Jaarverslag en jaarrekening 2018

Vergelijkbare documenten
Samenwerkingsverband Welzijnszorg Oosterschelderegio

Raadsadvies. Ontwerp programmabegroting 2019 GR

Jaarverslag en jaarrekening 2016

Ilph1/40Welziinszorg Oosterschelderegio

Jaarplan SWVO 2016 INLEIDING

GEMEENTE THOLEN IIIIIIIIIIIIIIIII1IIIIIIIIIIIIIVIIIIIIIIIIIIII ink Afdeling/auteur postjwo Registratiedatum 29/12/2015

- Programma secretariaat: aan te passen met inkomsten voor geleverde diensten door het CZW Bureau.

Jaarverslag en jaarrekening 2015

CHECKLIST STUKKEN GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING. BEGROTING EN MEERJARENRAMING Samenwerkingsverband Oosterschelderegio 2016

Programmabegroting

Ontwerp programmabegroting 2019 SAMENWERKINGSVERBAND WELZIJNSZORG OOSTERSCHELDEREGIO

Groene druk Grijze druk Recent gebruik

Jaarverslag en jaarrekening 2014

Ontwerp Programmabegroting 2018

IEENTE BORSELE INGEKOMEN -8 JAN uniuin RQ

: Jaarrekening 2008 van het Samenwerkingsverband. Welzijnszorg Oosterschelderegio (SWVO).

Welzijnszorg Oosterschelderegio

Jaarverslag en jaarrekening 2013

Toelichting administratief proces maatwerkvoorziening begeleiding

Raadsvoorstel. Inleiding

Jaarverslag en Jaarrekening 2010 Gemeenschappelijke Regeling Samenwerkingsverband Welzijnszorg Oosterschelderegio

voorstel Beslisnota voor de raad Openbaar Huishoudelijke Hulp Toelage (HHT) Versienummer v 3.0 Portefeuillehouder Nelleke Vedelaar

Stand van zaken Sociaal Domein

Realisatie Bedijfsvoering ADBZ Arbeidsmarkt Project

Wijziging Nadere regels voor subsidieverstrekking Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Roosendaal;

Subsidie uitvraag Welzijnswerk 2017

Nadere regel Wmo 2015 Gemeente Ede. Inhoud Inhoud 1. Hoofdstuk 1 - Inleiding 2. Hoofdstuk 2 - Persoonsgebonden budget (pgb) 2. Artikel 1.

Kaderstellen (Beleids)uitvoering Controleren. Gemeente Raad College Raad. Algemeen bestuur Dagelijks bestuur

Overzicht initiatieven voor innovatie in de Oosterschelderegio, september gemeente Wat? Status

Toelichting. : Wendy van Neer. Datum : 20 mei Betreft : verantwoorde inkoop zorg en ondersteuning Kenmerk :

Jaarverslag Zorg 2013: Individuele voorzieningen Wmo 2013

Rapport Monitor decentralisaties Federatie Opvang

Jaarverslag en jaarrekening 2012

De bibliotheek actief in het sociale domein. Veranderende wetten en de rol van de bibliotheek daarbij


Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016

Met het nieuwe welzijnsbeleid werkt de gemeente Tiel vanuit de volgende uitgangspunten:

Bijlage 2 Factsheet en ontwikkelagenda gemeente Ridderkerk

Inkoopkader Wmo 2016: Toelating nieuwe aanbieders

Raadsplein info/debat. Voorgesteld besluit raad

Kaderstellende raad lokale paragraaf sociaal domein Wanneer Donderdag 12 september 2019 maximaal 90 minuten

De raden van de Zeeuwse gemeenten. Geachte raad, Bijgevoegd treft u aan de 2 e begrotingswijziging 2016 van de GR GGD Zeeland.

GEMEENTE BOEKEL. Onderwerp : Concept kadernota 2017 GR Kleinschalig Collectief Vervoer (KCV) Brabant Noordoost (Regiotaxi)

De bibliotheek actief in het sociale domein. Veranderende wetten en de rol van de bibliotheek daarbij

Sociaal Domein 2016 in de IJmond

Er komt zo snel mogelijk, na vaststelling van de verordening, een publieksversie, waarin de verschillende onderdelen worden uitgewerkt.

Toelichting BenW-adviesnota

Toelichting BenW-adviesnota

Gemeenten krijgen vanaf 2015 veel meer verantwoordelijkheid:

B&W Vergadering. B&W Vergadering 19 september 2017

Jaarverslag Regionaal Bureau Leerplicht/RMC Oosterschelderegio

Welzijnszorg Oosterschelderegio.

Jaarstukken Versie:

Maart 2014 GGD Zeeland. Kadernota Publieke Gezondheid

Rapportage Sociaal Domein. 3e kwartaal 2017

RAADSVOORSTEL Agendapunt : 6 Aan de gemeenteraad. Datum : 13 februari 2014

Gemeente Oss. Pilot Duurzame Financiële Dienstverlening

Nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)

Memo (071) (071) Marieke Ouwerkerk Saskia Lekkerkerker

Presentatie Monitoring. Ontwikkelrichting monitoring en eerste (voorlopige) cijfers

Wat zijn mogelijke oorzaken voor de toename?

Sector/stafafdeling: Ter behandeling in de vergadering van: de commissie de Raad 26 maart 2019

Offerte gemeente Scherpenzeel MEE Veluwe

COLLEGEVOORSTEL. ONDERWERP: Projectplan Jeugd en Alcohol Zeeuws-Vlaanderen

Memo. Aan u wordt gevraagd:

De accountantsverklaring voor een gemeente bestaat uit 2 oordelen, te weten een oordeel over de getrouwheid en een oordeel over de rechtmatigheid.

Adviesnota Bestuur Datum: 11 september 2017

Klaar om te wenden. Jaarbericht 2013

aandeslaginzeeland arbeidsmarktregio zeeland vanuit gemeentelijk perspectief

Voorstel voor het aanpassen van de procedure toeleiding naar een Maatwerkvoorziening Maatschappelijke Ondersteuning, tegelijk plan van aanpak

Flexibele marktspeler ORDE OP ZAKEN

*ZE9BA7CFE22* Raadsvergadering d.d. 23 september 2014

Visie, doelstellingen, inrichting en organisatie lokaal sociaal domein

Raadsmededeling - Openbaar

Financiële verordening VRU

Voorstel raad en raadsbesluit

Voortgang Wmo en Jeugdwet gemeente Buren Vierde kwartaalrapportage 2015

Doorontwikkeling dagbesteding. Vanuit voorveld en dagbesteding naar een laagdrempelige basisvoorziening

Aanpassing Hulp bij het Huishouden

Themabijeenkomst Keuzes in het kader van de drie transities. 1 september 2014

Platformtaak volgens gemeente

Afdeling kwartaal 1

raadsvoorstel Aan de raad,

WMO MONITOR KWARTAAL : Samenvatting belangrijkste bevindingen

Datum vergadering gemeenteraad Voorstelnummer Agendapunt

Oplegvel Collegebesluit

Themaraad financiën 3 april

Vergadering Wmo-raad Verslag

Alliantie Drentse zorg voor Ouderen

Onderwerp: Verlengen nota Lokaal gezondheidsbeleid Wijk bij Duurstede

Het algemeen bestuur van het Samenwerkingsverband Welzijnszorg Oosterschelderegio heeft op 21 september 2016 de 2 e

Lokaal gezondheidsbeleid Workshop 18 februari 2016

Datum raadsvergadering / Nummer raadsvoorstel 19 november 2014 / 137/2014. Fatale termijn: besluitvorming vóór:

raadsvergadering: 1 juli 2015 Vaststellen Technische begrotingswijziging Sociaal Domein

AAN BURGEMEESTER & WETHOUDERS. Onderwerp: Beleidsregels Wet maatschappelijke ondersteuning 2017

SAMENWERKINGSVERBAND COLLECTIEF VERVOER ZEEUWSCH-VLAANDEREN

Projectvoorstel. 1. Achtergrond en probleemstelling. Datum 24 jan Herformulering opdracht t.b.v. positionering Jeugd en Dorpenteams

MANAGEMENTRAPPORTAGE WMO JEUGD

Gezondheidsachterstanden. Gelijke kansen voor iedereen

*ZEA2654F7F9* Raadsvergadering d.d. 17 december 2015

Transcriptie:

Jaarverslag en jaarrekening 2018 Gemeenschappelijke Regeling Samenwerkingsverband Welzijnszorg Oosterschelderegio (SWVO)

