Verslag KEI-stadslab Maastricht Noordoost. KEI kennis - centrum stede lijke vernieuwing. Samenvatting. 9 oktober 2008



Vergelijkbare documenten
i ii Òiî i î >> i ÈÒî-Òi`i iî" Òä i Gebiedsvisie Hollands Spoor en omgeving

Maak Plaats! Wie Hoorn binnenrijdt maakt kennis met de Poort van Hoorn. Het stationsgebied is het mobiliteitsknooppunt van Hoorn en de regio.

Lezing geluid in ro 28 juni 2017 vissers & roelands architecten & ingenieurs 1. Lezing geluid in ruimtelijke ordening 28 juni 2017

figuur 1a Plankaart OOB

Gemeente Haarlem. Jeroen van Spijk. Retouradres: Stadhuis, Postbus PB Haarlem

Management Summary. Woonmilieu en consument. Amersfoort, 30 mei 2013 MANAGEMENT SUMMARY

BORGSTEDE EN OMGEVING

Factsheet Verkeer. 1. Inleiding. 2. Ambities. Definities, bestaande wetgeving en beleid

Opgave en. toekomstperspectief EEN NIEUWE TOEKOMST

Stationskwartier Zwijndrecht. Wonen in het nieuwe stadshart van Zwijndrecht

Discussienotitie Haagse Mobiliteitsagenda

Samenvatting bijeenkomsten Vernieuwingsbuurten Geuzenveld-Slotermeer

nieuwsbrief Waarom deze

Regionale woonvisie Alblasserwaard - Vijfheerenlanden

Herinrichting Ooster-& Westerkade. Buurtavond Juni Utrecht.nl

Samenvatting Stedenbouwkundig plan

STEDEN- BOUWKUNDIGE VISIE WAGENWEG- GEBIED APRIL 2017

Stationsgebied Hilversum. Hilversum. De groene loper naar de mediastad Stationsgebied

Deventer Rivierenwijk

WONEN, WERKEN & VOORZIENINGEN

Wijkvisie op de Vosseparkwijk

STEDENBAAN Station Moerwijk

Omgevingsvisie Maastricht Resultaten 2 e ronde dialoogsessies met strategische partners van Maastricht 24, 25 en 26 oktober 2018

Typisch gemert. Stedenbouwkundige hoofdstructuur en beeldkwaliteit geven Gemert een nieuwe impuls

Den Helder Stadshart 47

Bij antwoord datum, kenmerk en onderwerp vermelden

Wijkperspectief Vinkhuizen voor elkaar!

nieuwsbrief Waarom deze nieuwsbrief

De nieuwe entree van Hilversum

De Wederik. Herontwikkeling woningbouw - Stedenbouwkundig plan Ontwerp

Uitdagingen voor gemeente en ontwikkelaar bij het loslaten van parkeernormen

in opdracht van en Nota van Uitgangspunten Goudse Poort Samenvatting Definitief

Langzaam Verkeer in de Zuidas. Govert de With Fietsersbond Amsterdam

5.1 Autoverkeer. 5.2 Parkeren

Ontwikkelstrategie Lammenschansdriehoek, Gemeente Leiden (februari 2013) Ontwikkelstrategie

WIJKVISIE STADSKANAAL NOORD

MASTERPLAN WAGENWERKPLAATS

Jessy Riesthuis, Gerrie Meijer, Nirmala Rambocus, Ad Tourne, Jasper Fastl, Annette van den Bosch, Barend Olde Rikkert

herinrichting stationsgebied

HERONTWIKKELING MOLENWAL

Collegebesluit Collegevergadering: 11 december 2018

Verkeerskundige onderbouwing bestemmingsplan Markthof

rhenen schets-museumkwartier deel 1

Stedenbouwkundige ontwikkelvisie Centraal Station Nijmegen

De verbinding tussen station en binnenstad

Mekkelholt. Herontwikkeling. Mekkelholt is in beweging! > Lees nu meer over de verschillende deelprojecten

Kwaliteitsverbetering van de (huur)voorraad in tijden van Krimp Opwierde APPINGEDAM. Delfzijl, 21 november 2013

Informatieavond Bajonetlocatie 15 en 16 juni 2011

Veelgestelde vragen over nieuwbouwwijk Vijfakkers-Noord

Parkeerbeleid met impact: het moet en kan anders! 10 gouden regels

28 Februari 2017 Woonvisie

Stedenbouwkundige reactie

Uitdagingen in de bloemkoolwijk

DO STEDENBOUWKUNDIG PLAN LAAK 3

Woonvisie. Gemeente Nuth Raadsbijeenkomst 12 april 2016

Bewonersbijeenkomst Meeuwensingel 3 oktober 2016

Ruimtelijk kader CBS locatie

Vragen/suggesties 2016 en antwoorden. Woningen

Verslag van de inloopavond op 5 juni 2012 van tot uur voor het conceptbestemmingsplan Grasrijk

Rotterdam - Parkstad. Stedenbouwkundig ontwerp voor de ontwikkelingen van zowel Parkstad als de oostflank van de Afrikaanderwijk.

