9. De Lessen: Gymnastiek

Vergelijkbare documenten
LES 38 GROEP: 3 t/m 8 Handstand, mikken, over de kop gaan

LES 39 GROEP: 3 t/m 8 Springen, Hardlopen, Doelspelen DOELSTELLINGEN:

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS.

LES 37. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, springen, mikken. DOELSTELLINGEN:

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 HANDBAL DOELSTELLINGEN:

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS.

Gymrooster groep 3 Opgesteld voor 20 weken, dus twee keer in het jaar uitvoeren Elske Schudde CZ 09/10

Warming up. Shuttle tikkertje. Hoe lang? Doel van het spel Wat heb ik nodig? Organisatie. Start. Speelregels Hoe maak ik het makkelijker?

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 HANDBAL

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 BADMINTON

LES 34. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, tikspelen, Stoeien. DOELSTELLINGEN:

LES 3. GROEP 3 t/m 8 HANDBAL. DOELSTELLINGEN:

SPEL 1. Kangoeroe buidel-dief. Doel: Uitleg: Te moeilijk? Te makkelijk?

LES 22. GROEP: 3 t/m 8 FITNESSLES

Bewegingsthema: Springen. Klimmen. Mikken

Het spellenboek. De plaatjes laten zien wat je bij elk spelletje nodig hebt. Hieronder zie je wat elk plaatje betekent:

Bewegingsthema: Springen. Klimmen. Mikken

7&8. Sportles groep 7 & 8 Lekker in je vel? Jouw veiligheidsplan. Over deze les. Wat heeft u nodig?

CMV 6-7. Inhoudsopgave

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL

- De leerling gooit de bal op het moment dat er een grote kans is om een loper te raken.

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 Springen, tikspelen, jongleren. DOELSTELLINGEN:

Oranje slingers. Stofzuigen bij Maxima & Willem-Alexander. Speluitleg: Speluitleg:

- De leerling kan een medeleerling veilig heen en weer laten zwaaien.

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 KORFBAL DOELSTELLINGEN:

Prinsen en prinsessen les 4. Doelen:

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL

Joy of moving Beweegparcours. 13 september Sportieve opening van het Schooljaar

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 BADMINTON DOELSTELLINGEN:

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 TENNIS.

Les 6 - Gymlessen (middenbouw) Zomerspelen

Inleiding. Kern. Groep 3 en 4 Les 1 Klassikale les. Kerndoel

LES 5 Sportlessen. Kern: Drie winteroefeningen LES 1 - ONDERBOUW. Afsluiting: Reactiespel. Inleiding (10 minuten)

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 BADMINTON

OCHTEND BOVENBOUW. Atletiek. 1 Sprint. 2 Balwerpen. 3 Verspringen. 4 Hoogspringen. 5 Hordenloop. 6 Speerwerpen

Prinsen en prinsessen les 3. Doelen:

Leskaarten muurkaatsen

Op vakantie les 9. Doelen: zich snel te verplaatsen. handen. punt. (open ruimte opzoeken)

Volleybal binnen het basisonderwijs

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 BASKETBAL

Gymlessen (kleuterbouw/onderbouw) Winterspelen

14.5. Impressie / Plattegrond

Inhoudsopgave. Inleiding. Legenda. Les 1 Gezonde voeding Les 2 Schijf van Vijf Les 3 Kcal en Bewegen. Onderdeel van FetFit 2

LES 31. GROEP: 3 t/m 8 Klimmen, Hardlopen, Mikken. DOELSTELLINGEN:

LES 3. GROEP: 3 t/m 8 BADMINTON

Aankleding: speelgoed zwaarden, kroontjes, prinsen- en prinsessenkleding

Dit is de bij het artikel Ruis in de gymles uit Lichamelijke Opvoeding Magazine 8, 2018 behorende lessenreeks. Auteur Danny Wals

Prinsen en prinsessen les 1. Doelen:

Doelgroep: groep 7/8. Ontwikkelt en bedacht door: Renske Brouwer, Lisette Centen, Maud Löring en Inge Vogelsangs