Inhoudsopgave 1. JAARVERSLAG... 2 Inleiding... 2 Jaarverslag per programma... 3 Programma Educatie... 3 Programma Uitvoering Wmo... 5 Programma Gezondheidsbeleid... 13 Programma Overige projecten... 16 Programma Secretariaat... 19 Paragrafen... 20 Bedrijfsvoering... 20 Weerstandsvermogen en risicobeheersing... 21 Financiering... 21 Verbonden Partijen... 22 Rechtmatigheid... 22 2. JAARREKENING... 24 Balans... 24 Overzicht van baten en lasten 2018... 26 Toelichting op de balans... 27 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling... 27 Vlottende activa... 29 Vaste passiva... 30 Vlottende passiva... 32 Niet uit de balans blijkende verplichtingen... 35 Toelichting Overzicht van baten en lasten 2018... 36 Vennootschapsbelasting (VPB)... 36 Overzicht van baten en lasten Programma Educatie... 37 Overzicht van baten en lasten Programma Uitvoering Wmo... 39 Overzicht van baten en lasten Programma Gezondheidsbeleid... 44 Overzicht van baten en lasten Programma Overige projecten... 46 Overzicht van baten en lasten Programma Secretariaat... 49 Overzicht incidentele baten en lasten... 53 Wet Normering Topinkomens (WNT)... 54 Taakvelden... 56 Samenstelling bestuur... 57 Samenstelling bureau secretariaat... 58 Overzicht bijdragen van gemeenten 2018... 59 Lijst met tabellen... 64 1

1. JAARVERSLAG Inleiding Algemeen Het SWVO is een Gemeenschappelijke Regeling (GR) waaraan de gemeenten Borsele, Goes, Kapelle, Noord-Beveland, Reimerswaal, Schouwen-Duiveland en Tholen deelnemen. De GR beoogt het realiseren van gezamenlijke beleidsontwikkeling, -voorbereiding en -uitvoering voor een aantal bovengemeentelijke voorzieningen en activiteiten op het gebied van het gemeentelijk sociale domein. In dit jaarverslag wordt een overzicht gegeven van de activiteiten van het SWVO en de daaraan bestede financiën. Voor de verantwoording hiervan is het SWVO gehouden aan het Besluit Begrotingen en Verantwoording (BBV) waarin de wettelijke regels zijn vastgelegd. Op grond van het BBV zijn zowel de begroting, het jaarverslag en de jaarrekening vormgegeven per beleidsprogramma. Eerst wordt hieronder ingegaan op de organisatie- en overlegstructuur van het SWVO. Vervolgens wordt in het inhoudelijk jaarverslag per programma verslag gedaan van de activiteiten van het SWVO (wat hebben we gedaan) en de kosten en baten per activiteit (wat heeft het gekost). In het jaarverslag wordt niet ingegaan op de te behalen beleidsdoelen. Deze doelen zijn door de deelnemende gemeenten vastgelegd in hun begroting en jaarrekening. Het SWVO geeft hieraan uitvoering op regionaal niveau, namens de deelnemende gemeenten. Na de inhoudelijke rapportage over de programma s zijn de paragrafen bedrijfsvoering, weerstandsvermogen, financiering en rechtmatigheid uitgewerkt. In de jaarrekening treft u eerst de balans aan en het Overzicht van baten en lasten met een financieel totaaloverzicht van de uitgevoerde programma s. Tot slot volgen de toelichting op de balans en het Overzicht van baten en lasten. Structuur GR Het bestuur van het SWVO bestaat uit één vertegenwoordigend bestuurder namens elke deelnemende gemeente in de GR. De samenstelling van het bestuur is opgenomen in de bijlagen. De besluitvorming in het bestuur wordt voorbereid in een ambtelijk overleg voor de verschillende beleidsonderwerpen van het SWVO. Voor deelopdrachten worden werkgroepen gebruikt die onder verantwoordelijkheid van het ambtelijk overleg onderwerpen uitwerken. Het managementoverleg, waarin de hoofden van de afdelingen welzijn/zorg zijn vertegenwoordigd, heeft hierbij een coördinerende en sturende rol. Het secretariaat van het SWVO ondersteunt en adviseert het bestuurlijke overleg, het managementoverleg en de ambtelijke overleggen. Daarnaast heeft het secretariaat een taak in de beleidsontwikkeling, -voorbereiding en -uitvoering namens de samenwerkende gemeenten in de Oosterschelderegio. Bestuur Secretaris Bureau SWVO Management Overleg Inkoop en opdrachtgeverschap Zorg en preventie Educatie Cultuur Regionaal Jeugdbeleid Diversen 2

Jaarverslag per programma Programma Educatie Volwasseneducatie De Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB) bepaalt dat gemeenten een budget voor volwasseneducatie ontvangen. Met dit budget kunnen gemeenten een aanbod verzorgen van Nederlandse taal en rekenopleidingen en activiteiten ter bevordering van digitale vaardigheden voor volwassenen (18+). De educatiemiddelen worden toegekend aan iedere arbeidsregio. Goes is aangewezen als contactgemeente en ontvangt het educatiebudget voor heel Zeeland. In Zeeland is afgesproken dat Goes de educatiemiddelen verdeeld onder de sub-regio s Zeeuws-Vlaanderen, Walcheren en Oosterschelderegio. Hierdoor worden de subregio s in de gelegenheid gesteld om de middelen in te zetten, passend bij de lokale situatie. SWVO zet het beleid rond volwasseneducatie/aanpak laaggeletterdheid uit en ontvangt de educatiemiddelen voor de Oosterschelderegio. In 2018 is het bestuur van SWVO akkoord gegaan met het Ontwikkelplan volwasseneneducatie en aanpak laaggeletterdheid Oosterschelderegio 2018 en verder. Een plan waardoor vernieuwing is aangebracht in de rol- en taakverdeling, overlegstructuur en de subsidiering aan Scalda. Het plan is een co-creatie tussen gemeenten/swvo, Scalda en de Taalhuizen. Nauwere onderlinge samenwerking stond in 2018 centraal. De educatiemiddelen in de Oosterschelderegio werden in 2018 ingezet bij Scalda, als taalaanbieder en expertisecentrum, en voor de aanpak van laaggeletterdheid via Taalhuizen. Een Taalhuis is een netwerkaanpak rondom de aanpak van laaggeletterdheid. Een netwerk bestaande uit samenwerking tussen gemeenten, instellingen in het maatschappelijke veld (vindplaatsen), formele en non-formele taalaanbieders, vrijwilligersorganisaties, welzijnsorganisaties e.d. Via deze netwerkaanpak worden laaggeletterden gesignaleerd, ondersteund en de weg gewezen naar een passend formeel of informeel (taal)traject. In 2018 is ook in Tholen een start gemaakt met een Taal(huis)netwerk. Hierdoor zijn nu in de gehele Oosterschelderegio Taal(huis)netwerken gevormd; in Tholen, Schouwen-Duiveland en de Bevelanden. Naast samenwerking binnen de Oosterschelderegio, vindt er Zeeuwse afstemming plaats binnen de ambtelijke Zeeuwse werkgroep Educatie. Het SWVO maakt hier namens de gemeenten van de Oosterschelderegio deel van uit. Cultuureducatie Gemeenten in de Oosterschelderegio bekostigen de loket- en coördinatiefunctie voor de cultuureducatie in het basis en voortgezet onderwijs. Centrum Kunst- en Cultuureducatie (KCE) in de Oosterschelderegio is ondergebracht bij de Zeeuwse Muziekschool. Het centrum verzorgt de coördinatie en presenteert per schooljaar een samenhangend aanbod met aandacht voor alle culturele disciplines. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in regulier en reformatorisch aanbod. De basisscholen kunnen op basis van het aanbod een passende keuze maken. Zij financieren de activiteiten voor leerlingen vanuit hun eigen middelen. Scholen voor primair onderwijs (PO), Voortgezet Onderwijs (VO) en Middelbaar Beroeps Onderwijs (MBO) kunnen ook bij het loket terecht voor maatwerkactiviteiten en voor ondersteuning bij de vormgeving van hun cultuurbeleid. Verder vervult het Centrum KCE een bemiddelingsfunctie tussen scholen en culturele instellingen. In 2018 is het centrum een samenwerking gestart met stichting Kinderkunstweek. Ook is er samengewerkt met o.a. SCEZ, Zeeuws Museum, bibliotheek Oosterschelde, vereniging Musea Schouwen-Duiveland en met een verscheidenheid aan kunstvakdocenten en culturele organisaties. Cultuurkwadraat KCE participeert in de Rijkregeling Cultuureducatie met Kwaliteit, een regeling ten behoeve van cultuureducatie in het primaire onderwijs. Voor de uitvoering van de regeling is Stichting Cultuurkwadraat opgericht voor de regio s Walcheren en Oosterschelderegio. Hierin ligt de focus met name op deskundigheidsbevordering binnen de scholen op het gebied van kunst en cultuur. Verder wordt ervoor zorg gedragen dat 3

