Getallen en cijferen 9 5 2 Scrijf de getallen in cijfers. actduizend negentien 53 vijfduizend drieonderdeenenzeventig zesduizend actonderdactentactig tweeduizend negenonderddertig zevenduizend zesonderdvier Maak de rijen af. 32 8 3 8 3 9 38 Welk getal wijst de pijl aan? Scrijf dat getal acter de letters op. 2 3 5 8 9 A B C D E F G H I J K L M N O P A = 5 B = C = D = E = F = G = H = I = J = K = L = M = N = O = P = Zet onder elkaar en tel op. + 28 + = 535 2 + 28 + 2 = 88 + 32 + = 23 + 3 + 55 = 33 + 93 + 23 = 53 + 29 + 98 = 283 + 358 + 28 = 58 + 38 + 8 = 82
5 8 8 3 3 Reken de sommen onder elkaar uit. 2 2 = 558 928 = 583 3 = 8883 3 = 5 8 = 5 28 = 53 5 = 893 39 = Maak de rijen af. Reken van boven naar beneden. + + 5 + + 25 + 3 + 5 + 5 5 5 5 5 5 5 5 52 Scrijf de getallen onder elkaar. Trek twee keer etzelfde getal af. 29 2 2 = 52 392 98 98 = 285 285 = 323 85 85 = 523 8 8 = 52 59 59 = 25 5 5 = 323 32 32 = Vul de ontbrekende getallen in. Zet in de som: + of en de getallen. Reken uit. De uitkomst van de eerste som is et begin van de volgende som, enzovoort. 299 59 58 5 2 9 3 92 + 92 5 35 + 53 = 9 = 9 59 = 83 95 = 853 83
2 Hoofdrekenen 9 5 2 Optellen en aftrekken. + 2 = 8 + 8 = 3 + 5 = + = 83 2 = 83 5 = 22 32 = 532 8 = 3 + 5 = + 2 = 5 = 93 = Delen en vermenigvuldigen. = = 8 2 = 25 = 9 : = 3 : = 2 : 2 = 2 : 25 = 5 25 = 25 : 25 = 32 : = 9 25 = Maak de sommen over geld, meten en tijd. kg 25 g = gram m + 2 dm = dm m dm = dm 35 cm = mm 5 cent + 22,5 = euro 25 cent + 5 euro = 8 cent =,5 5, =,2 Januari eeft weken + dagen. April eeft weken + dagen. 8:5 uur = kwart over Het e kwartaal in een scrikkeljaar eeft weken. Reken uit. = 25 + 5 = 35 : + 95 = 5 : 25 + 9 = 25 = 25 5 + = januari + april = weken + dagen juli + augustus = weken + dagen 8 cent =,2 8 cent =,5 cent =,2 2 cent =,5 8
5 8 8 3 3 Maak de opdracten. a Maak van de cijfers 3, 5, 3 en 5 steeds 2 getallen: een getal van één cijfer en een getal van drie cijfers. Scrijf alle mogelijke combinaties op. 3 en 355 2 3 5 b Vermenigvuldig je combinaties met elkaar. Zet de som met et kleinste antwoord bovenaan en de som met et grootste antwoord onderaan. 3 355 = 5 et kleinste 2 3 5 5 533 = 25 et grootste c Doe etzelfde met de cijfers,, 9 en 9. 2 3 5 2 3 5 85
3 Cijferen 9 5 2 Zet onder elkaar en trek af. 53 2 = 59 98 = 52 285 = 85 = 28 95 = 3 89 = 29 85 = 523 98 = Reken uit. ( : 8) + = 5 + = 5 ( ) = = (25 + 5) = = (35 : ) + 95 = + 95 = (8 25) 5 = 5 = ( ) 2 = 2 = ( + ) = = (32 : 8) + 9 = + 9 = ( 5) 5 = 5 = Eerst scatten, dan uitrekenen. 3 55 5 = 2 3 55 = 235 5 5 = 53 53 = 2 8 2 8 = 2 9 2 9 = 5 8 5 8 = 55 55 = 8
5 8 3 Kijk naar opdract 3. Bereken et verscil tussen je scatting en de uitkomst. Zet et grootste getal vooraan. 8 235 2 = 35 3 Maak de deelsommen zonder rest. 833 : = 92 : 8 = 35 : 5 = 29 : = 32 : = : 8 = 328 : = 32 : 3 = Eerst scatten, dan uitrekenen. 985 : 9 : 2 = 5 985 : 9 = 5 rest 9 : 9 : = 9 : = 29 : 2 : = 29 : = 82 : 9 : = 82 : 9 = 593 : : = 593 : = 29 : 3 : = 29 : = 258 : 8 3 : = 258 : 8 = 8
9 5 Beantwoord de vraag. 2 Leg de vier kaartjes met getallen op een rij. Wat is et grootste getal dat je kunt maken? Reken uit. [RZ_LLB_B3_3..][VI] De Tour de France is een grote wielerwedstrijd in Frankrijk. Hij duurt 22 dagen. De wielrenners leggen elke dag een bepaalde afstand af. In de tabel staan de afstanden van de eerste zeven dagen. datum zaterdag juli zondag 5 juli maandag juli dinsdag juli woensdag 8 juli donderdag 9 juli vrijdag juli afstand 5 km 82 km 9 km 38 km 9 km 5 km 22 km Hoeveel km ebben de wielrenners in totaal in die zeven dagen afgelegd? Over die afstand deden ze ongeveer 25 uur. Hoeveel kilometer fietsten ze ongeveer per uur? 88
Ontdek de som Voor et goede doel De kinderen van groep 3 verkopen knutselwerkjes. Reken uit oeveel geld ze verdienen. Juf Brigitte turft op de lijst oeveel spullen er verkoct zijn. kleipoppetje: 8,8 = cent =, : = cent = : = cent = : = cent = : = cent = : = cent = + Reken uit oeveel geld groep inzamelt. Groep eeft een spelletjeskraam. De leerlingen ebben zelf prijsjes verzameld en gemaakt. 28 bezoekers doen mee met ballengooien. 8 bezoekers trekken touwtje. 22 bezoekers grabbelen in de grabbelton. a Groep aalt binnen. b Bij et ballengooien winnen mensen een prijs. De leerlingen ouden prijsjes over. 89
