Leuven protocol Cardiovasculaire preparticipatie screening en evaluatie van sporters boven 35 jaar goedgekeurd door ALV op 17 september 2015



Vergelijkbare documenten
HET LIPIDENSPECTRUM VAN PATIËNTEN

Cardiovasculair risicomanagement. Patrick Schrömbges Kaderhuisarts Diabetes Mellitus

Inleiding 11 INLEIDING. Aanleiding. Onderwerp en doel

Bijsluiter gebruik CVRM (verhoogd risico)- indicatoren in de huisartsenpraktijk

Myocard infarct Diagnostiek en transmurale afspraken OLVG regio. dr. Geert-Jan Geersing Huisarts Buitenhof Prof.dr. Freek Verheugt Cardioloog OLVG

.192. Etnische ongelijkheid in hart- en vaatziekterisico:

Kent u de cijfers van uw hart?

Bij de behandeling en begeleiding van CVRM neemt de diëtist als zorgaanbieder binnen de zorgketen de dieetadvisering 1 op zich.

Het Vrouwenhart: begeerd maar (nog) onbekend

Individueel zorgplan vitale vaten

Effectieve voeding en beweging bij overgewicht Esther van Etten Sportdietist

INVENTARISATIEFORMULIER IN- EN EXCLUSIE CVRM Versie w1.1 Jan. 2017

Sekse en gender in hart- en vaatziekten: Implementatie in de praktijk

Primaire preventie HVZ

Bepalingenclusters CVRM

Persoonsgerichte preventie in de praktijk. S.A. Petra

Vaatrisico-polikliniek (behandeling van vaatziekten)

Consensus Screening op risicofactoren hart/vaatziekten

Cardiale preventie en revalidatie UZ Leuven

Richtlijn CVRM 2011 Miriam Cohen Kaderhuisarts hart- en vaatziekten te Amsterdam

CVRM: richtlijnen en werkwijze in 2 de lijn. Sybiel Bakker-Aling VS vasculaire geneeskunde Gelre ziekenhuis Apeldoorn

PreventieConsult cardiometabool risico

Werken met het ketenprogramma CVRM

Vitale Vaten. Ineke Sterk projectleider Vitale Vaten 4 oktober 2011

24 september Van harte welkom!

Vakgroepoverleg praktijkondersteuners. 5 juni 2014

Wetenschap in praktijk

Het wetenschappelijke bevolkingsonderzoek naar de vroege opsporing van hart- en vaatziekten.

Topics in Chronic Disease. Chronische Nierschade en de huisarts

Lipiden, Diabetes en Cardiovasculair Risicomanagement. 17 januari 2013, Utrecht Dr. Janneke Wittekoek, Cardioloog Stichting Actief Preventie Plan

Beweegzorg. Gecombineerde Leefstijl Interventie (GLI)

BELGISCHE CARDIOLOGISCHE LIGA HOGE BLOEDDRUK. DUIDELIJKE ANTWOORDEN

Mijn zorgplan Preventie en behandeling Hart- en Vaatziekten

Er zijn verschillende meetmethodes waarmee u kunt vaststellen of u een gezond gewicht hebt:

Diabetes en hart- en vaatziekten. CVRM nieuwe stijl. Nieuwe richtlijn CVRM Risicostratificatie. Wanneer risicostratificatie?

Nieuwe guidelines voor preventie. Cardio 2013 Johan Vaes

Dia 1 Lipiden, Diabetes en Cardiovasculair Risicomanagement. Dia 2. Dia 3. Vet in Historisch Perspectief. simpele vetopstapelingsziekte

Ken je cardiovasculair risico!

NIEUWE CVRM RICHTLIJN 2018 (concept)

Risicofactoren voor hart- en vaatziekten in de Nederlandse bevolking. Een uitgave van de Nederlandse Hartstichting augustus 2006

Sportkeuringen. Wanneer nodig? Door Wie?