kwalitatief goede cultuureducatie een vaste plaats krijgt binnen het onderwijs en bij de culturele instellingen. Medewerkers van KCE en Kusteducatie Walcheren voeren werkzaamheden uit namens Cultuurkwadraat. Jeugdtheaterschool Een aantal Zeeuwse gemeenten en de provincie subsidiëren gezamenlijk de Jeugdtheaterschool Zeeland (JTSZ) voor kinderen en jongeren vanaf 7 jaar. Het SWVO maakt subsidieafspraken met de JTSZ namens de gemeenten Borsele, Goes, Kapelle, Noord-Beveland en Schouwen-Duiveland. In 2018 waren er 264 deelnemers aan JTSZ in Zeeland. 113 hiervan zijn afkomstig uit de Oosterschelderegio. De cursussen die JTSZ aanbiedt zijn niet kostendekkend. Om kostendekkend te draaien zouden de ouderbijdragen flink omhoog moeten. Dit zou erin resulteren dat enkel kinderen van ouders met een hoog inkomen de cursussen kunnen volgen. De genoemde gemeenten betalen nu een deel van de cursuskosten, waardoor de ouderbijdragen betaalbaar blijven voor de meeste mensen. JTSZ werkte in 2018 samen met diverse organisaties zoals: de muziekschool, bibliotheek, Kibeo, basisonderwijs, theatergroep Duinart, Centrum KCE, Podium t Beest en theater de Mythe. JTSZ heeft in de Oosterschelderegio locaties in Goes en Zierikzee. In Zierikzee zijn ze gevestigd in Campus Cultura. In Goes wordt gebruik gemaakt van de Westwal 45 en t Beest. lasten en baten Lasten Oorspronkelijke begroting 2018 Definitieve begroting 2018 Realisatie 2018 Realisatie 2017 Programma 1, Educatie 546.213 536.508 536.626 506.492 Baten Programma 1, Educatie 546.213 536.508 536.626 506.492 Gerealiseerd totaalsaldo van baten en lasten 0 0 0 0 Toevoeging/onttrekking aan reserves 0 0 0 0 Gerealiseerd resultaat 0 0 0 0 4

Programma Uitvoering Wmo Het SWVO is in het kader van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo) verantwoordelijk voor de gezamenlijke inkoop en het contractbeheer van: Hulpmiddelen; Trapliften; Collectief vervoer; Huishoudelijke Hulp (HH) en Huishoudelijke Zorg (HZ); Individuele Begeleiding en Dagbesteding SWVO zorgt voor de registratie van gegevens en de onderlinge verrekening tussen de gemeenten. Daarnaast ondersteunt het SWVO de Wmo-beleidsmedewerkers in de alledaagse uitvoeringspraktijk van de Wmo. Er wordt afstemming gezocht en er worden gezamenlijke afspraken gemaakt over het te voeren beleid en de uitvoering. Hulpmiddelen Grafiek 1: Kosten hulpmiddelen per jaar (in miljoenen) 3 2 1,8 1,4 2,2 1,9 1,8 1 0 2014 2015 2016 2017 2018 Op 1 juni 2016 heeft SWVO, namens de samenwerkende gemeenten in de Oosterschelderegio, een contract voor hulpmiddelen afgesloten met Medipoint. Ieder jaar in juni past Medipoint haar factuur voor de gezamenlijke gemeenten aan, op basis van de hoeveelheid hulpmiddelen die op dat moment uitstaat. Voor de periode juni 2016 juni 2017 is een factuurbedrag van 2,2 miljoen afgesproken. Omdat het aantal geleverde hulpmiddelen lange tijd lager lag dan het aantal innames, is in de afgelopen jaren het factuurbedrag gedaald. Het huidige contract met Medipoint eindigt van rechtswege op 31 mei 2019. In de overtuiging dat een nieuwe aanbesteding geen lagere prijs of nog betere resultaten oplevert, heeft het Algemeen Bestuur van SWVO bepaald dat het contract met Medipoint met een periode van drie jaren verlengd wordt met ingang van 1 juni 2019. Medipoint voldoet aan de gestelde doelen uit het contract en de klanten zijn tevreden. Vanaf 1 juni 2019 zal een ander, meer marktconform, jaarbedrag gaan gelden. Afgesproken is dat we - rekening houdend met een stijging van de BTW van 6 naar 9 % - vanaf juni 2019 2,6 miljoen betalen aan Medipoint. De afspraak dat iedere keer in juni het jaarbedrag wordt aangepast op basis van het uitstaande bestand blijft staan. Per kwartaal in 2018 schommelt het aantal innames en het aantal leveringen, maar voor 2018 als geheel blijft het aantal uitstaande hulpmiddelen min of meer gelijk aan 2017. In grafiek 2 is dit ook te zien. Een verklaring voor de daling van de kosten in 2018 (zie grafiek 1) terwijl het uitstaande bestand min of meer gelijk is gebleven (zie grafiek 2) ligt waarschijnlijk in de samenstelling van de uitstaande hulpmiddelen. Er zijn in 2017 meer duurdere hulpmiddelen (zoals rolstoelen en scootmobielen) geleverd door Medipoint dan in 2018. Daar komt bij dat ieder jaar het budget (de kosten) per juni en de aantallen per december worden vastgesteld en gepubliceerd. 5

Grafiek 2 Aantal hulpmiddelen in gebruik 4.268 3.952 3.915 3.694 3.701 Trapliften 2014 2015 2016 2017 2018 Otolift is sinds juni 2015 de leverancier van trapliften voor de gezamenlijke gemeenten in de Oosterschelderegio. In december 2018 is afgesproken het contract met Otolift vanaf 14 juni 2019 met een jaar te verlengen. In het contract is afgesproken dat Otolift het onderhoud aan de door haar zelf geplaatste trapliften verricht. De trapliften die vóór het contract met Otolift zijn geplaatst, worden door het bedrijf dat deze geplaatst heeft onderhouden. In de praktijk houdt dit in dat drie bedrijven het onderhoud verrichten en daarvoor facturen sturen naar SWVO. Het aantal trapliften dat jaarlijks wordt aangekocht door de gemeenten fluctueerde in de afgelopen jaren nogal. Zo was in 2017 een flinke stijging in de aankoop van nieuwe trapliften waar te nemen, terwijl in dat jaar de onderhoudskosten waren gedaald. Voor 2018 geldt dat het aantal aangekochte trapliften lager ligt dan in 2017, maar dat de onderhoudskosten in 2018 flink hoger liggen dan het vorige jaar. De reden hiervoor is dat Handicare (één van de drie bedrijven die het onderhoud aan de trapliften verrichten), haar onderhoudsfactuur over 2017 pas in juli 2018 aan SWVO heeft verstuurd. Dit betekent dat in het jaar 2018, zowel de onderhoudskosten van 2017 en 2018 zijn verwerkt. In grafiek 3 hieronder is te zien dat de totale kosten in 2017 en 2018 min of meer gelijk zijn, maar wanneer we inzoomen op de verhouding aankoop versus onderhoud, dan verschilt deze tussen de beide jaren. Grafiek 3 Kosten aankoop plus onderhoud trapliften 313.066 326.479 232.552 193.565 200.626 2014 2015 2016 2017 2018 6

