Interne Dienstverlening Afdeling Financiën. Colofon Jaarstukken 2015

Vergelijkbare documenten
MliVJUUT. Gemeente Delft b. Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad. Van Datum Pfh. Steller tel.nr. Programma Registratie nr.

Programmabegroting

oescand archief datum

Gemeentefinanciën Delft

Nota reserves en voorzieningen

Jaarrekening Gemeente Bunnik. Bunnik, 5 juni 2014 Open Huis gemeenteraad

Raadsstuk. Onderwerp Decemberrapportage 2018 Nummer 2018/ Portefeuillehouder Snoek, M. Programma/beleidsveld 7.2 Algemene dekkingsmiddelen

Presentatie voor de gemeenteraad van Haarlem. Jaarverslag en jaarrekening 2013

De raden van alle gemeenten in de provincie Limburg

Voorstel van het college aan de raad. Raadsvergadering d.d. 7 juli 2016 Onderwerp: Jaarverslag en Jaarrekening 2015.

NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN. Gemeente Nieuwkoop

Agendapunt. Op grond van artikel 192 van de gemeentewet is de raad het bevoegd orgaan om de begroting tussentijds te wijzigen.

Raadsvoorstel Raadsvoorstel Voorstelnummer: Houten, 29 september 2015

Raadsvoorstel. Aan de gemeenteraad. Van Datum Pfh. Steller tel.nr. Programma Registratie nr. Stuk

Raadsvoorstel. drs. D.M.P.G. Smolenaers 20 juni mei De raad wordt voorgesteld te besluiten:

Doorkiesnummer : (0495) Agendapunt: - ONDERWERP VOORSTEL COLLEGE

Raadsvoorstel agendapunt

Meerjarenbegroting Gemeentefinanciën Bloemendaal

Inzicht verkrijgen kost tijd, geen inzicht hebben kost kapitalen

Nota Reserves en Voorzieningen

Ontwerpbesluit pag. 3. Toelichting pag. 4. Bijlage(n): Najaarsrapportage 2016

Onderwerp Bestuursrapportage 2016 en Begroting 2017

Nota Reserves en Voorzieningen Gemeente Bergen (N-H)

Raadsvoorstel 26 juni 2014 AB RV

20 september Begrotingswijziging 20 september 2018

BIEO Begroting in één oogopslag

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Nota reserves en voorzieningen

De raad van de gemeente Tholen. Tholen, 31 mei Onderwerp: Jaarstukken gemeente Tholen Geachte raad,

15 maart Begrotingswijziging

Raadsvoorstel & ) Aan de gemeenteraad / dd. college van B&W Gescand archief datum Pfh.

Interne Dienstverlening Afdeling Financiën. Colofon Jaarstukken 2016

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Provinciale Staten van Flevoland Postbus AB LELYSTAD

Accountantscontrole 2013

Jan Franx Jaarstukken 2017

ADVIES STUKKEN GEMEENSCHAPPELIJKE REGELINGEN JAARSTUKKEN 2010 GGD

Nota Reserves en Voorzieningen 2014 Gemeente Zundert

Farid Chikar / juni 2017

Financiële begroting 2015 samengevat

Datum: 4 juli 2014 Agendapunt: 4 Betreft: Jaarstukken 2013

1. Financieel technische terugblik 2. Financieel technische vooruitblik 3. Doel begroting 4. Structuur programmabegroting 5. Informatievoorziening

1.3..no.v ,.B. t tijsterveldt-vliegenthart. Gemeente Provincie Begrotingsjaar. Delft Zuid Holland e Wijziging

gemeente roerdalen -~ ~ I Portefeuillehouder: M:H. Verh_eiL~~n ~ Gevraagd besluit:

Managementrapportage 2016

RAADSVOORSTEL Agendapunt : 5 Aan de gemeenteraad. Datum : 11 juni 2016

GR-taken: Aanvullende diensten:

Nota Reserves en voorzieningen

bedrag * begrotingsoverschot bij begroting

Geen overschrijding Ja, zie risicoparagraaf

Kwaliteit begrotingsprogramma's Gemeente Dordrecht Bijlage 2

Addendum jaarverslag en -rekening 2015

Paginanummer opnemen! Ja, de jaarstukken 2015 zijn op 14 april 2016 door de gemeenten ontvangen.

Beleidsregel weerstandsvermogen en weerstandscapaciteit. Vaststellen beleidsregel weerstandsvermogen en weerstandscapaciteit

Nota Reserves en. Voorzieningen

Analyse begrotingsscan 2016

14 september Begrotingswijziging 14 september 2017

Richtlijnen van de commissie BBV

Ja, de jaarrekening 14 april van het WNK ontvangen.

Begrotingswijziging. Saldo primitieve begroting (2016 is incl. onvoorzien)

Managementrapportage 2017

(pagina 3) (pagina 6)

2 2 JULI im. Gescand archief datum 1* Raadsbesluit. 10 juli GR 14/246 II. Datum Registratie nr. Stuk. Onderwerp : Kaderbrief 2014

Financiële uitgangspunten

NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN

Bijlagen -Bijlage 1 -Jaarstukken Verslag van bevindingen

23 november Begrotingswijziging 23 november 2017

B&W besluit Publicatie

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

Specificatie wijziging balanspost Overige nog te betalen en vooruitontvangen bedragen : Omschrijving Paginanr. Was Wordt Mutatie

Advies: In te stemmen met de Bestuursrapportage 2014 en deze ter vaststelling aan de raad aan te bieden.

Raadsvoorstel GEMEENTEBESTUUR. Alle programma s. A. Roest. Voorstel om te besluiten. De Financiële Rapportage (FinRap) 2018 vast te stellen

Gemeente Breda ~Q~ ~,,~ Registratienr: [ 40523] Raadsvoorstel

Themaraad financiën 3 april

1. Mutaties Themabegroting 2017

*Z00DC82ADBB* documentnr.: INT/M/15/15913 zaaknr.: Z/M/15/19062

NB beide formulieren invullen (2 tabbladen)

Ontwerp- 5 e begrotingswijziging 2013

Nota Reserves en voorzieningen

HJAM Hendriks en FWT Jetten. Telefoonnummer: Managementrapportage Begrotingswijzigingen

Vergadering d.d.: 14 mei 2009 agendapunt: 9. Onderwerp: Vaststelling jaarverslag/jaarrekening 2008

Besluit Raad Nr. Datum 0 5 JUL 2016

VOORDRACHT ALGEMEEN BESTUUR NATUUR EN RECREATIESCHAP IJSSELMONDE

Nieuwegein. Gemeenteraad. Raadsvoorstel Afdeling Financiën. 1 Onderwerp. Programmabegroting Gevraagd besluit

: Dhr. H.J. van Wiggen

ERRATA II OP PROGRAMMAREKENING 2015

1. Beslispunten Vaststellen Jaarstukken 2015 gemeenten Naarden, Muiden en Bussum en bestemmen van het resultaat over het jaar 2015.

Nota Reserves (en Voorzieningen) Gemeente Dinkelland

De bij het opstellen van de jaarrekening gehanteerde uitgangspunten hebben betrekking op:

categotie/ agendanr

JAARREKENING Ja, IPA Acon heeft een goedkeurende verklaring afgegeven.

4.2. Financiële positie en toelichting

B en W - advies. Bouwen 81 Milieu. Jans Drost en Hettie Tychon. Financiën en Personeel Nummer. Ter bespreking. Ter besluitvorming

Raadsvoorstel agendapunt

Rv. nr.: B en W-besluit d.d.: B en W-besluit nr.:

Raadsstuk. Onderwerp Bestuursrapportage Nummer 2018/ Portefeuillehouder Snoek, M. Programma/beleidsveld 7.2 Algemene dekkingsmiddelen

Onderwerp: Raadsmededeling over: Voorlopig saldo Jaarrekening Besluitvormend

Wat zijn de argumenten? De financiële rechtmatigheid is een belangrijk criterium bij de beoordeling van de jaarrekening door de accountant.

DOEL EN OMVANG RESERVES EN VOORZIENINGEN

Haarlem, 23 augustus Onderwerp: Begroting Bijlagen: ontwerpbesluit, begroting

RAADSVOORSTEL Rv. nr.: B en W-besluit d.d.: B en W-besluit nr.:

Transcriptie:

Jaarstukken 2015

Interne Dienstverlening Afdeling Financiën Colofon Jaarstukken 2015 Uitgave: Gemeente Delft Informatie: Gemeente Delft, afdeling Financiën, Postbus 78, 2600 ME Delft. Telefoon 14015, website www.delft.nl en contact: www.delft.nl/contact 2

Woord vooraf In 2015 hebben wij stappen gezet naar duurzaam financieel herstel van Delft. We sluiten het jaar af met een positief saldo van bijna 91 miljoen. Dit resultaat is grotendeels toe te schrijven aan het activeren van de Delftse bijdrage van 80 miljoen aan de tunnel in de Spoorzone en aan lagere kosten dan begroot in het Sociaal Domein. Tevens zien wij een structurele verbetering in de businesscase van de Spoorzone door de beheersmaatregelen, die we getroffen hebben. In de Najaarsrapportage 2015 hebben wij dit al aangekondigd. Het rekeningresultaat wordt toegevoegd aan de Algemene Reserve waardoor deze positief wordt. Delft heeft financieel weer perspectief. We zetten deze lijn voort. Naast de in 2015 getroffen maatregelen, hebben we de aanbevelingen van de scan van de Provincie Zuid-Holland opgevolgd en extra bezuinigd. Dit alles bij elkaar levert een bijdrage aan de structurele verbetering van het financieel meerjarenbeeld. Wij blijven ook de komende jaren werken aan een duurzaam financieel gezonde stad. Dat is voorwaarde voor een economisch vitale stad. In de jaarstukken leest u ook dat veel van de doelstellingen uit het bestuursakkoord behaald worden. In 2015 hebben wij het advies ontvangen van de Adviesgroep Deetman Delft, parel in de Randstad, waarmee we verder kunnen bouwen aan onze prachtige stad. 'Delft heeft goud in handen' zei de heer Wim Deetman bij de presentatie van zijn adviesrapport. We hebben in de eerste twee jaar van onze bestuursperiode een forse inspanning geleverd om het financiële tij te keren. We rekenen ons niet rijk, maar met dit resultaat kijken we met vertrouwen vooruit naar de toekomst. College van burgemeester en wethouders van Delft 3

Inhoudsopgave Jaarstukken 2015... 1 Woord vooraf... 3 Inhoudsopgave... 4 Inleiding... 6 Samenstelling van het bestuur... 8 Kerncijfers... 9 Samenvatting het financiële resultaat over 2015... 10 Incidentele baten en lasten... 19 Staat van de Gemeente... 25 Jaarverslag 2015... 27 Hoofdstuk 1 Stad van innovatie... 29 Hoofdstuk 2 Stad van participatie... 32 Hoofdstuk 3 Leefbare Stad... 46 Hoofdstuk 4 Stad en bestuur... 65 Raad... 71 Algemene dekkingsmiddelen en post onvoorzien... 73 Post onvoorzien... 75 Verzameloverzichten... 76 Overzicht van baten en lasten per product... 77 Paragrafen... 80 Algemene toelichting op de paragrafen... 81 Weerstandsvermogen en risicobeheersing... 83 Grondbeleid... 103 Onderhoud kapitaalgoederen... 110 Regievoering door Delft... 113 A. Regionale samenwerking... 117 B. Deelnemingen, lokaal en regionaal... 120 C. Subsidies aan lokaal werkzame maatschappelijke instellingen... 124 Financiering... 128 Bedrijfsvoering 2015... 133 Lokale heffingen 2015... 144 Erfgoed Delft... 147 Jaarrekening 2015... 149 Overzicht van baten en lasten in de jaarrekening en de toelichting... 150 Rechtmatigheidsparagraaf Jaarrekening 2015... 152 Cijfermatige toelichting per hoofdstuk... 157 Balans en de toelichting... 171 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling... 174 Toelichting op de balans... 178 Bijlagen... 207 4

Voorstel tot afrekening met reserves... 208 Investeringsprogramma... 211 Verantwoording specifieke uitkeringen (SiSa)... 213 Uitvoeringsinformatie... 216 Afkortingenlijst... 221 5

Inleiding De jaarstukken 2015 bestaan uit het jaarverslag en de jaarrekening. Het jaarverslag en de jaarrekening worden opgesteld met in achtneming van het wettelijke Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) en de door de raad vastgestelde Financiële verordening. Deze kaders bepalen de vorm en zijn de basis voor de inhoud van de jaarstukken. Bij het samenstellen van de jaarstukken is de gemeente verplicht om rekening te houden met feiten die van invloed zijn op het resultaat of de financiële positie. De Jaarstukken 2015 zijn net als de Programmabegroting 2015-2018 ingedeeld in twaalf doelstellingen verdeeld over vier hoofdstukken, waarbij is gekozen voor inhoudelijke én financiële samenhang. Het jaarverslag omvat de programmaverantwoording en de paragrafen. Het jaarverslag is bedoeld om verantwoording af te leggen over het gevoerde beleid. De beantwoording van de 3 W-vragen: 1. Wat hebben we bereikt? 2. Wat hebben we ervoor gedaan? 3. Wat heeft het gekost? laat zien of de doelstellingen zijn gehaald, welke activiteiten daarvoor zijn uitgevoerd en wat de gerealiseerde baten en lasten zijn. Toegelicht wordt wat de reden is van afwijkingen. Hierbij wordt ingegaan op de rechtmatigheid en op het incidentele of een structurele karakter van de afwijking. De periode waarover verslag wordt gedaan is het boekjaar dat loopt van 1 januari tot en met 31 december. Verder bevat het jaarverslag ook een verantwoording over de algemene dekkingsmiddelen. De verantwoording geeft bovendien inzicht in het gebruik van het geraamde bedrag voor onvoorzien. De paragrafen bevatten de verantwoording van verschillende beheersmatige onderwerpen in de begroting. De jaarrekening is vooral bedoeld om verslag te doen over de financiële positie van de gemeente per einde van het boekjaar. De jaarrekening bestaat uit de programmarekening en de balans, beide inclusief een toelichting. De balans van de gemeente is het overzicht van alle bezittingen, schulden en het eigen vermogen. In de toelichting wordt ingegaan op de grondslagen voor waardering van de afzonderlijke onderdelen van de balans, en de feiten die van invloed zijn op de totstandkoming van de omvang van de balansposten. De programmarekening geeft een overzicht van het financiële resultaat van Delft voor het jaar 2015. Per hoofdstuk is opgenomen wat het saldo is van baten en lasten. Met de toevoegingen en onttrekkingen aan reserves wordt inzicht gegeven in het resultaat na bestemming. Wijzigingen ten opzichte van vorig jaar Stelselwijziging Er is sprake van een stelselwijziging indien de waardering in de balans of het resultaat wijzigt ten opzichte van voorgaande jaren als gevolg van een andere werkwijze of methode. Een stelselwijziging kan het gevolg zijn gewijzigde wet- en regelgeving. of het gevolg van voortschrijdend inzicht De commissie BBV stelt regelmatig notities op en geeft antwoorden op vragen en interpretaties van eigen regelgeving. De antwoorden hebben kracht van wet, wat betekent dat met deze antwoorden rekening dient te worden gehouden in de verslaglegging. 6

In deze jaarstukken is rekening gehouden met: Gewijzigde wet- en regelgeving. - Notitie grondexploitatie (commissie BBV) - Kengetallen i.v.m. financiële positie (BBV) In de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing worden de specifiek voorgeschreven kengetallen opgenomen. - Herclassificatie balans m.b.t. begraafrechten (gemeentewet). Investeringen waarvoor begraafrechten (kunnen) worden geheven, moeten worden gepresenteerd onder de categorie Investeringen met een economisch nut waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven. - Structureel en reëel evenwicht (artikel 19 BBV) Het voorgeschreven overzicht van incidentele baten en lasten geeft voortaan inzicht in de belangrijkste posten afzonderlijk gespecificeerd per doelstelling. Daarnaast wordt een overzicht van de structurele stortingen en onttrekkingen aan de reserves opgenomen. Voortschrijdend inzicht gemeente Delft en aanbevelingen uit de begrotingsscan BZK - Verantwoording gesloten circuits Om de transparantie van het rekeningresultaat te vergroten, mede naar aanleiding van aanbevelingen uit de begrotingsscan BZK, worden de gesloten circuits niet meer voor bestemming van het rekeningresultaat verrekend met bestemmingsreserves. Hierdoor maken de voor- en nadelen van het gesloten circuit onderdeel uit van het rekeningresultaat. - Geen budgetoverhevelingen In deze jaarstukken zijn geen voorstellen voor budgetoverheveling van niet bestede budgetten opgenomen (voorstellen voor aanvullende stortingen in of onttrekkingen aan reserves en overige voorstellen tot afrekening van het resultaat na bestemming blijven wel mogelijk). Beoogd is de focus te verleggen van het budget dat in het verleden beschikbaar is gesteld naar actualisatie van het budget dat benodigd is om de afgesproken doelstellingen te bereiken. Voorstellen voor actualisering van budgetten die samenhangen met onderschrijding in de jaarstukken, zijn onderdeel van de kadernota Presentatie rekeningresultaat De presentatie van het resultaat is gewijzigd ten opzichte van eerdere jaarstukken, doordat de gesloten circuits niet voortijdig hebben afgerekend met het gesloten circuit. De voorstellen tot budgetoverheveling maken geen onderdeel uit van het resultaat. 7

Samenstelling van het bestuur De raad in Delft heeft 37 raadsleden. De raad wordt bijgestaan door de raadsgriffier Raymond Jeene. Het college bestaat uit de burgemeester en 5 wethouders. Het college is er voor het dagelijks bestuur van de gemeente Delft. Bas Verkerk is burgemeester van Delft. De burgemeester is de voorzitter van het college van burgemeester en wethouders (B&W) en wordt elke zes jaar apart (her)benoemd. De gemeentesecretaris van Delft is Hans Krul. Hij is de eerste beleidsadviseur van het college van burgemeester en wethouders. Burgemeester en wethouders Naam / Portefeuille Partij Burgemeester G.A.A. Verkerk Veiligheid Internationaal beleid Gemeentesecretaris J. Krul Wethouder A.H. Hekker D66 1e loco-burgemeester Financien Jeugdzorg Onderwijs Dienstverlening Wethouder F. Forster STIP 2e loco-burgemeester Economie Cultuur Ruimtelijke ordening Wethouder S.M. Brandligt GroenLinks 3e loco-burgemeester Duurzame ontwikkeling Beheer van de stad Werk en inkomen Participatie Wethouder R.M. de Prez PVDA 4e loco-burgemeester Wonen Stedelijke vernieuwing Zorg Wethouder L.B. Harpe VVD 5e loco-burgemeester Verkeer en vervoer Grondzaken en vastgoed Spoorzone Bedrijfsvoering (HRM, organisatieontwikkeling, Juridische zaken Facilitaire zaken) Regiegemeente Afvalbeleid 8

Zetelverdeling gemeenteraad van Delft D66 8 VVD 3 STIP 4 CDA 3 GroenLinks 4 Stadsbelangen 2 PVDA 4 ChristenUnie 2 Onafhankelijk Delft 3 Fractie Van Koppen 1 SP 3 - - Karakter Delft Centraal in de Randstad, gelegen tussen Den Haag (9 km) en Rotterdam (14 km), te bereiken via rijksweg A13 en rijksweg A4. In de nabijheid van Amsterdam Airport Schiphol (53 km) en Rotterdam The Hague Airport (10 km). - Monumentale, historisch bepaalde binnenstad - Middelgrote stad met compleet voorzieningenpakket - ook voor de regio - Veel kennisintensieve bedrijven en instellingen Kerncijfers Kerncijfers van Delft 01-jan-14 01-jan-15 Inwoners Aantal inwoners 100.046 101.030 w.v. inwoners < 20 jaar 19.107 19.334 s.v. inwoners > 65 jaar 14.648 14.955 w.v. inwoners 75-85 jaar 4.468 4.458 woonruimten* 48.438 49.199 gemiddeld aantal personen per woning 2,07 2,05 Oppervlakte gemeente in ha. 2.283 2.283 Bedrijven aantal bedrijven in Delft 6.990 7.185 aantal arbeidsplaatsen 51.200 51.300 Beroepsbevolking 54.000 55.000 aantal geregistreerde werkzoekenden 5.000 4.000 Werkloosheidspercentage 8,60% 7,50% * De definitie van woonruimten is gewijzigd in de financiele verhoudingswet. Volgens deze gewijzigde definitie zijn er minder woonruimten in Delft (BAG). 9

Samenvatting het financiële resultaat over 2015 Baten en lasten: exclusief reservemutaties Financieel resultaat Het resultaat over 2015 laat een positief saldo zien van 90,7 miljoen. Ten opzichte van het negatieve rekeningresultaat in 2014 en de niet sluitende begroting 2015, die uitging van een nadelig saldo van 11,3 miljoen, is dit een opmerkelijke verbetering. Het positieve resultaat is in drie stappen bereikt: Opbouw resultaat 2015 bedragen * 1.000,- Programmabegroting 2015-2018 -11.284 1. Mutaties Programmabegroting 2016-2019 76.813 65.529 2. Mutaties Najaarsrapportage 2015 (incl.erratum) 8.805 74.334 3. Mutaties Jaarstukken 2015 16.404 Totaal 90.738 10

De grootste bijdrage aan het positieve resultaat is verwerkt in de Programmabegroting 2016-2019 en betreft de activering van de investeringsbijdrage aan de spoortunnel (+ 80 miljoen). Tevens is in de begroting opvolging gegeven aan de aanbevelingen uit de begrotingsscan van de provincie Zuid-Holland en het ministerie van BZK en is rekening gehouden met een aantal tegenvallers (bestaand beleid, gemeentefonds). In de Najaarsrapportage 2015 is een prognose opgenomen waardoor het saldo verder is verbeterd(+ 8,8 miljoen). Deze verbetering bestond uit voordelen bij de WWB, leges voor de omgevingsvergunningen, een bijdrage aan de voorbereidingskosten van de Sebastiaansbrug en meevallers bij budgetoverhevelingen uit 2014. De Jaarstukken 2015 laten nu aanvullend voordelen zien ter grootte van 16,4 miljoen. De belangrijkste voordelen zijn ontstaan bij het Sociaal domein, door vrijval van voorzieningen en als gevolg van de (administratieve) herijking van het project spoorzone. De algemene reserve had begin 2015 een negatief saldo als gevolg van de vervanging van het spaarmodel door voorzieningen voor verlies en onvoorzien van de businesscase Spoorzone. De voorzieningen zijn ten laste van het rekeningresultaat 2014 gebracht en in de plaats gekomen van het jaarlijks sparen van een bedrag voor het tekort in de businesscase. Het positieve rekeningresultaat over 2015 wordt voor klein deel gebruikt voor afrekenvoorstellen (bestemming resultaat) en daarna toegevoegd aan de Algemene reserve. Het negatieve saldo verbetert daardoor fors en is per 31 december 2015 64,5 miljoen positief. Overzicht weerstandscapaciteit bedragen x 1 mln Saldo algemene reserve weerstandsvermogen per 1 januari 2015-28,1 Reeds genomen besluiten Voor financiering reserve investeringsplan 3,2 Verkoopopbrengst panden 0,4 Bijdrage flankerend beleid -1,2 Jaarstukken 2015 Resultaat 2015 90,7 Bestemmingresultaat -0,5 2,4 90,2 Beschikbaar 64,5 De extra ruimte die ontstaat wordt betrokken bij de beoordeling van de financiële positie in de Kadernota 2016 en bepaalt mede de mogelijkheden voor verder financieel herstel en noodzakelijke investeringen. NB: t/m de Programmabegroting 2015-2018 is onderscheid gemaakt tussen weerstandscapaciteit voor algemene risico s en weerstandscapaciteit voor risico s met betrekking tot gebiedsontwikkelingen. Naar aanleiding van de begrotingsscan van het ministerie van BZK en de provincie Zuid-Holland is vastgesteld dat de meerwaarde van dit onderscheid beperkt is omdat op de onderdelen niet of nauwelijks wordt gestuurd. Om die reden is het onderscheid in de Programmabegroting 2016-2019 beëindigd. In het raadsvoorstel bij de Jaarstukken 2015 is een voorstel voor beëindiging van het onderscheid opgenomen. In de tabel hierna zijn de planning (Programmabegroting 2015-2018) en de realisatie (Jaarstukken 2015) met elkaar vergeleken. Voor de aansluiting met vorig jaar is ook het rekeningresultaat 2014 toegevoegd. In het overzicht is onderscheid gemaakt tussen het resultaat voor bestemming en het resultaat na bestemming. Het rekeningresultaat voor bestemming is het saldo van baten en lasten en betreft het zuivere rekeningresultaat zonder dat er enige verrekening met de bestemmingsreserves heeft plaatsgevonden. De verrekeningen met de reserves (stortingen en onttrekkingen) worden verwerkt in het rekeningresultaat na bestemming. Het gaat hier om stortingen om middelen te reserveren voor 11

toekomstige uitgaven en om onttrekkingen uit eerder gevormde bestemmingsreserves op het moment dat de uitgaven plaats hebben gevonden. Aan deze mutaties liggen raadsbesluiten ten grondslag. Gemeentelijk resultaat Realisatie 2014 Begroot vóór wijziging Begroot na wijziging Realisatie Verschil begroot na wijziging/ realisatie Totaal baten 178.142 128.829 132.676 131.103-1.573 Totaal lasten 385.556 335.195 184.785 239.218-54.433 Totaal saldo van baten en lasten van de programma's -207.414-206.366-52.109-108.115-56.006 Saldo Algemene dekkingsmiddelen 154.864 202.476 131.446 206.760 75.314 Totaal stortingen 54.304 34.140 29.625 29.625 - Totaal onttrekkingen 60.617 26.748 24.622 21.715-2.907 Resultaat na bestemming -46.237-11.282 74.334 90.738 16.404 2015 Bedragen x 1000,- Als gevolg van het negatieve rekeningresultaat 2014, de niet sluitende Programmabegroting 2015-2019, de forse schuldpositie en de negatieve stand van de Algemene reserve was de financiële situatie van de gemeente Delft bij aanvang van het begrotingsjaar 2015 zorgelijk. De provincie Zuid-Holland heeft de begroting niet goedgekeurd en het financieel toezicht op de begroting verscherpt van repressief naar preventief toezicht. Er is door de provincie een begrotingsscan uitgevoerd in samenwerking met het ministerie van BZK. Ook is door de provincie gevraagd om een herstelplan met maatregelen gericht op herstel van het materieel begrotingsevenwicht, het verlagen van de schuldpositie, het verlagen van het risicoprofiel en het verbeteren van het weerstandsvermogen. Het gevolg hiervan is geweest dat de financiële besluitvorming in 2015 niet zelfstandig door de gemeente (raad) heeft plaatsgevonden. Er mochten geen uitgaven worden gedaan buiten het begrotingskader 2014 en/of verplichtingen aangegaan zonder voorafgaande toestemming van de toezichthouder. Voorstellen met effect voor het begrotingssaldo en voor de vermogenspositie alsmede begrotingswijzigingen zijn vooraf ter goedkeuring aan de provincie voorgelegd. Het herstelplan heeft geleid tot een aantal maatregelen dat is geëffectueerd in de Programmabegroting 2016-2019 die door de gemeenteraad is vastgesteld op 5 november 2015. De begroting is in 2015 en vanaf 2017 weer sluitend en laat in de jaren daarna een positief saldo zien. Dit positieve saldo is bereikt door gebruik te maken van de aanbevelingen uit de begrotingsscan van het ministerie van BZK en de provincie Zuid-Holland en door een nieuw pakket aan ombuigingen. Met het activeren van de bijdrage aan de spoortunnel is ook het eigen vermogen in 2015 weer positief. De provincie heeft met de toezichtsbrief voor 2016 (d.d. 7 december 2015) vastgesteld dat de begroting voldoet aan de criteria voor repressief toezicht en kan direct, d.w.z. zonder voorafgaande goedkeuring, worden uitgevoerd. De inspanningen om tot verbetering van het financieel perspectief te komen, hebben zichtbare resultaten opgeleverd en reeds na een jaar geleid tot verlichting van het toezichtsregime. Wel geldt dat sprake is van het begin van financieel herstel en dat de maatregelen niet zonder gevolgen zijn. Zo blijft het risicoprofiel hoog, is uitvoering van een omvangrijk bezuinigingsprogramma (van bijna 74 miljoen) noodzakelijk en leidt dit ertoe dat Delft inmiddels de hoogste woonlasten heeft van de grotere gemeenten in Nederland. In de Kadernota 2016 zal een nadere afweging plaatsvinden van de inzet op de eerder geformuleerde speerpunten weerstandscapaciteit, stadsschuld en een fundament voor het gewenste perspectief voor Delft. Ook wordt hierbij de uitvoering van het rapport Delft, parel in de Randstad van de adviesgroep Delft Herstelt betrokken. 12

Voorstel tot afrekening van het resultaat na bestemming In de jaarstukken is tot nu toe voor een aantal door de raad aangewezen deelexploitaties (i.c. Reiniging, Riolering, Omgevingsvergunningen) het resultaat direct toegevoegd of onttrokken aan een daarvoor ingestelde egalisatiereserve. Het gesloten circuit Grondexploitaties werd direct verrekend met de Algemene reserve Gebiedsontwikkeling. Nadeel van deze presentatie is dat vooren nadelen niet zichtbaar zijn in het rekeningresultaat. Om de transparantie te vergroten, zijn vanaf dit jaar de voor- en nadelen van de gesloten circuits onderdeel van het resultaat na bestemming. De verrekening van de resultaten is onderdeel van het voorstel tot afrekening van het resultaat na bestemming. Met deze presentatie verbetert de transparantie van het rekeningresultaat omdat de exploitatieresultaten van de gesloten circuits nu onderdeel zijn van het resultaat en niet direct worden verrekend met egalisatiereserves. Met deze werkwijze wordt geen gebruik gemaakt van de bevoegdheid die is opgenomen in de Financiële verordening om voor door de raad aangewezen deelexploitaties het werkelijke jaarresultaat direct toe te voegen of te onttrekken aan een daarvoor ingestelde (egalisatie)reserve 1. Het vergroten van de transparantie is een belangrijke aanbeveling geweest in de scan van het ministerie van BZK en de provincie Zuid-Holland. Bij het opmaken van de jaarstukken zijn dit jaar geen voorstellen ingediend om niet bestede budgetten uit 2015 over te hevelen naar een later jaar. Wel zijn opnieuw voorstellen gedaan om aanvullend te storten in of te onttrekken aan (bestemmings-)reserves. Het niet overhevelen van budgetten bij de jaarstukken verlegt de focus van het budget dat ooit beschikbaar is gesteld naar actualisatie van het budget dat benodigd is om de afgesproken doelstellingen te bereiken. Voorstellen voor actualisering van budgetten die samenhangen met onderschrijding in de jaarstukken worden betrokken bij de Kadernota 2016. De volgende tabel geeft een overzicht van de voorstellen voor afrekening. Per saldo wordt bijna 0,5 miljoen ingezet voor de bestemming van het resultaat. 1 In de Financiële verordening 1 -artikel 10 lid 5- van de gemeente Delft staat het volgende opgenomen over gesloten circuits: Het college is bevoegd om bij het opmaken van de gemeentelijke jaarrekening het exploitatieresultaat van gesloten circuits te verrekenen met de hiervoor ingestelde bestemmingsreserve of voorziening. De gesloten circuits zijn; Reiniging, Riolering, Leges-model Omgevingsvergunningen en Grondexploitaties. 13

Voorstellen tot afrekening van het jaarrekening resultaat bedragen * 1.000,- Storting Onttrekking Effect op weerstandsvermogen Naar hoofdstuk en doelstelling Stad van innovatie - 400 400 Sterke economie YES! Doorgroeigebouw - onttrekking reserve Kapitaallasten 400 400 Bestedingsplanning 2016 2017 2018 2019 Stad van participatie 3.801 - -3.801 Sterke samenleving Bodemsanering ISV3 - storting reserve Investeringsplan 428-428 128 100 100 100 Vrijval voorzieningen sport - storting reserve beleid en utivoering 3.373-3.373 Leefbare stad 3.169 5.851 2.682 Aantrekkelijke stad Voorziening Bacinol - storting in reserve Beleid en uitvoering 120-120 66 54 Aankoop kunstwerken - Onttrekking reserve Erfgoed Delft 183 183 Frictiekosten Taal- en Cultuur Centrum en de coöperatie VAK VT - storting Reserve VAK 34-34 34 Voorziening VAK - storting reserve VAK 190-190 71 119 Bereikbare en gastvrije stad Resultaat vastgoedbedrijf - onttrekking reserve Vastgoed 573 573 Niet activeerbare kosten HNK - onttrekking reserve Gemeentelijke huisvesting Resultaat gesloten circuit omgevingsvergunningen - Egalisatiereserve omgevingsvergunningen 4.110 4.110 2.004-2.004 Aanleg steiger Nieuwe haven - onttrekking uit reserve Investeringsplan 30 30 Goede openbare ruimte Resultaat gesloten circuit Reiniging- onttrekking uit reserve Reiniging 403 403 Resultaat gesloten circuit Riolering - onttrekking uit reserve 552 552 Riolering Duurzame stad Voorziening REM - storting in reserve Beleid en uitvoering 821-821 688 133 Stad en bestuur - 382 382 Regie gemeente ICT- Knooppunt HNK - Onttrekking reserve automatiseringsmiddelen 382 382 Raad 130 - -130 Raadsonderzoek en DRK storting Algemene reserve weerstandcapaciteit 130-130 130 Totaal 7.100 6.633-467 De voorstellen om aanvullend te storten in of te onttrekken aan een bestemmingsreserve zijn getoetst aan het BBV waarin staat dat stortingen in en onttrekkingen aan reserves het begrote bedrag niet mogen overschrijden zonder afzonderlijk raadsbesluit. Een overzicht met voorstellen is in de bijlage opgenomen. De voorstellen tot afrekening van het resultaat na bestemming zijn toegelicht bij de beantwoording van de 3 e W-vraag ( Wat heeft het gekost? ) in de programmaverantwoording. Na verwerking van de voorstellen voor afrekening met reserves wordt het positieve jaarrekeningresultaat toegevoegd aan de Algemene reserve. Resltaat na bestemming Bedragen x 1.000,- Resultaat volgens de jaarstukken 2015 90.738 Nog te verwerken besluiten Reserve mutaties van de gesloten circuits -1.049 Overige afreken voorstellen met reserves 712 Budgetoverheveling van de raad -130-467 Per saldo te verrekenen met de Algemene reserve 90.271 14

Analyse van verschillen tussen begroting na wijziging en realisatie In de tabel hierna is per hoofdstuk het resultaat in beeld gebracht inclusief een vermelding van de rechtmatigheid van de afwijkingen. Afwijkingen per hoofdstuk Rechtmatig ja/nee Totaal Verschil Afwijking Lasten Afwijking Baten Bedragen x 1.000,- Afwijking Stortingen Hieronder zijn de grootste afwijkingen (> 200.000) op de doelstellingen per hoofdstuk en de algemene dekkingsmiddelen toegelicht. Afwijking Onttrekkingen Stad van innovatie ja -132-209 77 - - Participatie samenleving ja 13.964 21.567-7.603 - - Leefbare stad ja 1.162-1.831 4.938 - -1.945 Stad en bestuur ja 1.171 176 995 - - Raad ja 218 198 20 - - Algemene Dekkingsmiddelen ja 74.354 67.745 7.569 - -960 Totaal afwijkingen 90.738 87.646 5.996 - -2.905 Bij doelstelling Sterke economie is voor het investeringsproject Yes doorgroeigebouw vastgesteld dat geen sprake is van activeerbare kosten Om die reden wordt investering afgesloten en komen de tot nu toe gemaakte kosten ten laste van de exploitatie (nadeel 400.000). Ter compensatie is in het voorstel tot afrekening van het resultaat is een voorstel voor een onttrekking aan de reserve Dekking kapitaallasten opgenomen. Op de doelstelling Werk en economische zelfstandigheid is een fors voordeel op de verstrekking van bijstand ontstaan (voordeel 3,4 miljoen) doordat van het rijk meer vergoedingen zijn ontvangen en dankzij de inspanningen van de Taskforce. Inclusief het voordeel dat al bij de Najaarsrapportage 2015 is verwerkt, is het totale voordeel voor 6,9 miljoen. Bij de armoedebestrijding zijn alle aanvragen gehonoreerd, desondanks is minder uitgegeven aan inkomenstoeslagen en de schoolkostenregeling (voordeel 362.000). De doelstelling Sterke samenleving laat een voordeel zien bij stedelijke vernieuwing ( 491.000 voordeel) als gevolg van het niet terugbetalen van een subsidie aan de provincie Zuid- Holland. In het voorstel tot afrekening van het resultaat wordt voorgesteld hiervan een deel te storten in de reserve Investeringsplan t.b.v. bodemmaatregelen en subsidie voor wonen boven winkels. Bij sportaccommodaties zijn personeelslasten lager ( 278.000 voordeel) en vallen voorzieningen vrij na een toets op de verslaggevingsvoorschriften (BBV) ( 3,374 miljoen voordeel). Omdat de middelen benodigd blijven wordt in het voorstel tot afrekening van het resultaat en storting in de bestemmingsreserve Beleid en uitvoering voorgesteld. Bij de overdracht en beheer van maatschappelijke voorzieningen is een nadeel ontstaan ( 274.000 nadeel). Als gevolg van efficiënt samenwerken is een voordeel ontstaan bij Gezond en wel ( 261.000 voordeel). Anticiperend op de personele bezuinigingen en natuurlijk verloop, is vacatureruimte ontstaan ( 717.000 voordeel). Bij doelstelling Zorg en ondersteuning is een aanzienlijk voordeel gerealiseerd ( 5,63 miljoen voordeel). Belangrijke oorzaak hiervoor is dat voor de begrotingsramingen geen actuele gegevens van zorginstellingen beschikbaar waren. Op basis van werkelijke cijfers 2015 wordt de begroting 2016 bijgesteld. De onderbestedingen zijn gerealiseerd bij Jeugdhulp (Zorg in natura, persoonsgebonden budget en Landelijk Transitie Arrangement), WMO (maatwerk lokaal, regionale taken), Toegang, invoeringskosten decentralisaties en Preventieve Jeugdzorg. Doelstelling Aantrekkelijke stad kent een voordeel bij de VAK als gevolg van een voorziening die vrijvalt voor frictiekosten en diverse meevallers ( 459.000 voordeel). In het voorstel tot afrekening van het resultaat wordt voorgesteld de vrijval uit de voorziening alsmede een deel van het positief resultaat te storten in de reserve VAK. Bij Erfgoed Delft is een nadeel ontstaan als gevolg van kunstaankopen, ontzameling Nusantara, tegenvallende inkomsten en veiligheidsmaatregelen ( 331.000 nadeel). In het voorstel tot afrekening van het resultaat wordt voorgesteld om voor de kunstaankopen een onttrekking te doen 15

uit de reserve Cultureel Erfgoed Delft. Voor de VOM is een voorziening getroffen voor het verschil tussen de garantstelling van de gemeente Delft en het onderliggende onroerend goed ( 1,0 miljoen nadeel). Binnen de doelstelling Bereikbare en gastvrije stad is bij Parkeren een voordeel ontstaan ten opzichte van de prognose in de Najaarsrapportage 2015 door verminderde handhavingsinzet ( 274.000 voordeel). In het project Spoorzone zijn de benodigde voorzieningen herijkt, zijn extra activeringsmogelijkheden nagegaan en is de businesscase geactualiseerd alsmede de administratieve systematiek. Dit heeft geleid tot een voordeel ( 6,135 miljoen voordeel). Bij het beheer van vastgoed is een nadeel ontstaan door lagere huuropbrengsten en een niet gerealiseerde bezuiniging ( 573.000 nadeel). Conform de Financiële verordening wordt in het voorstel tot afrekening van het resultaat voorgesteld een onttrekking te doen aan de reserve Vastgoed. Voor de bouwgrondexploitatie was in begroting een nadeel geraamd, in de realisatie valt dit positiever uit als gevolg van extra baten ( 229.000 voordeel). De exploitatie van verhuurde eigendommen laat een voordeel zien door een verkoopopbrengst ( 262.000). Voor de leges Omgevingsvergunningen was bij de Najaarsrapportage 2015 al een voordeel voorzien van 2 miljoen. In het voorstel tot afrekening van het resultaat wordt voorgesteld dit voordeel te storten in de egalisatiereserve Omgevingsvergunningen. Voor Het Nieuwe Kantoor wordt het eerste deel van het investeringskrediet afgesloten. Een deel van deze investering wordt, volgens plan, niet geactiveerd ( 4,11 miljoen nadeel) en ten laste gebracht van de reserve Gemeentelijke huisvesting. Een voorstel voor deze onttrekking is opgenomen in het voorstel tot afrekening van het resultaat. De doelstelling Goede openbare ruimte bevat voor de Sebastiaansbrug een afwaardering van de voorbereidingskosten van de basculebrug van 3,1 miljoen. In het gesloten circuit Reiniging zijn de kosten van kwijtschelding hoger en de inkomsten uit de heffing hoger (per saldo 203.000 voordeel). In het voorstel tot afrekening van het resultaat wordt het voordeel verrekend met de egalisatiereserve Reiniging. In het gesloten circuit Riolering zijn de kosten van beheer en onderhoud hoger dan geraamd ( 168.000 nadeel). Hierbij is een samenhang met achterblijvende vervangingsinvesteringen. In het voorstel tot afrekening van het resultaat wordt het nadeel verrekend met de egalisatiereserve Riolering. Bij de aanpak van risicobomen is vertraging ontstaan ( 382.000 voordeel). Bij de doelstelling Duurzame stad vallen na een toets van de verslaggevingsvoorschriften (BBV) voorzieningen vrij voor energiebesparende maatregelen ( 821.000 voordeel), bodemsanering Technopolis ( 350.000 voordeel) en grondwateronttrekking ( 286.000 voordeel). Omdat de middelen energiebesparing benodigd blijven is in het voorstel tot afrekening van het resultaat een storting in de reserve Beleid en uitvoering opgenomen. Voor de bodemsanering is in het risicoprofiel een risico opgenomen. Voor de GR Grondwateronttrekking is een terugbetaling door de GR niet gerealiseerd ( 504.000 nadeel). Dit gebeurt alsnog in 2016. De doelstelling Veilige stad heeft bij Bouwen en wonen een voordeel omdat meer omgevingsvergunningen zijn afgegeven. Dankzij hoger dan geraamde productiviteit is geen extra dekking vanuit het legesmodel benodigd ( 488.000 voordeel). Bij doelstelling Regiegemeente zijn de kosten van het ICT knooppunt in HNK in 2015 gerealiseerd i.p.v. in 2016 ( 382.000 nadeel). In het voorstel tot afrekening van het resultaat wordt het nadeel verrekend met de reserve Automatiseringsmiddelen. Bij de uitgaven voor WW en WGS is een voordeel ontstaan ( 206.000 voordeel). Voor de komende jaren wordt een stijging van boven- en nawettelijke WW verwacht. In de bedrijfsvoering zijn voordelen ontstaan door opzegging van een huurcontract en afkoop van een huur- en servicecontract ( 295.000 voordeel). Bij doelstelling Raad is het resultaat positief door fasering van het vervolgtraject Onderzoek grote projecten, onderbezetting griffie en een onderbesteding op DRK en fractiebudgetten ( 218.000 voordeel). In het voorstel tot afrekening van het resultaat wordt voorgesteld de middelen voor het onderzoek en DRK te storten in de Algemene reserve. 16

Bij de doelstelling Financieel gezonde gemeente (algemene dekkingsmiddelen en post Onvoorzien) is bij Financiering minder interne rente doorberekend ( 294.000 nadeel). In de Najaarsrapportage 2015 is een overschot geprognosticeerd op basis van de bijstellingen in de Programmabegroting 2016-2019 (jaarschijf 2015) en voortschrijdende inzichten ten tijde van de najaarsrapportage. Met name de activering van de bijdrage aan de spoortunnel draagt bij aan het voordeel ( 74,3 miljoen). Voor het Gemeentefonds is de eerder aangekondigde hogere algemene uitkering gerealiseerd ( 785.000 voordeel). In samenhang met een voordeel bij de doelstellingen ontstaat bij de algemene dekkingsmiddelen een nadeel ten aanzien van de reserves Gemeentelijke huisvesting en Investeringsplan ( 961.000 nadeel). Rechtmatigheid De concrete lastenoverschrijdingen groter dan 200.000 zijn hiervoor toegelicht vanuit rechtmatigheidsoptiek. In het algemeen geldt dat als een budgetafwijking betrekking heeft op bestaand beleid en tijdig is gemeld aan de raad, het een rechtmatige afwijking betreft. De afwijking wordt bij goedkeuring door de raad, ook rechtmatig als deze niet tijdig is gemeld, maar exogeen, onontkoombaar en/of onvoorzien is. Afwijkingen die niet tijdig zijn gemeld en/of niet passen in het beleid zijn onrechtmatig. Deze onrechtmatige afwijkingen worden, zo nodig, toegelicht in een aparte paragraaf in de jaarrekening. Met de vaststelling van de jaarstukken door de raad vindt autorisatie plaats. De accountant rapporteert elke fout of onzekerheid op het niveau van doelstellingen vanaf 200.000 aan de raad. In de Jaarstukken 2015 is geen sprake van onrechtmatigheden. Verloop reserves en voorzieningen Verloop reserves Bovenstaande grafiek geeft de ontwikkeling van het eigen vermogen weer, gesplitst naar algemene reserve en bestemmingsreserve. In de stand per ultimo boekjaar is rekening gehouden met de bestemming van het resultaat zoals dat is/wordt voorgesteld. Algemene reserve / weerstandscapaciteit De Algemene reserve neemt toe met 99,6 miljoen ten opzichte van de stand uit 2014. Dit bedrag is voornamelijk het gevolg van het positieve rekeningresultaat van 90,7 miljoen. De overige verbeteringen hebben betrekking op besluitvorming die in het resultaat zijn verwerkt. De algemene reserve weerstandscapaciteit Gebiedsontwikkeling is samengevoegd met de Algemene reserve weerstandscapaciteit. Bij de besluitvorming van de Najaarsrapportage is het 17

negatieve saldo van 7 miljoen geëlimineerd. De overige voorstellen leiden tot een verbetering van de van 2,4 miljoen, ten slotte is rekening gehouden met voorstellen om het resultaat te bestemmen van 500.000 (negatief). Bestemmingsreserves De omvang van de bestemmingsreserves is toegenomen met 800.000, hiervan heeft 500.000 betrekking op de bestemming van het resultaat. Een verloop van de bestemminsreserves is opgenomen bij de toelichting op de balans (onderdeel vaste passiva). Verloop voorzieningen Een volledig verloopoverzicht van de voorzieningen is opgenomen bij de toelichting op de balans (onderdeel vaste passiva). Onderstaande toelichting is slechts op hoofdlijnen. Voorzieningen voor verplichtingen en verliezen en voorzieningen voor risico s Ultimo 2015 is de omvang van deze voorzieningen ten opzichte van het boekjaar 2014 afgenomen met 63,6 miljoen. De voornaamste wijziging heeft te maken met het laten vrijvallen van de voorziening voor de verwachte verliezen van het Spoorzonegebied met 53 miljoen. Deze voorziening kan vrijvallen door het activeren van de bijdrage van de spoortunnel. Daarnaast zijn de risico s voor het Spoorzonegebied en de Spoortunnel geactualiseerd, waardoor de voorzieningen voor risico s met 9,5 miljoen worden verlaagd. De overige mutaties hebben te maken met de ingestelde voorziening VOM met 1 miljoen en de vrijval van een aantal voorzieningen voor bijna 2 miljoen. Egalisatievoorzieningen Deze voorzieningen zijn ingesteld voor de gelijkmatige verdeling van lasten op basis van een meerjarenplanning voor het uit te voeren onderhoud. De voorzieningen Renovatie sportvelden en de voorziening Onderhoud installaties zwembad Kerkpolder vallen vrij, omdat er geen actueel onderhoudsplan beschikbaar is. Hiermee wordt de mutatie van deze voorzieningen bijna volledig verklaard. Voorziening voor investeringen het heffing Deze voorziening is toekomstige vervangingsinvesteringen waarvoor heffingen zijn opgelegd. De ingezetenen van Delft dragen via de rioolheffing bij aan het in standhouden en vernieuwen van de riolering. In 2015 is per saldo 2,5 miljoen toegevoegd aan de voorziening. Voor dit bedrag zullen in toekomst delen van het rioolstelsel worden vervangen. 18

Van derden verkregen middelen Deze voorzieningen zijn ingesteld voor het nog niet bestede deel van de van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden. Incidentele baten en lasten Met de tabel incidentele baten en lasten wordt een onderbouwing gegeven van het structurele begrotingsevenwicht. Hiermee wordt een bijdrage geleverd aan het inzicht in de financiële positie van de gemeente. Van een structureel begrotingsevenwicht is sprake als structurele lasten in de begroting worden afgedekt door structurele baten. Met deze tabel wordt aangegeven in hoeverre het jaarrekeningresultaat van 2015 is samengesteld uit incidentele baten en lasten. Bij het opstellen van de tabel incidentele baten en lasten zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd: Het betreft baten en lasten die zich voordoen in de begroting en de jaarrekening. Het betreft baten en lasten opgenomen met een drempel vanaf 100.000. Het betreft baten en lasten die zich maximaal drie jaar voordoen of waarvan de eindigheid vastligt als gevolg van een raadsbesluit of toekenningsbesluit. Tabel incidentele baten en lasten 19