LES 1. GROEP: 3 t/m 8 Balanceren, jongleren, doelspelen. DOELSTELLINGEN:

Uitwerking vrije lessen

LES 9. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, klimmen, mikken DOELSTELLINGEN:

Deze warming up is geschikt voor alle groepen. De warming up bestaat uit verschillende baloefeningen die hieronder worden beschreven:

Aankleding: ballonnen, slingers, rode neuzen, jongleerspullen,

Spel Floorball Individuele stick en balbehandeling 2. Doelgroep Voortgezet Onderwijs Domein Onderdeel Thema Aantal 24. Les. Beginopstelling veld

Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 3 4

Circus les 6. Doelen:

Prinsen en prinsessen les 2. Doelen:

Warming-up Dit is voor alle groepen geschikt: de warming-up bestaat uit verschillende trucjes met de bal.

Circus les 5. Doelen:

CMV Inhoudsopgave

Oefening 1 Bewegingsvaardigheden Door de plassen springen. Doel: de speler beweegt snel met de voeten en houdt balans bij de ladder oefeningen

Circus les 1. Doelen:

LES 21. GROEP: 3 t/m 8 Springen, Tikspelen, Mikken. DOELSTELLINGEN: Groep 3/4. Freerunning:

Draaiboek. Koningsspelen. Brede school

Groep 5/6 - De leerling kent de basisregels, nu worden de regels verder uitgebreid. Ook deze moet de leerling kunnen toepassen.

Op vakantie les 8. Doelen: punt. vindt.

Let s Smash! StreetSmash Spellenboek Voor Sportleiders. Superhandig. boekje

Les 3. GROEP: 3 t/m 8 Doelspelen, springen, balanceren

Circus les 8. Doelen:

We gaan er vanuit dat de B en C junioren een uur training krijgen en op grootveld met keeper spelen. Je training ziet er dan zo uit:

LES 2 GROEP: 3 t/m 8 ATLETIEK DOELSTELLINGEN:

Het grote voetbalavontuur

Groente en fruit in de speelzaal

Sportkanjers in de gymles. Sportkanjers in de gymles. gy m 10 SPORTKANJERGYMLESSEN VOOR DE BASISSCHOOL BOVENBOUW

LES 7. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, tikspelen, springen.

Lesthema Sprinten 3: Teamsprint Groep 7 8

Schoolzwemmen. Leerlijnoefeningen Ondiep Diep Benodigdheden Aandachtspunten. Klimmen op een drijvende mat en vervolgens gaan staan.

LES 41. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, Springen, Doelspelen

Bungelende emmer. Benodigdheden: emmertje, touw, kleine ballen Aantal spelers: 3+ Voorbereiding : geen Leeftijd: 4+ Soort: spel

Prinsen en prinsessen les 7. Doelen:

Prinsen en prinsessen les 5. Doelen:

werkblad Basisopstelling 2 Vak 1 Glijden en klimmen Vak 2 Rollen op verhoogd vlak 1 Vak 3 Doeljagerbal Materiaal

LES 2. GROEP: 3 t/m 8 Trefbal

Kracht- en Coördinatiecircuit

Inleiding. Kern. Groep 5 en 6 Les 1 Klassikale les. Kerndoel

LES 42. GROEP: 3 t/m 8 Zwaaien, springen, doelspelen

Blok 4 les 2 Groep 7,8

Maak de afstand kleiner. Maak de afstand groter. Te makkelijk? afstand in een rechte lijn zo snel

OEFENSTOF CIRCULATIE-MINIVOLLEYBAL

De motorische ontwikkeling van het jonge kind

Standaard jaarplanning E pupillen en D jeugd (8-11 jaar)

01. Smashen op voorwerp

LES 26. GROEP: 3 t/m 8 Sportspelen, Tikspelen, Mikken. DOELSTELLINGEN:

Aankleding: koffers, zwembadje (bij mooi weer), strandballen, opblaas materiaal, parasol

Boeken fitness circuit

Tennis Fit Oefeningen

Circus les 2. Doelen:

Gymlessen (onderbouw) Zomerspelen

Les 6 - Gymlessen (middenbouw) Winterspelen

Transcriptie:

32

9. De Lessen: Gymnastiek De lessenreeks gymnastiek bestaat uit zes complete lessen, afgestemd op de doelgroep. Deze lessen worden telkens ingedeeld in vier delen, namelijk deel A, B, C en D. Deel A bestaat uit een warming-up, waarin simpele oefeningen of spelletjes worden uitgevoerd. Hierdoor kan het lichaam zich voorbereiden op inspanning en worden de spieren opgewarmd. Deel B en C is de kern van de les. Hierin worden specifieke oefeningen aangeleerd. Er worden bijvoorbeeld in deel B enkele onderdelen uit een geheel parcours beoefend en in deel C wordt dit parcours in zijn geheel uitgevoerd. Of er worden in deel B hiphop pasjes aangeleerd en in deel C wordt hier een kort dansje van gemaakt. Deel D is het laatste deel van de les. Hierin wordt een eindspel uitgevoerd met alle kinderen of leggen zij een compleet parcours af, waar zij in deel B en C op geoefend hebben. 33

LES 1 Deel A 4 matjes 1 kast 1 stok kaarten Maak 4 groepjes. Iedere groep gaat een reeks kaarten sparen, bijvoorbeeld harten of ruiten. Alle kaarten liggen door elkaar met het plaatje naar beneden op de kast. Vanaf ieder matje start een kind, rent naar de kast, pakt een kaart en rent terug naar het matje. Je mag pas kijken welke kaart het is als je op het matje bent. Is het een goede kaart, dan houd je deze bij je en loopt het volgende kind naar de kast om nog een kaart te halen. Is het de verkeerde kaart, dan legt het volgende kind de kaart weer op de kast en pakt een nieuwe kaart. Het groepje dat als eerst het straatje compleet heeft, heeft gewonnen. We doen dit spelletje 2 keer. Zorg dat er in elk groepje een kind staat die het spel goed begrijpt en de andere kinderen kan sturen. 34

LES 1 Deel B 1 wandrek 2 dikke matten 4 banken 1 schuin blok 1 kastdeksel 4 matjes 1 mini-tramp 3 honkpalen 6 pionnen 8 hoepels De kinderen worden in 2 groepen verdeeld. 1 groepje gaat naar de minitrampoline, 1 groepje gaat rollen op het schuine vlak. Na ongeveer 6 minuten wordt er gewisseld van onderdeel. Op de minitrampoline krijgen ze achtereenvolgens de volgende opdrachten: zonder aanloop drie keer springen in de mini-tramp met hulp Streksprong Hurksprong Spreidsprong Halve draai Op het schuine vlak voeren zij de volgende opdrachten uit: rollen zijwaarts rollen voorwaarts rollen achterwaarts Mini-tramp: Verleen hulp bij het springen en de landing. Ga pas verder met de opdrachten wanneer de kinderen stabiel springen en goed kunnen landen. Rollen: Beleving is belangrijker dan de actie, zolang het veilig is. Zorg ook bij het rollen voor hulp. 35

LES 1 Deel C 1 wandrek 2 dikke matten 4 banken 1 schuin blok 1 kastdeksel 4 matjes 1 mini-tramp 3 honkpalen 6 pionnen 8 hoepels De kinderen gaan in een circuit de verschillende onderdelen langs. Iedere keer verandert na 3 rondes de opdracht. Bij het schuine vlak en de minitrampoline worden de onderdelen herhaald uit leskern 1. Bij de pionnen en de honkpalen gaan de kinderen slalommen. Bij de hoepels springen ze met twee benen van hoepel naar hoepel. In het wandrek klauteren ze van links naar rechts voeten op de eerste of tweede sport. Over de bank gaan ze eerst lopen, dan op de tenen lopen, kleine sprongetjes maken en als laatste zachtjes rennen. Laat de kinderen verspreid over het circuit starten, om lange wachtrijen te voorkomen. Er is nog steeds hulp bij de mini-tramp en het rollen. 36