Uit tabel 1 blijkt dat het aantal uitstaande trapliften dit jaar licht gestegen is. Tabel 1 Totaal aantal in gebruik zijnde trapliften Gemeente 2014 2015 2016 2017 2018 Borsele 91 66 49 49 49 Goes 280 220 196 194 190 Kapelle 65 41 32 34 35 Noord-Beveland 53 32 30 35 39 Reimerswaal 105 82 52 55 58 Schouwen-Duiveland 132 97 79 85 97 Tholen 73 54 48 55 60 Totaal 799 592 486 507 528 Regiotaxi vervoer Kosten vervoer De kosten voor het collectief vervoer voor de gemeenten zijn in 2018 2.429.087,-. Dit is 23.305,- meer dan in 2017. In 2018 hebben ca.300 meer Wmo pashouders gebruik gemaakt van de Regiotaxi-Oosterschelde. Ten opzichte van 2017 is het aantal ritten en kilometers in de Regio nagenoeg gelijk gebleven. In onderstaande tabellen en grafieken wordt de ritontwikkeling Wmo zichtbaar. Tabel 2 Aantal ritten Regiotaxi Gemeente Wmo 2014 2015 2016 2017 2018 Borsele 13.970 13.805 17.581 18.585 19.053 Goes 50.776 55.350 58.245 58.271 59.914 Kapelle 5.619 5.783 6.932 8.041 7.366 Noord-Beveland 3.217 3.671 4.335 5.336 5.170 Reimerswaal 10.202 12.063 13.896 16.218 14.023 Schouwen-Duiveland 20.310 21.484 29.244 31.338 32.675 Tholen 11.611 11.631 17.255 17.654 16.047 Regio 115.705 123.787 147.488 155.443 154.248 Grafiek 4 Aantal verreden ritten 2015 t/m 2018 in de Oosterschelderegio 160.000 150.000 140.000 130.000 120.000 110.000 100.000 2015 2016 2017 2018 Regio 7

In Tabel 3 is de ontwikkeling van het aantal pashouders dat in 2018 heeft gereisd weergegeven. Tabel 3 Aantal pashouders die in 2018 hebben gereisd Gemeente Pashouders Gem. aantal ritten per pashouder Gem. aantal Km per pashouder Gem. aantal km per rit Borsele 510 37,36 412 11,0 19,59 Goes 1.555 38,53 217 5,6 9,05 Kapelle 252 29,23 228 7,8 15,46 Noord-Beveland 161 32,11 429 13,4 23,87 Reimerswaal 398 35,23 432 12,3 27,69 Schouwen-Duiveland 881 37,09 315 8,5 17,56 Tholen 561 28,60 289 10,1 19,57 Gem. kosten per rit Totaal 2018 4.318 35,72 298 8,3 15,75 (Totaal 2017) 4.305 36,11 307 8,5 15,39 Tabel 3 toont aan dat regionaal gezien het gemiddelde aantal ritten en het aantal kilometers per pashouder nagenoeg gelijk is gebleven evenals het gemiddeld aantal kilometers per rit. Tabel 4 Netto kosten per inwoner en per vervoersgerechtigde in 2018 Gemeente Netto kosten per inwoner Netto kosten per Vervoersgerechtigde (Wmo) Borsele 16,45 731,78 Goes 14,56 348,81 Kapelle 9,03 452,03 Noord-Beveland 16,71 766,42 Reimerswaal 17,36 975,47 Schouwen-Duiveland 17,00 651,44 Tholen 12,30 559,73 Regioprijs 2018 15,03 562,55 (Regioprijs 2017) 14,38 555,72 De netto kosten per vervoersgerechtigde in Tabel 4 zijn berekend op basis van het aantal pashouders dat in 2018 werkelijk gebruik heeft gemaakt van het vervoersysteem. Uit de tabel blijkt dat regionaal gezien de netto kosten per inwoner en ook de netto kosten per Wmo-cliënt in 2018 nagenoeg hetzelfde zijn als in 2017. Klachten vervoer In het Collectief Vervoerssysteem Regiotaxi-Oosterschelde zijn in 2018 ruim 154.000 ritten uitgevoerd. In 2018 zijn er 30 klachten geregistreerd waarvan er 17 gegrond zijn verklaard. In Grafiek 5 wordt de aard en omvang van de klachten zichtbaar gemaakt. 8

Grafiek 5 Aard en omvang klachten regiotaxi Aard en omvang klachten Regiotaxi 7 6 6 5 4 4 4 3 2 1 1 1 1 0 Anders Taxi niet gekomen Taxi te laat / te vroeg Taxicentrale telefonisch slecht bereikbaar Te hard rijden Te lange omrijtijd Huishoudelijke Hulp en Huishoudelijke Zorg Het SWVO verzorgt in opdracht van de gemeenten in de Oosterschelderegio het contractbeheer van de verstrekking Huishoudelijke Hulp (HH) en Huishoudelijke Zorg (HZ). Het SWVO beheert namens de deelnemende gemeenten de contracten met 15 verschillende zorgaanbieders die HH/HZ leveren. In 2017 werd besloten om afscheid te nemen van de alfahulp constructie. De omzetting naar hulpen in vaste dienst en toepassen van de AmvB reëele kostprijzen heeft ertoe geleid dat de kosten van de HH in 2018 zijn gestegen (grafiek 6). In 2018 waren de kosten 9.511.753. In 2017 was dit nog 8.950.431. Grafiek 6 Kostenontwikkeling Hulp bij het Huishouden 11.500.000 11.000.000 10.500.000 10.000.000 9.500.000 9.000.000 8.500.000 Kosten Regio HH 8.000.000 2015 2016 2017 2018 Individuele Begeleiding en Dagbesteding Het SWVO verzorgt in opdracht van de gemeenten in de Oosterschelderegio de inkoop van dagbesteding en begeleiding. SWVO verzorgt het contractbeheer en voert de administratie voor deze diensten uit. Daarnaast ondersteunt zij de gemeenten bij de verdere ontwikkeling van begeleiding en dagbesteding als onderdeel binnen de Wmo. Bij de uitvoering van Begeleiding en Dagbesteding werken we met 6 verschillende bouwstenen. Voor zowel individuele begeleiding, dagbesteding als kortdurend verblijf hanteren we met een variant regulier en een variant speciaal. Afhankelijk van de intensiteit van de zorginzet en de complexiteit van de casus 9

wordt daar een keuze in gemaakt. Voor iedere bouwsteen geldt een vast budget per cliënt per zorgperiode. Dit budget is losgekoppeld van de ondersteuningsvraag van de cliënt. Zorgaanbieders moeten deze ruimte gebruiken om maatwerk aan de cliënt te kunnen bieden zonder extra administratieve lasten voor herindicatie. De professional beweegt mee met de zorgvraag van de cliënt. In 2017 hebben gemeenten samen met de zorgaanbieders de systematiek van bouwstenen en de inhoud daarvan geëvalueerd. Tevreden zijn de partijen met de eenvoud van het systeem. Veel zorgaanbieders vinden het werken met deze bouwstenen prettig waarbij er volop ruimte is om als professional mee te bewegen met de zorgvraag van de cliënt. Maar de betrokken partijen hebben ook geconcludeerd dat het huidige onderscheid tussen regulier en specialistisch te kort schiet wanneer er meer aan de hand is. Dit geldt met name bij de individuele begeleiding. Ook ontbreken er prikkels om zorg af te schalen. Deze evaluatie heeft ertoe geleid dat we eind 2017 zijn gestart met een proces om te komen tot nieuwe voorstellen voor inrichting van het bekostigingssysteem in de Oosterschelderegio. Het resultaat moet zijn dat we straks een systeem hebben dat nog steeds eenvoudig is en ruimte biedt aan professionals om mee te bewegen met de zorgvraag van de cliënt, maar tegelijkertijd beter aansluit op de dienstverlening door de zorgaanbieders. Daarnaast willen we prikkels verleggen zodat het aantrekkelijk wordt voor gecontracteerde zorgorganisaties om cliënten uit zorg te helpen. In 2018 zijn de uitgaven voor begeleiding en dagbesteding opnieuw fors gestegen (van 12.047.031,- in 2017 naar 13.578.208,- in 2018 ). Dit komt vooral door een grotere instroom van cliënten die een beroep doen op de maatwerkvoorzieningen. Inwoners blijven langer thuis wonen dat is een maatschappelijke trend en kunnen minder snel terecht in een verpleeghuis. Ook andere instellingen voor langdurige zorg hebben hun toegangscriteria aangescherpt. Maar de toename van het aantal cliënten laat ook zien dat inwoners van gemeenten en de beschikbare voorzieningen om hen te ondersteunen elkaar steeds makkelijker weten te vinden. De toename van het aantal cliënten leidt wel tot spanning op het beschikbare budget voor begeleiding en dagbesteding. Dat is aanleiding geweest voor het bestuur SWVO voor een nadere analyse en de start van een actieplan begeleiding. In 2018 zijn gemeenten, GR de Bevelanden en SWVO gestart met de uitvoering van dit actieplan. Het actieplan kent op dit moment drie onderdelen; (1) monitoring (2) contractering en (3) het creëren van alternatieven voor de maatwerkvoorziening. 1. Het hebben van betrouwbare cijfers voor monitoring is belangrijk. Echter het juist interpreteren van cijfers op lokaal en/of regionaal niveau - eventueel in relatie met andere data (bijvoorbeeld van de frontoffices van gemeenten) - is een belangrijke voorwaarde om gerichte maatregelen te kunnen nemen met betrekking tot de maatwerkvoorzieningen. Interpretatie en duiding op lokaal en regionaal niveau is dus nodig. In 2018 heeft SWVO in samenwerking met de datadenkers een BI-tool opgeleverd dat gemeenten hierin kan ondersteunen. De volgende stap is dat gemeenten tijd en kennis vrijmaken om (eventueel in samenwerking met elkaar) tot goede analyses te komen. 2. Hierboven is beschreven op welke manier de wijzigingen in de contractering kunnen bijdragen aan minder maatwerkvoorziening. 3. Het instrument waar we het meeste resultaat van verwachten in de bijdrage aan minder Maatwerkvoorziening is het creëren van alternatieven. In 2018 hebben we een aantal stappen gezet om dit voor elkaar te krijgen. Een zichtbare pilot is indicatievrije dagbesteding in de gemeente Reimerswaal. Zorggroep Ter Weel heeft met ingang van 1 juni de deuren opengezet voor alle senioren in de gemeente die gebruik willen maken van een vorm van dagbesteding. De deelnemers hoeven niet langer naar het gemeentelijk loket voor een indicatie. De dagbesteding is daarmee een voorliggende algemene voorziening geworden. Met hetzelfde bedrag kunnen nu meer mensen in Reimerswaal deelnemen aan de dagbesteding. Verschillende instrumenten worden ingezet om meer van dit soort oplossingen te realiseren. Zo investeert SWVO in communicatie, wordt aan bewustwording gewerkt om op termijn meer gebruik te kunnen maken van de mogelijkheden van Ehealth en technologie en is een uitvoeringsteam gestart dat succesvolle projecten lokaal uitrolt naar de rest van de regio. De uitgaven voor het actieplan begeleiding worden gefinancierd vanuit de vooruit ontvangen bedragen innovatie begeleiding, welke gemeenten binnen SWVO hebben ingericht voor innovatie. 10