Incidentele baten en lasten Bedragen x 1000,- Primaire begroting 2015 Begroting na wijziging Realisatie 2015 Doelstelling Omschrijving B/L Financieel gezonde gemeente Aanvulling risicobuffer L 3.500 - - Flankerend beleid L 2.791 - - Verrekeningen BTW L - - 617 Verrekeningen BTW B - - 685- Afrekeningen voorgaande jaren L - 250-60 Afrekeningen voorgaande jaren B - - 220- Sterke economie Stimulering Innovatie L 40 40 40 Dividend en terugstorting aandelenkapitaal Science Port Holland B - - 147- Bioprocess EFRO L - 140 140 Deactivering investering Yes Doorgroeigebouw L - - 400 Sterke samenleving Subsidie 40+ wijken B 558-280 - Subsidie 40+ wijken L 558 280- - Voortzetting ISV L 500 - - Vrijval voorzieningen sport L - - 3.373- Aantrekkelijke stad Bestedingen Bovenwijkse voorzieningen Groen-Blauw L - 260 355 Vrijval voorziening huisvesting VAK B - - 190- Vrijval voorziening Bacinol B - - 120- Instellen voorziening aanspraak gemeentegarantie VOM L - - 1.000 Museale aankopen Erfgoed L - - 1.086 Museale aankopen Erfgoed (bijdrage van derden) B - - 903- Bereikbare en gastvrije stad Grondexploitatie resultaat (verlies) L 2.331 - - Verkoopopbrengsten panden en afkoopsommen huurovereenkomsten B - -805-1.518 Nakomende subsidies B - -165-168 Verkopen Coendersbuurt B - - -166 Inbreng verkopen Coendersbuurt in BC L - - 166 Herijking Parkeerketen L - 380 366 Activering Spoortunnel en actualisatie spoortunnel project L - -80.000-86.125 Spaarmodel Spoorzone L 5.000 7.000 7.000 Niet activeerbare kosten HNK L - 1.514 923 Afsluiting fase 1 HNK L - - 4.110 Duurzame stad Klimaatplan Delft 2003-2010 L 143 143 - Papaver en kinderboerderijen L - 635 661 Vrijval voorziening Bodemsanering L - - 350- Vrijval voorziening REM B - - 821- Vrijval voorziening Grondwateronttrekking L - - 286- Goede openbare ruimte Afboeking Sebastiaansbrug L - 639 3.135 Regiegemeente Aanleg ICT voorzieningen en aanschaf software licenties L 367 369 369 Kosten ict knooppunt HNK L - - 382 Ontwikkelingskosten L - 1.797 1.707 Uitstroom personeel L - 2.538 2.466 Implementatiekosten financieel en E-HRM pakket L - 487 487 Dienstverlening ICT Rijswijk L - - 886 Dienstverlening ICT Rijswijk B - - 886- Verbindende overheid Project Eunivercities L - - 372 Project Eunivercities B - - 372- Raad Onderzoek Raad L - 250 131 Diversen Investeringen maatschappelijk nut L 1.673 765 422 Subtotaal doelstellingen L 16.345 64.263-69.049- Incidentele baten en lasten Bedragen x 1000,- Primaire begroting 2015 Begroting na wijziging Realisatie 2015 Doelstelling Omschrijving B/L Mutaties in reserves Reserve Investeringsplan Investeringen maatschappelijk nut B 1.673- -765-422 Bereikbare en gastvrije stad Resultaat grondexploitaties B 2.331- - - Algemene dekkingsmiddelen Mutaties in reserves via algemene dekkingsmiddelen B - 21.829-20.276- Mutaties in reserves via algemene dekkingsmiddelen L 6.324 16.399 16.399 Per saldo een incidentele last 18.665 70.458-73.348- Tekstuele toelichtingen: Aanvulling risicobuffer De stelpost in de Programmabegroting 2015 voor knelpunten in het bezuinigingsprogramma. Als gevolg van opvolging van adviezen uit de begrotingsscan van de provincie Zuid-Holland en het ministerie van BZK is deze stelpost opgeheven. 20

Flankerend beleid Het budget flankerend beleid is voor uitstroom van personeel en organisatieontwikkeling om de, organisatieontwikkeling en het realiseren van bezuiniging op het apparaat mogelijk te maken. De daadwerkelijke lasten worden verantwoord op doelstelling Regiegemeente. Verrekeningen BTW/BCF Ontstaan door nacalculaties over de jaren 2012 en 2013 over de te betalen btw en terug te ontvangen BCF en BTW. Afrekeningen voorgaande jaren Afwijking komt door een afrekening met de energieleveranciers over de jaren 2012 en 2013. Stimulering Innovatie Een incidenteel meerjarig budget gedekt door de reserve Transitiefonds voor cofinanciering van kenniseconomie. Dividend en terugstorting aandelenkapitaal Science Port Holland Er vindt een dividend en terugstorting van het aandelenkapitaal plaats vanwege het opheffen van Science Port Holland Bioprocess EFRO Betreft de laatste tranche cofinanciering van de EFRO subsidie voor het consortium project Bioprocess Pilot Facility op de DSM locatie in Delft Noord. Budget wordt gedekt door de reserve Transitiefonds. Deactivering investering Yes Doorgroeigebouw De investering YES! Doorgroeigebouw is opgenomen in het investeringsplan en kan als gevolg van de interpretatie van de huidige regelgeving niet worden geactiveerd. De betaalde kosten t/m 2015 ad 400.000 zullen zijn in de exploitatie van de doelstelling Sterke Economie worden verantwoord. Subsidie 40+ wijken Betreft het uitgavenpatroon van de ontvangen subsidie op 40+ wijken. Vanwege financieel technische verantwoordingsrichtlijnen worden deze kosten ten laste van de balans geboekt en levert het geen last of baat op. Voortzetting ISV Met de meerjarenraming stimuleringsfonds Stedelijke Vernieuwing 2015-2018 (raad 18 dec. 2014), is een stedelijk vernieuwingsfonds afgesproken voor revolverende leningen. Omdat het om leningen gaat, die op den duur terugbetaald worden, dient deze last in de begroting gecorrigeerd te worden en komt deze ruimte opnieuw ter beschikking. Vrijval voorzieningen Sport Volgens de richtlijnen van BBV kunnen de voorzieningen onderhoud installaties Kerkpolder en renovatie sportvelden niet als voorziening worden aangemerkt hierdoor vallen deze vrij ten guste van het resultaat. Besteding Bovenwijkse voorzieningen Groen-Blauw De reserve Bovenwijkse voorzieningen groen-blauw is bedoeld om bovenwijkse maatregelen en voorzieningen te financieren Vrijval voorziening VAK Naar aanleiding van de besluitvorming van het college in oktober 2015 over de toekomst van De VAK en DOK valt 190.000 uit de voorziening pand VAK vrij in de exploitatie. Dit bedrag is aangemerkt als dekking voor de eenmalige frictiekosten die gemoeid zijn met de vorming van het Taal- en Cultuureducatief Centrum en de Coöperatie VAK VT. Vrijval voorziening Bacinol Als gevolg van verscherpte regelgeving is het bedrag dat beschikbaar is voor de dekking van de onrendabele top van Bacinol 2, vrijgevallen uit de voorziening Bacinol. 21

Instellen voorziening aanspraak gemeentegarantie VOM De gemeente heeft een garantie verstrekt op een door de VOM BV aangetrokken geldlening van 4 miljoen euro. De gemeente houdt 50% van de aandelen in deze vennootschap. De waarde van het onroerend goed van deze BV is op dit moment gedaald en daarmee kan de gemeente op haar garantie kan worden aangesproken.. Daarom wordt in de jaarrekening 2015 overgegaan tot het vormen van een voorziening. Museale aankopen Erfgoed Erfgoed heeft ten behoeve van museum Prinsenhof en het Archief diverse kunstwerken aangekocht. Hier tegenover staan giften en bijdragen van derden. Grondexploitatie resultaat (verlies) Betreft de geprognotiseerde verliesneming die uiteindelijk niet heeft plaatsgevonden. Verkoopopbrengsten panden en afkoopsommen huurovereenkomsten Betreft verkopen van diverse panden en afkoopsommen van huurovereenkomsten van Westlandseweg en Barbarasteeg en verkoop Schieweg. Nakomende subsidies De subsidie van Stadsgewest Haaglanden (inmiddels MRDH) voor de herinrichting van Zuidplantsoen. Verkopen Coendersbuurt De verkopenopbrengsten van kavels in de Coendersbuurt zijn onderdeel van de businesscase Spoorzone. Herijking parkeerketen Door middel van een budgetoverheveling is er budget beschikbaar gekomen voor de herijking van de parkeerketen. Activering Spoortunnel en actualisatie spoortunnel project Voor een toelichting op deze post verwijzen wij naar het risico Spoorzone in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing. Spaarmodel Spoorzone Door de activeringsmogelijkheden van de spoortunnel komt het spaarmodel te vervallen. Voor een toelichting op deze post verwijzen wij naar het risico Spoorzone in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing. Niet activeerbare kosten HNK Dit betreft projectkosten die niet voor activering in aanmerking komen. Deze kosten worden gedekt uit de reserve Gemeentelijke huisvesting. Afsluiting fase 1 HNK Nu de eerste fase van Het Nieuwe Kantoor (HNK) in gebruik genomen is, wordt ook het eerste deel van het investeringskrediet afgesloten per 31-12-2015 (zie toelichting hierboven). In het oorspronkelijke dekkingsplan van de investering HNK, vastgesteld door de raad in 2007, is bepaald dat een deel van de uitgaven in één keer ten laste van de reserve Gemeentelijke Huisvesting wordt gebracht. Klimaatplan Delft 2003-2010 Het geoormerkt budget voor leningen Nieuw Delft hoeft niet benut te worden, doordat deze leningen op een andere wijze worden gefinancierd. Papaver en kinderboerderijen Het budget voor de overdracht van het NME centrum de Papaver met de daarbij behorende activiteiten en de overdracht van de kinderboerderijen en waterspeeltuinen Delftse Hout en Tanthof aan marktpartijen. 22

Vrijval voorziening bodemsanering De voorziening Bodemsanering Technopolis is gevormd voor dekking van de kosten bodemsanering van het voormalig autocrossterrein Technopolis. Omdat er geen concrete plannen zijn om op korte termijn met de sanering te starten, valt deze voorziening vrij. Vrijval voorziening REM De voorziening REM is gevormd voor dekking van afgegeven subsidiebeschikkingen m.b.t. energiebesparende maatregelen, waarvan de uitbetaling van de subsidie later in de tijd plaats vindt. Omdat er geen onzekerheid bestaat over de omvang van de bestedingen, kan hiervoor geen voorziening worden gevormd. Vrijval voorziening Grondwateronttrekking De voorziening Grondwateronttrekking is gevormd voor dekking van de meerkosten van de grondwateronttrekking door de aanleg van de spoortunnel. Met ProRail is afgesproken dat zij vanaf 30 juni 2015 de meerkosten voor haar rekening neemt. Dit betekent dat het saldo van de voorziening kan vrijvallen. Afboeking Sebastiaansbrug De nieuwe Sebastiaansbrug wordt definitief een basculebrug in plaats van een tafelbrug. Omdat op vrijwel alle onderdelen van het project (ontwerp, architect, aanbesteding, enz.) sprake zal zijn van nieuw te maken kosten, zijn de historische kosten niet meer als activeerbaar aan te merken. De reeds gemaakte kosten zijn ten laste van het resultaat in 2015 gebracht. Aanleg ICT voorzieningen en aanschaf software licenties Betreft de kosten die gemaakt worden voor de sterk fluctuerende kosten van IC voorzieningen en software licenties. Deze worden gedekt uit de reserve Automatiseringsmiddelen. Kosten ICT knooppunt HNK In 2015 is 382.000 eenmalig uitgegeven aan het realiseren van het ICT-knooppunt in HNK (inclusief het verplaatsen van het andere ICT-knooppunt naar een externe locatie). Ontwikkelingskosten en kosten uitstroom personeel De uitgaven voor het flankerend beleid en voor uitstroom van personeel en organisatieontwikkeling. Voor de organisatieontwikkeling en het realiseren van een forse bezuiniging op het apparaat. Implementatiekosten financieel en E-hrm pakket Betreft de incidentele implementatiekosten die zijn gemaakt voor een nieuw financieel- en hrmpakket. Deze zijn in 2016 in gebruik genomen. Dienstverlening ICT Rijswijk Met de intentie om een GR tot stand te brengen, is tussen Rijswijk en Delft een dienstverleningsovereenkomst op het gebied van IT-beheer afgesloten. Geleverde producten en diensten zijn gefactureerd en betaald. Project EUniverCities Delft was penvoerder van het project EUniverCities; ontvangsten en betalingen naar de partnersteden verliepen in 2015 via de Delftse administratie. Onderzoek Raad Betreft het onderzoek door de Gemeenteraad over de ontstane financiële situatie van Delft. 23

Tabel Structurele stortingen en onttrekkingen aan de reserves Bedragen x 1000,- Structurele reserve mutaties B/L 2015 Reserve Financiering L 1.436 Reserve Transitiefonds L 354 Reserve Riskmanagement L 67 Reserve Maatschappelijke voorzieningen L 31 Reserve centrale vervanging Meubilair L 225 Reserve Automatisering L 400 Reserve Vastgoed L 289 Reserve Vak L 73 Reserve Cultureel Erfgoed Delft L 72 Reserve Investeringsplan L 71 Reserve Openbare ruimte L 225 Reserve Onderwijshuisvesting L 562 Reserve vervanging Stadswinkel L 40 Reserve vastgoed L 289 Reserve Decentrale Arbeidsvoorwaarden L 67 Reserve gemeentelijke huisvesting L 4.224 Reserve Investeringsplan L 1.576 Reserve Beleid en Uitvoering B -500 Reserve Riskmanagement B -70 Reserve centrale vervanging Meubilair B -8 Reserve Vak B -7 Reserve Onderwijshuisvesting B -312 Reserve vervanging Stadswinkel B -97 Reserve gemeentelijke huisvesting B -25 Structurele reserve mutaties 8.982 Het rekeningresultaat van ruim 90 miljoen wordt beïnvloed door incidentele effecten. De tabel van incidentele baten en lasten verklaart circa 73 miljoen van het rekeningresultaat. De financiële afwijkingen op het structureel beleid worden, ook al zijn zij incidenteel, conform de regelgeving, niet opgenomen in de tabel incidentele baten en lasten. Een volledige toelichting van de afwijkingen ten opzichte van de raming is per doelstelling opgenomen in jaarverslag. De tabel incidentele baten en lasten bij de jaarrekening 2015 kijkt vooral terug over het afgelopen jaar en waardoor de sturingsinformatie beperkt is. De beoordeling van het structureel begrotingsevenwicht wordt betrokken bij het opstellen van de Programmabegroting 2017-2020. 24

Staat van de Gemeente Door de provincie Zuid Holland is met alle Zuid Hollandse gemeenten een bestuursovereenkomst gesloten waarin afspraken zijn gemaakt over het vernieuwde interbestuurlijk toezicht tussen provincie en gemeenten. Met de overeenkomst wordt invulling gegeven aan het vernieuwde interbestuurlijke toezicht zoals verwoord in de wet Generalisering Generiek Toezicht. Uitgangspunten van deze wet zijn transparantie, efficiency en een heldere taakverdeling tussen de verschillende bestuurslagen. Binnen dit kader is afgesproken dat de gemeente in het jaarverslag informatie verschaft over de beleidsterreinen ( toezichtdomeinen ) waarvoor de provincie het bevoegd gezag is: financiën, ruimtelijke ordening, huisvesting verblijfsgerechtigden, omgevingsrecht, externe veiligheid en archief- en informatiebeheer. Op basis van de informatie bepaalt de provincie haar toezichtsregime. In dit overzicht geeft het college van B&W per thema aan of zij gelet op het bij de bestuursovereenkomst opgenomen toezichtkader, dit thema geheel op orde heeft (groen), op één of enkele aspecten na (oranje) of op meerdere aspecten niet op orde (rood). Provinciale risicokaart Groen / Oranje / Rood Toelichting Financiën Er is structureel en reëel begrotingsevenwicht Is er reden voor extra aandacht? Ruimtelijke ordening Groen / Oranje / Rood Toelichting De inspanningen om tot verbetering van het financieel perspectief te komen, hebben zichtbare resultaten opgeleverd en geleid tot verlichting van het toezichtsregime voor 2016. Wel geldt dat sprake is van het begin van financieel herstel en dat de maatregelen niet zonder gevolgen zijn. Zo blijft het risicoprofiel hoog, is uitvoering van een omvangrijk bezuinigingsprogramma (bijna 74 miljoen) noodzakelijk en leidt dit ertoe dat Delft inmiddels de hoogste woonlasten heeft van de grotere gemeenten in Nederland. In de Kadernota 2016 zal een nadere afweging plaatsvinden van de inzet op de eerder geformuleerde speerpunten weerstandscapaciteit, stadsschuld en een fundament voor het gewenste perspectief voor Delft. Ook wordt hierbij de uitvoering van het rapport Delft, parel in de randstad van de adviesgroep ''Delft Herstelt'' betrokken. ja, periodiek vindt overleg plaats met de PZH over de ontwikkeling van de financiële positie De gemeente voldoet aan de in de Wet ruimtelijke ordening opgenomen verplichtingen inzake bestemmingsplannen, beheersverordeningen en structuurvisies Is er reden voor extra aandacht? Omgevingsrecht (Toezicht, handhaving en vergunningverlening milieu, bouwen en wonen) De gemeente beschikt over een vastgestelde Verordening VTH Is er reden voor extra aandacht? Monumentenzorg De gemeente beschikt over een deskundige adviescommissie m.b.t. de (rijks)monumenten Is er reden voor extra aandacht? Archief- en informatiebeheer Groen / Oranje / Rood Toelichting nee Groen / Oranje / Rood Toelichting nee Groen / Oranje / Rood Toelichting Bestemmingsplannen zijn actueel. Delft is gestart met de implementatie van de Omgevingswet. Dit is een meerjarigtraject. Daadwerkelijke invoering wordt verwacht eind 2018. De gemeente beschikt nog niet over een vastgestelde verordening VTH, maar de planning is dat deze in 2016 wordt vastgesteld. De basis hiervoor is gelegd met de uitgevoerde 0-meting en het vastgestelde verbeterplan. De gemeente beschikt over een deskundige adviescommissie. Het archief- en informatiebeheer zijn op orde Is er reden voor extra aandacht? Huisvesting Verblijfsgerechtigden/ Vergunninghouders Er is volledig en tijdig voldaan aan de halfjaartaakstelling en er is geen achterstand. nee Groen / Oranje / Rood Toelichting B&W stelt in de loop van 2016 het verslag over het archief- en informatiebeheer vast. Voor inhoudelijke toelichting verwijzen wij u daarnaar. Gevraagde informatie Stand van zaken Voorsprong/achterstand per 1 januari van het verantwoordingsjaar -14 Fase interventieladder op 1 januari Taakstelling eerste halfjaar van het verantwoordingsjaar 82 In het eerste halfjaar gehuisveste vergunninghouders 96 Voorsprong/achterstand per 1 juli van het verantwoordingsjaar 0 Fase interventieladder op 1 juli Taakstelling tweede halfjaar van het verantwoordingsjaar 88 In het tweede halfjaar gehuisveste vergunninghouders 89 Voorsprong/achterstand per 31 december van het verantwoordingsjaar 1 Fase interventieladder op 31 december Is er reden voor extra aandacht? Nee toelichting In totaal zijn 185 vergunninghouders in 2015 gehuisvest. 25

26

Jaarverslag 2015 27

Het jaarverslag is een verantwoording over het tweede begrotingsjaar op basis van het Bestuursprogramma 2014-2018. In dit meetbaar bestuursprogramma is het coalitieakkoord Delft verdient het! vertaald naar realistische ambities voor de periode 2014-2018, waarover wij maatschappelijke verantwoording willen afleggen en partners willen inspireren om eigen bijdragen te leveren. De koers voor Delft is vanaf de Kadernota 2013 gestoeld op twee pijlers, namelijk Stad van innovatie en Stad van participatie, ook wel participatiesamenleving. Beide pijlers steunen op het fundament van een Leefbare stad. Deze indeling is gebruikt voor de hoofdstukkenstructuur van de begroting. In het bestuursprogramma is een doorvertaling gemaakt in drie verbindende opgaven om de samenhang tussen de pijlers te benadrukken. Net als in de begroting gaan we bij de verantwoording uit van deze drie verbindende opgaven, die voor de hele stad en de regio belangrijk zijn. De gemeente heeft er haar bijdrage in en zoekt samenwerking met partners in de stad en de regio. Deze drie opgaven zijn: o mensen aan het werk, o zelfstandige mensen die meedoen en ertoe doen en o een aantrekkelijk leefklimaat. Deze opgaven schepen samenhang en zorgen voor verbinding tussen afzonderlijke doelen. De samenhang tussen de hoofdstukken 28

Hoofdstuk 1 Stad van innovatie Stad van innovatie Het hoofdstuk Stad van innovatie bestaat uit de doelstelling: 1.1 Sterke economie 1.1 Sterke economie Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? Samenvatting Het economisch beleid van de gemeente Delft is erop gericht de economie van Delft te laten groeien in termen van duurzame volledige werkgelegenheid op alle opleidingsniveaus. Centraal daarin staan de twee stuwende sectoren kenniseconomie en toerisme die de motoren van de Delftse economie vormen en waarmee wij ons onderscheiden van de rest van de regio. In 2015 hebben we vooral ingezet op: het stevig in het zadel zetten van het programmabureau Delft Technology Partners (gemeente en TU), de verdere verbetering van de dienstverlening aan bedrijven het optimaliseren van de inzet van Innovation Quarter voor Delft de aftrap van het proces om de toeristische samenwerking in de stad te verbeteren een grondige evaluatie van het evenementenbeleid het behouden en aantrekken van kenniswerkers 29

het stimuleren van Delft als proeftuin de verzelfstandiging van de warenmarkt. In het project Delft Smart City zijn de grote opgaven voor de stad Delft voor de lange termijn geanalyseerd: hoe worden we energieneutraal, klimaatbestendig en hoe gebruiken we de kenniseconomie als motor voor werkgelegenheid? Zie ook 3.4 duurzame stad het op de kaart zetten van Delft in het kader van Smart Industry. het uitrollen van onderdelen van het YES! Delft programma MRDH breed als Metropolitan Start-up Lab. Wat heeft het gekost? Overzicht van baten en lasten Sterke economie Realisatie 2014 Begroot vóór wijziging Begroot na wijziging Realisatie 2015 Bedragen x 1.000 Verschil begroot na wijziging/ realisatie Lasten 4.907 3.965 3.745 3.954-209 Baten 585 497 497 574 77 Saldo van baten en lasten -4.322-3.468-3.248-3.380-132 Stortingen in reserves - - - - - Onttrekkingen aan reserves - - - - - Resultaat -4.322-3.468-3.248-3.380-132 Het resultaat na bestemming is 132.000 nadeliger dan de begroting na wijziging. Verschillen tussen begroting en realisatie Bedragen x 1.000 Omschrijving / oorzaak I/S R/O Totaal Lasten Baten Stortingen Onttrekkingen Straatmarkten en recreatieve evenementen Havendienst Kenniseconomie Economische zaken Herstructurering schie-oevers Deactivering investering YES Doorgroeigebouw Totaal Toelichting op baten, lasten, storting in- en onttrekking aan de reserves en rechtmatigheid Havendienst Conform de prognose in de Najaarsrapportage 2015 is de feitelijke afwijking op de havendienst - 10.000 omdat 30.000 aan inkomsten uit precario/leges inkomsten terrasboten/woonboten is verantwoord op de Algemene dekkingsmiddelen - Lokale heffingen. Kenniseconomie De hogere baten bestaan voornamelijk uit een hogere 100.000 dividenduitkering en terugstorting aandelenkapitaal van Science Port Holland ( 100.000). Dit is ook gemeld bij de Najaarsrapportage 2015. Het voordeel zal vrijvallen ten gunste van de algemene middelen. Economische zaken De afwijking op de lasten bestaat voornamelijk uit het restant van de subsidie van 10% dat nog aan voor het ondernemersfonds ( 77.000) uitgekeerd moet worden en diverse geringe afwijkingen. Herstructurering Schieoevers Zie toelichting op investeringen. Deactivering YES Doorgroeigebouw Zie toelichting op investeringen. I R 23 83-60 - - I R -40-22 -18 - - I R 91-79 170 - - I R 147 162-15 - - I R 47 47 - - I R -400-400 - - - -132-209 77 - - 30

Voorstellen tot afrekening van het resultaat Voorstellen tot afrekening van het rekeningresultaat: Omschrijving afrekenvoorstellen bestemmingsreserves Bedragen x 1.000 Stortingen Onttrekkingen Deactivering investering Yes Doorgroeigebouw, onttrekking reserve Dekking Kapitallasten - 400 Totaal - 400 De investering YES! Doorgroeigebouw was opgenomen in het investeringsplan en zou m.i.v. 2017 worden afgeschreven kan als gevolg van de interpretatie van de huidige regelgeving niet worden geactiveerd. De benodigde bijdrage is gedekt in de reserve Dekking kapitaalslasten. Voorgesteld wordt om 400.000 te onttrekken aan de reserve Dekking Kapitaallasten, de investering wordt afgesloten. Investeringen Sterke economie Categorie* M Totaal Realisatie t/m beschikbaar 2014 Beschikbaar vanaf 1-1- 2015 Begroot 2015 Realisatie 2015 Bedragen x 1.000,- Jaar start en gereed Investeringsplan Herstructurering SchieOevers M 3.584 3.255 329 50 2 2007-2016 Yes doorgroeigebouw B 1.000 100 900 700 300 2014-2016 Totaal investeringsplan 4.584 3.355 1.229 750 302 * M = maatschappelijk nut, B = bijdrage aan activa in eigendom van derden Toelichting op de voortgang van de investeringen Herstructurering SchieOevers In de Ruimtelijke Structuurvisie Delft is Stad aan de Schie één van de sleutelprojecten. Doel is om de Schie integraal, hoogwaardig en als één geheel aan te pakken met aandacht voor recreatie, groen en veiligheid. Hiervoor bestaat het investeringskrediet Herstructurering Schieoevers. Deze ambitie sluit aan bij de wens om een sterk kenniscluster te kunnen laten ontstaan rond de TU Delft. Om deze ambitie waar te maken is verder ontwikkelen van het gebied noodzakelijk. De vereiste ontwikkelingen zijn onder meer benoemd in het masterplan TIC Delft. In het verleden (2011) is vanuit het investeringskrediet de revitalisatie van Schieoevers Zuid, een industrieterrein in het zuiden van Delft, gefinancierd. In lijn met dit project zal ook in 2016 gekeken worden naar de verdere revitalisatie van het Schieoevers gebied. Verder wordt ingezet op programmamanagement, dit betreft algemene gemeentelijke inzet voor het faciliteren van private initiatieven tot (her)ontwikkeling van het gebied, bijvoorbeeld lopende private initiatieven als Nieuwe Haven en Kabeldistrict/Sita. YES! Delft 2 en Biotechnologies De uitgaven aan het YES doorgroeigebouw worden niet langer aangemerkt als investering, Dit is conform de regelgeving voor gemeenten. De investering wordt afgesloten zie ook het voorstel tot afrekening van het resultaat. Omstreeks maart 2016 zal de resterende 600.000 uitbetaald worden na oplevering van het pand. Overzicht van belangrijkste wijzigingen in het hoofdstuk Belangrijkste wijzigingen per hoofdstuk en doelstelling in 2015 Bedragen x 1.000 nr Lasten Baten Storting Onttrekking Saldo Stad van innovatie Begroot voor wijziging hoofdstuk 3.965 497 - - 3.468 Sterke economie Begroot voor wijziging 3.965 497 - - 3.468 Laatste tranche bijdrage Bioprocess Pilot Facility 11 140 - - - 140 Herfasering investeringen 14-270 - - - -270 Overige wijzigingen -90 - - - -90 Begroot na wijzigingen 3.745 497 - - 3.248 Totaal hoofdstuk 3.745 497 - - 3.248 31

Hoofdstuk 2 Stad van participatie Stad van participatie Het hoofdstuk Stad van participatie bestaat uit de volgende doelstellingen: 2.1 Werk en economische zelfstandigheid 2.2 Sterke samenleving 2.3 Zorg en ondersteuning De begroting 2015 is voor het sociaal domein opnieuw ingericht, passend bij de nieuwe taken en de Sociale Visie. Wij onderscheiden: - Basisvoorzieningen: doelstelling Sterke Samenleving - Maatwerk en vangnet: doelstelling Zorg en Ondersteuning - Participatie, werk en inkomen: doelstelling Werk en economische Zelfstandigheid. In deze doelstellingen wordt nader ingegaan op de realisatie op de diverse beleidsvelden van het sociaal domein. Transformatie Sociaal Domein 2015 stond in het teken van de transitie in het sociaal domein, waarbij taken op het gebied van de jeugdzorg en de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning) werden overgedragen van het Rijk naar gemeenten. Tegelijkertijd is de Participatiewet ingevoerd, die een brede kaderwet is voor de re-integratie van werklozen en mensen met een arbeidsbeperking (voorheen Wsw/Wajong). Deze regelingen werden overgedragen met forse kortingen, die komende jaren nog verder zullen worden doorgevoerd. Van Zorgen voor naar Zorgen dat In Delft spreken we bewust van transformatie in plaats van transitie, omdat de overdracht van de taken op het sociaal domein(= transitie) gepaard gaat met ingrijpende veranderingen in het gehele zorglandschap en in de wijze waarop mensen ondersteuning ontvangen gericht op participatie aan de samenleving. We maken een beweging van verzorgingsstaat naar participatiesamenleving. Deze beweging is uitgewerkt in de Sociale Visie Delft, die in 2014 gezamenlijk met maatschappelijke partners in Delft is opgesteld. De Toegang Het eerste jaar van de transformatie was voor de gemeente en maatschappelijke instellingen turbulent, omdat het gehele systeem opnieuw ingericht moest worden. Daarbij was de basis dat burgers zo goed mogelijk geholpen worden: Niemand tussen wal en schip. De continuïteit van zorg was daarbij uitgangspunt. De Toegangsorganisatie heeft hierin een centrale rol. De Toegang heeft de volgende functies: informatie en advies, diagnose en intake, het bieden van lichte ondersteuning en het toeleiden naar gespecialiseerde zorg. De Toegang werkt vanuit de visie: één gezin, één plan, één coach/regisseur en één budget. Streven is integrale (ontschotte) ondersteuning, snel en dichtbij, zo licht als mogelijk, zo zwaar als nodig. De Toegangsorganisatie wordt gevormd door professionals van verschillende moederorganisaties en bestaat uit drie teams: team Jeugd, team Wmo en Sociaal Team voor meervoudige problematiek. Het afgelopen jaar heeft de Toegang veel geïnvesteerd in de bereikbaarheid van de Toegang door communicatie direct gericht op burgers en in contacten met vindplaatsen, zoals het onderwijs en de huisartsen. Tijdens deze opbouwfase heeft de Toegang aan de zorgvraag van alle cliënten kunnen voldoen, binnen de gestelde termijnen en binnen de budgettaire kaders. Het aantal klachten en bezwaarschriften in Delft was zeer gering. Op basis van deze gegevens kunnen we concluderen dat wij op de goede weg zijn. Wij mogen trots zijn op de eerste resultaten. Doorontwikkelen: innovatieagenda en strategische agenda ISD De realisatie van de Sociale Visie Delft is een langer lopend proces dat samen met maatschappelijke partners en inwoners vormgegeven wordt. In Delft gaan we uit van zakelijk en innovatief partnerschap. Dat betekent dat we werken vanuit het besef dat we de kracht en inzet van alle partners nodig hebben. De gemeente neemt daarin de regierol, brengt partners bij elkaar en 32

stimuleert en faciliteert innovatie en samenwerking. Dit doen we in het Sociaal Platform en in de werkgroepen van de Innovatie-agenda. In het najaar zijn eerste stappen gezet naar een strategische agenda ISD. Op basis van scenarioplanning werken we gezamenlijk uit hoe tendensen in het sociaal domein kunnen uitwerken voor Delft. Regionale samenwerking Delft werkt intensief samen in de regio, in Haaglanden (H10) voor de inkoop van de jeugdhulp, in H4-verband (Delft-Westland-Rijswijk-Midden-Delfland) voor de inkoop van de Wmo en in H5-verband (H4+Den Haag) voor Participatie. Voor de inkoop van de jeugdhulp is een gezamenlijk inkoopbureau ingericht, dat zorg draagt voor de uitvoering van inkoop- en administratief-ondersteunende taken. Dit inkoopbureau onderhoudt de contacten met alle jeugdhulpaanbieders die contracten hebben afgesloten met de H10 gemeenten. Het inkoopbureau draagt ook zorg voor de gegevensverzameling op basis waarvan we kunnen monitoren. Uitgangspunt hierbij is, dat we trachten het systeem zo eenvoudig mogelijk houden, waardoor administratieve lasten beperkt worden. Zowel op regionaal als op lokaal niveau wordt de monitoring Sociaal Domein het komend jaar nog verder ontwikkeld. Voor de inkoop van de Wmo hebben de H4 gemeenten DSW verzocht om de gemeenten te ondersteunen bij de inkooptaken. De inkoop voor de Wmo geschiedt in dialoogtafels met cliënten/ cliëntvertegenwoordigers en zorgaanbieders. Dit betekent dat cliënten/ cliëntvertegenwoordigers een stem hebben in het inkoopproces. 2.1 Werk en economische zelfstandigheid Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? 33

Samenvatting Deze doelstelling gaat over het uitvoeren van de participatiewet. De gemeente biedt ondersteuning aan mensen bij het vinden van (parttime) werk. Het blijft belangrijk dat de gemeente investeert in het aantrekken/behouden van bedrijven (zie doelstelling economie), om zo arbeidsplaatsen te realiseren. Daarnaast biedt de gemeente op grond van de participatiewet inkomensondersteuning. Dat kan gaan om bijstandsuitkeringen en/of bijzondere bijstand. Ook schuldhulpverlening valt onder deze doelstelling. Voor een nadere beschrijving wordt verwezen naar de toelichting bij Transformatie sociaal domein. Wat heeft het gekost? Overzicht van baten en lasten Het resultaat na bestemming is 3.419.000 voordeliger dan de begroting na wijziging. Bedragen x 1.000 Realisatie Begroot vóór Begroot na Realisatie Verschil Werk en economsche zelfstandigheid 2014 wijziging wijziging 2015 begroot na wijziging/ realisatie Lasten 65.971 81.571 79.844 76.014 3.830 Baten 58.033 53.176 53.170 52.759-411 Saldo van baten en lasten -7.938-28.395-26.674-23.255 3.419 Stortingen in reserves - - - - - Onttrekkingen aan reserves - - - - - Resultaat -7.938-28.395-26.674-23.255 3.419 Verschillen tussen begroting en realisatie Bedragen x 1.000 Omschrijving / oorzaak I/S R/O Totaal Lasten Baten Stortingen Onttrekkingen Inkomensverstrekking Doorberekende uitvoeringskosten Armoedebestrijding Werk en re-integratietrajecten Schuldhulpverlening Totaal I R 3.439 4.137-698 - - I R 87 80 7 - - S R 362 243 119 - - I R -561-722 161 - - I R 92 92 - - - 3.419 3.830-411 - - Toelichting op baten, lasten, storting in- en onttrekking aan de reserves en rechtmatigheid Inkomensverstrekking Met dit budget worden bijstandsuitkeringen verstrekt aan burgers die daar recht op hebben. Delft streeft ernaar dat het percentage groei van het aantal uitkeringsgerechtigden niet hoger is dan het landelijk gemiddelde. In het eerste kwartaal 2015 lag de groei in Delft lager dan landelijk, in het tweede en derde kwartaal steeg het aantal uitkeringen in Delft met 0,1%, tegenover een stabilisatie in de landelijke cijfers. De landelijke cijfers voor het vierde kwartaal 2015 zijn nog niet bekend. In 2015 is minder uitgegeven aan bijstandsuitkeringen dan de vergoeding die de gemeente van het Rijk ontvangt. Dit voordeel is het gevolg van alle maatregelen die via de Taskforce Wet Werk en Bijstand (WWB 2012/2013) zijn geïmplementeerd. Daarnaast heeft het Rijk na de Najaarsrapportage 2015 pas het definitieve budget 2015 bekend gemaakt. Dit is 1,7 miljoen hoger dan geraamd. Het totale bedrag dat het Rijk aan Delft toekende voor dit doel bedroeg in 2015 50,7 miljoen. Het uiteindelijke voordeel over 2015 bedraagt 6,9 miljoen, waarvan 3,5 miljoen al verwerkt is in de begroting bij de Najaarsrapportage 2015. Het voorlopig budget 2016 dat het rijk beschikbaar stelt is 3,4 miljoen lager dan het definitief budget 2015. Bovendien zal het college in 2016 een taakstellende bezuiniging uit de Programmabegroting 2016-2019 van 910.000 realiseren vanuit dit budget. Armoedebestrijding Dit budget gebruikt de gemeente voor het verstrekken van bijzondere bijstand. Alle aanvragen die voldoen aan de vastgestelde regels zijn gehonoreerd. Toch is dit bedrag niet volledig benut. Er is 141.000 minder uitgegeven aan individuele inkomenstoeslag dan begroot. Ook is er in 2015 188.000 minder uitgegeven aan de schoolkostenregeling dan begroot. Dit heeft waarschijnlijk te maken met de nieuwe methodiek van de schoolkostenregeling. Voorheen kregen rechthebbende ouders een vast bedrag voor schoolkosten. Nu zijn de verstrekkingen gekoppeld aan de Delftpas. Met de Delftpas worden alleen werkelijke kosten vergoed. Bovendien krijgen kinderen deze kosten vergoed via het tegoed op de pas op het moment dat ze een aankoop doen. 34

Kinderen die in aanmerking komen voor de schoolkostenregeling 2015/2016 kunnen dus ook nog in 2016 schoolartikelen kopen, waarvan de kosten dan in 2016 betaald worden. Vrijwel alle kinderen die in aanmerking komen voor de schoolkostenregeling hebben inmiddels een Delftpas. Werk en re-integratietrajecten Vanuit dit budget worden mensen begeleid met als uiteindelijk doel zoveel mogelijk mensen aan het werk. Werkse! voert deze trajecten uit. De voor 2015 afgesproken doelen zijn volledig gerealiseerd. In totaal zijn 869 mensen vanuit de uitkering aan het werk gegaan. Daardoor konden 400 uitkeringsdossiers gesloten worden. 439 mensen zijn parttime aan het werk gegaan. Het budget dat de gemeente voor deze taak beschikbaar heeft ( het zogenoemde participatiebudget) is de afgelopen jaren fors afgenomen. Tegelijkertijd blijft de werkloosheid onverminderd hoog. Daarom wil Delft de komende jaren veel inspanningen blijven verrichten om mensen naar werk te begeleiden. Het tekort op dit budget heeft een financieel administratieve oorzaak. Ten laste van dit budget voor werk en re-integratie vinden nog doorbelastingen plaats die met de uitvoering van re-integratie door Werkse! en de verlaging van het participatiebudget niet langer realistisch zijn. Incidenteel zal dit worden opgevangen binnen het positieve resultaat op de doelstelling. Structureel vindt aanpassing plaats van de doorbelastingen die gedaan worden ten laste van het budget voor werk- en re-integratie. Schuldhulpverlening Bij deze begrotingspost gaat het om de kosten van inkoop bij de kredietbank in Den Haag en het budget voor het schuldhulpverleningsfonds. Van beide voorzieningen is veel minder gebruik gemaakt dan begroot. De overige kosten voor schuldhulpverlening vallen binnen de bijzondere bijstand. Daar zien we een stijging van de kosten voor budgetbeheer, die binnen de totale begroting bijzondere bijstand opgevangen wordt. 2.2 Sterke samenleving Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? 35

Samenvatting Naast de Basisvoorzieningen zoals beschreven bij Transformatie Sociaal domein zijn de volgende prestaties geleverd in 2015. Stedelijke vernieuwing (ISV) De Provincie Zuid-Holland (PZH) heeft eind 2015 de subsidie voor het totale ISV3 vastgesteld. De PZH stelt daarbij wel de voorwaarde dat de in de bestuursovereenkomst opgenomen bodemmaatregelen in de komende jaren alsnog worden getroffen. Wonen In 2015 is de nieuwe Huisvestings- en woonwet van kracht geworden en is de Delftse huisvestingsverordening vastgesteld. Verder heeft de gemeente 185 statushouders gehuisvest daarmee is aan de wettelijke taakstelling voldaan. In 2014 is een groot studentencomplex X-ray (521 woningen) voor studenten gerealiseerd. Met de realisatie van 145 marktwoningen is het effect van de woningmarktcrisis op de woningproductie nog merkbaar. In 2015 zijn diverse bestaande woongebouwen getransformeerd voor studentenhuisvesting (Monica, Zusterflat aan t Verlaat en Simonstraat) en zijn 293 marktwoningen opgeleverd, met name in Harnaschpolder en in de Hoven. De Woningmarkt is aangetrokken. 40% van de gerealiseerde appartementen in Den Hoven zijn betrokken door 65+ers, deze appartementen zijn gelegen in een gebied met goede basisvoorzieningen zoals winkels, gezondheidszorg en openbaar vervoer. In 2016 verschijnt de Woonvisie waarbij het advies van de commissie Deetman voor de transformatie van de woningvoorraad nader uitwerking zal krijgen. Wijken Er is in 2015 een dialoog met de stad gevoerd in het kader van sterke wijken. Medio 2015 is besloten geen aparte wijkvisies uit te brengen maar dit traject in 2016 mee te laten lopen met de Woonvisie. Op basis van de stadsdialoog en actuele Omnibusgegevens wordt bekeken in welke wijken/buurten in Delft een gebiedsgerichte aanpak met een actieve rolneming van de gemeente nodig is. In gesprek met partners en bewoners wordt voor een aantal buurten met een lage buurtscore een gezamenlijke gebiedsgerichte aanpak uitgewerkt. In de vier aandachtsbuurten Buitenhof werken partijen samen aan de uitvoering van het Streefbeeld Buitenhof. Ingezet wordt op verminderen kwetsbare groepen in de wijk, onder meer door goede intakes voor nieuwe bewoners. Verder is voor het sociaal en jeugdteam extra capaciteit aangetrokken voor extra zorg en ondersteuning aan huishoudens. De buurtscore voor de vier buurten is in totaal gestegen. In de Reinier de Graafbuurt is sprake van een daling, hiervoor is in 2015 een aparte buurtaanpak met partners opgestart. Maatschappelijke voorzieningen Sinds 1 april 2015 is het beheer en de exploitatie van de wijkaccommodaties overgedragen aan Sportfondsen Welzijn Delft. Het afgelopen jaar was voor alle partijen en gebruikers een opstartperiode. Onderwijshuisvesting Dit betreft een wettelijke taak die in consensus met de schoolbesturen middels de Integrale Huisvestingsplannen (IHP) voor Primair en Voortgezet onderwijs wordt vormgegeven. Met behulp van de IHP s wordt de huisvesting voor scholen aangepast aan de vraag voor de komende jaren. Dit gebeurt sober en doelmatig en conform de normen van wet- en regelgeving. De afspraken tussen gemeente en schoolbesturen, vastgelegd in de Integrale Huisvestingsplannen voor het Voortgezet onderwijs en het Primair onderwijs, zijn al fysiek zichtbaar. In 2015 is de eerste paal voor de uitbreiding van het CLD met 3.500 m2 geslagen. De onderwijsaccommodatie zal half 2016 overeenkomstig planning opgeleverd worden. Ook voor de nieuwbouw van het VMBO SC Delftland is de eerste paal geslagen in de Spoorzone. De bouw ligt op schema en zal begin 2017 opgeleverd worden. De Bekkersschool primair onderwijs is na de bouw eind 2015 opgeleverd. Eind 2015 is de dependance gerealiseerd voor de Internationale Schakelklas. Hiermee is gegarandeerd dat er 150 leerlingen geplaatst kunnen worden. Medio 2015 is de accommodatie van het Internationaal Georiënteerd Basis Onderwijs (IGBO) van de Laurentius Stichting na een grondige verbouwing geopend. 36

De IGBO is een succes en de Laurentius Stichting heeft inmiddels aangekondigd te willen uitbreiden. Hiermee is een aanzet gegeven voor een bredere ontwikkeling van het internationaal georiënteerd onderwijs. Op dit moment wordt onderzoek gedaan naar de mogelijkheid om een school voor Internationaal Voortgezet Onderwijs in Delft te realiseren. Een aanvraag voor een school op Islamitische grondslag is in 2015 in behandeling genomen en op basis van de wettelijke eisen door de raad afgewezen. Het bestuur van de Islamitische school is tegen dit besluit in beroep gegaan bij de minister. Gezondheidszorg De Jeugdgezondheidszorg voert voor Delft en de regiogemeenten de wettelijke basistaken uit. Het gaat hier om de verplichte contactmomenten en vaccinaties. In 2015 is het nieuwe jongerencontactmoment ingevoerd in de regio. Hierbij wordt aan de hand van enquêtes de zorgen en problematiek van jongeren in het voortgezet onderwijs jaarlijks in kaart gebracht. Op grond hiervan wordt in nauwe samenwerking met de zorgcoördinator van de school een samenhangend voorlichtingsprogramma opgesteld. Hiervoor zijn vanaf 2015 additionele middelen beschikbaar gesteld in dit basistakenpakket. Binnen de preventieve gezondheidszorg valt de wettelijke taken van de GGD, de collectieve preventie van de GGZ Delfland en de extra taken van het stimuleringsprogramma Gezondheid in de stad (GIDS). Eigen kracht onderdeel burgerinitiatief Met dit budget stimuleert de gemeente emancipatieactiviteiten en organiseert zij de wettelijk verplichte ceremonie Nederlanderschap. In de doelstelling Zorg en ondersteuning worden de onderwerpen Maatwerk en vangnet nader toegelicht. Wat heeft het gekost? Overzicht van baten en lasten Realisatie Begroot vóór Begroot na Realisatie Verschil Sterke samenleving 2014 wijziging wijziging 2015 begroot na wijziging/ realisatie Lasten 32.956 32.299 33.482 21.141 12.341 Baten 9.724 12.718 13.140 5.714-7.426 Saldo van baten en lasten -23.232-19.581-20.342-15.427 4.915 Stortingen in reserves - - - - - Onttrekkingen aan reserves - - - - - Resultaat -23.232-19.581-20.342-15.427 4.915 Het resultaat na bestemming is 4.915.000 voordeliger dan de begroting na wijziging. Bedragen x 1.000 Verschillen tussen begroting en realisatie Bedragen x 1.000 Omschrijving / oorzaak I/S R/O Totaal Lasten Baten Stortingen Onttrekkingen Stedelijke vernieuwing I R 491 1.580-1.089 - - Sportaccommodaties I R 278 413-135 - - Overige maatschappelijke voorzieningen I R -274-340 66 - - Gezond en wel I R 261 190 71 - - Doorberekende uitvoeringskosten I R 717 571 146 - - Financiering Woningbouw I R - 6.509-6.509 - - Overig I R 68 44 24 - - Vrijval voorzieningen sport I R 3.374 3.374 - - - Totaal 4.915 12.341-7.426 - - Toelichting op baten, lasten, storting in- en onttrekking aan de reserves en rechtmatigheid Stedelijke vernieuwing Het totaalsaldo van baten en lasten ISV ad 491.000 wordt vooral verklaard doordat geen terugbetaling van de PZH-subsidie heeft plaats gevonden, omdat de bodemmaatregelen alsnog moeten worden uitgevoerd wordt voorgesteld het saldo te storten in de reserve investeringsplan. Tevens is sprake van een meevaller bij het opplussen van de woningvoorraad en bij de voorbereidingskosten (ambtelijke capaciteit en acupuncturele ingrepen) in de openbare ruimte. De substantiële afwijking, op zowel de baten als de lasten afzonderlijk, wordt veroorzaakt door de vrijval van de subsidie. 37

