Wat doen we ermee? Een gesprek over de aanloop naar de moeilijke opgaven Fokke Munk 1

Vergelijkbare documenten
Bij het meten van breedte, dikte, diepte, hoogte en afstand bepaal je de lengte. De eenheid van lengte is de meter.

REKENTECHNIEKEN - OPLOSSINGEN

Duizend 3 getallen achter de komma 230 duizend duizend Andersom ,6 duizend ,5 duizend

Leerlijnen groep 7 Wereld in Getallen

KENMERKENDE CIJFERS EN BENADERINGSREGELS

Leerlijnen rekenen: De wereld in getallen

Vervolgcursus Proeftuin Rekenen Tweede bijeenkomst 3 februari 2016 vincent jonker & monica wijers

1 Inleiding 2 Lengte en zijn eenheden 3 Omtrek 4 Oppervlakte 5 Inhoud. Meten is weten. Joke Braaksma. November 2010

Inhoud. Eenheden... 2 Omrekenen van eenheden I... 4 Omrekenen van eenheden II... 9 Omrekenen van eenheden III... 10

SAMENVATTING BASIS & KADER

Vervolgcursus Rekenen Tweede bijeenkomst 26 februari 2014 vincent jonker & monica wijers

Het metriek stelsel. Grootheden en eenheden.

Vervolgcursus Rekenen Tweede bijeenkomst 4 februari 2015 vincent jonker & monica wijers

Verkorte versie van de SYLLABUS REKENEN 2F EN 3F (VO en MBO, versie mei 2015) Aanpassing van product van CvTE

1. Bereken. 2. Bereken. Oefenopgaven. F. 2 km = cm G. 3 dm = mm H. 4,5 cm = m I. 250 dm = dam J. 3,12 hm = dm

REKENEN Hfst 1-3 PROCENTEN. Procenten betekent per honderd.

Wiskunde in beeld. Werkcollege visualiseren en representeren Annette Markusse, Jan Willem van Slijpe, Fokke Munk 1

Inleiding tot de natuurkunde

10. ZINKEN EN DRIJVEN Experimenteer met de volgende stoffen! Zet een kruisje in de juiste kolom!

27/11/2012 SCHATTEN....en niet alleen op zolder

Rekenen en wiskunde ( bb kb gl/tl )

Groep 3. Getalbegrip hele getallen. Optellen en aftrekken. Geld

Rekentoets Open Dag 2019 Merel Verhoog

9.1 Oppervlakte-eenheden [1]

Leerlijnen groep 6 Wereld in Getallen

Voorbeelduitwerkingen bij de Conceptrekentoetswijzer 3S. Servicedocument, september 2012

basiscursus rekenen vierde bijeenkomst Woensdag 16 december 2015 vincent jonker, monica wijers

Niveau 2F Lesinhouden Rekenen

Wiskunde Basis Onderbouw

Domein A: Inzicht en handelen

Toetswijzer examen Cool 2.1

Hoofdstuk 1: Basisvaardigheden

Opleiding docent rekenen MBO. 28 oktober 2016 Bijeenkomst 4 Groep Nova 4

M.R. 56 : Overzicht scenario s.

Probeer de vragen bij Verkennen zo goed mogelijk te beantwoorden.

En wat nu als je voorwerpen hebt die niet even groot zijn?

M V. Inleiding opdrachten. Opgave 1. Meetinstrumenten en grootheden. Vul het schema in. stopwatch. liniaal. thermometer. spanning.

Inhoud. 1 Ruimtefiguren 8. 4 Lijnen en hoeken Plaats bepalen Negatieve getallen Rekenen 100

Foutenberekeningen Allround-laboranten

Cursus voor Rekenondersteuners rekenen de 3 e slag. Bijeenkomst 3 28 februari 2012 Ceciel Borghouts & Monica Wijers Freudenthal Instituut

de eenheid m/s omrekenen naar km/h en omgekeerd.

