analyse 37 3.4.2 Uitkomst van de solvabiliteitstoets 38 3.4.3 Oordeel certificerend actuaris over de financiële positie 38 3.5 Risicoparagraaf 39 3.5.1 Renterisico 39 3.5.2 Risico zakelijke waarden 39 3.5.3 Valutarisico 39 3.5.4 Grondstoffenrisico 39 3.5.5 Kredietrisico 39 3.5.6 Verzekeringstechnisch risico 40 3.5.7 Liquiditeitsrisico 40 3.5.8 Concentratierisico 40 3.5.9 Operationeel risico 40 3.5.10 Toekomst 40 3.6 Slotopmerkingen 40 Bijlage 1 Mutatieoverzicht 41 4 Verslag van het Verantwoordingsorgaan 43 4.1 Algemeen 44 4.2 Bevindingen 44 4.3 Oordeel 45 4.4 Aanbevelingen 45 4.5 Reactie van het bestuur op het oordeel van het verantwoordingsorgaan 45 5 Verslag van de Deelnemersraad 47 5.1 Jaarverslag 2012 48 5.2 Actuariële en bedrijfstechnische nota (ABTN) 48 5.3 Flexibiliserings- en afkoopfactoren 48 5.4 Toeslagverlening (per 1 januari 2013) 48 5.5 Franchise 2013 48 5.6 Kostendekkende premie 2013 49 5.7 Reglementen en statuten 49 5.8 Crisisplan 49 5.9 Platform Deelnemersraden 49 04

6 Jaarrekening 51 6.1 Balans per 31 december 52 6.2 Staat van baten en lasten 53 6.3 Kasstroomoverzicht 55 6.4 Algemene toelichting 56 6.4.1 Inleiding 56 6.4.2 Overeenstemmingsverklaring 56 6.4.3 Schattingswijzigingen 56 6.4.4 Stelselwijziging bestemmingsreserve VPL-regeling 56 6.4.5 Algemene grondslagen 57 6.4.6 Specifieke grondslagen 58 6.4.7 Grondslagen voor de resultaatbepaling 60 6.4.8 Grondslagen kasstroomoverzicht 62 6.5 Toelichting op de balans 63 6.5.1 Beleggingen voor risico fonds en risico deelnemers 63 6.5.2 Vorderingen en overlopende activa 68 6.5.3 Overige activa 69 6.5.4 Stichtingskapitaal en reserves 69 6.5.5 Technische voorzieningen 73 6.5.6 Voorziening pensioenverplichtingen voor risico deelnemers 75 6.5.7 Overige schulden en overlopende passiva 75 6.5.8 Risicobeheer en derivaten 75 6.5.9 Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen 82 6.5.10 Verbonden partijen 82 6.6 Toelichting op de staat van baten en lasten 83 6.6.1 Premiebijdragen risico pensioenfonds 83 6.6.2 Premiebijdragen risico deelnemers 84 6.6.3 Beleggingsresultaten risico fonds en risico deelnemers 84 6.6.4 Overige baten 85 6.6.5 Pensioenuitkeringen 86 6.6.6 Pensioenuitvoeringskosten 86 6.6.7 Pensioenopbouw 87 6.6.8 Indexering en overige toeslagen 87 6.6.9 Rentetoevoegingen 88 6.6.10 Onttrekking pensioenuitkeringen en pensioenuitvoeringskosten 88 6.6.11 Wijziging marktrente 88 6.6.12 Wijziging overige actuariële uitgangspunten 88 6.6.13 Wijziging in verband met inkoop VPL 89 6.6.14 Saldo overdracht van rechten 89 6.6.15 Overige wijzigingen 89 6.6.16 Mutatie pensioenverplichtingen voor risico deelnemers 90 6.6.17 Belastingen 90 6.6.18 Ondertekening 90 7 Overige gegevens 91 7.1 Statutaire regeling omtrent de bestemming van het saldo van baten en lasten 92 7.2 Gebeurtenissen na balansdatum 92 7.3 Actuariële verklaring 92 7.4 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 93 Bijlage 2 Begrippenlijst 95 05

06

Meerjarenoverzicht 07

Meerjarenoverzicht Aantallen en Regeling 2012 2011 2010 2009 2008 Aantallen Werkgevers ultimo 3.151 3.285 3.269 3.346 3.221 Deelnemers ultimo (exclusief arbeidsongeschikten) 74.656 75.927 73.398 74.663 64.993 Gewezen deelnemers ultimo 148.341 146.962 145.451 171.158 158.994 Pensioengerechtigden Ouderdomspensioen 7.891 7.069 6.138 5.384 5.001 Partnerpensioen 2.478 2.383 2.282 2.187 2.084 Wezenpensioen 179 189 190 167 156 Arbeidsongeschiktheidspensioen 395 413 433 445 455 Pensioenregeling 2004 Premie - Ouderdomspensioen en partnerpensioen 19,55% 19,55% 19,55% 19,55% 19,55% Premie - Prepensioen 4,30% 4,30% 4,30% 4,30% 4,30% Opbouwpercentage - Ouderdomspensioen 1,87% 2,00% 2,00% 2,00% 2,00% Opbouwpercentage - Partnerpensioen 1,31% 1,40% 1,40% 1,40% 1,40% Opbouwpercentage - Prepensioen 1,87% 2,00% 2,00% 2,00% 2,00% Franchise OP/PP 17.597 17.423 17.423 16.321 15.846 Premiepercentage regeling voormalig Melk & Zuivel Premie - Ouderdomspensioen en partnerpensioen 11,50% 11,50% 11,50% 11,50% 11,50% Opbouwpercentage - Ouderdomspensioen 0,56% 0,60% 0,60% 0,60% 0,60% Opbouwpercentage - Partnerpensioen 0,39% 0,42% 0,42% 0,42% 0,42% Opbouwpercentage - Prepensioen 1,87% 2,00% 2,00% 2,00% 2,00% Pensioenregeling 2006 Premie - Ouderdomspensioen en partnerpensioen 18,50% 18,30% 18,30% 18,30% 18,30% Premie - Overgangsmaatregelen 1,40% 1,40% 1,40% 1,40% 1,40% Opbouwpercentage - Ouderdomspensioen 2,10% 2,25% 2,25% 2,25% 2,25% Opbouwpercentage - Partnerpensioen 1,470% 1,575% 1,575% 1,575% 1,575% Franchise 14.415 14.272 14.272 13.370 12.981 Toeslag op pensioen en pensioenaanspraken Actieven 0,00% 0,00% 0,00% 1,35% 0,00% Gewezen deelnemers en pensioengerechtigden 0,00% 0,00% 0,00% 0,22% 0,00% 08