SCHEMA CVR SECUNDAIRE PREVENTIE

Zorgproces HVZ. identificatie. Anamnese/ probleeminventarisatie. Gedeelde besluitvorming / Individueel Zorgplan. Follow up

Samen zorgen. Samen zorgen wij voor de beste zorg bij een acuut hartinfarct

Dokter wat heb ik. Casuïstiek workshop over de Multidisciplinaire richtlijn CVRM 2011

Diabetes. D1 Diabetes prevalentie 249,0 233,9. D2 Diabetespopulatie indicatoren 78,7 85,8. D3 Hoofdbehandelaar diabetes 58,2 49,6

Patiënteninformatie. Obesitastraining Eat-Fit

Checklists. Uitneembaar katern, handig om mee te nemen

3 Persoonlijke gegevens

Werken met het ketenprogramma CVRM

Preventie en behandeling hart- en vaatziekten

Workshop voor apothekers en huisartsen. (on)juiste behandeling met orale bloedsuikerverlagende middelen bij

Werkprotocol CVRM praktijkondersteuner en huisarts

.. it takes two to tango! Nascholing VRM 11 december 2012 Karin Idema

Fries Wisselprotocol CVRM Auteurs: Wim Brunninkhuis, Martinus Fennema en Froukje Ubels, November 2014 Beheerder: Froukje Ubels

Zorggroep Cohesie Cure and Care denkt mee bij hart- en vaatziekten! Optimale zorg bij hart- en vaatziekten door samenwerkende zorgverleners

Individueel Zorgplan Cardiometabool

Vaatrisico-polikliniek. screening/behandeling en begeleiding vaatziekten

BELGISCHE CARDIOLOGISCHE LIGA ZWAARLIJVIGHEID. Blaine Stiger - FOTOLIA DUIDELIJKE ANTWOORDEN

Prof.dr. H.J. de Koning, arts-epidemioloog (PI) Prof.dr. M. Oudkerk (co-investigator)

Lipiden behandelen bij de oudere patiënt: starten, stoppen of doorgaan?

Programma Doelmatigheid Cardiovasculair Risicomanagement. Welke rol speelt u bij de preventie en behandeling van hart- en vaatziekten?

Cholesterol en hart- en vaatziekten

Workshop voor apothekers en huisartsen. Altijd een statine bij hart- en. t Voorbeeld

Toelichting bij het aanvraagformulier voorbeeldmodule Voorbereiding op gestructureerd cardiovasculair risicomanagement (CVRM)

Chronische Nierschade in Nederland

Grenzen stellen bij hartfalen patienten. Anne van Vegchel Sportarts

Opportunistic targeted screening for for type type 2 2 diabetes in in primary care care

Zorgmodule Voeding Kansen voor de diëtist. Wineke Remijnse Beleidsadviseur NVD April 2013

METING TANITA INNERSCAN. NAAM:. LEEFTIJD:. LENGTE cm:. GESLACHT: M / V. Gewicht. Vetpercentage. Watergehalte % Spiermassa.

gegevens van de mannen die aan het begin van het onderzoek nog geen HVZ en geen diabetes hadden.

Preventie consult. Huisartspraktijk J.B. Sanders

Op weg naar de speerpuntennotitie lokaal gezondheidsbeleid Boxmeer : Speerpunten voor Boxmeer?? Esther Hendriks 24 september 2009

Arteriële verstijving en vitamine K tekort

Bijeenkomst diëtisten. 20 april 2018

NHG Stendardo Obesità

Medicatie, Consequenties voor dieetadviezen

Inhoud Hoe BRAVO ben jij?

Risicofactoren voor hart- en vaatziekten

Exercise is Medicine Praktische beweegadviezen voor patiënten met perifeer arterieel vaatlijden

Symposium 2015 Geïsoleerde systolische hypertensie bij jonge volwassenen: betekenis en prognose. prof dr Danny Schoors

Hart- en vaatziekten: risicoprofiel en leefstijladviezen. Cardiologie Centrum Waterland

Draaiboek Poli Antipsychotica Screening. - plannen poli afspraak (1 maand voor MDO) - screeningsformulier aan behandelend arts geven

STAPPENPLAN VRM PRIMAIRE PREVENTIE

Oud en anders Cardiovasculair risicomanagement bij ouderen: wat te doen of te laten?

Samenvatting. Het Terneuzen Geboortecohort. Detectie en Preventie van Overgewicht en Cardiometabool Risico vanaf de Geboorte

Zorggroep Cohesie Cure and Care denkt mee bij hart- en vaatziekten! Optimale zorg bij hart- en vaatziekten door samenwerkende zorgverleners

Checklist Categoraal spreekuur

Amsterdam Joke Lanphen Kaderarts Hart en Vaatziekten. huisarts in GZC de Lloods. Amsterdam

ESC GUIDELINES BEHANDELING DYSLIPIDEMIEEN

CVRM: patiënten selectie en registratie!! cvrm(anagement!!) Registratie Maak een (verbeter)plan!!