LES 1 Deel D Softballen ballonnen Iedereen krijgt een en een softbal of ballon. Zoek een plek in de zaal en zorg dat je genoeg ruimte hebt. - Hoe vaak kan je de bal of ballon hooghouden zonder dat deze op de grond valt? - Maak tweetallen. Hoe vaak kun je de bal / ballon overspelen zonder dat hij valt? Laat de kinderen zelf kiezen of ze met een bal of ballon willen spelen. Kinderen die niet zo snel zijn v.w.b. reactievermogen kunnen het beste starten met een ballon 37

LES 2 Deel A Dynamic-tennis rackets Zachte balletjes Ballonnen 10 pionnen 1. Loop kris kras door de zaal Eerst met het balletje op het racket, dan het balletje hooghouden, dan het balletje stuiteren, en tot slot een plekje zoeken bij de muur en proberen het balletje 5x tegen de muur te spelen. 2. Estafette Maak minimaal 2 groepjes van maximaal 3 kinderen. Elk groepje gaat in een rijtje achter de pionnen staan. Op het startsein van de trainer gaan de voorste kinderen slalommen met het balletje op het racket om 5 pionnen dan rennen ze terug en geven het racket en balletje door aan de volgende enz. Welk groepje is als eerste klaar? De volgende ronde houden we het balletje hoog en de laatste ronde stuiten met de bal. We doen alle opdrachtjes 2 keer Je mag elkaar helpen, wanneer het balletje valt mag iemand anders die voor je oprapen. Mix de groepjes, groot en klein, oudere en jongere kinderen. 38

LES 2 Deel B Dynamic-tennis rackets Zachte balletjes 1 wandrek 3 hoepels 2 banken 1 kast 1 dikke mat 1 korf 1 matje 8 pionnen 3 honkpalen Verdeel de groep in maximaal 3 kinderen per groepje. We gaan 5 onderdelen in dit circuitje oefenen. Geef aan wanneer de groepjes moeten wisselen van onderdeel. 1. Bank/kast/dikke mat: loop over de bank op de kast en maak een streksprong van de kast op de dikke mat. 2. Bank/matje: loop over de bank en houd ondertussen het balletje hoog. Landen op twee voeten. 3. Korf: speel het balletje in de korf, vanaf de pion. 4. Muur: stuiter het - balletje op de grond en speel hem tegen de muur, vanaf de pion. 5. Wandrek: ga achter de lijn staan en probeer het balletje in de hoepels te spelen. De hoepels hangen op verschillende hoogtes. Bij het onderdeel bank/kast/dikke mat leggen ze het racket en balletje aan de kant. 39

LES 2 Deel C Dynamic-tennis rackets Zachte balletjes 1 wandrek 3 hoepels 2 banken 1 kast 1 dikke mat 1 korf 1 matje 8 pionnen 3 honkpalen De kinderen volgen het circuit. Ze proberen nu alles 1 keer te doen en lopen dan door naar het volgende station. Bij de pionnen en honkpalen moeten de kinderen slalommen, terwijl ze het balletje hooghouden. Bij de kast geven de kinderen het racket en het balletje af aan de hulpverlener die erbij staat. Wanneer ze naar het volgende station gaan krijgen ze dit weer terug. Laat de kinderen verspreid over het circuit starten, om lange wachtrijen te voorkomen. 40

LES 2 Deel D Dynamic-tennis rackets Voetballetjes ballonnen Iedereen krijgt een racket en een softbal of ballon. Zoek een plek in de zaal en zorg dat je genoeg ruimte hebt. - Hoe vaak ben je het balletje of de ballon hooghouden zonder dat deze op de grond valt? - Maak tweetallen. Hoe vaak kun je de bal / ballon overspelen zonder dat hij valt? Leg goed uit hoe ze het racket moeten vasthouden. Wanneer er geen dynamic-tennis rackets aanwezig zijn, kun je ook kiezen voor badmintonrackets. 41