Kromhout Exploitatie t.a.v. de heren N. Mooij en J. Vink Aan de Bijl DC BERGAMBACHT. Geachte heren,

Wonen in Woerden: geen overlast, veilig en prettig wandelen en fietsen in de wijk

t bouwhuis enschede Masterplan geeft zorgterrein kwaliteiten van landgoed terug

Masterplan Grote Markt en omgeving

het plan in hoofdlijnen

GEBIEDEN. 4 havo 3 Stedelijke gebieden 4-5

Veelgestelde vragen Transformatie Schieoevers-Noord

Verkeersonderzoek. Kenmerken advies: veiligverkeer.nl. Naam dossier: D Locatie: Gemeente Zwolle: Havezathenallee

Onderbouwing sloop en inpassing van woningen aan de Croeselaan

Ontwikkeling centrum De Heeg. gemeente Maastricht 16 april 2018

STAD OP OOGHOOGTE IN NIEUWBOUWPROJECTEN

Omdat bouwen teamwork is

Visie stationsomgeving

De binnenstad is een woongelegenheid in een stedelijk centrum, omdat daar minder en dure woningen zijn, en veel horeca, winkels en kantoren.

vaststellen bestemmingsplan "Bartok"

Woonvisie in t kort 10

NAGELE. programmaboekje

Inspiratieboek. beeldkwaliteitsplan oeververbinding Krimpen-Ridderkerk

Beleggen met betekenis

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN

Onderzoek Digipanel: Structuurvisie

Verslag van de bijeenkomst dromen over Wilgenland. Terugblik: waarom een toekomstvisie en hoe pakken we dit aan?

» Informatiebijeenkomst Hoven II

Module 2. Lopen en Schoolroutes

Binnenstad Den Haag. 21 mei 2015 NRW projectbezoek Den Haag. Ad Dekkers Directeur Bureau Binnenstad Den Haag

FAQ Fietspad Helmond-Eindhoven: Nr. Categorie Vraag Antwoord

Discussienotitie KEI-stadslab Maastricht Noordoost

een breed gedragen alternatief Haarlem 1 december 2013

Oegstgeest aan de Rijn: realisatie van een woningbouwbehoefte

Hart van Westerkoog Toekomstvisie Binnengebied Westerkoog

Nieuwsbrief 3 Masterplan Rijnstate Arnhem bewoners Alteveer/Cranevelt

Fiets snelweg. de snelste fietsverbinding voor het woon-werk verkeer. hoe vormgeving kan bijdragen aan de herkenbaarheid van een regionaal netwerk

Leegstand. Probleem of kans?

s-hertogenbosch De Groote Wielen planopbouw

Woningwet woningcorporaties en gemeenten. Informatie voor gemeenten. de piketpalen gaan nu de grond in

Meer woonkansen voor ouderen

SPOORZONE DELFT, NIEUWE RUIMTE IN EEN HISTORISCHE BINNENSTAD

Beeldkwaliteitsplan Torenstraat 7 Gassel

Bijzondere plekken: Jan van Houtkade / Korevaarstraat

ALKMAAR Ontwikkelbeeld

Transcriptie:

V54 9 oktober 2008 KEI kennis - centrum stede lijke vernieuwing Samenvatting In Maastricht werken de gemeente en de woningcorporaties Servatius en Woonpunt aan de vernieuwing van de buurten Wittevrouwenveld en Wyckerpoort, die onderdeel uitmaken van de Vogelaarwijk Noordoost. De buurten liggen aan weerszijden van de snelweg A2, die in de komende tien jaar wordt ondertunneld. Dit najaar presenteren drie consortia plannen voor deze ondertunneling, inclusief de herontwikkeling van de zone boven de tunnelbak (de A2-zone ). De Maastrichtse partijen willen de vernieuwing van de twee buurten hierop afstemmen, een logische keuze omdat de ondertunneling grote gevolgen zal hebben voor aanzicht, inrichting en positie in de stad van de buurten. Wittevrouwenveld en Wyckerpoort kampen met een aantal problemen: de buurten hebben sociaal-economisch een zwakke positie, zijn onderling van elkaar gescheiden door de A2, hebben een vrij onsamenhangende structuur waardoor bezoekers zich moeilijk kunnen oriënteren, komen parkeerruimte en groen tekort en hebben een eenzijdige woningvoorraad. Daar staat een sterke sociale samenhang tegenover. Gemeente en corporaties hebben de afgelopen tijd in met name Wittevrouwenveld al enkele fysieke ingrepen doorgevoerd. Zo is er een nieuw wijkcentrum, dat bruist van de activiteiten. Om de hoek is een nieuw winkelcentrum gebouwd. Verder wordt nu nagedacht over hoe de buurten zodanig kunnen worden vernieuwd dat ze aantrekkelijk worden voor nieuwe bewoners uit de middenklasse. Obstakel hierbij is vooral het tekort aan parkeerruimte. Omdat van de bebouwing in de wijk nog geen tien procent wordt gesloopt, zal dit tekort voor het grootste deel moeten worden opgelost binnen de bestaande openbare ruimte en wegprofielen. Het Stadslab vond dat de gemeente en corporaties met de eerste fysieke ingrepen al een goed eind op weg waren. De panelleden pleitten er wel voor om de buurten vanuit een hoger schaalniveau te benaderen. Welke functie kunnen zij eventueel hebben of krijgen voor de stad Maastricht? Vooral de A2-zone, nu nog een barrière, biedt in dit verband grote kansen. Bij de inrichting van de zone zouden het verblijven en verbinden centraal moeten staan, en niet het afwikkelen van auto-verkeer. Autoverkeer moet overigens wel worden toegelaten, omdat dit de vestiging van nieuwe, meer stedelijke functies in de zone kan stimuleren. De twee buurten zouden daarmee een betekenis voor de hele stad kunnen krijgen. Dit kan verder