Sportaccommodaties Het voordeel op het product is het gevolg van lagere lasten voor personeel. Het voordeel is vooral ontstaan door het niet vervullen van vacatureruimte, vooruitlopend op de aangekondigde bezuinigingen in het kader van het personele bezuinigingsprogramma DOEN. Bij de Jaarrekening 2014 is door de accountant geconstateerd dat de onderbouwing van de voorzieningen voor beheer en onderhoud van sportaccommodaties niet toereikend is. Oorzaken zijn de ontwikkeling van de regiegemeente en de bestuurlijke opdracht sportaccommodaties. Omdat deze ontwikkelingen in 2015 nog niet zijn afgerond, is besloten de voorziening voor het Zwembad Kerkpolder en de voorziening Renovatie Sportvelden vrij te laten vallen ( PM miljoen) en bij de resultaatbestemming een voorstel te doen voor om zetting naar een bestemmingsreserve. Na afronding van de ontwikkelingstrajecten zal opnieuw worden bekeken of het instellen van een voorziening nodig is. Overige maatschappelijke voorzieningen Sinds 1 april 2015 is het beheer en de exploitatie van de wijkaccommodaties overgedragen aan Sportfondsen Welzijn Delft. Het afgelopen jaar was voor alle partijen en gebruikers een opstartperiode. De overdracht van het beheer van de welzijnsaccommodaties van SRO naar Sportfondsen heeft eenmalig tot extra kosten geleid ( 75.000). SRO (AFKO) had als tijdelijk beheerder een langere overdrachtsperiode nodig om de accommodaties over te dragen naar Sportfondsen. Daarnaast zijn extra kosten gemaakt door tijdelijke leegstand van drie panden ( 190.000). De panden worden in 2016 ingezet voor onderwijshuisvesting Integraal Kind Centrum (IKC). Gezond en wel Het voordeel van 261.000 op het beleid Gezond en Wel ontstaat door efficiënte samenwerking binnen het netwerk Delft voor Elkaar, waardoor meer bundeling is ontstaan en minder afzonderlijke subsidieaanvragen op dit terrein worden ingediend. Dit geldt onder andere ook voor thuisbegeleiding. Voor de komende jaren zal het budget dat dit jaar incidenteel resteert, ingezet worden voor Lekker Bezig. Dit is een voorliggende WMO-/Participatievoorziening voor lichte (arbeidsmatige) dagbesteding die vrij toegankelijk is. Doorberekende uitvoeringskosten In de aanloop naar de reorganisatie in het kader van DOEN is in 2015 geanticipeerd op de personele ontwikkelingen binnen Samenleving en is ruimte in de begroting gecreëerd om de financiële gevolgen hiervan op te vangen. Tevens is sprake geweest van natuurlijk verloop. De hiermee ontstane vacatureruimte, in afwachting van de (her)plaatsingen binnen de reorganisatie is niet of nauwelijks ingevuld. Er is hiermee een incidenteel voordeel ontstaan op de personele kosten. Het totale voordeel is 717.000. Financiering woningbouw Het saldo van de uitstaande leningen woningbouw daalt ieder jaar als gevolg van aflossing. De vervroegde aflossing is bij het opstellen van de begroting moeilijk in te schatten. Overig Binnen Wonen en wijken is sprake van een voordeel, waarvan het grootste deel gerealiseerd is op de gebiedsgerichte aanpak. Op basis van de Omnibusgegevens wordt bekeken in welke wijken/buurten in Delft een gebiedsgerichte aanpak met een actieve rolneming van de gemeente nodig is. Het opstarten van de gebiedsgerichte aanpak heeft enige vertraging opgelopen, mede omdat de meest actuele Omnibusgegevens laat in het jaar beschikbaar waren. Op basis van deze gegevens is een eerste selectie gemaakt. In betreffende buurten bereid de gemeente een dialoog voor met bewoners en partners om de gebiedsgerichte aanpak verder in te kleuren. Dit project loopt in 2016 mee met de Woonvisie. 38

Voorstellen tot afrekening van het resultaat Voorstellen tot afrekening van het rekeningresultaat: Omschrijving afrekenvoorstellen bestemmingsreserves Bedragen x 1.000 Stortingen Onttrekkingen Stedelijke vernieuwing ISV bodemsanering en onderzoeken 2016-2024 reserve Investeringsplan Vrijval voorzieningen sport, storting in reserve Beleid en uitvoering 428-3.374 - Totaal -3.802 - Stedelijke Vernieuwing De Provincie Zuid-Holland (PZH) heeft eind 2015 de subsidie voor het totale ISV3 vastgesteld. De PZH stelt daarbij wel de voorwaarde dat de in de bestuursovereenkomst opgenomen bodemmaatregelen in de komende jaren alsnog worden getroffen. Het benodigde bedrag voor bodemsanering voor 2016 en verder dient te worden gestort in de reserve Investeringsplan. Daaraan wordt een subsidie voor wonen boven winkels toegevoegd. In totaal wordt 428.000 gestort in de reserve Investeringsplan. Voorzieningen sport Als gevolg van verscherpte regelgeving zijn de bedragen die in de voorzieningen onderhoud installaties Kerkpolder en de voorziening renovatie sportvelden vrijgevallen in het jaarrekeningresultaat 2015. Deze middelen moeten beschikbaar blijven voor uitgaven in latere jaren, daarom stellen we voor om de saldi te storten in de bestemmingsreserve beleid en uitvoering. Voortgang investeringsplan Bedragen x 1.000,- Sterke samenleving Categorie* Totaal beschikbaar Realisatie t/m 2014 Beschikbaar vanaf 1-1- 2015 Begroot 2015 Realisatie 2015 Jaar start en gereed Investeringsplan Brede school Poptahof E 6.234 5.994 240 250 300 2009-2014 Bijdrage Brede school Poptahof nvt -590-600 10 - -127 2009-2014 Onderwijshuisvesting 2014 E 7.202 3.304 3.898 570-180 2014-2016 IHP** Primair Onderwijs E 8.912 1.000 7.912 2.312 2.040 2014-2019 Christelijk Lyceum Delft E 7.275 1.851 5.424 3.124 3.858 2014-2016 Scholen Combinatie Delfland E 13.550 809 12.741 3.750 1.825 2012-2017 Bijdrage Scholen Combinatie Delfland nvt -4.600 - -4.600-3.200-2012-2016 Totaal investeringsplan 37.983 12.358 25.625 6.806 7.716 * E = economisch nut Brede School Poptahof Dit betreft een brede onderwijs-wijkvoorziening. De voorziening bevat twee scholen (huidige Omnibus en Horizon/locatie Anne de Vries), buitenschoolse opvang, een peuterspeelzaal en een sportvoorziening. Vanuit deze multifunctionele accommodatie wordt door meerdere partijen vorm gegeven aan een samenhangend aanbod van onderwijs, opvang en vrije tijd. Oplevering van de school heeft in 2014 plaatsgevonden. In 2015 is het project afgerond. Onderwijshuisvestingsprogramma 2014 en IHP Primair onderwijs Jaarlijks worden in het consensusoverleg met de schoolbesturen de afspraken vastgelegd voor het onderwijshuisvestingsprogramma in het kader van de huisvestingsplicht van gemeenten voor het primair onderwijs (PO) en voortgezet onderwijs (VO). Vanaf 1 januari 2015 zijn de schoolbesturen in het PO zelf verantwoordelijk voor het totale onderhoud. Voor het VO was dit al het geval. De gemeenten zijn alleen nog verantwoordelijk voor nieuwbouw en grote verbouwprojecten. Voor de komende jaren is in het kader van deze verantwoordelijkheid een Integraal Huisvestingsplan (IHP) voor het Onderwijs vastgesteld. In het IHP zijn de afspraken rond de ontwikkelingen in de huisvesting van het onderwijs vastgelegd. Dit betreft o.a. de ontwikkelingen in het Tanthof, het voorgezet speciaal onderwijs, passend onderwijs en de ontwikkeling van integrale kindcentra. Mgr. Bekkersschool Voorhof In verband met krimp van het aantal leerlingen in de wijk Voorhof is er in overleg met de schoolbesturen besloten tot heroriëntatie op het aanbod in de wijk. Hierbij is uitgangspunt dat er levensvatbare scholen van meer dan 200 leerlingen zijn. Er zijn 2 scholen opgeheven. De Bekkersschool is verplaatst naar het zuiden van de wijk. In 2015 is de nieuw-/verbouw van de school opgeleverd. 39

Christelijk Lyceum Delft (CLD) De bouw van de uitbreiding aan het Molenhuispad voor het CLD is gestart in juni 2015. De verwachte oplevering is medio 2016. Wanneer de uitbreiding aan het Molenhuispad gereed is, zal de tijdelijke locatie aan de Colijnlaan worden verlaten. Op dit moment wordt de herbestemming van het pand aan de Colijnlaan onderzocht. Voor de verkoop van het perceel Buitenwatersloot 312 is inmiddels een overeenkomst gesloten met de Heembouw Groep. Uit de opbrengst zullen de kosten voor de terugkoop van Vestia en het bouwrijp maken van de locatie voor het gedeelte van de school van 1.500.000 worden gedekt en de bijdrage voor de bouw van de school van 1.500.000. Scholen Combinatie Delfland Dit betreft de nieuwbouw voor het VMBO van CLD en Grotius. De bouw van de school is in november 2015 gestart. De oplevering is gepland in januari 2017. Bijdrage Scholen Combinatie Delfland Voor de bijdrage aan de bouw van de SC Delfland betreft was 1.800.000 geraamd uit de Spoorzone-ontwikkeling en 2.800.000 uit de opbrengst van de toekomstige verkoop van het terrein aan de Juniusstraat waar het VMBO nu gevestigd is. Zoals gemeld in de Najaarsrapportage 2015 is de provincie niet akkoord is gegaan met de inzet van toekomstig opbrengsten waardoor de bijdrage Juniusstraat is vervallen. Dit is opgevangen doordat de aanbesteding lager is uitgevallen en door herfasering binnen de beschikbare middelen in het Integraal Huisvestingsplan Onderwijs. De bijdrage vanuit de Spoorzone-ontwikkeling is inmiddels in 2016 ontvangen. 40

2.3 Zorg en ondersteuning Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? 41

Samenvatting De doelstellingen op het gebied van Maatwerk en vangnet zijn beschreven bij Transformatie Sociaal domein. Wat heeft het gekost? Voor de verantwoording van de nieuwe taken op gebied van jeugd en WMO, zijn de gemeenten afhankelijk van de gecontroleerde cijfers van andere instellingen zoals de zorginstellingen, de SVB en het CAK. Omdat deze cijfers niet tijdig beschikbaar zijn voor het sluiten van de gemeentelijke administratie, zijn in overleg met de accountant prognoses opgesteld. Dit is landelijke problematiek waardoor de definitieve afrekening met de genoemde instellingen na de opstelling van de Jaarstukken zal plaatsvinden. De prognoses zijn gebaseerd op de productiecijfers van de genoemde instellingen.deze prognoses leiden tot het volgende (geprognosticeerde) resultaat op de doelstelling (zie tabel). Overzicht van baten en lasten Realisatie Begroot vóór Begroot na Realisatie Verschil Zorg en ondersteuning 2014 wijziging wijziging 2015 begroot na wijziging/ realisatie Lasten 22.949 69.367 67.300 61.904 5.396 Baten 4.968 5.253 6.405 6.639 234 Saldo van baten en lasten -17.981-64.114-60.895-55.265 5.630 Stortingen in reserves - - - - - Onttrekkingen aan reserves - - - - - Resultaat -17.981-64.114-60.895-55.265 5.630 Het resultaat na bestemming is 5.630.000 voordeliger dan de begroting na wijziging. In de onderstaande tabellen en in de toelichtingen is met de prognoses rekening gehouden. Verschillen tussen begroting en realisatie Bedragen x 1.000 Bedragen x 1.000 Omschrijving / oorzaak I/S R/O Totaal Lasten Baten Stortingen Onttrekkingen Jeugdhulp: - - - - - Zorg in natura I R 1.380 1.366 14 - - Persoonsgebonden budget I R 726 726 - - Landelijk Transitie Arrangement I R 537 537 - - WMO Lokaal: I - - - - - Maatwerkvoorzieningen WMO (lokaal) I R 2.062 2.074-12 - - WMO Regionaal: I - - - - - Beschermd Wonen I R 356 356 - - Maatschappelijke- & Vrouwenopvang I R 600 550 50 - - Toegang I R 282 183 99 - - Invoeringskosten decentralisaties I R -584-584 - - - Preventieve Jeugdzorg I R 274 191 83 - - Totaal 5.630 5.396 234 - - Toelichting op baten, lasten, storting in- en onttrekking aan de reserves en rechtmatigheid De cijfers in de begroting zijn veelal gebaseerd op schattingen van 2014 op basis van beschikbare gegevens van de zorginstellingen. Deze waren niet actueel, waarmee een deel van de afwijkingen tussen begroting en realisatie kan worden verklaard. Overige oorzaken worden hieronder toegelicht. Op basis van werkelijke cijfers over 2015 zal dan ook nog bijstelling van de begroting voor 2016 plaats gaan vinden. Jeugdhulp Het beschikbare jeugdhulpbudget is niet volledig ingezet. Oorzaken: Het resultaat voor Zorg in Natura (ZIN) is 1,4 miljoen positief. Dit kan worden verklaard doordat het beschikbare budget voor ZIN in het inkooptraject niet volledig is ingezet om mogelijke tegenvallers in 2015 op te kunnen opvangen. Hiermee is bovendien geanticipeerd op de bezuiniging van 1,8 miljoen die per 2016 vanuit het Rijk wordt geëffectueerd. Het ingezette budget bleek voldoende om aan de zorgvraag te kunnen voldoen. De onderbesteding op het Landelijk Transitie Arrangement (LTA) van 537.000 kan worden 42

verklaard doordat in de begroting door alle gemeenten verplicht 3,76% van het decentralisatiebudget voor LTA moest worden opgenomen. Inmiddels is duidelijk dat er voordeel- en nadeelregio s zijn. Haaglanden valt onder de voordeelregio s. Het lijkt erop dat de benodigde zorg in Haaglanden beschikbaar is. In een beperkt aantal gevallen moet worden uitgeweken naar zorgaanbieders buiten de regio. De landelijke arrangementen worden ingekocht door de VNG. De prognose is gebaseerd op de uitvraag die de VNG heeft gedaan bij de zorginstellingen. Persoonsgebonden Budget Los van de landelijke problematiek, geldt voor zowel de WMO als Jeugdhulp dat er een onderbesteding is van het persoonsgebonden budget (PGB). Een eerste oorzaak hiervoor is dat relatief veel cliënten alsnog in aanmerking kwamen voor financiering vanuit de Wet Langdurige Zorg (WLZ) in plaats van de jeugdhulp of WMO. Het boekjaar bij de SVB is nog niet afgesloten. Er is een prognose gemaakt op basis van de indicaties, waarbij er rekening mee wordt gehouden dat een deel van de indicaties niet wordt verzilverd. WMO We gaan in het sociaal domein zoveel mogelijk uit van ontschotte budgetten. Daarom verantwoorden we Hulp bij het huishouden, Vervoer, Trapliften, Scootmobielen en Begeleiding als één budget maatwerkvoorzieningen lokaal. Beschermd wonen en Maatschappelijke opvang, Huiselijk geweld (incl. Veilig Thuis) en Vrouwenopvang benoemen we apart. Delft ontvangt dit regionale budget als centrumgemeente. Maatwerkvoorzieningen lokaal Voor de individuele verstrekkingen wordt een overschot van 2,4 miljoen verwacht. Het voordeel wordt gerealiseerd op taken die de gemeente al uitvoerde. De afgelopen jaren hebben we geanticipeerd op de aangekondigde rijksbezuinigingen (zoals op de hulp bij het huishouden) en de nieuwe taken die met een budgetkorting naar de gemeente overgeheveld zouden worden. Uiteindelijk zijn de plannen met betrekking tot de huishoudelijke hulp door het Rijk aangepast en is de korting lager geworden dan in de jaren hiervoor was aangekondigd. Daarnaast is het beroep op de maatwerkvoorziening huishoudelijke hulp afgenomen door de introductie van de huishoudelijke hulp toelage (HHT), dat algemeen toegankelijk is en dus zonder indicatie verkregen kan worden. Begeleiding is in 2014 ingekocht in partnerschap met de zorgaanbieders, gebaseerd op ervaringen uit het verleden en rekening houdend met bekende risico s als niet verzilverde indicaties en onjuistheden in de overdrachtsbestanden. De inschatting van de werkelijke kosten voor begeleiding is gemaakt o.b.v. de indicaties. Hierbij is er rekening mee gehouden dat niet alle indicaties worden verzilverd. Naar verwachting is op het onderdeel begeleiding (zorg in natura en PGB) sprake van een tekort van 400.000. In 2016 zal mogelijk herschikking van de beschikbare budgetten binnen de Wmo plaatsvinden. Er lijkt voor begeleiding een stijging van het aantal cliënten zichtbaar te worden. De achtergrond hiervan wordt nader onderzocht. Regionale taken Voor de inkoop van Beschermd wonen is rekening gehouden met de septembercirculaire 2014 waarin een te hoog bedrag voor onze regio stond. In de aanloop naar 2015 is voor het vaststellen van het budgettair kader gewerkt met diverse aannames op basis van de prognoses van het Zorgkantoor over 2014. Daarbij is getracht de risico s zo klein mogelijk te maken. Voor Beschermd wonen verwachten we een positief resultaat van 356.000. Hierin zijn nog onzekerheidsfactoren aan de orde. De prognose is gebaseerd op de uitvraag bij de zorginstellingen. Door de problemen in het declaratieproces van een aantal aanbieders geeft de realisatie nog geen betrouwbaar beeld. Van enkele aanbieders weten we dat zij in 2015 minder cliënten hadden dan in 2014 was voorzien. Zoals we reeds in de brief over de inkoopresultaten voor Beschermd wonen 2016 hebben aangegeven, zal een eventueel overschot in 2015 worden gebruikt om het tekort van 2016 aan te vullen. Het budget voor 2016 zal 600.000 minder zijn. Rechtmatigheid van de geleverde zorg Het transitiejaar 2015 voor de WMO en de Jeugdwet is een bijzonder jaar voor wat betreft de financiële verantwoording. Gemeenten en zorgaanbieders hebben de focus gelegd op de continuïteit van de zorg. Daarbij zijn nieuwe contracten afgesloten, die veelal hoge eisen stellen aan wederzijdse administratieve processen die in het transitiejaar nog niet volledig op de nieuwe situatie zijn afgestemd. 43

Extra complicerend is dat de controles lastig zijn te realiseren binnen de tijdslijnen van het jaarrekeningproces. Voor Jeugd is binnen het samenwerkingsverband van de H10 gemeenten daarom een verantwoording over de eerste 9 maanden van 2015 met zorginstellingen afgesproken. Op basis van deze verantwoording heeft extrapolatie naar het gehele jaar plaatsgevonden. De rechtmatigheid van de geleverde zorg is daarmee voor Jeugd voor 2015 voldoende gewaarborgd. Voor Begeleiding en Beschermd Wonen is binnen het samenwerkingsverband H4 niet voor deze optie gekozen. Om in het jaarrekeningproces toch voldoende zekerheid te verkrijgen, is er voor gekozen om finaal af te rekenen met de grootste zorginstellingen. Hierbij zijn, volgens de hiertoe opgestelde richtlijnen door de VNG en NBA, vaststellingsovereenkomsten opgesteld waarin de door de zorginstellingen gedeclareerde bedragen voor de geleverde zorg in 2015 zijn opgenomen, en is een inschatting gemaakt van het onderhanden werk. Het totaal van de bedragen is opgenomen in de jaarrekening. De onzekerheid is hiermee beperkt tot de bedragen van het onderhanden werk. Voor 2015 heeft op deze wijze vaststelling plaatsgevonden voor een bedrag van 17,8 miljoen. De onzekerheid is daarmee beperkt tot 2,6 miljoen. Maatschappelijke Opvang en Vrouwenopvang Voor maatschappelijke opvang en vrouwenopvang krijgen we van de gemeente Rotterdam een compensatie van 500.000 op jaarbasis over de jaren 2015, 2016 en 2017 ( 300.000 maatschappelijke opvang en 200.000 vrouwenopvang), voor de overgang van gemeente Lansingerland naar centrumgemeente Rotterdam. Aangenomen wordt dat de centrumgemeentefunctie per 2018 vervalt. De maatschappelijke opvang sluit met een positief resultaat van 600.000. In 2015 is voor het eerst een budget opgenomen voor begeleiding van dak- en thuislozen van 262.000 (vanuit AWBZ). Dit budget zal vanaf 2016 ingezet worden voor aanscherping van het beleid. Dit wordt opgenomen in de Nota Opvang verwarde personen, die rond de zomer in 2016 aan het college zal worden aangeboden. Toegang en Toeleiding Per saldo is sprake van een incidenteel voordeel van 281.000. Hierbinnen vallen de kosten voor de projectorganisatie Toegang, regionale uitvoeringskosten van het inkoopbureau H10 en DSW/H4, de kosten voor de inzet van de jeugdbeschermingstafel (JBT), het Veiligheidshuis, Toezicht WMO en bedrijfsvoeringskosten. In het eerste uitvoeringsjaar van de nieuwe taken zijn deze kosten niet volledig ten laste gekomen van dit budget. Zo waren er nog middelen van het voormalige stadsgewest Haaglanden beschikbaar. Op grond van de ervaringen in 2015 en de verdere doorontwikkeling zullen de uitvoeringskosten van H10, JBT en de bedrijfsvoeringskosten toenemen. Invoeringskosten Bij de invoering van de decentralisaties is uit voorzichtigheid rekening gehouden met incidentele kosten ten laste van de reserve Sociaal Domein van circa 1 miljoen. De werkelijke kosten voor de invoering zijn in het eerste jaar uitgekomen op 585.000. Deze kosten kunnen worden opgevangen binnen het resultaat op de doelstelling, waarmee geen onttrekking aan de reserve nodig is. Preventieve Jeugdzorg De belangrijkste oorzaak voor de onderbesteding van 274.000 op de Preventieve Jeugdzorg is dat er in 2015 een terugbetaling is ontvangen van de Stichting Jeugdgezondheidszorg ( 155.000). Dit bedrag was gereserveerd in voorgaande jaren om een mogelijk BTW nadeel op te kunnen vangen. Dit nadeel heeft zich niet voorgedaan en de reservering is in 2015 terugbetaald aan de regiogemeenten. Door regionale aanbesteding van het leerlingenvervoer en aanpassing van de verordening is een voordeel ontstaan op het leerlingenvervoer van 130.000. Dit budget zal worden gebundeld met budget voor ander doelgroepenvervoer, waarmee dit gehele budget ontschot kan worden ingezet. In Haaglanden is in samenwerking met de MRDH een voorgenomen besluit genomen om de samenwerking op doelgroepenvervoer te intensiveren, waarmee de kwaliteit kan toenemen en de kosten mogelijk nog verder kunnen dalen. 44

Overzicht van belangrijkste wijzigingen in het hoofdstuk Belangrijkste wijzigingen per hoofdstuk en doelstelling in 2015 Bedragen x 1.000 Stad van participatie nr Lasten Baten Storting Onttrekking Saldo Begroot voor wijziging hoofdstuk Stad van Participatie 183.237 71.147 - - 112.090 Doelstelling Werk en economische zelfstandigheid Begroot voor wijziging 81.571 53.176 - - 28.395 Begrotingswijzigingen uit 2014 0de -4.351-4.349 - - -2 Herstructurering Sociale domein 1e ARB 822 - - - 822 Definitieve BUIG-budgetten 2015 en voorlopige 2016 ev 3e ARB 4.343 4.343 - - - Jaarrekening 2014: Actieplan werkloosheid 10 346 - - - 346 Werk en economische zelfstandigheid-wwb 14-3.500 - - - -3.500 Herziening loketfuncties 14 250 - - - 250 Cofinanciering 14 99 - - - 99 Inzet op terugvordering 14 220 - - - 220 Overige wijzigingen 43 43 Begroot na wijzigingen 79.844 53.170 - - 26.674 Belangrijkste wijzigingen per hoofdstuk en doelstelling in 2015 Bedragen x 1.000 Sterke samenleving nr Lasten Baten Storting Onttrekking Saldo Begroot voor wijziging 32.299 12.718 - - 19.581 Begrotingswijzigingen uit 2014 0de 449 526 - - -77 Urenverdeling 2015 1e ARB 128 - - - 128 Centraliseren stimuleringssubsidies 1e ARB -213 - - - -213 Jaarrekening 204: Pilot integraal PGB 10 220 - - - 220 Herfasering investeringen 14-135 - - - -135 Buitenonderhoud scholen, incl. mutatie reserve onderwijshuisves 14 375 - - - 375 Accommodaties efficiënt gebruik 14 265 - - - 265 Marktconforme huur kinderopvang 14 100 - - - 100 Efficiency maatschappelijk vastgoed 14 280 - - - 280 Privatisering sportaccommodaties 14 150 - - - 150 ISV: meevaller voorbereidingskosten 14-143 - - - -143 ISV - Doorschuiven kosten bodemsanering 14-288 - - - -288 Overige wijzigingen -4-103 99 Begroot na wijzigingen 33.482 13.141 - - 20.341 Belangrijkste wijzigingen per hoofdstuk en doelstelling in 2015 Bedragen x 1.000 Zorg en ondersteuning nr Lasten Baten Storting Onttrekking Saldo Begroot voor wijziging 69.367 5.253 - - 64.114 Herstructurering Sociale domein 1e ARB -182 610 - - -793 Urenverdeling 2015 1e ARB 251 - - - 251 Werkbegroting Onderwijshuisvesting en Onderwijs 2e ARB -116 - - - -116 MO/VO compensatie Rotterdam ivm Lansingerland 2e ARB 500 500 - - - Herfasering investeringen 14-243 - - - -243 Taakmutaties en doeluitkeringen gemeentefonds 14-2.242 - - - -2.242 Overige wijzigingen -34 42 - - -76 Begroot na wijzigingen 67.301 6.405 - - 60.895 Totaal begroot na wijziging hoofdstuk 180.627 72.717 - - -107.911 45

Hoofdstuk 3 Leefbare Stad Leefbare stad Het hoofdstuk Leefbare stad bestaat uit de volgende doelstellingen: 3.1 Aantrekkelijke stad 3.2 Bereikbare en gastvrije stad 3.3 Goede openbare ruimte 3.4 Duurzame stad 3.5 Veilige stad 3.1 Aantrekkelijke stad Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? Samenvatting Ruimtelijke ordening De grootste kostenpost binnen de doelstelling is de actualisatie van de bestemmingsplannen (inclusief bezwaar en beroepsprocedures). In 2015 is het opstellen van bestemmingsplannen conform planning verlopen, onder andere de bestemmingsplannen Harnaschpolder en Buitengebied zijn vastgesteld in de raad. Beide bestemmingsplannen zijn onherroepelijk. In 2015 is de Omgevingswet vastgesteld in de Tweede Kamer. De komende jaren staan in het teken van de implementatie van de Omgevingswet. Afgelopen jaar is een start gemaakt met dit omvangrijke en intensieve traject. Afgelopen jaar werd het aantrekken van de (woning)markt voorzichtig zichtbaar. De gemeente heeft hier direct op geanticipeerd, onder andere door de herijking van het Toetsingskader Woningbouw. Voor de komende jaren is het van belang dat Delft zich richt op een nieuwe ontwikkelstrategie met hetzelfde doel; het ontwikkelen van woningen en woonmilieus passend bij de woonbehoefte en bij de economische ontwikkeling van Delft. De nieuwe strategie is gebaseerd op dialoog en vooral uitnodigen en verleiden in de initiatieffase. In 2016 wordt deze ontwikkelstrategie verder uitgewerkt en geconcretiseerd, in het verlengde van Delft Perspectief 2015 en het advies van de commissie Deetman (Delft, Parel in de Randstad). Partijen die willen ontwikkelen in de stad moeten vaak een ruimtelijke procedure doorlopen. De gemeente is verplicht de kosten voor de procedure te verhalen op de ontwikkelaar. Deze (financiële) afspraken worden geborgd in intentieovereenkomsten en/of anterieure overeenkomsten. De overeenkomsten worden verantwoord binnen de doelstelling Goede Ruimtelijke Ordening. Een aantal projecten is jaargrensoverschrijdend en wordt qua kosten en opbrengsten meegenomen naar 2016. 46

Binnenstad In 2015 is de Centrummanager aangesteld door de SCMD en gezamenlijk gefinancierd om de economische positie van de binnenstad te versterken. Nieuwe aanloopgebieden zijn in 2015 verkend en aangemerkt om, zoals eerder de Nieuwe Langedijk, aan te pakken en publiek-privaat te financieren. De inzet op acquisitie en leegstand heeft door de goede samenwerking tussen de gemeente, Centrummanagement en vastgoedeigenaren geleid tot het terugdringen van leegstand en het creëren van een aantrekkelijk winkelaanbod. Winkels zoals Dinmar, Hills&Mills, Instore, Flying Tiger en De Etalagefabriek zijn zichtbare resultaten van het acquisitie beleid. Meedoen met Cultuur Onder de subdoelstelling vallen 4 producten: VAK, centrum voor de kunsten, Cultuurparticipatie, Erfgoed Delft en Cultuurhistorie Delft. Hieronder worden kort de belangrijkste ontwikkelingen op elk van deze terreinen belicht. In 2015 is verder gewerkt aan het opstellen van een nieuw cultuurkader voor de periode 2016-2019. In de 1 e helft van 2016 volgt hierover besluitvorming. VAK, centrum voor de kunsten De VAK heeft als opdracht om een breed pakket aan cultuureducatieve activiteiten aan te bieden. Dit betreft enerzijds het aanbod aan scholen VAK Onderwijs en anderzijds het aanbod in de vrije tijd VAK VT. In 2015 hebben, op 1 school na, alle scholen in Delft in ieder geval het basisaanbod Kunstklik van De VAK afgenomen. Daarnaast doen 11 scholen mee aan Cultuurhelden, waarmee kunst en cultuur gekoppeld worden aan het curriculum van de school. Ook het vrijetijdsaanbod loopt goed. Afgelopen jaar is het aantal cursisten stabiel gebleven, terwijl er in de voorgaande jaren juist een geleidelijke terugloop in aantallen cursisten te zien was. Eind 2015 heeft verder besluitvorming plaatsgevonden over de toekomst van De VAK. Besloten is om De VAK in zijn huidige vorm op te heffen, maar de doorstart van het vrijetijdsaanbod via een coöperatie te stimuleren. Het onderdeel VAK Onderwijs wordt daarnaast per 1 september 2016 onderdeel van DOK, dat zich door ontwikkelt tot een Taal- en Cultuureducatief Centrum. Met deze beweging wordt een taakstelling van 1,2 miljoen in 2018 ingevuld. Cultuurparticipatie Binnen dit product vallen alle prestatiesubsidies aan culturele organisaties. De grootste daarvan zijn DOK en Theater de Veste. 2015 was het laatste jaar dat de waarderingssubsidies aan de amateurkunstorganisaties werden verstrekt. Om de organisaties voor te bereiden op het aflopen van deze subsidie is 2 jaar geleden gestart met het werken aan deskundigheidsbevordering en wordt de gelegenheid geboden om een cursus Maatschappelijk Verantwoord Verenigen te volgen. Dit laatste is belangrijk voor organisaties om te bepalen wat hun positie is in de maatschappij, wat hun sterke punten zijn en waar kansen liggen voor de toekomst. Erfgoed Delft In 2015 is verder gewerkt aan de uitvoering van het begin 2014 vastgestelde organisatieplan van Erfgoed Sterk in de Kern Erfgoed Delft op weg naar 2020. Het Archief en Archeologie hebben ingezet op het versterken van hun positie in de regio. Dit heeft voor het Archief geresulteerd in een samenwerkingsovereenkomst met het Archief Schiedam. Eind 2016 zal deze samenwerking worden geëvalueerd. Archeologie heeft de regionale samenwerking uitgebreid in 2015 met Zoetermeer. Museum Prinsenhof Delft heeft afgelopen jaar goed aan de weg getimmerd met de tentoonstelling Kijk, Jan Schoonhoven. Deze tentoonstelling kreeg veel persaandacht met lovende recensies en heeft veel publiek getrokken. Daarnaast is gewerkt aan de voorbereidingen van de tentoonstelling rond t Straatje van Vermeer. De bekendmaking van de resultaten van het archiefonderzoek in Archief Delft naar de locatie van dit schilderij had veel positieve publiciteit voor de stad tot gevolg. In het proces om het veiligheidsniveau van het Museum te verhogen t.b.v. de tentoonstelling rond t Straatje, kwam naar voren dat de veiligheidssituatie voor de eigen collectie van het museum zelf niet voldoende was. Dit heeft geleid tot het raadsbesluit om de veiligheid van het gehele museum te verhogen naar een adequaat niveau voor de huidige collectie en voor het huisvesten van topstukken in bruikleen. 47

Cultuurhistorie Delft Hieronder vallen de activiteiten van Monumentenzorg Delft. Deze richten zich op het behoud van de kwaliteit van de gebouwde stad bij monumenten en beschermde stadsgezichten. Voor het behoud van monumenten is van belang dat er een geschikte functie wordt gevonden voor een pand. Delft adviseert actief eigenaren van monumentale panden hoe ze gebruik kunnen maken van landelijke, provinciale en gemeentelijke financiële regelingen en fondsen t.b.v. restauraties, onderhoud en onderzoeken naar nieuwe functies van monumentale panden. Daarnaast adviseert monumentenzorg bij wijzigingen aan deze monumenten in het kader van omgevingsvergunningen. In 2015 is onder andere gewerkt aan de herbestemming van het complex aan de Paardenmarkt en aan de planontwikkeling van de herbestemming van het Armamentarium. Eén van de oude TU gebouwen aan de Kanaalweg heeft na jarenlange leegstand eindelijk een nieuwe bestemming gekregen die nu in uitvoering is. Verder is in 2015 na het traject van fondswerving en planvorming de omgevingsvergunning voor de restauratie en uitbreiding van de Nieuwe Kerk verleend. Wat heeft het gekost? Overzicht van baten en lasten Het resultaat na bestemming is 877.000 nadeliger dan de begroting na wijziging. Bedragen x 1.000 Realisatie Begroot vóór Begroot na Realisatie Verschil Aantrekkelijke stad 2014 wijziging wijziging 2015 begroot na wijziging/ realisatie Lasten 16.708 16.069 15.970 18.494-2.524 Baten 3.426 3.177 3.134 4.781 1.647 Saldo van baten en lasten -13.282-12.892-12.836-13.713-877 Stortingen in reserves - - - - - Onttrekkingen aan reserves - - - - - Resultaat -13.282-12.892-12.836-13.713-877 Verschillen tussen begroting en realisatie Bedragen x 1.000 Omschrijving / oorzaak I/S R/O Totaal Lasten Baten Stortingen Onttrekkingen Ruimtelijke ordening I R -166-868 702 - - VAK, centrum voor kunsten I R 459 656-197 - - Cultuurparticipatie I R 116-9 125 - - Erfgoed Delft I R -331-1.353 1.022 - - Overige Aantrekkelijke stad I R 45 50-5 - - Instellen voorziening VOM I R -1.000-1.000 - - - Totaal -877-2.524 1.647 - - Toelichting op baten, lasten, storting in- en onttrekking aan de reserves en rechtmatigheid Ruimtelijke ordening Voor de gebiedsontwikkeling Zuidoost (woningbouw in het TU campusgebied) is in 2009 een Milieu effect rapportage (MER) opgesteld en opgevolgd (ingangsdatum 2013). De gemeente Delft heeft de MER gefinancierd, maar bij het opstellen van het document een passage opgenomen over de verdeelsleutel van de kosten. Per project (dus per nieuwe woningbouwlocatie) worden naar rato kosten voor de MER teruggevorderd bij de ontwikkelende partij. Deze MER kent een looptijd van 10 jaar. De gemeente gebruikt deze periode om een bedrag van 750.000 terug te verdienen. Eerdere jaren is dit (steeds kleiner wordende bedrag) meegenomen naar het volgende kalenderjaar. In 2015 bedraagt het tekort 100.000. De reserve Bovenwijkse voorzieningen groen-blauw is bedoeld om bovenwijkse maatregelen en voorzieningen te financieren. De middelen worden grotendeels door verschillende partners in het gebied beschikbaar gesteld. Wanneer maatregelen buiten het eigen grondgebied moeten worden uitgevoerd, wordt in een anterieure overeenkomst met een ontwikkelaar afgesproken dat deze een financiële bijdrage doet ten behoeve van bovenwijkse groen-blauwe voorzieningen. Deze bijdragen worden gebruikt als aanvulling op de gemeentelijke middelen voor ontwikkelingen, onderhoud en groen-blauw maatregelen. Omdat de uitvoering van de groen-blauw projecten en de financiering over verschillende kalenderjaren loopt, en jaarlijks een planning met partners wordt afgesproken is de reserve ingesteld. Naast gelden van derden is in 2015 incidenteel budget geraamd vanuit de doelstelling Duurzame Stad. Het tekort van 95.000 op dit onderdeel wordt gecompenseerd vanuit de doelstelling Duurzame Stad. 48

Binnen andere onderdelen bennen ruimtelijke ordening is sprake van een positief voordeel van circa 29.000. VAK, centrum voor kunsten Naar aanleiding van de besluitvorming van het college in oktober 2015 over de toekomst van De VAK en DOK laten we 190.000 uit de voorziening pand VAK vrijvallen in de exploitatie. Dit bedrag is namelijk aangemerkt als dekking voor de eenmalige frictiekosten die gemoeid zijn met de vorming van het Taal- en Cultuureducatief Centrum en de Coöperatie VAK VT. Voorgesteld wordt om een bedrag van 190.000 te storten in de reserve VAK. Het overige voordeel bij de VAK is te verklaren door diverse meevallers, zoals een lagere afrekening van de energielasten uit voorgaande jaren en lagere personeels- en opleidingskosten. Dit laatste is o.a. te verklaren uit het feit, dat De VAK bij de laatste reorganisatie meer heeft bezuinigd dan op dat moment noodzakelijk was om te kunnen sparen voor een toekomstige verzelfstandiging. Dit voordeel werkt nu nog door ondanks de gewijzigde plannen. Cultuurparticipatie Als gevolg van verscherpte regelgeving is het bedrag dat beschikbaar is voor de dekking van de onrendabele top van Bacinol 2, vrijgevallen uit de voorziening Bacinol en ten gunste van de exploitatie gebracht. Om het bedrag van 120.000 beschikbaar te houden voor het uitbetalen van de subsidie in latere jaren, wordt voorgesteld om een bedrag van 120.000 te storten in de reserve Beleid en uitvoering. Erfgoed Delft Erfgoed heeft ten behoeve van museum Prinsenhof en het Archief diverse kunstwerken aangekocht voor een bedrag van 1.086.000. Door giften en bijdragen van derden die optellen tot 903.000, bedragen de kosten voor de gemeente per saldo 183.000. De aankoopkosten en bijdragen zijn niet begroot, maar we sparen wel jaarlijks in de reserve Cultureel Erfgoed Delft een vast bedrag om deze incidentele kosten te kunnen dekken. Voorgesteld wordt om 183.000 te onttrekken aan de reserve Cultureel Erfgoed Delft en dit ten gunste te brengen van de exploitatie. De aankopen betreffen o.a. een schilderij van Hendrick van Vliet waarvoor het overgrote deel van het benodigde bedrag via fondsenwerving (ruim 700.000) bij elkaar is gebracht. Het exploitatietekort komt daarmee uit op 146.000. Dit wordt verklaard door een overschrijding op het budget voor de ontzameling van de collectie van voormalig museum Nusantara met 49.000. Deze overschrijding is het gevolg van de langere doorlooptijd van dit project, waardoor meerkosten zijn ontstaan op projectmanagement en uitvoering en meerkosten voor opslag. De rest van het nadeel wordt verklaard door tegenvallende inkomsten uit winkelverkoop en zaalverhuur. Tevens heeft Erfgoed in 2015 tijdelijke aanvullende veiligheidsmaatregelen genomen voor museum Prinsenhof. Deze kosten zijn niet gedekt in de exploitatie. Op basis van eerdere besluitvorming is hiervoor 35.000 beschikbaar binnen de post Onvoorzien. Op basis van de pilot die is afgesproken om uitvoering te geven aan de motie Opnieuw opbouwen begroting (zero based budgeting) wordt de begroting van Erfgoed tegen het licht gehouden. Instellen voorziening VOM De gemeente heeft bij de oprichting van de VOM een gemeente garantie verstrekt op de langlopende lening die de VOM heeft afgesloten. Voor het risico van het waarderingsverschil tussen onderliggende onroerend en de garantstelling vormt de gemeente een voorziening. Voorstellen tot afrekening van het resultaat Voorstellen tot afrekening van het rekeningresultaat: Omschrijving afrekenvoorstellen bestemmingsreserves Erfgoed / kunstaankopen VAK / frictiekosten TCC-VAK Bacinol VAK / frictiekosten TCC-VAK aanvullend Erfgoed/kunstaankopen Erfgoed heeft ten behoeve van museum Prinsenhof en het Archief diverse kunstwerken Bedragen x 1.000 Stortingen Onttrekkingen Totaal -344 183 190 120 34 183 49

aangekocht, met een eigen bijdrage van 183.000. Hier wordt jaarlijks in de reserve Cultureel Erfgoed Delft een vast bedrag voor gespaard. Wij stellen voor om 183.000 te onttrekken aan de reserve Cultureel Erfgoed Delft. VAK/frictiekosten TCC VAK Om de eenmalige frictiekosten, die gemoeid zijn met de vorming van het Taal- en Cultuureducatief Centrum en de Coöperatie VAK VT, te financieren wordt voorgesteld om een bedrag van 190.000 te storten in de reserve VAK. Bacinol Om aan de subsidieverplichting in relatie tot de onrendabele top van het pand Bacinol te kunnen blijven voldoen wordt voorgesteld een bedrag van 120.000 te storten in de reserve Beleid en uitvoering. VAK/ frictiekosten TCC VAK - aanvullend In de collegenota over de vorming van het Taal- en Cultuur Centrum en de coöperatie VAK VT, is gemeld dat een tekort bestaat op de dekking voor de éénmalige frictiekosten. Het voorstel is om het positieve resultaat binnen de doelstelling Aantrekkelijke Stad in te zetten als dekking voor dit eenmalige tekort en het te storten in de reserve VAK. Na bestemming van het rekeningresultaat is dit een bedrag van 34.000, maar aangevuld met de compensatie voor het tekort op het onderdeel Ruimtelijke ordening van 95.000 binnen de doelstelling Duurzame stad, bedraagt het totaal 129.000. Investeringen Aantrekkelijke stad Categorie* Totaal beschikbaar Realisatie t/m 2014 Beschikbaar vanaf 1-1- 2015 Begroot 2015 Bedragen x 1.000,- Realisatie 2015 Jaar start en gereed Investeringsplan Herhuisvesting Erfgoed Delft E 8.167 1.058 7.109 2.065 1.156 2009-2017 Blauw in het Prinsenhof E 1.560 1.201 359 179 140 2012-2016 Bijdrage Blauw in het Prinsenhof nvt -260-110 -150 - -3 2012-2016 Restauratie Nieuwe Kerk B 1.500 750 750 750-2015-2016 Totaal investeringsplan 10.967 2.899 8.068 2.994 1.293 Vervangingsinvesteringen Presentaties 3 musea E 812 725 87 87 52 2015 Inbraakmeldproject Prinsenhof E 180 94 86 86 40 2015 Video Observ. Syst. Prinsenhof E 43 0 43 43 0 2015 Totaal vervangingsinvesteringen 1.035 819 216 216 92 Totaal investeringen 12.002 3.718 8.284 3.210 1.385 * E =economisch nut, B= bijdrage aan activa in eigendom van derden Toelichting op de voortgang van de investeringen Herhuisvesting Erfgoed Dit betreft de nieuwbouw van het Archiefgebouw. Bij het opstellen van de Programmabegroting 2015-2018 was de verwachting dat in 2015 de grond zou worden afgenomen en betaald en tevens gestart zou worden met nieuwbouw. De grond is conform plan in 2015 afgenomen en betaald. Ook de aanbesteding van de bouw is conform planning in 2015 gestart. In de aanbesteding van de bouw van het archiefgebouw bleek echter een extra ronde optimalisaties nodig. De gunning van de bouw is daardoor vertraagd, en niet eerder dan begin 2016 afgerond. De eerste termijnen van de bouw zullen dan ook in 2016 moeten worden voldaan in plaats van in 2015, zoals bij het opstellen van de begroting was aangenomen. Blauw in het Prinsenhof Er is minder uitgegeven op deze investering dan vooraf geraamd, omdat de tentoonstelling Keizerlijk Porselein is uitgesteld naar het voorjaar van 2017. Restauratie Nieuwe Kerk De werkzaamheden bij de Nieuwe Kerk zijn vertraagd door de rechtszaak die door derden is aangespannen over het archeologische onderzoek. De 2e termijn van 750.000 subsidie voor het project Restauratie Nieuwe Kerk is daarom nog niet uitgekeerd. Presentaties musea Deze vervangingsinvestering is gericht op het verbeteren van de presentaties van Museum 50

Prinsenhof Delft. De middelen worden ingezet om in 2016 verbeteringen aan te brengen in de fysieke en digitale presentaties van het museum. Inbraakmeldproject Prinsenhof De middelen worden in 2016 besteed aan de nazorg van het project waarbij de beveiliging in Museum Prinsenhof Delft op een adequaat niveau is gebracht. Video observatie systeem Prinsenhof De middelen worden in 2016 besteed aan de nazorg van het project waarbij de beveiliging in Museum Prinsenhof Delft op een adequaat niveau is gebracht. 3.2 Bereikbare en gastvrije stad Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? Bereikbare en gastvrije stad (draagt bij aan de opgave "Mensen aan het werk") Effect Indicator Beginstand Streefcijfer Realisatie (realisatie 01-01-2014) 01-01-2016 01-01-2016 Bereikbare stad. Oordeel bereikbaarheid. 6,9. 6,0. 6,9. 1) Prestaties Autoparkeren: eenduidig en gastvrij. Autoparkeren: waardering burger (DIP). 5,9. 6,0. 5,5. 2) Afronden grote projecten. Projecten afmaken. 0. Spoortunnel, OVknoop en modulaire fietsenstalling in gebruik. 'Spoortunnel en OVknoop in gebruik. 3) 1) De algemene waardering in de Omnibusenquete is met een 6,9 gelijk gebleven ten opzichte van 2013. In de DIP-enquete eerder dit jaar was een lichte daling te zien. De verkeerssituatie in het spoorzonegebied is het afgelopen jaar veel is gewijzigd en heeft invloed. 2) Het algemeen oordeel over parkeren valt met een 5,5 (april 2015) lager uit dan het streefcijfer. Deze enquête vond een maand na invoering van de digitalisering plaats. Sinds april is er een groot aantal verbeteringen doorgevoerd. Nog niet alle problemen zijn echter verholpen. In de evaluatie van het parkeerbeleid wordt komende zomer de balans opgemaakt. 3) Het nieuwe station en de spoortunnel zijn geopend waarmee het treinverkeer onder de grond is gegaan. Naast het station is het OV-plein gereed en in gebruik. De plannen voor de modulaire fietsenstalling zijn omgebogen in verkennende gesprekken voor financiering van een derde ondergrondse fietsenstalling door Delft en andere overheden. Samenvatting De algemene waardering van de bereikbaarheid in Delft in de Omnibus enquête is met een 6,9 gelijk gebleven ten opzichte van 2013. Voor alle vervoerswijzen is de waardering hoger dan in 2010 (voor de intensivering op het thema bereikbaarheid). In de DIP-enquête eerder dit jaar was een lichte daling te zien. De verkeerssituatie in het spoorzonegebied is het afgelopen jaar veel gewijzigd en heeft invloed op het oordeel. De middelen voor de bereikbaarheidsregie die in het verleden zijn gereserveerd voor de afsluiting van de Sebastiaansbrug zijn niet benut in 2015. Bij de Kadernota 2016 wordt bezien welke middelen nodig zijn in het jaar van afsluiting van de brug. Fietsers blijven tevreden verkeersdeelnemers. De basisfietsinfrastructuur en de jaarlijkse verbeteringen met subsidies van de Metropoolregio hebben effect. Dit jaar is oa een fietsplateau op de kruising Minervaweg-Vulcanusweg gerealiseerd. Aandacht voor de autobereikbaarheid van onder meer de Spoorzone en TIC Delft blijft nodig. Afgelopen jaar is de ontwikkeling van de Spoorzone gecontinueerd volgens plan. De afbouw van het 1 e deel van het stadskantoor is voltooid, het nieuwe station en de spoortunnel zijn geopend waarmee het treinverkeer onder de grond is gegaan. Met de sloop van het oude spoorviaduct en de sporen is er ruimte voor de ontwikkeling van de Parkeergarage Spoorsingel en de definitieve inrichting van de openbare ruimte conform het plan van Busquets. Naast het station is het OV-plein gereed en in gebruik. Verderop is gestart met het in definitieve vorm aanleggen van de Irene Boulevard. In de gebiedsontwikkeling is in de Coendersbuurt gestart met de verkoop van kavels. In het kader van de herijking parkeerketen is in 2014 een eenduidiger parkeerbeleid in de binnenstad gerealiseerd. Daarnaast is in 2015 is de digitalisering van de parkeerketen een feit geworden. Het algemeen oordeel over parkeren valt met een 5,5 (april 2015) lager uit dan het streefcijfer. 51

