Thema: Het leven in de stad Lesduur: ong. 50 min
Muzische grondhouding ZiLL-doelen Bewegingsexpressie - MUgr2: durven fantaseren en verbeelden - MUgr3: zich bewust worden van de eigen muzische en creatieve mogelijkheden (talenten) en die tonen - MUgr5: inspelen op de muzische beleving van anderen: de uitvoerder of het publiek Muzische geletterdheid - MUge2: de muzische bouwstenen beleven, herkennen, onderzoeken en hanteren -> Dans Tijd (duur, tempo, cadans) Ruimte (vloerpatronen, richtingen, plaats, ruimtelagen) Relatie (samen bewegen en dansen) Muzische vaardigheid - MUva3: de technische en expressieve vaardigheden die nodig zijn om zich muzisch uit te drukken in beeld, muziek, dans en drama verfijnen
Taal Mondelinge taalvaardigheid Nederlands TOmn1: een mondelinge boodschap verwerken Lesdoelen De leerlingen kunnen aandachtig luisteren naar een voorgelezen verhaal. De leerlingen kunnen een beluisterd verhaal in eigen woorden navertellen. De leerlingen kunnen zich inbeelden welke bewegingen ze moeten maken in een drukke stad. De leerlingen kunnen zich inleven tijdens een inleefopdracht. De leerlingen kunnen bewegen met verschillende snelheden. De leerlingen kunnen bewegen op vaste patronen op de grond. De leerlingen kunnen hun lichaam ontspannen.
Lesverloop Aanknoping Voorafgaand in de klas: het prentenboek 'Muis gaat naar de stad' van Lucy Cousins wordt voorgelezen aan de kinderen. Laat de leerlingen meevolgen door naar de prenten te kijken. Maak de kinderen duidelijk dat ze goed opletten. Leg uit dat er rond zal worden gewerkt tijdens een bewegingsactiviteit. Na het voorlezen, aan het begin van de les bewegingsexpressie: Wat hebben jullie onthouden? Wie kan er de verschillende gebeurtenissen in juiste volgorde plaatsen? We gaan samen het boek tot leven brengen, hier in de zaal. Bij elk deeltje van het verhaal, hoort een bewegingsopdrachtje. De prent van dit deel wordt telkens aan de muur opgehangen. Zo kunnen de leerlingen het verhaal visueel volgen.
Leskern STAP 1: Drukte in de straat We gaan aan de zijkant van het lokaal staan. Beeld je in dat dit een drukke stad is. Jij bent super gehaast. Je bent al te laat, en dan is het net op dit moment zo druk. Hou een plaats in je hoofd waar je ergens in de stad moet geraken. Wanneer ik de muziek opzet, probeer je door de drukke stad te geraken, zonder andere mensen of auto s in gevaar te brengen. - Dit doen we 3 keer. - Tip bij de 2de keer: kijk goed uit voor het verkeer! Af en toe zal je moeten stoppen om auto s of andere weggebruikers door te laten. - Laatste keer: je gaat per 2 staan. 1 persoon is de leider, de andere persoon gaat erachter staan en doet exact de bewegingen van de voorste persoon na.
STAP 2: Etalage - Jullie blijven per 2 staan. - Wanneer we de muziek opzetten, lopen jullie met z n tweetjes door de winkelstraat. Je kijkt samen naar verschillende winkels die je tegenkomt, of je stapt eens ergens binnen. - Wanneer de muziek stopt, ga je met 2 in een etalage staan. Jullie zijn kledingmodellen en nemen een pose aan. - Dit doen we enkele keren opnieuw. - Nadien wordt de klasgroep in 2 gesplitst. De 2 groepen doen deze opdracht elk om de beurt. Zo hebben ze de kans om naar elkaar te kijken. STAP 3: Het verkeerslicht Welke 3 kleuren heeft een rood licht? Rood, oranje, groen Ik hebben een verkeerslicht bij. Ik zet muziek op. Wanneer ik het licht op groen zet, mogen jullie bewegen in de zaal. Wanneer het op oranje springt, bewegen jullie in slow motion verder. Dit wil zeggen dat dit heel trage bewegingen zijn. Wanneer het licht op rood springt, moeten jullie volledig stoppen. Jullie staan dan stil als standbeelden. -> We doen deze oefening een tijdje en wisselen enkele keren af tussen de 3 kleuren Wanneer de leerlingen het principe goed onder de knie hebben, geef je ze nu de keuze. Zij mogen voor zichzelf bepalen wanneer zij gewoon bewegen, in slow motion bewegen of stilstaan. Ze kiezen helemaal zelf de momenten waarop ze veranderen.
STAP 4: Op de metro Wie weet er nog hoe muis in het boek tot aan Dotty s huis geraakte? Welk vervoersmiddel heeft ze genomen? -> De metro Wie heeft er nog een fantastisch geheugen en weet nog welke kleur van metro ze namen? -> De blauwe Op de vloer zijn er met tape metrolijnen in verschillende kleuren afgeplakt. Kies een bepaalde metrolijn en ga erop staan op een plek waar je zelf wil. - Opdracht 1: wanneer ik de muziek opzet, stappen jullie op jullie metrolijn. Je blijft op jouw kleur, je mag niet van de lijn af gaan. Als de muziek stopt, blijf je staan waar je staat. - Opdracht 2: nu moet je ook steeds op een metrolijn blijven stappen, maar je mag op een kruispunt met een andere kleur, veranderen van lijn. Wanneer de muziek stopt blijf je staan. - Opdracht 3: je stapt op de muziek op je metrolijn. Je mag nog steeds verwisselen van kleur op een kruispunt. Maar we voegen er iets aan toe. Wanneer je iemand tegenkomt op je weg, volg je deze persoon. Je volgt exact de weg die hij volgt en je loopt vlak achter hem. Dit blijven we doen tot de hele klas samen achter elkaar op 1 lijn loopt.
Afronding Deze bewegingsles wordt afgerond op een rustige manier. Alle leerlingen gaan in de ruimte op hun rug liggen. Samen ademen we enkele keren diep in en uit en sluiten we onze ogen. De leerlingen proberen zich van kop tot teen te ontspannen. Wanneer de leerlingen een tikje krijgen gaan ze rustig rechtop zitten. Een rustig momentje aan het einde van de les is aan te raden om ze nadien terug rustig naar de klas te brengen.