Meerjarenoverzicht Financieel 2012 2011 1 2010 2009 2008 Feitelijke premie (excl. aanvullende pensioenregeling) 2 127.675 122.488 134.572 146.254 121.424 Kostendekkende premie 170.870 151.203 148.518 164.216 94.855 Gedempte premie 125.647 128.209 142.846 135.873 116.550 Uitkeringen 38.166 30.554 31.386 19.710 17.542 Pensioenuitvoeringskosten 3 8.600 9.404 10.724 7.611 6.879 Pensioenuitvoeringskosten per actieve deelnemer/ pensioengerechtigde 96,98 105,48 130,08 91,87 94,64 Uitvoeringskosten Vermogensbeheer 4 15.124 7.649 n.v.t. n.v.t. n.v.t. Uitvoeringskosten Vermogensbeheer in percentage van het gemiddeld belegd vermogen 0,58% 0,37% n.v.t. n.v.t. n.v.t. Beleggingsopbrengsten voor risico fonds (incl. hedge) 308.538 271.832 224.987 82.255 17.234 Beleggingsrendement (excl. rente- en valutahedge) n.v.t. n.v.t. 8,5% 14,4% -19,0% Benchmark (excl. rente- en valutahedge) n.v.t. n.v.t. 8,2% 14,7% -17,4% Beleggingsrendement (incl. rente- en valutahedge) 12,8% 13,1% n.v.t. n.v.t. n.v.t. Benchmark (incl. rente- en valutahedge) 11,8% 16,1% n.v.t. n.v.t. n.v.t. Z-score -0,24 0,25 0,13-0,21-0,77 Performancetoets 0,90 1,00 0,43 0,32 0,36 Technische voorzieningen 2.420.312 2.199.800 1.810.758 1.458.886 1.376.957 Pensioenvermogen 2.674.568 2.291.732 2.028.950 1.712.696 1.503.327 Reserves (exclusief VPL) 254.256 91.932 218.192 253.810 126.370 Aanwezige dekkingsgraad 111% 104% 112% 117% 109% Vereiste dekkingsgraad 113% 115% 115% 117% 114% Reële dekkingsgraad 58% 51% 60% 59% 74% Resultaat 189.333-104.732-35.618 127.405-367.401 1 Wegens een stelselwijziging (zie toelichting in paragraaf 6.4.4) zijn de 2011 cijfers in bovenstaand overzicht aangepast voor vergelijkingsdoeleinden. De cijfers wijken om die reden op onderdelen af van het jaarverslag over verslagjaar 2011. 2 De aanvullende pensioenregeling is de door werkgevers af te sluiten vrijwillige regeling om pensioen op te bouwen boven het maximum pensioengevend salaris. Deze regeling wordt ook excedent-regeling genoemd. 3 In 2010 zijn er veel pensioenaanspraken afgekocht, dit was een eenmalige actie. De pensioenuitvoeringskosten waren hierdoor in 2010 fors hoger dan in de jaren ervoor en erna. 4 Het normresultaat voor de matching portefeuille is gelijkgesteld aan het werkelijke resultaat. Voor 2012 zijn zowel de beheerkosten als de transactiekosten verantwoord. Voor 2011 zijn alleen de beheerkosten opgenomen. Er zijn geen gegevens beschikbaar over de jaren voor 2011. Vanaf 2009 wordt de aanvullende pensioenregeling separaat weergegeven in het jaarverslag en de jaarrekening. De vergelijkende cijfers 2008 in het meerjarenoverzicht betreffen alleen de basisregeling. 09

10

1 Over het fonds 11

1.1 Het fonds Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Levensmiddelenbedrijf ( het fonds ) heeft verschillende organen, zoals het bestuur, diverse commissies en de deelnemersraad. Daarnaast is er een aantal externe partijen intensief bij het fonds betrokken. In dit hoofdstuk vindt u een overzicht van de bestuursorganen en externe partijen. Allereerst volgen de doelstelling en een aantal algemene gegevens van het fonds. 1.1.1 Naam en vestigingsplaats Het fonds is opgericht op 1 november 1968 en is statutair gevestigd in Utrecht. Het fonds is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel in Utrecht onder nummer 41178959 en is aangesloten bij de Vereniging voor Bedrijfstakpensioenfondsen (VB). De laatste statutenwijziging vond plaats op 27 september 2012. 1.1.2 Doelstelling Doelstelling van het fonds is het verlenen van pensioenen aan deelnemers, gewezen deelnemers en hun nabestaanden met inachtneming van de statuten en reglementen. Het fonds realiseert dit doel door premies te innen bij de aangesloten ondernemingen. De gelden worden belegd en beheerd en het fonds doet daaruit uitkeringen bij ouderdom, overlijden en arbeidsongeschiktheid. 1.1.3 Samenwerkende organisaties De volgende organisaties benoemen leden in het bestuur, het verantwoordingsorgaan en/of de deelnemersraad: Vakcentrum Levensmiddelen (Vakcentrum) Blekerijlaan 1 3447 GR Woerden (0348) 41 97 71 Vereniging van Grootwinkelbedrijven in Levensmiddelen (VGL) Postbus 182 2260 AD Leidschendam (070) 444 25 87 FNV Bondgenoten (FNV) Postbus 9208 3584 BW Utrecht 0900-9690 CNV Dienstenbond (CNV) Postbus 3135 2130 KC Hoofddorp (023) 565 10 52 12

1.1.4 Externe partijen Het fonds werkt samen met de volgende externe partijen: Uitvoeringsorganisatie Het fonds heeft de pensioenuitvoering uitbesteed aan Syntrus Achmea Pensioenbeheer N.V. (Syntrus Achmea). Het (fiduciair) vermogensbeheer is uitbesteed aan Kempen Capital Management N.V. (KCM). De custodian en beleggingsadministrateur van het fonds is Kasbank N.V. (KAS BANK). Certificerend actuaris De heer H. D. Panneman AAG, Sprenkels & Verschuren B.V., Amsterdam. Controlerend accountant De heer J.P. Faber RA, KPMG Accountants N.V., De Meern. Toetsing naleving gedragscode De heer T.A. Van der Woerd, KPMG, Amstelveen. 1.2 Het bestuur 1.2.1 Samenstelling Het paritaire bestuur is op 31 december 2012 als volgt samengesteld: Leden werkgevers Benoemd tot Organisatie De heer H.H. van der Geest 1-1-2014 Vakcentrum De heer H.B.M. ten Have 1-1-2015 Vakcentrum Mevrouw mr. P.E.H. Hoogstraaten 1-1-2017 Vakcentrum De heer drs. J. Kat 1-1-2017 VGL De heer drs. P.J. Verhoog 1-1-2016 VGL Leden werknemers Benoemd tot Organisatie Mevrouw I. van Duijn-Pennenburg1 1-1-2014 FNV De heer J.M.J.J. de Keijzer 1-1-2015 FNV De heer J. Suarez Menendez 1-1-2017 FNV Mevrouw mr. N. Poelgeest 1-1-2017 CNV De heer G.J. Seffinga 1-1-2016 CNV 1 Mevrouw Van Duijn-Pennenburg is per 1 januari 2013 teruggetreden uit het bestuur. In 2012 was de heer Van der Geest werkgeversvoorzitter en mevrouw Van Duijn-Pennenburg was werknemersvoorzitter. De heer Van der Geest leidde in 2012 de vergaderingen. De samenstelling van het bestuur is in 2012 gewijzigd. Per 1 september 2012 is de heer Filippini teruggetreden als bestuurslid. De heer Seffinga heeft hem opgevolgd als bestuurslid. De (her)benoemingsprocedure is in 2012 gewijzigd. Deze gewijzigde procedure is verwerkt in bovenstaande tabel. 1.2.2 Bestuurlijke commissies In verband met de vele complexe taken van het bestuur heeft het fonds een aantal bestuurlijke commissies ingesteld. Deze commissies doen voorbereidend werk in kwesties waarover het bestuur een besluit moet nemen. Zij kunnen dieper ingaan op de achtergronden en consequenties van te nemen beleidsbeslissingen en vervolgens het bestuur hierover adviseren. 13