Deze enquête vond een maand na invoering van de digitalisering plaats. Sinds april is er een groot aantal technische verbeteringen doorgevoerd. Nog niet alle problemen zijn echter verholpen. In 2015 vielen de inkomsten uit parkeren lager uit, zoals in de NJR reeds vermeld. In de evaluatie in 2016 zal zowel het financiële als het inhoudelijke effect worden geëvalueerd. Het in eigendom hebben en het beheren van vastgoed is geen kerntaak van de gemeente. Het in bezit hebben van vastgoed kan wel bijdragen aan de uitvoering van de gemeentelijke kerntaken. Voor de gemeentelijke vastgoedportefeuille is sprake van een blijvende intensivering van het beleid tot verkleining van de gemeentelijke vastgoedportefeuille. In de afgelopen jaren zijn daarom ook diverse vastgoedobjecten verkocht dan wel afgestoten. In 2015 zijn 3 bebouwde objecten en 9 tuingronden verkocht, hiernaast zijn 2 bebouwde objecten omgezet naar een recht van opstal en is voor 2 objecten het aanhuurcontract (gedeeltelijk) beëindigd. Hiermee is de totale portefeuille verkleind met 6.493 m 2 BVO en 191 m 2 grond. In de verdere uitwerking van de intensivering van het beleid tot verkleining worden de verkoop- en verhuurverwachtingen concreet gemaakt en financieel verwerkt. De realisatie van fase 1 van het nieuwe stadskantoor is conform planning verlopen en binnen de budgettaire kaders zoals vastgesteld door de raad. Zie hiervoor ook de raadsbrief Beantwoording motie Huisvestingslasten. Wat heeft het gekost? Overzicht van baten en lasten Realisatie Begroot vóór Begroot na Realisatie Verschil Bereikbare en Gastvrije stad 2014 wijziging wijziging 2015 begroot na wijziging/ realisatie Lasten 145.692 42.271-40.525-42.856 2.331 Baten 67.534 23.900 26.902 28.188 1.286 Saldo van baten en lasten -78.158-18.371 67.427 71.044 3.617 Stortingen in reserves 1.235 248 - - - Onttrekkingen aan reserves 12.275 470 960 - -960 Resultaat -67.118-18.149 68.387 71.044 2.657 Het resultaat na bestemming is 2.657.000 voordeliger dan de begroting na wijziging. Bedragen x 1.000 Verschillen tussen begroting en realisatie Bedragen x 1.000 Omschrijving / oorzaak I/S R/O Totaal Lasten Baten Stortingen Onttrekkingen Beleid/uitvoering verkeer I R 73 89-16 - - Parkeren/Parkeervoorzieningen (overig) I R 271 304-33 - - Spoortunnel I R 6.135 7.034-899 - - Spoorzone gemeentelijke taken I R 70-79 149 - - Algemeen beheer vastgoed I R -573-628 1.015 - -960 Bouwgrondexploitatie I R 229-373 602 - - Exploitatie uitgegeven terreinen I R -93 104-197 - - Exploitatie verhuurde eigendommen I R 262-262 - - Legesmodel omgevingsvergunningen I R -197-600 403 Nieuw stadskantoor I R 590 590 - - - Afsluiten 1e fase HNK I R -4.110-4.110 - - - Totaal 2.657 2.331 1.286 - -960 Toelichting op baten, lasten, storting in- en onttrekking aan de reserves en rechtmatigheid Beleid/uitvoering verkeer Er is een klein extra voordeel op beleid/uitvoering verkeer op de onderdelen bereikbaarheidsregie (door versobering i.v.m. uitstel Sebastiaansbrug) en pollers (i.v.m. minder onderhoud richting vervanging door kentekenherkenning). Parkeren en parkeervoorzieningen Bij de Najaarsrapportage 2015 is een nadeel van 525.000 op parkeren opgenomen. Bij de jaarafsluiting bleek dat het nadeel minder groot was. Voornaamste oorzaak is verminderde handhavingsinzet. Per saldo is er in 2015 voor 250.000 nadeel opgetreden op parkeren. Op basis van de pilot die is afgesproken om uitvoering te geven aan de motie Opnieuw opbouwen begroting (zero based budgeting) en de evaluatie van het parkeerbeleid wordt de begroting tegen het licht 52

gehouden. In de Programmabegroting 2016 zijn de inkomsten voor 2016 en verder reeds 125.000 naar beneden bijgesteld. Spoortunnel Het activeren van de bijdrage aan de tunnel, de herijking spoorzone-project en de business case van OBS zorgt voor een aanpassing van de administratieve systematiek, waardoor er een financieel voordeel ontstaat ten opzicht van de begroting. In dit verband wordt ook verwezen naar de paragraaf spoorzone. Spoorzone gemeentelijke taken. Geen bijzonderheden. Algemeen beheer vastgoed Bij de Najaarsrapportage 2015 is rekening gehouden met nadelig resultaat van 960.000. Hiermee is het jaarrekening resultaat van 573.000 dus minder negatief dan geprognosticeerd. Deze verbetering wordt met name veroorzaakt doordat in 2015 geplande onderhoudsopdrachten in 2016 zullen plaatsvinden. In het Vastgoedbedrijf is sprake van een afwijking van 573.000 nadelig. Overeenkomstig de Financiële verordening (art. 212 gemeentewet) wordt voorgesteld het bedrag van 573.000 te onttrekken aan de reserve Vastgoed. De afwijking 573.000 bestaat in hoofdlijnen uit: - 620.000 nadeel op de begrote huuropbrengsten (circa 8%) hoofdzakelijk bestaand uit leegstand. Ook het Vastgoedbedrijf ervaart de effecten van de crisis in de vastgoedmarkt. De crisis heeft tot gevolg dat veel vastgoed in waarde is gedaald, onder andere door het feit dat er meer aanbod dan vraag is. Dit betekent ook dat de onderliggende huurwaarden zijn gedaald en er sprake is van leegstand. Door onder meer maatregelen als tijdelijke verhuur, het actief in de markt aanbieden, bieden wij hier het hoofd aan. - 480.000 nadeel in verband met het feit dat de geraamde bezuinigingsopgave in 2015 niet wordt geëffectueerd. De volledige bezuinigingsopgave van het Vastgoedbedrijf is ingevuld vanaf de Programmabegroting 2016 waardoor er in 2015 nog sprake is van een incidenteel nadeel. - 260.000 voordeel in verband met een afkoopsom die verband houdt met de voortijdige beëindiging van de huurovereenkomst door een huurder van de Westlandseweg 40. De ontvangen afkoopsom moet gezien worden in relatie tot de kosten van leegstand in 2016. - 250.000 voordeel in verband met de voortijdige opzegging van het aanhuurcontract van de Barbarasteeg 2 per 29 juli 2015. Bouwgrondexploitatie In het Grondbedrijf is sprake van een begroot saldo van 0,1 miljoen incidentele lasten en baten. Voor 2015 is op deze post sprake van een voordelig resultaat (onderschrijding) van 0,2 miljoen voornamelijk als gevolg van nagekomen baten (subsidies) en nagekomen kosten van reeds afgesloten grondexploitaties. De resultaatverwachtingen op de lopende grondexploitaties zijn toegelicht in de paragraaf Grondbeleid. Exploitatie uitgegeven terreinen Het nadeel op het erfpachtbedrijf hangt samen met het verschil in toegerekende omslagrente (4%) en de marktrente waar de canonopbrengst op wordt gebaseerd. De marktrente ligt al enige jaren onder de omslagrente. Dit resulteert in een nadelig resultaat i.r.t. de begroting van 40.000. Het restant betreft een nagekomen correctie op de in 2014 doorgevoerde stelstelwijziging. Exploitatie verhuurde eigendommen Er is sprake van afwijking van 262.000 voordelig. Het betreft een aandeel in de verkoopopbrengst van een perceel, in eigendom van derden (Schieweg 180). Bij akte uit 1994 is bepaald dat de gemeente recht heeft op dit aandeel. Legesmodel omgevingsvergunningen Bij de Najaarsrapportage 2015 is de prognose afgegeven van een voordeel van 2,2 miljoen. Eind 2015 is er sprake van een werkelijk resultaat van 2,0 miljoen op de omgevingsvergunningen. De positieve trend van de afgelopen jaren heeft reeds geleid tot een verlaging van de legestarieven 2016. 53

Het nieuwe stadskantoor Het positieve verschil kent verschillende oorzaken. De voornaamste oorzaken zijn: - de oorspronkelijke aanname voor de fasering van de kosten was gebaseerd was op een gelijke verdeling van uitgaven tussen 2015 en 2016. Op grond van de ervaring in de afgelopen jaren is het realistischer om er van uit te gaan dat de advieskosten in 2016 hoger zullen zijn dan in 2015. De reden daarvan is dat in 2016 onder meer de realisatie van de publiekshal, de fietsenstalling en het aanhelen van fase 1 moeten worden uitgevoerd, complexere werkzaamheden die meer advies zullen vergen dan het afronden van fase 1 (realisatie van kantoorruimten) in 2015. - de aanname in de oorspronkelijke begroting dat de verhuizing in december 2015 zou plaatsvinden in plaats van januari 2016. Deze kosten zullen in 2016 worden verantwoord, en niet, zoals begroot, in 2015. Afsluiten 1e fase HNK Zie toelichting Reserve gemeentelijke huisvesting ( extra onttrekking). Voorstellen tot afrekening van het resultaat Voorstellen tot afrekening van het rekeningresultaat: Omschrijving afrekenvoorstellen bestemmingsreserves Onttrekking res. Investeringplan voor bijdrage bouw aanlegsteiger Nieuwe Haven Reserve Vastgoed Reserve Gemeentelijke Huisvesting (extra onttrekking) Egalisatiereserve omgevingsvergunningen Bedragen x 1.000 Stortingen Onttrekkingen - 30-573 - 4.110 2.004 - Totaal -2.004 4.713 Onttrekking reserve investeringsplan voor bijdrage bouwaanlegsteiger nieuwe haven Bij de Najaarsrapportage 2013 is een bedrag van 30.000 gestort in de reserve Investeringsplan als reservering voor de gemeentelijke bijdrage aan de aanlegsteiger Nieuwe Haven. Deze aanlegsteiger wordt binnenkort opgeleverd zodat het bedrag beschikbaar moet zijn. Vandaar dat dit bedrag bij de jaarstukken 2015 moet worden onttrokken aan de reserve. De aanlegsteiger wordt door vier partijen gefinancierd (AM tevens initiatiefnemer, Koninklijke Porceleyne Fles (KPF), MRDH en de gemeente Delft). Met de komst van de steiger zijn de Koninklijke Porceleyne Fles en het TUgebied beter via het water ontsloten. Reserve Vastgoed Het resultaat op het Vastgoedbedrijf mag op grond van de financiële verordening worden verrekend met de daartoe bestemde egalisatiereserve (reserve Vastgoed). Gelet op het jaarrekening resultaat van 573.000 negatief wordt conform de bestendige gedragslijn voorgesteld dit te onttrekken uit deze reserve. Reserve gemeentelijke huisvesting ( extra onttrekking) Nu de eerste fase van Het Nieuwe Kantoor (HNK) in gebruik genomen is, wordt ook het eerste deel van het investeringskrediet afgesloten per 31-12-2015 (zie toelichting hierboven). In het oorspronkelijke dekkingsplan van de investering HNK, vastgesteld door de raad in 2007, is bepaald dat een deel van de uitgaven in één keer ten laste van de reserve Gemeentelijke Huisvesting wordt gebracht. Het moment om dit te doen is na de afsluiting van (een deel van) het krediet. Om dit te kunnen realiseren is in het oorspronkelijke dekkingsplan besloten om voldoende saldo op te bouwen in de reserve Gemeentelijke huisvesting door middel van een zogenaamd spaarmodel. Dit is ook zo gerealiseerd. Het voorstel is om 4.110.000 uit de investering niet te activeren en te dekken uit de reserve; een en ander passend binnen de gestelde huisvestingsnorm zoals opgedragen in de motie Huisvestingslasten HNK. Het betreft uitgaven die niet geactiveerd behoeven te worden, te weten de bouwrente ( 2.747.000), leges en heffingen ( 453.000), verzekeringen ( 268.000) en extra werkzaamheden bestek ( 605.000). Egalisatiereserve omgevingsvergunningen Het voorstel is om het resultaat volgens de lijn van de financiële verordening te storten in de egalisatiereserve omgevingsvergunning. Op basis van de meerjaren prognose en de realisatie van de afgelopen jaren zal de komende maanden gekeken worden naar een realistisch plafond voor de reserve. Dit kan dan leiden tot een (incidenteel) voorstel bij de programmabegroting van vrijval van een deel van de middelen. 54

Investeringen Bedragen x 1.000,- Bereikbare en Gastvrije Stad Categorie* Totaal beschikbaar Realisatie t/m 2014 Beschikbaar vanaf 1-1- 2015 Begroot 2015 Realisatie 2015 Jaar start en gereed Investeringsplan Fietsactieplan 2015-2016 M 452 38 414 129 28 2014-2017 Het Nieuwe Kantoor E 72.265 39.037 33.228 20.943 9.264 2013-2016 Het Nieuwe Kantoor niet activeerbaar nvt 8.938 2.972 5.966 1.994 1.307 2013-2016 LVVP M 8.167 6.155 2.012 860 117 2006-2018 Bijdrage LVVP nvt -2.715-2.618-97 -320-2006-2018 LVVP 2014-2016 M 1.545 179 1.366 378 11 2014-2017 Bijdrage LVVP 2014-2016 nvt - - - -147-2014-2017 Reinier de Graafweg M P.M. 53 P.M. P.M. 135 2015-2018 Kentekenherkening E 315-315 315 25 2015-2016 Spoorzone M 68.000 9.517 58.483 3.000 3.545 2009-2018 Spoortunnel B 80.000-80.000 80.000 80.000 2015-2015 Kristalweg M 800 499 301-72 2013-2015 Kristalweg bijdragen nvt -800 - -800 - -450 2013-2015 Totaal investeringsplan 236.967 55.832 181.188 107.152 94.054 Vervangingsinvesteringen Virto's E 25 0 25 25 25 2015 Bikers fietsen E 14 0 14 14 7 2015 Intensivering FAP M 101 97 4 4 21 2015 Vervanging parkeerautomaten E 588 137 451 451 261 2015 Parkeerautomaten 5x E 82 0 82 82 0 2015 Totaal vervangingsinvesteringen 810 234 576 576 314 Totaal investeringen 237.777 56.066 181.764 107.728 94.368 * E =economisch nut, M =maatschappelijk nut, B= bijdrage aan activa in eigendom van derden Toelichting op de voortgang van de investeringen Fietsactieplan 2015/2016 I.v.m. provinciaal toezicht is conform B&W besluit, een aantal investeringen doorgeschoven. Het nieuwe stadskantoor. Het positieve verschil kent verschillende oorzaken. De voornaamste oorzaken zijn: - De afspraak met de aannemer om voor fase 1 de oplevering van het casco (oorspronkelijk gepland medio 2015) op te laten lopen met de oplevering van de vaste inrichting (gepland op 4 januari 2016). Zie hiervoor ook de Q2 en Q3 kwartaalrapportages. Hiermee zijn bouwkosten deels ook naar een later moment doorgeschoven; - Alleen de werkelijk ontvangen facturen in 2015 zijn in de investering verantwoord. Door de combinatie van beide oorzaken verschuift een deel van de verantwoording van de uitgaven naar 2016. Met de ingebruikname van de eerste fase van Het Nieuwe Kantoor op 4 januari 2016 wordt ook de eerste fase van het investeringskrediet afgesloten. De afsluiting geschiedt per 31-12-2015 gezien de bijzonder geringe tijd tussen afsluiting krediet en ingebruikname en gelet op de noodzaak om de oplopende bouwrente zo veel mogelijk te beperken. LVVP Deelproject Zuidplantsoen-Schoemakerstraat moest wachten op onherroepelijk Hogere Waarde Besluit en akkoord financieel toezicht provincie Zuid-Holland, dit is inmiddels verkregen. Bewegwijzering is vertraagd. Bijdrage aan de fietstunnel station Zuid volgt ook later. Kentekenherkenning Invoering plaats per mei 2016. Spoorzone Jaarlijks factureert OBS de door haar, in opdracht van de gemeente, gemaakte kosten van het deelproject inrichting van de openbare ruimte (IOR). De realisatie in 2015 is hoger dan begroot, dit betreft een faseringsverschil. De uitvoering van dit deelproject en de facturering loopt door tot in 2018. 55

Spoortunnel De door de gemeente gedane bijdrage in de aanleg van de spoortunnel is geactiveerd. Kristalweg De investering Kristalweg is in 2015 afgerond. De geraamde bijdragen zijn gebaseerd op een subsidie van MRDH van 450.000 en een bijdrage vanuit de grondexploitatie Harnaschpolder van 350.000. De investering is voordelig afgesloten waardoor de bijdrage uit de grondexploitatie Harnaschpolder voor 200.000 niet nodig is gebleken. Vervangingen parkeren (vitro s; bikers, automaten). Financiële afwijking voornamelijk op parkeerautomaten. In 2015 zijn de parkeerautomaten vervangen. Er volgen nog betalingen voor deze vervanging in 2016. Het positieve saldo dat vervolgens resteert zal worden betrokken bij de Programmabegroting 2017-2020. 3.3 Goede openbare ruimte Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? Goede openbare ruimte (zie onder veilige stad) (draagt bij aan de opgave "Aantrekkelijk leefklimaat") Samenvatting De doelstelling laat na verrekening van de resultaten voor Tramlijn 19 (incl. St. Sebastiaansbrug) en de gesloten circuits Riolering en Reiniging een voordelig saldo zien van 563.000. De beoogde doelstellingen zijn met uitzondering van de aanpak van de risicobomen (vertraging) binnen budget gerealiseerd. De tevredenheid van de bewoners over het onderhoud van de openbare ruimte daalt licht, maar voldoet ruimschoots aan de doelstelling. De afname is in lijn met de verwachting: de effecten van de vanaf 2012 ingezette bezuinigingen worden zichtbaarder. Met de vaststelling van Grip op Grondstoffen is een grote stap gezet naar het invoeren van omgekeerd inzamelen waarbij herbruikbare reststoffen zoveel mogelijk aan huis worden opgehaald (GFT, papier, PMD) en restafval moet worden weggebracht. Hiermee wordt niet alleen een hoger scheidingspercentage gerealiseerd, maar dit is (op termijn) financieel voordeliger. De komende 10 tot 15 jaar is een piek te verwachten in het vervangen van riolen. Om de consequenties hiervan voor de ontwikkeling van het rioolheffing goed inzichtelijk te maken is de looptijd van het huidige gemeentelijke rioleringsplan met 1 jaar verlengd. Tramlijn 19 heeft in 2015 in het teken gestaan van de St. Sebastiaansbrug. Eind 2015 is een intentieovereenkomst getekend tussen de provincie Zuid-Holland,, MRDH en Delft. Partijen hebben elkaar gevonden in een beweegbare brug op een doorvaarthoogte van 4,5 meter. Ook is besloten om een brug te maken die past binnen het huidige bestemmingsplan. Op basis van onderzoek van Gemeentewerken Rotterdam was eerder in 2015 definitief besloten om niet verder te kijken naar aanpassing/versobering van de tafelbrug. Wat heeft het gekost? Overzicht van baten en lasten Het resultaat na bestemming is 2.853.000 nadeliger dan de begroting na wijziging. Bedragen x 1.000 Realisatie Begroot vóór Begroot na Realisatie Verschil Goede openbare ruimte 2014 wijziging wijziging 2015 begroot na wijziging/ realisatie Lasten 39.086 39.512 40.225 42.920-2.695 Baten 27.880 25.977 25.083 25.910 827 Saldo van baten en lasten -11.206-13.535-15.142-17.010-1.868 Stortingen in reserves 1.103 - - - - Onttrekkingen aan reserves 350 383 985 - -985 Resultaat -11.959-13.152-14.157-17.010-2.853 56

Verschillen tussen begroting en realisatie Bedragen x 1.000 Omschrijving / oorzaak I/S R/O Totaal Lasten Baten Stortingen Onttrekkingen Afwaardering investering Sebastiaansbrug I R -2.496-2.496 - - - Hogere kwijtscheldingslasten reiniging I R -408-408 - - - Opbrengst reiniging I R 611-611 - - Kwalitatief onderhoud riolering I R -148-148 - - Opbrengst riolering I R -20-20 - - Vertraging aanpak risicobomen I R 382 382 - - Verzelfstandiging NME I R 80 80 - - Saldering overige producten openbare ruimte I R 101-105 236 - -30 Te verwerken voorstel reserve riolering I R -552 - - - -552 Te verwerken voorstel reserve reiniging I R -403 - - - -403 Totaal -2.853-2.695 827 - -985 Toelichting op baten, lasten, storting in- en onttrekking aan de reserves en rechtmatigheid Afwaardering investering Sebastiaansbrug Bij de Najaarsrapportage 2015 is een deel van de voorbereidingskosten van de St. Sebastiaansbrug eenmalig afgeboekt (kosten die betrekking hebben op gerealiseerde kosten voor de tafelbrug). Inmiddels is overeenstemming bereikt met de provincie Zuid-Holland en MRDH over de kostenverdeling en het type brug. De intentieovereenkomst biedt inmiddels de helderheid, dat we niet één op één terugvallen op een oude variant. In deze jaarrekening worden ook de voorbereidingskosten uit de basculebrugfase (2007 t/m 2012) afgeboekt. Dit heeft in 2015 een nadelig effect van 3,1 miljoen. De voorbereidingskosten zijn geboekt in de exploitatie i.p.v. de investeringssfeer. Het gaat hier feitelijk alleen om het moment waarop lasten worden verantwoord. De totale kosten blijven binnen het door de raad vastgestelde krediet, zoals beschreven bij vaststelling van de intentieovereenkomst. Reiniging (hogere kwijtschelding en opbrengst) Het gesloten circuit reiniging laat een afwijking zien op de kwijtscheldingen en de inkomsten van de heffingen. Voor kwijtschelding is structureel te weinig begroot. Dit is in de begroting 2016 aangepast. Daarnaast is er een na-ijleffect uit voorgaande jaren, welke dit jaar hoger is dan geraamd. De afwijking op de inkomsten wordt veroorzaakt door het inlopen van de achterstand in het opleggen van de aanslagen en doordat het aantal aanslagen gebaseerd is op het voorgaande jaar. Het resultaat is dat 203.000 minder aan de reserve Reiniging wordt onttrokken dan geraamd. Riolering (kwalitatief onderhoud en opbrengst) De exploitatie van de riolering wordt verrekend met de reserve Riolering, de vervangingsinvestering rekent af met de voorziening Riolering. Tezamen vormt dit het gesloten circuit. De exploitatie heeft een nadeel van 168.000, de investering een voordeel van 3,0 miljoen. Doordat niet voldoende inzichtelijk is wat de feitelijke onderhoudsstaat van een deel van het riool is, blijven de investeringen achter. De kosten voor exploitatie (dagelijks beheer en onderhoud) nemen daardoor toe. Extra onderzoek is noodzakelijk voor het definitieve uitvoeringsprogramma kan worden vastgesteld. Door het nadeel op de exploitatie wordt 168.000 meer aan de reserve onttrokken dan geraamd. Verzelfstandiging Natuur en MilieuEducatie (NME) Voor NME is een overschot wegens een uitgestelde betaling voor de Papaver. Op groenbeheer is een voordeel ontstaan door vertraging in de aanpak van de risicobomen. Het betreft de aanpak van bomen met een verhoogd risico op (letsel)schade door het uitbreken van takken of omwaaien. In de kadernota 2016 zullen voor beide onderdelen voorstellen worden opgenomen. Overig Het overige betreft het saldo van kleine afwijkingen op de diverse producten. De voornaamste afwijking zit op de baten, er is een achterstallige subsidie van 100.000 ontvangen van de MRDH voor Cityflow (reistijdmeting op basis van data uit verkeersregelinstallaties). 57

Voorstellen tot afrekening van het resultaat Voorstellen tot afrekening van het rekeningresultaat: Omschrijving afrekenvoorstellen bestemmingsreserves Reservemutatie gesloten Circuit Riolering Reservemutatie gesloten Circuit Reiniging De gesloten circuits riolering en reiniging laten beiden een afwijking van de begroting zien (zie toelichting baten en lasten). Bedragen x 1.000 Stortingen Onttrekkingen - 552-403 Totaal - 955 Investeringen Goede openbare ruimte Categorie* Totaal beschikbaar Realisatie t/m 2014 Beschikbaar vanaf 1-1- 2015 Begroot 2015 Bedragen x 1.000,- Realisatie 2015 Jaar start en gereed Investeringsplan Projecten Tramlijn 19 ** M 22.698 16.323 6.375 1.315 1.325 2007-2019 Bijdrage Tramlijn 19 nvt -5.281-2.264-3.017-1.209-1.072 2007-2019 Steunpunt Delftgauw M 1.517-1.517 500-2015-2016 Totaal investeringsplan 18.934 14.059 4.875 606 253 Vervangingsinvesteringen Tractie 2015 E 550 0 550 550 44 2015 Integraal beheersysteem E 160 35 125 125 130 2015 Vernieuwen riolen (GRP) 2015 E 6039 0 6039 6039 3020 2015 Voorziening vervanging riolering n.v.t. -6039 0-6039 -6039-3020 2015 Totaal vervangingsinvesteringen 710 35 675 675 174 Totaal investeringen 19.644 14.094 5.550 1.281 427 * E =economisch nut, M =maatschappelijk nut ** Project bestaat uit 3 investeringen: Kapelsbrug,Sebastiaansbrug (begroting P.M.) en Tramlijn 19 Toelichting op de voortgang van de investeringen Projecten Tramlijn 19 De tabel met het totaal voor de investering Tramlijn19, exclusief de St. Sebastiaansbrug, omdat deze cijfers in de laatste begroting nog geheim waren. De realisatiecijfers zijn wel inclusief St. Sebastiaansbrug. De toelichting op de volledige budgetten is opgenomen in de voorgangsrapportage Tramlijn 19 (Q1 t/m Q4 2015), die in maart 2016 wordt verstuurd. In de deelinvestering St. Sebastiaansbrug zijn in de jaarrekening 2015 voorbereidingskosten geboekt in de. In 2016 volgt bij de kadernota nog een begrotingsfasering i.v.m. een niet-activeerbaar deel van de intentieovereenkomst. Onderdeel van de intentieovereenkomst zijn nog niet verrekende historische pzh-kosten. Van de intentieovereenkomst komt 40% ten laste van Delft. Dit betekent dat er via de samenwerkingsovereenkomst die in de loop van 2016 volgt uit de intentieovereenkomst ook historische pzh-kosten met Delft worden verrekend, die eerder niet zijn afgerekend. De begroting voor 2016 zal hier bij de herfasering in het kader van de programmabegroting / kadernota op worden aangepast. De kosten van zowel de jaarrekeningboeking als het niet-activeerbare deel van de samenwerkingsovereenkomst worden in één keer afgeboekt en zullen op termijn minder kapitaallasten met zich meebrengen. Het gaat hier feitelijk alleen om op welk moment welke lasten worden verantwoord. De totale kosten blijven binnen het door de raad vastgestelde krediet, zoals beschreven bij vaststelling van de intentieovereenkomst. Steunpunt Delfgauw De realisatie is een jaar uitgesteld. Dit sluit aan bij de gemeentelijke wens vanaf strooiseizoen 2017-2018 het strooien vanaf het steunpunt te doen. Tractie 2015 In het kader van regievorming stadsbeheer wordt gewerkt aan een (nieuw) beheerplan tractie. Hierin wordt de afweging gemaakt hoe om te gaan met tractie: afstoten, vervanging of lease. In verband hiermee wordt momenteel zo min mogelijk geïnvesteerd. Integraal beheersysteem Is ingevoerd en afgerekend. Investering wordt afgesloten. 58

Riolering De investeringen worden niet gehaald. Oorzaak is dat onvoldoende inzichtelijk is wat de onderhoudsstaat van de riolering is (verloren gegane inspectiegegevens). Hierdoor is extra onderzoek noodzakelijk voor het definitieve uitvoeringsprogramma kan worden vastgesteld. In het in 2016 vast te stellen nieuwe Gemeentelijk Rioleringsplan wordt de opgelopen achterstand meegenomen in de op te stellen vervangingsplanning. De op dit moment voorziene vervangingspiek in de komende jaren zal een tariefstijging noodzakelijk maken. 3.4 Duurzame stad Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? Duurzame stad (draagt bij aan de opgave "Aantrekkelijk leefklimaat) Effect Indicator Beginstand Streefcijfer Realisatie (realisatie 01-01-2014) 01-01-2016 01-01-2016 Delft energieneutraal. Totale CO2 uitstoot tov 1990. -15%. -20%. cijfers 01-04-2017. 1) Prestaties Energiebesparing bouw: bestaand en nieuw. Algemene E-deal: Jaarlijks 5 nieuwe ondertekenaars. 9. 19. 16 2) Projecten E-deal: Nieuwe deals. 2. 10. 7 (cumulatief). Corporatiewoningen: Verduurzaming EFG labels naar C. Bijdragen aan omvorming bestuurlijke structuur groengebieden. Voortgang vernieuwingsproces en betrokkenheid van partijen rapporteren. Bestuurlijke structuur omgevormd. Scenario onderzoek 3) naar toekomst recreatieschappen is uitgevoerd. Intensivering regionale samenwerking via landschapstafel Hof van Delfland. 1) Waarom vergelijken we de CO2-uitstoot nu niet met 1990? De CO2-uitstoot is berekend aan de hand van het Monitoringshandboek lokale overheden van het Ministerie van Infrastructuur & Milieu. Dit handboek adviseert gemeenten expliciet om snelwegen buiten de gemeentelijke CO2-reductiedoelen te houden. De uitstoot van snelwegen ligt namelijk buiten de invloedssfeer van het gemeentelijk beleid. Tot op heden hebben we in onze doelstelling een CO2-reductiedoelstelling ten opzichte van 1990 gehanteerd. Als we deze doelstelling willen handhaven zal de emissie van 1990 herijkt moeten worden door ook daar de snelwegen weg te filteren. Belangrijk is de jaarlijkse afname van CO2-emissie. In 2008 was de uitstoot 431 kiloton, in 2014 380 kiloton. Bij de actualisatie van het huidige Uitvoeringsprogramma 2017-2020 herformuleren we de CO2-reductiedoelstelling. Hierdoor is dit in lijn met de ambitie Delft energieneutraal 2050. 2) Aantal partijen staan positief tegenover ondertekening, maar concrete uitwerking van inhoudelijk commitment vraagt uitgebreider traject. 3 projecten in voorbereiding, maar nog niet tekengereed in 2015. Voorbereiding vraagt veel ondersteuning van gemeente, echter capaciteit is beperkt. Wordt gekoppeld aan het project Cluster West en de in ontwikkeling zijnde Woonvisie. 3) Streefdatum is dat het recreatieschap per 01-01-2017 een besluit heeft genomen mbt liquidatie en vervolgtraject. Er is geen relatie met bezuinigingen. Samenvatting De wettelijke taken (op het gebied van geluid, lucht, bodem, water, groen etc.) voert de gemeente op minimaal niveau uit. Belangrijke speerpunten in 2015 waren: De overdracht van het NME centrum de Papaver met de daarbij behorende activiteiten en de overdracht van de kinderboerderijen en waterspeeltuinen Delftse Hout en Tanthof aan marktpartijen is succesvol afgerond. De onderhandelingen met het Hoogheemraadschap van Delfland over de GR Beheer Grondwateronttrekking Delft Noord zijn afgerond. Per 1 januari 2016 neemt Delft de grondwateronttrekking over. Als gevolg hiervan ligt het actualiseren van het waterbeleid i.s.m. 59

het Hoogheemraadschap van Delfland met het daaraan gekoppelde uitvoeringsprogramma achter op schema. Het Uitvoeringsplan Delft Energieneutraal 2050 (2013-2016) ligt op schema. De omvorming van de bestuurlijke structuur van de regionale groengebieden vergt meer tijd dan voorzien omdat hierin ook de toekomstige vormgeving van het recreatieschap wordt betrokken. In het project Delft Smart City zijn de grote opgaven voor de stad Delft voor de lange termijn geanalyseerd: hoe worden we energieneutraal, klimaatbestendig en hoe gebruiken we de kenniseconomie als motor voor werkgelegenheid? Welke slimme technologische oplossingen en crossover-oplossingen zien we op die verschillende thema s? De aanpak, conclusies op de drie thema s en een analyse van Smart City op drie deelgebieden in Delft (Nieuw Delft, Schieoevers en Buitenhof) zijn opgenomen in het rapport Delft Smart City. In 2016 delen we de analyse met partijen in de stad, overheden, bedrijven, kennisinstellingen, burgers en zoeken we naar concrete vervolgprojecten, pilots en proeftuinen onder de noemer Smart City. Wat heeft het gekost? Overzicht van baten en lasten Het resultaat na bestemming is 1.391.000 voordeliger dan de begroting na wijziging. Bedragen x 1.000 Realisatie Begroot vóór Begroot na Realisatie Verschil Duurzame stad 2014 wijziging wijziging 2015 begroot na wijziging/ realisatie Lasten 3.548 3.942 3.300 2.935 365 Baten 693 678 425 1.451 1.026 Saldo van baten en lasten -2.855-3.264-2.875-1.484 1.391 Stortingen in reserves - - - - - Onttrekkingen aan reserves - - - - - Resultaat -2.855-3.264-2.875-1.484 1.391 Verschillen tussen begroting en realisatie Bedragen x 1.000 Omschrijving / oorzaak I/S R/O Totaal Lasten Baten Stortingen Onttrekkingen Vrijval Voorziening REM Vrijval Voorziening Bodemsanering Technopolis Vrijval Voorziening Grondwateronttrekking GR grondwateronttreking Reserve Investeringsplan Klimaatplan Reserve Beleid en Uitvoering - REM Milieu overig Recreatiegebied Midden Delfland Streekdierentehuis Recreatiegebied Delftse Hout Totaal I R 821 821 - - I R 350 350 - - - I R 286 286 - - - I R -504-386 -118 - - I R 163 22 141 - - I R 138 138 - - - I R 56-126 182 - - I R 53 53 - - - I R 18 18 - - - I R 10 10 - - - 1.391 365 1.026 - - Toelichting op baten, lasten, storting in- en onttrekking aan de reserves en rechtmatigheid Vrijval Voorziening Reserve Energiebesparende maatregelen De voorziening REM is gevormd voor dekking van afgegeven subsidiebeschikkingen m.b.t. energiebesparende maatregelen, waarvan de uitbetaling van de subsidie later in de tijd plaats vindt. Omdat er geen onzekerheid bestaat over de omvang van de bestedingen, kan hiervoor geen voorziening worden gevormd. Voorgesteld wordt het saldo te storten in de reserve Beleid&uitvoering. Vrijval Voorziening Bodemsanering Technopolis De voorziening Bodemsanering Technopolis is gevormd voor dekking van de kosten bodemsanering van het voormalig autocrossterrein Technopolis. Omdat er geen concrete plannen zijn om op korte termijn met de sanering te starten, valt deze voorziening vrij en wordt het risico van toekomstige uitgaven opgenomen in de paragraaf Weerstandvermogen en risicobeheersing. Vrijval Voorziening Grondwateronttrekking De voorziening Grondwateronttrekking is gevormd voor dekking van de meerkosten van de grondwateronttrekking door de aanleg van de spoortunnel. Met ProRail is afgesproken dat zij vanaf 60

30 juni 2015 de meerkosten voor haar rekening neemt. Dit betekent dat het saldo van de voorziening kan vrijvallen. GR grondwateronttrekking De in 2015 betaalde voorschotten aan de gemeenschappelijke regeling (GR) zijn gebaseerd op het niet verlengen van het contract voor de afname van grondwater door DSM. In de loop van 2015 heeft DSM besloten het contract met de GR te verlengen, waardoor de gemeente Delft recht heeft op terugbetaling van het teveel betaalde voorschot. De GR was niet in staat deze kosten in 2015 terug te betalen. Dat zal in 2016 alsnog gebeuren. Per 1 januari 2016 is de GR geëindigd als gevolg van het uittreden van het Hoogheemraadschap van Delfland uit de regeling. De rechten en verplichtingen vloeien daarmee over naar de gemeente Delft. De gevolgen hiervan en de uitkomst van de jaarrekening 2015 van de GR zullen in de Kadernota 2016 worden meegenomen. Reserve Investeringsplan Klimaatplan Zie voortgang investeringen. Klimaatplan 2003-2010 (reserve Beleid en Uitvoering) Het geoormerkt budget voor leningen Nieuw Delft hoeft niet benut te worden, doordat deze leningen op een andere wijze worden gefinancierd. Milieu overig De hogere uitgaven van milieuprojecten worden volledig gedekt door de ontvangen subsidies, een voorbeeld hiervan is het project milieuzonering. Recreatiegebieden en Streekdierentehuis Het onderhoud van de fietsbrug Karitaatmolensloot ( 50.000) is in 2015 beschikbaar gekomen, maar heeft betrekking op de komende 10 jaar. Deze middelen vallen nu vrij, maar worden bij de Kadernota 2016 via een verzamelpost onderhoudskosten openbare ruimte aangevraagd. Voorstellen tot afrekening van het resultaat Voorstellen tot afrekening van het rekeningresultaat: Omschrijving afrekenvoorstellen bestemmingsreserves Storting saldo Voorziening REM in Reserve Beleid en Uitvoering - REM Bedragen x 1.000 Stortingen Onttrekkingen 821 - Totaal -821 - Storting saldo voorziening REM De voorziening REM is gevormd voor dekking van afgegeven subsidiebeschikkingen m.b.t. energiebesparende maatregelen, waarvan de uitbetaling van de subsidie later in de tijd plaats vindt. Omdat er geen onzekerheid bestaat over de omvang van de bestedingen, kan hiervoor geen voorziening worden gevormd. Voorgesteld wordt het saldo te storten in de reserve Beleid & uitvoering. Investeringen Duurzame stad Categorie* Totaal beschikbaar Realisatie t/m 2014 Beschikbaar vanaf 1-1- 2015 Begroot 2015 Bedragen x 1.000,- Realisatie 2015 Jaar start en gereed Investeringsplan Delftse Hout M 750 705 45 45 29 2012-2015 Delftse Hout bijdrage M - -70 70 - -70 2012-2015 Klimaatplan M 5.031 2.708 2.323 390 195 2009-2019 Projecten Waterplan M 3.031 1.133 1.898 1.196 398 2009-2018 Bijdrage Waterplan Hoogheemraadschap nvt -645-645 - -100-2009-2018 Totaal investeringen 8.167 3.831 4.336 1.531 552 * M =maatschappelijk nut Toelichting op de voortgang van de investeringen Het investeringsbudget Delftse Hout is bedoeld is om de kwaliteit van het recreatiegebied Delftse Hout te verhogen. In het afgelopen jaar is er een bussluis gerealiseerd. In de afronding van het project bleek dat de zwemwaterkwaliteit in het hoogseizoen niet op de gewenste kwaliteit is te houden, waardoor er regelmatig een zwemverbod moest worden ingesteld. Om het schone 61

waterevenwicht te bereiken zijn de afgelopen jaren gezamenlijk met het Hoogheemraadschap diverse maatregelen uitgevoerd. Momenteel wordt onderzocht of de Grote Plas alsnog gebaggerd moet worden. De kosten hiervoor zullen door het Hoogheemraadschap en de gemeente worden gedragen. Hiervoor is het restant investeringsbudget benodigd Klimaatplan. De bijdrage aan de besturingsopdracht Warmterotonde cluster West is vertraagd en zal in 2016 worden uitbetaald. Het restant bedrag wordt betrokken bij de herfasering van het investeringen. Waterplan Dit betreft een restantbedrag voor de investering voor het schoonwatergemaal Kerstanjewetering dat in 2016 zal worden afgerekend. 3.5 Veilige stad Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? Veilige stad (en goede openbare ruimte) (draagt bij aan de opgave "Aantrekkelijk leefklimaat") Effect Indicator Beginstand Streefcijfer Realisatie (realisatie 01-01-2014) 01-01-2016 01-01-2016 Delft is veilig. Veiligheidsgevoel. 88%. 82%. 88% Tevredenheid openbare ruimte. Prestaties Geen toename jeugdcriminaliteit. Criminaliteitscijfer. % niet ontevreden over openbare ruimte. Aantal individuele werkplannen per jaar. Index 83. Index 100. Index 92. 79%. >50%. 77%. 50. 59. Samenvatting Afgelopen jaar is de uitvoering van de doelstelling 'Delft is en blijft een veilige stad' voortgezet. Door de focus op prioritaire thema's en een regie aanpak, waarbij een goede samenwerking met partners en inwoners van de stad centraal staat, lukt het om de veiligheidscijfers verder te verbeteren. Zo hebben we afgelopen jaar met succes ingezet op de verlaging van woninginbraken en het vergroten van burgerparticipatie. Ook blijft er aandacht voor de persoonsgerichte aanpak van jeugdcriminaliteit en radicalisering. Om nadere focus aan te brengen in de aanpak is (nog) meer inzicht nodig in oorzaken en gevolgen van jeugdcriminaliteit in Delftse. Hierdoor kunnen interventies en monitoring gerichter ingezet worden. Het uitvoeringsprogramma Radicalisering hebben we gerealiseerd dat we voor 2016 versterkingsgelden van het rijk ontvangen. Voor het tegengaan van radicalisering is ingezet op het trainen van professionals en het versterken van netwerken, waardoor het vroegtijdig signaleren van radicalisering mogelijk wordt. Hierdoor kunnen we enerzijds radicalisering sneller waarnemen en maatregelen inzetten, en anderzijds onrust voorkomen door signalen die op radicalisering lijken te duiden en weerleggen. De basis is gelegd voor de verbinding tussen sociaal domein en veiligheid. Samen met partners is het jaarplan voor Kamer Delft, voorportaal van Veiligheidshuis Haaglanden, opgesteld. Voor de uitvoering van de Directe Hulverleningswet (DHW) hebben betrokken partners gezamenlijk een plan van aanpak opgesteld, ieder vanuit de eigen verantwoordelijkheid. Voor de fysieke leefomgeving is gewerkt aan de prioriteiten bij de Spoorzone, handhavingsverzoeken en situaties waarbij geconstateerd is dat er (dreigend) gevaar is voor de veiligheid en/of gezondheid. Er is hard gewerkt om het groeiende aantal omgevingsvergunningen binnen de gestelde termijnen af te handelen. 62

Wat heeft het gekost? Overzicht van baten en lasten Realisatie Begroot vóór Begroot na Realisatie Verschil Velige Stad 2014 wijziging wijziging 2015 begroot na wijziging/ realisatie Lasten 12.362 12.342 12.128 11.436 692 Baten 1.253 372 264 416 152 Saldo van baten en lasten -11.109-11.970-11.864-11.020 844 Stortingen in reserves - - - - - Onttrekkingen aan reserves - - - - - Resultaat -11.109-11.970-11.864-11.020 844 Het resultaat na bestemming is 844.000 voordeliger dan de begroting na wijziging. Bedragen x 1.000 Verschillen tussen begroting en realisatie Bedragen x 1.000 Omschrijving / oorzaak I/S R/O Totaal Lasten Baten Stortingen Onttrekkingen Bouwen en Wonen I R 488 400 88 - - Openbare orde en veiligheid I R 173 110 63 - - Bijdrage Veiligheidsregio Haaglanden I R 183 182 1 - - Totaal 844 692 152 - - Toelichting op baten, lasten, storting in- en onttrekking aan de reserves en rechtmatigheid Bouwen en wonen De afdeling Vergunningen heeft het afgelopen jaar een veelheid aan aanvragen omgevingsvergunningen afgehandeld. De aan omgevingsvergunningen bestede uren worden vergoed vanuit het legesmodel. Door de hogere dan geraamde productiviteit van de vergunningenmedewerkers is het niet nodig geweest de vergoeding vanuit het legesmodel in te zetten voor het aantrekken van extra capaciteit. Dit resulteert in een incidenteel financieel voordeel. Openbare orde en veiligheid Afgelopen jaar heeft het budget van openbare orde en veiligheid twee meevallers gekend. Door ontwikkelingen in de Spoorzone is het cameratoezicht eerder gestopt dan gepland. Daarnaast heeft het inkooptraject met betrekking tot het sus-team een voordeel opgeleverd. Op verschillende budgetten is tevens sprake van een kleine onderbesteding. Bijdrage Veiligheidsregio Haaglanden De veiligheidsregio heeft de opgelegde bezuinigingstaakstelling gerealiseerd. Dit leidt tot een hoger dan verwacht positief resultaat 2015. Bij de Programmabegroting 2017 zal de begroting meerjarig worden bijgesteld. 63

Overzicht van belangrijkste wijzigingen in het hoofdstuk Belangrijkste wijzigingen per hoofdstuk en doelstelling in 2015 Bedragen x 1.000 Leefbare stad nr Lasten Baten Storting Onttrekking Saldo Begroot voor wijziging hoofdstuk 114.136 54.104 248 853 59.428 Aantrekkelijke stad Begroot voor wijziging 16.069 3.177 - - 12.892 Centraliseren stimuleringssubsidies 1e ARB -213 - - - -213 Uitvoeringsnota GroenBlauw 12 260 - - - 260 Herfasering investeringen 14-148 - - - -148 Overige wijzigingen 2-43 - - 45 Begroot na wijzigingen 15.970 3.134 - - 12.836 Belangrijkste wijzigingen per hoofdstuk en doelstelling in 2015 Bedragen x 1.000 Bereikbare en gastvrije stad nr Lasten Baten Storting Onttrekking Saldo Begroot voor wijziging 42.271 23.900 248 470 18.149 Urenverdeling 2015 1e ARB -1.347 94 - - -1.440 Correctie verkeerd geboekte uitkering gemeentefonds 1e ARB - -100 - - 100 Verkoop Abtswoude 13 1e ARB 67 445 - - -378 Verkoop Rotterdamseweg 51 1e ARB 238 285 - - -47 Nadere invulling bezuinigingen 2e ARB -166-9 - - -158 Parkeertarieven 2015 6 - -90 - - 90 Meerjaren Programma Grondontwikkeling 2015-2018 9 1.270 990 - - 280 Mutatie voorziening nadelige saldi plannen MPG 9-1.192 280 - - -1.472 Jaarrekening 2014: Herijking parkeerketen 10 251 - - - 251 Herfasering investeringen 14-2.085 - -438-350 -1.933 Minder inzet/inhuur toezicht en handhaving 14-225 - - - -225 Minder inkomsten naheffingen 14 - -500 - - 500 Minder inkomsten parkeren en rente Parking Delft 14 - -250 - - 250 Meevaller verkeer 14-211 -11 - - -200 Nagekomen subsidie Zuidplantsoen 14-165 - - -165 Niet activeerbaren kosten LVVP 14 120 - - -120 - Bezuinigingsopgave gemeentelijk vastgoedbedrijf 14 300 - - - 300 Gesloten circuit Legesbaten omgevings-vergunningen 14-2.200 - - -2.200 Vastgoedbedrijf 14 480-480 - 960 - Spoortunnel 14-80.000 - - - -80.000 Geen exploitatie, beheer&onderhoud modulaire stalling 14-240 - - - -240 Overige wijzigingen -56-17 - - -39 Begroot na wijzigingen -40.525 26.902-190 960-68.577 Belangrijkste wijzigingen per hoofdstuk en doelstelling in 2015 Bedragen x 1.000 Goede openbare ruimte nr Lasten Baten Storting Onttrekking Saldo Begroot voor wijziging 39.512 25.977-383 13.152 Begrotingswijzigingen uit 2014 0de -192-192 - - - Herindeling Gesloten circuit Reiniging 1e ARB 120 120 - - - Aanmaken reserve afvalstoffenheffing 2e ARB - -601-601 - Omvormen Kinderboerderij Tanthof 13 125 - - - 125 Herfasering investeringen 14-135 - - - -135 Begraafplaatsen 14 - -200 - - 200 Afschrijving Sebastiaansbrug 14 639 - - - 639 Groen, schoon, waterwegen 14-200 - - - -200 Kinderboerderij 14 325 - - - 325 Overige wijzigingen 30-21 - - 51 Begroot na wijzigingen 40.224 25.083-984 14.157 Belangrijkste wijzigingen per hoofdstuk en doelstelling in 2015 Bedragen x 1.000 Duurzame stad nr Lasten Baten Storting Onttrekking Saldo Begroot voor wijziging 3.942 678 - - 3.264 Urenverdeling 2015 1e ARB -162 - - - -162 Nadere invulling bezuinigingen 2e ARB -109-15 - - -95 Herfasering investeringen 14-239 - - - -239 Grondwateronttrekking 14-104 - - -104 Kinderboerderij 14 185 - - - 185 Warmtelevering Spoorzone 14-342 -342 - - - Overige wijzigingen 26 - - - 26 Begroot na wijzigingen 3.300 425 - - 2.875 Belangrijkste wijzigingen per hoofdstuk en doelstelling in 2015 Bedragen x 1.000 Veilige stad nr Lasten Baten Storting Onttrekking Saldo Begroot voor wijziging 12.342 372 - - 11.971 Formatiewijziging Veiligheidshuis 2e ARB 90 - - - 90 Polarisatie en radicalisering 5 175 - - - 175 Afschaffing PV-vergoeding 14 - -107 - - 107 Veiligheidsregio Haaglanden 14-550 - - - -550 Overige wijzigingen 71 - - - 71 Begroot na wijzigingen 12.129 265 - - 11.864 Totaal begroting na wijziging hoofdstuk Leefbare stad 31.098 55.809-190 1.944 26.844 64

