ERFGOED educatie. icc keuzemodule

Vergelijkbare documenten
DANS op school. icc keuzemodule

Erfgoedonderwijs. 1. Wat is erfgoed? 2. Waarom erfgoedonderwijs? 3. Erfgoedonderwijs en 21e eeuws leren. 4. Erfgoed in de klas voorbeelden

primair onderwijs groep 4 en 8 samen Mijn verhaal van Brabant docentenhandleiding

CULTUUR in de Spiegel

Werken met ambachten. Uw project voor. Erfgoedspoor: 3. Toelichting. invul-lesmodel. Titel van het project: 1. Leerjaar:

Teamtraining MEER DOEN MET JE CULTURELE OMGEVING

Presentaties: presenteer jezelf met PowerPoint

China. Stadsgeluiden in China. 3 lessen rond geluiden in een Chinese stad. Vakgebied: Muziek. Lesduur: 60 minuten per les

DRAAGVLAK. voor cultuureducatie. icc keuzemodule

Werken met tradities. Uw project voor. Erfgoedspoor: 3. Toelichting. invul-lesmodel. Titel van het project: 1. Leerjaar:

Erfwat? Erfgoed! Lerarenhandleiding

2 > Kerndoelen > Aan de slag > Introductie van de manier van werken > Mogelijke werkvormen en de plaats op het rooster 27

Oefenen 1 punt verdienen Onderwerpen van de presentaties

Teamtrainingen & ouderavond

Docentenhandleiding. Nijvere Neeltje groep 3-4

Drents Archief. Het meisje met de hoepel. Groep 2 Thema-overzicht

Teamtrainingen & ouderavond

Nationaal Gevangenismuseum Gevangen in beeld

Workshop Handleiding. Verhalen schrijven. wat is jouw talent?

Verslag Aardrijkskunde Lesvoorbereiding les 1

Archeologie op school. Handleiding voor de leerkracht

Wie ben jij & wie ben ik?

Les Rekenen en BVO De pakjes van Sinterklaas

Lesbrief Door het stof kruipen Op onderzoek naar je eigen school

Het is een wonder! Onderwijsprogramma over de Heilig Bloedprocessie van Boxtel groep 5-6 en groep 7-8 primair onderwijs.

TRAINING 1. Tijd: Onderwerp: Waarom Resultaat Werkvorm Materiaal

Duur van de les Introductie (gesprek) 15 minuten Kern (reflecteren en controleren met werkblad) 30 minuten Afsluiting, uitleg volgende les 5 minuten

MUSEUMLES IN HET VAN ABBEMUSEUM Groep 7 en 8

TOOLBOX TOOLBOX. Betekenisvol Contact AAN DE SLAG MET DE. Draaiboek voor twee trainingsbijeenkomsten

Driestar lesschema Pabo

Docentenhandleiding. Museumles groep 5&6 Het grootste schilderij van Nederland! Panorama Mesdag. Detail Panorama Mesdag Dorp Scheveningen

MUZIEK op school. icc keuzemodule

Lesbeschrijving Nederlands

Van afvalberg tot afvaldal

datum: aantal leerlingen: 31 tijd:9:00/10:00 groep: 6&7

Ontwerponderzoek paper 2 Geografische informatievaardigheden in 5 VWO

Drents Museum. Wat als de stoel van meneer Rietveld kon praten? Groep 3 Thema-overzicht

Mentor Datum Groep Aantal lln

Naam:. Namen groepsleden:... Begeleider:

eigen woonplaats Oorlog: geschiedenis in de geschiedenis monumenten hebben te maken met oorlogen? Welke oorlogen

GROEP 5/6. Fresco s in Raalte, Plaskerk

Educatieflyer Stadsmuseum Zoetermeer

Mentor Datum Groep Aantal lln

Doe-het-zelfpakket: geschiedenis

Takenblad Plusklas Ontdekken Periode 2 : Herfstvakantie tot kerstvakantie. Opdracht: Spoorzoekers Van wie is die vingerafdruk?

Mijn computer is leuk

De Vlaardingencultuur. leven in de steentijd

SaNdWiCh RoBoT. Wat leren leerlingen van deze les?