In 2012 waren de volgende bestuurlijke commissies werkzaam: Beleggingsadviescommissie De beleggingsadviescommissie heeft de volgende taken: Het gevraagd en ongevraagd uitbrengen van advies aan het bestuur ten aanzien van het strategische beleggingsbeleid. Het toetsen van voorstellen met betrekking tot het jaarlijks beleggingsplan en het uitbrengen van advies aan het bestuur over het jaarlijks beleggingsplan. Het besluiten over alternatieven voor de uitvoering van het vermogensbeheer binnen het kader van het door het bestuur goedgekeurde beleggingsplan en beleggingsrichtlijnen. Het monitoren en evalueren van het proces bij KCM gericht op de selectie, evaluatie en ontslag van beleggingsinstellingen en externe vermogensbeheerders. Het monitoren en evalueren van de handelingen van KCM gericht op de implementatie van het beleggingsbeleid. Het monitoren en evalueren van de behaalde beleggingsresultaten. Het monitoren en evalueren van de handelingen van KAS BANK gericht op de bewaarneming in engere zin, de beleggingsadministratie, de resultaatmeting en de compliance monitoring (controle op naleving van beleggingsrichtlijnen). De commissie vergadert minimaal vier maal per jaar, voorafgaand aan de bestuursvergadering. Daarnaast is de afgelopen jaren de noodzaak gebleken om ook tussentijds te vergaderen. De beleggingsadviescommissie wordt ondersteund door een externe deskundige (de heer Jeurissen) die structureel onderdeel uitmaakt van de commissie. De externe deskundige heeft geen stemrecht. De samenstelling is op 31 december 2012 als volgt: Mevrouw mr. N. Poelgeest De heer H.B.M. ten Have De heer drs. J. Kat (voorzitter) De heer J. Suarez Menendez De heer T. Jeurissen (externe deskundige) Financiële Commissie Vanuit een adviserende taak heeft de financiële commissie de volgende taken en bevoegdheden: Het verrichten van de eerste bestuurlijke toets op het jaarwerk. Het zijn van het primaire bestuurlijke contact met de certificerend actuaris en de controlerend accountant en het toezien op de opvolging van de aanbevelingen van deze externe deskundigen. Het toetsen van de uitbesteding van het pensioenbeheer aan Syntrus Achmea op de volgende aspecten: - kwaliteit van de uitvoeringsovereenkomsten; - de mate van marktconformiteit van de servicenormen voor het pensioenbeheer; - de mate van marktconformiteit van de wijze waarop de pensioenuitvoerder de processen beheerst, heeft georganiseerd en geautomatiseerd; - de verhouding tussen prijs en kwaliteit; - beoordeling van de uitvoering pensioenbeheer (in relatie tot gemaakte afspraken); - toezien op de kwaliteit van de uitvoering en de ontwikkeling daarin. Deze commissie vergadert minimaal vier maal per jaar, voorafgaand aan de bestuursvergadering. De samenstelling is op 31 december 2012 als volgt: Mevrouw I. van Duijn-Pennenburg De heer H.H. van der Geest (voorzitter) De heer G.J. Seffinga De heer drs. P.J. Verhoog Communicatiecommissie De communicatiecommissie vergadert minimaal vier keer per jaar voorafgaand aan de bestuursvergadering. Vanuit een adviserende taak heeft de communicatiecommissie de volgende taken en bevoegdheden: Het verrichten van de eerste bestuurlijke toets op het communicatiejaarplan en het communicatiebeleidsplan en hier gedurende het jaar input voor leveren. Het bewaken en eventueel bijstellen van communicatieplannen. Het vaststellen van communicatie-uitingen. Het voeren van overleg met de communicatieadviseur. 14

De samenstelling is op 31 december 2012 als volgt: De heer G.J. Seffinga Mevrouw mr. P.E.H. Hoogstraaten De heer J.M.J.J. de Keijzer (voorzitter) De heer drs. P.J. Verhoog In 2012 zijn, naast de bestaande commissies twee tijdelijke werkgroepen ingericht. Deze werkgroepen houden zich bezig met Risicomanagement en Deskundigheid/Governance. In paragraaf 2.2 en 2.3 wordt hier nader op ingegaan. 1.3 De visitatiecommissie Voor het intern toezicht is gekozen voor een visitatiecommissie die eenmaal per drie jaar de volgende onderwerpen beoordeelt: beleids- en bestuursprocedures en processen; de wijze waarop de uitvoering van de regeling wordt bestuurd en aangestuurd; de wijze waarop wordt omgegaan met de risico s op de langere termijn voor (de dekkingsgraad van) het fonds. De visitatiecommissie bestaat uit 3 leden: De heer drs. J. Groenewoud De heer H.J. Strang RA De heer D. Wenting AAG RBA Aan het begin van 2012 heeft een visitatie plaatsgevonden. Hierover is gerapporteerd in het jaarverslag over 2011. 1.4 Het verantwoordingsorgaan Het bestuur legt aan het verantwoordingsorgaan verantwoording af over het beleid en de wijze waarop het is uitgevoerd. Tevens legt het bestuur verantwoording af over de naleving van de Principes voor goed pensioenfondsbestuur zoals vastgesteld door de Stichting van de Arbeid (STAR) op 16 december 2005. Het verantwoordingsorgaan heeft de bevoegdheid een oordeel te geven over het handelen van het bestuur, over het door het bestuur uitgevoerde beleid, alsmede over beleidskeuzes voor de toekomst. De werkwijze is zodanig dat waar mogelijk wordt samengewerkt met de deelnemersraad teneinde overlapping te voorkomen. De verantwoording die het bestuur aflegt aan het verantwoordingsorgaan is onderdeel van de jaarverslagcyclus. Het verantwoordingsorgaan bestaat uit negen leden: vijf namens de deelnemers, twee namens pensioengerechtigden en twee namens werkgevers. De leden zijn benoemd door het Vakcentrum, de VGL, de FNV en het CNV. In 2012 zijn twee vacatures vervuld. De heren Heikoop en Van der Beek zijn toegetreden tot het verantwoordingsorgaan. Het verantwoordingsorgaan is op 31 december 2012 als volgt samengesteld: Leden (deelnemers) Benoemd tot Organisatie De heer L.C.G.M. Massop 01-01-2014 FNV Mevrouw M. Schults 01-01-2014 FNV De heer T. Teklenburg 01-01-2014 FNV De heer P.A. Heikoop 01-01-2014 CNV De heer R. van der Beek 01-01-2014 CNV Leden (pensioengerechtigden) Benoemd tot Organisatie De heer L. J. van Uden 01-01-2014 CNV Vacature - - Leden (werkgevers) Benoemd tot Organisatie De heer W.G. van den Brink 01-01-2014 VGL De heer H. Ploegmakers 01-01-2014 Vakcentrum De heer Van den Brink was in 2012 voorzitter, de heer Teklenburg was plaatsvervangend voorzitter. 15