Hoofdstuk 4 Stad en bestuur Stad en bestuur Het hoofdstuk Stad en bestuur bestaat uit de volgende doelstellingen: 4.1 Verbindende overheid 4.2 Regiegemeente 4.3 Dienstverlenende gemeente 4.1 Verbindende overheid Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? Verbindende overheid Effect Indicator Beginstand Streefcijfer Realisatie (realisatie 01-01-2014) 01-01-2016 01-01-2016 Prestaties Bestuurlijke samenwerking. Samenwerkingsagenda. Voortgang afspraken MRDH, Zuidvleugel, Leiden. Investeringsagenda MRDH, Position Paper Netwerk kennissteden Agenda Stad. Samenvatting Binnen de doelstelling Verbindende overheid is voornamelijk budget overgehouden door het niet invullen van vacatures. Deze vacatures zijn niet ingevuld omdat deze samenhingen met de DOEN reorganisatie. Wat heeft het gekost? Overzicht van baten en lasten Realisatie Begroot vóór Begroot na Realisatie Verschil Verbindende Overheid 2014 wijziging wijziging 2015 begroot na wijziging/ realisatie Lasten 4.259 3.673 5.411 5.304 107 Baten 470 362 300 611 311 Saldo van baten en lasten -3.789-3.311-5.111-4.693 418 Stortingen in reserves - - - - - Onttrekkingen aan reserves - - - - - Resultaat -3.789-3.311-5.111-4.693 418 Het resultaat na bestemming is 418.000 voordeliger dan de begroting na wijziging. Bedragen x 1.000 Verschillen tussen begroting en realisatie Bedragen x 1.000 Omschrijving / oorzaak I/S R/O Totaal Lasten Baten Stortingen Onttrekkingen College van B&W I R 142 19 123 - - Overige kosten College I R 50 35 15 - - Beheer stadhuis I R 24 191-167 - - Internationaal Beleid I R 54-286 340 - - Koninklijke bijzetting I R 30 30 - - - Verkiezingen I R -2-2 - - - Bestuurlijke samenwerking I R 120 120 - - - Totaal 418 107 311 - - 65

Toelichting op baten, lasten, storting in- en onttrekking aan de reserves en rechtmatigheid College van B&W Een aantal vacatures bij het team communicatie en het team bestuursondersteuning zijn (tijdelijk) niet ingevuld. Het niet invullen van de vacatures hing samen met DOEN reorganisatie. Daarnaast zijn er baten bij gewezen wethouders en interne doorberekeningen voor communicatie. Overige kosten College Er zijn een aantal representatie activiteiten niet ondernomen. Hierdoor is niet al het budget besteed. Beheer stadhuis Er zijn tegenvallende baten omdat het stadhuis minder vaak verhuurd is dan begroot. Internationaal beleid De afwijkingen op lasten en baten komen voor rekening van het (afgeronde) project EUniverCities. Delft was penvoerder; ontvangsten en betalingen naar de partnersteden verliepen in 2015 via de Delftse administratie. Bestuurlijke samenwerking Uit de frictiekosten van het opheffen van het stadsgewest Haaglanden is in 2015 budget overgehouden. Dit budget is voor 2016 en verder onderdeel van de DOEN reorganisatie 4.2 Regiegemeente Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? Verbindende overheid Effect Indicator Beginstand Streefcijfer Realisatie Samenvatting De doelstelling Regiegemeente kent een positief voordeel van 625.000. Het resultaat is inclusief het incidentele voordeel van de afbouw van oude huisvesting, vooruitlopend op de verhuizing naar HNK. Daarnaast zijn de lagere lasten voor WW en WIA een positief punt, zij het dat in de komende jaren risico s dreigen in verband met de grote uitstroom van boventalligen. En dat geldt ook voor de middelen voor flankerend beleid. Daarmee zijn gelijk twee belangrijke onderwerpen voor de organisatie genoemd in deze doelstelling: de voorbereiding op de verhuizing naar één kantoor, het HNK, en de afronding van de grote reorganisatie annex bezuinigingsoperatie DOEN. De prestaties voor bedrijfsvoering worden verder toegelicht in de paragraaf Bedrijfsvoering. Wat heeft het gekost? (realisatie 01-01-2014) 01-01-2016 01-01-2016 Prestaties Bestuurlijke samenwerking. Samenwerkingsagenda. Voortgang afspraken MRDH, Zuidvleugel, Leiden. Overzicht van baten en lasten Het resultaat na bestemming is 625.000 voordeliger dan de begroting na wijziging. Investeringsagenda MRDH, Position Paper Netwerk kennissteden Agenda Stad. Bedragen x 1.000 Realisatie Begroot vóór Begroot na Realisatie Verschil Regiegemeente 2014 wijziging wijziging 2015 begroot na wijziging/ realisatie Lasten 30.828 24.490 31.535 31.929-394 Baten 1.456 988 1.033 2.052 1.019 Saldo van baten en lasten -29.372-23.502-30.502-29.877 625 Stortingen in reserves - - - - - Onttrekkingen aan reserves - - - - - Resultaat -29.372-23.502-30.502-29.877 625 66

Verschillen tussen begroting en realisatie Bedragen x 1.000 Omschrijving / oorzaak I/S R/O Totaal Lasten Baten Stortingen Onttrekkingen Kosten ICT knoooppunt HNK I R -382-382 - - - Dienstverlening ICT Rijswijk S R - -886 886 - - Automatisering I R 186 100 86 - - GMT I R 56 56 - - - Flankerende maatregelen I R 163 74 89 - - Controlling I R -78-95 17 - - Riskmanagement I R 71 73-2 - - Personele uitgaven (WW en WGA) I R 206 263-57 - - Bedrijfsvoering cluster GBO I R 295 295 - - - Stimuleringssubsidies I R 108 108 - - - Totaal 625-394 1.019 - - Toelichting op baten, lasten, storting in- en onttrekking aan de reserves en rechtmatigheid Kosten ICT knooppunt HNK In 2015 is 382.000 eenmalig uitgegeven aan het realiseren van het ICT-knooppunt in HNK (inclusief het verplaatsen van het andere ICT-knooppunt naar een externe locatie). Deze uitgave was oorspronkelijk begroot voor 2016 op basis van de toenmalige inzichten over realisatie. De kosten bleken echter ook gedeeltelijk in 2015 te vallen. Dekking vindt plaats uit de reserve. Dienstverlening ICT Rijswijk De overschrijding met 886.000 op zowel de lasten als de baten (per saldo neutraal) wordt veroorzaakt door de ICT samenwerking met Rijswijk. Met de intentie om een GR tot stand te brengen, is tussen Rijswijk en Delft een dienstverleningsovereenkomst op het gebied van IT-beheer afgesloten. Geleverde producten en diensten zijn gefactureerd en betaald. De bedoeling was om de begrotingswijziging in 2015 bij het instellen van de GR voor te leggen. Het formele samenwerkingsverband GR Bedrijfsvoering Delft-Rijswijk is echter niet meer in 2015 opgericht. Naar het huidig inzicht zal dat in mei 2016 gebeuren. Flankerende maatregelen Op het budget voor flankerende maatregelen is een positief verschil van 163.000, waarvan de ene helft op uitstroom en de andere helft op ontwikkelingskosten. Het incidentele voordeel op het budget voor uitstroom wordt veroorzaakt door meer inkomsten uit detachering dan verwacht ( 89.000). Personele uitgaven (WW en WGA) Op het budget voor WW en WGA is 206.000 minder uitgegeven dan begroot. Op de post WW is een positief resultaat van 94.000 behaald. Gezien het verloop van boventallige medewerkers kan het resultaat van 2015 toegerekend worden aan sturing op vrijwillig verloop van medewerkers. Het begeleiden naar alternatief werk of afkoop van dienstverbanden voorkomt langdurige aanspraken op de WW-budgetten. Er is in komende jaren op basis van het huidige bestand nog een verdere daling te verwachten in de uitbetaling van de WW maar een stijging in de boven- en nawettelijke WW. Gezien de grote toename van het aantal boventalligen bestaat het risico dat deze prognose niet meer houdbaar is. Vanaf 2016 komen ook de salarisgaranties van medewerkers ten laste van dit budget. De salarisgarantie ontstaat door externe plaatsing van boventalligen. De garantie bestaat uit een 5- jaarlijks recht op aanvulling van salaris tot het oude niveau bij het accepteren van werk beneden het huidige salarisniveau. Voorheen kwamen deze garanties ten laste van het uitstroom-gedeelte van flankerend beleid. Omdat salarisgaranties gezien kunnen worden als een alternatief voor langdurige WW of wachtgelduitkering is het zuiverder om dit op het WW budget te laten drukken. Op deze manier wordt het uitstroombudget ook gebruikt waarvoor het bedoeld is, namelijk om loon van medewerkers tijdens het herplaatsingstraject te dekken en om incidentele afkoopsommen te betalen. Verder is op deze post onderbesteding van 38.000 bij het vitaliteitsproject voor oudere medewerkers. Op het onderdeel WGA eigen risicodragerschap (particuliere verzekering) is een positief resultaat behaald van 58.530. 67

Bedrijfsvoering cluster GBO Het resultaat van bedrijfsvoering cluster GBO bedraagt na invulling van de resterende bezuinigingstaakstelling voor 2015 295.000 positief. Een belangrijke oorzaak hiervan is het voordelig resultaat van 216.000 bij het onderdeel Facilitaire Dienst. Het overschot wordt onder meer veroorzaakt door het eerder opzeggen van de huur van een verdieping van Torenhove en afkoop van het huur- en servicecontract UWV voor het Werkplein. Hiermee is de afwijking incidenteel van aard. Zulke incidentele voordelen hebben geen structureel effect omdat vanaf 2016 het HNK in gebruik is. Onderdeel van het proces van ingebruikname is een toets of de vooraf geraamde budgetten voor de exploitatie (onderhoud, energie, schoonmaak) afdoende zijn. Voorstellen tot afrekening van het resultaat Voorstellen tot afrekening van het rekeningresultaat: Omschrijving afrekenvoorstellen bestemmingsreserves Reserve Automatisering Bedragen x 1.000 Stortingen Onttrekkingen - 382 Totaal - 382 In 2015 is 382.000 eenmalig uitgegeven aan het realiseren van het ICT-knooppunt in HNK (inclusief het verplaatsen van het andere ICT-knooppunt naar een externe locatie). Deze uitgave was oorspronkelijk begroot voor 2016 op basis van de toenmalige inzichten over realisatie. Het realiseren van het ICT-knooppunt in HNK is opgenomen in het bestedingsplan van de reserve Automatiseringsmiddelen. Voorgesteld wordt om 382.000 te onttrekken uit de reserve Automatiseringsmiddelen. 4.3 Dienstverlenende gemeente Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? Dienstverlenende gemeente (draagt bij aan de opgave "Mensen aan het werk") Effect Indicator Beginstand Streefcijfer Realisatie (realisatie 01-01-2014) 01-01-2016 01-01-2016 Dienstverlening 3.0. Tevredenheid dienstverlening. Continumeting vanaf 01-01-2016. 6,5. 7,0. Mate van voldoen aan Bewijs van Goede Dienst voor bedrijven (BvGD). Voldaan aan BvGD 3,5,10. Blijven voldoen aan BvGD 3,5,10. Nieuwe cijfers 01-01-2018 1) Prestaties Eén loket voor bedrijven. Samenwerking opgestart met ondernemers. 2) 1) Vereniging van Nederlandse Gemeenten/KING gaat op een andere manier meten bij het Bewijs van Goede Dienst. Daarom is er nu geen realisatie. Op 01-01-2018 vertellen we hoe we scoren met deze nieuwe manier van meten. Het streefcijfer van 01-01-2018 hebben we hierop aangepast. 2) Met ondernemers is de samenwerking gestart om richting één loket voor bedrijven te gaan. Samenvatting Er is structureel sprake van minder aanvragen op diverse producten van Burgerzaken. In de eerste plaats door de wetwijziging, waarbij de geldigheidsduur van de identiteitsdocumenten is verlengd van 5 naar 10 jaar. Hierdoor zijn zowel de lasten als de baten minder hoog uitgevallen dan begroot. Vanaf 2016 worden lagere legesopbrengsten verwacht door afname van de vraag naar paspoorten, identiteits (ID)- kaarten (reisdocumenten) en uittreksels uit de basisadministraties. De teruggang van de legesopbrengsten is niet direct te vertalen in lagere kosten, omdat alleen directe kosten te beïnvloeden zijn. De reserve vervanging Stadswinkel wordt per 31-12-2015 opgeheven. Voor de inrichtingskosten van de Publiekshal die niet in het budget voor het nieuwe kantoor (HNK) zijn opgenomen, zijn in de programmabegroting 2016-2019 vervangingsinvesteringen opgenomen. 68

Wat heeft het gekost? Overzicht van baten en lasten Realisatie Begroot vóór Begroot na Realisatie Verschil Dienstverlenende Gemeente 2014 wijziging wijziging 2015 begroot na wijziging/ realisatie Lasten 4.430 3.944 4.645 4.182 463 Baten 2.100 1.731 2.323 1.988-335 Saldo van baten en lasten -2.330-2.213-2.322-2.194 128 Stortingen in reserves - - - - - Onttrekkingen aan reserves - - - - - Resultaat -2.330-2.213-2.322-2.194 128 Het resultaat na bestemming is 128.000 voordeliger dan begroot. Bedragen x 1.000 Verschillen tussen begroting en realisatie Bedragen x 1.000 Omschrijving / oorzaak I/S R/O Totaal Lasten Baten Stortingen Onttrekkingen KCC/babu overig I R 140 475-335 - - Dienstverlening I R -12-12 - - - Totaal 128 463-335 - - Toelichting op baten, lasten, storting in- en onttrekking aan de reserves en rechtmatigheid KCC/balie afhandeling burgerzaken overig In de begroting 2015-2018 is aangegeven dat het structurele effect nog niet in te schatten was, maar is wel een aanpassing doorgevoerd in de begroting omdat in 2015 rekening is gehouden met een bovengemiddelde vraag. Dit effect is niet opgetreden en dat is de reden van de forse afwijking op de baten en de lasten. Hierbij moet worden opgemerkt dat de lasten bij deze doelstelling altijd hoger zijn dan de baten. Fluctuatie in de verwachte tegenvallende vraag heeft geleid tot een kleine positieve bijstelling van 78.000 bij de Najaarsrapportage 2015. De vraag viel uiteindelijk positiever uit. Voortgang investeringsplan in het hoofdstuk Regie gemeente Categorie* Totaal beschikbaar Realisatie t/m 2014 Beschik - baar Begroot 2015 Bedragen x 1.000,- Realisatie Planning 2015 gereed Vervangingsinvesteringen ICT investeringen E 1.176-1.176 1.176 1.190 2015 WKPB Software E 24-24 24-2015 Meubilair E 9-9 9 9 2015 Totaal vervangingsinvesteringen 1.209-1.209 1.209 1.199 * E =economisch nut 69

Overzicht van belangrijkste wijzigingen in het hoofdstuk Belangrijkste wijzigingen per hoofdstuk en doelstelling in 2015 Bedragen x 1.000 Stad en bestuur nr Lasten Baten Storting Onttrekking Saldo Begroot voor wijziging hoofdstuk 32.107 3.081 - Verbindende overheid Begroot voor wijziging 3.673 362 - - 3.311 Positionering Communicatie 1e ARB 1.448 53 - - 1.394 Nadere invulling bezuinigingen 1e ARB 205 - - - 205 Overige wijzigingen 85-115 - - 200 Begroot na wijzigingen 5.411 300 - - 5.111 Belangrijkste wijzigingen per hoofdstuk en doelstelling in 2015 Regiegemeente nr Lasten Baten Storting Onttrekking Saldo Begroot voor wijziging 24.490 988 - - 23.502 Urenverdeling 2015 1e ARB 1.368 - - - 1.368 Positionering Communicatie 1e ARB -1.394 - - - -1.394 Positionering Juridisch kwaliteitsteam 1e ARB -404 - - - -404 Nadere invulling bezuinigingen 1e ARB -91 - - - -91 Centraliseren stimuleringssubsidies 1e ARB 465 - - - 465 Verdelingvoorstel Flankerend beleid 2015 2e ARB 2.791 - - - 2.791 Nadere invulling bezuinigingen 2e ARB 138 - - - 138 Inkoop 14 1.900 - - - 1.900 Ontschotten financiële functie 14 300 - - - 300 Niet activeerbare kosten E-HRM en Financieel pakket 14 200 - - - 200 Kosten proactieve mobiliteit 14 200 - - - 200 Openstaande inkooptaakstelling, bijdrage GBO 14 330 - - - 330 Reorganisatie- en advieskosten ihkv Anders Doen, transitieproces 14 445 - - - 445 Kosten van uitstroom 14 900 - - - 900 Overige wijzigingen -104 45 - - -149 Begroot na wijzigingen 31.535 1.033 - - 30.502 Belangrijkste wijzigingen per hoofdstuk en doelstelling in 2015 Bedragen x 1.000 Dienstverlenende gemeente nr Lasten Baten Storting Onttrekking Saldo Begroot voor wijziging 3.944 1.731 - - 2.214 Urenverdeling 2015 1e ARB -388 - - - -388 Positionering Juridisch kwaliteitsteam 1e ARB 404 - - - 404 Tegenvallende legesopbrengsten 14 691 593 - - 98 Overige wijzigingen -7 - - - -7 Begroot na wijzigingen 4.645 2.324 - - 2.321 Totaal hoofdstuk bestuurlijke samenwerking 41.590 3.657 - - -37.933 70

Raad Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? Raad 2015 Optimale ondersteuning aan de gemeenteraad en fracties Delftse Rekenkamer Wat hebben we bereikt? Wat hebben we ervoor gedaan? Wat heeft het gekost? In het jaar 2015 is naast het reguliere werk veel ondersteuning verleend ten behoeve van de onderzoekscommissie Grote Projecten en ter voorbereiding op de profielschetsvergadering voor een nieuwe burgemeester. Verder is veel aandacht besteed aan de thema's gemeentefinanciën en regiegemeente (raadsconferentie, werkgroep kerntaken en werkbezoek raad). Nadere toelichtingen zijn te vinden in het jaarverslag griffie 2015. Naast de algemene ondersteuning voor raads- en commissievergaderingen onder meer het opstellen van annotaties, advisering over moties, amendementen en initiatiefvoorstellen, het voorbereiden van externe oriëntaties en het individueel adviseren van raads- en commissieleden. In 2015 heeft de Delftse Rekenkamer (DRK) de raad geadviseerd via onderzoek naar de doeltreffendheid en doelmatigheid van Delfts beleid. De DRK brengt een eigen jaarverslag 2015 uit, waarin een uitgebreide toelichting op de onderzoeken en de overige activiteiten van de DRK is opgenomen. De DRK heeft in 2015 het ex-ante onderzoek Zorgstructuur rondom Leerlingen gepubliceerd met een handreiking voor de raad met indicatoren voor het debat met het college. Een beknopt onderzoek Delft op de Kaart? is uitgevoerd naar bezoekersmarketing in een stadsmarketing-context. Een praktijkonderzoek Jong aan de Slag? naar de eerste ervaringen rondom de begeleiding van jonggehandicapten naar de arbeidsmarkt is in het vierde kwartaal 2015 uitgevoerd. Het begeleiden van deze jongeren naar werk is een nieuwe gemeentelijke taak die volgt uit de Participatiewet; publicatie zal begin 2016 plaatsvinden. Concrete extra activiteiten betroffen het aanscherpen van het beleid Eind 2015 is onderzoek Beheersing Risico's rond geheimhouding, het afronden van de discussie over de werkwijze Parkeergarages gestart naar de opvolging van eerder DRKonderzoek en hoe hedendaagse ontwikkelingen zoals de (aanpassen van het reglement van orde en de commissieverordening) en trainingen aan de voorzitters. Verder zijn/worden diverse nieuwe ruimtelijke ordening van Delft (Spoorzonegebied) werkgroepen ondersteund. Met de komst van de nieuwe raadsgriffier van invloed zijn op toekomstige (financiële) risico's. De is nader ingezet op kwaliteit en samenwerking. resultaten worden 2e kwartaal 2016 verwacht. Zie tabellen en toelichting hieronder. Wat heeft het gekost? Overzicht van baten en lasten Realisatie Begroot vóór Begroot na Realisatie Verschil Raad 2014 wijziging wijziging 2015 begroot na wijziging/ realisatie Lasten 1.860 1.750 2.059 1.861 198 Baten 20 - - 20 20 Saldo van baten en lasten -1.840-1.750-2.059-1.841 218 Stortingen in reserves - - - - - Onttrekkingen aan reserves - - - - - Resultaat -1.840-1.750-2.059-1.841 218 Het resultaat na bestemming is 218.000 voordeliger dan de begroting na wijziging. Bedragen x 1.000 Verschillen tussen begroting en realisatie Bedragen x 1.000 Omschrijving / oorzaak I/S R/O Totaal Lasten Baten Stortingen Onttrekkingen Fasering vervolgtraject onderzoek raad 119 119 - - - Budgetoverheveling Delftse rekenkamer (DRK) 11 11 - - - Overige Raad 88 68 20 - - Totaal 218 198 20 - - Toelichting op baten, lasten, storting in- en onttrekking aan de reserves en rechtmatigheid Het incidentele voordeel per eind 2015 van in totaal 218.000 heeft hoofdzakelijk betrekking op de fasering van het restant voor het vervolgtraject op het onderzoek naar de grote projecten ( 119.000) en de budgetoverheveling van de Delftse Rekenkamer ( 11.000). Het overige voordeel ad 88.000 hangt eveneens samen met incidentele oorzaken, zoals een onderbezetting op de griffie in de eerste maanden van 2015, niet begrote incidentele detacheringsbaten en een sobere aanwending van fractiebudgetten. 71

Voorstellen tot afrekening van het resultaat Voorstellen tot afrekening van het rekeningresultaat: Omschrijving afrekenvoorstellen bestemmingsreserves Bedragen x 1.000 Stortingen Onttrekkingen Fasering vervolgtraject onderzoek raad "grote projecten". - vai algemene reserve 119 - Budgetoverhevelrling Delftse rekenkamer ogv art 5, lid 8 verordening DRK (via algemene reserve) 11 - Totaal -130 - Fasering vervolg traject onderzoek raad. Het restant ad 119.000 van het door de raad op 26 maart 2015 ter beschikking gestelde budget voor onderzoek naar de grote projecten wordt via de Algemene Reserve gefaseerd naar 2016. Budgetoverheveling Delftse Rekenkamer (Op grond van art. 5, lid 8 Verordening Delftse Rekenkamer) Op het onderdeel "Delftse Rekenkamer" is sprake van een incidenteel batig saldo van afgerond 11.000, waarvoor op verzoek van de Delftse Rekenkamer op grond van de "Verordening Delftse Rekenkamer 2009" een budgetoverheveling plaatsvindt. Dit met het oog op een naar 2016 doorlopend onderzoek over parkeergarages. Overzicht van belangrijkste wijzigingen in het hoofdstuk Belangrijkste wijzigingen per hoofdstuk en doelstelling in 2015 Bedragen x 1.000 Raad nr Lasten Baten Storting Onttrekking Saldo Begroot voor wijziging 1.750 - - - 1.750 Compensatie ambsdragers 1e ARB 60 - - - 60 Onderzoek financiële situatie 7 250 - - - 250 Begroot na wijzigingen 2.060 - - - 2.060 Totaal 2.059 - - - -2.059 72

Algemene dekkingsmiddelen en post onvoorzien Overzicht van baten en lasten Bedragen x 1.000 Realisatie Begroot vóór Begroot na Realisatie Verschil Financieel gezonde gemeente 2014 wijziging wijziging 2015 begroot na wijziging/ realisatie Lasten 25.612 19.673 85.309 17.564 67.745 Baten 180.476 222.149 216.755 224.324 7.569 Saldo van baten en lasten 154.864 202.476 131.446 206.760 75.314 Stortingen in reserves 51.966 33.892 29.625 29.625 - Onttrekkingen aan reserves 47.992 25.895 22.677 21.716-961 Resultaat 150.890 194.479 124.498 198.851 74.353 Het resultaat na bestemming is 74.353.000 miljoen voordeliger dan de begroting na wijziging. Overzicht van baten en lasten Bedragen x 1.000 Realisatie Begroot vóór Begroot na Realisatie Verschil Financieel gezonde gemeente 2014 wijziging wijziging 2015 begroot na wijziging/ realisatie Saldo van de financieringsfunctie 5.933 4.818 3.094 2.799-295 Lokale heffingen 23.181 23.829 24.272 24.503 231 Gemeentelijk resultaat - - -74.333-74.333 Dividenden 4.226 3.067 3.680 3.700 20 Algemene uitkering 120.847 177.125 173.083 173.868 785 Overige algemene dekkingsmiddelen 92-8.189 97 210 113 BTW-Compensatiefonds 2.683 2.849 2.661 2.729 68 Post Onvoorzien - -454-133 - 133 Werkse! -2.100-569 -975-1.049-74 Saldo van baten en lasten 154.864 202.476 131.446 206.760 75.314 Stortingen in reserves 51.966 33.892 29.625 29.625 - Onttrekkingen aan reserves 47.992 25.895 22.677 21.716-961 Resultaat 150.890 194.479 124.497 198.850 74.353 Specificatie van mutaties in reserves Bedragen x 1.000 Stortingen Onttrekkingen Financieel gezonde gemeente Begroot Realisatie Begroot Realisatie Algemene reserve Gebiedsontwikkeling 7.037 7.037 - - Algemene reserve Weerstandscapaciteit 3.624 3.624 3.020 3.020 Reserve Automatiseringsmiddelen 400 400 742 742 Reserve Beleid en Uitvoering 455 455 2.587 2.587 Reserve centrale verv. Meubilair 225 225 338 338 Reserve cultureel Erfgoed Delft 72 72 - - Reserve Decentrale Arbeidsvoorwaarden 67 67 439 439 Reserve Dekking Kapitaallasten 100 100 1.405 1.401 Reserve Dienstverlening - - 30 30 Reserve enqueterecht Raad - - 28 28 Reserve Financiering 4.422 4.422 1.815 1.815 Reserve gemeentelijke Huisvesting 5.136 5.136 1.540 950 Reserve Investeringsplan 3.976 3.976 4.075 3.732 Reserve Onderwijshuisvesting 562 562 1.083 1.083 Reserve Openbare ruimte 225 225 537 537 Reserve Parkeercontrole - - 5 5 Reserve Parkeren - - 788 788 Reserve Riskmanagement 67 67 236 236 Reserve Spoorzone - - 2.642 2.642 Reserve Transitiefonds 354 354 235 235 Reserve Vak 73 73 31 7 Reserve Vastgoed 289 289 - - Reserve vervanging Stadswinkel 40 40 97 97 Reserve Maatschap. Voorzieningen 31 31 271 271 Egalisatiereserve Omgevingsvergunningen - - 300 300 Reserve sociaal domein 475 475 175 175 Bovenwijkse voorziening 224 224 260 260 Reserve Reiniging 1.770 1.770 - - Totaal mutaties in reserves 29.625 29.625 22.677 21.716 73

Verschillen tussen begroting en realisatie Bedragen x 1.000 Omschrijving / oorzaak I/S R/O Totaal Lasten Baten Stortingen Onttrekkingen Werkse I R -24-5.912 5.888 - - Financiering I R -294 - -294 - - Lokale heffingen I R 231-36 267 - - Saldo Najaarsrapportage I R 74.333 74.333 - - - Gemeentefonds I R 785-785 - - Post onvoorzien I R 133 133 - - - Afrekeningen voorgaande jaren I R 160-60 220 - - Onttrekkingen reserves I R -961 - - - -961 BTW afrekeningen I R 68-617 685 - - Diversen I R -78-96 18 - - Totaal 74.353 67.745 7.569 - -961 Toelichting op baten, lasten, storting in- en onttrekking aan de reserves en rechtmatigheid Werkse Het totale resultaat van Werkse! over 2015 wijkt nauwelijks af van het nadelige resultaat dat gemeld is in de Najaarsrapportage 2015. Doordat de begrotingsindeling van Werkse! aan wettelijke boekingsregels moet voldoen is er een afwijking op zowel baten als lasten te zien. Financiering Het nadelige resultaat van 294.000 is tot stand gekomen doordat minder interne rente is toegerekend aan investeringen in met name onderwijs en het erfpachtbedrijf een bedrag van 127.000. Het restant 168.000 is intern toe te rekenen bouwrente aan HNK. Dit komt omdat de kasstroom wat later plaatsvindt dan geraamd. Lokale heffingen Het resultaat komt door meerdere kleinere incidentele afwijkingen bij de OZB en Precariobelasting. Het oninbare deel van de heffingen was bijvoorbeeld lager dan in de begroting was aangenomen. Het voordelige resultaat van de toeristenbelasting is toe te schrijven aan een hoger aantal hotelovernachtingen dan begroot. Saldo Najaarsrapportage 2015 Dit betreft de prognose van het jaarrekeningresultaat in de Najaarsrapportage 2015. Een groot deel van het positieve resultaat is toe te schrijven aan de activering van de spoortunnel. Voor het overige verwijzen we naar de samenvatting van de presentatie Najaarsrapportage 2015 waarin alle afwijkingen zijn gepresenteerd en verklaard. Gemeentefonds In het jaar 2015 is een bedrag 173,8 miljoen ontvangen uit het gemeentefonds Dit is 785.000 hoger dan begroot. In de raadsbrieven over de septembercirculaire en de decembercirculaire is toegelicht wat de financiële uitkomsten van deze circulaires zijn voor Delft, namelijk een hogere algemene uitkering voor het jaar 2015 van 941.000. Deze hogere algemene uitkering komt nu tot uitdrukking in de cijfers. Naast de algemene uitkering is er ook nog sprake van een aantal overige mutaties in het gemeentefonds, een lagere bijdrage voor het sociaal domein (- 56.000), overige budgetmutaties en verrekeningen (per saldo -/- 100.000). Post onvoorzien In de tabel is gespecificeerd voor welke onderwerpen en bedragen de post onvoorzien in 2015 is ingezet. Het resterende bedrag is 98.000. Dit komt omdat de inzet van onvoorzien voor de tijdelijke beveiligingssituatie van museum Prinsenhof niet meer in een begrotingswijziging kon worden verwerkt. Afrekeningen voorgaande jaren Afwijking komt door een afrekening met de energieleveranciers over de jaren 2012 en 2013. 74

Onttrekkingen reserves De afwijkingen op reservemutaties resulteren bij de algemene dekkingsmiddelen in een nadeel in het resultaat na bestemming en bij de desbetreffende doelstellingen in een corresponderend voordeel. Het gaat hierbij om o.a. de reserves: gemeentelijke huisvesting en reserve investeringsplan. BTW afrekeningen Ontstaan door nacalculaties over de jaren 2012 en 2013 over de te betalen BTW en terug te ontvangen BCF en BTW. Overzicht van belangrijkste wijzigingen Belangrijkste wijzigingen per hoofdstuk en doelstelling in 2015 Bedragen x 1.000 nr Lasten Baten Storting Onttrekking Saldo Algemene dekkingsmiddelen Begroot voor wijziging 8.389 222.149 33.892 25.895-205.763 Begrotingswijzigingen uit 2014 0de -26-211 - - 185 Correctie verkeerd geboekte uitkering gemeentefonds 1e ARB - 100 - - -100 Compensatie ambtsdragers 1e ARB -95 - - - -95 Verkoop panden 1e ARB - -14 430-444 Verdelingvoorstel Flankerend beleid 2015 2e ARB -2.791 - - - -2.791 Nadere invulling bezuinigingen 2e ARB 145-27 - - 172 Polarisatie en radicalisering 5 - - - 175-175 Parkeertarieven 2015 6-90 - - - -90 Onderzoek financiële situatie tlv post onvoorzien 7-222 - - 28-250 Meerjaren Programma Grondontwikkeling 2015-2018 9 - -1.192 - - 1.192 Budgetoverhevelingen en resultaatbestemmingen jaarrekening 2014 10 - - 1.002 1.858-856 Vorming reserve Reiniging 10 - - 1.770 1.770 - Bijdrage EFRO 11 - - - 140-140 Uitvoeringsnota Groenblauw 12 - - - 260-260 Omvormen Kinderboerderij Tanthof tlv Post Onvoorzien 13-99 - - 27-125 Saldo Programmabegroting 2015 14 11.284 - - - 11.284 Gemeentefonds 14 - -4.142 - - 4.142 Inzet stelposten 14-4.433 - - - -4.433 Incidenteel looneffect 14 400 - - - 400 Effect herijking investeringsplan jaarschijf 2015 14 204 - - - 204 Dividend en rente 14-745 - - -745 Trap af verbonden partijen 14 316 - - - 316 Aanstellen subsidioloog 14 250 - - - 250 Surplus bezuinigingsprogramma 14-750 - - - -750 Vrijval stelpost flankerend beleid 14-1.500 - - - -1.500 Effecten voorgaande jaren en doorbelasting overhead 14-450 - - - -450 Niet sluitende begroting Werkse! 14 426 - - - 426 Lokale heffingen 14-100 - - - -100 Kinderboerderij 14 - - - 510-510 Polarisatie en radicalisering 14 - - 175-175 Taakmutaties en doeluitkeringen gemeentefonds 14 - - 300-300 Vrijval en opheffen reserves 14 - - -10.599-5.881-4.717 Buitenonderhoud scholen 14 - - -200-125 -75 Effect vakantie-uitkering Individueel keuzebudget 14 - - 2.000-2.000 Jaarrekening 2014 effecten 14 - - 855-855 Openstaande inkooptaakstelling, bijdrage GBO 14 - - - 330-330 Bestedingsplan Automatiseringsmiddelen 14 - - - -50 50 Kosten proactieve mobiliteit 14 - - - 200-200 Saldo najaarsrapportage 14 74.333 - - - 74.333 Herfasering investeringen 14 76-653 - -2.489 3.218 Overige wijzigingen 41 - - 30 11 Begroot na wijzigingen 85.309 216.755 29.625 22.677-124.498 totaal 85.309 216.755 29.625 22.677-124.498 Post onvoorzien Onvoorzien 2015 Bedragen x 1000 Onderwerp Begrotings wijziging Raad Hoofdstuk Doelstelling Begroot Realisatie Start begroting 454 Onderzoek Raad financiële situatie 7 26-mrt Raad Raad 222 92 Omvormen Kinderboerderij, waterspeeltuin Tanthof 13 02-jul Leefbare stad Goede openbare ruimte 99 99 Tijdelijke maatregelen beveiliging Prinsenhof nvt 18-dec Leefbare stad Aantrekkelijke stad 35 35 Totaal 98 75

Verzameloverzichten 76

Overzicht van baten en lasten per product Overzicht van baten en lasten per product Realisatie 2015 Bedragen * 1.000,- Financieel gezonde gemeente Algemene dekkingsmiddelen Baten Lasten Onttrekking Stortingen Saldo 02010 Werkse! 17.535 18.584 - - -1.049 14001 saldo van de financieringsfunctie 2.799 - - - 2.799 14002 lokale heffingen 25.453 950 - - 24.503 14003 gem exploitatieresultaat na bestemming - - - - - 14004 dividenden 3.763 63 - - 3.700 14005 algemene uitkering 173.868 - - - 173.868 14006 overige algemene dekkingsmiddelen 221 10 21.716 29.625-7.698 14007 btw-compensatiefonds 685-2.044 - - 2.729 Totaal Financieel gezonde gemeente 224.324 17.563 21.716 29.625 198.852 Totaal Financieel gezonde gemeente 224.324 17.563 21.716 29.625 198.852 Stad van innovatie Bedragen * 1.000,- Sterke economie Baten Lasten Onttrekking Stortingen Saldo 09002 straatmarkten 212 191 - - 21 09008 economische zaken 8 2.077 - - -2.069 09009 havendienst 143 188 - - -45 10014 recreatieve evenementen 40 85 - - -45 10017 stadsmarketing 170 1.410 - - -1.240 12002 herstructurering schie-oevers - 2 - - -2 Totaal Sterke economie 573 3.953 - - -3.380 Totaal Stad van innovatie 573 3.953 - - -3.380 Stad van participatie Bedragen * 1.000,- Sterke samenleving Baten Lasten Onttrekking Stortingen Saldo 06029 financiering woningbouw 3.015 3.015 - - - 06032 bws en bls beschikkingen - 1 - - -1 06037 stedelijke vernieuwing mr-isv - -922 - - 922 22100 burgerinitiatief en eigen kracht - 127 - - -127 22110 sportaccomodaties 1.494-277 - - 1.771 22120 overige maatschappelijke voorzieningen 236 1.346 - - -1.110 22130 gezond en wel 71 5.113 - - -5.042 22140 preventieve gezondheidszorg - 1.185 - - -1.185 22150 Wonen en wijken 44 639 - - -595 22160 onderwijshuisvesting 685 7.110 - - -6.425 22170 basispakket jeugdgezondheidszorg - 1.596 - - -1.596 22180 doorberekende uitvoeringskosten 146 1.618 - - -1.472 22190 onderwijs 21 592 - - -571 Totaal Sterke samenleving 5.712 21.143 - - -15.431 Werk en economsche zelfstandigheid Baten Lasten Onttrekking Stortingen Saldo 21100 inkomensverstrekking 52.109 45.002 - - 7.107 21110 doorberekende uitvoeringskosten 7 6.380 - - -6.373 21120 armoedebestrijding 482 4.786 - - -4.304 21130 werk en re-intregratietrajecten 161 19.829 - - -19.668 21140 schuldhulpverlening - 17 - - -17 Totaal Werk en economsche zelfstandigheid 52.759 76.014 - - -23.255 Zorg en ondersteuning Baten Lasten Onttrekking Stortingen Saldo 06008 sportbevordering - 5 - - -5 06009 sport voorzieningen - - - - - 06022 wet maatschappelijke ondersteuning - 584 - - -584 06024 maatschappelijke begeleiding - - - - - 23100 maatschappelijke opvang wmo 551 3.860 - - -3.309 23110 begeleiding/dagbesteding wmo 62 7.128 - - -7.066 23120 beschermd wonen 353 16.267 - - -15.914 23130 jeugdhulp 82 16.179 - - -16.097 23140 individuele verstrekkingen wmo 2.973 10.410 - - -7.437 23150 onderwijs ondersteuning 2.509 3.186 - - -677 23160 toegang en toeleiding 108 4.283 - - -4.175 Totaal Zorg en ondersteuning 6.638 61.902 - - -55.264 Totaal Stad van participatie 65.109 159.059 - - -93.950 77

Overzicht van baten en lasten per product Realisatie 2015 Bedragen * 1.000,- Leefbare stad Bedragen * 1.000,- Aantrekkelijke stad Baten Lasten Onttrekking Stortingen Saldo 07009 ruimtelijke ordening 760 1.879 - - -1.119 09003 binnenstad vitaal en gastvrij - 1.212 - - -1.212 10002 vak, centrum voor kunsten 1.530 3.173 - - -1.643 10006 cultuurparticipatie 125 5.421 - - -5.296 10007 erfgoed delft 2.353 6.632 - - -4.279 10013 cultuurhistorie delft 14 177 - - -163 Totaal Aantrekkelijke stad 4.782 18.494 - - -13.712 Bereikbare en Gastvrije stad Baten Lasten Onttrekking Stortingen Saldo 07005 beleidsvoorb. en uitvoering verkeer 187 2.470 - - -2.283 07008 parkeervoorzieningen 1.423 2.246 - - -823 07024 parkeren 3.465 985 - - 2.480 12001 spoortunnel 204-78.208 - - 78.412 12003 spoorzone gemeentelijke taken 110 630 - - -520 12008 algemeen beheer vastgoed 5.696 8.084 - - -2.388 12009 bouwgrondexploitatie 11.897 12.807 - - -910 12010 exploitatie uitgegeven terreinen 498 561 - - -63 12011 exploitatie verhuurde eigendommen 262 93 - - 169 12016 legesmodel omgevingsvergunningen 4.446 2.443 - - 2.003 13050 nieuw stadskantoor - 5.034 - - -5.034 Totaal Bereikbare en Gastvrije stad 28.188-42.855 - - 71.043 Duurzame stad Baten Lasten Onttrekking Stortingen Saldo 05060 recreatiegebied delftse hout - 130 - - -130 08015 milieu 1.451 2.431 - - -980 08025 streekdierentehuis - 40 - - -40 10016 recreatiegebied midden delfland - 334 - - -334 Totaal Duurzame stad 1.451 2.935 - - -1.484 Goede openbare ruimte Baten Lasten Onttrekking Stortingen Saldo 05003 gladheidsbestrijding - 243 - - -243 05014 begraafplaatsen en lijkbezorging 872 899 - - -27 05029 reinigingsrechten 13.511 13.914 - - -403 05031 overige derden (wegen, straten pleinen) 392 260 - - 132 05034 overige derden (riolering) 117 142 - - -25 05044 overige openbare hygiene 5 35 - - -30 05045 wegen, straten en pleinen 337 3.691 - - -3.354 05046 groen 112 3.860 - - -3.748 05047 speeltuinen - 201 - - -201 05048 schoonmaken openbare ruimte 6 771 - - -765 05051 recreatieve voorzieningen - 658 - - -658 05052 civiele kunstwerken - 4.898 - - -4.898 05053 verkeersvoorzieningen 138 1.247 - - -1.109 05054 waterwegen 7 106 - - -99 05055 riolering 10.350 10.903 - - -553 05057 openbare verlichting 61 1.091 - - -1.030 Totaal Goede openbare ruimte 25.908 42.919 - - -17.011 Velige Stad Baten Lasten Onttrekking Stortingen Saldo 01019 bouwen en wonen 298 2.952 - - -2.654 11001 rampenbestrijding - - - - - 11002 openbare orde en veiligheid 91 389 - - -298 11009 openbare ruimte (veiligheid) 27 1 - - 26 11010 milieutoezicht - 1.286 - - -1.286 11011 bijdrage veiligheidsregio haaglanden - 6.807 - - -6.807 Totaal Velige Stad 416 11.435 - - -11.019 Totaal Leefbare stad 60.745 32.928 - - 27.817 78

Overzicht van baten en lasten per product Realisatie 2015 Bedragen * 1.000,- Stad en bestuur Bedragen * 1.000,- Dienstverlenende Gemeente Baten Lasten Onttrekking Stortingen Saldo 01001 kcc/babu overig 1.988 4.030 - - -2.042 01002 dienstverlening - 152 - - -152 Totaal Dienstverlenende Gemeente 1.988 4.182 - - -2.194 Regiegemeente Baten Lasten Onttrekking Stortingen Saldo 13005 automatisering 1.206 5.383 - - -4.177 13006 gemeentelijk management team - 763 - - -763 13007 controlling 106 5.614 - - -5.508 13011 risicomanagement en verzekeringen 87 228 - - -141 13012 gemeentebrede personele uitgaven 285 1.253 - - -968 13015 resultaat gbo 368 18.395 - - -18.027 13060 informatiecentrum - - - - - 42001 stimuleringssubsidies - 293 - - -293 Totaal Regiegemeente 2.052 31.929 - - -29.877 Verbindende Overheid Baten Lasten Onttrekking Stortingen Saldo 13002 college van b&w 177 3.788 - - -3.611 13003 overige kosten college 16 228 - - -212 13004 beheer en exploitatie stadhuis 43 11 - - 32 13009 internationaal beleid 376 543 - - -167 13014 koninklijke bijzetting (wdz) - - - - - 13016 verkiezingen - 254 - - -254 13019 bestuurlijke samenwerking - 479 - - -479 Totaal Verbindende Overheid 612 5.303 - - -4.691 Totaal Stad en bestuur 4.652 41.414 - - -36.762 Raad Bedragen * 1.000,- Raad Baten Lasten Onttrekking Stortingen Saldo 13001 raad en raadscommissies - 1.167 - - -1.167 13008 delftse rekenkamer - 104 - - -104 13013 raadsgriffie 20 589 - - -569 Totaal Raad 20 1.860 - - -1.840 Eindtotaal 355.423 256.777 21.716 29.625 90.737 79

Paragrafen 80

Algemene toelichting op de paragrafen De paragrafen bevatten de verantwoording van wat in de overeenkomstige paragrafen in de begroting is opgenomen. In de paragrafen zijn de beleidslijnen vastgelegd over beheersmatige onderwerpen en de lokale heffingen. Doel van de paragrafen is onderwerpen met een groot financieel belang, die versnipperd in de begroting staan, te bundelen in een kort overzicht, dat de raad voldoende inzicht geeft. De paragrafen geven een dwarsdoorsnede van de begroting en zijn bedoeld om extra informatie te geven voor de beoordeling van de financiële positie op de korte en langere termijn. Weerstandsvermogen en risicobeheersing In de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing worden de risico s van materieel belang beschreven en wordt toegelicht in hoeverre schade en verliezen als gevolg van deze risico s met de beschikbare weerstandscapaciteit kunnen worden opgevangen. In deze paragraaf is nu ook een aantal indicatoren opgenomen over de schuldpositie. Spoorzone In de paragraaf spoorzone wordt inzicht gegeven in het project spoorzone en de businesscase in relatie tot de gemeentelijke verslaggeving. Grondbeleid In de paragraaf Grondbeleid wordt op hoofdlijnen ingegaan op (de uitvoering van) het Meerjaren Programma Grondontwikkeling (MPG). Onderhoud kapitaalgoederen In de paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen wordt verslag gedaan over de voortgang van het geplande onderhoud en het eventuele achterstallig onderhoud aan openbaar groen, water, wegen, kunstwerken, riolering en gebouwen. Regievoering door Delft De paragraaf Regievoering door Delft geeft een overzicht van: regievoering door Delft onze regionale samenwerking de partners (lokaal en regionaal) die te beschouwen zijn als een verbonden partij de overige deelnemingen onze lokale samenwerkingsrelatie met gesubsidieerde maatschappelijke instellingen Financiering De paragraaf Financiering bevat een verslag van: de kasgeldlimiet; de renterisiconorm; de liquiditeitsplanning en de financieringsbehoefte voor de komende drie jaar; de rentevisie; de rentekosten en renteopbrengsten verbonden aan de financieringsfunctie. Bedrijfsvoering In deze paragraaf wordt gerapporteerd over de bedrijfsvoering en de nieuwe ontwikkelingen die zich daarin voordoen. Daarnaast besteedt deze paragraaf aandacht aan de rechtmatigheid van bestedingen die zijn verantwoord in deze jaarrekening en over de onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid, zoals bedoeld in artikel 213a Gemeentewet. 81

Lokale heffingen In de paragraaf Lokale heffingen wordt verslag gedaan van: de opbrengsten per lokale heffing, het bedrag aan kwijtscheldingen; de kostendekkendheid van de rioolrechten en de afvalstoffenheffing; alsmede de (ontwikkeling van de) lokale lastendruk voor eenpersoonshuishoudens, meerpersoonshuishoudens en bedrijven. Erfgoed Delft In de paragraaf Erfgoed van Delft wordt verslag gedaan van de bedrijfsvoering van de verschillende onderdelen van Erfgoed Delft zoals Museum Het Prinsenhof, Archeologie Delft, Archief Delft e.a., Erfgoed Delft houdt zich bezig met de Delftse geschiedenis, kunst en cultuur en alles wat nodig is om het Delftse cultureel erfgoed te behouden, beheren en voor een breed publiek toegankelijk te maken 82

Weerstandsvermogen en risicobeheersing Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen de beschikbare weerstandscapaciteit (Algemene reserve, post Onvoorzien, risicobuffer) en de benodigde weerstandscapaciteit (o.b.v. het risicoprofiel). Hierna wordt eerst een toelichting gegeven op de beschikbare en de benodigde weerstandscapaciteit. Daarna volgt een specificatie voor het Jaarverslag 2015. Algemene toelichting De beschikbare weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om niet begrote kosten, die onverwacht en substantieel zijn, te dekken. In de Delftse begroting kunnen de volgende onderdelen van het vermogen en de begroting tot de weerstandscapaciteit worden gerekend. Statische weerstandscapaciteit De statische weerstandscapaciteit betreft het vrij aanwendbare deel van de Algemene reserve. Dit deel van het reservevermogen is beschikbaar om niet begrote, substantiële tegenvallers op te vangen. Het gaat dan vooral om incidentele tegenvallers. Als sprake is van een structurele doorwerking zal in de begroting en de meerjarenraming ruimte moeten worden vrijgemaakt. T/m de Programmabegroting 2015-2018 is onderscheid gemaakt tussen weerstandscapaciteit voor algemene risico s en weerstandscapaciteit voor risico s met betrekking tot gebiedsontwikkelingen. Naar aanleiding van de begrotingsscan van het ministerie van BZK en de provincie Zuid-Holland is vastgesteld dat de meerwaarde van dit onderscheid beperkt is omdat in de praktijk toch vooral naar het totaalniveau van de Algemene reserve wordt gekeken; op de onderdelen wordt niet of nauwelijks gestuurd. Om die reden is het onderscheid in de Programmabegroting 2016-2019 beëindigd. In het raadsvoorstel bij de Jaarstukken 2015 is het voorstel voor beëindiging van het onderscheid opgenomen. Stille reserves worden ook tot de statische weerstandscapaciteit gerekend (bijv. te verkopen activa, aandelen). Dynamische weerstandscapaciteit De dynamische weerstandscapaciteit bestaat uit de ruimte in de begroting om tegenvallers op te vangen. Deze omvat onder andere de post Onvoorzien van jaarlijks 450.000. Deze post wordt ingezet voor incidentele tegenvallers die onontkoombaar, onvermijdelijk en onuitstelbaar zijn. Als sprake is van een structurele doorwerking moet deze in het volgende begrotingsjaar op een andere wijze worden gedekt. De benodigde weerstandscapaciteit is afhankelijk van de aard en de omvang van de risico s waar de gemeente mee wordt geconfronteerd (risicoprofiel) en de verschuivingen die zich daarin voordoen. De risico s betreffen zowel lijnactiviteiten als (ruimtelijke) projecten. Voor deze risico s kunnen geen verzekeringen worden afgesloten of voorzieningen worden gevormd omdat de risico s zich niet regelmatig voordoen en niet goed meetbaar zijn. De meer algemene risico s voor de gemeente, zoals de positieve of negatieve doorwerking van macro-economische ontwikkelingen en de kans dat zich besparingsverliezen voordoen bij de realisatie van het bezuinigingsprogramma, zijn in deze paragraaf niet beschreven. Ook met risico s die een grote impact hebben maar een zeer lage kans op optreden is geen rekening gehouden (bijv. risico s op calamiteiten zoals zich hebben voorgedaan bij Chemiepack, instortende gebouwen, ongelukken in de treintunnel etc.). Het bestaan van dergelijke risico s wordt onderkend maar het wordt niet doelmatig geacht om hiervoor weerstandscapaciteit aan te houden. Het risico van besparingsverliezen werd tot vorig jaar beheerst door een risicobuffer op de begroting. Op basis van de aanbevelingen in de begrotingsscan van de provincie Zuid-Holland en het ministerie van BZK is deze buffer in de Programmabegroting 2016-2019 geschrapt. In het financieel meerjarenbeeld is nog wel beperkt ruimte gereserveerd voor flankerende middelen ten behoeve van de implementatie van het bezuinigingsprogramma en voor de kosten van uitstroom van personeel. Vanwege de omvang van de personele bezuinigingen moet in de komende jaren rekening worden gehouden met een noodzakelijke ophoging van de kosten voor uitstroom (reintegratie, WW, BWW). 83