Opleiding docent rekenen MBO. 11 december 2015 vierde bijeenkomst Groep Nova 3

handleiding pagina s 956 tot Handleiding

1. De afstand van onweer in kilometer bereken je door de tijd tussen bliksemflits en donder te delen door 3.

Tussendoelen wiskunde onderbouw vo vmbo

Opleiding docent rekenen MBO. 23 november 2018 vierde bijeenkomst Groep Nova 5

handleiding pagina s 678 tot Handleiding 1.2 Huistaken huistaak 20: bladzijde Werkboek 3 Posters 4 Scheurblokken

Colofon RekenGroen. Rekenen voor vmbo- groen en mbo- groen Extra Rekenmodule Oppervlakte Leerlingtekst Versie 1.0. November 2012 Auteurs: Mieke

Rekenbewust vakonderwijs. Vakoverstijgend rekenonderwijs

Oefentoets Versie A. Vak: Wiskunde Onderwerp: Meetkunde Leerjaar: 1 (2017/2018) Periode: 3

basiscursus rekenen derde bijeenkomst Woensdag 19 november 2014 vincent jonker, monica wijers

Vastgesteld: naam... datum... Paraaf... cijfer = score x 0, ,8588 (met een minimum van 1).

Reken uit en Leg uit 5e bijeenkomst 9 december 2014 monica wijers

Blok 6 MR vraag 1: de oppervlakte van vlakke figuren met een grillige vorm berekenen

Het Metriek Stelsel. Over meten, omtrek, oppervlakte en inhoud

Kennis van de telrij De kinderen kunnen tellen en terugtellen tot 10 met sprongen van 1 en van 2.

Rekenportfolio. Naam: cm 2. m 3 + = 1 _ 12

Reken zeker: leerlijn kommagetallen

Deel C. Breuken. vermenigvuldigen en delen

/595\

Leerlijnen groep 8 Wereld in Getallen

Rekenen met verhoudingen

LOPUC. Een manier om problemen aan te pakken

REKENZWAK VMBO-MBO. Lonneke Boels - Christelijk Lyceum Delft Rekencoördinator, docent rekenen, technator RT-praktijk Alaka rekenen basisschool en pabo

Bij het cijferend optellen beginnen we bij de eenheden en werken we van rechts naar links:

Rekenboek 3 havo/vwo. Antwoorden NOORDHOFF UITGEVERS 2014 REKENBOEK 3 HAVO/VWO ANTWOORDEN 1

Rekenkaart bij examenopgaven

Nee, ik heb de cijfers nog niet. Ja, ik ga zo tijdens de les verder met nakijken REKENEN. Les Grootheden en Eenheden.

Spiekboekje. Knowledgebridge Onderwijs Hein v.d. Velden

Eindexamen wiskunde B1-2 havo 2002-II

Startrekenen 2F vo. Leerwerkboek rekenen deel B SARI WOLTERS IRENE LUGTEN CYRIEL KLUITERS MARLOES KRAMER PASCAL DE WIT

Wat leren we uit de COE rekentoetsen over ERWD? Hendrik Straat en Mieke Hodzelmans Cito

Rekenbewust vakonderwijs. Vakoverstijgend rekenonderwijs

Meten. Kirsten Nederpel. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Eindexamen wiskunde b 1-2 havo II

PTA wiskunde BBL Kijkduin, Statenkwartier, Waldeck cohort

klas "Eenheden"

Stand van zaken MBO-examens

SERVICEDOCUMENT BIJ SYLLABUS REKENEN 2F EN 3F VO EN MBO

LEERWERKBOEK. 2F Meten en meetkunde. Les Schaal

Wat betekenen de getallen? Samen bespreken. Kies uit kilometer, meter, decimeter of centimeter.

Oefenopgaven versnelling, kracht, arbeid. Werk netjes en nauwkeurig. Geef altijd berekeningen met Gegeven Gevraagd Formule Berekening Antwoord

drs. W.M.F. Beuker, training en begeleiding in onderwijs

1.Tijdsduur. maanden:

Hoofdstuk 5 gaat over rekenen. Deel 2 is eigenlijk herhaling van alle stof. Trainen voor het examen.

Examen HAVO. wiskunde B1,2. tijdvak 2 woensdag 18 juni Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Toets gecijferdheid april 2006 versie 3

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën.