1.5 De deelnemersraad De deelnemersraad adviseert het bestuur gevraagd of uit eigen beweging over aangelegenheden die het fonds betreffen. Het bestuur stelt de deelnemersraad in ieder geval in de gelegenheid advies uit te brengen over elk te nemen besluit van het bestuur tot: a. het nemen van maatregelen van algemene strekking; b. wijziging van de statuten en reglementen van het fonds; c. vaststelling van het jaarverslag, de jaarrekening, de actuariële en bedrijfstechnische nota en een langetermijnherstelplan; d. vermindering van de verworven pensioenaanspraken en pensioenrechten; e. het vaststellen en wijzigen van het toeslagbeleid, dan wel het verlenen van toeslag; f. gehele of gedeeltelijke overdracht van de verplichtingen van het fonds of de overname van verplichtingen door het fonds; g. liquidatie van het fonds; h. het sluiten, wijzigen of beëindigen van een uitvoeringsovereenkomst; i. het terugstorten van premie of geven van premiekorting. De deelnemersraad bestaat uit zes leden: vijf deelnemers en een pensioengerechtigde. De leden zijn benoemd door het CNV en de FNV. In 2012 zijn de heer Heikoop en de heer Van der Beek tot de deelnemersraad toegetreden. De deelnemersraad is op 31 december 2012 als volgt samengesteld: Leden (deelnemers) Benoemd tot Organisatie De heer L.C.G.M. Massop 01-01-2014 FNV Mevrouw M. Schults 01-01-2014 FNV De heer T. Teklenburg 01-01-2014 FNV De heer P.A Heikoop 01-01-2014 CNV De heer R. van der Beek 01-01-2014 CNV Leden (pensioengerechtigden) De heer L. J. van Uden 01-01-2014 CNV De heer Teklenburg was in 2012 voorzitter, mevrouw Schults was plaatsvervangend voorzitter. 1.6 Het bestuursbureau Het bestuursbureau richt zich op de beleidsvoorbereiding en evaluatie ten behoeve van het bestuur en de commissies. Onder andere de volgende taken worden onderscheiden: a. de beleids- en administratieve ondersteuning van het bestuur en de commissies; b. het onderhouden van externe relaties; c. het beheer en de evaluatie van de contracten die zijn overeengekomen met de partijen belast met de uitvoering van het vermogensbeheer en de pensioenregeling. Bij het bestuursbureau zijn twee personen in vaste dienst, te weten de heer B. Onkenhout (directeur) en de heer T. Pistorius (Investment en Risk Manager). De secretarieel medewerker is op uitzendbasis werkzaam. Er is één vacature. 16

2 Bestuursverslag - Ontwikkelingen 17

2.1 Ontwikkelingen regelgeving en overheidsbeleid 2.1.1 Pensioenakkoord Sinds 2010 discussiëren sociale partners en de overheid over een nieuw pensioenstelsel. In juni 2011 sloten sociale partners en de overheid een Pensioenakkoord. Dit Pensioenakkoord betrof zowel de AOW als het pensioen. Het doel is om de pensioenregelingen toekomstbestendig te maken; ze moeten stijgende levensverwachting en financiële schokken kunnen opvangen. Over de AOW beslist de overheid maar pensioen is een arbeidsvoorwaarde en ligt daarmee voor een groot deel op het terrein van sociale partners. 2.1.2 Verhoging AOW-leeftijd betekent inkomensgat Sinds 1 april 2012 gaat de AOW in vanaf de 65ste verjaardag in plaats van de eerste dag van de maand waarin de verjaardag valt. Daardoor ontstaat een inkomensgat bij mensen met vut, prepensioen of vroegpensioen. In het Pensioenakkoord waren afspraken gemaakt over de verhoging van de AOW-leeftijd. Maar bij de behandeling van de begroting voor 2013 besloot de overheid om de AOW-leeftijd sneller te verhogen dan in het Pensioenakkoord was afgesproken. De afspraken uit dit begrotingsakkoord zijn al in wetgeving neergelegd. De Eerste Kamer stemde namelijk op 10 juli 2012 in met deze versnelde verhoging van de AOW-leeftijd en met verhoging van de fiscale pensioenrichtleeftijd naar 67 jaar per 2014. De AOW-leeftijd gaat vanaf 1 januari 2013 stapsgewijs omhoog. In september zijn de verkiezingen voor de Tweede Kamer gehouden. PvdA en VVD spraken in het regeerakkoord van het Kabinet Rutte II af om de AOW-leeftijd nog iets sneller te verhogen. Hierdoor komt de AOW-leeftijd al in 2021 op 67 jaar te liggen. De afspraken uit het regeerakkoord zijn nog niet wettelijk vastgelegd. 2.1.3 Minder fiscale mogelijkheden opbouw pensioen Bij de behandeling van de begroting voor 2013 besloot de overheid de fiscaal maximale opbouw voor pensioen per 1 januari 2014 met 0,1% te verlagen. Het maximale opbouwpercentage is dan 2,15% voor middelloon en 1,9% voor eindloon. Dit besluit is in wetgeving neergelegd. In oktober 2012 sloten PvdA en VVD het regeerakkoord van het Kabinet Rutte II. Hierin staat dat er een fiscaal maximale pensioenopbouw van 1,75% komt voor een middelloonregeling en 1,5% voor een eindloonregeling. Daarnaast is er een bovengrens van 100.000 ingesteld voor de fiscale aftrekbaarheid van de premies voor de aanvullende pensioenen. Dit besluit is nog niet in wetgeving vastgelegd. 2.1.4 Pas in 2015 nieuw FTK Eind 2012 zijn de contouren van een nieuw FTK nog niet helder. Er is al wel een Hoofdlijnennota waarin de uitgangspunten van het nieuwe FTK staan. Dat nieuwe FTK zou op 1 januari 2014 ingaan, maar eind november werd de invoering met een jaar uitgesteld naar 1 januari 2015. De huidige regels blijven daardoor een jaar langer van kracht. Vanaf 2015 komen er twee soorten pensioenregelingen, waarvan het bestuur er één dient te kiezen. Enerzijds zijn er regelingen die uitgaan van een uitkering inclusief een jaarlijkse verhoging ter compensatie van de inflatie. Bij dit type pensioenregeling staat van tevoren minder vast hoe hoog de pensioenuitkering is. Deze regeling beweegt namelijk mee als de beurzen dalen en stijgen of als de levensverwachting stijgt. We noemen dit een reëel pensioencontract. Anderzijds komen er regelingen die een vaste pensioenuitkering toezeggen. Dit heet een nominaal contract en lijkt op de huidige pensioenregelingen. Maar de regels worden strenger. Daarmee wordt beoogd dat het minder vaak voorkomt dat de toegezegde pensioenuitkering verlaagd moet worden. Maar de kans dat een pensioenfonds een inflatiecorrectie kan geven wordt ook lager. En deze pensioenregelingen moeten ook de stijgende levensverwachting verwerken. De koopkracht van een dergelijk pensioen is daardoor naar verwachting lager. 2.1.5 Eerste aspecten nieuw FTK wel in 2012 van kracht In september 2012 werden al wel aspecten uit het nieuwe FTK in stelling gebracht om onnodig verlagen van pensioenuitkeringen te voorkomen. Eén van de (verplichte) maatregelen is de vervanging van rentetermijnstructuur voor lange looptijden door een Ultimate Forward Rate (UFR). De UFR is een risicovrije rekenrente voor langjarige contracten, waarin wegens de lange looptijd onvoldoende handel in bestaat. Er bestaat namelijk geen representatieve marktrente voor een periode van twintig jaar of langer. Door het gebruik van de UFR stijgt de dekkingsgraad van het fonds. Daarnaast kunnen pensioenfondsen gebruikmaken van faciliteiten uit het Septemberpakket. Pensioenfondsen die een verlaging van de pensioenen over meer jaren willen spreiden moeten dan al per 1 januari 2013 de pensioenleeftijd verhogen naar 67 jaar en een stijgende levensverwachting in hun pensioenregeling verwerken. 18

