provincie HQLLAND ZUID

Vergelijkbare documenten
Verzenddatum 1 9 APR^OIZ. 'ovlnciesecretaris. Onderwerp ontwerp 8e tranche Provinciale milieuverordening Zuid-Holland (PMV)

ONTWERP-WIJZIGING PROVINCIALE MILIEUVERORDENING ZUID-HOLLAND (ACHTSTE TRANCHE)

Gezien het advies van de Provinciale adviescommissie leefomgevingskwaliteit d.d. 1 juni 2012;

Paraaf Provin. Onderwerp Uitgangspunten visie en strategie vergunningen, toezicht en handhaving

Gezien het advies van de Provinciale adviescommissie leefomgevingskwaliteit d.d. 8 juni 2009;

PROVINCIAAL BLAD. Wijzigingsverordening Omgevingsverordening Limburg 2014 (regels inzake geothermie in milieubeschermingsgebieden)

Opheffen verbod op het toepassen Nr. RMW-634 van secundaire grondstoffen in integrale milieubeschermingsgebieden Vergadering 16 oktober 1998

Verzenddatum 2 7 NOV Paraaf ProyinqBSecretaris

p t" c!! HOLLAND ZUID

GEKOMEN 1 6 Kt»" Paraaf Provinciesecretaris. Voorstel van GS aan PS: vaststellen van de Verordening advisering planschadeverzoeken Zuid- Holland.

Datum vergadering Gedeputeerde Staten Verzenddatum Geheim. 28 oktober 2014 J j OKF ZOU

INGEKOMEN 0 8 DEC Verzenddatum - 8 DEC Paraaf Provinciesecretaris

Verzenddatum 2 1 MRT Z013. Paraaf Provinciesepröaris. Onderwerp Aangaan overeenkomst HOV-NET Zuid-Holland Noord met Oegstgeest

2 5 MEI MEI Paraaf Provinciesecretaris. Voorstel van GS aan PS: vaststellen van bijgaande stukken op basis van Asv

2 4 APR Paraaf Provinci. Onderwerp Brief aan de Stuurgroep Westlandse Zoom over glascompensalie Kwintsheul-Noord

WET ALGEMENE BEPALINGEN OMGEVINGSRECHT BESLUIT Ambtshalve wijziging vergunning (artikel 2.31 lid 2b Wet algemene bepalingen omgevingsrecht)

Verordening Interferentiegebieden Bodemenergiesystemen gemeente Goes

SML Voorstel van GS aan PS: kennisnemen van bijgaande stukken op basis van actieve informatieplicht

Verzenddatum 2 6AUG Paraaf Provinc. étaris. Onderwerp Voorbereidingsbesluit vervanging Steekterbrug te Alphen aan den Rijn.

Verzenddatum O 9 OKT Paraaf Provin. retaris. Onderwerp Zienswijze op NRD van het PlanMER Structuurvisie Windenergie op Land

1 5 MEI 2013 ^ Onderwerp Nota van Uitgangspunten concessie treindienst Alphen aan den Rijn - Gouda 2016

^'vrr^t^ HOLLAND ZUID

' ZUID HOLLAND ^S""" "" * """"

Op de voordracht van de Minister van Infrastructuur en Milieu van, nr., Directie Bestuurlijke en Juridische Zaken;

Paraaf Provinciesecretaris

NGEKQMEN O 6 M. 2010

BM NGEKOMFN 1 9 OKT Verzenddatum 1.J. UiVi. I. U -J - Geheim Nee. Paraaf Provinciesecretaris

Verzenddatum - 4 SEP 20. Onderwerp zienswijze op concept ontwikkelstrategiekader Oude Rijnzone

a. Europeeslnationaallprovinciaal wettelijk en beleidskader

5 -minuten versie voor Provinciale Staten

SML NGEKOMEN 0 3 DEC Paraaf Provinciesecretaris

pikiekw,en O 3 NOV Paraaf Provinciesecretaris h-- Onderwerp start onteigening t.b.v. verlegging N456 en aansluiting A20 in de gemeente Zuidplas

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 september 2017;

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Verordening Interferentiegebieden Bodemenergiesystemen gemeente Utrecht

BM NGEKOMEN 1 9 MEI MEI 2010 Datum vergadering Gedeputeerde Staten Verzenddatum Geheim 18 mei 2010 Nee. Paraaf Provinciesecretaris