LES 3 Deel A 2 banken 1 grote bal 10 kleine ballen (handballen of tennisballen) De kinderen worden in twee teams verdeeld. Beide teams staan achter de bank. De grote bal ligt in het midden en de teams proberen deze tegen de bank van het andere team te spelen, door de kleine balletjes er tegenaan te gooien. Er mag van ieder team 1 speler in het veld staan om de ballen te rapen en terug te brengen naar het eigen team. Maak gemengde teams en laat een ouder kind in het veld staan om de ballen terug te brengen 42

LES 3 Deel B Geluidsinstallatie Cd Hiphop les Begin met 1 danspas aan te leren, gaat - dit goed dan doe je er een dans pas bij, gaan deze twee passen ook weer goed dan doe je er weer een dans pas bij enz. Leer de pasjes eerst zonder muziek aan. Wanneer dat goed gaat begin je met een nummer dat niet te snel gaat! 43

LES 3 Deel C Geluidsinstallatie Cd Nu gaan we de dans die we geleerd hebben op een uptempo nummer uitvoeren en doen we het dansje meerdere keren achter elkaar. Als dit goed gaat ga je als docent weg en laat je de kinderen het dansje zelf doen. Verander ook eens de richting van de dans of de opstelling van de kinderen. 44

LES 3 Deel D Hoepels Geluidsinstallatie Cd Leg, over de zaal verdeeld, allemaal hoepels op de grond. Zet de muziek aan en laat de kinderen rond rennen / huppelen of dansen Zodra je de muziek stopt, zet zoekt ieder kind zo snel mogelijk een hoepel op die leeg is. Zodra ze het systeem snappen kun je ook een hoepel weghalen. Het kind dat geen hoepel heeft krijgt een punt. Wie heeft er op het einde van de les nog nul punten? Laat de kinderen nadat de muziek stopt iets met de hoepel doen zoals de hoepel rond laten tollen of rond hun pols laten draaien. 45

LES 4 Deel A Geen materiaal nodig Warming up De kinderen staan in tweetallen aan 1 zijde van de gymzaal. Ze gaan met de volgende vormen naar de overkant en terug: - Looppas - Huppelen - Huppelen en voorwaarts draaien met de armen - knieheffen - Zijwaartse aansluitpassen - Reuzenstappen (springend) met rechter- en linkerbeen - Verspringen (met twee voeten afzetten en op twee voeten landen) Zorg dat de kinderen genoeg ruimte hebben, zodat ze op eigen tempo de loopvormen kunnen uitvoeren. Laat ze anders in tweetallen achter elkaar aan gaan. 46

LES 4 Deel A 2 ballen (lichte of zachte ballen) 2 fitnessballen 1 Maak twee groepjes van minimaal vier kinderen en maximaal zes. Ze gaan in een kringetje op de rug liggen. Ze doen de benen omhoog en geven de grote fitnessbal met de benen door aan de buurvrouw/-man. Wanneer de bal valt, begin je opnieuw met tellen. Welk groepje heeft in 1 minuut het meest aantal punten? en die je hierbij kunt geven: 1 rondje rechtsom, 1 rondje linksom, 2 rondjes rechtsom, 2 rondjes linksom, etc. Tot maximaal 4 rondjes. 2 Maak groepjes van drie of vier kinderen. Ze gaan in een kring overgooien met een bal met verschillende worpen. Hierbij krijgen ze de volgende opdrachten: 20 keer onderhands met rechts, 16 keer onderhands met links, 22 keer onderhands met beide handen, 18 keer bovenhands met rechts, 14 keer bovenhands met links, 25 keer bovenhands met beide handen. Wanneer de bal valt begin je opnieuw met tellen. Welk groepje heeft als eerst het aantal punten bij elkaar gegooid? Maak de afstand tussen de kinderen niet te groot wanneer een kind nog moeite heeft met vangen 47