Grafiek 7 Ontwikkeling actieve indicaties begeleiding 1900 Ontwikkeling aantal actieve indicaties en clienten maatwerkvoorziening Begeleiding Regionaal 1800 1700 1600 1500 1400 1300 1200 Indicaties Cliënten 1100 1000 lasten en baten Oorspronkelijke begroting 2018 Definitieve begroting 2018 Realisatie 2018 Realisatie 2017 Lasten Programma 2, Uitvoering Wmo 26.620.613 27.345.672 28.299.347 25.958.212 Baten Programma 2, Uitvoering Wmo 26.620.613 27.345.672 28.390.272 26.288.512 Gerealiseerd totaalsaldo van baten en lasten 0 0-90.925-330.300 Toevoeging/onttrekking aan reserves 0 0-90.925-330.300 Gerealiseerd resultaat 0 0 0 0 Beleidsindicator Sociaal Domein Met de wijziging van het BBV van 5 maart 2016 zijn gemeenschappelijke regelingen voortaan gehouden om in het jaarverslag, de maatschappelijke effecten die met de verschillende programma s worden beoogd of gerealiseerd, toe te lichten aan de hand van beleidsindicatoren. Bijgevoegd de beleidsindicator Sociaal Domein: 11

Tabel 5 Beleidsindicator Sociaal Domein Aantal cliënten met een maatwerkvoorziening 2018 per 10.000 inwoners: Inwoners: peildatum CBS 31-12-2016 Borsele 265 22.684 Goes 440 37.256 Kapelle 287 12.620 Noord-Beveland 317 7.386 Reimerswaal 212 22.362 Schouwen-Duiveland 321 33.759 Tholen 304 25.526 TOTAAL 320 161.593 12

Programma Gezondheidsbeleid Regionaal gezondheidsbeleid Gemeenten hebben de wettelijke taak om iedere vier jaar een (lokale) gezondheidsnota op te stellen waarin staat wat wordt gedaan om de gezondheid van burgers te bevorderen en te beschermen. In 2017 is het regionaal kader gezondheidsbeleid Oosterschelderegio 2018-2021 Samen werken aan vitale inwoners in een gezonde regio ontwikkeld. Het doel van het regionaal/gemeentelijk gezondheidsbeleid is het op peil houden/ verbeteren van de gezondheidssituatie van de inwoners. Het beleidskader gaat uit van positieve gezondheid. Veel gezondheidswinst is nog te behalen door een gezonde leefstijl. Mensen maken eigen keuzes en hebben een eigen verantwoordelijkheid als het gaat om leefstijl. Het bevorderen van gezondheid doen gemeenten niet alleen, maar samen met (maatschappelijke) organisaties en de inwoners zelf. Door als zeven gemeenten via SWVO samen te werken in gezondheidsbeleid, worden expertise en krachten gebundeld en verbetert de kwaliteit van de uitvoering. Op basis van de resultaten van de provinciale gezondheidsmonitors (Zeelandscan) blijkt dat de gemeenten in de Oosterschelderegio te maken hebben met dezelfde gezondheidsrisico s. Roken, overmatig drinken, overgewicht en psychosociale problematiek (zoals een depressie) zijn van grote invloed op de gezondheid. Het zijn gezondheidsrisico s waarop alle gemeenten willen blijven inzetten en de krachten willen bundelen. De speerpunten van het regionaal kader gezondheidsbeleid 2018-2021 zijn: Preventie genotmiddelen Gezond gewicht Betere mentale gezondheid en minder psychosociale problematiek Speerpunt Preventie genotmiddelen In de Oosterschelderegio heeft het speerpunt Preventie genotmiddelen altijd al veel aandacht gehad. Van oudsher is er regionale samenwerking in de pijler Educatie en Bewustwording. In de Zeeuwse aanpak Laat ze niet (ver)zuipen wordt de uitwerking van de pijlers Regelgeving en beleid en Handhaving nader vormgegeven. Dit omdat bekend is dat een brede integrale aanpak, gericht op een combinatie van maatregelen op het gebied van voorlichting & educatie, regelgeving en handhaving, meer effect heeft. De inkoop van interventies bij Indigo voor verslavingspreventie wordt regionaal afgestemd en gecontracteerd (regionale raamovereenkomst tussen SWVO en Indigo). De inzet is vooral gericht op voorlichting aan jongeren en hun ouders en outreachende preventie. Gemeenten en Indigo benoemen samen de doelstellingen/thema s (het wat) waarop de activiteiten verslavingspreventie zich richten. Voor 2018 zijn dat: Verantwoord middelengebruik. Verantwoord game- en gokgedrag. Verantwoord omgaan met energydranken De activiteiten voor verslavingspreventie door Indigo en de uitvoering van de Zeeuwse aanpak worden bekostigd uit het regionale budget preventiemiddelen Oosterschelderegio. Speerpunten Gezond gewicht, betere mentale gezondheid en minder psychosociale problematiek De speerpunten Gezond gewicht en Mentale gezondheid/ Psychosociale problematiek (GGZ-preventie) worden lokaal uitgewerkt (gemeentelijk maatwerk). In de werkgroep zorg vindt regelmatig uitwisseling van ervaringen plaats en worden bepaalde thema s (zoals dementie) nader afgestemd. Verder worden via SWVO gezamenlijk afspraken gemaakt over activiteiten GGZ-preventie. De uitvoering hiervan gebeurt door Indigo. Gemeenten en Indigo hebben voor 2018 samen de speerpunten geconcretiseerd in thema s die het meest belangrijk zijn en waarop Indigo de meeste inzet pleegt: (V)echtscheidingen en gevolgen (niet de daadwerkelijke hulpverlening (basis GGZ), maar bijvoorbeeld 1e gesprekken en afsluiting, of deskundigheidsbevordering bij onderwijs, gemeenten of andere zorgaanbieders). Statushouders/ migranten (het komen tot adequate samenwerking en zorgen voor een passende integratie en het voorkomen van psycho sociale problematiek in latere fasen). Kwetsbaarheid/ grensoverschrijdend gedrag (het gaat met name om jongeren en dit uit zich bijvoorbeeld in seksueel gedrag, alcoholgebruik of gebruik social media). KOPP/KVO. 13