In de paragraaf Financiering is een toelichting gegeven op het renterisico, kredietrisico en garanties. De gemeente is de laatste jaren zeer terughoudend met het verstrekken van garanties. Het grootste deel van bestaande garanties zijn langer dan 10 jaar geleden verstrekt. In de paragraaf Verbonden partijen wordt expliciet aandacht besteed aan risico s bij specifieke verbonden partijen. Met de uitkomsten is rekening gehouden in het gemeentelijk risicoprofiel. Teneinde meer grip te krijgen op verbonden partijen wordt in Haaglandenverband gewerkt aan verdergaande samenwerking tussen de gemeenten. In dit kader is een kaderbrief voor Gemeenschappelijke Regelingen opgesteld en wordt onderzocht welke mogelijkheden er zijn voor samenwerking bij de voorbereiding van zienswijzen e.d. De gemeente Delft heeft voor haar eigendommen een uitgebreide gevarenverzekering afgesloten (brand, ontploffing, inductie, waterschade, inbraak, vandalisme etc.). Voor een aantal voorzieningen (zwembad, warmte-koudeopslag, warmtekrachtkoppeling) is machinebreuk verzekerd. Delft heeft eind 2011 haar gemeentelijke aansprakelijkheidsverzekering aanbesteed. Daarbij is de dekking verder uitgebreid (secundaire verzekering voor deelnemingen en VvE s, asbest). Alle risico s zijn geclassificeerd voor wat betreft de geschatte kans van optreden (laag/midden/hoog) en het geldgevolg. Tevens is aangegeven of sprake is van een structureel (S) of incidenteel (I) risico. De weerstandscapaciteit is geen geëigend middel om structurele risico s meerjarig af te dekken. Daarvoor moet indien de risico s zich voordoen een oplossing worden gevonden in de begroting. De weerstandscapaciteit wordt hooguit incidenteel ingezet ter overbrugging naar een structurele oplossing. Voor de grondexploitaties zijn de risico s bruto (impact x kans) en netto (inclusief effect beheersmaatregelen) gekwantificeerd. In het risicoprofiel wordt voor de grondexploitaties gebruik gemaakt van de gewogen netto risico s. Het beschikbare weerstandsvermogen Begin 2015 was de omvang van de weerstandscapaciteit -35,1 miljoen, waarvan -28,1 miljoen algemene weerstand en -7 miljoen voor gebiedsontwikkelingen. Na het opmaken van de Jaarstukken 2015 heeft de Algemene reserve een positieve stand van 64,5 miljoen. In deze stand zijn de algemene weerstand en de weerstand voor gebiedsontwikkelingen samengevoegd. Naast de mutaties waarover reeds een besluit is genomen in 2015, is in deze stand rekening gehouden met de effecten van de beëindiging van het spaarmodel voor de Spoorzone (verliesvoorziening 43 miljoen), het treffen van een voorziening Onvoorzien voor de Spoorzone ( 12,9 miljoen) en met het verlies dat voortvloeit uit de actualisatie van de grondexploitaties ( 11,8 miljoen). Voor de statische weerstandscapaciteit is het volgende beeld ontstaan. Overzicht weerstandscapaciteit bedragen x 1 mln Saldo algemene reserve weerstandsvermogen per 1 januari 2015-28,1 Reeds genomen besluiten Voor financiering reserve investeringsplan 3,2 Verkoopopbrengst panden 0,4 Bijdrage flankerend beleid -1,2 Jaarstukken 2015 Resultaat 2015 90,7 Bestemmingresultaat -0,5 2,4 90,2 Beschikbaar 64,5 84

Overzicht weerstandscapaciteit gebiedsontwikkeling Saldo per 1 januari 2015-7,0 Samenvoegen met Algemene reserve weerstandscapaciteit 7,0 Beschikbare weerstandscapaciteit ultimo 2015 - De Algemene reserve Gebiedsontwikkeling wordt opgeheven. Een voorstel hiervoor is opgenomen in het raadsvoorstel bij de Jaarstukken 2015. Voor de feitelijke opheffing is het negatieve saldo gecompenseerd in het meerjarenbeeld van de Programmabegroting 2016-2019. Het risicoprofiel In onderstaande tabel is aan de hand van de geïnventariseerde risico s een specificatie opgenomen van het totale risicobedrag. De risico s met een (in de planperiode) verwachte omvang groter dan 0,5 miljoen zijn apart zichtbaar gemaakt. De overige risico s zijn in een verzamelregel opgenomen. bedragen x 1.000 incidenteel Risico's L/M/H structureel Doelstelling 1 Eigen risico bijstandsuitkeringen L S Werk en econ. zelfstandigh. 3.500 2 Werkse! H S Werk en econ. zelfstandigh. 2000 3 Sociaal domein S Werk en econ. zelfstandigh. PM 4 ISV - bodem M S Sterke samenleving 200 5 Exploitatie ED M S Aantrekkelijke stad 150 6 Parkeerinkomsten (incl. naheffingen) M S Bereikbare en gastvrije stad 625 7 Spoorzone H I Bereikbare en gastvrije stad 10.000 8 Risicoprofiel MPG I Bereikbare en gastvrije stad 3.600 9 Bruggen L I Goede openbare ruimte 550 10 Tramlijn 19 H I Goede openbare ruimte PM 11 Bodemsanering Technopolis I Duurzame stad 350 12 Flankerend beleid (WW en BWW) H S Financieel gezonde gemeente 3.000 13 Financiering en rente M S Financieel gezonde gemeente 750 14 Verbonden partijen H/L S/I div. 750 15 Overige risico's M div. 450 totaal 25.925 Het totaalbedrag van de risico s is ten opzichte van de Programmabegroting 2016-2019 gedaald van ruim 29 miljoen naar bijna 26 miljoen. De daling wordt in hoofdzaak verklaard door de herijking van de spoorzone, het MPG, rente en financiering en verbonden partijen. Nieuwe risico s zijn opgenomen voor de bijstand en Werkse! Het risico Flankerend beleid is toegenomen In het risicoprofiel ontbreekt een risicobedrag voor de decentralisaties in het sociaal domein. Voor de risico s in het sociaal domein is een apart risicoprofiel gemaakt, bij de Jaarstukken 2013 is een aparte bestemmingsreserve Sociaal domein ingesteld. Met een bandbreedte wordt het meest waarschijnlijke risico ingeschat op 4,3 miljoen. Voor de uitvoering van de openeinde regelingen in het sociaal domein ontvangt de gemeente van het Rijk de integratie-uitkering Sociaal domein. Door de oplopende rijksbezuinigingen is het beschikbare budget in 2016 3 miljoen lager dan in 2015. Uitgangspunt is dat iedereen in Delft de zorg krijgt die nodig is. Voor jeugd en WMO geldt dat het inzicht in de zorg die geleverd wordt op dit moment nog niet optimaal is. Het op orde krijgen van de managementinformatie is dan ook een belangrijk aandachtspunt. 85

Het weerstandsvermogen en de financiële positie De beschikbare statische weerstandscapaciteit was ultimo 2014 fors negatief. Dit saldo is in 2015 positief geworden door toevoeging van het positieve resultaat dat ontstaat door de activering van de bijdrage aan de spoortunnel. De beschikbare weerstandscapaciteit bedraagt ultimo 2015 64,5 miljoen. Hier staat een risicoprofiel van 25,9 miljoen tegenover. De verhouding tussen de beschikbare weerstandscapaciteit en het totaal van de risico s is daarmee positief. Voor de financiële positie is van belang dat de begroting en meerjarenraming structureel sluiten, de weerstandscapaciteit toereikend is en dat de schuldpositie beheersbaar is. Ook moet voldoende ruimte aanwezig zijn voor de benodigde investeringen. Op basis deze pijlers kan worden vastgesteld of de begroting voldoende weerbaar (voldoende buffers), stabiel (structureel evenwicht) en flexibel (beïnvloedbaar) is. Met het oog op het verkrijgen van meer inzicht in de financiële positie heeft het BBV meerdere paragrafen voorgeschreven. Veel is daarbij vrijgelaten. Gemeenten zijn zelf verantwoordelijk voor de interpretatie van hun financiële positie. Gezien het stijgende belang van toekomstbestendigheid van gemeenten, een grotere druk op doelmatigheid en een steeds diverser wordende context (bijv. meer verbonden partijen, meer taken in het sociaal domein) is het belang van inzicht in de financiële positie toegenomen. Om die reden is in het vernieuwde BBV opgenomen dat in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing een verplichte basisset van vijf financiële kengetallen moet worden gepresenteerd (met ingang van de begroting 2016 en de jaarstukken 2015). Naast de kengetallen wordt een beoordeling van de onderlinge verhouding van de kengetallen in relatie tot de financiële positie opgenomen. De kengetallen en de beoordeling geven gezamenlijk inzicht over de financiële positie van hun gemeente. Een kengetal of financiële ratio is een verhoudingsgetal dat is opgebouwd uit financieeleconomische gegevens. Kengetallen worden gebruikt voor de boordeling van de financiële positie van de gemeente. Het instrument heeft als voordeel dat op relevante onderdelen gemeenten met elkaar vergeleken kunnen worden. Echter, kengetallen geven geen zekerheid over de toekomst, omdat ze gebaseerd zijn op een momentopname en/of aannames. Een afzonderlijk kengetal zegt weinig over de financiële positie van de gemeente. Daarom moeten kengetallen altijd in samenhang worden bezien om een goed beeld te krijgen van de financiële positie van de gemeente. Bij het opstellen van de jaarstukken is besloten om de onderlinge schulden en vorderingen met OBS gesaldeerd op te nemen, geheel in lijn met het advies in de scan van de provincie Zuid- Holland en het ministerie van BZK. Om inzichtelijk te maken op welke onderdelen van de balans de onderlinge vorderingen en schulden met OBS tot uitdrukking komen zijn hieronder twee verkorte balansen opgenomen (na en voor saldering van vorderingen en schulden). Balans conform jaarstukken 2015 Bedragen x 1.000,- Vaste activa 231.467 Eigen vermogen 113.583 Financiële vaste activa 200.641 Voorzieningen 14.211 Vlottende activa 62.065 Vaste schulden 287.609 Liquide middelen 940 Vlottende schulden 38.337 Overlopende activa 14.906 Overlopende passiva 56.279 Totaal activa 510.019 Totaal passiva 510.019 86

Balans 2015 inclusief vorderingen en schulden OBS Bedragen x 1.000,- Vaste activa 281.954 Eigen vermogen 113.583 Financiële vaste activa 253.486 Voorzieningen 14.211 Vlottende activa 62.065 Vaste schulden 287.609 Liquide middelen 940 Vlottende schulden 38.337 Overlopende activa 14.906 Overlopende passiva 159.611 Totaal activa 613.351 Totaal passiva 613.351 Bij de uitwerking van de ratio s is rekening gehouden met bovenstaande balansen. Door saldering van vorderingen en schulden op de balans laten de netto schuldquote, de gecorrigeerde netto schuldquote en de solvabiliteitsratio een verbetering zien. De ratio s in de kolom Jaarrekening 2015 zijn gebaseerd op de uitkomsten van de jaarstukken. Om inzicht te geven in de gevolgen van de balansaanpassing zijn ook de ratio s berekend zonder de saldering van de schulden en vorderingen met OBS (kolom: Jaarrekening incl. OBS ). Per ratio is de uitwerking weergegeven. In het algemeen geldt dat een hoge schuld, structurele lasten die hoger zijn dan structurele baten, en hoge woonlasten de ruimte voor bijsturing beperken. Met ingang van de Programmabegroting 2016-2019 worden de volgende kengetallen gepresenteerd. Na de tabel volgt een toelichting per kengetal. Ratio's Jaarrekening 2014 Jaarrekening 2015 Jaarrekening incl.obs Netto schuldquote 119,3% 68,8% 97,9% Gecorrigeerde netto schuldquote 92,2% 35,4% 87,2% Solvabiliteistratio 2,6% 22,3% 18,5% Kengetal grondexploitaties 7,2% 5,9% 5,9% Structurele exploitatieruimte 5,0% 5,8% 5,8% Woonlasten meerpersoonshuishouden 112% 114% 114% De schuldpositie van de gemeente is hoog en is de afgelopen jaren toegenomen. De daling van de schuldquote in de Jaarrekening 2015 wordt veroorzaakt door de saldering van OBS op de balans met ongeveer 103 miljoen en de bijdrage aan de spoortunnel ( 80 miljoen) die een positief effect heeft op de berekening van de netto schuldquote. Het effect van de activering van de spoortunnel is eenmalig omdat de definities in het vernieuwde BBV worden aangepast vanaf 2016 waardoor investeringsbijdragen van derden buiten beschouwing worden gelaten. De solvabiliteit zit net boven de norm van 20%. Het afbouwen van grondposities heeft een positief effect op de schuldpositie. De structurele exploitatieruimte is laag en woonlasten zijn hoog. Dit geeft aan dat de flexibiliteit van de begroting beperkt is. De kengetallen indiceren dat de financiële positie van de gemeente verbeterd moet worden. Voor de stadsschuld wordt vanaf 2018 een daling voorzien, dit geldt niet voor de woonlasten. Naar verwachting blijft de ruimte voor investeringen beperkt. De mogelijkheden voor verbetering van de financiële positie binnen de begroting zijn bescheiden. Ter beheersing van risico s wordt de stadsschuld in meerjarig perspectief gemonitord. Hierbij wordt zowel de aflossingscapaciteit beoordeeld (=schuldreductie) als de effecten van nieuwe investeringen en/of de inzet van de weerstandscapaciteit (= toename schuld). Bij de integrale afweging van begrotingsvoorstellen zal de monitor worden betrokken. Zo nodig worden aanvullende maatregelen voorgesteld. 87

Netto schuldquote Netto schuldquote Jaarrekening 2014 Jaarekening 2015 Jaarrekening incl.obs A Vaste schulden (cf. art. 46 BBV) 304.604 287.609 287.609 B Netto vlottende schuld (cf. art. 48 BBV) 34.065 38.337 38.337 C Overlopende passiva (cf. art. 49 BBV) 136.143 56.279 159.611 D Financiële activa (cf. art. 36 lid d,e,f en g) 750 80.750 80.750 E Uitzettingen < 1 jaar (cf. art. 39 BBV) 37.512 41.047 41.047 F Liquide middelen (cf art. 40 BBV) -9.578 940 940 G Overlopende activa (cf. art. 40a BBV) 18.401 14.906 14.906 H Totale baten (cf. art.l 17 c respectievlijk art. 27 1c BBV) 358.618 355.426 355.426 I Netto schuldquote (A+B+C-D-E-F-G)/H x 100% 119,3% 68,8% 97,9% Het kengetal netto schuldquote geeft een indicatie van de hoogte van de schuld. Daarmee kan een oordeel worden gevormd in hoeverre het inkomen van de gemeente toereikend is om de schuldverplichtingen te voldoen. Het kengetal drukt het saldo van de bruto schulden en geldelijke bezittingen uit in een percentage van het inkomen. Normaal ligt de netto schuldquote van een gemeente tussen 0% en 90%. Als de netto schuldquote tussen 100% en 130% ligt, is de gemeenteschuld hoog. Als de netto schuldquote boven de 130% uitkomt, dan bevindt de gemeente zich in de gevarenzone. De gemeente Delft streeft naar een netto schuldquote die onder de 100% ligt. De schuldquote is gedaald tot onder de 70%. Dit is voornamelijk het gevolg van de saldering van de balanspositie (zie verlaging bij C) van OBS en de activering van de bijdrage aan de spoortunnel (zie ophoging D. Financiële activa met 80 miljoen). Zonder verwerking van de activering en saldering blijft de schuldquote vrijwel gelijk. In het vernieuwde BBV wordt met ingang van 2016 de activering van bijdragen aan investeringen van derden (bijv. spoortunnel) uit de berekening van de stadsschuld gehaald. Op basis van deze nieuwe regels blijft de schuldquote ten opzichte van 2014 ongewijzigd. Gecorrigeerde netto schuldquote Gecorrigeerde netto schuldquote Jaarrekening 2014 Jaarrekening 2015 Jaarrekening incl.obs A Vaste schulden (cf. art. 46 BBV) 304.604 287.609 287.609 B Netto vlottende schuld (cf. art. 48 BBV) 34.065 38.337 32.219 C Overlopende passiva (cf. art. 49 BBV) 136.143 56.279 165.729 D Financiële activa (cf. art. 36 lid b,c,d,e, f en g) 97.676 199.374 118.624 E Uitzettingen < 1 jaar (cf. art. 39 BBV) 37.512 41.047 41.047 F Liquide middelen (cf art. 40 BBV) -9.578 940 940 G Overlopende activa (cf. art. 40a BBV) 18.401 14.906 14.906 H Totale baten (cf. art.l 17 c respectievlijk art. 27 1c BBV) 358.618 355.426 355.426 I Netto schuldquote (A+B+C-D-E-F-G)/H x 100% Gecorrigeerd voor de verstrekte leningen 92,2% 35,4% 87,2% De netto schuldquote daalt als deze wordt gecorrigeerd voor verstrekte leningen. Verstrekte leningen zijn gelden die de gemeente uitleent aan andere partijen. De schulden die hier tegenover staan, drukken niet op de begroting. De rente wordt doorberekend. Met de aflossingen op de uitgeleende gelden kan de gemeente de schulden aflossen. Het uitlenen van geld is niet zonder risico. Als de lenende partij de lening niet kan terugbetalen, is de gemeente het uitgeleende geld kwijt en blijft zij zitten met de schuld. De verwerking van de investeringsbijdrage aan de spoortunnel heeft in de Jaarrekening 2015 een dempend effect op de hoogte van de schuldquote. Als dit effect uit de berekening wordt gehaald, zoals het vernieuwde BBV voorschrijft, komt de stadsschuld ruim onder de 40%%. Wanneer rekening wordt gehouden met de balanspositie van OBS daalt het kengetal net onder de 90%. 88

Solvabiliteitsratio Solvabiliteistratio Jaarrekening 2014 Jaarrekening 2015 Jaarrekening incl.obs A Eigen vermogen (cf. art. 42 BBV) 14.939 113.583 113.583 B Balanstotaal cf art. 41 respectievelijk 47 BBV) 576.061 510.019 613.351 C Solvabiliteitratio (A/B) x 100% 2,6% 22,3% 18,5% De solvabiliteitsratio geeft in een percentage aan in hoeverre er geen schulden op het bezit rusten. Daarmee kan een oordeel worden gevormd of bij een onmiddellijke liquidatie van de gemeente genoeg geld over blijft om alle schulden te vereffenen. Als signaalwaarde voor de solvabiliteitsratio geldt een percentage van 20%. Bij een solvabiliteitsratio lager dan 20% bevindt de gemeente zich op glad ijs. Ook wanneer rekening wordt gehouden met de saldering van de balanspositie van OBS geeft het kengetal aan dat voorzichtigheid is geboden. De verbetering van het eigen vermogen heeft geleid tot een verbetering van de solvabiliteitsratio. Kengetal grondexploitaties Kengetal grondexploitaties Jaarrekening 2014 Jaarrekening 2015 Jaarrekening incl.obs A Niet in exploitatie genomen bouwgronden (cf. art.38 lid a punt 1 BBV) 634 355 355 B Bouwgronden in exploitatie (cf. art.38 lid b BBV) 25.078 20.546 20.546 C Totale baten (cf. art.l 17 c respectievelijk art. 27 1c BBV) 358.618 355.426 355.426 D Grondexploitatie (A+B)/C x 100% 7,2% 5,9% 5,9% Het kengetal grondexploitaties geeft een indicatie van de hoogte van de voorraad bouwgrond en de stand van het onderhanden werk bouwgrondexploitaties. Op basis van dit kengetal kan een oordeel worden gevormd in hoeverre de gemeente leningen is aangegaan om tijdelijk voorraden bouwgrond aan te houden. In de totale schuld van de gemeente is ook het deel van de grondpositie opgenomen. Bij verkoop van de bouwgrond zorgen de opbrengsten in beginsel voor een aanpassing van de schulden. Een hoge voorraad bouwgronden kan een goede reden zijn voor een tijdelijk hoge netto schuldquote. Omdat onder normale omstandigheden de rentekosten voor de voorraadgronden wordt bijgeschreven. Bij verkoop worden zodoende de rentekosten en de leningen afgelost. Hoe lager het percentage (aandeel van de schuld in netto schuldquote) voor dit kengetal hoe beter. De voorraad bouwgrond is bij het opstellen van deze jaarstukken afgenomen met ongeveer 5 miljoen waardoor het kengetal grondexploitaties is verbeterd. (OBS heeft geen gevolgen voor dit kengetal). Structurele exploitatieruimte Structurele exploitatieruimte Jaarrekening 2014 Jaarrekening 2015 Jaarrekening incl.obs A Totale lasten (cf art 17 c respectievelijk art 27 lid 1c) 411.170 256.780 256.780 B w.v. structureel (A -/- cf art 19 c respectivelijk art 28 d BBV) 331.041 319.633 319.633 C Totale baten (cf art 17 c respectievelijk art 27 lid 1c) 358.618 355.426 355.426 D w.v. structureel (C -/- cf art 19 c respectivelijk art 28 d BBV) 353.167 349.230 349.230 E Saldo baten en lasten (=C-A) -52.552 98.646 98.646 - F Mutaties reserves 6.313-7.908-7.908 G w.v. structurele toevoegingen (cf art 19 d respectievelijkeart 28 d BBV) 51.700 10.001 10.001 H w.v. structurele onttrekkingen (cf art 19 d respectievelijkeart 28 d BBV) 47.675 1.019 1.019 I Resultaat (E+F) -46.239 90.738 90.738 0 J Structurele ruimte ((D-B)+(H-G))/(C) x 100% 5,0% 5,8% 5,8% Het kengetal structurele exploitatieruimte geeft aan hoe groot de structurele exploitatieruimte is, doordat wordt gekeken naar de structurele baten en structurele lasten en deze worden vergeleken met de totale baten. Een positief percentage betekent dat de structurele baten toereikend zijn om de structurele lasten (waaronder de rente en aflossing van een lening) te dekken. OBS heeft geen gevolgen voor dit kengetal. 89

Bij de jaarrekening is de aanwezige structurele ruimte in het resultaat verwerkt. Woonlasten meerpersoonshuishouden Woonlasten meerpersoonshuishouden Primaire begroting 2014 Jaarrekening 2015 Jaarrekening incl.obs A OZB-lasten voor gezin bij gemiddelde WOZwaarde 252,37 268,95 268,95 B Rioolheffing voor gezin bij gemiddelde WOZwaarde 183,05 207,12 207,12 C Afvalstoffenheffing voor een gezin 323,25 328,10 328,10 D Eventuele heffingskorting E Totale woonlasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde (A+B+C-D) 758,67 804,17 804,17 F Woonlasten landelijke gemiddelde voor gezin in t-1 679,00 704,00 704,00 G Woonlasten t.o.v. landelijke gemiddelde jaar er voor (E/F) x 100% 112% 114% 114% De hoogte van de woonlasten is van invloed op de onbenutte belastingcapaciteit (ruimte voor extra lastenstijging). Een oplopend percentage beperkt die ruimte. De uitkomst van de berekening van dit kengetal is voor het jaarverslag hetzelfde als bij de begroting 2015. OBS heeft geen gevolgen voor dit kengetal. 90

Risico s In het tweede deel van deze paragraaf is een onderbouwing opgenomen van de belangrijkste risico s (> 500.000 miljoen) waarmee de gemeente Delft te maken heeft. Eigen risico Bijstandsuitkeringen Voor het verstrekken van bijstandsuitkeringen ontvangt de gemeente geld van het Rijk. Als de gemeente daar niet voldoende aan heeft moet zij zelf 5 % van het rijksbudget uit algemene middelen bijpassen. Een eventueel tekort tussen de 5 en 10% moet de gemeente voor de helft zelf oplossen. Op basis van de eerste voorlopige beschikking 2016 bedraagt het risico maximaal 3,5 miljoen. De kans dat dit risico zich voordoet wordt vooralsnog als laag ingeschat. Bovengrens: 3.500.000 structureel Ondergrens: 0 Risicoscore Laag X Midden Hoog Werkse! Rijksbezuiniging Sociale Werkvoorziening kan niet door Werkse! worden opgevangen binnen reguliere begroting. Dit is een feit waarvoor een oplossing gevonden moet worden. Meerjarig is dit een risico omdat de rijksbezuiniging steeds verder oploopt. Het minimaal risico schatten we op 0,6 miljoen, maximaal risico op 2 miljoen. Bovengrens: 2.000.000 structureel Ondergrens: 600.000 Risicoscore Laag Midden Hoog X Aanpassing sportbesluit De Staatssecretaris heeft in een brief in november 2015 te kennen gegeven dat een verruiming van de sportvrijstelling niet op korte termijn aan de orde is. Het risico is hiermee komen te vervallen. ISV bodem Het in het jaarverslag en de programmabegroting opgenomen risico van 200.000 structureel voor ISV-bodem blijft na 2015 onverminderd van kracht. Dit is een risico op onbekende verontreinigingen waarvoor de gemeente zodra deze bekend worden de wettelijke plicht heeft deze te saneren of te beheersen. Het betreft een structureel risico categorie midden. Bovengrens: 200.000 structureel Ondergrens: P.M. (incidenteel) Risicoscore Laag Midden X Hoog Exploitatie Erfgoed Delft Bij Erfgoed Delft is een aantal jaren sprake geweest van tegenvallende inkomsten. Door ingrijpende maatregelen als sluiting Nusantara, maatregelen in de formatie en de bedrijfsvoering worden de uitgaven in de toekomst structureel verlaagd. De implementatie van de maatregelen vergt tijd. Dit maakt dat het risico vooralsnog blijft gehandhaafd. 91

Bovengrens: 150.000 structureel Ondergrens: P.M. Risicoscore Laag Midden X Hoog Inkomsten parkeren Bij de Najaarsrapportage 2015 en de Jaarstukken 2015 is in totaal een nadeel van 250.000 gemeld voor parkeren (saldo baten en lasten). In de Programmabegroting 2016 zijn de inkomsten voor 2016 met 125.000 naar beneden bijgesteld en is een risico opgenomen van 625.000. De inkomsten uit naheffingen (en overige parkeerinkomsten) zijn geen vanzelfsprekendheid. Er wordt niet gestreefd naar maximaliseren van het aantal boetes, maar naar het maximaliseren van de betalingsbereidheid. Indien een parkeerovertreding te goeder trouw plaatsvindt, wordt niet geïncasseerd om alsnog de begroting te realiseren. De inkomsten op betaald parkeren zijn afhankelijk van de betalingsbereidheid. Het risico wordt gehandhaafd. O.b.v. de resultaten van het traject zero based budgetting (n.a.v. motie Begroting opnieuw opbouwen) en de evaluatie van het parkeerbeleid wordt mogelijk een voorstel voor neerwaartse bijstelling gedaan in de Programmabegroting 2017. Bovengrens: 625.000 structureel Ondergrens: P.M. Risicoscore Laag Midden X Hoog Spoorzone Het totale project Spoorzone (ondergronds en bovengronds) is voor Delft een complex project en met risico s omgeven. In de paragraaf Spoorzone wordt dit uitgebreid en in samenhang toegelicht. Bovengrens: 10.000.000 Ondergrens: P.M. Risicoscore Laag Midden Hoog X Het nieuwe stadskantoor De bouw blijft binnen de gestelde financiële kaders. De post Onvoorzien in het project is toereikend. In de kwartaalrapportages Spoorzone wordt de raad geïnformeerd over het verloop van de risico's. Grondexploitaties Inherent aan de waardering van grondexploitaties is het gebruik maken van schattingen en veronderstellingen over de verwachte kosten en opbrengsten over een langere (project) periode. De waardering van de grondexploitaties in deze begroting is gebaseerd op inzichten die ultimo 2015 als meest reëel werden geacht ten aanzien van meerjarige planning/fasering, parameters (prijsontwikkeling en rente) en huidige marktprijzen. Wijzigingen in de economische situatie en scenario s hierin, maar ook toekomstige wijzigingen op projectniveau, kunnen een (grote) invloed hebben op de uiteindelijke resultaten van de verschillende grondexploitaties. Ook beleidsmatige keuzes van de gemeente over programma, ontwikkeltempo, ontwikkelvolgorde, kwaliteitsniveau etc. zijn bepalend voor het verwachte resultaat op de grondexploitaties en hiermee de waardering. In de huidige voortdurende onzekere situatie van de vastgoedmarkt wordt het risicoprofiel van de projectenportefeuille (nog steeds) voor het grootste deel bepaald door risico s in de sfeer van gronduitgifte. De markt laat een licht herstel zien, maar is daarnaast beweeglijk. Uit de interne risicoanalyse blijkt dat de volgende factoren de hoogste impact kunnen hebben op het financiële resultaat van de grondexploitaties: - Risico als gevolg van het niet realiseren van het geprognosticeerde afzettempo waardoor extra financieringsrente en plankosten ontstaan; - Risico dat de geprognosticeerde woningtypen niet afzetbaar blijken en daardoor een lagere 92

grondprijs wordt gerealiseerd of in het geheel niet; - Risico van afwijkende parameters zoals financieringsrente, kostenstijging en opbrengstenstijging; - Risico dat de kostenramingen, na verdere uitwerking en vertaling naar besteksniveau, niet volledig of ontoereikend zijn. De maximale impact van de risico s op alle projecten (risico minus kansen) is becijferd op: 10,0 miljoen nadelig. Indien rekening wordt gehouden met de kans van optreden bedraagt de bruto impact 2,9 miljoen Dit bedrag bestaat voor 3,6 mijoen uit risico s en 0,7 miljoen uit kansen. Voor het project Harnaschpolder geldt aanvullend nog de gevoeligheid van de opbrengsten voor de inflatieontwikkeling. Met deze risico s dient in het gemeentelijke weerstandsvermogen rekening te worden gehouden. Bruggen Tot het moment van vervanging van de St Sebastiaansbrug zullen er mogelijke extra onvoorziene kosten ontstaan in de tijdelijke beheer- en onderhoudssituatie. Die kosten hebben betrekking op de afzettingen, rijroutes en extra veiligheidsinspecties (max. 50.000). Maar ook kunnen er kosten ontstaan in geval er extra investeringsmaatregelen getroffen moeten worden (max. 500.000). Op basis van de periodieke metingen is door het college besloten de bestaande verkeersmaatregelen (verbod zwaar verkeer) te handhaven. Van extra investeringsmaatregelen is nog geen sprake, maar het monitoren van de kwaliteit van de brug wordt vervolgd. Bovengrens: 550.000 incidenteel Ondergrens: 0 Risicoscore Laag X Midden Hoog Projecten Tramlijn 19 (inclusief Kapelsebrug en Sint Sebastiaansbrug) Eind 2015 is een intentieovereenkomst getekend voor de St. Sebasiaansbrug tussen PZH MRDH en Delft. Deze intentieovereenkomst wordt momenteel omgezet in een samenwerkingsovereenkomst. Het risico wordt herijkt bij vaststelling van de samenwerkingsovereenkomst in Q2 2016. Bovengrens: P.M. incidenteel Ondergrens: P.M. Risicoscore Laag Midden Hoog X Bodemsanering Technopolis Op Technopolis was destijds een autocrossterrein gevestigd waarvoor de gemeente verantwoordelijk was. Na beëindiging bleek de bodem vervuild te zijn. Met de TUD is afgesproken om het terrein pas te saneren, wanneer hier ontwikkelingen op plaats vinden om zo werk met werk te kunnen maken. Op dit moment is nog niet bekend wanneer dit gaat plaatsvinden. Er dient rekening te worden gehouden met een risico van 350.000. Bovengrens: 350.000 incidenteel Ondergrens: 0 Risicoscore Laag Midden Hoog X Procesverbaal vergoeding Het risico ten aanzien van de proces-verbaal vergoeding is werkelijkheid geworden. Het ministerie van Veiligheid en Justitie heeft definitief besloten om te stoppen met het uitkeren van vergoedingen voor uitgeschreven processenverbalen. In het meerjarenbeeld van de Programmabegroting 2016-2019 is hiermee rekening gehouden. 93

Flankerend beleid Het WW en BWW-budget blijft onder druk staan als gevolg van boventalligheid van personeel. Personeel dat boventallig raakt wordt conform cao-afspraken door de gemeente gefaciliteerd om ander werk te vinden met o.m. een Van Werk naar Werk traject van 24 maanden. Daarna als geen andere betrekking is gevonden valt de betreffende medewerker terug op de WW-uitkering en de bovenwettelijke uitkering. De gemeente is voor deze uitkeringen eigen risicodrager. Voor 2016 is de verwachting dat de gemeente nog binnen het bestaande WW-budget blijft. Vanaf 2017, maar zeker vanaf 2018 is het risico alleszins reëel dat door de te verwachten toename van boventallige medewerkers het bestaande budget overschreden gaat worden. Na besluitvorming over de recente reorganisatie Anders Doen is het aantal boventallige medewerkers nu daadwerkelijk toegenomen. Het risico blijft dus actueel. Als beheersmaatregel wordt onverminderd gestuurd op beperking van de kosten door de mobiliteit te bevorderen van medewerkers die in de WW-regeling terecht dreigen te komen en een professionele ondersteuning van boventallige medewerkers via het Van Werk naar Werktraject. Vooralsnog wordt het risico aangemerkt als hoog, voor een bedrag oplopend naar ca. 3,0 miljoen vanaf 2018. Bovengrens: 3,0 mln structureel Ondergrens: PM Risicoscore Laag Midden Hoog X Gemeentefonds De gevolgen van het groot onderhoud aan het Gemeentefonds zijn ingevoerd met ingang van de begroting 2015 en 2016 en hebben voor de gemeente Delft geen grote gevolgen gehad. Dit geldt inmiddels ook voor het eerder gerapporteerde risico op maatstaf woningen, omdat onzelfstandige wooneenheden in bijvoorbeeld studentenflats niet meer zouden meetellen. De gemeente Delft is hiervoor inmiddels voldoende gecompenseerd. Het risico vervalt. Financiering en rente De financieringslasten van de gemeente stijgen tot 2018 als gevolg van de grote gebiedsontwikkelingen. Voor het grootste deel zijn deze financieringslasten al vastgelegd (leningen zijn aangetrokken). Voor eventueel nog benodigde financiering (leningen) is geanticipeerd op een geringe rentestijging over de jaren. Met de risicoreservering zijn we voorbereid op een extra rentestijging. Bovengrens: 0,75 mln structureel Ondergrens: 0,25 mln structureel Risicoscore Laag Midden Hoog X Verbonden partijen In de paragraaf Verbonden partijen is een overzicht gegeven van de risico s bij specifieke verbonden partijen. Het totale risico bedraagt 0,75 miljoen en wordt meegenomen in het risicoprofiel voor de bepaling van de benodigde weerstandscapaciteit van de gemeente Delft. Bovengrens: 750.000 mln (incidenteel/structureel) Ondergrens: PM Risicoscore Laag Midden Hoog X 94

Spoorzone Inhoudsopgave Het totale project Spoorzone (ondergronds en bovengronds) is een complex project en met risico s omgeven, waarvan een groot aantal een exogene oorzaak heeft. Het project komt nu in een fase waarbij de focus is verschoven naar de bovengrondse ontwikkeling en waarbij de gemeente zelf de meeste (markt)risico s draagt. De projectbeheersing en het risicomanagement zijn daarom belangrijk. In deze paragraaf Spoorzone wordt ingegaan op: 1. OBS en informatieverstrekking 2. Projectbeheersing en risicomanagement OBS (mal) en gemeente (contramal). 3. De projectonderdelen binnen de scope van het project 4. De projectonderdelen buiten de scope van het project 5. Financiële uitkomsten businesscase en relatie met de eigen gemeentelijke financiële bijdrage 6. Vertaling van de eigen gemeentelijke financiële bijdrage naar jaarrekening (kredieten, onderhanden project en voorzieningen) 7. Bandbreedte van de verwachte eigen gemeentelijke financiële bijdrage (voorziening risico s en weerstandscapaciteit) 8. Aanpassingen in de balanspresentatie 9. Resumé: Totaaleffect van het project Spoorzone op het rekeningresultaat 2015 1. OBS en informatieverstrekking over het project De uitvoering van het project vindt, voor rekening en risico van de gemeente, plaats door het Ontwikkelingsbedrijf Spoorzone (OBS) B.V. De gemeente is naast enig aandeelhouder van OBS ook opdrachtgever. OBS rapporteert elk kwartaal over de voortgang van het project aan de gemeente. De voortgangsrapportage over het 2 e en 4 e kwartaal bevat tevens een geactualiseerde (financiële) verwachting van het project. De scope van het project en de begroting van de met het project samenhangende uitgaven en inkomsten is vertaald in de businesscase Spoorzone. De businesscase is de begroting van het project en bevat, naast de geldstromen als financieel kader, ook de financiële vertaling van de risico-analyse en de planning. De businesscase is het kader voor de uitvoering van het project. Dat stelt eisen aan de projectbeheersing en de onderbouwing van de ramingen. De voortgangsrapportages gaan in detail in op de voortgang en risico s van de projectonderdelen binnen de scope van het project. In deze paragraaf Spoorzone van de gemeentelijke jaarrekening ligt de nadruk op de financiële gevolgen van het project Spoorzone voor de gemeentelijke verslaggeving, gebaseerd op de meest actuele versie van de businesscase. 2. Projectbeheersing en risicomanagement OBS (mal) en gemeente (contramal). Gedurende het jaar worden er voor projectbeheersing en risicomanagement de volgende onderdelen onderscheiden: Risicosessies worden elk kwartaal georganiseerd met managers mal en contramal en inhoudelijke specialisten. Tijdens de risicosessies worden risico s, beheersmaatregelen, kansen en raakvlakken per thema geïnventariseerd en geanalyseerd. De risicosessies monden uit in een risicolijst met beheersmaatregelen. Mede op basis van de risicolijsten en de daaruit voortkomende bevindingen uit deze sessies wordt het bestuur geïnformeerd en geadviseerd. Doel is het toetsen op het bereiken van de projectdoelstellingen en afgesproken mijlpalen en het beoordelen van de beheersing van de risico s en kansen, inclusief operationele raakvlakken. Dit gebeurt voor de inhoudelijke thema s afzonderlijk: Spoortunnel, Stadskantoor, IOR, Parkeren en stallen en deelproject overstijgend. 95

Bij de interne challenge ligt het accent op de hoofdlijn van het totale project en de raakvlakken tussen de thema s binnen het project en het gemeentelijk beleid. De challenge is één van de instrumenten die ingezet wordt om de countervailing power van de contramal bij het project Spoorzone vorm te geven. Belangrijke onderwerpen van gesprek zijn de lange termijn, raakvlakken met beleidsdoelstellingen, gemeentebrede problematiek en gemeentebrede onderwerpen die het project overstijgen. De interne challenge is bedoeld voor de brede (strategische) blik. Interne controle (IC) richt zich op de juistheid van de cijfermatige vertaling van het project naar businesscase. De interne controle wordt uitgevoerd door de gemeente en toetst ook de opvolging van aanbevelingen uit de second opinion, de parameters en de onderbouwing van de ramingen die in de businesscase zijn verwerkt. Deze IC vindt tweemaal per jaar bij de update van de businesscase- plaats. Monitoring aanbevelingen: Vanuit de risicosessies, interne challenge en second opinion komt informatie over risico s inclusief beheersmaatregelen en aanbevelingen. Op managementniveau wordt opvolging van aanbevelingen en maatregelen besproken, zodat ook op bestuurlijk niveau indien nodig bijsturing of besluitvorming kan plaatsvinden. De second opinion is verbonden aan de update van de businesscase Spoorzone en heeft het karakter van een externe audit op de financiën van het project. Het doel is een onafhankelijke toets op de (update van de) businesscase en de projectbeheersing. Deze toets wordt eenmaal per jaar uitgevoerd bij de update in het tweede kwartaal (Q2) en is medio 2015 voor de tweede keer uitgevoerd. Uit dit onderzoek, noch uit de voorafgaande interne controle door de gemeente, zijn bevindingen gekomen die aanleiding waren om de businesscase (financieel) bij te stellen. De externe onderzoekers constateerden dat de aanbevelingen die zij bij de second opinion in 2014 hadden gedaan voor het overgrote deel waren opgevolgd: de basis is op orde. Op het gebied van projectbeheersing constateerden zij dat de interne en externe challenge de medewerkers bij zowel de gemeente (contramal) als het OBS (mal) meer bewust heeft gemaakt van de businesscase en haar risico s. 3. De projectonderdelen binnen de scope van het project De afbakening van het project is relevant. Alles buiten de scope van de businesscase valt onder directe (financiële) verantwoordelijkheid van de gemeente. Tot de scope van het project horen de deelprojecten: Spoortunnel: leveren van een financiële bijdrage aan de realisatie van de tunnel; IOR: Inrichten van de openbare ruimte; Parkeren en stallen: Realiseren van parkeer- en stallingsfuncties (hierna: PSS, fietsenstalling Coenderpark) en het; Leveren van een financiële bijdrage aan de exploitatie van de (NS) Stationsstalling; Gebiedsontwikkeling: het inrichten van het gebied met woon- en andere functies (hierna: GO). Daarnaast voert OBS het projectmanagement, bouwmanagement en directievoering voor de realisatie van het Stadskantoor en stationshal. Samen met de algemene project- en organisatiekosten en een risicoreservering (waaronder het onvoorzien) telt de uitgavenkant van de businesscase op tot 432 miljoen. Het project kent ook direct toerekenbare inkomsten in de vorm van subsidies en bijdragen van andere overheden, rentebaten en verkoopopbrengsten van de PSS en de GO. Deze inkomstenkant van de businesscase heeft een omvang van 312 miljoen. In deze 312 miljoen is ook de bijdrage uit het regionale BOR fonds inbegrepen. De gemeente had dit fonds zelf gevoed met 12 miljoen. Daarom zijn de reële inkomsten van derden 300 miljoen. Resteert een eigen gemeentelijke financiële inzet van 132 miljoen. Deze 132 miljoen is de gemeentelijk cashflow bijdrage aan het project en bestaat uit: 96

(1) initiële bijdrage 54 miljoen; (2) de aanvullende (nog te storten) bijdrage (voorheen spaarmodel) van 74 miljoen, thans becijferd op 71 miljoen in de businesscase per het 4 e kwartaal 2015; (3) bijdragen voor de scopeuitbreidingen IOR en de fietsenstalling Coenderpark 7 miljoen. 4. De projectonderdelen buiten de scope van het project Buiten de scope van het project en de businesscase en dus direct voor rekening en risico van de gemeente komt o.a.: Het risico van een lagere opbrengstwaarde van de PSS dan waarin de businesscase rekening mee is gehouden; Het risico van een ingediende planschadeclaim; De gevolgen van de afbouw van de projectorganisatie OBS; Financieringslasten van de voor het project aangetrokken financiering; Kosten van de contramal en eigen gemeentelijke taken; De beheer fase die volgt na oplevering van de gerealiseerde werken (IOR, PSS, Fietsenstalling) 5. Financiële uitkomsten businesscase en relatie met de eigen gemeentelijke financiële bijdrage In de voortgangsrapportage over het 4 e kwartaal van het OBS wordt meer in detail ingegaan op het verwachte resultaat van de businesscase. In deze rapportage is een resultaat vermeld van 45,3 miljoen nadelig. Dit verwachte resultaat is in die rapportage berekend als saldo van de inkomsten en uitgaven (zoals hiervoor beschreven), maar ook met een gedeelte van de eerder afgesproken eigen gemeentelijke financiële bijdrage ( spaarmodel I 42 miljoen ). Dit verwachte resultaat wijkt per definitie af van de wijze waarop de uitkomsten van de businesscase in de gemeentelijke jaarrekening worden verwerkt. Daarvoor gelden de verslaggevingsregels (BBV). Dit wordt hierna verder toegelicht. De gemeente heeft bij het opstellen van haar jaarstukken de geactualiseerde businesscase zoals opgenomen in de voortgangsrapportage over het 4 e kwartaal (Q4-2015) als uitgangspunt genomen. Op deze cijfers dient dus een vertaalslag plaats te vinden om te komen tot een correcte gemeentelijke verslaggeving. Deze vertaalslag wordt met name veroorzaakt doordat OBS (in haar rol als gemeentelijk opdrachtnemer) geen rekening houdt met het activeren van kosten en omdat aan de gemeentelijke kant ook kosten zijn gemaakt. OBS beperkt zich, conform haar rol, tot het registeren van de door haar gemaakte projectkosten en het verrekenen daarvan met de gemeente De gemeente dient vanzelfsprekend wel rekening houden met het al dan niet activeren van kosten en de door de gemeente gemaakte kosten. Om de businesscase Q4-2015 liquiditeitstechnisch financieel sluitend te krijgen is een eigen gemeentelijke financiële bijdrage in het project nodig van 432 miljoen - 300 miljoen = 132 miljoen. In deze paragraaf wordt als vertrekpunt voor de gemeentelijke verslaggeving 132 miljoen aangehouden. Uiteindelijk is dat het totaal aan gemeentelijke bijdrage dat opgevangen dient te worden binnen de gemeentelijke budgetten. 6. Vertaling van de eigen gemeentelijke financiële bijdrage in het project naar jaarrekening (kredieten, onderhanden project en voorzieningen) Karakteristiek voor het project is dat de gemeente als opdrachtgever uiteindelijk betaalt en afrekent met OBS voor de verschillende projectonderdelen. Elk projectonderdeel kent zijn eigen verslaggevingsaspecten op grond van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV). Bij de start van het project is besloten om de uitgaven in de IOR te activeren. Dat wil zeggen dat investeringen in de openbare ruimte als een bezit op de gemeentelijke balans worden opgenomen (geactiveerd). Dat bezit wordt vervolgens over een reeks van jaren afgeschreven. In 2008 is een krediet van 68 miljoen beschikbaar gesteld. In de jaren daarna is overgegaan tot het vormen van specifieke reserves om het restant van de eigen gemeentelijke financiële bijdrage af te dekken. In 2014 bleek deze reservevorming niet langer 97

houdbaar en heeft de accountant geadviseerd om een voorziening voor de eigen gemeentelijke financiële bijdrage te vormen en te onderzoeken welke projectonderdelen activeerbaar zijn. Door het activeren worden de lasten niet meer vooraf genomen (als verliesvoorziening) maar in de toekomst genomen (corresponderend met het toekomstige nut). Het onderzoek naar de activeerbaarheid leverde op dat ook financiële bijdrage die aan de realisatie van de spoortunnel kon worden geactiveerd, als bijdrage in de activa in eigendom van derden. Thans zijn er drie kredieten voor het project die in financieel meerjarenperspectief in de begroting zijn afgedekt. Deze kredieten zijn: Omschrijving Krediet (in 1.000) Besteed ultimo 2015 (in 1.000) Nog te besteden 2016 e.v. (in 1.000) 1. IOR 68.000 13.502 54.498 2. Tunnel 80.000 80.000 0 3. Coenderparkstalling 6.500 0 6.500 Sub-totaal 154.500 93.502 60.098 Waarvan te reserveren voor geactiveerde rentelasten -11.720 Totaal 142.780 Voor de eigen gemeentelijke financiële bijdrage in het project verkrijgt de gemeente diverse activeerbare projectonderdelen (IOR, Tunnel, Stalling) en projectonderdelen als onderhanden project (o.a. PSS, GO). De totale kostenkant van de businesscase bedraagt 432 miljoen. Daarvan zal afgerond 143 miljoen geactiveerd worden en via afschrijving in de toekomst als last worden genomen. Beschikbare kredieten is iets anders dan de financieringsbehoefte die de businesscase heeft, de gemeentelijke cashflow bijdrage aan het project. Die cashflow bijdrage bedraagt zoals hiervoor gespecificeerd 132 miljoen. Niet activeerbare projectonderdelen hebben dan een waarde van 289 miljoen. Daartegenover staan directe projectinkomsten (verkoopopbrengsten en bijdragen van andere overheden) van 300 miljoen. Verslaggevingstechnisch is op de niet activeerbare projectonderdelen geen sprake van een verlies. Doordat grote delen van het project als bezit (activa) op de balans kunnen worden geactiveerd, waartegenover ook dekking aanwezig is, is er nu geen reden meer om een directe (verlies)voorziening voor de eigen gemeentelijke bijdrage aan te houden. Dit betekent dat de gevormde voorziening van 60 miljoen (eindsaldo 2015) vrij kan vallen. Deze vrijval maakt deel uit van het totaal effect van het project op de jaarrekening 2015. Dat effect is toegelicht in hoofdstuk 9 van deze paragraaf. De geraamde dotatie van 7 miljoen in 2016 en 2017 is door de activeringen niet nodig. Dit zal worden verwerkt in de kadernota en de conceptbegroting 2017. 7. Bandbreedte van de verwachte eigen gemeentelijke financiële bijdrage (voorziening risico s en de weerstandscapaciteit) De eigen gemeentelijk financiële bijdrage begeeft zich, gegeven de onzekerheid over de toekomst, binnen een bepaalde bandbreedte. De voortgangsrapportage over het 4 e kwartaal vermeld daarover: 98

