Als je zelf gaat rekenen met voorraadaantallen, dan houd je rekening met: XX

Vergelijkbare documenten
Omzetsnelheid en omzetduur Het beheren van de voorraad doe je op basis van kengetallen. Kengetallen helpen je te bepalen of je voorraad optimaal is.

Om de optimale bestelgrootte te vinden neem je de volgende stappen: XX. Bereken de totale voorraad- en bestelkosten per jaar. XX

OPGAVEN BIJ VOORRAADBEHEER EN BESTELLEN

ANTWOORDEN OPGAVEN HOOFDSTUK 2

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 2

Overzicht formules. Copyright OVD Educatieve Uitgeverij bv Pagina 1 van 6 VERKOOPSPECIALIST/ EERSTE VERKOPER

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 2

voorraadkosten d e 3 r s

Voorraad Beheer. In de voorraadadministratie houd je dus zorgvuldig bij hoeveel artikelen er op voorraad zijn en hoeveel er zijn afgeschreven.

kun je op verschillende manieren opschrijven of uitspreken: XX Daarnaast kun je een breuk ook opschrijven als een decimaal getal.

Samengevat bereken je de nettowinst van een onderneming zo:

... 1% = 1/100 = 0,01 = 1 van de % = 2/10 = 0,2 = 20 van de % = 1/4 = 0,25 = 25 van de % = 1/2 = 0,5 = 50 van de 100

consumentenprijs btw tarief Rekenvoorbeeld Een bakker heeft aan het eind van de ochtend de volgende artikelen verkocht.

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 6

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 4. In deze opgave blijven de belastingen buiten beschouwing.

Elobase Detailhandel Extra rekenkatern aanvullend op het theoriehoofdstuk voorraadbeheer en bestellen kerntaak 2 Ondernemer / Manager handel

Hoofdstuk 21. De voorraad. Wat is de voorraad waard? Dat is afhankelijk van het product en het moment waarop het gekocht is!

UITWERKING OPGAVEN BIJ VOORRAADBEHEER EN BESTELLEN

oefententamen omzetbelasting

profielvak economie en ondernemen CSPE KB onderdeel C

Het teken < betekent is kleiner dan. In plaats van 4 is kleiner dan 2 schrijf je dus 4 < 2. Elk negatief getal is kleiner dan 0.

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 6

Bij delen met getallen en bedragen is het volgende van belang: Gebruik een rekenmachine Controleer het antwoord door te schatten

BIJLAGE 9.A: OPGAVE a2 UIT DE TEST KENNIS VAN PROCEDURES (Omwille van de leesbaarheid is bij het omzetten naar PDF de gulden vervangen door de.

18.6 B Omzet: = IWO: = Winst verkopen

Logistiek medewerker (2) en Logistiek teamleider (3) Logistiek-rekenen. Basisdeel Theorie editie 2017

Antwoordenboek Rekenvaardigheid

Rendement van artikelpresentaties berekenen

Rekenen in de retail 2

Welke BTW tarieven zijn er? 21% luxe goederen 6% primaire levensbehoefte 0% vrijgesteld (export, overheidsdiensten)

Omzetbelasting oefententamen 1

Elobase Detailhandel. Rekenwerkboek. kerntaak 2 Ondernemer en Manager handel

oefententamen omzetbelasting

Doe eenvoudige opgaven zonder een rekenmachine. XX. Gebruik een rekenmachine bij moeilijke opgaven. Controleer de berekening door te schatten.

3 Consumentenprijs, BTW en inkoopwaarde van de omzet

bedrijfseconomie havo voorbeeldvraag

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 2

Verwerken van financiële mutaties met betrekking tot voorraden, inkopen en verkopen

Examen HAVO. Voorbeeldopgaven Hazo. Bedrijfseconomie, ondernemerschap en financiële zelfredzaamheid

HOOFDSTUK 2 ANTWOORDEN

Examen HAVO. Management & Organisatie (nieuwe stijl)

Examen HAVO. Voorbeeldopgaven HAZO. Bedrijfseconomie, ondernemerschap en financiële zelfredzaamheid

OPGAVEN HOOFDSTUK 2 UITWERKINGEN

Opgave 9.5 Variabele kosten per stuk: / = 3,75 Totale variabele kosten bij eenheden: ,75 =

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel CONSOLIDATIE WOENSDAG 1 NOVEMBER UUR

JJ Footwear. Naar een nieuwe manier van samenwerking d.m.v. Cross Channel Retailing

Lever ook het kladpapier na afloop van het examen in bij de toezichthouder. Dit wordt vernietigd en niet meegenomen in de beoordeling.