Maak et scema af en reken uit oeveel groep 5 binnenaalt. Groep 5 oudt een sponsorloop. Elke leerling zoekt zo veel mogelijk sponsors. Elke sponsor betaalt, per rondje. Reken uit. aantal sponsors aantal rondjes bedrag aantal sponsors Amed 5 Ella 2 aantal rondjes bedrag Bram 2 5 Hilde 5 Brian 5 Inne 3 Bruno 5 Imme 3 3 Hidde 3 Lynn 5 2 Mats 3 2 Mila 3 Melle 5 Milou 5 5 Sjoerd 2 Sofie 5 Tom 2 5 Vera 3 2 Walid 2 Yasmin 5 jongens samen: meisjes samen: Groep 5 eeft opgeaald. Reken de opbrengst van groep uit. De leerlingen van groep verkopen zelfgemaakte muffins, stukken appeltaart en receptenboekjes. Een stuk appeltaart zonder slagroom kost,5. Met slagroom kost et 2,. Muffins worden verkoct voor,. De receptenboekjes kosten 2,. a b De leerlingen verkopen muffins, 2 receptenboekjes en 25 stukken appeltaart. Daarvan waren er zonder slagroom en 5 met slagroom. Hoeveel verdienen ze iermee? Een van de ouders eeft et meel, de eieren, de slagroom, de rozijnen en de appels betaald. Bij elkaar kostte dit 2,-. De leerlingen betalen dit geld terug. Er blijft = over voor et goede doel. 9
Reken uit oeveel geld groep binnenaalt. Groep organiseert een boekenmarkt. De kinderen geven alle boeken een stickertje. blauwe stip:,5 rode stip: 2, gele stip:, zwarte stip: 5,,5 2,-,- Ze verkopen 8 boeken met een blauwe stip, boeken met een gele stip, 3 boeken met een rode stip en 29 boeken met een zwarte stip. Alle boeken die ze overouden, leveren ze in bij een tweedeands boekwinkel. Hier krijgen ze 5,- voor. De leerlingen van groep geven aan et goede doel. 5,- Reken uit oeveel geld groep 8 binnenaalt. De leerlingen van groep 8 verkopen kaarten voor un musical. kaarten voor volwassenen:, kaarten voor kinderen tot en met 2 jaar: 3, Ze verkopen kaarten voor volwassenen en 3 kinderkaarten. Groep 8 aalt binnen met de kaarten. Reken uit oeveel alle groepen samen inzamelen. Alle groepen bij elkaar zamelen in voor et goede doel. Hoeveel is dat gemiddeld per groep? per groep Reken uit. Als extra actie geven de kinderen van groep 8 een maand lang ( weken) de elft van un zakgeld aan et goede doel. 8 kinderen krijgen 2,- zakgeld per week. kinderen krijgen 2,5 per week. 8 kinderen krijgen 3,- per week. kinderen krijgen,- per week. 3 kinderen krijgen 5,- per week. Hoeveel levert dit op voor et goede doel? 9
5 Heralen Reken uit. liter = deciliter = centiliter = milliliter deciliter = centiliter = milliliter centiliter = milliliter Reken uit. a In een groot glas kan 2 centiliter frisdrank. Hoeveel glazen kun je volscenken met 2 liter? b c d Hoeveel centiliter passen in een alve liter? In een teekopje past cl. Hoeveel kopjes kun je volscenken uit een teepot van liter? Hoeveel milliliter past in een alve deciliter? Zet de getallen goed onder elkaar en tel op. 32 + 95 = 2 + 35 = 3 + 98 = 52 + 93 = 3 + 58 + = 85 + 59 + 28 = + 39 + 5 = 3859 + 23 + 8 = Zet de getallen goed onder elkaar en trek af. 3 38 = 38 2 = 85 = 92 3 = 3 2 = 8 23 = 2 2 = 8 53 = 92
Eerst scatten, dan uitrekenen. 2 25 2 25 = 5 2 25 = 25 25 = 25 = 3 58 = 3 58 = 35 3 35 = 35 3 = 8 2 = 8 2 = 25 2 25 = 25 2 = 8 2 = 8 2 = Zoek de som. Stijn rijdt met de auto 3 kilometer. De auto eeft liter benzine nodig om km te rijden. Hoeveel benzine eeft Stijn verbruikt? Reken uit. Laat zien wat je doet. Karel koopt een scaakbord van 3,5, scaakstukken van 22,5 en een scaakklok van 22,. De scaakset kost = Karel eeft 2, gespaard. Hoeveel oudt ij over? Karel krijgt de elft van de scaakset van zijn vader. Hoeveel eeft Karel nu over? Reken uit en scat. Karina bakt een appeltaart. Ze eeft daarvoor nodig: - de elft van een alve kilo bakmeel - evenveel roomboter - 25 gram basterdsuiker - gram appelen - een ei van 2 gram De appeltaart weegt = Karina snijdt de taart in 2 stukken. Een stuk appeltaart weegt ongeveer = 93