2.2 Goed pensioenfondsbestuur In 2012 is een werkgroep aan de slag gegaan met de thema s deskundigheid(sbevordering), governance en medezeggenschap. Deze werkgroep is 5 keer bijeen geweest. 2.2.1 Governance en medezeggenschap Vooruitlopend op de nieuwe wetgeving op het gebied van governance, heeft het bestuur met elkaar gesproken over de toekomstige inrichting van het bestuur en alle bijbehorende organen. Het bestuur heeft in mei 2012 besloten tot het paritaire bestuursmodel, mits er voldoende deskundigheid is of verkregen kan worden. Het bestuur vindt de huidige werkwijze van het werken met een algemeen en dagelijks bestuur, een bestuursbureau en commissies efficiënt en wil dit graag zo houden. Voorlopig wordt vastgehouden aan intern toezicht middels de visitatiecommissie, in afwachting van nieuwe wetgeving. De wet versterking bestuur pensioenfondsen is op dit moment nog niet in de definitieve fase. Volgens de huidige planning wordt de wet op 1 juli 2013 van kracht. Het bestuur dient daarna beslissingen te nemen, onder meer over intern toezicht en gepensioneerden in het bestuur. Met ingang van 1 januari 2013 geldt er een benoemingsperiode van 4 jaar. Een bestuurslid wordt maximaal twee keer herbenoemd, tenzij het bestuur vanwege gegronde redenen besluit tot een extra termijn. Het rooster van aftreden is hierop aangepast. De bestuursleden worden niet meer benoemd door de werkgevers- of werknemersorganisatie maar door het bestuur. Waarna aan DNB om goedkeuring wordt gevraagd. Op basis van hetgeen door de werkgroep is besproken zijn er documenten opgesteld, die vervolgens door het bestuur zijn vastgesteld. Dit zijn: het profiel van het fonds; nieuw deskundigheids- en opleidingsplan (afgerond begin 2013), inclusief beleid inzake (zelf)evaluatie; schema verantwoordelijkheden; statutenwijziging als gevolg van de vernieuwde benoemingsprocedure. 2.2.2 Uitbreiding bestuursbureau Het bestuur heeft besloten tot uitbreiding van het bestuursbureau om de kwetsbaarheid van het bestuursbureau te verkleinen en het werk te verdelen. Er wordt gezocht naar een Investment en Risk Manager die zich voornamelijk bezig gaat houden met Vermogensbeheer en Risicomanagement maar ook de directeur kan vervangen bij vakantie en ziekte. 2.2.3 Deskundigheid Het bestuur wil niet alleen beschikken over voldoende kennis maar ook over de noodzakelijke competenties om daadkrachtig en effectief de functie uit te oefenen. Een pensioenfondsbestuurder moet vanaf de eerste dag aan alle deskundigheidseisen voldoen. Voorafgaand kan een toekomstig bestuurslid cursussen volgen om aan deze eisen te voldoen. Dit is vastgelegd in een aangescherpt opleidings- en deskundigheidsplan. Tevens heeft het bestuur een procedure vastgesteld voor een periodieke zelfevaluatie. Het gaat om het functioneren van het bestuur als geheel en van de individuele bestuursleden afzonderlijk. Doel van de zelfevaluatie is de kwaliteit van het bestuur in stand te houden en/ of te verbeteren. 2.2.4 Vergoeding bestuursleden Het bestuur heeft in september 2012 besloten tot een aangepaste vacatieregeling per 1 januari 2013. Het bestuur is van mening dat de huidige vacatieregeling niet meer in verhouding staat met de steeds uitgebreidere taken en verantwoordelijkheden van de bestuursleden. Daarnaast worden de kosten niet gedekt door de vergoeding, oftewel, de vervangingswaarde was hoger dan de vacatievergoeding. Dit betekent dat de kosten voor een deel uitsluitend worden gedragen door georganiseerde werkgevers en werknemers. Immers veel bestuursleden ontvangen een vergoeding (loon) vanuit de organisatie die hen afvaardigt. Die vergoeding is hoger dan de vacatievergoedingen vanuit het fonds. 19