Bijeenkomst over geloofsopvoeding Opa, wie is God? Deze bijeenkomst sluit aan bij Moments, magazine voor ouders van kinderen van 0-8 jaar

Lesprogramma voor activerende didactiek Vervolglessen

Zo verstuurt u een WhatsApp! Opdracht: Analyseren, evalueren

Erfgoededucatie Stadsmuseum Zoetermeer in transitie

1. Wat zie je vanuit de lucht?

Lessenoverzicht Rondje om de kerk

DE RODE DRAAD VAN TWENTE

behorende bij de website hoeextreembenjij.nl

Museumles Tureluurtje. Docentenhandleiding

Plan van aanpak horizon verbreden Zuid-Afrika

INFORMATIE VOOR DE LEERKRACHT ERFGOED VAN DE INDUSTRIALISERING

Lessenoverzicht Rondje om de kerk

Te veel, te rijk, te weinig. Waterpark Lankheet

Tweede wereldoorlog:

Trainershandleiding Huiswerk Bikkels. Inkijkexemplaar

Verwonderen STICHTING KIND EN VOEDING. Groep 7 en 8

Een gebouw inrichten. Lesbrief over inrichting en afwerking. Project Topstages

STOOM, MACHINES EN ARBEIDERS

Sterker naar het mbo. Docentenhandleiding. Januari 2018 Spirit4you.

VAN VERZAMELING TOT MUSEUM

Spots on Jobs Docentenhandleiding

Leeftijd: Thema: bijbel, bijbelse personages, delen, identiteit Tijdsduur: Meerdere bijeenkomsten

Museum De Buitenplaats Kijken is een kunst

Doelen: - De leerlingen weten dat talent, hard werken en een goede voorbereiding belangrijk zijn als je beroemd wilt worden;

HOERA, een meisje Ondertitel: Analyseren

JE EIGEN BUURT OMSTREEKS 1935

Workshop Handleiding. Verhalen schrijven. wat is jouw talent?

HANDLEIDING. bij de Leerlijn Erfgoededucatie Raalte voor het basisonderwijs. Op zoek naar tastbare sporen van het erfgoed in Raalte

VAN HANZEHUIS TOT L EVEL Z

De Huiswerkgids beschrijft de doorgaande lijn van het huiswerk dat we geven en de aanbevolen aanpak.

Lesbrief: Woonwijk van de toekomst Thema: Mens & Dienstverlenen in de toekomst

GELOVEN IN DE WERELD LESBRIEF VOORTGEZET ONDERWIJS TOT ZIENS IN 0NS MUSEUM! GELOVEN IN DE WERELD PAG > 1

De Kunstenaar. Korte lessenserie bij het gelijknamige prentenboek. Doelgroep Groep 6-8. Leerdoelen

Nederlands in Uitvoering

Waarom ga je schrijven? Om mensen ervan te overtuigen dat een plek in je buurt opgeknapt moet worden.

Wie ben jij? HANDLEIDING

Tuin van Heden 5 en 6 Werken met kunst in de kerstperiode

Lesvoorbereiding Studie en loopbaan Keuze- en Loopbaanvaardigheden 3-4 vmbo

THUIS IN DE WERELD LESBRIEF PRIMAIR ONDERWIJS GROEP 7 EN 8 TOT ZIENS IN 0NS MUSEUM! THUIS IN DE WERELD PAG > 1

Leidraad om een onderzoek te maken dat aan alle voorwaarden van de FLL voldoet.

Bekende bijbelse verhalen

SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN

Docentenhandleiding. Project Storesafari

INHOUD DE TIJDSWINKEL. groep 3-4 HOE MENSEN IN VERSCHILLENDE TIJDEN LEVEN

Introduceren thema Op vakantie in Europa. centraal rondom vakantie in Europa: Thema: Op vakantie in Europa

Theater/Bioscoop De Nieuwe Kolk

Opbrengstgericht omgaan met verschillen. Bijeenkomst 4 Onderwijsbehoeften en differentiatievormen: differentiatie bij verwerking

Museum De Buitenplaats Kijken is een kunst

WORKSHOP LEERLIJNEN. Dag van de Cultuureducatie: workshop leerlijnen

Duur van de les Introductie (verdeling items) 10 minuten Kern (maken van werkblad) 20 minuten Afsluiting (uitleg redactievergadering) 10 minuten