5 minuten versie voor Provinciale Staten

SML10-26 NGEKOMEN 1 6 «2010. Bijlagen Voordracht verzamelbesluit Incidentele subsidie e lijnsondersteuningsinstellingen

1 7 SEP, 2009 GWM Paraaf Provinciesecretaris 17 augustus 2009

NGEKOMEN 1 2 MEI 2010

omgevingsdienst HAAGLANDEN ONTHEFFING PMV Ons Kenmerk ODH Zaaknummer

Eerste Kamer der Staten-Generaal 1

5 minuten versie voor Provinciale Staten

Verordening interferentiegebieden Bodemenergiesystemen gemeente Groningen 2018

5 minuten versie voor Provinciale Staten

Gemeente Delft. college van B&W Gescand archief S. Brandligt E. van de Giessen fl 9 J(/y?niK W W

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Verordening gesloten bodemenergiesystemen gemeente Delft

De Raad van State gehoord (advies van, nr. ); HEBBEN GOEDGEVONDEN EN VERSTAAN:

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Verzenddatum 2 6 OK I Paraaf Provinciesecretaris

Datum vergadering Gedeputeerde Staten Verzenddatum Geheim 28 oktober O XT 20U Nee. Portefeuillehouder Paraaf Provir>deépefelaris Termijn

c) de belangen die mogelijk invloed kunnen ondervinden van de installatie van bodemenergiesystemen

201 1 om uur. Verzenddatum. Paraaf Provinciesecretaris Ff v,kw

5 minuten versie voor Provinciale Staten

5 minuten versie voor Provinciale Staten

5 minuten versie voor Provinciale Staten

Verzenddatum >1 2 SEP iesecretans. Onderwerp Bestuurlijke overeenkomst RijnlandRoute tussen Ministerie van l&m en Provincie Zuid-Holland

Besluit tot vaststelling ontwerpbesluit tot wijziging Reglement van bestuur voor het Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht 2008

Wijziging Omgevingsverordening ivm de Wet Algemene bepalingen Omgevingsrecht (WABO)

Datum : 28 oktober 2003 Nummer PS :PS2003WEM21 Dienst/sector : WEM/Water Commissie :17 november Ontwerpbesluit I pag. 3 Ontwerpbesluit II pag.

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Beheersverordening Krommeniedijk

BM HGEKOMEN - 2 J»« Paraaf Provinciesecretaris

omgevingsdienst HAAGLANDEN

5 minuten versie voor Provinciale Staten

De Wabo en de omgevingsvergunning. Eén integrale vergunning voor projecten

5 -minuten versie voor Provinciale Staten

Provinciaal blad van Noord-Brabant

Verzenddatum 7 NOV 201. Paraaf Provi. reta ris. Onderwerp Gewijzigde gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid

Omgevingsverordening Limburg 2014/Wijzigingen hoofdstuk 4 inzake geothermie

Datum : 31 mei 2005 Nummer PS : PS2005WEM03 Dienst/sector : WEM/Water Commissie : 20 juni 2005

Verzenddatum 1 9 OEC 20. Paraaf Provinci. Onderwerp Verzoek van Veerdienst Gouderak-Moordrecht inzake de verkoop veerpont Veerkracht

Gezien het advies van de commissie Ecologie en Handhaving d.d. 16 januari 2015

Verzenddalum 2 O DEC Paraaf Provin^ Ondenwerp Motie 218 Rotterdam se baan provinciale structuurvisie en verordening ruimte

Provincie Noord-Holland

5 minuten versie voor Provinciale Staten

Verordening bodemenergiesystemen gemeente Dordrecht

Onderwerp Gezamenlijk besluit tot wijziging van het Reglement van Waterschap Vallei en Veluwe

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Statenvoorstel nr. PS/2007/853

Onderwerp Samenwerkingsovereenkomst m.b.t. opdracht verdienmodellen Parkschap Nationaal Park De Biesbosch

2 2 MEI Paraaf Provin. Ondenwerp Beleidsregel Compensatie Natuur, Recreatie en Landschap Zuid-Holland 2013

PROVINCIAAL BLAD. Mandaatbesluit OD NZKG 2015 provincie Utrecht en de bijlage

5 minuten versie voor Provinciale Staten

Legesverordening omgevingsrecht provincie Zuid-Holland 2013

5 minuten versie voor Provinciale Staten

De Omgevingsvisie vervangt de volgende wettelijk verplichte plannen:

Ontwerpbesluit Wijziging Reglement waterschap Vallei en Veluwe pag. 3. Toelichting pag. 5. Bijlage Nota van toelichting bij ontwerpbesluit pag.

