Dispersieproblemen bij planten Hoe kan connectiviteit verbeterd worden? Wim Ozinga Michiel Wallis de Vries, Marijn Nijssen Veldwerkplaats OBN, 12 oktober 2018
Versnippering als probleem Balans Leefgebied (grote populatie) Stapsteen lokaal uitsterven kolonisatie Corridor Leefgebied (kleine populatie) Leefgebied (onbezet) Verbetering connectiviteit voor kenmerkende plantensoorten?
Versnippering als probleem Balans Versnippering (andere drukfactoren) lokaal uitsterven kolonisatie Dispersie Fluctaties (milieu, demografisch) Populatieomvang Genetische variatie Reproductie en aanpassingsvermogen
Beoordeling knelpunten en kansen Eigenschappen Knelpunten Randvoorwaarden herstel Soorten Habitat, corridors, stapstenen & matrix Inrichting Populatiebeheer Eigenschappen (Dispersiecapaciteit) Bronpopulaties Kwaliteit Beheer
Planten immobiel i.v.m. dieren Aanpassingen voor lange lokale overleving Klonale groei, zaadbank Aanpassingen voor transport zaden Meeliften met dispersievectoren
Transportmiddelen voor zaden Wind Water Zoogdieren, vacht Zoogdieren, mest Vogels
Transportmiddelen voor zaden Wind Water Zoogdieren, vacht Zoogdieren, mest Vogels
Transportmiddelen voor zaden Wind Water Zoogdieren, vacht Zoogdieren, mest Vogels
Transportmiddelen voor zaden Wind Water Zoogdieren, vacht Zoogdieren, mest Vogels
Transportmiddelen voor zaden Wind Water Zoogdieren, vacht Zoogdieren, mest Vogels
Transportmiddelen voor zaden Wind Water Zoogdieren, vacht Zoogdieren, mest Vogels Mieren (+ andere ongewervelden)
Transportmiddelen voor zaden Wind Water Zoogdieren, vacht Zoogdieren, mest Vogels Mieren (+ andere ongewervelden) Mensen (kleding, schoeisel, maaimachines, voertuigen, bodemtransport,...)
Dispersie-capaciteit Dispersie-curve Kans (log) staart staart 0 100 200 300 400 Afstand (m)
Dispersie-capaciteit Veel kenmerkende soorten: zeer gering Kans (log) staart staart 0 100 200 300 400 Afstand (m)
Mobiele infrastructuur voor planten Afname diversiteit infrastructuur Vogels Wind Water Zoogdieren Extensief landgebruik mensen
Mobiele infrastructuur voor planten Incl. rondtrekkende schaapskuddes Vooral kansen in: Brede verbindingszones Gebieden met hoge dichtheid bronpopulaties (anders effect soms averechts) Gebruik kennis over historie
Effectieve kolonisatie: inclusief kieming Abiotische niche: kieming als bottleneck Open, zonnige plekjes nodig Korte afstand en hoge frequentie Nederlandse naam Aardkastanje Driedistel Kalkwalstro Voorjaarsganzerik Betonie Duifkruid Aarddistel Wondklaver Periode van kieming Vroege voorjaar Voorjaar Voorjaar Voorjaar Voorjaar-zomer Voorjaar-zomer Herfst Herfst-voorjaar
Gebrek aan kiemingsplekken Knelpunt: Verruiging: afname kiemingsplekken (mate en frequentie) Ruimtelijke en temporele isolatie
Bronpopulaties Eigenschappen Kans op succesvolle kolonisatie gering Bronpopulaties Kolonisatie als loterij Aantal en omvang bronpopulaties bepaald kansen Gebrek (grote) bronpopulaties
Soortenrijkdom Uitsterfschuld Bronpopulaties: vertraagd uitsterven Habitatverlies Nieuwe balans Langlevend Kortlevend Tijd
Soortenrijkdom Uitsterfschuld Bronpopulaties: vertraagd uitsterven Habitatverlies Nieuwe balans Langlevend Kortlevend Tijd
Bronpopulaties: basis voor herstel connectiviteit Kans: Inrichting: aansluiten bij bronpopulaties (liefst grote) Beheer: versterken bronpopulaties Niet te lang wachten! GIS: In beeld brengen ruimtelijke patronen aandachtsoorten Waar liggen kansen?
Uitwerking: ambities? Bronpopulaties (concentraties) Focus Inrichting & beheer (speelruimte) Beleidsopgaven (Natura 2000, Provincie, Gemeente)
Uitwerking 11.00 Korte pauze... 11.15 Habitatfragmentatie en -isolatie als gevolg van historisch-ecologische veranderingen in de streek. Freek van Westreenen 11.30 Verbinden in de praktijk (workshop met inleiding Marijn) Marijn Nijssen en Michiel Wallis de Vries
% soorten met afname Decreasing species (%) Mobiele infrastructuur voor planten 60 50 Trend 20 e eeuw No - zaadbank seedbank seedbank + zaadbank 40 Avg. Gem. soorten No zonder seedbank zaadbank 30 20 Avg. seedbank Gem. soorten met zaadbank 10 0 N=39 N=12 N=50 N=56 N=108 N=281 N=105 N=123 N=80 N=103 Vogels Birds Wind Wind Mest Dung zoogdieren mammals Water Vacht Fur mammals zoogdieren Ozinga et al. (2009)
Cumulative survival Bronpopulaties: vertraagd uitsterven Lokale overleving Overleving (% PQ s) 1 0.9 0.8 0.7 0.6 Nutriëntenbehoefte Productivity: Laag Low Intermediair Intermediate High Hoog 0.5 0.4 0 2 4 6 8 10 12 14 16 18 20 Tijd (jaren) Time (years) Ozinga et al. 2007
Selectie soorten Criteria Kenmerkend Dispersie-capaciteit zeer gering Bronpopulaties: Niet te zeldzaam (versterking populaties) Niet te algemeen (liften mee) Nederlandse naam Wetenschappelijke naam Belangrijkste dispersievector(en) Dispersieperiode Periode van kieming Aarddistel Cirsium acaule Mieren, wind (kort) aug-maart Herfst Aardkastanje Bunium bulbocastanum wind (kort) juli-aug Vroege voorjaar Betonie Stachys officinalis vacht, wind (kort) juli-okt Voorjaar-zomer Driedistel Carlina vulgaris mieren, wind (kort) aug-maart Voorjaar Duifkruid Scabiosa columbaria vacht, mieren aug-nov Voorjaar-zomer Kalkwalstro Galium pumilum vacht, mieren juni-okt Voorjaar Voorjaarsganzerik Potentilla verna mest, mieren mei-aug Voorjaar Wondklaver Anthyllis vulneraria mest, wind (kort) juni-okt Herfst-voorjaar
Levensduur zaadbank Gering Hoog Regelmatig Onregelmatig Effectieve kolonisatie: inclusief kieming Beschikbaarheid kiemingsplekken Dichtbij Ver weg Gering Dispersiecapaciteit Hoog
Soortenrijkdom Versnippering als probleem Hoge connectiviteit Lage connectiviteit Verlies leefgebied Oppervlak
Prioriteiten o.b.v. aandachtsoorten
Belangrijke nectarplanten
Uitwerking: ambities? Bronpopulaties (concentraties) Focus Inrichting & beheer (speelruimte) Beleidsopgaven (Natura 2000, Provincie, Gemeente)