Psychosociale problematiek binnen het eigen netwerk (het geven van psycho-educatie zodat de draaglast vermindert en de draagkracht wordt verhoogd van het individu of het systeem). Samenwerking met CZ Sinds 2015 is de toekomst van de zorg in Zeeland nadrukkelijk op de agenda gezet door de Commissie Toekomstige Zorg Zeeland (CTZZ). Inmiddels is de commissie opgeheven, maar de samenwerking tussen CZ en gemeenten is blijven bestaan. Gemeenten en zorgverzekeraars hebben immers de taak om integrale zorg en ondersteuning thuis en in de buurt voor hun inwoners en verzekerden te bieden. Ook in 2018 hebben gemeenten en CZ deelgenomen aan een afstemmingsoverleg om informatie te delen en samenwerking te stimuleren. Dit mondt uit in de samenwerkingsagenda voor 2019. Het programma Zorg Dichtbij heeft in 2018 afstemming met gemeenten gezocht om de visie te bespreken, de gewenste Zeeuwse aanpak te ontwikkelen en lokale initiatieven aan het programma toe te voegen. Op basis hiervan wordt een strategische uitvoeringsagenda ontwikkeld en voorgelegd aan het CZW in 2019. In de Oosterschelderegio hebben de gemeenten, SWVO, CZ, Zeeuwse Zorschakels (ZZS) en Periscaldes (de vertegenwoordiging van de huisartsen) de ambitie om de zorg en ondersteuning voor mensen met dementie en hun mantelzorgers de komende jaren verder te verbeteren: zorgoptimalisatie dementie. Daarbij is in 2018 gebruik gemaakt van het VNG-ondersteuningsprogramma samenwerking gemeenten en zorgverzekeraars. De betrokken partners hebben in 2018 gezamenlijk een visie en een meerjarenplan ontwikkeld. Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) en Cliëntondersteuning De vijf gemeenten van de Bevelanden 1 (Borsele, Goes, Kapelle, Noord-Beveland en Reimerswaal) hebben voor het Algemeen maatschappelijk Werk (AMW) een gezamenlijk subsidiecontract afgesloten met SMWO (Stichting Maatschappelijk werk en Welzijn Oosterschelderegio). Er worden cliëntgebonden uren ingekocht. De samenwerkingsafspraken en prestatieverwachtingen zijn op papier gezet en het dienstenpakket is beschreven. Vanaf 1 januari 2015 (nieuwe Wmo) zijn gemeenten ook verantwoordelijk voor cliëntondersteuning voor alle (groepen) kwetsbare burgers. Bijvoorbeeld door te helpen de hulpvraag te formuleren, keuzes te maken, de zelfredzaamheid en participatie te versterken of problemen op te lossen. Cliëntondersteuning helpt de burger om de regie te houden. De gemeenten in de Oosterschelderegio hebben afgesproken de inkoop en het contractbeheer van cliëntondersteuning te beleggen bij de GR SWVO 2. In 2016 is de cliëntondersteuning van MEE Zeeland (deel Oosterschelderegio) met het maatschappelijk werk van SMWO geïntegreerd. Dit betekent dat de medewerkers van MEE Zeeland met de functietitel cliëntondersteuner vanaf 2016 bij SMWO in dienst zijn. Op deze wijze zijn de cliëntondersteuners aangesloten bij het gebiedsgericht werken en is ook de kennis en expertise geborgd. Korte contacten Het aantal korte contacten (informatie- en adviesvragen die binnen een half uur worden beantwoord) bij SMWO is de laatste jaren fors toegenomen (zie Grafiek 8). Vanaf 2014 is een sterke toename te zien. De toename van het aantal korte contacten in 2016 is mede het gevolg van het integreren van het Centraal Aanmeld Team (CAT) van MEE Zeeland met het Infopunt van SMWO. Daardoor zijn de korte contacten van cliëntondersteuners opgenomen in het aantal en kunnen bijvoorbeeld ook inwoners uit de gemeente Tholen vragen stellen. 1 De gemeenten Schouwen-Duiveland en Tholen maken zelf afspraken over het AMW. 2 De gemeente Schouwen-Duiveland heeft vanaf 2018 alle afspraken, dus ook voor cliëntondersteuning, met SMWO in een eigen subsidie opgenomen. 14

Grafiek 8 Aantal korte contacten SMWO 1472 1684 1921 714 329 2014 2015 2016 2017 2018 Hulpverlening In 2018 hebben zich in totaal 2.226 mensen gemeld bij SMWO voor hulpverlening. In 2018 is een ontwikkeling ingezet om meer te investeren in groepswerk (van 145 cliënten in 2017 naar 258 in 2018). Mede door deze ontwikkeling kan SMWO de toename in het aantal cliënten opvangen. Bijna een kwart van cliënten die individuele hulpverlening krijgt, heeft problemen met sociale interacties. Andere problematiek die vaak voorkomt heeft te maken met gezondheid (20%) en wet- en regelgeving, financiën en sociaal juridisch (17%). De zwaarte en complexiteit van de problematiek neemt toe (zie ook de volgende paragraaf, ontwikkelingen). Ontwikkelingen Vanaf 1 januari 2015 is de jeugdzorg en een groot deel van de zorg voor volwassenen ondergebracht bij de gemeenten. In het brede sociaal domein zijn veel ontwikkelingen gaande, die allemaal effect hebben op hulpbehoevende burgers. In deze paragraaf beschrijven we enkele ontwikkelingen die binnen het maatschappelijk werk en cliëntondersteuning opvallen en waarop SMWO anticipeert. Er zijn verschillende ontwikkelingen voor jeugdigen. Door toenemende complexe jeugdhulpcasuïstiek investeert SMWO op deskundigheid d.m.v. een Jeugd Expertise Groep(JEG). SMWO krijgt steeds vaker de rol van casemanager toegewezen. Eind 2018 is een extra verzoek aan gemeenten gedaan voor de uitvoering van deze taak. Tegelijkertijd krijgt preventie bij jongeren meer aandacht, bijvoorbeeld door de inzet van jongerencoaches. Daarnaast signaleert SMWO een toename van de groep kwetsbare burgers die langer/vaker zelfstandig moeten blijven wonen, zoals kwetsbare ouderen en cliënten met GGZ-problematiek. SMWO merkt dat er meer vragen zijn over regelingen en voorzieningen (mede door toenemende digitalisering) en dat de zwaarte van de problematiek toeneemt (vaker problemen op meerdere levensdomeinen, maar ook het aantal betrokkenen in een hulpverleningstraject neemt toe). Ontwikkelingen in het Sociaal Domein en de ontwikkelsessies in 2017 hebben geleid tot nieuwe definities binnen de werksoorten van SWMO. De volgende functies worden vanaf 2018 onderscheiden: algemeen maatschappelijk werk, cliëntondersteuning en maatschappelijk werk voor mensen met een beperking. lasten en baten Oorspronkelijke begroting 2018 Definitieve begroting 2018 Realisatie 2018 Realisatie 2017 Lasten Programma 3, Gezondheidsbeleid 3.550.323 3.320.451 3.321.251 3.549.868 Baten Programma 3, Gezondheidsbeleid 3.550.323 3.320.451 3.320.451 3.549.868 Gerealiseerd totaalsaldo van baten en lasten 0 0 800 0 Toevoeging/onttrekking aan reserves 0 0 800 0 Gerealiseerd resultaat 0 0 0 0 15