Statenvoorstel. Vaststellen wijziging reglement Waterschap Amstel, Gooi en Vecht

11 juli 2006 Nr , LGW Nummer 20/2006

LI 9 JUN Onderwerp Herontwikkelen Suikerfabriek terrein en bedrijfsterreinprogrammering Hoeksche Waard

Van Spoorbrug tot Sluis Toelichting

Pagina 1 van 11 Registratienummer: Z / D

Verzenddatum. Verzenddatum

omgevingsdienst HAAGLANDEN

PROVINCIAAL BLAD JAARGANG: 2007 NR.: 93 VERORDENING WATERHUIS - HOUDING LIMBURG 1997

Transcriptie:

5 -minuten versie voor Provinciale Staten provincie HQLLAND ZUID Directie DRM Afdeling Mobiliteit en Milieu Registratienummer PZH-2013-365343818 (DOS-2009-0011117) Datum vergadering Gedeputeerde Staten 12 februari 2013 Portefe u11 lefi OU der Janssen, RA Verzenddatum 13 FEB 200:^ Paraaf Provinciesp^tdra Geheim Nee Termijn 13 maart 2013 Onderwerp Be tranche Provinciale milieuverordening Zuid-Holland (PMV) Bijlagen staten voordracht inzake 8^ tranche Provinciale milieuverordening Zuid-Holland (PMV) kaart 2 behorende bij 8^ tranche PMV nota van t)eantwoording behorende bij ontwerp 8*^ tranche PMV Ter informatie: link naar PMV, met onderaan de kaarten behorende bij de PMV, waarop aangegeven de milieut>eschermingsgebieden voor grondwater en voor stilte http://www.zuid-holland.nl/loket/reqlement?action=qetregulation&reqelinqid=128&versie=130 (of zie: www.zuid-holland.nl/loket/provinciale Regelgeving/Provinciale milieuverordening Zuid-Holland) Voorstel van GS aan PS: vaststellen van bijgaand ontwerpbesluit, inclusief wijziging van de bij de PMV behorende kaart 2. 1. Onderwerp in kort bestek De Provinciale milieuverordening Zuid-Holland (PMV) is in werking getreden op 1 januari 1994 en sindsdien diverse keren gewijzigd. Aan de orde is de 8^ tranche (wijziging) van de PMV. Deze 8^ tranche betreft een beperkte aanpassing van de regels in de PMV voor milieubeschermingsgebieden voor grondwater. Deze regels hebben tot doel het grondwater te beschermen met het oog op de watenwinnlng. De wijziging heeft betrekking op bodemenergiesystemen en houdt verband met de komende algemene maatregel van bestuur Inzake bodemenergie, die naar venwachting op 1 juli 2013 in weridng treedt. Deze algemene maatregel van bestuur wordt hier verder aangeduid als Besluit bodemenergiesystemen'. Op grond van het (ontwerp)besluit bodemenergiesystemen gaat zowel voor open als gesloten bodemenergiesystemen in heel Nederiand een algemeen niveau van bodem beschemiing gelden, en daanmee in beginsel ook voor milieubeschermingsgebieden voor grondwater. In de toelichting op het besluit wordt echter aangegeven dat ter besdierming van de drinkwaterwinning de provincies de mogelijkheid behouden om bij provinciale milieuverordening een aanvullend bijzonder beschemiingsniveau voor bodemenergiesystemen in te stellen. Dit kan eventueel bestaan uit een verbod op bodemenergie binnen genoemde milieubeschemiingsgebieden. Volgens informatie van het ministerie van Infrastructuur en Milieu blijft het besluit, waarvan de inspraak is afgerond, op dit punt ongewijzigd. De inwerkingtreding van het besluit is verschoven van 1 Januari 2013 naar 1 Juli 2013. ' Het betreft hier een aanpassing van vijf bestaande algemene maatregelen van bestuur. 1/6