Inhoudsopgave 4 De Stadslab-formule 5 Een heterogene wijk met homogene buurtjes 5 Wijkbeschrijving 8 Vier vragen 9 Eerste reacties 11 Advies 1 Verbind de grote projecten aan de kleinschalige transformatie 11 Advies 2 Zet in de A2-zone de openbare ruimte centraal 12 Advies 3 Maak een directe, herkenbare doorgaande fietsroute door de wijk 12 Advies 4 Formuleer een eindbeeld voor de wijk 14 Advies 5 Werk zo snel mogelijk het achterstallig onderhoud weg 14 Advies 6 Onderzoek de mogelijkheden van nieuwe koopvormen 14 Advies 7 Formuleer geen uniforme parkeermaatregel voor de hele wijk 15 Reacties uit Maastricht 16 Duurzaamheid 17 Slot KEI kenniscentrum stedelijke vernieuwing Kruisplein 25r Rotterdam Postbus 897 3000 AW Rotterdam T 010 282 51 55 F 010 413 02 51 info@kei-centrum.nl 2 worden versterkt als door de buurten een doorgaande fietsroute komt te liggen die de westelijk gelegen delen van Maastricht verbindt met het zwembad in het nu in ontwikkeling zijnde Geusseltpark ten oosten van de buurten. Een sterkere inbedding van de buurten in de stad moet worden ondersteund met het vormgeven dan wel toevoegen van lange, heldere lijnen in het gebied. De twee buurten vertonen nu te weinig samenhang. De lijnen moeten zodanig worden ingericht dat het langzaam verkeer wordt bevorderd. Het Stadslab adviseerde de Maastrichtse partijen om daarbij breder te kijken naar oplossingen voor de kruising over het spoor. Aansluitend op en gelijktijdig met de inrichting van de A2-zone en het versterken van de structuur kan de vernieuwing van de buurten zelf worden aangepakt. Het Stadslab noemde het karakter van lappendeken een grote kwaliteit van het gebied. Dit maakt een kleinschalige en geleidelijke transformatie mogelijk die aansluit op de wensen van de bewoners en ook kansen biedt voor gedifferentieerde oplossingen voor het parkeren. Volgens het Stadslab is het onontkoombaar om in het gebied vergunning-parkeren in te voeren, maar de wijze waarop kan per lapje verschillen. Op plekken waar nieuwbouw komt, zijn er mogelijkheden voor ruimere parkeerfaciliteiten. Het Stadslab raadde de Maastrichtse partijen tot slot aan om al op korte termijn te starten met het wegwerken van het achterstallig onderhoud in de openbare ruimte in Wittevrouwenveld en Wyckerpoort. Dit is voor het imago van het gebied, dat nu een rommelige indruk maakt, van groot belang. 3 Recente verslagen: V53: KEI-atelier De Brede School en de wijkaanpak V52: KEI-salon De nieuwe ordening V51: KEI-stadslab Presikhaaf (Arnhem) V50: KEI-atelier Stijgen in de regio V49: YURP s-lab Wildemanbuurt (Amsterdam-Osdorp) Voor eerder verschenen uitgaven in de V-reeks zie www.kei-centrum.nl/netwerk/v-reeks Copyright 2008 KEI

De Stadslab-formule Een heterogene wijk met homogene buurtjes Het KEI-stadslab is een confrontatie op locatie tussen het onafhankelijke kwaliteitspanel van KEI en bestuurders en professionals betrokken bij een concrete wijkontwikkeling. Partners van KEI kunnen het Stadslab uitnodigen om kwesties voor te leggen en advies te vragen. KEI stelt daarvoor een panel samen met deskundigen, die afreizen naar de betrokken locatie om ter plekke een kijkje te nemen en zich te buigen over de gestelde vragen. De uitkomsten worden aan het eind van de dag voorgelegd aan het lokale bestuur. Dit levert niet alleen een interessante toetsing op aan de politieke werkelijkheid, ook de haalbaarheid van de aanbevelingen van het Stadslabpanel komt aan de orde. Het Stadslab is een stimulerende en actieve manier van kennisuitwisseling, gericht op intervisie. Het Stadslabpanel heeft vaste voorzitters, Siwart Kolthek of Erna van Holland, en een steeds wisselende samenstelling van circa zeven deskundigen (partners van KEI). Zie de website van KEI (www.kei-centrum.nl) voor een uitgebreide toelichting op de formule. 4 In een heterogene wijk met een lappendeken aan kleine homogene buurtjes is het heel goed mogelijk een fijnmazige en geleidelijke transformatie door te voeren, waarbij voor elk lapje een eigen aanpak wordt gevolgd, in nauwe samenspraak met de bewoners. Die conclusie viel te beluisteren tijdens het Stadslab dat KEI kenniscentrum stedelijke vernieuwing op 9 oktober organiseerde in de Maastrichtse buurten Wittevrouwenveld en Wyckerpoort. Deze buurten liggen aan weerszijden van de snelweg A2, die in de komende tien jaar wordt ondertunneld. Een groot project dat enorme kansen biedt om de buurten een meer stedelijk karakter te geven. Volgens het Stadslab is het de kunst om deze grote ontwikkeling te koppelen aan de kleinschalige transformatie op lapjesniveau. Ook voor het grote tekort aan parkeerplaatsen in de buurten kan een gedifferentieerde aanpak worden gevolgd: bij nieuwbouw kan een ruime parkeernorm worden toegepast, zodat nieuwe bewoners uit de middenklasse kunnen worden aangetrokken. In de bestaande bebouwing komt het dan vooral aan op het opknappen van de openbare ruimte en het bevorderen van het langzaam verkeer met lange doorgaande fietsroutes. Wijkbeschrijving Maastricht Noordoost is één van de veertig Vogelaar-wijken. De wijk bestaat uit vier buurten, waarvan de zuidelijke twee Wittevrouwenveld en Wyckerpoort onderwerp van gesprek waren tijdens het Stadslab. Deze buurten zijn van elkaar gescheiden door de snelweg A2. De verbinding met de twee andere buurten in Noordoost Nazareth en Limmel is eveneens onvoldoende. Ook hier liggen grote verkeersbarrières. De buurten Wittevrouwenveld en Wyckerpoort hebben een uitstekende ligging. Direct aansluitend aan de westkant ligt de Maastrichtse binnenstad, waarvan de buurten echter worden gescheiden door de spoorweg. Momenteel kan deze spoorweg maar op enkele plaatsen worden gepasseerd. Aan de oostkant van de buurten ligt het Geusseltpark. Dit gebied met kantoren en sportfaciliteiten wordt heringericht om onder meer een betere aansluiting te krijgen met de landgoederenzone ten noorden van Maastricht. Ook hier geldt echter dat de verbinding met deze aantrekkelijke buitengebieden verre van optimaal is. 5