.. Het resultaat van de businesscase als sturingsinstrument verbetert met 0,3 miljoen van - 45,6 in Q2-2015 miljoen naar - 45,3 miljoen in Q4-2015 (ten opzichte van de referentiewaarde van - 50 miljoen in Q4-2014). Ook de businesscase als sturingsinstrument kent onzekerheid c.q. een spreiding rond het resultaat. Hiermee beweegt het resultaat van de businesscase zich tussen - 72,8 (- 45,3 miljoen - 27,5 miljoen) en - 4,2 miljoen (- 45,3 miljoen + 41,1 miljoen). Dit betekent dat de eigen gemeentelijke financiële bijdrage zich ook in deze bandbreedte zal begeven. Jaarlijks zal worden bekeken of verbeteringen of verslechteringen een weerslag hebben op te activeren onderdelen of niet te activeren onderdelen. Effecten op te activeren onderdelen beïnvloeden het financieel meerjarenperspectief door hogere of lagere toekomstige afschrijvingen. Effecten op niet te activeren onderdelen zullen direct weerslag op het jaarrekeningresultaat van de gemeente hebben, bijv. door het vormen van een voorziening. De cijfers van de businesscase zijn ontleend aan de variant als sturingsinstrument. Deze variant is de ambitie en voor OBS de opgave. Naast deze variant is een berekening waarderingsinstrument. De businesscase waarderingsinstrument is de uitkomst indien bijsturingsmaatregelen onvoldoende effect sorteren en/of indien de woningmarkt blijvend stagneert. Voor de gemeente is deze uitkomst waarderingsinstrument ook te betrekken bij het opstellen van de gemeentelijke jaarrekening. De in 2014 ingezette lijn is dat: Enkele specifieke risico s op de projectonderdelen PSS en GO maken deel uit van de scope van het project, waarvoor OBS verantwoordelijk is, maar de risicoreservering vindt (gedeeltelijk) plaats bij de gemeente (contramal). Dit is gedaan om de countervailing power en het risicomanagement te versterken. De gemeente treft hiervoor derhalve zelf een voorziening. Deze voorziening is in 2014 gevormd voor 12,9 miljoen. Actualisatie van het risicoprofiel laat een verlaging zien van de risico s in de scope van het project. Tegelijkertijd kent de gemeente risico s buiten de scope van het project. De nieuwe gewenste omvang van de voorziening is bepaald op 8,4 miljoen. De voorziening is daarom in de jaarrekening 2015 per saldo met 4,5 miljoen verlaagd. Deze vrijval maakt deel uit van het totaal effect van het project op de jaarrekening 2015. Dat effect is toegelicht in hoofdstuk 9 van deze paragraaf. In de najaarsrapportage 2015 en de programmabegroting 2016 was reeds melding gemaakt van deze mogelijke meevaller. 99

Voor het risico dat grondverkoop tegenvalt (nog lagere opbrengsten) en dus uitkomt op het niveau van de waarderingsinstrument wenst de gemeente voldoende weerstandscapaciteit aan te houden. Dit bedrag kan worden bepaald op 10 miljoen (was: 15 miljoen). Uiteraard dient de gemeentelijke weerstandscapaciteit ook rekening te houden met de totale bandbreedte van de verwachte uitkomst. De uiterste bandbreedte is becijferd op 27,5 miljoen nadelig (inclusief de hiervoor vermelde 10 miljoen) 8. Aanpassingen in de balanspresentatie Op de gemeentelijke balans komt tot uitdrukking: (1) de financiële relatie met het OBS (vordering en schulden) (2) de waarde van reeds gerealiseerde projectonderdelen (activa, kosten en opbrengsten van derden) Alle balansposten zijn weer opnieuw beschouwd op grond van de geactualiseerde businesscase en verslaggevingsprincipes. In deze exercitie is ervoor gekozen om diverse balansposten op te schonen en te salderen. Deze nieuwe presentatie is in overleg met de accountant gekozen. De actualisatie van de businesscase en toepassing van de verslaggevingsprincipes heeft voor de jaarrekening 2015 nog drie effecten tot gevolg: Vrijval voorziening risico tunnel Spoorzone De voorziening is (als onderdeel van de afspraken met het ministerie van I&M) in 2010 ingesteld voor de maximum aanvullende bijdrage die Delft zou moeten leveren als het gevolg van vertragingen. Het risicobedrag is 5 miljoen. Deze mogelijk nabetaling dient vanuit de bestendige gedragslijn te worden geactiveerd. Daardoor valt de voorziening nu vrij, maar dient rekening te worden gehouden met toekomstige afschrijvingslasten van 62.500 per jaar. Deze vrijval maakt deel uit van het totaal effect van het project op de jaarrekening 2015. Dat effect is toegelicht in hoofdstuk 9 van deze paragraaf. Aanvullende activeerbare uitgaven aan de tunnel In 2016 en 2017 vinden betalingen plaats aan de tunnel die ook nog voor activering in aanmerking komen. Totaal gaat het om 6,5 miljoen. De activering leidt tot een voordeel nu maar toekomstige afschrijvingslasten van 81.250 per jaar. Deze activering maakt deel uit van het totaal effect van het project op de jaarrekening 2015. Dat effect is toegelicht in hoofdstuk 9 van deze paragraaf. Opschonen van de balansposities door de activeringen en actualisatie van de businesscase. De actualisatie van de businesscase Q4-2015 ten opzichte van Q4-2014 laat een voordeel zien voor de gemeentelijke eigen bijdrage. Bovenstaande leidt tot een positief eenmalig- effect op het rekeningresultaat en maakt deel uit van het totaal effect van het project op de jaarrekening 2015. Dat effect is toegelicht in hoofdstuk 9 van deze paragraaf. In de najaarsrapportage 2015 en programmabegroting 2016 was op grond van de voortgangsrapportage van OBS over het 2 e kwartaal al melding gemaakt van een mogelijke meevaller. De belangrijkste balansposten met betrekking tot het project betreffen: Financiële vaste activa: (1) Vordering op OBS 27,8 miljoen (2) Bijdrage aan activa in eigendom van derden 80,0 miljoen Materiële vaste activa: (3) IOR 13,1 miljoen Voorzieningen (4) Risico s businesscase en project 8,4 miljoen Kortlopende schulden (5) Onderhandenproject Spoorzone 35,7 miljoen 100

Toelichting: (1) FVA - vordering op OBS Deze post heeft betrekking op de financieringsrelatie tussen de gemeente en OBS. Het bestaat uit het saldo van verstrekte voorschotten, afgerekende projectonderdelen en de teruggeleende middelen inzake grondverwervingen. (2) FVA - bijdragen aan activa in eigendom van derden (tunnel) Dit betreft de financiële bijdrage die de gemeente heeft betaald aan de tunnel en die activeerbaar is. (3) MVA - IOR Investeringen in de openbare ruimte worden geactiveerd. (4) Voorziening risico s Deze voorziening is gevormd voor de risico s binnen de businesscase maar waarvan de voorziening bij de gemeente is gevormd. Ook is de voorziening bedoelt voor de risico s aan gemeentezijde. (5) Onderhandenproject Spoorzone Dit betreft het saldo van de grondverwervingen, reeds afgerekende projectonderdelen voorzover deze niet zijn geactiveerd en de van derden ontvangen projectinkomsten (bijdragen of verkopen). 9. Resumé: Totaaleffect van het project Spoorzone op het rekeningresultaat 2015 Het totaaleffect op het rekeningresultaat 2015 bestaat uit: Omschrijving Bedrag in 1.000 Effect begroting 2016 en verder 1. Vrijval van de voorziening voor het verlies 60.000 Ja, geen dotaties 2. Gedeeltelijke vrijval van de voorziening risico s 4.500 Nee 3. Vrijval voorziening tunnel door activeerbaarheid 5.000 Ja, kapitaalslasten 4. Toekomstige activeerbare betalingen tunnel 6.500 Ja, kapitaalslasten 5. Actualisatie businesscase en schoning balansposten 10.125 Nee Totaal voordelig effect 86.125 Reeds opgenomen bij de najaarsrapportage 2015 80.000 Aanvullend effect te verwerken in de jaarrekening 2015 6.125 Het effect is verwerkt op de doelstelling Bereikbare en gastvrije stad. Naast dit effect heeft de gemeente te maken met reguliere kosten aan de gemeentelijke kant ( contramal ). Deze (structurele) lasten zijn ook begroot. Dit betreft: Rentelasten op de aangetrokken externe (project)financiering ( 1,9 miljoen); Gemeentelijke taken waaronder begeleiding en samenwerking met OBS en advies- en onderzoekskosten ( 0,5 miljoen); Kapitaallasten van tot en met 2015 geactiveerde uitgaven IOR. 101

102

Grondbeleid Grondbeleid en doelstellingen Het grondbeleid is één van de middelen die de gemeente tot haar beschikking heeft om (ruimtelijke) doelstellingen te kunnen realiseren. Het grondbeleid is daarmee ondersteunend aan de verschillende beleidsvelden. De ruimtelijke invulling is dus afhankelijk van de doelstellingen vanuit de verschillende beleidsvelden (bijvoorbeeld Spoorzone, onderwijshuisvesting). Gegeven deze doelstelling streeft de gemeente naar het optimaliseren van de financiële uitkomsten. De financiële uitkomsten zijn in deze jaarrekening opgenomen in het hoofdstuk 3 leefbare stad onder de doelstelling bereikbare en gastvrije stad. Uitvoering van de nota grondbeleid In 2010 is de Nota grondbeleid gemeente Delft 2011-2014 vastgesteld door de Raad. In deze nota worden de kaders en uitgangspunten voor het grondbeleid van de gemeente Delft weergegeven. De gemeente is op drie manieren betrokken bij de uitvoering van de grondexploitaties: Actief en risicodragend, de gemeente treedt op als vervaardiger van bouwrijpe grond en verkoper daarvan. Voorwaarde voor deze rol is het hebben van een grondpositie. Een voorbeeld hiervan is het project Harnaschpolder Delft Woongebieden. De grondposities in Nieuw Delft zijn ook juridisch en economisch eigendom van de gemeente. Participerend en risicodragend, de gemeente faciliteert de planvorming en participeert in de ontwikkeling en de uitvoering. De uitvoering kan ondergebracht zijn in een zelfstandige juridische entiteit (voorbeeld Ontwikkelingsbedrijf Spoorzone BV), waarin de gemeente risicodrager is. Faciliterend, de gemeente faciliteert de planvorming in haar hoedanigheid als overheid. De ontwikkeling en uitvoering wordt overgelaten aan een private partij. In deze situatie heeft de gemeente geen of geen noemenswaardige grondpositie. Voorbeelden hiervan zijn TU Noord en TU Midden. Informatievoorziening Jaarlijks wordt het document MeerjarenProgramma Grondontwikkeling (MPG) opgesteld. Dit document geeft inzicht in de te verwachten resultaten per exploitatie. In het MPG wordt tevens per plan ingegaan op de specifieke planrisico s. De in het MPG benoemde risico s zijn ook opgenomen in de paragraaf weerstandsvermogen en lopen derhalve mee in de bepaling van het weerstandsvermogen van de gemeente Delft. De financiële gegevens zoals opgenomen in deze paragraaf zijn ontleend aan het MPG 2016-2019 welke gelijktijdig met de jaarrekening 2015 aangeboden wordt. Naast het MPG wordt ook jaarlijks het Tussentijds MeerjarenProgramma Grondontwikkeling opgesteld. Hierin worden de afwijkingen ten opzichte van het vastgestelde MPG gerapporteerd. Uitgangspunten, risico s en onzekerheden in de waardering van de grondexploitaties Inherent aan de waardering van grondexploitaties is het gebruik maken van schattingen en veronderstellingen over de verwachte kosten en opbrengsten over een langere (project) periode. De waardering van de grondexploitaties in deze begroting is gebaseerd op inzichten die ultimo 2015 als meest reëel werden geacht ten aanzien van meerjarige planning/fasering, parameters (prijsontwikkeling en rente) en huidige marktprijzen. Wijzigingen in de economische situatie en scenario s hierin, maar ook toekomstige wijzigingen op projectniveau, kunnen een (grote) invloed hebben op de uiteindelijke resultaten van de verschillende grondexploitaties. Ook beleidsmatige keuzes van de gemeente over programma, ontwikkeltempo, ontwikkelvolgorde, kwaliteitsniveau etc. zijn bepalend voor het verwachte resultaat op de grondexploitaties en hiermee de waardering. In de huidige voortdurende onzekere situatie van de vastgoedmarkt wordt het risicoprofiel van de projectenportefeuille (nog steeds) voor het grootste deel bepaald door risico s in de sfeer van gronduitgifte. De markt laat een licht herstel zien, maar is daarnaast beweeglijk. Gelet op het belang van de grondexploitaties Harnaschpolder, Voorhof Noord-West en Buitenhof worden deze exploitaties eerst nader toegelicht. De actualisatie van deze exploitaties laat overigens geen verslechtering zien ten opzichte van de 103

verwachtingen vorig jaar. Dat betekent dat de huidige verwachting over de uiteindelijke verliezen passen binnen de bandbreedtes zoals vorig jaar zijn becijferd. Een aanvulling op de verliesvoorziening is derhalve niet nodig. Harnaschpolder In de grondexploitatie Harnaschpolder bedraagt het aantal nog te realiseren woningen circa 420 woningen ten opzichte van in totaal circa 1300 woningen (looptijd tot 31 december 2020). Een belangrijke doelstelling van de Harnaschpolder is om te voorzien in het segment eensgezinswoningen in de middeldure en duurdere categorieën. De planning van de uitgifte is gebaseerd op externe adviezen over de uitgiftefasering. Van de uitgifte heeft circa twee derde betrekking op met ontwikkelaars gesloten ontwikkelovereenkomsten (bouwclaims). De overige uitgifte (één derde) betreft gemeentelijke kavels. De kavels voor particulier opdrachtgeverschap vallen hier ook onder. Op basis van de besluitvorming uit het MPG 2015-2018 is de ontwikkelingsstrategie aangepast van een meer passieve strategie naar een actieve benadering, waarbij ingespeeld kan worden op het lichte herstel dat zich aftekent in de woningmarkt. Bij deze strategie is destijds tevens de fasering van o.a. de appartementen en de vrije kavels geoptimaliseerd. We profiteren van het (voorzichtige) herstel op de woningmarkt. Daarom is de verwachte uitgifte voor zowel 2015 als 2016 hoger dan vorig jaar werd voorzien. De huidige planning van de uitgifte is als volgt: Voorhof Noord-West De Gemeente heeft in dit gebied overeenkomsten gesloten met ontwikkelaars. De ontwikkelaars realiseren in het gebied: Deelgebied Hovenpassage en de M.Nijhofflaan / Albert Heijn-locatie: Deelgebied Hovenpassage circa 47.225 m²/bvo (300 400 stuks) woningen, ca 1300 1600 parkeerplaatsen en 200m² fietsenstallingen;9.000 m²/bvo winkels, horeca en dienstverlening (waarvan 4.500 m²/bvo als verplaatsing/vervanging. M.Nijhofflaan / Albert Heijn-locatie Woningen (ruim 200 appartementen), ruim 500 parkeerplaatsen en circa 6.000 m²/bvo winkelruimte. De gemeentelijk uit te geven grond is 1.733 m² (Hovenpassage) en 3.549 m² (Albert Heijn-locatie). Buitenhof Het programma bestond uit de realisatie van een nieuwe sporthal, starterswoningen, studentenwoningen en vrije sector huurwoningen. Het ontwikkelgebied is onderverdeeld in 3 bouwvelden; Veld A, B en C. Voor veld C is sprake van 1 multifunctioneel gebouw met een nieuwe sporthal en 88 studentenwoningen (gerealiseerd). In veld A is sprake van 52 koopwoningen variërend van beneden-bovenwoningen tot eengezinswoningen en een enkele studio (gerealiseerd). Voor veld B (de locatie van de oude sporthal) staan ruim 260 starterwoningen gepland. 104

Parameters De in de calculaties gehanteerde parameters zijn weergegeven in onderstaande tabel: De kostenstijgingen zijn gebaseerd op externe bronnen zoals het CBS. De opbrengstenstijging is per project vastgesteld, mede gebaseerd op externe bronnen. Grondprijzen en effect op de resultaten Harnaschpolder De raming van de grondopbrengsten in het project Harnaschpolder is gebaseerd op de gesloten ontwikkelovereenkomsten, grondafnameovereenkomsten en marktinschattingen van makelaars over zowel de te realiseren Vrij Op Naam (VON)-prijzen als de grondprijs per m² voor de gemeentelijke kavels. Dit is vertaald naar ramingen van de te realiseren grondopbrengsten. De einddatum is gesteld op 31-12-2020 (niet gewijzigd). In de berekening van het projectresultaat is rekening gehouden met een opbrengstontwikkeling van jaarlijks 1%. Dit is een inschatting op dit moment. Indien echter sprake is van een negatieve marktontwikkeling (prijsdaling) van jaarlijks 2%, is de EindWaarde (EW) 1,4 miljoen slechter. Indien sprake is van snel marktsherstel (prijsstijging) van jaarlijks 5%, is de EW 2,6 miljoen beter. Voorhof Noord-West De ramingen van de opbrengsten in het project Voorhof Noord-West zijn gebaseerd op de met de ontwikkelaars gesloten overeenkomsten en gemaakte afspraken. Buitenhof De ramingen van de opbrengsten in het project Buitenhof zijn gebaseerd op de met de ontwikkelaar gesloten overeenkomsten en gemaakte afspraken. Bandbreedte van de resultaten Het uiteindelijke projectresultaat zal zich binnen een bepaalde bandbreedte begeven. In de jaarrekening 2015 is voor de bepaling van de omvang van de (verlies)voorziening uitgegaan van de verwachte eindwaarden zoals opgenomen in onderstaande tabel: 105

Fasering grondexploitatieresultaten Bouwgronden in Exploitatie Bedragen x 1.000 Saldo eindwaarde Winst/Verlies 2020 2021 Harnaschpolder Delft woongebieden -32.711 verlies -32.711 Voorhof Noord-West -637 verlies -637 Buitenhof omgeving sporthal pm winst Voorraad bouwkavels pm winst Totaal projecten -33.348 0-32.711-637 0 De bandbreedte waarin het projectresultaat vermoedelijk zal begeven blijkt uit onderstaande figuren: Figuur Bandbreedte van eindwaarde Harnaschpolder Bij het bepalen van de te vormen voorziening voor het verlies is uitgegaan van een eindwaarde van 32,7 miljoen nadelig (eindwaarde 2020). De actualisatie nu leidt tot een lichte bijstelling van deze verwachte waarde naar 32,4 miljoen. De voorziening wordt voorzichtigheidshalve gehandhaafd op het huidige niveau. Enerzijds omdat voor het eerst sprake is van een positieve bijstelling van de verwachting, anderzijds omdat in de ramingen geen rekening is gehouden met een budget voor onvoorziene afwijkingen op de grondopbrengsten. 106

Figuur Bandbreedte van eindwaarde Voorhof Noord-West Bij het bepalen van de te vormen voorziening voor het verlies is uitgegaan van een eindwaarde van 0,6 miljoen nadelig. De actualisatie nu leidt tot een lichte bijstelling van deze verwachte waarde. De voorziening wordt voorzichtigheidshalve gehandhaafd op het huidige niveau. Enerzijds omdat voor het eerst sprake is van een positieve bijstelling van de verwachting, anderzijds omdat in de ramingen geen rekening is gehouden met een budget voor onvoorziene afwijkingen op de grondopbrengsten. Het project Buitenhof sluit met een positieve eindwaarde waardoor geen voorziening nodig is. Jaarresultaat 2015 Het begrote resultaat (per saldo last) voor het jaar 2015 bedraagt 1,1 miljoen nadelig. Het werkelijke resultaat (per saldo last) voor het jaar 2015 bedraagt 0,9 miljoen nadelig. Derhalve is sprake van een voordelig resultaat op de begroting van 0,2 miljoen. Het resultaat is als volgt opgebouwd: Grondexploitatieresultaten 2015 Bedragen x 1.000 Begroting 2015 Realisatie 2015 Verschil Oprenting voorziening nadelige saldi MPG last 1.064 1.064 - Incidentele baten en lasten grondbedrijf last 75-154 -229 subtotaal 1.139 910-229 Afsluiting van projecten: N.v.t Resultaat grondexploitaties 1.139 910-229 Voorstel tot afrekening met algemene reserve (ivm samenvoegen) - - - Resultaat grondexploitaties na bestemming 1.139 910-229 Op basis van het MPG 2015-2018 is de omvang van de voorziening nadelige saldi MPG bepaald. De waardering van de voorziening vindt plaats tegen contante waarde. De gemeentelijke omslagrente wordt tevens gehanteerd als disconteringsvoet. Deze bedraagt in het MPG 2015-2018 4%. Om er voor te zorgen dat de voorziening op eindwaarde c.q. bij afsluiting van het project toereikend is, dient de voorziening jaarlijks opgerent te worden (met 4%). Met deze last is in meerjarenperspectief rekening gehouden. Na 2020 zal deze last aanzienlijk afnemen vanwege de verwachte afsluiting van de grondexploitatie Harnaschpolder. 107

Aankondiging wijziging verslaggevingsvoorschriften grondexploitaties De commissie BBV is voornemens om richtlijnen te verstrekken voor de berekeningswijze van de rekenrente. Het voorstel is om de rente te bepalen op het gemiddelde rentepercentage van de leningenportefeuille, rekening houdend met de verhouding eigen vermogen / vreemd vermogen. Dit voorstel zal met ingang van 2016 leiden tot een verlaging van de rekenrente. Het totale effect op de financiële positie en het gemeentelijk financieel meerjarenbeeld is gedurende de looptijd van de projecten nagenoeg neutraal. Omdat de commissie BBV de gemeente erop wijst dat de voorgenomen maatregelen gevolgen kunnen hebben voor de begroting 2016, heeft in de programmabegroting 2016 e.v. methodisch doorberekening plaatsgevonden met 3,13%. Hiermee wordt voorkomen dat in de toekomst een eventuele begrotingswijzing op dit onderdeel doorgevoerd moet worden. Vennootschapsbelasting Met ingang van 1 januari 2016 wordt de wet vennootschapsbelasting ingevoerd voor ondernemingen van overheden. Het grondbedrijf kan ook kwalificeren als onderneming. De invoering van de wet is complex. Daarom wordt landelijk een handreiking opgesteld. De handreiking is verschenen in november 2015. Met de handreiking kan de implementatie worden afgerond. De waarde van de activiteiten op de fiscaal op te stellen (openings-)balans is zeer bepalend voor de uiteindelijke omvang van de fiscale waardeontwikkeling. Alleen de waardeontwikkeling vanaf 1 januari 2016 wordt in de fiscale winstbepaling betrokken. Een historische boekwaarde volgens de gemeentelijke boekhouding en BBV verslaggevingsregels, lijkt daarmee niet relevant. Hierdoor is de verwachting dat de fiscale winst over 2016 beperkt zal zijn. Namelijk alleen een eventuele waardeontwikkeling in 2016 zelf. Aangezien de toekomstige waardeontwikkeling ongewis is, blijft de fiscaliteit een onzekere factor. Ontwikkeling boekwaarde In onderstaande tabel is het verloop van de boekwaarde en de voorziening nadelige saldi MPG weergegeven: Onderhanden werk bedragen * 1.000,- Boekwaarde Voorziening Stand Mutatie Afboeken Stand Aantal Waarde Stand Stand Omschrijving 01-01-2015 Lasten Baten boekjaar in 2015 31-12-2015 m2 per m2 01-01-2015 rente onttrekking 31-12-2015 Niet in exploitatie genomen bouwgronden - - Vulcanusweg, de Boer 463 21 343-322 141 9.290 15 - - Kruisstraat 71 171 42 42 213 1.525 140 - - Totaal niet in exploitatie genomen 634 63 343-280 354 - - bouwgronden - In exploitatie genomen bouwgronden Harnaschpolder Delft 49.402 4.754 9.030-4.276 45.126 25.851 26.885 1.034 - Voorhof Noord-West 2.744 861 281 580 3.324 483 19-502 Buitenhof omgeving Sporthal -226 34 34-192 - Voorraad Bouwkavels -236-4 -4-240 - Uit te voeren werken afgesloten exploitaties 271 11 198 84 Totaal in exploitatie genomen bouwgronden 51.684 5.645 9.311-3.666-48.018 26.605 1.064 198 27.471 Totaal onderhanden werk 52.318 5.708 9.654-3.946-48.372 - - 26.605 1.064 198 27.471 Actieve grondexploitatie: Systematiek van winstneming Actieve grondexploitatie houdt in dat de gemeente gronden bouwrijp maakt en vervolgens verkoopt. Op het moment van verkoop (juridische levering) kan dus een resultaat worden verantwoord. De gemeente Delft heeft nog een aantal posities die bij verkoop een boekwinst kunnen genereren. Het betreft onder meer de volgende posities Kavel Kruisstraat Kavel Vulcanusweg Bedrijfskavels Tanthof en Ypenburgse Poort Locatie Buitenhof De opbrengst wordt pas gerealiseerd bij de juridische levering. In het financieel meerjarenperspectief is met deze winsten voorzichtigheidshalve nog geen rekening gehouden. 108

Actieve grondexploitatie: Systematiek van verliesneming De uitvoering van de grondexploitatie kan ook verliesgevend zijn of gedurende de uitvoering door omstandigheden verliesgevend worden. Op basis van de ramingen (haalbaarheidsstudies of vastgestelde grondexploitaties) wordt het verwachte verlies afgedekt met een voorziening. De voorziening wordt gevormd op het moment van besluitvorming over het project of op het moment dat de verliezen niet meer voorkomen kunnen worden. Minimaal jaarlijks wordt de inschatting van het verwachte verlies gedetailleerd geactualiseerd. Deze actualisatie leidt dan tot bijstelling van de voorziening. Daarnaast wordt voor het t-mpg ook een verwachte indicatie afgegeven op basis van de bekende afwijkingen op dat moment. De gemeente Delft heeft twee grondexploitaties in uitvoering die naar verwachting met een nadelig resultaat zullen worden afgerond. Het betreft de grondexploitaties Harnaschpolder en Voorhof Noord-West. Voor de verwachte verliezen is een voorziening gevormd. De voorziening is gebaseerd op de verwachte basisuitkomst Maar het werkelijke projectresultaat kan hiervan afwijken wat resulteert in aanvullende te treffen voorzieningen. Participerende grondexploitatie Naast actieve grondexploitaties participeert de gemeente alleen nog in het Ontwikkelingsbedrijf Spoorzone (OBS). Voor deze participatie geldt dat de gemeente geheel verantwoordelijk is voor het financieel tekort op deze exploitatie. De Spoorzone wordt nader toegelicht in o.a. de paragraaf weerstandsvermogen. Reserveontwikkeling en het weerstandsvermogen De gemeente heeft voor de verrekening van de resultaten van de grondexploitatie een verbijzonderde algemene reserve, de Algemene reserve gebiedsontwikkeling. Onderstaande tabel geeft inzicht in het verloop van de ARG. Algemene reserve Gebiedsontwikkeling Bedragen x 1.000 2015 Stand Algemene reserve Gebiedsontwikkeling per 1 januari -7.037 Aanzuiveren saldo (najaarsrapportage) 7.037 Stand Algemene reserve Gebiedsontwikkeling 31 december - Uit de interne risicoanalyse blijkt dat de volgende factoren de hoogste impact kunnen hebben op het financiële resultaat van de grondexploitaties: Risico als gevolg van het niet realiseren van het geprognosticeerde afzettempo waardoor extra financieringsrente en plankosten ontstaan; Risico dat de geprognosticeerde woningtypen niet afzetbaar blijken en daardoor een lagere grondprijs wordt gerealiseerd of in het geheel niet; Risico van afwijkende parameters zoals financieringsrente, kostenstijging en opbrengstenstijging; Risico dat de kostenramingen, na verdere uitwerking en vertaling naar besteksniveau, niet volledig of ontoereikend zijn. De maximale impact van de risico s op alle projecten (risico minus kansen) is becijferd op: 10,0 miljoen nadelig. Indien rekening wordt gehouden met de kans van optreden bedraagt de bruto impact 2,9 miljoen. Voor het project Harnaschpolder geldt aanvullend nog de gevoeligheid van de opbrengsten voor de inflatieontwikkeling, zoals toegelicht in de paragraaf grondprijzen en effect op de resultaten. Met deze risico s dient in het gemeentelijke weerstandsvermogen rekening te worden gehouden. 109

Onderhoud kapitaalgoederen Beheer en onderhoud van de Openbare Ruimte is een kerntaak van de gemeente Delft. Een goede openbare ruimte draagt bij aan het welzijn en veiligheid van de bevolking. Daarnaast is een functionele en goed onderhouden openbare ruimte van groot economisch belang en draagt deze er toe bij dat Delft een aantrekkelijke plaats is om te wonen, recreëren, en te werken en investeren. Om de openbare ruimte te beheren en te onderhouden is arbeidstijd en/of zijn financiële middelen noodzakelijk. Voor beide zaken, zowel tijd als geld, is het van essentieel belang dat bekend is wat het beheerareaal is, wat de onderhoudstoestand van het beheerareaal is en hoe de kwaliteit zich de afgelopen jaren ontwikkeld heeft. De paragraaf kapitaalgoederen gaat over het onderhoudsniveau van kapitaalgoederen in de openbare ruimte of ten behoeve van het openbaar belang. Kapitaalgoederen zijn investeringen met een langdurig economisch of maatschappelijk nut en kunnen worden onderverdeeld in drie categorieën: - infrastructurele kapitaalgoederen zoals wegen, riolering en kunstwerken; - voorzieningen zoals openbaar groen; - gebouwen. In deze paragraaf wordt ingegaan op de kwaliteit, de wijze van onderhoud en de daarvoor aangewende financiële middelen. Omdat kapitaalgoederen een meerjarig nut kennen wordt het onderhoud structureel gepland aan de hand van beleidskaders en beheerplannen. Op grond van de staat van onderhoud worden met behulp van beheerplannen keuzes gemaakt in de instandhoudingscyclus, de (her)inrichtingscyclus en de daarvoor benodigde middelen. Door de noodzaak van bezuinigingen zijn zowel de technische- als beeldkwaliteitsniveaus van de kapitaalgoederen naar beneden bijgesteld tot op een niveau waarop de voorzieningen functioneren en er geen kapitaalvernietiging ontstaat. De bijstellingen van deze niveaus zijn verwerkt in de vastgestelde beheerplannen. In 2015 is het beheerplan Groen en water vastgesteld. Het beheerplan waterwegen en oevers is hiermee komen te vervallen: de constructieve oevers zijn opgenomen in het in 2014 vastgestelde beheerplan Civiele constructies. Water en de (niet beschoeide) oevers zijn opgenomen in het beheerplan Groen en water. Hiermee is een betere samenhang ontstaan tussen de verschillende beheerdisciplines. Overzicht beheerplannen Door de raad vastgesteld (jaar) Looptijd t/m (jaar) Financiële vertaling in begroting (ja / nee) Financiering via Reserve / Voorziening / Exploitatie (R / V / E) Achterstallig onderhoud (ja / nee) Wegen 2014 2018 ja E/R nee Riolering 2011 2016 ja R/V/E nee Waterwegen en oevers 2011 2015 ja E/R nee Groen en water 2015 2019 ja E/R nee Civiele constructies 2014 2018 ja E/R nee Begin 2013 is het beheerplan beeldkwaliteit openbare ruimte door het college vastgesteld. Hierin is een integraal afwegingsmodel opgenomen om de samenhang tussen de verschillende disciplines op beeldkwaliteit en middelen te kunnen beoordelen. In 2015 is een nieuw integraal beheersysteem aangeschaft. Hierdoor vindt betere afstemming tussen en beheersing van de beheerdisciplines plaats. Daarnaast zijn er verschillende schouw- en inspectierondes voor de vaststelling van de onderhoudsgesteldheid van (objecten) in de openbare ruimte. Per beheerdiscipline wordt aangegeven wat de stand van zaken is. 110

Wegen Het beheerplan wegen 2015-2018 is in 2014 vastgesteld door het college. Het beoogde kwaliteitsniveau van het areaal is ten opzichte van het vorige beheerplan niet bijgesteld. De inzet van de middelen blijft gericht op minimale instandhouding, functionaliteit en het voorkomen van kapitaalvernietiging. De vanaf 2011 ingezette bezuinigingsmaatregelen zijn als eerste zichtbaar geworden in de elementenverharding (meer oneffenheden) en zijn harder doorgezet dan verwacht. Voor 2015 e.v. is het budget dan ook verhoogd. Daarnaast is extra geld beschikbaar gesteld voor de onderhoudskosten van de Harnaschpolder en de Spoorzone. Wegen Begroting na wijziging Realisatie Saldo Totaal 3.389 3.354 35 Civiele kunstwerken In 2014 is het nieuwe beheerplan Civiele Constructies 2015-2018 vastgesteld door het college. Dit beheerplan is een samenvoeging van het beheerplan Kunstwerken en het onderdeel constructieve oevers uit het beheerplan Waterwegen. De inzet van de middelen is gericht op minimale instandhouding, functionaliteit en het voorkomen van kapitaalvernietiging. In de begroting zitten de kosten voor klein- en grootonderhoud, administratieve lasten en beleid en beheer. Vanwege grote variatie in vervangingskosten vindt vereffening van de jaarschijven 2012 t/m 2014 plaats via de reserve openbare ruimte. Er is momenteel geen sprake van grootschalig achterstallig onderhoud. Het negatieve resultaat wordt veroorzaakt door de St. Sebastiaansbrug. In deze jaarrekening worden de voorbereidingskosten uit de basculebrugfase (2007 tm 2012) in één keer afgeboekt. Door deze boeking nu, volgen op termijn minder kapitaallasten. Het gaat hier feitelijk alleen om op welk moment welke lasten worden verantwoord, binnen het door de raad vastgestelde krediet. Civiele kunstwerken Begroting na wijziging Realisatie Saldo Totaal 2.543 4.898-2.355 Water / oevers Het doel van het oeverbeheer is het in stand houden van goed functionerende scheidingen tussen land en water op een milieu- en natuurvriendelijke wijze. Begin 2012 is het beheerplan oevers opgesteld. Hierin zijn zowel de (constructieve) oevers als alle waterwegen opgenomen. In 2014 is het nieuwe beheerplan Civiele Constructies 2015-2018 vastgesteld. Het onderdeel constructieve oevers is opgenomen in dit plan. Vanaf 2016 worden de kosten voor de niet beschoeide oevers en het water opgenomen in het in 2015 vastgestelde beheerplan groen en water. Vanaf 2016 wordt dit samengevoegd met het onderdeel Groen. In de begroting zijn kosten opgenomen voor onderhoud aan grachten en watergangen, baggerwerkzaamheden en het waterdossier. Er is momenteel geen sprake van grootschalig achterstallig onderhoud. Water/ Oevers Begroting na wijziging Realisatie Saldo Totaal 171 144 27 Groen Het openbaar groen is een beeldbepalend onderdeel van de openbare ruimte en het visitekaartje van de gemeente Delft. In 2015 is het beheerplan groen geactualiseerd. De onderdelen water en (niet beschoeide) oevers zijn vanaf 2016 in dit beheerplan opgenomen Het beleid is gericht op duurzaam en structureel beheer en onderhoud van het groen in Delft. Hierbij wordt ook gekeken naar de langere termijnvisie voor de vervanging van bomen. Bij de inspectie van het bomenbestand is gebleken dat er een groot 111

aantal risicobomen zijn. De aanpak hiervan heeft vertraging opgelopen waardoor het budget hiervoor in 2015 niet is besteed. Groen Begroting na wijziging Realisatie Saldo Totaal 4.133 3.747 386 Riolering Het uit te voeren beheer en onderhoud van de gemeentelijke riolering is bepaald aan de hand van het in 2011 vastgestelde Verbreed-GRP. Binnen dit V-GRP is er naast de aandacht voor de afvalwaterzorgplicht (de duurzame instandhouding van het rioolstelsel) tevens aandacht voor de hemelwaterzorgplicht en de grondwaterzorgplicht. Doordat niet voldoende inzichtelijk is wat de feitelijke onderhoudsstaat van een deel van het riool is (verloren gegane inspectiegegevens) blijven de investeringen achter. De kosten voor exploitatie (dagelijks beheer en onderhoud) nemen daardoor toe. Extra onderzoek is noodzakelijk voor het definitieve uitvoeringsprogramma kan worden vastgesteld. De looptijd van het GRP is hierom in 2015 met één jaar verlengd. In het in 2016 vast te stellen nieuwe GRP wordt de opgelopen achterstand meegenomen. De op dit moment voorziene vervangingspiek in de komende jaren zal een tariefstijging noodzakelijk maken. Riolering Begroting na wijziging Realisatie Saldo Totaal 10.754 10.902-148 Reserve Openbare Ruimte In de bestemmingsreserve Openbare Ruimte zijn budgetten opgenomen voor grote incidentele uitgaven die niet opgevangen kunnen worden in de exploitatie. Er is budget gereserveerd voor het baggeren van de Zuidkolk, het ophogen van de kade Dijkhoornseweg, OV-toon frequentieregeling en de aanpak van bomen. Gebouwen (exclusief onderwijsgebouwen) Kaders Onderdeel van het beheer van gemeentelijke gebouwen is het uitvoeren van (planmatig) onderhoud. De kaders waarbinnen dit onderhoud in 2015 is uitgevoerd zijn: waarborging van de veiligheid; voorkoming van gevolgschade; correctief, preventief en esthetisch onderhoud; doelmatige instandhouding. Met in acht name van deze kaders zijn de gebouwen geïnspecteerd en is op basis van deze inspectie een meerjaren onderhoudsplanning (MOP) gemaakt. De planning Deze onderhoudsplanning is financieel vertaald en verwerkt in de begroting 2010-2015. Daarbij is in de begroting gerekend met een gemiddelde onderhoudslast. In werkelijkheid fluctueert het onderhoudsvolume. Jaarlijks wordt een schouw uitgevoerd. De schouw en de planning vormen de basis voor de concrete jaarplanning. De concrete jaarplanning kan dus afwijken van de ramingen volgens de MOP. De realisatie De gemiddelde onderhoudslasten bedragen 2,6 miljoen. Per 31 december 2015 is voor 2,6 miljoen aan onderhoudswerkzaamheden uitgevoerd. De werkelijke onderhoudslasten liggen hiermee circa 70.000 onder de gemiddelde onderhoudslasten. Voor een bedrag van circa 430.000 is sprake van onderhoudsopdrachten 2015 waarvoor in 2016 de feitelijke uitvoering zal plaatsvinden. Het later uitvoeren van de geplande werkzaamheden heeft overigens geen nadelige gevolgen voor de onderhoudsstaat van de gebouwen. Het resultaat op het vastgoedbedrijf mag op grond van de financiële verordening worden verrekend met de daartoe bestemde egalisatiereserve. Dit betekent dat alle afwijkingen in de exploitatie ten opzichte van de (gemiddelde) begroting worden toegevoegd of onttrokken aan de reserve Vastgoed. 112

Regievoering door Delft De nota rolneming gemeente Delft De nota rolneming 2016-2020 vasthouden en loslaten is vastgesteld. Deze volgt de regienota uit 2011 op. De nieuwe nota geeft een kader om keuzes maken in rolneming, die keuzes in praktijk te gaan brengen en de consequenties daarvan helder krijgen. Delft is een moderne gemeente die zich met behulp van de overheidsparticipatietrap bezint op welke taak bij wie thuishoort. De overheidsparticipatietrap onderscheidt vijf rollen: reguleren, regisseren, stimuleren, faciliteren en loslaten. Op de hoogste trede reguleren is de overheidsrol 100%, onder de laagste trede is hij 0%. De gekozen rol moet passen bij - de visie op -de taakopdracht. Per definitie is de rolneming van de gemeente in de samenleving divers. We hebben twee uitgangspunten: (a) Het gaat om de stad: De gemeente moet voortdurend inspelen op de kracht van de stad: hoe kan deze worden benut, ontvouwd, vergroot en wat kan de stad aan. (b) De gemeentelijke rol verschilt per (maatschappelijk) vraagstuk: De gemeente kiest bewust welke positie ze inneemt, waarbij de gewenste maatschappelijke effecten voorop staan. Vanuit deze twee uitgangspunten kiezen we per taak/opgave voor een zo laag mogelijke rol op de overheidsparticipatietrap, waardoor maximale ruimte ontstaat voor de samenleving. Vanaf 2016 wordt deze paragraaf omgedoopt tot Rolneming door Delft, waar regisseren dan een van de subparagrafen in is. Regievoering door Delft De veranderende rol van de overheid De gemeente is al gewend om met evalueerbare doelen te werken, opgenomen in Bestuursprogramma en programmabegroting. We werken aan opgavensturing: herkenbare doelen die uitnodigend zijn om op samen te werken en gewenste resultaten te bereiken. De verandering is een gezamenlijke opgave van ambtenaren, college, raad, stad en regio. Op basis van de praktijkervaring in de diverse samenwerkingsrelaties blijkt de rol van de gemeente op vrijwel alle terreinen (verder) te veranderen. De gemeente wil zich minder zelfstandig opstellen. We zien daarnaast dat de variatie in rolneming per opgave groeit. De gemeente zal meer balanceren met deze verscheidenheid aan rollen. Bij stimuleren, faciliteren en loslaten is strategische samenwerking een belangrijke basis en worden instrumenten ingezet als (stimulerings)subsidie, leningen en garantie. We wijzen ook op het ontstaan van coöperaties. Bij loslaten is lef nodig: ruimte geven voor eventuele mislukking. Bij reguleren en regisseren zijn de volgende instrumenten voorhanden: Regelgeving (en regeldruk verminderen), prestatiesubsidie, opdrachtgeverschap (bij verzelfstandigen/ uitbesteden), toezicht (bij verbonden partijen), verbindende rol naar partijen die afzonderlijk de gestelde opgave niet tackelen. Voor het aangaan (en de evaluatie) van deelname in verbonden partijen hanteren we een besliskader. Om ons als moderne gemeente verder te ontwikkelen willen we ons rolbewustzijn vergroten en inspireren tot samenspel in stad en regio. Het afwegen van de gemeentelijke rol maken we tot een bewuster proces. Daarom maken we voortaan bij elk onderwerp een afweging op welke trede op de overheidsparticipatietrap we ons nu bevinden en waar we naartoe willen en schrijven dat op in elke beleidsnota en programmabegroting. Om partijen te mobiliseren passen we participatieve werkwijzen toe, geven vorm aan samenwerkingsafspraken zoals innovatief en zakelijk partnerschap en regionale taakverdeling rond verbonden partijen. Met elkaar creëren we een leeromgeving, waarin we samen de verandering doormaken. Bovenstaande is nog wat vooruitkijken op basis van de vastgestelde nota rolneming. Hierna geven we aan welke voortgang in 2015 is geboekt met verzelfstandigingen en samenwerkingen. 113

De verzelfstandigingsagenda per 2015: Speerpunten Ontwikkeling regieorganisatie stadsbeheer Actuele status en uitwerkingsrichting Het gemeentelijk Stadsbeheer zal zich geleidelijk (in een periode van 10-15 jaar) ontwikkelen naar een regie-organisatie met uitvoering op afstand. Het implementatieplan wordt verder uitgevoerd. Verschillende trajecten lopen. Onderzoek verzelfstandiging van begraafplaatsen volgt nu een alternatief traject met vervolgstappen in 2016. Outsourcen werkzaamheden in de openbare ruimte en in wijken (deels bij Werkse!) loopt. Overdracht gladheidsbestrijding aan Avalex is afgerond. Voor het Sportbedrijf (binnen- en buitensportaccommodaties) vindt nog onderzoek plaats; deze verzelfstandiging staat voor over enkele jaren op de agenda. Make or Buyafwegingen operationele bedrijfsvoeringstaken Zwembad Museum Prinsenhof Positie Toegang sociaal domein Integraal exploitatiebedrijf parkeren VAK NME Kinderboerderijen Voor de operationele en specialistische bedrijfsvoeringstaken worden marktverkenningen uitgevoerd en mede op basis daarvan worden keuzes gemaakt of we die taken zelf blijven doen, laten doen of in samenwerking gaan uitvoeren. Kostenbeheersing, kwaliteitsverbetering en kwetsbaarheid zijn bij die afwegingen belangrijke aspecten. Denk hierbij onder andere aan: salarisadministratie, basisregistratie e.a. specialistische expertises. Verzelfstandiging van het zwembad zit in een fase van onderzoek en overleg met Sportfondsen. Op dit moment wordt onderhandeld over sociaal plan, daarna definitieve besluitvorming. Deze verzelfstandigingsopdracht is een tijd geleden geparkeerd. Eerst moeten de randvoorwaarden in orde zijn om tot verzelfstandiging over te gaan. Daar wordt aan gewerkt. De verwachting is dat we in 2017 een verzelfstandiging weer kunnen gaan onderzoeken. Bij een positieve uitkomst duurt realisatie dan nog enkele jaren. Als eerste stap wordt in 2016 een visie op de toekomst van Museum Prinsenhof opgesteld. Er is in 2015 een gemeentelijke toegangsorganisatie ingericht voor het ondersteunen van mensen en gezinnen met een hulp- en/of ondersteuningsvraag. In het voorjaar van 2016 wordt het eerste jaar geëvalueerd. In 2017 komen scenario s beschikbaar voor besluitvorming over de toekomstige organisatievorm. Implementatie volgt daarna. In 2015 zijn twee scenario s onderzocht om de uitvoering van het parkeerbeleid bij één partij onder te brengen. Dit heeft geleid tot een voorgenomen besluit om deze uitvoering door Parking Delft te laten doen. Definitieve besluitvorming volgt. De VAK heeft vanaf 2014 een proces doorgemaakt van reorganisatie en financiële gezondmaking. De lijn is nu overgang van een deel van de organisatie VAK naar DOK. Voor de rest van De VAK houdt het dienstverband op te bestaan. De docenten die hun baan verliezen kunnen hun beroep voortzetten als ZZP-er en lid worden van een op te richten coöperatie. De gemeente gaat een subsidierelatie aan met deze coöperatie. De gemeente heeft de exploitatie van de voorzieningen Kinderboerderijen, waterspeeltuinen, De Papaver en Natuur en Milieueducatie/ Communicatie (NME/KB/WS) met de daarbij behorende activiteiten over gedragen aan een stichting. Dit zonder subsidie en met overnemen van deel van het personeel. 114

VTH taken Wabo Soms blijkt dat zelf blijven doen goedkoper is: medio 2014 is een studie verricht naar de uitvoering van de vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) taken binnen het omgevingsrecht (Wabo). In deze studie zijn verschillende scenario s van zelf doen tot verdergaande regionale samenwerking onderzocht. Bestuurlijk is gekozen voor het zelf doen en te streven naar een steeds intensievere samenwerking op regionaal niveau. Dit scenario kwam op lagere kosten uit dan de verdergaande opties van regionale samenwerking. Samenwerken vanuit regie per 2015: Bij regisseren richt de gemeente zich op samen werken met maatschappelijke partners en sturen binnen de democratisch vastgestelde kaders. Onderstaand een overzicht van door te ontwikkelen samenwerkingsvormen vanuit een regisserende rol van de gemeente c.q. gemeenten in onderlinge samenwerkingsverbanden. Doelstellingen Sterke economie Werk en economische zelfstandigheid Sterke samenleving Zorg en ondersteuning Aantrekkelijke stad Bereikbare en gastvrije stad Goede openbare ruimte Duurzame stad Veilige stad Dienstverlenende gemeente samenwerkingsvormen SCMD (stichting centrum management Delft), MRDH, EPZ,, Zuidvleugel, IQ (Innovation Quarter). Innovatief en zakelijk partnerschap. Werkse! positioneren vanuit eigen beleidskader (n.a.v. werken naar vermogen). Arrangementen via prestatiecontracten met uitvoeringspartners (op regionaal niveau) Voor Volwasseneneducatie opdrachtgever. Innovatief en zakelijk partnerschap. Herfasering woonvisie, regionale programmering, betrekken van netwerken rond kenniswerkers Ruimte voor de markt binnen woonvisie en bestemmingsplannen. Preventief jeugdbeleid meer vormgeven in partnerschap Verbeteren ketenregie, samenhang 3 sociale portefeuilles. Prestatieovereenkomsten, innovatief en zakelijk partnerschap. Opdrachtgeven via inkoop/subsidie. Inkoop H4, H10. Versterking regionale samenwerking Archief Uitwerken regierol parkeren MRDH Regieorganisatie stadsbeheer: Opdrachtgeverschap/aanbesteding Convenant klimaatneutraliteit De ketenaanpak veiligheid Versterken regie op integratie/afstemming loketten in de stad (sociaal domein). Opdrachtgeven: Avalex en ODH. 115