I: P^^'uiD HOLLAND Hoewel de provincie ambities heeft op het gebied van duurzame energievoorziening, waaronder het toepassen van bodemenergie, zijn er bezwaren tegen bodem energiesystemen binnen milieubeschermingsgebieden voor grondwater (zie hieronder bij 2.a.). De provincie dient binnen deze gebieden de kwaliteit van het grondwater te beschenmen ten behoeve van de drinkwatenwinning. Daartoe moet zij op grond van de Wet milieubeheer regels opnemen in de PMV. Vanuit deze verantwoordelijkheid dienen voor bodemenergiesystemen binnen genoemde gebieden in de PMV verdergaande beperkingen te gelden dan het algemene beschemiingsniveau van het Besluit bodemenergiesystemen. Gelet op de bezwaren tegen bodemenergiesystemen binnen genoemde gebieden, dienen daaromti^ent in de PMV expliciete verbodsbepalingen te worden opgenomen. Dit sluit aan bij het provinciaal beleid ter zake (zie hieronder bij 2a). De huidige regels in de PMV dienen in verband hiennee, ter aanvulling op het algemeen beschemiingsniveau dat wordt vastgelegd in het komende Besluit bodemenergiesystemen, tijdig te worden aangepast Het is wenselijk het verbod reeds voonjitlopend op genoemd besluit in de PMV op te nemen. De wijziging van de PMV voorziet naast een absoluut verbod op bodemenergiesystemen binnen milieubeschemiingsgebieden voor grondwater tevens in een overgangsregeling voor bestaande legale bodemenergiesystemen binnen deze gebieden. Zie nadere informatie daaromtrent hieronder bij 2a en in de toelichting bij de 8^ tranche PMV. Bij deze 8e b^n(^e PMV wordt meegenomen een kleine correctie op de bij de PMV behorende kaart 2 (Den Haag/Katwijk). De beb'effende aanpassing is per abuis niet doorgevoerd bij de zevende tranche PMV, die betrekking had op de milieubeschenmingsgebieden voor stilte. In de toelichting bij de 8e ü-anche PMV wordt dit nader toegelicht 2. Afbakening van (wettelijk) kader en partijen a. Europees/nationaal/provinciaal wettelijk en beleidskader Artikel 1.2 Wet milieubeheer verplicht de provincies in de provinciale milieuverordening regels op te nemen ter bescherming van de kwaliteit van het grondwater met het oog op de watenwinning in bij de verordening aangewezen gebieden. Op grond hiervan zijn in de Zuid-Hollandse PMV milieubeschermingsgebieden voor grondwater (onderverdeeld In watenivingebieden, grondwaterbeschermingsgebieden en boringsvrije zones) aangewezen en zijn regels voor deze gebieden in de verordening opgenomen. De aanpassing van de PMV (ontwerp 8^ tranche) heeft betrekking op dit onderdeel milieubeschemiingsgebieden voor grondwater. Op grond van het eerdergenoemde (ontwerp )Besl uit bodemenergiesystemen gaat voor open en gesloten bodemenergiesystemen in heel Nederiand een algemeen niveau van bodembescherming gelden. Voor gesloten bodemenergiesystemen wordt dit landelijk vastgelegd in algemene regels. Voor open bodem energiesystemen is momenteel al een vergunning op grond van de Watenwet vereist, waarvoor Gedeputeerde Staten bevoegd gezag zijn. Het besluit verplicht om voortaan in te verienen vergunningen voorschriften met het algemene beschermingsniveau op te nemen. In de toelichting bij het (ontwerp)besluit wordt aangegeven dat indien sprake is van specifieke bodemwaarden of-functies, zoals de bescherming van de drinkwatenwinning, 2/6