Wittevrouwenveld en Wyckerpoort herbergen respectievelijk 2.400 en 2.100 woningen. De woningvoorraad bestaat voor zo n 70% uit relatief kleine huurwoningen, die voor het overgrote deel in bezit zijn van de woningcorporaties Servatius en Woonpunt. Beide buurten zijn opgebouwd uit een aantal onderling sterk verschillende sub-buurtjes. Fysiek zijn Wittevrouwenveld en Wyckerpoort er niet slecht aan toe, sociaal wel. In delen van de buurten is sprake van een hardnekkige werkloosheid. Een relatief groot deel van de sociale problemen is geconcentreerd bij een relatief kleine groep gezinnen. Ook zijn de buurten relatief vervuild: de gemeente moet hier meer inspanningen doen om de straten en openbare ruimte schoon te houden dan elders. Verder kent de wijk relatief veel drugsoverlast, een logisch gevolg van de ligging nabij de A2. Drugstoeristen uit België en Frankrijk worden door drugsrunners de wijken in gebracht. Tegenover deze problemen staat een sterke sociale binding, met name in Wittevrouwenveld. In deze volkswijk heeft Servatius de afgelopen drie jaar fors geïnvesteerd. Het buurtcentrum is vernieuwd, er is een nieuw winkelcentrum gekomen en de openbare ruimte is opnieuw ingericht. Ook zijn 6 131 eengezinswoningen in de Electrobuurt gesloopt en vervangen door de nieuwbouw van 142 huur- en koopwoningen (appartementen en grondgebonden). Voor de nabije toekomst staat de sloop van nog eens ruim 300 woningen op stapel, verspreid over kleinere locaties. Zo wordt sloop onder meer ingezet als middel om in de buurten nieuwe, logischer verbindingen te maken. De gemeente Maastricht en de twee corporaties werken in goede samenwerking aan de vernieuwing van Wittevrouwenveld en Wyckerpoort. De aanpak wordt afgestemd op de planvorming voor het gebied rond (en straks boven) de A2. Deze snelweg wordt in de nabije toekomst ondertunneld. Drie consortia komen eind 2008 met een alomvattend plan voor de herontwikkeling van de A2-zone, waar bovengronds een nieuwe stadsboulevard moet komen. Dit zal uiteraard consequenties hebben voor de vernieuwing van de aan weerszijden gelegen buurten Wittevrouwenveld en Wyckerpoort. Het hiervoor op korte termijn te ontwikkelen Stedenbouwkundig Masterplan zal dan ook worden afgestemd op het plan voor de A2-zone. Het masterplan ligt vervolgens aan de basis van het Buurtontwikkelingsplan, waarin de vernieuwing van de twee buurten concreet wordt uitgewerkt. 7