Schoolse Tradities. Inhoud. Informatie voor de leerkracht. bovenbouw primair onderwijs

Transcriptie:

ERFGOED educatie icc keuzemodule

INHOUD PAGINA Inleiding 3 Lesschema bijeenkomst 1 voor trainer 4 Lesschema bijeenkomst 2 voor trainer 7 Bijlage 1 Schema Waarom erfgoed? 8 Bijlage 2 Stappenplan erfgoedles 9 Bijlage 3 Vragenlijst werken met voorwerpen 10 Augustus 2015 Landelijk Kennisinstituut Cultuureducatie en Amateurkunst (LKCA) Kromme Nieuwegracht 66 Postbus 452 3500 AL Utrecht 030-7115100 info@lkca.nl www.lkca.nl

Erfgoededucatie MODULE ERFGOED Deze module over erfgoed is een keuzemodule bij de icc-basiscursus. Wat is erfgoed? De definitie van SLO: Cultureel erfgoed zijn de sporen uit het verleden van menselijke handelingen en gedragingen die we als samenleving of als individu de moeite van het bewaren waard vinden. NB: erfgoed begint dus altijd in het heden. Erfgoed kunnen we onderverdelen in materieel en immaterieel erfgoed. Voorbeelden van het eerste zijn monumenten, landschappen, museumen archiefcollecties (objecten). Voorbeelden van het tweede zijn gebruiken, tradities, verhalen. Zie voor immaterieel erfgoed verder de site van het Nederlands Centrum voor Volkscultuur: http://www.volkscultuur.nl/. Zij bieden ook educatief materiaal aan. Erfgoed kun je onderverdelen van klein, persoonlijk erfgoed (familiearchief, foto s en objecten), via lokaal, regionaal, naar nationaal en internationaal erfgoed. Werelderfgoed vind je hier: http://www.unesco.nl/cultuur/werelderfgoed, maar erfgoededucatie gaat over het erfgoed in de eigen omgeving. Wát erfgoed is of wordt, en hoe belangrijk het is, wordt in principe bepaald door de gemeenschap ( door ons ). Zie verder de site van het SLO: http://kunstzinnigeorientatie.slo.nl/leerlijnen/kunstzinnigevakdisciplines-en-cultureel-erfgoed/cultureel-erfgoed WAT IS ERFGOEDEDUCATIE? Simpel gezegd: leren met en over erfgoed. Erfgoed kan een middel zijn maar ook een doel. Zie ook het schema Erfgoed als doel of als middel in de bijlage. Erfgoededucatie gaat over je eigen omgeving. Het is niet persé objectief, het is bedoeld om de geschiedenis dichterbij te halen en beleefbaar te maken. Zie verder de website van het LCKA: http://www.lkca.nl/erfgoededucatie Auteur: Jacquelien Vroemen 3

Erfgoededucatie BIJEENKOMST 1 ERFGOED Huiswerk vooraf: neem twee voorwerpen mee. 1. Neem een voorwerp mee van thuis, dat iets zegt over jouzelf. 2. Neem een voorwerp mee dat nu niet (of nauwelijks) meer als zodanig gebruikt wordt, het leukst is iets dat mensen niet eens meer herkennen. Voorbeelden: een lp/single, cassettebandje, klos of spoel uit weefgetouw, messenlegger, zeepklopper, inktwisser, blokschaaf, sigarenplank, traploperklem, snijbonenmolen, vingerhoed, klokgewicht, wasbord, stop-ei, kroontjespen, sokophouder, typmachine, olielampje, radio, kolenkit, flessenlikker, tol, bikkelspel. NB: trainer, het is aan te raden zelf zoveel mogelijk van dergelijke voorwerpen mee te nemen, zodat je niet met lege handen zit als de deelnemers niets of weinig bij zich hebben. In geval van nood kun je foto s gebruiken, die je van tevoren hebt uitgeprint. PLANNING INHOUD WERKVORM NODIG 14.00-14.15 Voorstelrondje aan de hand van voorwerpen. Plenair Eigen voorwerp, eventueel foto s 14.15-14.25 Toelichting module Kringgesprek Eventueel flap/bord 14.25 15.00 Theorie erfgoed Luisteren/kijken Kringgesprek 15.15-15.30 PAUZE 15.15 15.45 Werken met voorwerpen Voelen, ruiken, kijken, luisteren, discussiëren in de kring 15.45 16.15 Theorie: erfgoededucatie Kijken en luisteren Kringgesprek 16.15 16.45 Erfgoed in mijn buurt Werken in groepjes of tweetallen, presenteren 16.45-17.00 Evaluatie eerste bijeenkomst Opdracht volgende bijeenkomst Afsluiting Gesprek, discussie Digibord of beamer met PowerPoint t/m dia 11. De voorwerpen van huiswerk 1. De voorwerpen van huiswerk 2. Eventueel: geprinte afbeeldingen. De vragenlijst Werken met Voorwerpen Beamer/digibord en PowerPoint v.a. dia 12 Schema Erfgoed als doel en als middel: voor iedereen een kopie Eventueel: computers ipad, flaps en stiften. Eventueel flap/bord Het werkblad, voor iedereen een expemplaar (vooraf kopiëren) 4