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 7

Kengetallen met betrekking tot de vermogensbehoefte. Opgave 3.6a hoort bij paragraaf 3.3, De gemiddelde opslagduur van de voorraad goederen.

Eindexamen wiskunde A1-2 vwo 2007-II

Examen VMBO-KB versie blauw

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel GECONSOLIDEERDE JAARREKENING DONDERDAG 10 MAART UUR

Het eigen interieuradviesbureau (vaardigheidstoets)

Examenopgaven VMBO-BB 2004

Examenopgaven VMBO-BB 2004

Examen VWO. Wiskunde A1,2 (nieuwe stijl)

OPGAVEN HOOFDSTUK 6 ANTWOORDEN

Eindexamen m&o havo 2008-II

EXAMEN Praktijkdiploma Boekhouden

De kostprijs en capaciteiten. De normale en werkelijke bezetting De integrale kostprijs Bezettingsresultaten Capaciteiten

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 9

Voorbeeld 1 In een klas van 29 leerlingen hebben 3 leerlingen een onvoldoende behaald voor een toets.

1. Introductie Shoptrader voorraadbeheer Shoptrader voorraadbeheer Voorraadmutaties Onderdelen voorraadbeheer...

Financiële aspecten van de planning

2015 Nederlandse Associatie voor Examinering

OPGAVEN HOOFDSTUK 6 UITWERKINGEN

Deze aanwijzingen goed lezen voor u met uw examen start

d. Contributiemarge: 160 ( 295 -/ /- 66) = Constante kosten /- Bedrijfsresultaat bij direct costing

administratie - handel en administratie - handel en verkoop - mode en commercie

M & O Case 3.10 Plentium De berekeningen staan in volgorde van hoe het op de begroting en op de balans staat.

-> Bereken de brutowinst en de nettowinst van Jeroen.

profielvak economie en ondernemen CSPE BB onderdeel C

Beginner. Beginner. Beginner

Financieel Management

Basiskennis Calculatie (BKC ) Correctiemodel

EENMANSZAAK DEEL 1. Periode 3 Hoofdstuk 2

Examen VWO-Compex. wiskunde A1,2

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 3: Een eigen bedrijf

MODULE 3: Het eigen adviesbureau De eigen winkel (vaardigheidstoets voor de opleidingen Modestyling en Interieuradviseur) Inhoud:

ANTWOORDEN OPGAVEN HOOFDSTUK 9

Examen VWO. wiskunde A1,2. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Kaarten module 4 derde klas

Opgaven 4.4a en 4.4b horen bij paragraaf 4.2, Liquiditeitsbegroting en resultatenbegroting.

Bijlage HAVO. management & organisatie. tijdvak 1. Informatieboekje. HA-0251-a-18-1-b

Elobase Detailhandel Rekenopgaven Derving aanvullend op het theorieboek KT2

Een lening met een onroerend goed als onderpand. 5. Waarom is het handig een boekhouding bij te houden (noem 2 redenen).

Examenopgaven VMBO-KB 2004

Uitwerking opgaven Brugboek 19.3, 19.5, 19.6 t/m en 19.22

Dit voorbeeldexamen bestaat uit 24 vragen en geeft een beeld van het examen Basiskennis Boekhouden (BKB ) / Elementair Boekhouden.

8.1 Voorraadwaardering

061 Voorziening 448 Kosten milieuschade 076 Lening o/g 449 Interestkosten 077 Hypothecaire 450 Verkoopkosten

Uitwerkingen oefenopdrachten or

De economische voorraad wordt als volgt berekend: economische voorraad = technische voorraad + voorinkopen voorverkopen

Ambitie.info. Werkboek Rekenvaardigheid. Niveau 3 & 4. Serienummer. DigiCode. Te activeren tot

Transitorische posten en voorafgaande journaalposten. De opgave 6.6a tot en met 6.6d horen bij paragraaf 6.2, Transitorische posten.