Het bestuur heeft gekozen voor een combinatie van een vaste vergoeding en een vergoeding per vergadering. Het vaste component is voor de voorzitters 20.000 en voor de bestuursleden 10.000 per jaar. Per 1 januari 2013 ontvangen de voorzitters geen vacatievergoeding voor het voorzittersoverleg meer, dit is onderdeel van de verhoogde vaste vergoeding geworden (van 6.000 tot 20.000). Het variabele component is een vergoeding per bijeenkomst, deze is voor de voorzitters en de overige bestuursleden gelijk. De verblijfskostenvergoeding komt daarmee te vervallen. De kilometervergoeding blijft ongewijzigd: 0,28 per km. Bestuursvergadering 700 Was: 704 Commissievergadering 500 Was: 503 Tijdelijke werkgroepen 500 Was: 503 Scholingsbijeenkomsten 400 Was: 387 Overige bijeenkomsten 400 Was: 387 De totale vergoeding (vast + variabel) dekt alle werkzaamheden ten behoeve van het pensioenfonds. Dit gaat om het voorbereiden en bijwonen van vergaderingen en andere bijeenkomsten van en namens het fonds, het bijhouden van kennis, het reageren op e-mails en voorleggers etc. Uiteindelijk dient de vacatieregeling kostendekkend te zijn, het bestuur zal daarom eind 2013 de regeling opnieuw bespreken. 2.2.5 Naleving gedragscode Sinds 2001 heeft het bestuur een gedragscode. Doel van deze gedragscode is het stellen van regels en richtlijnen voor bestuursleden. Deze regels moeten belangenconflicten voorkomen. Daarnaast is vastgelegd hoe bestuursleden moeten omgaan met vertrouwelijke informatie van het pensioenfonds. De gedragscode bevordert de transparantie en zorgt ervoor dat alle betrokkenen, ook voor hun eigen bescherming, duidelijk weten wat wel en niet geoorloofd is. Jaarlijks wordt door de compliance officer een onderzoek gedaan naar de naleving van de gedragscode. Alle bestuursleden en medewerkers van het bestuursbureau vullen daartoe een vragenlijst in. De compliance officer heeft naar aanleiding van zijn onderzoek over het jaar 2012 één aanbeveling: Uit de antwoorden van de verbonden personen blijkt dat, evenals in de toetsing over 2010 en 2011, niet alle relatiegeschenken, giften en uitnodigingen zijn gemeld en/of vastgelegd. Wij adviseren om in de toekomst alle ontvangen relatiegeschenken, giften en uitnodigingen te melden bij bijvoorbeeld het bestuur en tevens vast te leggen in bijvoorbeeld de notulen, een email of een daartoe opgestelde lijst. Op deze manier kunt u te allen tijde de schijn van belangenverstrengeling voorkomen. 2.3 Risicomanagement Het bestuur vindt het belangrijk om inzicht te hebben in de risico s die het fonds loopt. Ook wijst DNB de pensioenfondsen erop dat zij controle moeten hebben over de risico s die zich (kunnen) voordoen. Het bestuur heeft daarom in 2012 een werkgroep opgericht die 2 keer bijeen is geweest. De werkgroep heeft in de eerste fase alle bestaande risico s geïnventariseerd en bepaald welke maatstaven gebruikt worden bij de waardering van de risico s. Dit is een uitvoerig proces geweest. Vervolgens zijn de risico s gewaardeerd op basis van twee schalen. (1) de risico-omvang, in te schatten als ernstig, behoorlijk of beperkt. (2) de waarschijnlijkheid, in te schatten als onwaarschijnlijk, mogelijk of waarschijnlijk. De werkgroep heeft vastgelegd dat een risico impact kan hebben op vier componenten, te weten: (1) de financiële situatie van het fonds. (2) de reputatie van het fonds. (3) de tevredenheid van de deelnemers. (4) de tevredenheid van de werkgevers. De inventarisatiefase wordt in de eerste helft van 2013 afgerond. In de vervolgfase worden afspraken gemaakt over de wijze waarop risicomanagement structureel ingebed wordt in de bestuurlijke organisatie. Door veranderingen in de interne en externe omgeving van het pensioenfonds is het nodig om geregeld stil te staan bij de beheersmaatregelen die het fonds heeft genomen en nog zou kunnen nemen om in control te zijn. 20

2.4 Toezichthouders 2.4.1 Autoriteit Financiële Markten (AFM) De AFM houdt toezicht op de communicatie van pensioenuitvoerders ter bescherming van de consument. Er zijn twee wetten die dat voorschrijven, te weten De Pensioenwet en De Wet verplichte beroepspensioenregeling. In 2012 heeft het bestuur met de AFM contact gehad over de aansluiting van werkgevers van het pensioenfonds op Pensioenaangifte (zie paragraaf 2.5) en over de overeenkomst met Bpf Slagers. 2.4.2 De Nederlandsche Bank (DNB) DNB is als toezichthouder belast met prudentieel toezicht. Dit toezicht richt zich op de financiële stevigheid van financiële ondernemingen inclusief pensioenfondsen. Doel is bij te dragen aan de stabiliteit van de financiële sector. Het pensioenfonds informeert DNB over alle wijzigingen in statuten, reglementen en in de actuariële en bedrijftechnische nota (ABTN). Tevens legt het pensioenfonds jaarlijks uiterlijk 30 juni het jaarverslag en de daarbij behorende verslagstaten ter beoordeling aan DNB voor. Elke maand en elk kwartaal rapporteert het pensioenfonds aan DNB over zijn financiële positie inclusief de dekkingsgraad. Tevens rapporteert het pensioenfonds aan DNB in januari over de uitkomsten van de evaluatie van het herstelplan over voorgaand boekjaar. Tot slot worden benoemingen van bestuursleden vooraf ter toetsing aan DNB voorgelegd. Eind 2011 heeft het bestuur in gesprek met DNB bij verschillende onderwerpen stil gestaan, te weten risicomanagement, governance (met name het integriteitbeleid), het crisisplan en de premie. Het bestuur heeft, mede naar aanleiding van dit gesprek, in 2012 de werkgroep Risicomanagement en de werkgroep Deskundigheid/ Governance opgestart. 2.5 Pensioenaangifte In 2011 is begonnen met de uitrol van Pensioenaangifte, het systeem van digitale gegevensaanlevering voor werkgevers. Door de overgang naar dit systeem kan aangifte plaatsvinden op dezelfde wijze als dit bij de Belastingdienst gebeurt. Doordat dit is geïntegreerd in de salarispakketten van de werkgevers is het voor de werkgevers eenvoudiger geworden. Het pensioenfonds ontvangt de gegevens nu maandelijks (achteraf) in plaats van jaarlijks (achteraf). Werkgevers die op het systeem worden aangesloten, krijgen een uitnodiging om voor gegevensaanlevering naar de speciale zogenoemde landingspagina op de website van het pensioenfonds te gaan. Gegevensaanlevering wordt hierdoor makkelijker en kost minder tijd voor de werkgever. Voor het pensioenfonds zorgt het nieuwe systeem ervoor dat het fonds sneller beschikt over werknemergegevens. 2.6 Communicatie Het pensioenfonds heeft als communicatiemissie om de doelgroepen zo goed mogelijk te informeren over hun pensioen. Het bestuur stelt zich ten doel het pensioenbewustzijn, en meer specifiek de kennis van de pensioenregeling en het beleid van het fonds, bij de doelgroep te verhogen. 2.6.1 Aandacht voor landelijke campagnes Het pensioenfonds heeft in 2012 aandacht besteed aan drie verschillende landelijke initiatieven: - Samen-sta-jij-sterk een initiatief van de Pensioenfederatie om de voordelen van deelname aan een bedrijfstakpensioenfonds te benadrukken. - de Pensioen3daagse een driedaags evenement waar door het hele land activiteiten zijn georganiseerd, zoals een pensioenspreekuur en een pensioendebat. Ook is er voorlichting op de werkvloer en inzage in de eigen pensioensituatie gegeven. - Mijnpensioenoverzicht.nl een website waar mensen hun pensioenaanspraken kunnen inzien van alle fondsen waar ze ooit aan hebben deelgenomen. Door banners op de website te plaatsen (die doorlinken naar de campagnes) is verwezen naar de landelijke campagnes. 21