Gemeente en corporaties hebben in eerdere documenten al enkele uitgangs punten geformuleerd voor de vernieuwing van Wittevrouwenveld en Wyckerpoort: het versterken van de verbinding van de buurten met enerzijds de binnenstad en anderzijds Geusseltpark en landgoederenzone. Hiervoor wordt aan de binnenstadskant onder meer een nieuwe verbinding gemaakt over het spoor, bestemd voor openbaar vervoer, fiets en voetganger. Ook moet er een langzaam verkeerroute komen naar het Geusseltpark; de transformatie van de buurten moet geleidelijk en kleinschalig plaatsvinden. Niet via grootschalige sloop, maar via kleine impulsen die de aanzet geven voor meer particuliere initiatieven in de buurt; vanwege de goede ligging bij de binnenstad en de nieuwe kansen door de ondertunneling van de A2 moeten beide buurten doorgroeien naar een stedelijk woonmilieu. Bij nieuwbouw ligt het accent op ruime grondgebonden woningen met tuin. Maastricht mikt daarbij nadrukkelijk op het aantrekken van nieuwe bewoners uit de middenklasse, zodat de buurten een meer gedifferentieerde bevolkingssamenstelling krijgen. Vier vragen Bij de omvorming naar een meer stedelijk woonmilieu voor de middenklasse staat voor de gemeente Maastricht en de twee corporaties één vraag centraal, zo maakte Jake Wiersma, stedenbouwkundige bij de gemeente, duidelijk: Wat moeten we de mensen bieden om hier te komen wonen? Een van de grootste obstakels hierbij is het grote gebrek aan parkeerruimte in de buurten. Omdat bij de vernieuwing geen verdunning van de wijk wordt nagestreefd, moet de kleinschalige transformatie plaatsvinden binnen de bestaande openbare ruimte en wegprofielen. Hoe is het dan mogelijk om mensen uit de middenklasse aan te trekken, gesteld dat die gemiddeld meer auto s hebben (vaak twee per gezin in plaats van één)? En hoe kun je, als er geen verdunning wordt nagestreefd, de zo gewenste mooie nieuwe doorgaande lanen maken, die het labyrinth-karakter van met name Wittevrouwenveld moeten opheffen? Tegen deze achtergrond hadden gemeente en corporaties vier vragen aan het Stadslab: de schaarse openbare ruimte wordt nu overwegend passief gebruikt. Auto s bepalen het beeld. Hoe kan je meer dynamiek toevoegen aan 8 de openbare ruimte, zodanig dat bewoners deze op meerdere manieren kunnen gebruiken? welke ingrepen zijn noodzakelijk om tegelijkertijd de openbare ruimte in ruimtelijk en sociaal opzicht (bruikbaarheid) te kunnen verbeteren en parkeerruimte toe te voegen aan de wijk? hoe krijgt het langzaam verkeer in de wijk de ruimte, na ondertunneling van de A2? hoe kan je openbare ruimte, mobiliteit en gebiedsontwikkeling op een integrale wijze oppakken? En, welke stappen zijn daarvoor nodig? Eerste reacties Na de wandeling door de beide buurten gaven de leden van het Stadslab enkele eerste spontane reacties: de oversteek over een weg die (volgens het Programma van Eisen voor de A2-zone) 20.000 motorvoertuigverplaatsingen moet accommoderen, is te gevaarlijk voor jonge kinderen. Het idee om voor beide buurten, als bindmiddel, één nieuwe brede basisschool te ontwikkelen, komt daarmee op losse schroeven te staan; er is geen herkenbare doorgaande fietsroute door de wijk. Er moet veel meer worden ingezet op een duidelijke fietsstructuur; Wittevrouwenveld en Wyckerpoort zijn beide mooie buurten met verschillende fragmenten die als puzzelstukjes in elkaar vallen. Er zijn echter geen heldere lijnen waardoor mensen zich moeilijk kunnen oriënteren. Alleen de Frankenstraat kan deze functie nu vervullen; de ligging nabij de Maastrichtse binnenstad biedt genoeg potenties om stedelijke woonmilieus te maken. Dan moeten de infrastructuur en openbare ruimte wel voldoende lucht en ruimte bieden voor kinderen om buiten te kunnen spelen. De openbare ruimte is nu te versnipperd. Het is een overweging waard om een nieuw plein te ontwerpen; is het wel nodig om boven de ondertunnelde A2 een nieuwe stadsboulevard te maken? Kan het verkeer niet op een andere manier worden afgewikkeld? Is het niet beter om de ruimte op de tunnelbuis te benutten voor investeringen voor de buurt? in de twee buurten zijn er feitelijk meer woningen dan ruimte voor parkeren. In zo n geval is een sterke regiefunctie van de gemeente hard nodig. Men moet harde besluiten durven nemen over het bewonersparkeren. Bezoekers zouden een grotere loopafstand moeten accep teren. Het enige alternatief is om rigoreus te kiezen voor sloop en nieuwbouw van een parkeergarage; 9

het is een illusie te denken dat het parkeren in harmonie met de bewoners kan worden opgelost. Iedereen wil uiteraard de eigen auto voor de deur, maar tegelijkertijd wil men groen in de wijk. De gemeente zal dus een duidelijk besluit moeten nemen en dat aan de bewoners goed moeten uitleggen; het parkeren kan alleen goed worden opgelost als er tegelijkertijd voldoende vervoersalternatieven worden ontwikkeld. Vooral goed openbaar vervoer is belangrijk, met name voor mensen met een allochtone achtergrond. Die stappen niet snel op de fiets, zeker vrouwen niet; wil je twee buurten bij elkaar trekken met langzaamverkeerroutes, dan moeten die routes worden ondersteund met begeleidende bebouwing; de twee buurten hebben veel bomen die inmiddels zijn volgroeid. Dat is een belangrijke kwaliteit die moet worden gekoesterd; de openbare ruimte is heel rommelig ingericht, ook qua materiaalgebruik; bij het pandsgewijs verbeteren van de buurten moet misschien worden gedacht aan de inzet van andere financieringsconstructies, zoals nieuwe koopvormen. Zoek het dus niet alleen in fysieke ingrepen; de vertegenwoordigers van de gemeente Maastricht toonden zich niet gelukkig met het parkeren in de voortuin, dat op enkele plekken in de wijk wordt toegepast. Volgens het Stadslab hoeft dit echter geen slechte oplossing te zijn, op voorwaarde dat het profiel van de straat het toelaat. Wel moet dan extra aandacht worden besteed aan het onderscheid tussen openbare en privé-ruimte. Deze vloeien in de betreffende straten nu te onduidelijk in elkaar over; het karakter van lappendeken van de twee buurten is een kwaliteit. Er gebeurt ook al veel in de wijk en de projecten sluiten redelijk goed op elkaar aan. De A2-zone biedt een enorme kans voor de wijk. Hier zou de centrale nieuwe openbare ruimte in de wijk kunnen komen. Dat is beter dan een soort voortzetting van de huidige situatie, maar dan met een minder drukke weg. In de A2-zone liggen de majeure keuzes in dit gebied. Het verbeteren van de openbare ruimte, onderwerp van gesprek van het Stadslab, is maar één aspect van de opgave; de oplossingen voor de openbare ruimte en het parkeren kunnen heel divers zijn, aansluitend op de diversiteit in de buurten. Het is daarom raadzaam te vertrekken vanuit de kwaliteiten van de lappendeken, om daar oplossingen bij te zoeken. Kijk bij de transformatie dus preciezer naar welke plekken welke potenties hebben. 10 Advies 1 Verbind de grote projecten aan de kleinschalige transformatie Na kort beraad presenteerde het Stadslab een aantal adviezen aan Wim Hazeu (wethouder Verkeer en Mobiliteit en stadsdeelwethouder Noordoost van de gemeente Maastricht), Harrie Huntjens (directielid en hoofd ontwikkeling bij woningcorporatie Servatius) en Helmut Castro (hoofd ontwikkeling bij Woonpunt). Het eerste advies had betrekking op de vraag hoe je de beide buurten (opnieuw) moet positioneren in de gemeente Maastricht. Het Stadslab constateerde dat er sprake is van twee grote bewegingen in Wittevrouwenveld en Wyckerpoort: enerzijds de grote projecten (Geusseltpark en ondertunneling van de A2), anderzijds de behoefte om na te denken over een kleinschalige, geleidelijke transformatie naar een stadsrandmilieu met een meer gemengde opbouw. Deze twee bewegingen moeten zo veel mogelijk aan elkaar worden verbonden: de top down-benadering dus van de grote projecten met de bottom up-benadering van de kleinschalige transformatie van de buurten. Dit sluit mooi aan op wat als de grote kwaliteit van het gebied wordt gezien: het karakter van een lappendeken. Werk dus meer bottom-up vanuit de lapjes, en minder vanuit de buurten als geheel. Kies dan ook geen standaard-oplossingen voor de hele buurt, maar denk vanuit kleinere eenheden. Werk dus enerzijds aan de verbindende elementen en anderzijds, per lapje, aan de oplossingen voor bijvoorbeeld het parkeren en de openbare ruimte. Het Stadslab merkte ook op dat voor de grote projecten vaak wel voldoende instrumenten van planvorming bestaan. Voor de geleidelijke transformatie geldt dat minder. Toch zijn ook daar mogelijkheden voor een meer pro-actieve opstelling. De gemeente zou het actualiseren van haar bestemmingsplannen en meerjarenonderhoudsplanningen kunnen aangrijpen voor de aanpak van de buitenruimte en de kleinschalige veranderingen in de buurten. Deze instrumenten zijn nu in de regel sectoraal georganiseerd. Door ze meer gebiedsgericht in te zetten, kunnen beheer en transformatie actiever worden aangepakt. Advies 2 Zet in de A2-zone de openbare ruimte centraal Een lapjesaanpak alleen is niet genoeg. Voor het imago van het gebied is ook een grotere structuur nodig. De A2-zone kan dan een belangrijke drager worden die beide gebieden aan elkaar verbindt. Het Stadslab vindt dat het verkeer daarom niet primair mag zijn in deze zone. Dat moet de openbare ruimte zijn, in combinatie met de voorzieningen en het wonen. Het verkeer 11