Examen HAVO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Reken zeker: leerlijn kommagetallen

wiskunde CSE GL en TL

Wat leren we uit de rekentoetsen VO over ERWD? Hendrik Straat en Harco Weemink Cito

FYSICA. voor 4 ST & 4 TW. Deze cursus fysica vind je op en op pmi.smartschool.be

Voorbeeldtoets 3F, havo/vwo, voor veldraadpleging

4900 snelheid = = 50 m/s Grootheden en eenheden. Havo 4 Hoofdstuk 1 Uitwerkingen

Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën.

Groep 7, blok 1, week 1 Passende Perspectieven, leerroute 3

44 De stelling van Pythagoras

Opleiding docent rekenen MBO. Groep ID- 1 9 januari 2015 Bijeenkomst 4

Determinatietoets Rekenen 2F Deze toets bestaat in totaal uit 50 opgaven verdeeld over twee onderdelen.

Transcriptie:

Wat doen we ermee? Een gesprek over de aanloop naar de moeilijke opgaven 29-11-2018 Fokke Munk 1

programma Voorstellen Positiebepaling Keus voor drie soorten contexten: snelheid, inhoud en schaal Analyse van de opgaven en mogelijke aanpak Terugblik 29-11-2018 Fokke Munk 2

positiebepaling Deze werkgroep gaat over onderwijs aan een groep Het gaat niet over antwoorden op vragen van leerlingen Rekenen van volwassenen kent z n eigen dynamiek Werken aan de rekentoets begint op het eindniveau en gaat vervolgens terug. Belangrijk om in gesprek te komen over de aanpak Kies in eerste instantie voor een doe aanpak Individueel oefenen heeft zeer beperkt rendement 29-11-2018 Fokke Munk 3

Drie soorten contexten 29-11-2018 Fokke Munk 4

De lijn in het onderwijs De situatie aanbieden zonder vraag Bespreken van de situatie (voorstelbaar) en de mogelijke vragen Modelleer de situatie indien mogelijk Kijk goed naar de deelvragen De vaardigheden oefenen en Bespreek de benodigde kennis Soortgelijke context voor de herhaling. 29-11-2018 Fokke Munk 5

Analyseer de opgave en geef aan waar de problemen voor jouw leerlingen liggen? P55 = 0,456, Dus moeilijk zelfs voor de betere rekenaars 29-11-2018 Fokke Munk 6

Wat zijn de ingrediënten van de probleemsituatie? Is het probleem voorstelbaar? Taalniveau Gewone taal: Groep, tocht, geroeid, snelheid Schooltaal: Hoe groot, Wiskunde taal: Getallen, (6, 40 48), maten: minuten, seconden, gemiddelde snelheid, kilometers per uur, decimaal 29-11-2018 Fokke Munk 7

Wat zijn de deelvragen van het probleem? Hoe rond je een getal af op 1 29-11-2018 Fokke Munk 8 decimaal? Wat betekent gemiddelde snelheid in kilometer per uur? Er staan twee eenheden gegeven voor de tijd. Hoe kun je alles omwerken naar een eenheid? Hoe kun je vanuit de gegeven afstand en tijd toewerken naar de afstand per uur?

Er staan twee eenheden gegeven voor de tijd. Hoe kun je alles omwerken naar een eenheid? 40 minuten = 40 * 60 seconden = 2400 seconden 40 minuten en 48 seconden: 2448 seconden 1 uur = 3600 seconden 29-11-2018 Fokke Munk 9

Het rekenprobleem in beeld Hoe kun je vanuit de gegeven afstand en tijd toewerken naar de afstand per uur? afstand (km) 6? Tijd(sec.) 2448 3600 Rekenwerk bijv. via verhoudingstabel Afstand in km 6 0,0024.. 8,8235.. Tijd (in sec.) 2448 1 3600 29-11-2018 Fokke Munk 10

Hoe rond je een getal af op 1 decimaal? Afronden op 1 decimaal, betekent de vraag beantwoorden of de tweede decimaal < 5 of >= 5. 8,8235 dus 8,8 km/uur 29-11-2018 Fokke Munk 11

Analyseer de opgave en geef aan waar de problemen voor jouw leerlingen liggen? Hoelang duurde de rit over de Afsluitdijk? P55 = 0,258 Dus categorie heel moeilijk minuten en seconden 29-11-2018 Fokke Munk 12