Erfgoededucatie VOORSTELRONDJE De deelnemers stellen zich voor aan de hand van hun meegebrachte voorwerp. Als iemand niets heeft meegenomen, kan hij ter plekke iets uit zijn zak of tas halen. Begin de introductieronde zelf met je eigen voorwerp. Dit hoeft niet heel diep te gaan: we komen er later op terug. Concentreer je op het voorstellen. De voorwerpen zijn hierbij slechts hulpmiddel. Eventuele vragen die je kunt stellen: wat is het? hoe kom je eraan? wat doe je ermee/waar gebruik je het voor? Of: wat is jouw relatie met dit voorwerp? waarom heb je dit voorwerp meegenomen? Is het speciaal voor je? Waarom/hoe? heb je het altijd bij je of alleen vandaag meegenomen? maar om het ervaren. Het kan ook geen kwaad als de leerkrachten zich inleven in de leerlingen: die weten weer minder van oude voorwerpen, dan zijzelf. Als de groep heel groot is, kun je hem splitsen en elk groepje een aantal voorwerpen geven. Doe dit zo lang als het leuk is of tot de voorwerpen op zijn. 2. Nabespreking. Bespreek met de deelnemers wat ze ervaren hebben tijdens deze oefening. Is het leuk? Wat doet het met je? Heb je er iets van geleerd? Wat? Bespreek daarna of ze zoiets in de klas zouden kunnen doen. Zien ze daar valkuilen? Voordelen? Vraag daarna wat dit volgens hen met erfgoededucatie te maken heeft of kan hebben. Bij welk vak zou je deze oefening kunnen inzetten? Of: naar welk verhaal kan dit voorwerp ons leiden? INTRODUCTIE OP DE MODULE Inventariseer samen met de deelnemers wat hun verwachtingen van de training zijn. Wat hopen ze te leren, wat kunnen ze ermee doen? Bewaar deze voor de evaluatie, dus als je ze op een bord schrijft, maak een foto. THEORIE ERFGOED Presenteer de PowerPoint en bespreek/geef uitleg waar nodig. Daarna (en/of tijdens) discussie over de theorie en nabespreking. Betrek hierbij de voorwerpen en bespreek aan de hand daarvan de vragen: is dit voorwerp belangrijk voor jou persoonlijk? Waarom? als het belangrijk is vanwege een verhaal dat het vertelt, een herinnering: dit is immaterieel erfgoed. is het iets dat je wilt bewaren? Waarom? is het iets dat bewaard moet worden na jouw dood, moet het overgeërfd worden? Waarom? is het van groter belang dan alleen voor jou persoonlijk? Zo ja: het vertelt een geschiedenis/verhaal dat voor meer mensen van belang is. Waarom? maakt het deel uit van een verzameling of zou het daarvan deel uit kunnen maken? Zou het in een museum passen, waarom wel of niet? WERKEN MET VOORWERPEN 1.Pak steeds een voorwerp en laat dat rondgaan. De deelnemers moeten het voorwerp aan alle kanten en op alle manieren onderzoeken. Over elk voorwerp beantwoorden ze samen de vragen van de vragenlijst. NB: De antwoorden zijn minder belangrijk dan de ervaring en de discussie! Het gaat niet om het weten Theorie: erfgoededucatie Presenteer de PowerPoint en bespreek/geef uitleg waar nodig. Nabespreking (en/of tijdens de PowerPoint): Vraag: wie werkt er al met erfgoed en wat doe je, welk erfgoed gebruik je en hoe doe je dat? Bij welk vak of welke vakken zet je het in? Of welke vakken betrek je erbij? Geef de deelnemers de kans tips en tricks van elkaar te krijgen en inspiratie op te doen. Ga in op de voordelen van erfgoededucatie en het verschil tussen erfgoed als doel (leren over erfgoed) en als middel (o.a. vaardigheden oefenen met behulp van erfgoed) zoals getoond in de PowerPoint. Deel het schema Erfgoed als doel en als middel uit. Bespreek ook eventuele valkuilen, moeilijkheden bv is er erfgoed in de buurt, hoe kom je aan info (gaan we later ook nog bespreken!), erfgoed bezoeken: organisatie, geld of erfgoed (objecten) in de klas. Erfgoed in mijn buurt Als het kan, zet mensen bij elkaar die uit dezelfde buurt/ streek komen. Dit hoeft niet. Bekijk zelf hoe groot de groepjes moeten zijn, max. vier personen. De deelnemers gaan 1. zelf nadenken over erfgoed in hun buurt (dit kan de buurt van de school zijn, of van hun eigen huis: de omgeving die zij het best kennen). Dat is niet zo moeilijk als sommigen misschien denken. Help hen indien nodig op weg met vragen zoals: is er een historisch museum of oudheidkamer in je dorp/stad? is er een molen? is er een (ander) belangrijk of beeldbepalend 5