is daarvan slechts een afgeleide. Oftewel: verbinden en verblijven zijn leidend, verkeer is volgend. Advies 3 Maak een directe, herkenbare doorgaande fietsroute door de wijk Wittevrouwenveld en Wyckerpoort hebben behoefte aan een aantal heldere, langere lijnen, die het gebied meer structuur geven. Dat kan vorm krijgen met behulp van doorgaande routes van langzaam verkeer. Deze zijn niet alleen van belang voor de verbinding van het gebied met de stad, maar ook voor de verbinding van de stad met het Geusseltpark, waar straks het enige zwembad van Maastricht ligt. Het Stadslab ziet het als een uitdaging om mensen met de fiets naar het zwembad te laten gaan. Om de beste route voor het langzaam verkeer te bepalen, bepleitte het Stadslab de toepassing van de elastiekjes-methode : het elastiek moet niet te veel van de rechte lijn afwijken omdat deze dan het risico loopt te knappen. Waar je dus het hardst aan het elastiek moet trekken, is de route niet direct genoeg. Dat geldt volgens het Stadslab voor de nu voorziene plek voor de traverse over het spoor. Bovendien zien de panelleden het viaduct van zes meter hoog als een te grote barrière voor fietsers. Het Stadslab pleit daarom voor het bestuderen van een tunnelvariant voor openbaar vervoer en fietsers, iets noordelijker dan de nu voorziene plek. Een tunnel is comfortabeler, beschutter en kan door voldoende verkeersaanbod, verlichting en materiaalgebruik sociaal veilig worden gemaakt. De tunnel maakt een directere route mogelijk, die vervolgens door de wijk verder gaat. Door steeds dezelfde materialen (lantaarnpalen, verharding, bomen) te gebruiken, kan deze route als een herkenbare eenheid worden vormgegeven (een rode loper met fietsstroken). Belangrijk is wel dat de fietsers overal langs de route voorrang krijgen. Volgens het Stadslab kan de fietsroute bijdragen aan een beter imago van de twee buurten. Mensen die uit andere delen van Maastricht al fietsend naar het zwembad gaan, zien dan dat het ook in Wittevrouwenveld en Wyckerpoort goed wonen is. 12 13 Advies 4 Formuleer een eindbeeld voor de wijk Het Stadslab adviseert om een eindbeeld te formuleren voor de beide buurten: welke mensen zouden er over een x-aantal jaren moeten wonen? Op basis hiervan moet dan worden gekeken naar welke oplossingen mogelijk zijn voor bijvoorbeeld het parkeren. Zo n eindbeeld zorgt voor focus. Het kan worden neergelegd in een beeldkwaliteitsplan en beheer-