Programma Overige projecten Jeugdbeleid Via de Transformatieagenda Jeugd zijn voor de 13 Zeeuwse gemeenten actielijnen uitgezet voor de aspecten waarop op provinciaal niveau wordt samengewerkt door de gemeenten. Regionale afstemming op beleids- en uitvoerend niveau vindt plaats in het Platform Zorg voor Jeugd waarin ook de verbinding wordt gemaakt met het provinciale transformatieteam Jeugd. Samenwerking, afstemming en het delen van informatie zowel op het niveau van de Oosterscheldregio als op provinciaal niveau is nodig om zaken die het Jeugdbeleid betreffen in goede banen te leiden en processen en regelgeving bij te stellen. In 2018 is de pilot intensieve zelfstandigheidstraining die jeugdzorgaanbieder Juvent uitvoert voor de gemeenten in de Oosterschelderegio geëvalueerd. Het betreft zelfstandigheidstraining voor kwetsbare jongeren in de leeftijd 18 23. Juvent en alle betrokken gemeenten zijn positief over de resultaten. De pilot wordt voortgezet in afwachting van de opzet van de nieuwe zorgbouwstenensystematiek. Dit is een stap in de richting van meer integratie tussen jeugdbeleid en Wmo. Tenslotte is het zo dat SWVO de Jeugdbeschermingstafel voor de Oosterschelderegio faciliteert. Aan deze tafel wordt inhoudelijke casuïstiek met de Raad voor de Kinderbescherming afgestemd. Leerlingenvervoer Het Loket Leerlingenvervoer heeft een roerig jaar achter de rug. Door langdurige ziekte van 2 medewerkers is er naast extra inzet vanuit het SWVO een extern medewerker ingehuurd om het proces van beoordeling en toekenning van aanvragen voor het nieuwe schooljaar te realiseren. Er is door het Loket, de vervoerders en de GVZ hard gewerkt om de start van het nieuwe schooljaar zo soepel mogelijk te laten verlopen, wat ook is gelukt. In 2018 is ook een start gemaakt met het beschrijven van de processen voor een geautomatiseerde aanvraag/toekenning planning van het leerlingenvervoer wat in 2019 geïmplementeerd gaat worden. Regionaal is het totaal aantal leerlingen wat een vervoersindicatie heeft gekregen nagenoeg gelijk gebleven. Dat zelfde geldt voor de kosten (de vervoerskosten van de gemeente Borsele zijn in 2018 voor het eerst voor een heel boekjaar meegenomen) Tabel 6 Netto vervoerskosten Leerlingenvervoer Overzicht netto vervoerskosten Leerlingenvervoer (vervoerskosten en vergoedingen ouders) Gemeente 2014 2015 2016 2017 2018 Borsele 0 0 0 127.732 347.421 Goes 194.084 201.646 214.181 200.594 164.367 Kapelle 107.785 96.346 81.449 66.136 66.356 Noord-Beveland 90.036 80.825 90.302 108.913 103.113 Reimerswaal 0 0 540.104 525.652 492.575 Schouwen-Duiveland 436.690 437.947 418.335 472.926 463.413 Tholen 0 108.596 730.910 650.551 630.041 Totaal 828.595 925.360 2.075.282 2.152.504 2.267.286 16

Op de eerste schooldag van het schooljaar 2018-2019 is gestart met het volgende aantal leerlingen dat een beschikking heeft ontvangen van de gemeente: Tabel 7 Aantal leerlingen in leerlingenvervoer Gemeente Aantal leerlingen 2014-2015 2015-2016 2016-2017 2017-2018 2018-2019 Borsele 0 0 0 0 0 Goes 59 61 66 60 64 Kapelle 47 32 37 33 38 Noord-Beveland 60 52 41 38 34 Reimerswaal 0 210 211 205 205 Schouwen-Duiveland 135 131 138 126 135 Tholen 0 238 211 203 195 Totaal 301 724 704 665 671 Het Loket Leerlingenvervoer blijft alle ontwikkelingen in het vakgebied leerlingenvervoer nauwgezet volgen. In een overleg dat tweemaal per jaar plaatsvindt worden de gemeenten, via hun beleidsmedewerkers, hierover geïnformeerd. Hierdoor blijven de gemeenten up to date. Ook worden overleggen georganiseerd met andere doelgroepen zodat nieuwe of verbeterde samenwerkingen ontstaan. Een voorbeeld is de samenwerking met de Regionaal Educatieve Afstemming (REA). Gezamenlijk is er een notitie en een vervoersarrangement opgesteld die het zelfstandig reizen van leerlingen ondersteunt en bevordert. Deze notitie is vastgesteld. Het arrangement is c.q. wordt door scholen en Samenwerkingsverband Kind op 1 geïmplementeerd in hun werkwijze. Het Loket wil zich de komende jaren blijven inzetten voor het creëren van nieuwe mogelijkheden waarmee het leerlingenvervoer zich verder ontwikkelt. Jeugdzorg vervoer Met ingang van het nieuwe vervoerscontract worden de ritaanvragen voor het vervoer van Jeugdigen met een indicatie voor (GGZ) Jeugdzorgvervoer ook via de Gemeentelijke Vervoerscentrale Zeeland uitgevoerd. Inmiddels zijn alle gemeenten in de Oosterschelderegio aangesloten en zijn de kosten hiervoor opgenomen in een aparte begrotingspost van het SWVO. Over de ontwikkeling t.o.v. vorige jaren zijn nog geen cijfers bekend. Tabel 8 Aantal jeugdigen in het jeugdzorgvervoer Gemeente Aantal Jeugdigen 2018-2019 Borsele 22 Goes 8 Kapelle 18 Noord-Beveland 5 Reimerswaal 65 Schouwen-Duiveland 32 Tholen 23 Totaal 173 17

lasten en baten Oorspronkelijke begroting 2018 Definitieve begroting 2018 Realisatie 2018 Realisatie 2017 Lasten Programma 4, Overige projecten 2.321.622 2.537.415 2.569.828 2.279.921 Baten 2.321.622 2.507.415 2.540.532 2.279.921 Gerealiseerde totaal saldo van baten en lasten 0 30.000 29.296 0 Toevoeging/onttrekking aan reserves 0 30.000 29.296 0 Gerealiseerde resultaat 0 0 0 0 18

Programma Secretariaat Ontwikkelingen Op basis van de ontwikkelingen in het sociaal domein en de regionale visie op samenwerking heeft het bestuur in 2017 besloten om vooralsnog geen organisatieveranderingen door te voeren en het secretariaat kostendekkend te financieren. Besloten is in te zetten op doorontwikkeling, op basis van inhoudelijke ontwikkelingen in het sociaal domein. Hiervoor is in 2018 een werkplan vastgesteld. lasten en baten Oorspronkelijke begroting 2018 Definitieve begroting 2018 Realisatie 2018 Realisatie 2017 Lasten Programma 5, Secretariaat 1.147.128 1.204.750 1.191.248 1.136.785 Baten Programma 5, Secretariaat 1.047.588 1.128.800 1.128.800 1.026.772 Gerealiseerde totaal saldo van baten en lasten 99.540 75.950 62.448 110.013 Toevoeging/onttrekking aan reserves 99.540 75.950 132.132 122.635 Gerealiseerde resultaat 0 0 69.684 12.622 Algemene beleidsindicatoren Met de wijziging van het BBV van 5 maart 2016 zijn gemeenschappelijke regelingen voortaan gehouden om in het jaarverslag, de maatschappelijke effecten die met de verschillende programma s worden beoogd of gerealiseerd, toe te lichten aan de hand van beleidsindicatoren. Bijgevoegd de algemene beleidsindicatoren: Tabel 9 Algemene beleidsindicatoren Naam indicator Eenheid Realisatie 2018 Formatie Fte per 1.000 inwoners 0,085 Bezetting Fte per 1.000 inwoners 0,085 Apparaatskosten Kosten per inwoner 8 Externe inhuur Kosten als % van totale loonsom + 5,2% totale kosten inhuur externen 49.296 Overhead Kosten als % van totale lasten 3,8% 19

Paragrafen Bedrijfsvoering Bureau Samenwerkingsverband Onderstaand een overzicht van het aantal medewerkers en FTE bij het Samenwerkingsverband. De afname wordt veroorzaakt doordat een medewerker korter is gaan werken. Tabel 10 Aantal medewerkers SWVO Onderdeel Aantal medewerkers Aantal Fte s 1-1-2018 31-12-2018 1-1-2018 31-12-2018 Secretaris 1 1 1,00 1,00 Beleid 5 5 4,67 4,67 Administratie 5 5 4,06 3,89 Financiën 3 3 2,37 2,37 LL-vervoer 3 3 1,82 1,82 Totaal 17 17 13,92 13,75 Het loket Leerlingenvervoer wordt uitgevoerd voor alle deelnemende gemeenten met uitzondering van Borsele. Daarnaast levert het bureau diensten aan het CZW Bureau. Het gaat hierbij om aansturing, personeelszaken en financiën. Het CZW Bureau omvat in totaal 9,88 FTE. De secretaris van het SWVO is eindverantwoordelijk voor het CZW Bureau. Doelmatigheid De taken die door het secretariaat worden uitgevoerd zijn beschreven in een activiteitenplan. Hierin is de doelstelling vastgelegd en zijn prioriteiten benoemd. Door middel van een geautomatiseerd tijdschrijfsysteem worden de ingezette uren verantwoord. Hierdoor ontstaat inzicht in de integrale kostprijs per project. Voor de beleidsterreinen die zijn vastgelegd in de GR wordt gewerkt met vaste en tijdelijke ambtelijke werkgroepen (zie organigram). De voortgang van de projecten wordt binnen de werkgroepen getoetst. Op het terrein van de administratie en het beheer van de middelen wordt gebruik gemaakt van geautomatiseerde ERP systemen. Het SWVO is namens de deelnemende gemeenten aangesloten op het landelijk berichtenverkeer iwmo. In 2018 is een certificeringstraject voor het geautomatiseerde systeem afgerond. Hierdoor kan accountantscontrole beperkter blijven. Per kwartaal en voor sommige onderdelen per maand wordt een overzicht opgesteld van de gemaakte kosten (onder andere in het kader van de verstrekte Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning) voorzieningen. Dit wordt gecommuniceerd met de deelnemende gemeenten. In 2018 is een Business Intelligence (BI) systeem uitgewerkt waardoor gemeenten ieder moment data van hun gemeente kunnen raadplegen. Betalingsverkeer verloopt geautomatiseerd. Bij het SWVO is een controlesysteem voor betalingen ingevoerd met parafering door verschillende medewerkers om de rechtmatigheid van de uitgaven te toetsen. Uiteraard vindt een accountantscontrole plaats op jaarverslag en jaarrekening. College Zorg en Welzijn Vanuit de Vereniging Zeeuwse Gemeenten (VZG) fungeert het College Zorg en Welzijn (CZW) als portefeuillehouderoverleg welzijn en volksgezondheid, voor lokaal/ regionaal overstijgende onderwerpen. De portefeuillehouders Wmo van alle Zeeuwse gemeenten en de gedeputeerde van Provincie Zeeland zijn hierin vertegenwoordigd. Ter voorbereiding van dit overleg functioneert een ambtelijk vooroverleg met ambtelijke vertegenwoordiging namens alle Zeeuwse gemeenten en de Provincie Zeeland. De secretaris van het SWVO is tevens secretaris van het CZW en als zodanig voorzitter van het ambtelijke vooroverleg. De secretaris neemt deel aan de vergaderingen van het CZW. 20