Erfgoededucatie gebouw, bijvoorbeeld een kerk? industrieel erfgoed zoals een oude fabriek, een schoorsteen van baksteen, een oud station? een landschap zoals een dijk, een oude polder met slootjes, een fruitboomgaard? zijn er oude straatjes, een oud stratenpatroon, of bijvoorbeeld een brink, een es of een eng? Denk ook aan de straatnamen van je dorp/stad. is er een feest, braderie of ander typisch evenement? Als er de mogelijkheid is om op computers te werken kunnen de deelnemers dergelijke informatie ook op internet opzoeken. Bijvoorbeeld via de site van hun gemeente. Daarop is bijna altijd een knop historie of cultuur, monumenten of iets dergelijks. 2. bedenken wat ze hiermee zouden kunnen doen in de klas. Het gaat niet om een uitgewerkte les, maar om een globaal idee. Bijvoorbeeld: we hebben een molen, daar kunnen we naartoe, misschien is er een rondleiding mogelijk, en ik maak daar een aardrijkskundige les omheen over Nederland en het water en een geschiedenis-invalshoek over de tijd waarin de molen is gebouwd. Eventueel bedenk je welke voorwerpen je daarbij kunt gebruiken (oude kaarten? Oude gereedschappen? Oude verhalen over molenaars? Spreekwoorden?) 3. De groepjes presenteren hun ideeën aan de groep. Na elke presentatie is er ruimte voor de anderen om tips te geven, ideeën hoe dit beter kan, vragen te stellen, eventuele te voorziene problemen te bespreken. EVALUATIE EN HUISWERK Evalueer de bijeenkomst aan de hand van de vooraf geïnventariseerde verwachtingen. Misschien geeft dit aanleiding tot bijstellen van de volgende bijeenkomst. Bespreek het huiswerk voor de volgende keer: ontwerp een erfgoedles met erfgoed uit de omgeving van de school. De les moet aan een aantal voorwaarden voldoen: Vakoverstijgend Aansluiten bij de lesstof Er worden verschillende vaardigheden geoefend Het erfgoed moet tastbaar zijn of gemaakt kunnen worden (in geval van immaterieel erfgoed; voorbeeld: het gebruik om beschuit met muisjes te eten bij een geboorte, moet echt kunnen worden gedaan). Deel het werkblad uit. Dit is ter ondersteuning van het huiswerk. 6