LES 4 Deel B 1 blok 2 kasten (laag) 1 dikke mat (als schuin vlak) 1 plank 3 matjes Verdeel de kinderen in twee groepjes. Elk groepje gaat naar een oefening. Na ongeveer zes minuten wordt er gewisseld. Schuin vlak: - rollen zijwaarts linksom - rollen zijwaarts rechtsom - rollen voorwaarts - rollen achterwaarts Plank-kast: - op de knieën, streksprong af - ophurken, halve draai af - overwenden Zorg dat er op alle twee de toestellen hulp is. 48

LES 4 Deel C Wandrek 3 lintjes 3 banken 1 blok 1 kast (1/2 deel) 1 dikke mat (als schuin vlak) 1 plank 1 kast (2/3 deel) 7 matjes 6 hoepels 6 pionnen Laat de kinderen op verschillende plaatsen in het circuit starten. Loop via de bank het wandrek in, ga via de linten zijwaarts naar het einde van het wandrek en klim dan weer naar beneden. Dan loop je naar het blok. Je klimt via het blok op de kast en rolt van het schuine vlak af, zie opdrachten van deel B. Daarna spring je van hoepel naar hoepel totdat je bij de plank bent. Je springt over de kast, zie opdrachten van deel B. Dan slalom je via de pionnen naar de banken met de matjes. Deze liggen over de banken heen zodat je er onder door kunt tijgeren. Drie rondjes op je rug onder de matjes door en drie rondjes op je buik onder de matjes door. Zorg dat er altijd hulp is bij het schuine vlak en de kast. 49

LES 4 Deel D 1 zachte/lichte bal of fitness bal 3 banken Zet de banken in een driehoek. Iedereen staat verspreid op een van de drie banken. De kinderen gooien de bal willekeurig naar elkaar, daarbij moeten ze de naam van de persoon roepen. Wanneer de bal de grond raakt, heeft de groep een minpunt! Het is dus belangrijk om zorgvuldig te gooien. Bij 10 strafpunten is het spel afgelopen. Gebruik bij jonge/kleine kinderen een softbal en bij wat oudere grotere kinderen kun je een grote fitness bal gebruiken. 50

LES 5 Deel A Grote fitness ballen Muziekinstallatie 2 1 De deelnemers lopen kriskras door de zaal met een fitnessbal. De muziek wordt steeds aan en uit gezet. De docent geeft hierbij telkens een andere opdracht: Als de muziek aan is: De bal omhoog gooien en weer vangen, stuiten met 1 hand, rollen met de bal vooruit, stuiten met 2 handen, rollen met de bal achteruit. Wanneer de muziek stopt: Zitten op de bal, zo gestrekt mogelijk liggen met je buik op de bal, liggen met de rug op de bal (voeten blijven op de grond), liggen met je hoofd op de bal, liggend op de grond de bal tussen de enkels omhoog houden. 2 Zet de deelnemers in twee rijtjes tegen over elkaar (zie tekening). De voorste van de ene rij gooit de fitnessbal naar de voorste van de andere rij, dan sluit hij achteraan in zijn eigen rijtje. Zo gaat het steeds verder. Iedere keer dat je de bal hebt gooi je dus de bal naar de voorste van het andere rijtje en sluit je vervolgens achteraan. Mix de kinderen bij opdracht 2 op lengte en leeftijd. 51

LES 5 Deel B 1 minitrampoline 2 dikke matten (op elkaar) 2 kleine matjes 3 banken 4 hoepels 4 pionnen (halve zaal) De deelnemers gaan in stroomvorm van de minitrampoline naar de bank. Hier krijgen zij telkens na drie rondes een nieuwe opdracht: Mini-trampoline: - streksprong - hurksprong - spreidsprong - halve draai Bank: - lopen op de tenen - achteruit lopen - spreidsprongetjes met handen op de bank, voeten aan beide kanten ernaast - spreid- sluitsprongetjes - overwenden linksom en rechtsom. Tussen de twee toestellen springen ze van hoepel naar hoepel en slalommen ze om de pionnen. Zorg dat er bij de mini-tramp hulp aanwezig is. Laat de kinderen eerst vanuit de tramp 3 keer springen en landen met hulp. Kijk dan wie er door kan gaan met springen vanuit een aanloop. Let er goed op dat de romp en het hoofd stabiel is bij het springen en de landing! 52