2.6.2 Bezoek, actualiteit en vernieuwing website De website is in 2012 uitgebreid en verder geactualiseerd. Er is aandacht besteed aan het gebruiksgemak van de website door toevoeging van een zogenoemde footer; een strook onderaan iedere webpagina, met daarin rechtstreekse links naar de meest bezochte pagina s van de website. Er werden koppelingen naar social media en een aanmeldmogelijkheid voor digitale nieuwsbrieven geplaatst en de reactieformulieren zijn verder uitgebreid. Ook is de voorbereiding gestart voor het invullen van online formulieren in Mijn omgeving. In maart 2012 is het deelnemersportaal online gegaan. Door hiervan gebruik te maken, kunnen deelnemers na het inloggen beschikken over informatie over hun specifieke situatie bij het fonds. Voor opbouw die elders heeft plaatsgevonden wordt verwezen naar mijnpensioenoverzicht.nl. Minstens één keer per maand verscheen een nieuwsbericht op www.pensioenlevensmiddelen.nl. Onder andere over de financiële situatie van het fonds, de digitale nieuwsbrief en belangrijke bestuursbesluiten. Ook over nieuws van buiten het fonds, bijvoorbeeld rond de AOW en de landelijke pensioencampagnes, verschenen er berichten. Voorafgaand aan de verzending van het UPO is dit jaar een speciale themapagina aan de website toegevoegd. Werkgevers konden hier materiaal downloaden waarmee zij enerzijds hun werknemers konden attenderen op het komende UPO en anderzijds een toelichting konden bieden over de informatie op het UPO. Overigens was ook voor deelnemers specifieke informatie beschikbaar. Het webbezoek lag in de eerste helft van 2012 significant hoger dan in de tweede helft van het jaar. Mogelijke oorzaken zijn de verzending van de deelnemersnieuwsbrief, de mailing over herstelmaatregelen, de media-aandacht rondom het voornemen van fondsen om de pensioenen te gaan verlagen en de komst van de pensioenplanner. Daarnaast is er, zoals elk jaar, in de eerste maanden van het jaar veel contact met werkgevers geweest naar aanleiding van de jaaropgaven. Ook dat zien we terug in de webcijfers. De bezoekersaantallen van de tweede helft van 2012 liggen nagenoeg gelijk met de cijfers van dezelfde periode in 2011. Opzet en uitstuur digitale nieuwsbrief In 2012 is voor werkgevers een digitale nieuwsbrief ontwikkeld. De eerste nieuwsbrief is in mei 2012 verstuurd. Belangrijk bij de verzending van de digitale nieuwsbrief was het bestand met e-mailadressen. De e-mailadressen zijn verworven via de fondswebsite en de nieuwsbrief van de brancheorganisatie. In totaal zijn er twee digitale nieuwsbrieven naar werkgevers gestuurd, op 10 mei en op 10 oktober. Vernieuwd Uniform Pensioenoverzicht (UPO) In 2012 is het UPO in een vernieuwde vorm gepresenteerd. Het overzicht is gebruikersvriendelijker en duidelijker gemaakt. Verder werd, zoals eerder genoemd, op de website ondersteunend materiaal aangeboden voor deelnemers en werkgevers. Volgens de Beleidsregel tijdigheid UPO s moesten alle pensioenuitvoerders hun actieve deelnemers uiterlijk 30 september schriftelijk informeren over hun pensioenopbouw met een Uniform Pensioenoverzicht (UPO). Het pensioenfonds moest in 2012 in totaal 81.508 UPO s verzenden. In april 2012 is 89,74% hiervan verstuurd. In totaal heeft het fonds voor 1 oktober 2012 99,17% van de UPO s verstuurd. Dat dit percentage lager is dan 100% komt (voornamelijk) doordat een aantal adressen niet te verifiëren is bij de gemeentelijke basisadministratie. Twitter Het pensioenfonds heeft sinds september 2012 een eigen Twitter-account. Door @UwPensioen te volgen, lezen geïnteresseerden direct het laatste nieuws. Het bestuur hoopt door de inzet van dit medium meer en een breder publiek naar de website te trekken. Inmiddels volgen 115 mensen @UwPensioen. 2.7 Vergaderonderwerpen Bestuur Het bestuur van het fonds heeft het afgelopen jaar zes reguliere vergaderingen gehad. Daarnaast heeft het bestuur een aantal studiedagen gevolgd: in januari over het Pensioenakkoord; in mei over de risicohouding van het fonds en de uitvoering van het vermogensbeheer; in augustus over governance, nieuwe pensioenregeling, toekomst van het fonds en risicomanagement en risicohouding bij lage dekkingsgraden en een lage rentestand; in oktober over het beleid ten aanzien van de renteafdekking. 22

Beleggingsadviescommissie De beleggingsadviescommissie is dit jaar negen maal bijeengekomen. Dit waren de belangrijkste agendapunten: oriëntatie op positie vastgoed in de portefeuille van het fonds; oriëntatie op de gewenste uitvoeringsvorm van vastgoed in de portefeuille van het fonds; de omvang en de vormgeving van de renteafdekking naar aanleiding van de introductie van de UFR voor kasstromen met een looptijd langer dan 20 jaar; investment beliefs; beleggingsplan 2013; evaluatie van de transitie medio 2011 naar de nieuwe fiduciair manager; inhoud beleid en uitvoeringsvorm Maatschappelijk Verantwoord Beleggen; al dan niet aanpassen van het risicobudget bij lage dekkingsgraden en/of een lage stand van de rente. Financiële commissie De financiële commissie is in 2012 vier maal bijeengekomen. De belangrijkste onderwerpen waren: credit management (rapportages, beleidsvoorstellen, etc.); dienstverlening van Syntrus Achmea (rapportages, beleidsvoorstellen, innovatiekalender, etc.); evaluatie herstelplan; jaarverslag en bijbehorende rapportages van de controlerend accountant en de adviserend en certificerend actuaris; Pensioenaangifte. Communicatiecommissie De communicatiecommissie is vier maal bijeengeweest. De belangrijkste onderwerpen waren: onderzoek onder deelnemers inzake hun kijk op de nieuwe pensioenregeling en hun risicobereidheid; 55-jarigenkaart; rapport Duidelijke Taal van minister Kamp; beleidsplan voor de periode 2013-2015; jaarplan 2013. Daarnaast is er in september een bijeenkomst geweest om de visie op communicatie te bepalen. In hoofdstuk 2.6 is uiteengezet wat er op het gebied van communicatie is gebeurd in 2012. 23