Erfgoededucatie BIJEENKOMST 2 ERFGOED PLANNING INHOUD WERKVORM NODIG 14.00-14.15 Terugblik Gesprek, discussie Eventueel flap/bord 14.15-15.45 Evaluatie en huiswerk Tijd afhankelijk van hoeveelheid presentaties 15.45 16.00 Pauze 16.00-16.20 Erfgoedonderwijs op een hoger plan brengen Presentaties en gesprek Gesprek, discussie met kennisoverdracht door trainer 16.20 16.45 Verdieping van het huiswerk Groepswerk, presentaties en discussie Eventueel briefjes/kaartjes of post-its. Eventueel flap/bord. Eventueel flap/bord. 16.45 17.00 Afsluiten en evalueren Gesprek, discussie Eventueel flap/bord. TERUGBLIK Kijk samen met de deelnemers terug op de vorige bijeenkomst. Bespreek hoe het huiswerk is gegaan. Was het makkelijk, moeilijk, nuttig of niet, misten ze informatie? EVALUATIE EN HUISWERK Het gemaakte huiswerk wordt gepresenteerd. Per presentatie kunnen de andere deelnemers tips en tops geven, knelpunten bepreken, ervaringen uitwisselen. Tips en tops kunnen eventueel meegegeven worden op kaartjes of briefjes. Let op de vooraf gestelde criteria. ERFGOEDONDERWIJS OP EEN HOGER PLAN BRENGEN Samen zetten we alles op een rijtje. Waar kun je (nog meer) informatie vinden? Inventariseer waar de deelnemers mee komen, wat ze ontdekt hebben. Wat kun je met oral history doen? Hoe kun je nog meer vakoverstijgend werken? Welke vakken zijn nog niet aan de orde geweest, hoe kun je die bij erfgoed betrekken? (beeldend, gym, taal, rekenen, literatuur, muziek ) Hoe kun je een erfgoedproject echt ( in de praktijk) brengen? Bv. een opdracht doen voor de gemeente, een artikel voor de krant, een jury van vakspecialisten, aanhaken aan de actualiteit bv bij herbestemming. Wat zijn simpele lesideeën die je altijd en overal kunt toepassen? Gevels rond de school bestuderen, eigen verzamelingen meenemen, werken met voorwerpen, het schoolgebouw zelf, opa en oma interviewen, de plattegrond v/h dorp of stad bestuderen voor oude straatnamen VERDIEPING VAN HET HUISWERK In groepjes de ontworpen lessen nog iets beter maken met behulp van alles wat we besproken hebben. We doen het in groepjes zodat deelnemers elkaar kunnen helpen. Elke les moet minstens één ding extra krijgen dat het beter maakt. Daarna presenteren. AFSLUITEN EN EVALUEREN Evalueer de training o.a. aan de hand van de verwachtingen. 7

bijlagen BIJLAGE 1 SCHEMA WAAROM ERFGOED? Hulpmiddel bij de implementatie van erfgoed in het cultuurbeleid Wij WIJ zetten ZETTEN als ALS school SCHOOL cultureel erfgoed CULTUREEL in ERFGOED * IN * a. om leerlingen te laten wortelen in hun eigen omgeving b. omdat leerlingen moeten kennismaken met culturele instellingen in hun eigen omgeving ALS DOEL c. omdat cultuur uit kunst én erfgoed bestaat d. omdat leerlingen een bepaalde culturele bagage moeten opbouwen e. omdat erfgoed genoemd wordt in de kerndoelen f. om leerlingen in aanraking te brengen met cultureel erfgoed (in de eigen omgeving a. om leerlingen historisch besef bij te brengen ALS DIDACTISCH MIDDEL b. omdat het aansluit bij de wijze waarop wij over leren denken c. omdat het de lesstof tot leven brengt en verdiept d. omdat erfgoed een krachtige leeromgeving biedt waar leerlingen vaardigheden oefenen waar leerlingen vakoverstijgend werken waar vakken in samenhang gegeven worden waar leerlingen leren in de praktijk 8