Transmurale zorg: hoe organiseer je dat? Dr. A.G. Lieverse - internist Máxima Medisch Centrum, Eindhoven

Kleef hier onmiddellijk een identificatiesticker. blauw. Toelatingsexamen arts. 2 juli Generieke competenties (GC) VAARDIG 2

Kleef hier onmiddellijk een identificatiesticker. geel. Toelatingsexamen arts. 2 juli Generieke competenties (GC) VAARDIG 2

Ontmasker de stille doder. Meet uw bloeddruk. Spreek erover met uw arts. Working Group on Cardiovascular Prevention and Rehabilitation

PROTOCOL NO SHOW KETENZORG Regio Oost-Achterhoek

regio uw praktijk % % jaar 6.9 jaar % % % % % % mmhg

Indicatoren CV-risicomanagement bij patiënten met Hypertensie of Hypercholesterolemie (VVR) Versie mei 2016

UITGANGSPUNT HUIDIGE SITUATIE

Hypertensie. Laila Niamut, internist nefroloog. 27 januari 2012

Transcriptie:

Leuven protocol Cardiovasculaire preparticipatie screening en evaluatie van sporters boven 35 jaar goedgekeurd door ALV op 17 september 2015 Goedgekeurd door ALV op 17-09-2015 (VSG6816) 1

Inhoudsopgave Doel Leuven protocol 3 Indeling van doelgroepen 3 De inhoud van de cardiovasculaire evaluatie volgens het Leuvenprotocol 3 Voetnoten 4 Bijbehorende informatie 6 Literatuur 6 Goedgekeurd door ALV op 17-09-2015 (VSG6816) 2

Doel Leuven protocol 1 Het Leuven protocol is bedoeld om sporters boven 35 jaar met een verhoogd risico op acute hartdood op te sporen en te begeleiden in het traject van verder onderzoek, sportadvisering / sportgeschiktheidsbeoordeling en behandeling. Indeling van doelgroepen 2 Het Leuven protocol is van toepassing op alle, zowel actieve als inactieve, mensen boven 35 jaar die voor het komende jaar een sportieve ambitie hebben. Doelgroepen zijn te definiëren op basis van enerzijds de huidige hoeveelheid lichaamsbeweging en de sportieve ambitie en anderzijds het risicoprofiel voor hart- en vaatziekten (HVZ). Huidige hoeveelheid lichaamsbeweging en sportieve ambitie Op grond van de hoeveelheid lichaamsbeweging en sportieve ambitie zijn er in het kader van het Leuvenprotocol vier mogelijke groepen A. Inactieven zonder sportieve ambitie voor het komende jaar Deze groep mensen komt - op grond van hun lichamelijke inactiviteit in aanmerking voor de zogenaamde beweegzorg. Deze wordt verdere uitgewerkt in de nog te verschijnen zorgmodule bewegen. B. Actieve bewegers/sporters die het komende jaar willen blijven sporten met een matige duurintensiteit (lager dan 6 MET). Bij deze mensen kan een screening met een vragenlijst een onderscheid maken in mensen die zonder aanvullend medisch onderzoek hun gewenste sportieve activiteit kunnen doen en mensen bij wie minimaal een basiscardiovasculair SMO wordt aanbevolen, eventueel aangevuld met een i-ecg (zie verder bij inhoud van cardiovasculaire evaluatie). C. Beginnende (voormalig inactieve) duursporters die het komende jaar willen gaan sporten met een intensiteit van minimaal 3 MET en actieve bewegers/sporters die het komende jaar willen gaan sporten met een intensiteit van minimaal 6 MET. Bij deze mensen wordt minimaal een basiscardiovasculair SMO aanbevolen. Dit basiscardiovasculair SMO zal bij afwijkingen of een SCORE > 10 % alsnog aangevuld dienen te worden met een i-ecg. D. Mensen met een specifiek sportief doel voor het komende jaar die tevens (inspanningsfysiologische) vragen hebben over hun specifieke duurvermogen en/of trainingszones. De inhoud van de cardiovasculaire evaluatie volgens het Leuvenprotocol Cardiovasculaire evaluatie kan in het kader van het Leuvenprotocol op 5 manieren worden verricht: 1. Op grond van een screening met een uitgebreide vragenlijst (VSG6616) 3. Deze kan ingezet worden bij mensen uit de hierboven beschreven groep B. Bij negatieve screening is dit afdoende voor het veilig kunnen uitvoeren van de gewenste sportieve activiteit. Goedgekeurd door ALV op 17-09-2015 (VSG6816) 3