Wat zijn de ingrediënten van de probleemsituatie? Is het probleem voorstelbaar? Taalniveau Gewone taal: Reed, snelheid, over, Afsluitdijk, lang, rit, duurde Schooltaal: Gemiddeld, hoelang Wiskunde taal: Getallen, (124; 32), maten: kilometer, kilometer per uur, gemiddeld 29-11-2018 Fokke Munk 13

Wat zijn de deelvragen van het probleem? Wat betekent een snelheid van 124 kilometer per uur? Op zoek naar de verhouding: in 1 uur 124 km afleggen betekent, 32 km in.. uur? Als je de tijd in minuten hebt uitgerekend. Hoe bereken je dan het overblijvende deel van een minuut in seconden? 29-11-2018 Fokke Munk 14

Als je weet dat in je 1 uur, 124 km kunt afleggen, hoe bereken je dan de tijd voor km? Bijv. 62 km?, of 31 km? of per km? Marie reed met een snelheid van gemiddeld 124 kilometer per uur over de Afsluitdijk. De Afsluitdijk is 32 kilometer lang afstand(in km) 32 124 tijd (in seconden)? Het rekenprobleem in beeld 3600 (1 uur) Mogelijkheid 1: 1. Je berekent de tijd per kilometer (3600: 124 = 29,032.. seconde) 2. Je berekent de tijd voor 32 kilometer: 32 x 0,48387 = 929,03 seconde (= 15,483 minuten) 3. Dus in elk geval 15 minuten 29-11-2018 Fokke Munk 15

Als je weet dat in je 1 uur, 124 km kunt afleggen, hoe bereken je dan de tijd voor 32 km? Marie reed met een snelheid van gemiddeld 124 kilometer per uur over de Afsluitdijk. De Afsluitdijk is 32 kilometer lang afstand(in km) 32 124 tijd (in minuten)? Mogelijkheid 2: Verhoudingstabel: Afstand (in km) 124 31 1 32 60 (1 uur) Tijd (in min.) 60 15 0,48..? Dus in elk geval 15 minuten. 29-11-2018 Fokke Munk 16

Hoe bereken je een overblijvend deel van een minuut (achter de komma) in seconden? Je kunt deze vraag vermijden door 929 sec. te zien als 900 + 29 900 = 15 x 60 Marie reed met een snelheid van gemiddeld 124 kilometer per uur over de Afsluitdijk. De Afsluitdijk is 32 kilometer lang minuten 0,48. 1 Seconden? 60 Verhoudingstabel Minuut 1 1*0,48 0,48.. Seconde 60 60 * 0,48 29,03.. Dus 29 seconde. 29-11-2018 Fokke Munk 17

Analyseer de opgave en geef aan waar de problemen voor jouw leerlingen liggen? P55 = 0,731 Goed te doen voor goede rekenaars 29-11-2018 Fokke Munk 18

Wat zijn de ingrediënten van de probleemsituatie? Het volume bepalen van een laag zand : Voorstelbaar? Gewone taal: terras, ondergrond, een laag zand, verzakking, tegengaan, nodig Schooltaal: Hoeveel, minimaal, rond af op Wiskunde taal: Getallen (9; 4,2; 6,5), minimaal, kubieke meter, m, cm, hoeveel, decimaal 29-11-2018 Fokke Munk 19

Wat zijn de deelvragen van de probleemsituatie? Mooie opgave om eerst even tastbaar te maken! 1. Wat is de oppervlakte van het terras? 2. Hoeveel m³ zand heb je nodig voor een laag van 9 cm op deze oppervlakte? 3. Hoe geef je invulling aan rond af op een decimaal? 29-11-2018 Fokke Munk 20

Kennis per deelvraag? Deelvragen: 1. Wat is de oppervlakte van het terras? Het terras heeft een rechthoekige vorm, dus de oppervlakte is te berekenen met Oppervlak = lengte * breedte = 6,5*4,2 = 27,3 m² 29-11-2018 Fokke Munk 21

2. Hoeveel m³ zand heb je nodig voor een laag van 9 cm op deze oppervlakte? De laag zand heeft de vorm van een balk, met een inhoud volgens de formule: Inhoud = oppervlak * hoogte (Voor dit soort regels geldt dat de eenheden die gebruikt worden dezelfde moeten zijn) Inhoud = 27,3 * 0,09 = 2,457 m³ 29-11-2018 Fokke Munk 22