bijlagen BIJLAGE 2 WERKBLAD HUISWERK MODULE ERFGOED Stappenplan voor het maken van een erfgoedles. 1. Maak een overzicht van erfgoed in de buurt van de school. Als het heel veel is, doe dan eerst stap 2 en zoek daar gericht het erfgoed bij. Informatie haal je bijvoorbeeld hier: de website van de gemeente waar de school staat. Hier is altijd een knop cultuur, geschiedenis of monumenten, soms archeologie. op http://www.archiefnet.nl/ kun je per plaats zoeken naar het archief bij jou in de buurt. Veel archieven hebben foto s en documenten online staan. Die afbeeldingen kun je gebruiken in je les. op http://www.museum.nl/ kun je bekijken of er een museum of oudheidkamer bij jou in de buurt is. Met de zoekknop linksboven kun je bijvoorbeeld zoeken op historisch of cultuurhistorisch of archeologisch museum. Op de website van het museum kun je vinden wat ze voor collectie hebben, wat het (hoofd)onderwerp is van het museum. hier http://www.openerfgoed.nl/index.php?38 vind je informatie over monumenten, landschappen en archeologie. Je kunt per onderdeel verder klikken om te zien of er iets in je buurt is. voor monumenten kunt je ook heel eenvoudig zoeken op monument + naam van je gemeente. Dan kom je op een Wikipedialijst met monumenten in die gemeente. op http://www.atlas1868.nl/ vind je kaarten van elke gemeente, uit 1868, in zeer goede resolutie. op http://www.hisgis.nl/ is een schat aan informatie en oude kaarten te vinden. De site is niet zo eenvoudig. je kunt het ook eens proberen met: oude kaart + naam van je gemeente. Van sommige gemeenten zijn mooie, heel oude kaarten van bijvoorbeeld Blaeu of Jacob van Deventer. op http://www.4en5mei.nl/herinneren/ oorlogsmonumenten kun je zoeken of er oorlogsmonumenten in je buurt zijn. Een landelijke site met heel veel beeldmateriaal is http://www.geheugenvannederland.nl/. Je kunt hier gericht zoeken op thema of plaats. http://www.gahetna.nl/ is een onderdeel van het nationaal archief. Ook hier kun je gericht naar beeldmateriaal zoeken. >> Ik zou de laatste twee opties pas doen als je in de plaatselijke bronnen niets kunt vinden, om jezelf niet te veel werk op de hals te halen. 2. Kijk in de inhoudsopgave van de geschiedenismethode van je school. Waar kun je plaatselijk erfgoed inzetten? 3. Kijk op www.entoen.nu of er canonvensters zijn die bij je onderwerp passen. Via deze site kun je ook bekijken of er van jouw regio een regionale canon is gemaakt: op de homepage staat rechts: regiocanons.nl. Als dat zo is, zoek dan (ook) een regionaal canonvenster bij je onderwerp. Op de canonsites zijn ook uitjes te vinden. Misschien is er wel iets in de buurt. 4. Beschrijf de les. Onderstaand lijstje is een handig hulpmiddel: Doelgroep: Lesduur: Komt er iemand in de les om iets te doen of te vertellen: Excursie/bezoek, waarheen: Wat wil ik bereiken met deze les, de doelstelling(en): wat leren de leerlingen? Welke vaardigheden worden geoefend in deze les? Wat heb ik nodig voor deze les: welke materialen (kaarten, foto s, documenten, websites etc.) gebruik ik erbij? Is er een speciale voorbereiding, moeten de leerlingen bv. iets meenemen van thuis? De inhoud van de les, wat ga ik doen in twee zinnen? De opbouw van de les: introductie, kern en afsluiting. Is er aansluiting bij andere vakken? 9

bijlagen BIJLAGE 3 VRAGENLIJST WERKEN MET VOORWERPEN Bekijk het voorwerp goed. Bespreek samen de vragen. Het gaat er niet om dat je het juiste antwoord weet. En je mag best je fantasie gebruiken. Welke kleur(en) heeft het? Hoe voelt het aan? Hard, zacht, zwaar, licht, ruw, glad? Hoe ruikt het? Maakt het geluid? Is het versierd? Waar is het van gemaakt? Probeer alle materialen te noemen. Denk je dat het oud is, waarom? Denk je dat het duur is of kostbaar, waarom? Hoe heet dit voorwerp/wat is het? Hoe werd dit voorwerp gebruikt/waar is het voor gebruikt? Werkt het nog? Werd het binnen of buiten gebruikt? Welke personen hebben het gebruikt? Waren die arm of rijk? Waren ze oud of jong? Kennen we nog steeds zo n voorwerp in ons dagelijks leven? Of: wordt dit voorwerp nog steeds gebruikt? Of: Wat gebruik je nu om hetzelfde te doen? 10