plan. Daarin worden de sfeer en uitstraling van het gebied vastgelegd. Hiertoe horen ook de hiërarchie in de langzaamverkeerroutes, de verdeling tussen openbare en privé-ruimte en het materiaalgebruik in de openbare ruimte. Het gebied is nu te rommelig en dat stoot potentiële nieuwe bewoners af. Advies 5 Werk zo snel mogelijk het achterstallig onderhoud weg Volgens het Stadslab moet het imago van het gebied al op korte termijn worden verbeterd door in te grijpen in de openbare ruimte. Het achterstallig onderhoud op de slechte plekken moet daarvoor snel worden weggewerkt. Advies 6 Onderzoek de mogelijkheden van nieuwe koopvormen Om in de wijk nieuwe doelgroepen aan te trekken, kan worden gedacht aan het inzetten van nieuwe financieringsconstructies zoals tussenvormen tussen huur en koop en kluswoningen (verkoop van te verbeteren panden om niet, met een verplichting tot opknappen onder begeleiding van een architect). Daarmee wordt een nieuw product aangeboden dat interessant kan zijn voor nieuwe doelgroepen. Advies 7 Formuleer geen uniform parkeerbeleid voor de hele wijk De mogelijkheden om het parkeren op te lossen zijn in de lappendeken verschillend. Bedenk daarom niet één parkeermaatregel voor de hele wijk. Houd ook niet per se vast aan een parkeernorm van 1,5 of meer parkeerplaatsen per woning, want daarvoor is er niet genoeg ruimte. Het is volgens het Stadslab verstandig parkeeroplossingen per lapje uit te proberen en te evalueren of ze ook geschikt zijn voor andere buurten. De invoering van vergunning-parkeren voor de bewoners is onontkoombaar, waarbij kan worden gespeeld met de prijs (waarbij bijvoorbeeld de eerste vergunning in een huishouden gratis is, waarna voor de tweede moet worden betaald). Dit moet als een groeimodel worden ingezet, zodat mensen kunnen zien dat het in een lapje positieve effecten heeft. Dit werkt beter dan wanneer het vergunning-parkeren overal tegelijk wordt geïntroduceerd, terwijl ergens achter in de wijk nog helemaal geen parkeerproblemen bestaan. Het Stadslab vindt niet dat het parkeren in de voortuin moet worden verboden. Geef het wel zorgvuldig vorm, zodat de rest van de ruimte goed kan worden ingericht. 14 Reacties uit Maastricht Helmut Castro zag in de adviezen van het Stadslab een bevestiging van waar de partijen in Wittevrouwenveld en Wyckerpoort al mee bezig zijn. Nieuw noemde hij de oplossing voor de oversteek van het spoor: een tunnel in plaats van een viaduct. Een oplossing die ook toepasbaar zou kunnen zijn in de noordelijker gelegen buurten Nazareth en Limmel. Ook deze moeten beter met elkaar worden verbonden. Wim Hazeu tekende hierbij aan dat het imago van de al bestaande tunnel onder het spoor in Maastricht uitermate slecht is. Het is dus kwetsbaar om dat nog een keer, maar dan goed, te kopiëren. De wethouder wees daarnaast op de kostenkant: is een tunnel niet veel duurder, ook vanwege de te verwachten problemen met de bodemgesteldheid onder het spoor? En is er langs de sporen wel voldoende ruimte om met de weg omhoog te komen? Bovendien: is het nog wel mogelijk om vanuit de tunnel een toegang tot de sporen van het station te maken, wat bij het viaduct wel de bedoeling is? Hazeu vond de analyse van de buurten als lappendeken, waarbij de gemeenschappelijkheid moet komen van de lange lijnen, verrassend. Hij stelde wel de verbinding tussen Wittevrouwenveld en Wyckerpoort ter discussie. Stel nu dat de consortia geen stadsboulevard ontwerpen, wat dan? Het Stadslab verduidelijkte haar zienswijze op de A2-zone: wel een verkeersweg om nieuwe functies aan te trekken die een bovenwijkse betekenis hebben en daarmee een meer stedelijk milieu mogelijk maken, maar geen weg die door de hoge verkeersintensiteit een te grote barrière opwerpt en het onmogelijk maakt van de zone een prettige verblijfsruimte te maken. Met andere woorden: deze weg luistert heel nauw. Hij moet bijdragen om in de buurten een nieuw publiek te trekken: mensen met kinderen die de stad om de hoek willen hebben, in een omgeving met allure, identiteit en een zekere authenticiteit. Maar dat lukt dus niet met een weg die 20.000 motorvoertuigbewegingen mogelijk maakt. Ook het uitgangspunt dat de weg ruimte moet bieden aan hoogwaardig openbaar vervoer kan averechts uitpakken. Als dit vorm krijgt via een extra busbaan, ontstaan in de praktijk twee keer twee rijstroken. Het schrikbeeld is dat daar geen voetganger meer kan oversteken. Vertaal hoogwaardig openbaar vervoer dus niet in extra busbanen, maar in zaken als bijvoorbeeld een hogere frequentie. Een der aanwezigen vroeg om meer scherpte in de discussie over het parkeren. Vergunning-parkeren invoeren is prima, maar daarmee krijg 15