Boekhouden en financiële administratie Examennummer: Datum: 8 februari 2014 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur

Samenvatting M&O Marketing & logistiek hoofdstuk 3

Vera werkt 52 weken per jaar. De brutoloonkosten per jaar zijn dan: 12 uur per week 15,05 per uur 52 weken = 9.391,20

a. Stel de beginbalans op 1 januari 2006 samen volgens het model van bijlage I.

Antwoorden hoofdstuk 4

Transcriptie:

5.1 Rekenen met voorraadaantallen In de retail moet je rekenen met voorraadaantallen. De voorraad bestaat uit de artikelen die je in de winkel en in het magazijn hebt liggen. De voorraadaantallen worden meestal bijgehouden met een geautomatiseerd systeem. Als je zelf gaat rekenen met voorraadaantallen, dan houd je rekening met: XX de beginvoorraad XX het aantal artikelen dat je verkoopt het aantal artikelen dat je bestelt XX Artikelen kun je soms per stuk bestellen. Vaak koop je artikelen niet per stuk in maar per doos (of colli). Rekenvoorbeeld Er zijn 341 pennen op voorraad in de winkel. Je bestelt 2 dozen met pennen. In een doos zitten 50 pennen. Je verkoopt 370 pennen. Hoeveel pennen heb je hierna nog op voorraad? De voorraad pennen is: 341 + (2 50) 370 = 71 122

Gemiddelde voorraad berekenen In de retail werk je vaak met de gemiddelde voorraad. Bijvoorbeeld voor het bepalen van de waarde van de voorraad, of voor het berekenen van de bestelgrootte. Gemiddelde voorraad = beginvoorraad + eindvoorraad 2 De beginvoorraad is de voorraad die je aan het begin van een periode hebt in aantallen of in waarde. De eindvoorraad is de voorraad die je hebt aan het eind van een periode in aantallen of in waarde. Rekenvoorbeeld Aan begin het van het jaar zijn 12 stuks op voorraad van een bepaald product. Aan het eind van jaar zijn 37 stuks op voorraad. Hoe groot is de gemiddelde voorraad? De gemiddelde voorraad = (12 + 37) 2 = 24,5 producten 5 In het voorbeeld hiervoor deel je door twee, omdat je twee meetmomenten van de voorraad hebt gebruikt: de begin- en de eindvoorraad. Heb je de gegevens van een aantal meetmomenten beschikbaar, bijvoorbeeld maandelijks, gebruik deze dan in je berekening. Het gemiddelde wordt daardoor nauwkeurig. De formule wordt in dat geval wel iets anders, namelijk: Gemiddelde voorraad = ½ waarde beginvoorraad + waarde tussenvoorraden + ½ waarde eindvoorraad aantal meetpunten 1 Rekenvoorbeeld Een elektronicawinkel heeft van een bepaald type radio onderstaande aantallen in voorraad. Maand 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 Aantal 12 23 56 58 12 10 56 23 25 17 19 37 Bereken de gemiddelde voorraad. 123

Gemiddelde voorraad = ½ waarde beginvoorraad + waarde tussenvoorraden + ½ waarde eindvoorraad aantal meetpunten 1 De gemiddelde voorraad = (1/2 12 + 23 + 56 + 58 + 12 + 10 + 56 + 23 + 25 + 17 + 19 + ½ 37) (12 1) = (1/2 12 + 299 + 1/2 37) 11 = (6 + 299 + 18,5) 11 = 323,5 11 = 29,41 stuks Basisrekenopgaven Bereken bij opgave 1 tot en met 10 het aantal artikelen in de eindvoorraad. Artikelcode Aantal beginvoorraad Aantal ingekocht Aantal verkocht Aantal eindvoorraad 1 Artikel BJ02 10 80 56 2 Artikel BJ06 25 22 22 3 Artikel BJ05 611 10 25 stuks 734 4 Artikel BJ12 739 10 50 stuks 1.115 5 Artikel BW1-1 422 6 35 stuks 20 6 Artikel BW1-3 714 3 50 stuks 387 7 Artikel AD 22 1.552 15 250 stuks 3.625 8 Artikel HH 01 1.493 5 250 stuks 2.711 9 Artikel SR 08 10.040 21 500 stuks 20.000 10 Artikel D22-9 2.418 18 180 stuks 4.660 124

