Nieuwsbrief Passend Onderwijs Editie juni 2014 Beste lezers, Sinds u in april een nieuwsbrief van ons heeft ontvangen is er alweer zoveel nieuws te melden dat we u graag weer bijpraten over de voortgang van de invoering van Passend Onderwijs. In de vorige nieuwsbrief werd al aangegeven dat dit de periode is van de procedures, regels en afspraken, zodat v.a. 1 augustus voor de mensen die het betreft de kaders waarbinnen we gaan werken zoveel mogelijk duidelijk zijn. In deze nieuwsbrief dus veel organisatorische en procedurele zaken, die m.n. voor de mensen op de werkvloer van belang zijn om goed te kunnen starten na de vakantie. Voordat we echter naar de inhoud gaan is eerst een rectificatie nodig. In de vorige nieuwsbrief stond in het item over de (semi)residentiele instellingen dat de Zefier onder het Bestuur van de Aloysiusstichting Onderwijs en Jeugdzorg valt. Dat klopt natuurlijk niet. De Zefier maakt onderdeel uit van het Pleysier College. Dames en heren van het Pleysier College: mijn excuses. Ik hoop dat e.e.a. hiermee is rechtgezet. Onze ambitie is om vlak voor de zomervakantie nog een laatste nieuwsbrief rond te sturen. 1. De jaarrekening In de vergadering van 22 mei heeft het DB de jaarrekening van 2013 vastgesteld. Die zal nu aan het Algemeen Bestuur worden voorgelegd voor de definitieve goedkeuring. De jaarrekening laat een nettoresultaat van ruim 280.000,- zien. Dit resultaat wordt aan de reserve toegevoegd en kan goed gebruikt worden om in de eerste jaren van Passend Onderwijs, als de verevening nog niet is afgerond, wat financiële ruimte te creëren. Indien u geïnteresseerd bent om de jaarrekening te kunnen inzien, stuur dan even een mail naar Debby de Lima (d.delima@swvzhw.nl) en u ontvangt de jaarrekening per e-mail). 2. Aanvraag extra ondersteuning In de vorige nieuwsbrief in de procedure voor de aanvraag van extra ondersteuning nog eens in grote lijnen weergegeven. Inmiddels kunnen we daar meer in detail over melden. a. Technisch Scholen kunnen v.a. 1 september extra ondersteuning aanvragen voor leerlingen die meer ondersteuning nodig hebben dan de basisondersteuning biedt. Daarnaast kunnen ze plaatsing in het VSO aanvragen. Dat kan gedurende het gehele schooljaar. Beide aanvragen verlopen via hetzelfde systeem. De aanvraag verloopt digitaal. Scholen kunnen inloggen in een nieuwe applicatie, die op dit moment door Onderwijs Transparant (OT), dat ook de BoVo-applicatie en de huidige applicatie voor het loket 1
instroom heeft ontworpen, wordt gebouwd. Tien samenwerkingsverbanden in Noord- en Zuid- Holland hebben OT de opdracht gegeven deze applicatie te ontwikkelen. Door deze gezamenlijke aanpak worden de kosten gereduceerd. Via OSO is uitwisseling met de schooladministratiepakketten mogelijk. Daardoor wordt de administratieve last voor de scholen zoveel mogelijk beperkt. Er is gekozen voor een gefaseerde invoering. Alle SWV-en die meedoen in dit project krijgen per 1 augustus 2014 de beschikking over een standaard aanvraagformulier direct in de applicatie, dat bestaat uit de vragen die alle SWV-en gemeenschappelijk hebben. Daaronder vallen vanzelfsprekend de wettelijk verplichte vragen. Daarnaast kunnen per SWV eigen aanvullende formulieren als word-document worden toegevoegd. In het schooljaar 2014/2015 wordt ervaring opgedaan met de aanvullende formulieren. Op basis van de reacties uit de scholen worden verbeteringen/aanpassingen aangebracht. Vervolgens wordt deze vragen ook gedigitaliseerd en toegevoegd aan het standaardformulier, zodat elk SWV uiteindelijk zijn eigen applicatie op-maat krijgt, passend bij de aanvraagprocedure waarvoor het SWV heeft gekozen. De applicatie bevat tevens een tool die het SWV de mogelijkheid geeft om gegevens die van belang zijn voor monitoring en rapportage te registreren. b. Procedureel Als een school voor een leerling extra ondersteuning wil aanvragen voor een leerling, wordt de volgende procedure gevolgd: - De school neemt een VPI af ( of heeft dat al eerder gedaan) om goed in beeld te krijgen wat de ondersteuningsbehoefte van de leerling is. - Er vindt een gesprek met ouders en leerling plaats om hun visie om de ondersteuningsbehoefte van de leerling in beeld te brengen en de bereidheid van ouders te peilen om een aanvraag voor extra ondersteuning in te