24

3 Bestuursverslag - Beleid 25

Dit hoofdstuk gaat in op het door het bestuur gevoerde beleid in 2012. Dit hoofdstuk is onderverdeeld in het financiële beleid, het pensioeninhoudelijke beleid, het beleggingsbeleid en het actuariële beleid. De laatste paragraaf gaat in op het risicobeleid van het fonds. 3.1 Financiële paragraaf 3.1.1 Dekkingsgraad De dekkingsgraad is de maat van de verhouding tussen de bezittingen en de verplichtingen van het pensioenfonds. De dekkingsgraad wordt als volgt berekend: de som van de technische voorzieningen (exclusief aanvullende pensioenregeling), het stichtingskapitaal en de reserves (exclusief de bestemmingsreserve VPL), gedeeld door de technische voorzieningen (exclusief aanvullende pensioenregeling). De minimale dekkingsgraad van het pensioenfonds is 105%. De laatste jaren is de dekkingsgraad diverse malen lager dan 105% geweest. Vanwege de financiële situatie heeft het pensioenfonds in 2009 een herstelplan bij DNB ingediend. Uiterlijk 31 december 2013 moet het pensioenfonds weer een dekkingsgraad van 105% hebben. Ultimo 2012 was dit het geval. 2012 2011 2010 2009 2008 Dekkingsgraden Dekkingsgraden ultimo 111% 104% 112% 117% 109% Gemiddelde interest van verplichtingen 2,70% 2,75% 3,39% 3,83% 3,37% Wegens een stelselwijziging (zie toelichting in paragraaf 6.4.4) is de dekkingsgraad in bovenstaand overzicht aangepast voor vergelijkingsdoeleinden. Deze wijkt daarom af van het jaarverslag 2011. In onderstaande tabel wordt de gevoeligheid van de dekkingsgraad getoond voor waardeveranderingen van de beleggingen in zakelijke waarden en voor verschuivingen van de rente. In het midden van de tabel staat de dekkingsgraad per ultimo 2012 van 111% (afgerond). Rente Beleggingen Beleggingen Beleggingen +25% 0% -25% -1.0% 115% 107% 98% -0.5% 117% 108% 100% 0.0% 119% 111% 101% 0.5% 120% 112% 103% 1.0% 122% 113% 104% De staat van van baten en lasten wordt afgesloten met een resultaat dat als volgt kan worden geanalyseerd: Bedragen x 1.000 euro 2012 2011 2010 2009 2008 Premieresultaat -22.914-9.965-17 834 39.856 Interestresultaat 199.737-120.338-13.349 198.734-408.967 Overig resultaat -15.448 1.086-22.307-72.164 1.964 VPL-resultaat 25.829 24.433 Excedent resultaat 58 52 187.262-104.732-35.673 127.405-367.147 26

3.1.2 Evaluatie herstelplan Het pensioenfonds evalueert aan het einde van elk boekjaar hoe de financiële gezondheid van het fonds zich ontwikkelt ten opzichte van het herstelplan. Aan het einde van 2011 was de dekkingsgraad van het pensioenfonds 104%. In februari heeft het bestuur een vragenlijst ingevuld voor en gegevens doorgegeven aan DNB. Dit gaf voor DNB geen aanleiding tot het maken van opmerkingen over de voortgang van het herstel. Het fonds heeft hiervoor wel gebruikgemaakt van de adempauze die DNB geboden heeft, waardoor de premie niet hoefde bij te dragen aan herstel. Aan het einde van 2012 was de dekkingsgraad 110,4%. Er is geen sprake van een dekkingstekort maar wel van een reservetekort. Gezien deze situatie hoeft het fonds per 1 april 2013 geen korting door te voeren. 3.1.3 Het financiële crisisplan Naar de mening van DNB waren veel pensioenfondsen tijdens de kredietcrisis onvoldoende voorbereid op een snelle verslechtering van de financiële positie. Alle pensioenfondsen hebben daarom een financieel crisisplan opgesteld. In april 2012 heeft het bestuur een crisisplan vastgesteld. Het bestuur onderscheidt de volgende crisissituaties: De dekkingsgraad daalt tot onder de minimaal vereiste dekkingsgraad en de premie draagt niet bij aan herstel. Zonder aanvullende maatregelen kan het fonds niet meer voldoen aan de wettelijke hersteltermijn voor een dekkingstekort. Het financiële crisisplan geeft aan wat het fonds gaat doen in een (volgende) crisissituatie en is een ander plan dan het herstelplan. Het financiële crisisplan is een beschrijving van maatregelen die een fonds op korte termijn zou kunnen inzetten als het realiseren van de doelstelling van het pensioenfonds in gevaar komt. In tegenstelling tot een herstelplan is een crisisplan niet uitsluitend gericht op het weer op peil brengen van de dekkingsgraad. Het herstelplan geeft aan hoe het fonds de huidige financiële positie verbetert. DNB en AFM evalueerden de kwaliteit van financiële crisisplannen. De toezichthouders publiceerden een document met voorbeelden van good and bad practices. In oktober 2012 heeft het bestuur een brief ontvangen van DNB inzake het sectorbrede onderzoek naar de kwaliteit van de crisisplannen. In 2013 houdt het pensioenfonds het eigen financiële crisisplan tegen het licht aan de hand van de aanbevelingen van de toezichthouders. 3.1.4 Premie Het fonds financiert de pensioenregeling (ouderdomspensioen, partnerpensioen en wezenpensioen) met een doorsneepremie. Als pensioengrondslag gold in 2012 het loon op basis van de Wet financiering sociale verzekeringen met een maximum van 50.064 verminderd met een franchise. De premie is door CAO-partijen voor onbepaalde tijd vastgesteld. In 2011 is gebleken dat de premie niet langer kostendekkend is. Het bestuur heeft de CAO-partijen verzocht zich te buigen over de hoogte van de premie in relatie tot de inhoud van de pensioenregeling. In december 2011 is besloten dat voor het jaar 2012 een verhoogd premiepercentage (18,5%) en een verlaagd opbouwpercentage (2,10%) geldt. In november 2012 is besloten deze maatregel met een jaar te verlengen. Het fonds kent verschillende premies voor de drie regelingen die het fonds heeft: Pensioenregeling voor deelnemers geboren voor 1950 Premie basisregeling 19,55% Franchise 17.597 Prepensioen 4,30% Pensioenregeling voor deelnemers geboren voor 1950 (afkomstig uit Bpf Melk & Zuivel) Premie basisregeling incl. prepensioen 11,50% Pensioenregeling voor deelnemers geboren na 1949 Premie basisregeling 18,50% Franchise 14.415 Premie overgangsmaatregelen 1,40% 27