11 Een winkel heeft per maand onderstaande aantallen van product A en B in voorraad. Maand Product A Product B Januari 104 440 Februari 88 330 Maart 112 612 April 67 514 Mei 92 204 Juni 101 445 Juli 56 250 Augustus 77 350 September 102 633 5 Oktober 115 421 November 97 599 December 75 287 a Bereken van product A de gemiddelde voorraad van het eerste kwartaal. b Bereken van product B de gemiddelde voorraad van het tweede kwartaal. Rond de uitkomst af op twee decimalen. c Bereken van product B de gemiddelde voorraad van het tweede halfjaar. Rond de uitkomst af op twee decimalen. d Bereken van product A de gemiddelde voorraad van het jaar. Rond de uitkomst af op twee decimalen. 125

e Bereken van product B de gemiddelde voorraad van het jaar. Rond de uitkomst af op twee decimalen. Contextrijke rekenopgaven 12 Kemal runt met Eline een webshop voor oranje feestartikelen. Ze hebben het volgende op voorraad. Producten Inkoopprijs Verkoopprijs Aantal Oranje vlaggetjes 2,07 2,50 112 Vlaggetjes rood/wit/blauw 2,07 2,50 32 Nederlandse vlag 4,13 5,00 238 Oranje vlag met leeuw 4,13 5,00 27 Oranje sjaal 10,54 12,75 750 Sjaal rood/wit/blauw 10,54 12,75 679 Oranje pruik 5,79 7,00 339 Hoedje oranje 3,31 4,00 42 Petje oranje 3,72 4,50 105 Kemal en Eline bestellen hun producten bij een leverancier. De oranje vlag met leeuw wordt per doos geleverd. In een doos zitten 25 stuks. Kemal en Eline willen minimaal 100 oranje vlaggen met leeuw op voorraad hebben. a Hoeveel dozen moeten ze bestellen om minimaal 100 oranje vlaggen met leeuw op voorraad te hebben? b Hoeveel moeten ze betalen voor deze dozen oranje vlaggen met leeuw? 126

Eline bestelt bij de leverancier 8 dozen oranje pruiken. In elke doos zitten 30 oranje pruiken. Een klant bestelt 50 oranje pruiken en een andere klant bestelt 520 oranje pruiken. c Heeft Eline in totaal voldoende oranje pruiken op voorraad? d Hoeveel komt ze tekort of houdt ze over? Kemal en Eline willen minimaal drie keer het aantal artikelen op voorraad hebben van wat ze gemiddeld per maand verkopen. Van de oranje petjes worden per maand gemiddeld 35 stuks verkocht. e Hoeveel oranje petjes moeten op voorraad zijn als gemiddeld 35 oranje petjes per maand worden verkocht? 5 Vorig jaar was de verkoop van oranje hoedjes van januari tot en met december: 32, 12, 24, 56, 8, 15, 36, 22, 19, 46, 28 en 8 stuks. f Hoeveel oranje hoedjes moeten op voorraad zijn als je uit gaat van het gemiddeld aantal dat per maand wordt verkocht? In een doos zitten 14 oranje hoedjes. g Hoeveel dozen met oranje hoedjes moeten ze bestellen? Op voorraad zijn 238 Nederlandse vlaggen. Kemal bestelt 16 dozen met Nederlandse vlaggen. In een doos zitten 20 stuks. Vervolgens worden 427 Nederlandse vlaggen verkocht. h Wat is de inkoopwaarde van de vlaggen die Kemal daarna nog op voorraad heeft? 127

Van de oranje sjaals zijn 750 stuks op voorraad. Per maand worden gemiddeld 75 oranje sjaals verkocht. i Over hoeveel maanden moeten Kemal en Eline nieuwe oranje sjaals bestellen? Ze hebben de eerste vier maanden van het jaar onderstaande waarde aan producten op voorraad. Maand Inkoopprijs Januari 18.946,62 Februari 21.365,45 Maart 16.524,25 April 19.456,25 j Bereken de gemiddelde inkoopwaarde van de voorraad over de maanden januari tot en met april. 128