Bij positieve screening zal een uitgebreid cardiovasculair SMO met i-ecg moeten worden verricht. 2. Op grond van een a priori berekening van de SCORE 4. Deze kan worden ingezet bij mensen uit de hierboven beschreven groep C met gebruikmaking van vooraf bekende gegevens over leeftijd, geslacht, roker/niet-roker, bloeddruk en cholesterol-ratio. Een grote groep mensen heeft op grond van leeftijd, geslacht en roken/niet-roken al zeker een hogere SCORE dan 10% (bijvoorbeeld rokende mannen van 55 jaar). Bij een andere groep is de SCORE al te berekenen omdat bij hen de bloeddruk en cholesterolstatus bekend is. Bij deze mensen kan op voorhand worden besloten om een uitgebreid SMO met i-ecg te laten verrichten. 3. Op grond van een basiscardiovasculair SMO (met anamnese, lichamelijk onderzoek, bepaling van SCORE 4,5 en rust-ecg). Dit is voor de mensen uit de hierboven beschreven groep C bij wie a priori de SCORE (mogelijk) lager is dan 10%. Hierbij zal een basiscardiovasculair SMO moeten plaatsvinden. Er bestaat de mogelijkheid dat deze achteraf moet worden aangevuld met een i-ecg als er een afwijking is bij anamnese, lichamelijk onderzoek of rust- ECG of als de SCORE na bepaling toch hoger blijkt te zijn dan 10%. 4. Op grond van een uitgebreid cardiovasculair SMO met i-ecg (met anamnese, lichamelijk onderzoek, bepaling van SCORE 4,5, rust-ecg en inspannings-ecg). Als er geen afwijkingen zijn bij dit onderzoek kan de sporter veilig zijn gewenste sportieve activiteit doen. Als er wel afwijkingen zijn moet consultatie plaatsvinden bij een cardioloog. 5. Op grond van een uitgebreid cardiovasculair SMO met i-ecg en ademgasanalyse (Belardinelli). Dit is voor de mensen uit de hierboven beschreven groep D. Er zijn behalve inspanningsfysiologische ook medische argumenten om het cardiovasculaire SMO uit te breiden met ademgasanalyse. Medische redenen zijn er als er a priori een grote kans bestaat op cardiale ischaemie, bijvoorbeeld bij bestaande cardiale klachten. In dat geval is er in strikte zin echter geen sprake meer van een preparticipatie screening/evaluatie maar van een cardiologisch consult. Voetnoten 1. Het Leuven protocol betreft de preparticipatie screening gericht op cardiovasculair risico. Het protocol is afgeleid van de Position stand van de European Society of Cardiology (ESC). Zie literatuurlijst: Borjesson e.a. 2. Het ESC standpunt betreft recreatieve sportbeoefening. Niettemin wordt in het stroomdiagram bij activiteiten tot 3 METS (low intensity activity) preparticipatie screening geadviseerd. Om praktische redenen wordt die aanbeveling in het Leuven protocol niet overgenomen. Tevens wordt het Leuven protocol het stroomdiagram voor actieve en niet-actieve personen in één schema weergegeven. 3. Het ESC standpunt betreft het gebruik van vragenlijsten van AHA/ACSM. In het Leuven protocol zijn behalve de vertaling ook kleine aanpassingen aan de Nederlandse norm doorgevoerd. In deel 1 de toevoeging: gebruikt u anderszins medicijnen op doktersvoorschrift. In deel 2: bent u een man van 50, is uw cholesterol 6.5 mmol en heeft u overgewicht van 10 Goedgekeurd door ALV op 17-09-2015 (VSG6816) 4