3. Hoe geef je invulling aan, rond af op een decimaal? De laag zand die nodig is voor het terras omvat 2,457 m³. Afronding op één decimaal betekent: is het tweede decimaal (5) >= 5 dan wordt deze met 1 opgehoogd. Dus in dit geval: 2,5 m³ 29-11-2018 Fokke Munk 23

Aanloop voor dit soort opgaven Bakjes vullen Meten Plaatje maken Omrekenen van kubieke maten naar liters 29-11-2018 Fokke Munk 24

Analyseer de opgave en geef aan waar de problemen voor jouw leerlingen liggen? 29-11-2018 Fokke Munk 25

Wat zijn de ingrediënten van de probleemsituatie? Inkoop op basis van gegevens, Voorstelbaar? Gewone taal: Zandbak, vullen, een laag, speelzand, koopt, zakken, weegt, betalen Schooltaal: Vullen met een laag van tenminste Wiskunde taal: Tenminste, m, cm, m³, kg maataanduidingen, hoeveel, minimaal 29-11-2018 Fokke Munk 26

Wat zijn de deelvragen van de probleemsituatie? 1. Hoeveel zand heb je nodig voor een laag van 30 cm? 2. Hoeveel kg weegt deze laag zand? 3. Hoe kan je het gewicht van de vastgestelde hoeveelheid zand in zakken van 25 kg omzetten? 4. Welke prijs moet je betalen voor het aantal vastgestelde zakken? 29-11-2018 Fokke Munk 27

Hoeveel zand heb je nodig voor een laag van 30 cm? Een laag speelzand met een gegeven dikte betekent inhoud berekenen. Inhoudsberekening kennen van deze figuur (balk) Weten dat zulke berekeningen gelijke eenheden vraagt Kladblaadje 1: Inhoud laag zand: 1,4 * 1,2 * 0,3 = 0,504 m³ Weten dat 30 cm = 0,3 m 29-11-2018 Fokke Munk 28

Kennis per deelvraag Hoe zwaar is deze uitgerekende hoeveelheid (0,504 m³) zand? Uit de zin 1 m³ zand weegt 1600 kg afleiden dat dit een verhouding weergeeft. Inhoud 1 Gewicht 1600? Kladblaadje 2: Inhoud 1 0,504 Gewicht 1600 0,504*1600 (= 806,4 kg) of O,504 is iets meer dan de helft van 1, dus het gewicht is ook iets meer dan 800 kg (helft van 1600 kg). Herkennen dat 0,504 ongeveer zo groot is als 0,5 29-11-2018 Fokke Munk

Kennis per deelvraag Hoe kan je het gewicht van de vastgestelde hoeveelheid zand (iets meer dan 800 kg) in zakken van 25 kg omzetten? Herkennen van een verhouding, 1 zak weegt 25kg 2 zakken wegen 50kg.. Kladblaadje 3 Aantal zakken 1 4 32 33 Gewicht 25 100 800 825 Herkennen dat je 1 zak meer moet nemen dan 800 kg. 29-11-2018 Fokke Munk 30

Kennis per deelvraag Welke prijs moet je betalen voor het aantal vastgestelde zakken? Herkennen van de verhouding prijs per eenheid. 1 zak kost 2,19 2 zakken kosten 5,38. Kladblaadje 4 Aantal zakken 1 33 Prijs (in ) 2,19 33*2,19 (= 72,27) Gebruik van een verhoudingstabel. Aantal zakken 1 33 Prijs (in ) 2,19? 29-11-2018 Fokke Munk 31

Deelvragen 2 en 3 andersom gebruiken kan natuurlijk ook. Je kunt ook eerst het gewicht van 1 m³ omzetten in zakken. Hoeveel zakken zitten er in 1 m³? Aantal zakken 1 4 64 Kg ` 25 100 1600 En dan: Inhoud (in m³) 1 0,504 Aantal zakken 64 0,504*64 (= 32,256) Dus een meer dan 32 is 33 zakken, etc.. 29-11-2018 Fokke Munk 32

P55 = 0,244 Erg moeilijk, ook voor goede rekenaars 29-11-2018 Fokke Munk 33

Dank voor uw aandacht Fokke Munk Priem17 +31620114480 29-11-2018 Fokke Munk 34