CZW-bureau Het CZW-bureau voert in opdracht van de 13 gemeenten in Zeeland beleidstaken uit. De deelnemende gemeenten nemen de kosten van dit bureau voor hun rekening. De Provincie Zeeland draagt op projectbasis financieel bij aan het CZW. Via het CZW Bureau vindt de gezamenlijke beleidsontwikkeling en -uitvoering plaats op het terrein van: Anti discriminatie voorziening (ADV) Zeeland; Advies en Steunpunt Huiselijk Geweld Zeeland (ASHGZ); Project Jeugd en Alcohol; Maatschappelijke Opvang en Vrouwenopvang (namens de centrumgemeente); Beschermd Wonen en Opvang/ begeleiding MO/ VO. Op verzoek van de deelnemende gemeenten in het CZW treedt het SWVO vanaf 2009 op als werkgever voor de medewerkers van dit CZW-bureau. De secretaris is verantwoordelijk voor de aansturing en exploitatie van het bureau. De activiteiten van dit bureau worden in een apart jaarverslag verantwoord. Weerstandsvermogen en risicobeheersing Om niet begrote/ onvoorziene kosten te dekken beschikt het SWVO over de reserve exploitatieresultaten. Bij de vaststelling van de begroting 2014 is besloten om de reserve Exploitatieresultaten in te zetten om de tekorten op de begroting van de kostenplaats Secretariaat in 2014 en 2015 te dekken. Hierdoor was de risicoreserve in 2016 geheel uitgeput. Met het rekeningresultaat 2016 en 2017 kon deze reserve weer worden aangevuld, zodat onverwachte schommelingen in de exploitatie weer kunnen worden ondervangen. Bovendien heeft het bestuur besloten vanaf 2017 het secretariaat kostendekkend te financieren zodat verdere uitputting t.b.v. de reguliere exploitatie niet nodig is. Met ingang van 2015 is het opnemen van kengetallen in de begroting en jaarrekening verplicht gesteld. Hieronder zijn de financiële kengetallen opgenomen die voor het SWVO van toepassing zijn: Tabel 11 Financiële kengetallen SWVO Verloop van de kengetallen Jaarrekening 2016 Jaarrekening 2017 Jaarrekening 2018 Netto schuldquote -0,57% -0,47% -0,27% Solvabiliteitsrisico 7,98% 10,44% 13,51% Structurele exploitatieruimte 1,02% 1,02% 0,37% Netto schuldquote Dit cijfer geeft inzicht in het niveau van de schuldenlast van het SWVO ten opzichte van de eigen middelen. Aangezien SWVO geen leningen heeft aangetrokken en dus geen rentelasten en aflossingen heeft, is dit cijfer zeer laag. De VNG adviseert om 130% als maximale norm te hanteren en daarboven de schuld af te bouwen. De netto schuldquote van 2018 van -0.27% is derhalve gunstig. Solvabiliteitsrisico Dit cijfer geeft inzicht in de mate waarin het SWVO is staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Hoe hoger dit percentage, hoe gunstiger dit is voor de financiële weerbaarheid van het SWVO. In 2018 stijgt dit percentage van 10,44% in 2017 naar 13,51% in 2018. Structurele exploitatieruimte Dit cijfer helpt mee om te beoordelen welke structurele ruimte het SWVO heeft om de eigen lasten te dragen, of welke structurele stijging van de baten of structurele daling van de lasten daarvoor nodig is. Hoe hoger dit cijfer hoe beter. Wanneer dit cijfer negatief is, betekent dit dat het structurele deel onvoldoende ruimte biedt om de lasten te blijven dragen. Bij het SWVO is de structurele exploitatieruimte met 0,37% aan de lage kant. Financiering Het financieel beheer is in 2018 uitgevoerd conform het, door het bestuur vastgestelde, Treasury statuut SWVO. Er is geen liquiditeits-/ financieringsbehoefte die het aantrekken van geld noodzakelijk maakte. Het SWVO heeft gemiddeld genomen liquide middelen over. Deze overtollige middelen moeten bij de schatkist worden aangehouden. Het Treasury statuut bepaalt dat in het kader van risicobeheer de aansprakelijkheid voor schulden bij gesubsidieerde instellingen moeten worden beperkt door controle van de jaarrekening van die instellingen. 21

Deze controle vindt jaarlijks plaats in het kader van de definitieve vaststelling van het jaarsubsidie. Niet alle instellingen die van het SWVO subsidie ontvangen, zijn volledig afhankelijk van de subsidie. Op 4 oktober 2017 heeft het algemeen bestuur van het SWVO de Financiële verordening 2018 van het SWVO vastgesteld. Deze verordening treedt op 1 januari 2018 in werking. De Financiële verordening van het SWVO d.d. 23 juni 2004 is per 1 januari 2018 ingetrokken. Verbonden Partijen Het SWVO heeft één verbonden partij, namelijk de Gemeentelijke Vervoerscentrale Zeeland. De vervoerscentrale heeft vier aandeelhouders: Gemeenten Middelburg, Vlissingen en Veere; Samenwerkingsverband Welzijnszorg Oosterschelderegio; Samenwerkingsverband Collectief Vervoer Zeeuws-Vlaanderen; Gemeente Goeree-Overflakkee. Deelneming Gemeentelijke Vervoerscentrale Zeeland Per 1 januari 2009 had het Samenwerkingsverband Collectief Vervoer Zeeuws-Vlaanderen 100% van de aandelen in haar bezit. Per 1 december 2011 zijn een gelijk aantal nieuwe aandelen, type B, uitgegeven aan het SWVO. Per 1 september 2015 zijn een derde van de aandelen, type B, uitgegeven aan de gemeenten Middelburg, Vlissingen en Veere (Walcheren), zodat het SWVO, Walcheren en het Samenwerkingsverband Collectief Vervoer Zeeuws-Vlaanderen gelijke stemrechten hebben in Taxi Zeeuws-Vlaanderen. De aandelen type B geven recht op dividend en/of enige uitkering ten laste van de algemene reserve. De kosten van de centrale (personeel en organisatie) worden door de gezamenlijke aandeelhouders gedragen. Tabel 12 Deelneming GVZ Gemeentelijke Vervoerscentrale Zeeland 31-12-2018 31-12-2017 Eigen vermogen 426.785 365.537 Vreemd vermogen 347.936 416.898 Financieel resultaat 61.248 60.543 Rechtmatigheid Binnen het controleprotocol rechtmatigheid, dat door het bestuur is vastgesteld, is een inventarisatie opgenomen van de relevante interne- en (verplichte) externe regelgeving. Het SWVO ziet erop toe dat deze regelgeving wordt nageleefd. Op een aantal programma s is de begroting overschreden. De overschrijdingen passen binnen het beleid en worden gedekt door direct gerelateerde hogere baten. In het volgende overzicht wordt aangegeven welke programma s zijn overschreden en waar de kosten lager waren dan begroot: 22