kg of een BMI hoger dan 30. Een en ander conform de standaard CVRM. 4. Zie ook link: http://www.scoremeter.nl/ Het ESC standpunt betreft het gebruik van de SCORE tabel verdeeld in laag en hoog risico landen, gebruik makend van het totaal cholesterol en risico op cardiovasculaire ziekte. Daarbij is de scheidslijn gelegd bij een risico hoger dan 5%. In de standaard CVRM heeft een conversie gestalte gekregen op basis van Nederlandse gegevens, gebruik van de cholesterol ratio en het risico op sterfte en ziekte. Daarbij gelden andere percentages, waarbij de vergelijkbare scheidslijn bij 12-13% zou uitkomen. Omdat in de Nederlandse SCORE tabel gewerkt wordt met een 3 deling <10 %, 10-20% matig en > 20% hoog risico, wordt in het Leuven protocol de scheidslijn bij 10% gelegd. Aandachtspunten bij 70 plussers De risicotabel is niet van toepassing op personen ouder dan 70 jaar. Het ligt echter in de lijn der verwachting dat het risico van 70-plussers minstens gelijk is aan dat van 70-jarigen. Zie verder de standaard CVRM. Aandachtspunten bij jongere personen (< 50 jaar) Er zijn geen risicotabellen voor personen jonger dan 40 jaar; deze leeftijdsgroep bereikt zelden de risicodrempel. Ook personen jonger dan 50 jaar met een ongunstige leefstijl of met risicofactoren bereiken maar zelden de risicodrempel van 20% of zelfs 10% risico op ziekte of sterfte door HVZ in de tien volgende levensjaren. Vaak wordt de diagnose verhoogd cardiovasculair risico bij deze personen pas gesteld bij een klinisch manifeste ziekte en komen zij dan wel in aanmerking voor (medicamenteuze) behandeling. Leefstijlaanpassingen zijn juist op jongere leeftijd zinvol; deze verminderen immers jarenlange cardiovasculaire belasting. Leefstijlaanpassing dient daarom te worden geadviseerd aan personen met een laag absoluut 10-jaarsrisico op HVZ maar met een verhoogd relatief risico ten opzichte van leeftijdgenoten op grond van het risicoprofiel (referte standaard CVRM). 5. Opmerkingen bij bepaling van SCORE BMI en middelomtrek De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) beveelt de BMI aan voor classificatie van overgewicht (BMI 25,0-29,9 kg/m2) en obesitas (BMI 30,0 kg/m2) (WHO 2011). Aan de hand van de BMI kan worden vastgesteld of overgewicht een additionele risicofactor is voor HVZ. Bij een BMI die rond de grens van obesitas schommelt, is de middelomtrek als aanvullende maat te gebruiken. Het risico op HVZ is toegenomen bij een middelomtrek > 80 cm bij vrouwen en > 94 cm bij mannen. Zie verder de standaard CVRM. Bloeddrukbepaling De bloeddruk kent een aanzienlijke spontane variatie in de tijd. Daarom dient de hoogte van de bloeddruk te worden vastgesteld op basis van meerdere metingen. De meting van de bloeddruk en de bijbehorende streefwaarden blijkt afhankelijk van de meetsituatie (in de praktijk, thuis of ambulant). Een en ander conform de toelichting, zoals beschreven in de standaard CVRM. Bepaling cholesterol en HDL Zoals ook in de standaard CVRM beschreven kan de bepaling van totaal en HDL choleserol voor de risico schatting niet-nuchter geschieden. Alleen voor de instelling van en controle op de behandeling met cholesterol verlagende medicatie is de nuchtere bepaling van het LDL cholesterol nodig. Goedgekeurd door ALV op 17-09-2015 (VSG6816) 5

Bijbehorende informatie - Flowchart Leuvenprotocol incl toelichting (VSG7793) - Screenende vragenlijst (uitgebreid) voor beginnende recreatieve en breedtesporters met het oog op preventie van hart-/vaatziekten en andere gezondheidsproblemen (VSG6616) - Criteria voor beoordeling van cardiovasculaire screening (VSG6451) - Criteria voor beoordeling van inspannings-ecg - http://www.scoremeter.nl/ Literatuur - Borjesson e.a. Position stand from the sections of exercise physiology and sports cardiology of the European Association of Cardiovascular Prevention and Rehabilitation: Cardiovascular evaluation of middle-aged/senior individuals engaged in leisure-time sport activities, Eur J Cardiovasc Prev Rehabil. June 2011 vol. 18 no. 3 446-458 - CVRM richtlijn - Belardinelli e.a. - Exercise-induced myocardial ischaemia detected by cardiopulmonary exercise testing European Heart Journal 2003 (24): 1304-1313 Goedgekeurd door ALV op 17-09-2015 (VSG6816) 6