P^^^^j^^ HOLLAND provincies de mogelijkheid behouden om bij provinciale verordening een aanvullend bijzonder beschermingsniveau In te stellen. Een aanvullend bijzonder beschemiingsniveau binnen milieubeschermingsgebieden voor grondwater dient geregeld te worden in de PMV. In milieubeschermingsgebieden voor grondwater (alle zones) zijn bodemenergiesystemen ongewenst. De toepassing van deze systemen brengt namelijk risico's met zich voor de drinkwatenvinning. Opwarming van het grondwater kan leiden tot verandering van de chemische en microbiologische kwaliteit, de stromingsrichting van grondwater (voor drin kwa tert^ereid ing) kan negatief worden beïnvloed en er kunnen zich calamiteiten voordoen bij gebruik van vloeistoffen in gesloten systemen. Door het boren in de bodem kunnen eventuele verontreinigingen zich bovendien sneller verspreiden. In het door u vastgestelde Provinciaal Waterplan Zuid-Holland 2010-2015 is hieromtrent beleid vastgelegd (zie toelichting bij 8^ tranche PMV). Daarin staat dat de provincie KWO-systemen niet vergunt in milieubeschermingsgebieden voor grondwater. Bestaande systemen die in deze gebieden in het verleden een vergunning hebben ontvangen, zullen op termijn moeten worden opgeheven, rekening houdend met de economische afschrijvingstermijn van de installatie en een redelijke overgangstermijn waarin gezocht kan worden naar alternatieven. Ook het in februari 2011 door ons vastgestelde Toetsingskader vergunningveriening bodemenergie" sluit bij dit beleid aan. Daarin staat dat "op grond van de Provinciale milieuverordening Zuid-Holland en het Provinciaal Waterplan 2010-2015 bodemenergiesystemen in milieubeschermingsgebieden voor grondwater niet zijn toegestaan. Het toetsingskader brengt hierin geen wijziging." Op grond hien/an worden door ons vergunningen op grond van de Watenwet voor open bodemenergiesystemen binnen de milieubeschermingsgebieden geweigerd. Verder wordt voor het vertdieden van bodemenergiesystemen binnen deze gebieden gebnjik gemaakt van het huidige verbod in de Pf^V om de grond dieper te roeren dan 2 Vz meter onder het maaiveld. Hiermee worden ook gesloten bodem energiesystemen uit de gebieden geweerd. Het is echter gebleken dat met de huidige PMV-regels niet in alle situaties bodemenergie in genoemde gebieden kan worden tegengehouden. Bovendien is het verbod om dieper te roeren vooral opgenomen vanwege de doorboring, tenwijl voor sommige systemen geen sprake is van een (dergelijk diepe) doorboring. Het bezwaar tegen bodemenergie heeft daamaast met name ook betrekking op het risico van de gebruikte stoffen, verplaatsing van verontreiniging en temperatuurveranderingen in de bodem. Verder moeten de huidige regels ln de PMV juridisch tijdig worden afgestemd op het Besluit bodemenergiesystemen. Als dat niet gebeurt kunnen gesloten bodemenergiesystemen binnen inrichtingen niet worden tegengehouden vanaf het moment van inweri^ingtreding van genoemd besluit (naar venwachting per 1 juli 2013). Het is dan ook gewenst in aanvulling op dit besluit tijdig specifieke verbodsbepalingen voor bodemenergie in de PMV op te nemen. Tevens wordt in de PMV overgangsrecht opgenomen voor bestaande bodemenergiesystemen binnen milieubeschermingsgebieden voor grondwater die op het moment van inwerkingtreding van deze wijziging van de PMV in werking zijn in overeenstemming met de op dat moment geldende regels van de milieuverordening. Deze systemen moeten op termijn worden opgeheven. Dit sluit aan bij hetgeen daarover 3/6