LES 5 Deel C Tumblingbaan Lange mat Dikke mat Schuinvlak Blok of verhoogd vlak De deelnemers maken een rij achter de tumblingbaan. Om de beurt voeren zij de volgende opdrachten uit: Tumblingbaan - Hele baan streksprongen - Hele baan streksprong gecombineerd met hurksprongen - Hele baan streksprongen gecombineerd met spreidsprongen - Hele baan streksprong, hurksprong, spreidsprong - Hele baan halve draaisprongen, heen en terug Lange mat - Spreidkoprol van het schuine vlak - Koprol van het schuine vlak - Ophurken op het blok - Overwenden over het blok Indien men geen koprol durft, lengterol van het schuine vlak Differentieer per sporter! Kijk per persoon of de opdracht moeilijker gemaakt kan worden. 53

LES 5 Deel D pionnen (per persoon 1) Per persoon 1 bouncer Tennisballen Ieder kind krijgt een bouncer en een pion, die ze ergens in de zaal plaatsen. De pion zetten ze met de smalle kant naar beneden neer. Er worden 2 ballen in het spel gebracht en de kinderen proberen hiermee de kegels van andere kinderen om te spelen. Wanneer de pion om is, zet je hem weer snel recht en speel je weer mee. Wanneer je een kegel van iemand anders omspeelt krijg je 1 punt. De punten worden zelf bijgehouden. Houd de bouncer niet hoger dan kniehoogte, om ongelukken te voorkomen. Pas het aantal ballen aan wanneer dit nodig is. 54

LES 6 Deel A 12 pionnen 2 dobbelstenen 2 (basket)ballen Maak twee groepjes. Ieder groepje krijgt een dobbelsteen. De kinderen gooien om de beurt met de dobbelsteen. Het aantal ogen dat er gegooid wordt geeft aan naar welke pion je op en neer moet rennen. Ben je weer terug dan krijg je het aantal punten van de ogen die je gegooid hebt. En dan is de volgende deelnemer aan de beurt. Alle punten worden bij elkaar opgeteld en het groepje dat het eerste 30 punten heeft, wint dit spel. De opdrachten die de kinderen krijgen tijdens het op en neer rennen: - Looppas zonder bal - Dribbelen - Dribbelen van linkerhand naar rechterhand - Om de lengte van het spel te bepalen kun je het aantal punten dat de groepjes moeten halen variëren. - De kinderen mogen elkaar helpen wanneer de bal op de grond valt tijdens het dribbelen. 55

LES 6 Deel B Geluidsinstallatie Cd - Hiphop Begin met 1 danspas aan te leren, gaat dit goed dan doe je er een dans pas bij, gaan deze twee passen ook weer goed dan doe je er weer een dans pas bij enz. Leer de pasjes eerst zonder muziek aan. Wanneer het goed gaat begin je met een niet te snel nummer. 56

LES 6 Deel C Geluidsinstallatie Cd Hip Hop Nu gaan we de dans die we geleerd hebben op een uptempo nummer uitvoeren en doen we het dansje meerdere keren achter elkaar. De kinderen hoeven niet perfect te kunnen dansen, wanneer ze lekker blijven bewegen is het goed. 57

LES 6 Deel D 1 bal (eventueel ander soort ballen) Lintjes Hoepels De kinderen worden verdeeld in twee teams, 1 team krijgt lintjes om. Het ene team krijgt de bal en probeert 10 keer over te gooien zonder dat de bal de grond raakt. Het andere team probeert dit te voorkomen door de bal te onderscheppen. Wanneer zij de bal hebben proberen zij 10 keer over te gooien en probeert het andere team dit weer te voorkomen. Het team verdient een punt wanneer ze achtereenvolgens 10 keer overgegooid hebben. Daarna krijgt het andere team de bal. Wie heeft de meeste punten? Verdeel de teams zo, dat ze even sterk zijn. 58