dienen. - De school start de digitale aanvraagprocedure en verzoekt de contactpersoon van het SWV om mee te kijken met de aanvraag. - De contactpersoon SWV kan inhoudelijk ondersteunen bij het opstellen van de aanvraag, maar kijkt in een vroeg stadium ook mee om te beoordelen of de aanvraag realistisch is: heeft de school voldoende gedaan in de basisondersteuning en is er werkelijk sprake van extra ondersteuning? Dit om te voorkomen dat een school tijd/energie stopt in een aanvraag die geen kans heeft op goedkeuring. - De school maakt de aanvraag compleet en legt die voor aan de ouders. Doel is om met ouders overeenstemming te bereiken. - Als de aanvraag compleet is, wordt die digitaal aangeleverd bij het SWV. - De contactpersoon SWV controleert of de aanvraag compleet is en zet de aanvraag, met een pré-advies door aan de Commissie van Deskundigen, die een besluit neemt. - De school krijgt 4 weken na indiening van een compleet dossier uitsluitsel over toekenning van de aanvraag. c. Inhoudelijk De aanvraag omvat de volgende elementen: 2
- Het ontwikkelingsperspectief - Een onderbouwing van de aanvraag - De visie van ouders en leerling - Een handelingsgedeelte - De concrete beschrijving van de aanvraag : hoeveel uur, externe ondersteuning, materiaal, voor welke periode. In bijlage 1 het concept-formulier dat het SWV Zuid Holland west heeft opgesteld. De vragen hieruit zullen voor een deel in het gemeenschappelijke deel komen. De overige vragen zullen in het eigen Word-formulier worden ondergebracht. 3. Toelatingscriteria cluster 3 en 4 Voor de toelating tot cluster 3 en 4 zijn door de SWV-en Delft, Zoetermeer, Westland en Zuid- Holland West gezamenlijke nieuwe toelatingscriteria ontwikkeld. Want al gaan we van indiceren naar arrangeren, daarom moeten er nog wel criteria geformuleerd worden, die voor zowel de aanvragers van een plek in het VSO als voor de Commissie van Deskundigen houvast geven. Deze criteria zijn in overleg met de betrokken scholen voor VSO opgesteld. In de DB-vergadering van mei zijn de criteria goedgekeurd. Zie hiervoor bijlage 2. 4. Groepsarrangementen Groepsarrangementen zijn een speciale vorm van extra ondersteuning, bedoeld voor een specifieke groep leerlingen in de school. Een school kan die voor de aanvraag van een nieuw schooljaar aanvragen. Op basis van enkele aanvragen die reeds zijn binnengekomen bij het SWV lijkt het goed om het idee achter een groepsarrangement nog wat te verduidelijken. Financieel: Een groepsarrangement wordt bekostigd uit het budget dat beschikbaar is voor extra ondersteuning. Dat betekent dat de aanvraag qua omvang realistisch moet zijn, d.w.z. dat de aanvragers geadviseerd wordt om voordat hij/zij een aanvraag voor een groepsarrangement indient, in de begroting te kijken naar het beschikbare budget ( programma 3) Op dit moment wordt ook een aanvraagformulier voor groepsarrangementen opgesteld, waarbij de onderstaande punten als basis dienen: Een groepsarrangement a. Is extra ondersteuning en moet in die zin meer bieden dan de basisondersteuning. Voor lwoo en PrO dient het groepsarrangement daarnaast de begeleiding vanuit lwoo en PrO te overstijgen. b. Betreft altijd een extra aanbod voor leerlingen die een extra ondersteuningsbehoefte hebben. Dat betekent dat de doelgroep die het betreft nauwkeurig omschreven dient te worden. c. Dient aan te sluiten bij de extra ondersteuning die de school heeft beschreven in het Schoolondersteuningsprofiel. d. Kan niet samenvallen met de inzet van middelen uit b.v. de prestatiebox, andere subsidieaanvragen, of activiteiten waarvoor ouders om een extra bijdrage wordt gevraagd. e. Kan niet ingezet worden om organisatorische of onderwijskundige keuzes die de school heeft gemaakt te financieren, zoals taalklassen, tempoklassen, of theaterklassen. 3