Samenwerken vanuit gelijkwaardig partnerschap per 2015: Op andere treden van de participatietrap passen samenwerkingsvormen vanuit meer gelijkwaardige posities. In onderstaand overzicht staan Delftse voorbeelden die mogelijk verder ontwikkeld kunnen worden door tussen beleidsterreinen ervaringen te delen. Doelstellingen Sterke economie samenwerkingsvormen Platform Economische ontwikkeling DTP (Delft technology partners) CTD (clean tech delta) MD (medical delta) Holland Instrumentation De TU-D met zijn eigen economische agenda Startersnetwerk van VP-Delta (Valorisatieprogramma Deltatechnologie en Water) Biobased Delta Zuid-Holland Werk en economische zelfstandigheid Sterke samenleving Zorg en ondersteuning Overige doelen Voortzetten pact tegen armoede (goede doorverwijzing) MVO platform WerkWaardig Innovatieagenda sociaal domein Nieuwe partnerships met ROC s en TU. Samenwerkingsovereenkomst onderwijs, met gezamenlijke ontwikkelagenda Ontwikkeling sociale teams/toegang Doorontwikkeling Sociaal Platform Nader te specificeren Geformaliseerde samenwerkingsverbanden De gemeente Delft heeft met veel organisaties (lokaal of regionaal) financiële en/of bestuurlijke banden. Dit wordt beschreven in de volgende subparagrafen: A. Regionale Samenwerking B. Deelnemingen, lokaal en regionaal C. Subsidies aan lokaal werkzame maatschappelijke instellingen 116

A. Regionale samenwerking Delft als sterke stad in netwerken Regionale samenwerking is een voorwaarde om doelen zoals geformuleerd in het bestuursprogramma en de programmabegroting te realiseren, Voorbeelden zijn, het verbeteren van de werkgelegenheid en het op peil houden van de voorzieningen. De bevolking, de bedrijven en instellingen van Delft varen er wel bij. De dynamiek op het speelveld van de regio blijft onverminderd hoog. Oude bestuurlijke constructies hebben plaats gemaakt voor nieuwe. Delft speelt hierin zijn rol op meerdere borden. Versterking van de economische vitaliteit in de Zuidvleugel (via Zuidvleugel, Innovation Quarter, MRDH). Randvoorwaardelijke investeringen in verkeer en vervoer, via de MRDH/Vervoersautoriteit (en de relatie daartussen) en de afbouw van Haaglanden; Nieuwe samenwerking in het Sociaal Domein op verschillende schaalniveaus, van lokaal, samen met Rijswijk, Midden-Delfland en Westland tot samen met de Haaglanden-gemeenten Herinrichting van de regionale samenwerkingsverbanden met betrekking tot natuur en recreatie; Strategische samenwerking met Leiden (bondgenoot in de Zuidvleugel) Deze dynamiek kennen we. Uit analyse (bureau Louter, 2013) blijkt dat de grote vraagstukken die spelen voor Delft (m.n. het economische ticket en het sociaal domein) een groter schaalniveau vragen dan de stad en vragen om samen op trekken met (buur)gemeenten en strategische partners. Dit vergt de komende jaren nog meer dan ooit nadruk op een verbindende rol van Delft op de verschillende schalen (en tafels) in de regio. Dit vergt ook nadrukkelijk een intensief samenspel tussen raad, college en ambtelijke organisatie in (lokale en) regionale netwerken. Het adviesrapport Delft Parel in de Randstad (Deetman, 2016) beschrijft Delft als essentiële schakel in de ontwikkeling van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag. De gemeente speelt een belangrijke rol in het creëren van het gewenste vestigingsklimaat; van strategisch belang voor de regio maar ook nationaal. Naast deze ontwikkelingen zijn er veel andere voorbeelden van reguliere regionale samenwerking. Bijvoorbeeld met Rijswijk op het vlak van bedrijfsvoering. Of ook samen met andere gemeentes in specifieke gemeenschappelijke regelingen. Of soms ook via stichtingen en vennootschappen. In de subparagraaf deelnemingen wordt aangegeven welke verbonden partijen/deelnemingen er ook op regionaal niveau bestaan. Acteren op verschillende schaalniveaus Delft zet in op de totstandkoming van optimale samenwerkingsverbanden op passende schaalniveaus. We onderscheiden drie geografische cirkels rondom Delft met daar tussen vloeiende overgangen. 117

Buiten de cirkel van de Metropoolregio bevindt zich onze verdere buitenwereld, waarmee ook vele samenwerkingsrelaties bestaan. Te denken valt daarbij aan de Provincie Zuid-Holland, de band met collega universiteitsstad Leiden, de ontwikkelingen in de Zuidvleugel en in Europa, waarin we samenwerken in netwerken als Energy Cities, UNIC, EUniverCities. Hierbij hoort ook de deelname van Delft aan de G32, als instrument om als gemeenten samen te lobbyen bij andere overheden en om kennis uit te wisselen. Een concreet resultaat in 2015 van het Comité van de regio s is de Urban Agenda. De regionale samenwerking in 2015 Hieronder een overzicht van de ontwikkelingen in de regionale samenwerking. Speerpunten Actuele status en uitwerkingsrichting Metropoolregio Ons doel: Rotterdam - Den Delft ziet het belang van regionale samenwerking in het perspectief van de Haag opgericht economische concurrentie tussen regio s wereldwijd. Voor de stad is het aantrekken van de kennisintensieve bedrijvigheid van belang als motor voor de werkgelegenheid op alle niveaus. Delft kan bijdragen aan versterking van de economische vitaliteit van de regio met zijn profiel van Delft Kennisstad, en het profiel van een aantrekkelijk woonmilieu waaronder Nieuw Delft` met de te realiseren spoorinfrastructuur (4-sporig). De voortgang: De gemeenschappelijke regeling MRDH is ingegaan per 1 januari 2015. De werking van de MRDH zal vanuit de raad, college en organisatie veel inzet blijven vragen. Het gaat om een gedeeld belang: voor de versterking van de economische vitaliteit van de Zuidvleugel draagt Delft bij vanuit de kracht van de kenniseconomie, een economisch vitale Zuidveugel geeft betere condities voor werkgelegenheid op alle niveaus. De Economische Programmaraad Zuidvleugel maakt het economisch beleid en de economische agenda voor de Zuidvleugel. Hierbij zijn alle relevante partijen aangesloten, zoals ook de provincie, Leiden en de universiteiten. De MRDH zit aan tafel. In 2015 was inzet bij de afbouw van Haaglanden om de bestuurlijke tafel Wonen Haaglanden te behouden. Resultaat is de afspraak om in 2016 met een nieuwe regionale woonvisie te komen. De verrekening van het opheffen van Haaglanden vindt plaats. De eerste begroting van de MRDH komt in besluitvorming. Leiden en Delft zijn in 2014 een strategische alliantie aangegaan. Leiden en Delft zijn identieke steden met een universiteit die mede bepalend is voor de identiteit, een kenniseconomie, een historische binnenstad en vergelijkbare bestuurlijke vraagstukken zoals het zoeken van een weg in het Europese domein, in de Randstad en in het bijzonder in de zuidelijke Randstad. 118

Regionale samenwerking op verschillende schalen in kader drie decentralisaties sociaal domein Ons doel: Voor de gemeente is het essentieel dat de regionale samenwerking in het Sociale Domein op de verschillende schaalniveaus bijdraagt aan het verbeteren van de lokale uitvoering en bijdraagt aan het in stand houden van een kwalitatief en kwantitatief goed voorzieningenniveau in de regio. Het verder regionaal samenwerken in het sociale domein is van groot belang en speelt een bepalende rol in onze relaties met buurgemeenten. De voortgang: De samenwerking in de regio is in de voorbereiding van de decentralisaties enorm geïntensiveerd. De bestaande opgelegde structuur van zorgregio s en stadsgewest is daarbij vervangen door vrijwillige gemeentelijke samenwerkingen die aansluiten bij de maatschappelijke opgaven en/of schaalvoordelen bieden voor de zorginkoop en de te sluiten contracten. Met de negen Haaglanden-gemeente plus Voorschoten (H10) werken we samen op het gebied van de Jeugdhulp, inkoopbureau, Veilig Thuis en het Veiligheidshuis Haaglanden. Samen met Rijswijk, Midden-Delfland en Westland (H4) doen we de (inkoop van) de nieuwe WMO-taken. Als centrumgemeente in DWO-verband (plus Pijnacker-Nootdorp) dragen we zorg voor opvang en beschermd wonen. En we werken samen in de arbeidsmarktregio (H4 plus Den Haag) voor de participatiewet en middels het Regionale Platform Arbeidsmarkt (RPA) Haaglanden voor de regionale Werkbedrijven en de werkgeversbenadering. Regionale structuren zijn opnieuw ingericht. Nu volgt het verder vormgeven van de inhoudelijke samenwerking en de innovatie. Regionaal Groen Ons doel: Een vernieuwde samenwerking in de Hof van Delfland, waarbij meer ruimte wordt gecreëerd voor participatie, nieuwe accenten worden gegeven in aanleg en beheer, de bestuurlijke slagkracht wordt vergroot en toegewerkt wordt naar lagere en evenwichtiger verdeelde publieke beheerlasten. De voortgang: Er zijn verdere stappen gezet in de herinrichting van de regionale samenwerkingsverbanden met betrekking tot natuur, landschap en recreatie. Dit in het verlengde van de landschapstafel Hof van Delfland. Er loopt een onderzoek naar de toekomst van de recreatieschappen, waaronder het recreatieschap Midden Delfland en de organisatie van de groenservice Zuid-Holland. Op het niveau van de landschapstafel wordt gewerkt aan de totstandkoming van een gezamenlijke investeringsagenda en visie op beheer/recreatie. 119

B. Deelnemingen, lokaal en regionaal Deelnemingen tevens verbonden partij Vennootschappen Vestigings plaats Doel / Openbaar belang Ontwikkelingen Risico s Doelstelling Bestuursprogramma Werkse Holding BV Delft Ontwikkelen, plaatsen en begeleiden van medewerkers met een afstand tot de Werkse Holding BV is een onderdeel van Werkse! Risico op waarde aandelen Arbeidsparticipatie en en mislopen winstuitkering, armoedebestrijding Evides BV Rotterdam Beheren en exploiteren van een waterbedrijf. Geen bijzonderheden. Idem Algemene dekkings middelen InnovationQuarter B.V. (ROM Zuidvleugel) Den Haag Groei kenniseconomie Parking BV / Parking Delft BV Delft Uitvoeren van het parkeerbeleid Delft en de Geen bijzonderheden. Risico op waarde aandelen Delft is bereikbaar Eneco Holding NV Rotterdam Beheren en exploiteren van een energiebedrijf. Eneco moet splitsen in leverings - en Risico op waarde aandelen Algemene dekkings netbedrijf. Hoogte van dividend zal volgens en lager of geen dividend. middelen prognose Eneco niet veranderen. Yes!Delft Young Entrepreneurs Society Delft Delft Yes!Delft is een BV, waarin de gemeente minderheidsaandeelhouder is naast de TU(meerderheid) entno. Groei kenniseconomie Ontwikkelbedrijf Spoorzone (OBS) NV Bank voor Nederlandsche Gemeenten - BNG Delft Den Haag Versterken innovatiepotentieel van Zuid-Holland door ondernemerschap en innovatie; marketing en acquisitie; en participatie in starters en MKB bedrijven Ondersteunen studenten, professionals, wetenschap- pers in het succesvol oprichten van een eigen onderneming met een technologisch product of proces als basis. Realiseren herontwikkeling van het Spoorzonegebied, waaronder ook de realisatie van het Stadskantoor. Bank ten dienste van de overheid Participatie is toegevoegd aan de activiteiten. Aandeelhouders zijn Min EZ, PZH, Gemeenten Roitterdam, Leiden, Delft, Den Haag, Westland, TU Delft, Leiden Universiteit, LUMC & Erasmus MC, Stichting HEID, Libertatis Erqo Holding, Totaal 29.700.000 aandelen geplaatst. Voornemen tot aandeelhouderschap: Drechtsteden Door nieuwe regelgeving voor banken (Basel 3) wordt het dividend de komende jaren minder, nl 25% ipv 50%. 2,3569% aandelenkapitaal. (700.000 aqandelen) Toegezegd is voor 01-01- 2018 dit uit te breiden naar totaal totaal 1.750.000. Jaarlijkse bijdrage 285.000. VOM BV Delft Beheersen vastgoedontwikkeling en gewenste Marktontwikkeling niet rooskleurig Garantie voor financiering Delft is bereikbaar branchering vooral in kern historisch (vastgoedcrisis). Voorlopig is er een rem op 4 mio vastgoed wordt winkelgebied binnenstad. aankoop van vastgoed door de VOM. Vestia aangesproken. blijft voorlopig aandeelhouder. Aandelenkapitaal dat de gemeente heeft gestort 3.600, jaarlijkse bijdrage 150.000 Onzekerheid op de woningmarkt waardoor Tekorten op de BC komen geprognotiseerde opbrengsten een risico zijn. direct ten laste van de begroting gemeente Delft is bereikbaar Beperkt risico. Waarde Algemene dekkings aandelen niet geactiveerd. middelen Jaarlijks dividend is beperkt. Deelnemingen, tevens verbonden partij Gemeenschappelijke regelingen Recreatieschap Midden- Delfland Vestigings plaats Schiedam Doel / Openbaar belang Behartigt belangen openluchtrecreatie in Midden-Delfland, onder handhaving van het landelijk karakter. Ontwikkelingen Ten gevolge van de gewijzigde financiële context zijn verschillende scenario s verkend voor de toekomst van het recreatiegebied. De MDR beziet in samenspraak met de deelnemers hoe het bestaande beleid herijkt moet worden. Hierover vindt in 2016 besluitvorming plaats. Risico s Aangesloten deelnemers zijn gezamenlijk risicodrager. Doelstelling bestuurs programma Doelstelling Bestuursprogramma Duurzame stad G.G.D. Haaglanden Den Haag Regie, uitvoeren, adviseren en bevorderen van Geen bijzonderheden Idem Gezondheid en de publieke gezondheid. toereikende zorg Omgevingsdienst Haaglanden Den Haag Milieu en bodemtaken Geen bijzonderheden idem Veilige stad Veiligheidsregio Haaglanden Den Haag Geneeskundige hulpverlening bij ongevallen, Er wordt aan een visie brandweer 2020 idem Veilige stad brandweerzorg, rampen- en crisisbeheersing in gewerkt. regio; meldkamer en CPA. RBG (regionale belasting groep) Schiedam Efficiente heffing en inning van lokale heffingen De gemeente Schiedam is nieuwe toetreder door samenwerking met andere gemeenten en bij de RBG. waterschappen. Rolbewuste overheid Afvalinzameling Avalex Den Haag Samenwerking voor het uitvoeren van de wettelijke afvalinzamelingstaak. Discussie over toekomstige structuur loopt. Besluit wordt in 2016 genomen. idem Goede openbare ruimte Grondwateronttrekking Delft- Noord Delft Beheer grondwateronttrekking nabij Delftse DSM-vestiging. Per 1 januari 2016 is de GR opgeheven en is Delft rechtsopvolger. Gemeente is risicodrager Duurzame stad Stadsgewest Haaglanden Den Haag Samenwerking op basis van kaderwet op gebied van diverse beleidsvelden. Per 31-12-2014 zit het stadsgewest in liquidatie fase. Deze zal naar verwachting Gemeenten gezamelijk risicodrager. Bestuurlijke samenwerking uiterlijk eind 2016 zijn afgerond. Bureau inkoop jeugdzorg i.o. Gemeenten gezamelijk risicodrager. Bestuurlijke samenwerking Samenwerking gericht op inkoop specialistische jeugdzorg. Voor de H10 gemeenten. De gemeenschappelijke regeling wordt voor drie jaar aangegaan met de mogelijkheid van verlenging. Na een eventuele verlenging kan een gemeente de regeling met inachtneming van een termijn van een jaar opzeggen. MRDH Den Haag Opvolger van Stadsgewest Haaglanden voor Is in 2015 van start gaan Gemeenten gezamelijk Bestuurlijke de beleidsvelden "Bereikbaarheid en Mobiliteit" risicodrager. samenwerking en "Economisch Vestigingsklimaat" idem 120

Stichtingen Doel / Openbaar belang Ontwikkelingen Risico s Stichting jeugdgezondheidszorg Zuid- Holland-West Zoetermeer Borgen van jeugdgezondheidszorg in het publieke domein. De JGZ is per 1-1-2013 definitief ontvlecht uit Gemeenten gezamenlijk de GGD en de bekostiging van de JGZ loopt nu risicodrager. direct via de gemeenten. Het convenant en financieel kader zijn vastgesteld. Doelstelling Bestuursprogramma Betere aandachtsbuurten Overige deelnemingen, geen verbonden partij Doelstelling bestuurs A. Stichtingen programma Deelneming Vestigings Doel / Openbaar belang Ontwikkelingen Risico s plaats Groenfonds Midden-Delfland Midden- Behouden van agrarisch cultuurlandschap en Geen bijzonderheden. Mogelijk verlies van Duurzame stad Delfland versterken relatie stad en land door educatie en gemeentelijke bijdrage. Regionaal Platform Arbeidsvoorziening Haaglanden (RPA) Streven naar optimale afstemming tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt in de regio Haaglanden. Geen bijzonderheden. Idem Delft Kennisstad Delft Overlegplatform inzake de kenniseconomie van Slapende stichting, geen activiteiten. geen risico. Stichting Delft Groei kenniseconomie de stad. kennisstad is in 2013 Centrummanagement Delft Delft Verbeteren en stimuleren van economisch Samenstelling stichting in ontwikkeling idem Groei kenniseconomie functioneren binnenstad. Overige deelnemingen, geen verbonden partij B. Verenigingen Deelneming Vestigings plaats GDO Gemeenten voor Dordrecht duurzame ontwikkelingen (vereniging voor lokale NME/C) Vereniging Klimaatverbond Zaandam Nederland Vereniging van Nederlandse Den Haag Gemeenten Vereniging Deltametropool Doel / Openbaar belang Samenwerken op vlak natuur en milieucommunicatie. Samenwerken in projecten, kennisuitwisseling voor een effectief lokaal klimaatbeleid. Ondersteunen en behartigen belangen gemeenten. College van Arbeidszaken. De onafhankelijke Vereniging Deltametropool stelt zich ten doel om in West-Nederland de in beginsel reeds aanwezige metropool tot ontwikkeling te brengen. Ontwikkelingen Geen bijzonderheden. Geen bijzonderheden. Verlaging bijdrage met 5% werkt door in dienstverlening VNG. Wethouder Harpe is namens de MRDH DB-lid geworden van de vereniging Deltametropool Risico s Conform Verenigingsreglement. Geen. Doelstelling bestuurs programma Duurzame stad Duurzame stad Verlaging bijdrage werkt door in dienstverlening VNG. Geen. Groei kenniseconomie Financieel Overzicht Deelnemingen Deelneming Vennootschappen verstrekte Financieel belang Vestigings Eigen Vreemd Aandelen garanties / (% of verhouding) plaats Resultaat 2015 Vermogen vermogen kapitaal (a) geldleningen Werkse BV(2014) Delft 428.000 1,3 miljoen 1,5 miljoen 91.000 geen 100 % gestort Evides BV Rotterdam 55,7 miljoen 241,5 miljoen 1,3 miljoen 431.000 geen 5,8 % gestort aandelenkapitaal Eneco Holding NV Rotterdam 208 miljoen 4.845 miljoen 2.548 miljoen 121.380 aandelen ca 100 nominaal. geen 2,44% gestort aandelenkapitaal InnovationQuarter BV (ROM Zuidvleugel) Den Haag 0,735 miljoen negatief 26,3 miljoen - 1,75 miljoen geen 2,53% van geplaatst kapitaal VOM BV (cijfers 2015) Delft 114.428 negatief 18.000 4,2 miljoen 9.000 4 miljoen 50% gestort aandelenkapitaal Parking BV / Parking Delft BV Delft 0,12 miljoen 12,0 miljoen 46,7miljoen 81.000 40 miljoen 100% gestort positief negatief aandelenkapitaal Ontwikkelbedrijf Spoorzone (OBS) BV Delft nul (onderdeel meerjarige business case) 18.000 geen 100% gestort aandelenkapitaal YES! Delft BV(2014) Delft 291 21.458 113.000 18.000 geen 20% gestort NV Bank voor Nederlandsche Gemeenten - BNG Den Haag 226 miljoen 4,1 miljard 47.385 aandelen van 2,50. geen Niet opde balans 0,85% van het geplaatst aandelenkapitaal Financieel Overzicht Deelnemingen Deelneming Gemeenschappelijke regelingen Vestigings plaats Resultaat 2015 Eigen Vermogen Vreemd vermogen Aandelen kapitaal (a) verstrekte garanties / geldleningen Recreatieschap Midden- Delfland Schiedam 0,5 miljoen 13,6 miljoen 114.000 n.v.t. G.G.D. Haaglanden Den Haag -10.000 nvt n.v.t. Omgevingsdienst Haaglanden Den Haag 0,7 miljoen 3,6 miljoen 0 n.v.t. Financieel belang (% of verhouding) 16,0% 18,4% 6,0% Veiligheidsregio Haaglanden Den Haag 2,0 miljoen 7,8 miljoen 72 miljoen n.v.t. RBG(regionale belasting Schiedam 1,2 miljoen 2,6 miljoen 1,6 miljoen n.v.t. groep) Afvalinzameling Avalex Rijswijk 1,2 miljoen 0,9 miljoen negatief 2,1 miljoen n.v.t. 8,4% 32% van de omzet Grondwateronttrekking Delft- Noord(2014) Delft 366.925 1,25 miljoen 1,6 miljoen n.v.t. miljoen negatief 11,8% Stadsgewest Haaglanden Zoetermeer 15.372 4,6 miljoen nvt n.v.t. negatief Bureau inkoop jeugdzorg i.o. Den Haag 123.244 124.244 nvt MRDH i.o. Den Haag 2,3 miljoen 2,4 miljoen nvt n.v.t. 9,5% 121

Stichtingen Vestigings plaats resultaat 2014 Eigen Vermogen Stichting Grotius College n.v.t. n.v.t. Stichting n.v.t. n.v.t. jeugdgezondheidszorg Zuid-Holland-West. Groenfonds Midden-Delfland 201.000 8,6 miljoen Samenwerkingsverband - Voortgezet onderwijs/ Speciaal onderwijs Delft Regionaal Platform 10.000 Arbeidsvoorziening Haaglanden (RPA) Delft Kennisstad 37.486 18.000 Overige stichtingen, gegevens onbekend verenigingen Vreemd vermogen Aandelen kapitaal (a) verstrekte garanties / geldleningen Financieel belang (% of verhouding) Van onderstaande verenigingen en stichtingen zijn de gegevens onbekend Centrummanagement Delft GDO Gemeenten voor duurzame ontwikkelingen (vereniging voor lokale NME/C) Vereniging Klimaatverbond Nederland Vereniging van Nederlandse Gemeenten Vereniging Deltametropool Financieel risico verbonden partijen bedragen * 1.000,- Deelneming L/M/H incidenteel / structureel Doelstelling financieel risico Recreatieschap Midden Delftland H S Duurzame stad 250 Grondwateronttrekking Delft-Noord L I Duurzame stad PM Avalex H I Goede openbare ruimte 500 Totaal Financieel risico bij Verbonden partijen 750 Recreatieschap Midden Delfland (MDR) In Midden-Delfland speelt een aantal ontwikkelingen waardoor de financiële positie van het schap fors onder druk staat. Het betreft enerzijds de door de deelnemers opgelegde bezuinigingstaakstelling en anderzijds de uittreding van het rijk. Door het uittreden van het Rijk is ca. 50% van de inkomsten verdwenen. Ook heeft de Provincie Zuid Holland aangegeven uit het schap te willen treden. Ten gevolge van de gewijzigde financiële context zijn verschillende scenario s verkend voor de toekomst van het recreatiegebied. De MDR beziet op basis hiervan in samenspraak met de deelnemers op welke onderdelen het bestaande beleid herijkt moet worden. Vooralsnog wordt rekening gehouden met een risico van 250.000. GR Beheer grondwateronttrekking Delft Noord Op 1 januari 2016 is het Hoogheemraadschap van Delfland uit de GR getreden en is de GR beëindigd en zijn de rechten en verplichtingen overgegaan op de gemeente Delft. De voormalig deelnemer Hoogheemraadschap van Delftland heeft de gemeente een uittreed vergoeding betaald van 7,6 miljoen. Vanaf 2017 wordt verwacht dat gestart kan worden met de reductie van de onttrekking. De reductie van de onttrekking kan risico s met zich brengen o.a. als gevolg van zettingsverschijnselen in de gebouwde omgeving. Deltares heeft in 2008 een rapport uitgebracht over de onttrekking Grondwatereffecten aan de oppervlakte(gebracht) daarin komt naar voren dat het risico op zettingsverschijnselen kan variëren tussen de 0 en 3 miljoen. Door de reductie van de onttrekking te monitoren zal het risico op zettingsverschijnselen naar verwachting sterk worden gereduceerd. Vanaf 2017 zal er gestart worden met de reducering van de wateronttrekking en vanaf dat moment zal het risico beter te kwantificeren zijn. Avalex De GR Avalex wil overgaan in 2016 van een fixed fee prijs voor de deelnemers naar en afrekening op basis van de werkelijke kosten. Voor Delft zou dit een stijging in de bijdrage betekenen van om en nabij 500 K(prognose). 122

Het risico is dat de afrekening op basis van werkelijke kosten al in 2016 gaat plaatsvinden. Hier is in de begroting niet mee gerekend. Vom Delft BV De gemeente heeft voor de aankoop en renovatie van de panden in de Kromstraat een garantie van 4 miljoen afgegeven in 2007. De huidige marktwaarde van de panden zijn getaxeerd op een kleine 3 miljoen. Gezien de voorgenomen liquidatie van de BV in 2017 is er gekozen om het risico, zoals vorig jaar nog gemeld van 0.9 miljoen, om te zetten naar een voorziening van 1 miljoen. Derhalve komt de VOM Bv niet meer voor in het bovenstaande overzicht. Grotius college Het Grotius college staat, in tegenstelling tot voorgaande jaren, niet meer als risico( 250K) in het overzicht. Reden is dat het risico dat Grotius in liquiditeitsproblemen zou kunnen raken de laatste jaren dusdanig is afgenomen dat het uit het overzicht van risico s verbonden partijen is gehaald. 123

C. Subsidies aan lokaal werkzame maatschappelijke instellingen In deze paragraaf zijn de hoofdlijnen van het beleid met betrekking tot het verlenen van subsidies en ontwikkelingen in de subsidiesystematiek opgenomen. De stelselherziening Door hervorming van het subsidiestelsel in 2014 zijn er vanaf 1 januari 2015 nog twee categorieën subsidies mogelijk, namelijk de prestatiesubsidie en de stimuleringssubsidie. De stimuleringssubsidie Sinds 1 januari 2015 is de subsidiebeleidsregel Stimulering Participatie en Innovatie van kracht. Deze beleidsregel is in november 2014 vastgesteld door het college. Via deze stimuleringssubsidie zijn op verschillende doelstellingen subsidies aan maatschappelijke instellingen en burgerinitiatieven uitgekeerd. In 2015 is iedere maand een subsidieronde gehouden waarin subsidieaanvragen integraal zijn beoordeeld. Het subsidiebudget is ontschot. In december 2015 is de evaluatie van de beleidsregel Stimulering Participatie en Innovatie besproken in de raad. De beleidsregel zal in 2016 met een paar aanvullingen verder uitgevoerd worden. In 2015 zijn in totaal 91 aanvragen voor een Stimuleringsssubsidies ontvangen. Daarvan zijn 67 aanvragen toegekend en 19 aanvragen afgewezen. Twee aanvragen zijn ingetrokken en drie aanvragen zijn nog in behandeling. Zowel door partners uit het veld, als door de gemeentelijke organisatie wordt de werkwijze van de stimuleringssubsidie als positief beoordeeld. 2016 is door het college de vernieuwde beleidsregel prestatiesubsidies vastgesteld, na raadpleging van de raad en van partners in de stad. Deze beleidsregel is vanaf 1 januari 2016 in werking getreden. De nieuwe beleidsregel prestatiesubsidies is beleidsarm, er is meer ruimte voor kleinere (vrijwilligers) organisaties om een beroep te doen op een prestatiesubsidie en er is meer ruimte voor tenderen van subsidies. Overgangsregeling in verband met stelselwijziging De waarderingssubsidies en de incidentele subsidies zijn met de komst van de stimuleringssubsidie vervallen. Tot oktober 2014 konden er nog waarderingssubsidies worden aangevraagd voor het laatste jaar dat deze subsidievorm nog van toepassing was, namelijk 2015. Tot 31 december 2014 konden er nog incidentele subsidies worden aangevraagd (ook voor activiteiten die in 2015 plaatsvinden). De beleidsregels voor maatschappelijke activiteiten en Milieu zijn per 2016 ingetrokken. De subsidieverlening in 2015 In onderstaande tabellen wordt inzicht gegeven in de verleende subsidies 124

Prestatiesubsidies bedragen x 1.000 Naam instelling Subsidie 2014 verleend bij aanvraag Subsidie 2014 definitief vastgesteld Subsidie 2015 verleend bij aanvraag Brijder 573 573 688 GGZ Delfland 133 117 77 Kwadraad 1.682 1.682 - DIVA 960 960 - Perspektief 2.403 2.403 2.429 StichtingVTVZHN 103 103 - Stichting MEE - - 1.230 JGZ 2.594 2.393 2.136 J.C. Pleysiercollege 136 136 136 BWD / Participe 1.579 1.579 2.639 Stichting Delfts Peil - - 35 St Zorginstellingen Pieter v Foreest 99 99 99 Stichting Buddy Netwerk 36 36 - Inloophuis Debora 31 31 - St Alzheimer 26 26 - Ned Vereniging voor Autisme 8 8 - Peutercentrum Durf-Inn 131 131 - Delfse Peuterspeelzalen 1.024 923 1.114 St Kinderspeelzaal 238 238 352 Sportfondsen Delft 298-206 JSO 76 76 51 Stichting Youth for Christ, The Mall 35 35 35 Halt eenheid Haaglanden 21 21 - Bureau Binnenstad - - 12 Bureau Discriminatiezaken 48 48 39 DOK 3.122 3.122 3.309 Stichting Horeca Muziekfestivals - - 3 Stichting Theater Delft 1.522 1.522 1.522 SPOD 56 56 56 38CC 70 70 70 Delft Marketing 370 370 340 Yes!Delft Incubator 150 150 150 Science Centre Delft 60 60 - Federatie voor Ouderen 37 37 - Sport en evenementen Haaglanden 590 590 553 Sportraad 15 12 15 Subtotaal 18.226 17.607 17.296 125

Prestatiesubsidies bedragen x 1.000 Naam instelling Subsidie 2014 verleend bij aanvraag Subsidie 2014 definitief vastgesteld Subsidie 2015 verleend bij aanvraag transport 18.226 17.607 17.296 Basiwall BV 66 66 66 Stichting Kinderacademie 6 6 - Stichting Ciccionina 18 18 18 Stichting World Art Delft 30 30 20 Stichting Varend Corso - - 5 De Schaatsbaan 25 25 20 Theaternetwerk Delft 77 77 89 Theaterfestival Delft 20 20 16 Stichting Westerpop 20 20 - Stanislascollege 15 15 60 Humanitas 49 45 64 Jeugdzorg Haaglanden 90 87 - Speeltuin de Bras 9 9 12 Speeltuin Westerhonk 12 12 12 Stichting Beeldende Kunsten Delft 48 48 44 Limor 140 - - Laurentiusstichting 209 209 209 Librijn Openbaar Onderwijs 159 159 199 SCO Delft 183 183 107 Sportpark Biesland 35 35 35 Korfbalvereniging Fortuna 9 9 9 Kynologenclub Delft 4 4 4 Ondernemersfonds Delft 840 886 845 Careyn 70 29 68 Delftse werkgroep Homoseksualiteit DWH - - 3 Wende - - 442 Innovation Quarter - - 285 Totaal 20.360 19.599 19.928 Stimuleringssubsidies bedragen x 1.000 Subsidie verleend Hoofdstuk 2015 Participatie van inwoners van Delft 155 Eigen kracht en gezamelijke kracht 71 Goed sociaal klimaat en veiligheid 48 Duurzaamheid en Delfts milieu 7 Versterken eigen organisatie 11 Totaal 291 Waarderingssubsidies bedragen x 1.000 Subsidie verleend Hoofdstuk 2015 Economie, Werk en Participatie 115 Zorg, Onderwijs, Wijkzaken en Veiligheid 81 Bouwen, Bereikbaarheid en Duurzaamheid 15 Bestuur, Organisatie en Communicatie 5 Totaal 216 126

Incidentele subsidies bedragen x 1.000 Subsidie verleend Hoofdstuk 2015 Sterke Samenleving 129 Veilige Stad 10 Zorg en Ondersteuning 108 Aantrekkelijke Stad 27 Duurzame Stad 3 Werk en Economische zelfstandigheid 30 Sterke Economie 10 Totaal 317 127

Financiering Planning en control treasury Ook in 2015 heeft in het treasuryberaad afstemming plaats gevonden over het te voeren treasurybeleid en over de transacties die daaruit volgden. Het treasuryberaad zorgde ook voor de informatievoorziening naar het college. Ontwikkeling o/g en u/g portefeuilles in het boekjaar De mutaties in de portefeuilles o/g (opgenomen geldleningen > 1 jaar) en u/g (uitgeleende geldleningen > 1 jaar) kunnen als volgt worden weergegeven: Ontwikkeling o/g en u/g portefeuilles Bedragen x 1.000 01-01-2015 opgenomen leningen aflossingen saldo mutaties 31-12-2015 Portefeuille opgenomen gelden (o/g) 303.927 11.000 27.632 16.632 287.295 Portefeuille uitgeleende gelden (u/g) 84.530 5.337 5.337 79.336 Netto schuld 219.397 207.959 De netto schuld is in 2015 met 11,4 miljoen afgenomen. Er is een geldlening opgenomen (o/g) in 2015: De gemeente heeft 11 miljoen opgenomen. Deze lening was al in 2012 aangegaan voor de financiering van de bouw van HNK om zo te kunnen voldoen aan de gestelde financiële kaders. Langlopende leningen bedragen * 1.000 datum opname rente % hoofdsom soort lening looptijd 2 juli 2015 3,635% 11.000 lineair 41 jaar Totaal opgenomen 33.000 Er zijn drie leningen in 2014 uitgezet: In het kader van zijn publieke taak heeft de gemeente o.a. een lening verstrekt aan Parking Delft BV voor de maximale looptijd van 12 maanden. Het betreft een lening van 10,1 miljoen, die per drie maanden is/wordt aangepast v.w.b. het volume en het rente %. Deze lening dekt het exploitatie tekort van Parking Delft af. Verder is er voor in totaal 360.000 aan twee sportclubs geleend voor verbetering van hun accommodaties. Vanaf december 2013 heeft het verplicht schatkistbankieren zijn intrede gedaan. Deze wet verplicht o.a. gemeenten haar eventuele overtollige middelen bij het agentschap te plaatsen. De gemeente Delft beschikte in 2015 echter niet structureel over overtollige liquide middelen. Kredietrisico uitzettingen In 2015 is de portefeuille uitgezette langlopende geldleningen verder in volume afgenomen. Ook in de komende jaren zal door reguliere aflossingen deze portefeuille geleidelijk in volume afnemen. 128

St. Kunstgras AV 40 DES Korfbal Indeling naar geldnemers per 31-12-2015 0,5% Agentschap min v Fin 0,1% VOM 0,2% SVN 10,9% VESTIA 22% VIDOMES 19,3% Woonbron Maasoevers 11,0% Parking Delft 19,1% DUWO 16,8% Zoals uit bovenstaande figuur blijkt bestaat de u/g portefeuille ad 79.3 miljoen voor krap 70% uit leningen aan Delftse woningcorporaties. Verder is voor 16,1 miljoen (19,1% van de gehele portefeuille) bij Parking Delft BV uitgezet. SVN (Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse gemeenten) beheert voor de gemeente circa 9 miljoen (ruim 10,9 %van de portefeuille). Het overige bestrijkt afgerond 458.000 en is verdeeld over drie partijen. Het overgrote deel van de portefeuille (70%) vindt zijn oorsprong in het begin van de jaren negentig toen de gemeente nog een directe financieringsfunctie had en deze werd gezien als behorend tot de publieke taak van de gemeente. Halverwege de jaren negentig werd deze functie beëindigd en zijn er geen nieuwe leningen meer verstrekt aan de corporaties. Derivaten Het treasurystatuut voorziet in de mogelijkheid om derivaten te gebruiken voor risico beperkende doeleinden, zoals bijvoorbeeld bij te verwachten rentestijgingen in de toekomst. In 2015 zijn geen derivaten gebruikt. Renterisico De wet Financiering Decentrale Overheden (FiDO) hanteert twee normen voor het beheersen van het renterisico, te weten de renterisiconorm en de kasgeldlimiet. Over beide normen wordt in deze paragraaf gerapporteerd. Liquiditeitsbehoefte voor komende vier jaar De komende vier jaar zal door o.a. de afbouw van HNK en de bijdrage aan de OBS de financieringsbehoefte van de gemeente aanzienlijk zijn. Voor de afbouw van HNK zijn al financieringen aangetrokken met een rest volume van 11 miljoen. Deze lening wordt in 2016 opgenomen. Voor de financiering van de businesscase Spoorzone zijn twee leningen opgenomen met een stortingsdatum in december 2016 en december 2017 van in totaal 50 miljoen. Het gewogen gemiddelde rente percentage van de leningen met een looptijd van 30 jaar ligt op 1,64% 129

Prognose Liquiditeitsbehoefte Bedragen x 1.000 2016 2017 2018 2019 HNK 11.000 - - Herfinancieringen 15.000 10.000 5.000 5.000 Investeringen/Spoorzone 35.000 15.000 pm pm Totaal op te nemen 39.000 85.000 30.000 13.000 Kasgeldlimiet Om het renterisico op de vlottende schuld te beheersen hanteert de wet FiDO een kasgeldlimiet. De kasgeldlimiet is het gemiddelde saldo van de korte vlottende schuld en de korte vlottende middelen per kwartaal. Dit saldo mag niet meer zijn dan 8,5% van de totale begroting van de gemeente. Als het saldo groter is dan deze 8,5%, en dit meer dan drie opeenvolgende kwartalen het geval is, moet er geld worden aangetrokken voor een periode langer dan een jaar. Bedragen Kasgeldlimiet 2015 x 1.000 2015 kwartaal 1 1. Vlottende korte schuld maand 1 18.300 33.750 kwartaal 2 kwartaal 3 kwartaal 4-1.750 1.550 maand 2 31.600 21.850 150 maand 3 30.565 18.450 9.100 2. Vlottende middelen maand 1 - - - - maand 2 - - 6.050 - maand 3 - - 8.850-3. Netto vlottende schuld (+) maand 1 18.300 33.750 3.300 1.550 of overschot vlottende middelen (-) maand 2 31.600 21.850-6.050 150 maand 3 30.565 18.450-6.550 9.100 4. Gemiddeld netto vlottende schuld(+) 26.822 24.683-4.383 9.833 5. Kasgeldlimiet 30.175 30.175 30.175 30.175 6a. Ruimte onder de limiet 3.353 5.492 34.558 18.642 6b. Overschrijding van de limiet - - 7. Begrotingstotaal (*) 355.000 8. Percentage vastgesteld per ministeriele regeling 8,50% 9. Kasgeldlimiet 30.175 * Totaal Programmabegroting 2015-2018 130

Het beleid van Delft is enerzijds gericht op beheersing van en sturing op kasstromen en anderzijds op minimalisatie van de rentelasten De gemeente mag de kasgeldlimiet gedurende een aaneengesloten periode van drie kwartalen overschrijden zonder dat dat de Provincie om ontheffing moet worden gevraagd. In het treasuryberaad wordt daarin een afweging gemaakt. Dit heeft erin geresulteerd dat de kasgeldlimiet in 2015 niet is overschreden. Renterisiconorm Als de gemeente nieuwe geldleningen aantrekt of oude leningen aflost en opnieuw moet financieren, ontstaat daarover een renterisico. De wet FiDO stelt een maximum aan het bedrag waarover de gemeente in enig jaar een renterisico mag lopen. Deze zogenaamde renterisiconorm is 20% van het begrotingstotaal op 1 januari van het betreffende jaar. Onderstaande tabel geeft inzicht in hoe het renterisico in 2014 op de vaste schuld, zich verhoudt met de norm zoals die wordt voorgeschreven door de wet FiDO. Delft is ruim onder de wettelijke norm gebleven in 2015, zoals blijkt uit onderstaande tabel. Renterisiconorm en renterisico's 2015 Bedragen x 1.000 1a. Renteherziening op vaste schuld o/g 7.200 1b. Renteherziening op vaste schuld u/g 2. Netto renteherziening op vaste schuld (1a-1b) 7.200 3a. Nieuw aangetrokken vaste schuld 11.000 3b. Nieuwe verstrekte lange leningen 4. Netto nieuw aangetrokken vaste schuld (3a-3b) 11.000 5. Betaalde aflossingen 27.632 6. Herfinanciering (laagste van 4 en 5) 11.000 7. Renterisico op vaste schuld (2+6) 18.200 Renterisiconorm 8. Begrotingstotaal 355.000 9. Percentage vastgesteld per ministeriele regeling 20% 10. Renterisiconorm (8 x 9) 71.000 Toets renterisiconorm 10. Renterisiconorm 71.000 7. Renterisico op vaste schuld 18.200 11. Ruimte(+) Overschrijding (- ); (10-7) 52.800 Rentevisie Voor zowel de korte rente(geldmarktrente) als de lange rente(kapitaalmarktrente) geldt dat deze bijzonder laag zijn en dat al sinds enige tijd. Voor daggeldleningen(geld opnames) heeft de gemeente in 2015 gemiddeld een rente percentage ontvangen van 0.05%. De verwachting is dan ook dat de rentestanden, zowel voor kortlopende als langlopende leningen een lichte stijging zullen laten zien. De rente ontwikkeling wordt nauwlettend in de gaten gehouden zeker met het oog op de nog de aan te trekken leningen. 131

Garantie portefeuille Verdeling garantie portefeuille Cultuur 3,8% Bedrijvenschap Harnaschpolder 34,1% Parking Delft 42,1% VOM BV 7,8% Zorg 9,7% Sport 2,1% Radex 0,4% De gemeente Delft staat ultimo 2015 voor de verschillende partijen in totaal voor 41,6 miljoen garant. Als zekerheid tegenover de garanties heeft de gemeente in nagenoeg alle gevallen, het recht van eerste hypotheek op onroerende zaken. Alleen bij Radex is sprake van een recht van 2 e hypotheek. De gemeente Delft is eind 2013 uit het Bedrijfschap Harnaschpolder getreden. De garantie die Delft heeft afgegeven voor financieren van het bedrijvenschap zijn daarbij komen te vervallen. Echter bij de BNG staat de gemeente nog te boek als garantsteller. Het bedrijfschap heeft via een brief van de directie aangegeven dat, als de gemeente mogelijkerwijs door de bank wordt aangesproken, de Gemeenschappelijke regeling- en daarmee de gemeenten Den Haag en Midden-Delftland- die aanspraken zullen overnemen. Daarnaast heeft de gemeente Delft nog een achtervangverplichting bij de stichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) van 883 miljoen. Eind 2014 is de gemeente gestopt met een generieke achtervang bij het WSW en zal in de toekomst per geval worden bekeken of de gemeente borging gaat/wil verlenen. In de achtervang bij het WSW zal gaan staan ten gunste voor lokaal opererende woningbouw corporaties Het theoretische geval dat de achtervangers op hun achtervangpositie worden aangesproken, doet zich pas voor als het garantievermogen van het WSW, dreigt te dalen onder het garantieniveau. In dat geval zullen renteloze leningen aan het WSW moeten worden verstrekt om het garantievermogen weer aan te vullen. Daarbij geldt een vooraf bepaalde verdeling, namelijk dat het Rijk 50% voor zijn rekening neemt en de overige 50% wordt verdeeld onder de deelnemende gemeenten. Hierbij neemt de schade gemeente de helft op zich van het gemeentelijk aandeel. 132

Bedrijfsvoering 2015 De paragraaf bedrijfsvoering gaat in op de gemeentelijke ondersteuningsfuncties: personeel, organisatie, financiën, informatie, facilitaire diensten, juridische zaken en communicatie. De positionering en inrichting van deze functies zijn volgend op de visie op de organisatie. Bedrijfsvoering De paragraaf bedrijfsvoering gaat in op de gemeentelijke ondersteuningsfuncties: personeel, organisatie, financiën, informatie, facilitaire diensten, juridische zaken en communicatie. De positionering en inrichting van deze functies zijn volgend op de visie op de organisatie. Organisatie Organisatieontwikkeling Het programma Doen heeft in 2015 geleid tot een forse organisatiewijziging. Het toegroeien naar een wendbare en slanke regie organisatie kende, naast de ontwikkelingsopgave een forse bezuiniging op de ambtelijke organisatie. Die is bepaald aan de hand van de volgende organisatie principes voor zowel het perspectief als de bezuinigingen. Een passende houding en gedrag: medewerkers nemen zelf verantwoordelijkheid en krijgen ook ruimte om hun taken uit te voeren. Een manager geeft efficiënt leiding in de lijn, heeft een grotere span of control en legt minder beslag op de capaciteit uit staven. Het principe van de ruggengraat stringenter doorvoeren: een keten valt altijd onder één programmeur, de opdrachtgever beslist over de deelname van de lijnorganisatie in projecten en de directie stuurt programmering direct aan op inhoud. De directie voert zelf meer regie op bestuurlijk proces en regio, en laat zich hierbij minder ondersteunen door strategische adviseurs. Door gelijksoortige organisatieonderdelen samen te voegen, neemt de flexibiliteit en wendbaarheid van dit nieuw gevormd organisatieonderdeel toe. De principes over verantwoordelijkheid en eigenaarschap uit KOERS en Switch worden stringenter nageleefd. We doen wat we afspreken, werken meer informatie-gestuurd en werken volgens de principes van Lean. We creëren schaarste in organisatieonderdelen in de overhead. De bezuinigingsopgave dwingt tot scherpe keuzen in de workload. Dit heeft geleid tot concrete maatregelen, zoals een grotere span of control voor leidinggevenden, centralisatie van functies (programmeurs, strategisch adviseurs en de managementondersteuning). Vanuit deze principes zijn organisatieplannen met minder financiële middelen. De personele gevolgen zullen uiterlijk in 2018 gerealiseerd zijn, maar de besluiten hierover zijn in 2015 genomen. Bezuiniging op de organisatie De bezuinigingen van ruim 5 miljoen op organisatiekosten krijgen in 2016-2018 hun beslag. De te bezuinigingen bedragen zijn per doelstelling vastgesteld en opgenomen in de bezuinigingsmonitor. Er zijn 10 organisatieplannen opgesteld en vastgesteld in nauwe samenspraak en afstemming met de medewerkers in de betreffende organisatieonderdelen. In de plannen zijn diverse bezuinigingsmaatregelen verwerkt, zoals: grotere span of control voor leidinggevenden; centralisatie en reductie van programmeurs, strategisch adviseurs, managementondersteuning, optimalisatie (lean maken) van processen, optimalisatie van bestuursondersteuning, efficiency op (materiële) apparaatskosten. Daarnaast is structurele onder uitputting ingeboekt als bezuiniging. En zijn posten (grotendeels) geschrapt als de gemeente taken niet meer of anders doet. Daarna heeft een intensief (her)plaatsingsproces plaatsgevonden met de reikwijdte van zo goed als de gehele organisatie. 133

Omvang van de organisatie De omvang van de organisatie is in 2015, zoals gepland, verder afgenomen met ca. 38. Ten opzichte van het meetmoment in 2010 is de formatie met 29% afgenomen. Omvang van de organisatie 30-06-2010 31-12-2014 31-12-2015 Afname Formatie in fte s 1.218,80 906,62 868,95 29% Exclusief Erfgoed Delft en VAK. De personeelsformatie wordt weergegeven in fte (fulltime equivalenten) Nieuw organisatie model Uitvoering van de regie agenda In 2015 is de nota vasthouden en loslaten : kader voor gemeentelijke rolneming in de (net) werkende stad Delft, vastgesteld. Dit vormt het nieuwe kader voor de (voorheen) regie agenda. In 2015 heeft de gemeente de exploitatie van de voorzieningen Kinderboerderij, Waterspeeltuinen, de Papaver en Natuur- en Milieueducatie overgedragen aan partners in de stad. De GR bedrijfsvoering Delft/Rijswijk voor het gezamenlijke IT beheer is voorbereid en komt in 2016 via de raad tot besluitvorming. De regie agenda Stadsbeheer is meerjarig. In 2015 is een aantal voorgenomen besluiten genomen, die in 2016 na overleg met de vakbonden tot definitieve besluitvorming gaan leiden (uitbesteding van kolkenzuigen riolering, transport, gazonmaaien). Ten aanzien van de Vrije academie, centrum voor de kunsten (VAK) ligt er een voorgenomen besluit, waarbij het onderdeel educatie overgedragen gaat worden aan DOK. Het onderdeel Vrije Tijd zal geleidelijk overgedragen worden aan de markt (docenten kunnen als zzp-er hun werkzaamheden voortzetten in een op te richten coöperatie) de functies van bedrijfsvoering zullen worden opgeheven. 134