P^^^^^j^^ HOLLAND in het Provinciaal Waterplan voor open bodemenergiesystemen is vastgelegd (zie hierboven). In het ontwerp van de 8e tranche PMV was in het overgangsrecht daan/oor een termijn van elf Jaar gegeven. Met die tennijn werd, gebaseerd op ervaringsgegevens van de markt op een ruime wijze rekening gehouden met de economische afschrijvingstermijn van de installatie, een redelijke tennijn geboden om te zoeken naar alternatieven en de mogelijkheid gegeven nieuwe investeringen op een "bedrijfsmatig logisch" moment te doen. Naar aanleiding van de inspraakreactie van RET NV te Rotterdam is de overgangsregeling echter aangepast. De bestaande RET-remise Bevenwaard bevindt zich in een milieubeschermingsgebied voor grondwater en betreft een votgens de nieuwste inzichten op het gebied van duurzaamheid gebouwde inrichting, die pas in augustus 2011 in gebruik is genomen. De inrichting bevat een grootschalig gesloten bodemenergiesysteem. De overgangsregeling van het ontwerp 8e tranche PMV zou betekenen dat dit grootschalige bodemenergiesysteem al over elf jaar zou moeten worden opgeheven. In de nota van beantwoording hebben wij aangegeven dat ook wij vinden dat het mogelijk moet zijn van deze installatie langer gebruik te maken dan de aanvankelijk voorgestelde elf jaar, mits een aantal waarborgen wordt ingebouwd. De overgangstermijn is nu verruimd tot twintig jaar. Daarmee wordt enerzijds tegemoetgekomen aan de wens langer gebruik te kunnen maken van het bestaande bodemenergiesysteem, terwijl anderzijds ook helderheid bestaat over de termijn waarop het systeem moet worden opgeheven. Deze ruime termijn zal niet leiden tot (schade)kosten voor de provincie. Zolang het gesloten bodem energiesysteem op grond van het overgangsrecht mag blijven bestaan, dient de installatie wel aan een aantal voonwaarden te voldoen. Een van die voonvaarden is dat gedurende de overgangsperiode alleen gebruik mag worden gemaakt van bepaalde stoffen in het bodemenergiesysteem. Dit om de risico's voor de drinkwatenwtnning zoveel mogelijk te beperiten. De stof die de RET nu in het systeem gebruikt voldoet daar niet aan. De huidige vloeistof moet derhalve worden vervangen door een stof die wel voldoet aan de overgangsregeling. Dit brengt (hoge) kosten met zich mee. In artikel 15.21 van de Wet milieubeheer is bepaald dat Gedeputeerde Staten een naar billijkheid te bepalen vergoeding toekennen aan degene op wie bepalingen van de PMV van toepassing worden en zich daardoor voor kosten ziet gesteld, die redelijkenwijs niet geheel te zijnen laste behoren te blijven. In dit geval is daarbij relevant dat de RET het bodemenergiesysteem (inclusief de gebruikte vloeistof) in 2011 legaal heeft aangelegd. Venwacht kan worden dat de RET, nadat deze wijziging van de verordening door u is vastgesteid, een verzoek bij ons zal indienen om een vergoeding op grond van genoemd artikel. Gebleken is dat ook bij het provinciaal Steunpunt Bergambacht een gesloten bodemenergiesysteem aanwezig is. dat valt onder het overgangsrecht Het betreft een inrichting van de provincie. Met de toepassing van dit systeem werd mede invulling gegeven aan duurzame bouw. In het belang van de bescherming van het drinkwater bestaat het voomemen dit bodemenergiesysteem binnen een termijn van tien Jaar, dus ruim binnen de overgangstermijn van twintig Jaar, op te heffen en te vervangen door een alternatief energiesysteem. De in dit systeem gebruikte vloeistof voldoet overigens wel aan de voorwaarde van de overgangsregeling. Naast deze twee gesloten bodemenergiesystemen, valt ook één open bodemenergiesysteem onder het overgangsrecht. Er is goed nagezocht, ook met behulp 4/6

P^ ^"j^jj HOLLAND van andere betrokken instanties (omgevings-zmilieudiensten namens gemeenten, waterleidingbedrijven en installateurs van bodemenergiesystemen), of er nog andere systemen onder het overgangsrecht vallen. Dat is niet te venwachlen, maar het kan niet volledig worden uitgesloten. Opgemerkt wordt dat de handhaving van het in de PMV op te nemen expliciete verbod op bodemenergiesystemen binnen Inrichtingen in handen ligt van het bevoegd gezag voor de inrichfing, in principe de gemeente. De handhaving van het verbod op bodemenergiesystemen buiten inrichtingen is een taak van de provincie. Alleen wanneer voor een bodemenergiesysteem buiten een inrichting ook een omgevingsvergunning nodig zou zijn, is het bevoegd gezag voor die omgevingsvergunning ook het bevoegde gezag voor de verbodsbepaling in de PMV. Dit alles vloeit voort uit de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Zie verder hierover de toelichting bij de 8e tranche PMV. b. Relatie andere interne beleidsterreinen Het beleid ten aanzien van bodemenergiesystemen binnen milieubeschermingsgebieden voor grondwater heeft een relatie met de beleidsterreinen: grondwaterbeheer, bodem, energie, vergunningveriening (uitvoering PMV en Waterwet), handhaving en ruimte (Provinciale Structuurvisie). Met deze sectoren heeft afstemming plaatsgevonden bij de voorbereiding van deze wijziging van de PMV. c. Relatie externe partijen Bij bodemenergiesystemen binnen milieubeschenmingsgebieden voor grondwater is er een relatie met de volgende externe partijen: drinkwaterbedrijven, betrokken gemeenten, omgevingsdiensten, waterschappen, de Vewin en BodemenergieNL (brancheorganisatie; voorheen NVOE). Deze partijen zijn bekend met het provindaal beleid ten aanzien van bodemenergie binnen milieubeschermingsgebieden voor grondwater. Zij zijn tevoren op de hoogte gesteld van de inspraak omtrent deze PM V-wijziging. Inspraak en advies Het ontwerp 8^ tranche PMV is van 22 mei tot en met 2 juli 2012 in de inspraak gebracht. Er zijn vijf reacties ontvangen, waaronder het advies van de Provinciale Adviescommissie Leefomgevingskwaliteit (PAL). De PAL heeft positief geadviseerd over de ontwerp-wijziging van de PMV. Op de zienswijze van de RET NV te Rotterdam is hierboven bij 2a al ingegaan. Verder is vermeldenswaard de zienswijze van de Omgevingsdienst Zuid-Hotland Zuid, namens een aantal gemeenten uit de regio Zuid- Holland Zuid. Verzocht wordt in de PMV de mogelijkheid op te nemen van een ontheffing van het algehele verbod op bodemenergie binnen milieubeschermingsgebieden voor grondwater. In de nota van beantwoording hebben wij beargumenteerd dat wij een dergelijke ontheffingsmogelijkheid niet wenselijk vinden vanwege de risico's voor de drinkwatenwinnlng. Binnen milieubeschermingsgebieden voor grondwater prevaleert de bescherming van de openbare drinkwatenwinnlng boven andere belangen. Venwezen wordt verder naar de nota van beantwoording. Naar aanleiding van de inspraak is in de 8e tranche PMV Inhoudelijk alleen een wijziging aangebracht ln artikel 11.7 (overgangsbepaling). Verder zijn ln artikel 1.1, onder f en g. 5/6