f. Kan niet ingezet worden voor taken die behoren tot het domein van de jeugdhulp. In de aanvraag zal dus, net als bij een individuele aanvraag voor extra ondersteuning, onderbouwd dienen te worden wat er al in de basisondersteuning wordt gedaan, waarom deze groep leerlingen daar niet genoeg aan heeft, wat de meerwaarde is van een groepsarrangement boven een individueel arrangement enz. enz. Het aanvraagformulier voor groepsarrangementen zal begin juli aan het DB zal worden voorgelegd. 5. Samenstelling Commissie van Deskundigen Als voorzitter van de Commissie van Deskundigen is benoemd: de heer Bart Renders. Bart is orthopedagoog en GZ-psycholoog en heeft hiervoor o.a. gewerkt als docent in het VSO, op het pedologisch instituut, als schoolleider, als voorzitter van de RVC en de PCL en als Inspecteur VO. Bart is ook al betrokken geweest bij de procedure voor de benoeming van de leden van de commissie. Die procedure heeft opgeleverd, dat vanuit de scholen als lid van de commissie benoemd gaan worden: tafel pro/vmbo: Annelies van Brugge ( Diamant College) Andrea Tazelaar (Stanislas College, Rijswijk) tafel m/h/v: Cerise van Eck ( St. Maartens College / De Populier) Anouk Bowier ( HML) Marianne Bankeman ( Maerlant Lyceum) tafel VSO Anouk Bowier (HML) De gesprekken voor de tafel VSO moeten nog gedeeltelijk plaatsvinden. Voor de tafel pro/vmbo zijn we nog met een kandidaat in gesprek. De leden worden vanuit de scholen gedetacheerd. 6. Passend Onderwijs en Bovo In het kader van de BoVo-procedure zijn t.b.v. het in beeld brengen van de ondersteuningsbehoefte van leerlingen, extra vragen opgenomen in het OKR. Er wordt gevraagd of de leerling al extra ondersteuning in het PO heeft ontvangen en zo niet, of ouders of PO school van mening zijn dat de leerling in het VO wel extra ondersteuning nodig heeft. E.e.a. natuurlijk met een inhoudelijke onderbouwing. Zo kunnen scholen voor VO volgend jaar bij aanmelding snel zicht krijgen op de vraag of de leerling eventueel extra ondersteuning nodig heeft en er dus sprake is van zorgplicht. 7. LGF-leerlingen (rugzakjes) Op dit moment wordt de laatste hand gelegd aan het overzicht van verplichtingen voor volgend jaar in het kader van de overgangsregeling rugzakken. Omdat de opgevraagde informatie hierover van 4
Ambulante Dienst, de individuele scholen en DUO niet met elkaar overeenkomen is het een flinke uitzoekpartij geworden. Lastig was ook dat sommige scholen niet hebben geregeerd op ons verzoek om informatie. Voor die scholen kunnen we niet garanderen dat de middelen tijdig beschikbaar kunnen worden gesteld. Mogelijk zullen we een aantal scholen uitnodigen voor een bespreking om de gegevens helder te krijgen. 8. Financiën Vanaf 1 augustus 2014 zullen er intensievere financiële stromen tussen het SWV en de scholen op gang komen. Scholen ontvangen: een bijdrage voor de versterking van de organisatie en coördinatie van de ondersteuning in de school eventueel middelen uit de overgangsregeling rugzakjes aangevraagde middelen t.b.v. de extra ondersteuning eventueel projectgeld. Scholen betalen: Bijdrage voor leerlingen die in de bovenschoolse voorzieningen zitten. Om e.e.a. zo eenvoudig en soepel mogelijk te laten verlopen zal aan het DB een voorstel worden voorgelegd over een vast betaalritme. In de nieuwsbrief van juli leest u hier meer over. 9. Voorlopersproject In deze nieuwsbrief is al eerder aandacht besteed aan de Voorlopersregeling. Op 8 juli sluiten we officieel het Voorlopersproject af. In dit project hebben we op 8 scholen voor VO ervaring opgedaan met een CJG-er in de school. De Schoolmaatschappelijk werkers in de projectscholen hebben de afgelopen periode de taak van SMW-er gecombineerd met die van contactpersoon van het CJG in de school. Doel: zoeken naar een nieuwe samenwerking tussen onderwijs en jeugdhulp, als Passend onderwijs en de decentralisatie van de Jeugdhulp van start gaan. Het project is gemonitord door het HCO, dat op de afsluitende bijeenkomst op 8 juli de resultaten presenteert. In ieder geval zijn er voldoende positieve ervaringen om verder te werken in de in het project ontwikkelde richting van samenwerking tussen onderwijs en jeugdhulp. Voor de betrokken scholen is een overbruggingsregeling tot 1 januari 2015 getroffen. Dan gaat immers pas de nieuwe jeugdwet van start. Na 1 januari 2015 zullen ook andere scholen zo n CJG-er in de school krijgen. We kijken terug op een succesvol project, dat ons veel inzicht heeft gegeven in hoe onderwijs en jeugdhulp effectief kunnen samenwerken. Het succes danken we in de allereerste plaats aan alle deelnemers in de scholen, van jeugdformaat, van het CJG en niet te vergeten de projectleider Floor van Loo die dit project hebben mogelijk gemaakt. Allen hartelijk dank! Karin Loggen Juni 2014 5