je niet meer parkeerruimte. In Vinex-locaties met een parkeernorm van twee auto s per woning is het parkeren ook een probleem, relativeerde een lid van het Stadslab. Daar worden namelijk gewoon meer auto s gekocht. Hoe ruim je de norm ook maakt, er blijft een probleem. Een krappe parkeernorm hoort gewoon bij buurten als Wittevrouwenveld en Wyckerpoort. Maar dan trekken wij niet de mensen aan die we hier graag willen hebben, werd gereageerd vanuit Maastricht. Ook dit geluid werd gerelativeerd door het Stadslab. In de komende twintig jaar zal zeker niet de hele bevolking van de buurten worden vervangen. Dat is ook niet wenselijk omdat daarmee bestaande sociale verbanden verloren gaan. De wens om nieuwe bewoners aan te trekken zal in de praktijk het beste lukken op de plekken waar sloopnieuwbouw plaatsvindt en daar is ruimte om andere parkeeroplossingen toe te passen. Er ontstaat in de loop van de tijd dus een differentiatie van plekken waar het parkeren is opgelost en plekken waar de bestaande situatie maatgevend is voor wat je met de auto kunt doen. Sterker nog: het parkeren kan één van de middelen zijn waarmee de differentiatie kan worden gestuurd. Daarvoor is het wel nodig de potenties van de verschillende buurtjes nader te bestuderen. Hoe geef je meer lucht aan de twee buurten, werd gevraagd. Hoe kan groen meer plek krijgen? Door de lange lijnen groen aan te kleden, stelde het Stadslab. Niet om er meteen te kunnen spelen, maar om het imago van het gebied te verbeteren. Bovendien kunnen de lange groene lijnen de oriëntatiemogelijkheden voor bezoekers in het gebied vergroten. Een willekeurige passant zal nu snel verdwalen in het gebied. Ook in de A2-zone kan gebruiksgroen aan de buurten worden toegevoegd. Het groen dat er nu al is, aan het Koningsplein, zou bovendien veel beter gebruikt moeten worden. De gemeente kan er evenementen organiseren. Nu vindt op dit plein alleen de jaarlijkse dodenherdenking plaats. Ook evenementen zijn een manier om de buurten een grotere betekenis voor de stad te geven. 16 langzaamverkeerroutes, komt daar energiezuinige mobiliteit bij, iets wat in veel wijkontwikkelingsplannen nu nog ontbreekt. Verder kan de gemeente via de inzet van vergunning-parkeren (met bijvoorbeeld een gratis vergunning voor de eerste auto en een betaalde voor de tweede) stimuleren dat mensen een bewustere afweging maken of ze wel een tweede auto willen hebben. Duurzaam is ook de geleidelijke transformatie op lapjesniveau, omdat dat de levensduur van het bestaande vastgoed kan verlengen. Slot Wat was tot slot de grootste openbaring voor de Maastrichtse partijen? Het denken in lapjes, als kracht van de wijk, waarbij verschillende oplossingen voor maatwerk in de wijk kunnen zorgen, werd geantwoord. Andere openbaring: de noodzaak om goed te kijken naar hoe delen van een buurt er nou gedetailleerd uit kunnen of moeten zien, in plaats van steeds maar alles integraal te benaderen vanuit de functionaliteit. Wethouder Hazeu constateerde in dit verband dat gemeente en corporaties mogelijk anders aan de slag moeten met de buurtontwikkelingsplannen in het kader van de stedelijke vernieuwing. Deze plannen hebben feitelijk maar één zekerheid, namelijk dat het na twee jaar weer anders moet dan in het plan staat. Misschien moet je in het plan dus volstaan met het vastleggen van enkele principes, om vervolgens met het pincet in de buurt aan de slag te gaan. De principes moeten hoog in het vaandel blijven, maar in de wijze en het tijdstip waarop ze worden uitgewerkt, ben je flexibel. Want we zetten elkaar met de plannen vaak wat veel in de tang. 17 Duurzaamheid De gemeente Maastricht en de twee corporaties hechten in de planvorming voor Wittevrouwenveld en Wyckerpoort veel waarde aan het bevorderen van duurzaamheid. Vraag aan het Stadslab of dit in haar adviezen voldoende tot uiting komt. In de plannen zitten nu energiezuinige huizen en straatverlichting, antwoordde een lid van het Stadslab. Door in te zetten op

Deelnemers KEI-stadslab Maastricht Noordoost Voorzitter Erna van Holland, directeur COB-WEB advies stedelijke vernieuwing, Eindhoven KEI Piet Korporaal, adviseur, KEI kenniscentrum stedelijke vernieuwing, Rotterdam Olof van de Wal, directeur, KEI kenniscentrum stedelijke vernieuwing, Rotterdam Stadslabpanel Erwin Happel, senior adviseur Mobiliteit, Ingenieursbureau Oranjewoud B.V., Oosterhout Henk Hendriks, projectleider Wijken voor de Fiets, Fietsersbond, Utrecht Maarten Lankester, stedenbouwkundig ontwerper, Urhahn Urban Design, Rotterdam Hillie Talens, projectmanager Openbare ruimte & Infrastructuur, CROW, Ede Roderik Tonen, adviseur Verkeer en Vervoer, Impect B.V., Apeldoorn Endry van Velzen, architect, De Nijl Architecten, Rotterdam Hans Wielaard, manager Projecten, Com.wonen, Rotterdam Betrokken partijen Maastricht Noordoost Albert Albers, stadsdeelleider, Bureau Buurtgericht Werken, Maastricht Jean Demollin, team Mobiliteit en Milieu, Gemeente Maastricht Marcel van Dijk, projectleider Maastricht Noordoost, Gemeente Maastricht Ron van Houten, projectmanager, Servatius, Maastricht Weike Medendorp, senior beleidsmedewerker Mobiliteit en Milieu, Gemeente Maastricht Hub Meulenberg, projectmanager, Woonpunt, Maastricht Jan Segerink, opbouwwerker, Trajekt, Maastricht Huub Smeets, Politie, Maastricht Koos Smeets, projectmanager, Servatius, Maastricht Pieter van der Waa, coördinator openbare ruimte, Gemeente Maastricht Jake Wiersma, stedenbouwkundige, Gemeente Maastricht 18 Verslag John Cüsters, journalist, Cüsters Teksten, Maastricht 19 Bestuurders Helmut Castro, projectmanager, Woonpunt, Maastricht Wim Hazeu, wethouder Verkeer en Mobiliteit, stadsdeelwethouder Noordoost, Gemeente Maastricht Harrie Huntjens, directeur, Servatius, Maastricht