P "^"j^jj HOLLAND de definities van een gesloten en een open bodemenergiesysteem nu expliciet ln de PMV opgenomen. Daamaast hebben wij ten opzichte van het ontwerp de toelichting op een aantal plaatsen aangepast (zie ln nota van beantwoording bij "woord vooraf). 3. Procesbeschrijving en rol Staten a. Voorgeschiedenis Deze wijziging van de PMV (8^ tranche) sluit aan bij het beleid ten aanzien van bodemenergie ln het door u vastgestelde Provinciaal Waterplan Zuid-Holland 2010-2015 en het door ons vastgestelde "Toetsingskader vergunningveriening bodemenergie". Tevens stuit het aan bij de huidige uitvoering van de PMV. Het ontwerp van de 8^ tranche PMV is van 22 mei tot en met 2 juli 2012 in de Inspraak gebracht. Hierboven bij 2c Is daar nader op Ingegaan. b. Waar staan we nu? De fase van visie/strategiebepaling Het bijgaande ontwerpbesluit inclusief wijziging van de bij de PMV behorende kaart 2, wordt ter vaststelling aan u voorgelegd. c. Vervolgprocedure Nadat de 8* tranche PMV door u ls vastgesteld, zal worden overgegaan tot publicatie ervan in het Provinciaal btad. Daama kan de wijziging van de verordening in worthing treden. 4. Financiële aspecten (dekking en risico's) Het besluit tot aanpassing van de PMV brengt op zich geen kosten met zich mee. Wel kan na vaststelling van deze wijziging van de PMV een verzoek van de RET aan ons worden verwacht om een vergoeding op grond van artikel 15.21 van de Wet milieubeheer. Dit ln verband met de kosten voor dit bedrijf die voortvloeien uit de stoffeneis van de overgangsregeling, (zie onder 2a). Hien/oor zullen de gelden uit de Grondwaterheffingsverordening Zuid-Holland worden Ingezet. Het ls niet te venwachlen dat nog andere dan de inmiddels bekende drie bodem energiesystemen onder het overgangsrecht vallen. Mocht dat onverhoeds wel zo zijn, dan zal dat naar venwachting geen groot systeem zljn. Mochten daar (schade)kosten voor de provincie uit voortvloeien, dan zullen die waarschijnlijk zeer beperkt zijn en ook gedekt kunnen worden uit de hierboven genoemde gelden. Daamaast bestaat ook nog het vangnet van artikel 15.34 Wet milieubeheer op grond waarvan een speciale heffingenverordening kan worden Ingesteld om (schade)kosten in verioand met de PMV te verhalen op de waterieidlngbedrijven. Dit is een omslachtige weg en vooral geschikt voor grotere schadekosten. Het betreft een andere verordening dan genoemde Grondwaterheffingsverordening, die gebaseerd ls op de Watenwet. Technische & proces vragen en Informatie bij Ambtenaar Tetefoon 070-441 65 65 A.J. WateriOO Kamer 6/6