Strategische Visie Primair Onderwijs. en gerelateerde voorzieningen Breda

Vergelijkbare documenten

Lokaal Educatieve Agenda Breda samenvatting

Raadsvergadering d.d.: 26 maart 2012 Agenda nr: 9 Onderwerp: Vaststellen kaders herijking Huisvestingsplan basisonderwijs

Agenda. Breda: even voorstellen Ontwikkelingen a.d.h.v. tijdlijn Waar staan we nu? Interactie m.b.v. vragen. Voorstellen.

Voorbeeld Doordecentralisatie Breda in het Primair Onderwijs

De toekomst begint vandaag!

openbaar primair onderwijs breda

Conceptvisie Brede Scholen in Sliedrecht Samenwerken & verbinden voor de jeugd

Eindrapport advies Herijking scenario s huisvestingsplan PO Roermond

Onderwijshuisvesting Denekamp

Strategische Huisvestingsvisie Basisonderwijs Gulpen-Wittem

Visie onderwijs en huisvesting SPOZ. Visie op onderwijs en huisvesting

Startnotitie IKC Padbroek

Scholenvisie basisonderwijs Almelo

HAALBAARHEIDSONDERZOEK BREDE SCHOOL brabantpark en bavel

Leerdam, 17 februari Betreft: aanvraag financiële ondersteuning ontwikkeling Integraal KindCentrum van 0-13 jarigen in Leerdam.

GEMEENTERAAD MENAMERADIEL

Nieuwe koers brede school

Nieuwe verhoudingen Nieuwe dynamiek; Evaluatie /impuls Vensterscholen Groningen. Anita Schnieders Jur de Haan

Raadsnota. Raadsvergadering d.d.: 5 november 2012 Agenda nr: 13 Onderwerp: Vaststelling Huisvestingsplan Primair Onderwijs

Intentieverklaring Brede School Boechorst te Noordwijk

Onderwijshuisvestingsbeleid gemeente Utrecht. Onderzoeksplan

Inhoudsopgave 1. Brede School Schimortera (=BredeSchool Schimortera) 2. Doelstelling BSS 3. Mensvisie BSS 4. Mensvisie BSS 5. Pedagogische visie van B

John Vernaus Senior adviseur

Meerjarenplan onderwijshuisvesting

Aan burgemeester en wethouders

Voorgenomen fusie basisschool Romero en openbare basisschool Nieuwenrooy

SAMEN SCHOLEN in Ter Aar

Informatie over de ambulant begeleider vindt u onder aan het scholenoverzicht.

Raadsvergadering d.d. : 28 en 30 juni 2016 Agendanr.:

Dagarrangementen voor ALLE kinderen Petra Tielen & Peter Vereijken

KENNISNEMEN VAN De invulling van de ambitie van het college met betrekking tot frisse scholen.

Schets van de Educatieve Agenda

Dagarrangementen. kans of bedreiging? 6e Jaarcongres Bredeschool 23 april 2009 Adri van Os

UitvoeringsPLAN Brede Scholen Breda

Raadsvoorstel (gewijzigd)

Duurzame samenwerking, de basis voor inspirerende scholen en eigentijdse schoolgebouwen. Bestuurlijk Overleg Breda

De brede school als maatschappelijke onderneming. Ria van der Hamsvoord Karin Sesink

De leden van de raad van de gemeente Groningen te GRONINGEN

Regionaal Kennis en Expertise Centrum Weert. Raadscommissie WE MAKEN ONS ZORGEN

Samenwerkingsvisie Wolfsbos multifunctioneel CONCEPT

Managementsamenvatting

De GAB wil graag reageren op het Integraal Huisvestingsplan onderwijshuisvesting

VVE op het platteland biedt kansen!?

Accommodatiebeleid gemeente Stein De toekomst van Kerensheide. Kerensheide 22 oktober 2018

Raadsvoorstel agendapunt

Doetinchem, 4 juli 2018

BS Kerensheide

Gemeente Breda. Foto stand van zaken Jeugd in Breda. SSC Onderzoek en Informatie. Rapportage

GEVOLGEN VOOR JA/NEE ROUTING DATUM Communicatie Nee College Financieel Juridisch

Korte versie beleidsplan

ONDERWIJSHUISVESTINGSPLAN GEMEENTE VENLO

Convenant Kindcentra

Onderwijs & Huisvesting; integraal huisvestingsplan gemeente Veenendaal. Onderwijshuisvesting ; actualisering IHP

voor- en vroegschoolse educatie Convenant uitvoering Boxtels model

De CJG-uitgangspunten Voor de dienstverlening van CJG Breda aan ouders/jeugdigen hanteren we in Breda drie uitgangspunten:

Het IKC in Linne is bedoeld voor Basisschool Triangel en Kinderopvang Echt- Susteren en Maasgouw.

Uitgangspunten Integraal Huisvestingsplan Primair Onderwijs gemeente Meppel

Agendanummer: Begrotingswijz.:

Bijlage 1 Concept intentieverklaring WOC Campus Nieuwleusen

KindCentrum HET KRISTAL

Onderwijs en Kinderopvang

Bespreeknotitie Uitgangspunten buurthuis van de toekomst en voorzieningen in algemeen

Het IJsselgroep IKC-model. Anders kijken naar uw Integrale Kindcentrum. IJsselgroep. Educatieve Dienstverlening

Prestatie-overeenkomst subsidie peuterspeelzaal Lennisheuvel en WE- doelgroepkinderen in 2016: H. SchujjŗmşíP-^''^

Maastricht op koers naar kindcentra

Aan de Raad. Masterplan Onderwijshuisvesting. SaZa - Welzijn / mvd Besluitvormend

LOKALE EDUCATIEVE AGENDA GEMEENTE OLDENZAAL

Afwegingskader locatiekeuze nieuwbouw onderwijshuisvesting Boekel

Raadsvoorstel. Raadsvergadering d.d. : 26 februari Agendapunt : 7. : Integraal Huisvestingsplan (opiniërend) B&W besluit d.d.

KRACHT VANUIT DE BASIS

AGENDAPUNT voor burgemeester en wethouders

: Vaststellen kaders van de onderwijsvisie

Vragen en antwoorden over de eventuele bestuurlijke fusie tussen Sirius en Bijzonderwijs

Notitie Onderwijs en LEA 2011

STRATEGISCH BELEIDSPLAN. Stichting Katholiek Onderwijs Hulst

Accommodatiebeleid gemeente Stein De toekomst van Berg a/d Maas. Berg a/d Maas 10 oktober 2018

Overzicht Cito eindtoetsnormering Inspectie van het Onderwijs. Pagina 1 van 7

Raadsbesluit blad : 1 van 5

Visie Kindcentrum Vroondaal

Onderwijs- en jeugdbeleid 24 september Terug naar eerste pagina

Convenant Passend Onderwijs bij inzet Jeugdhulp

Brede School - Grimbergen

Mei 2012 versie 1. WK versie 1

Samen staan we sterker

VVE wijkanalyses. Evaluatieverslag VVE wijkanalyses

achtergrond hoofdstuk 1 Structuurvisie 2020 keuzes van visie naar uitvoering inbreng samenleving achtergrond ruimtelijk en sociaal kader bijlagen

Visiedocument bestuurlijke samenwerking & IKC vorming

mei 2017 Het integraal kindcentrum

De plaats van kinderopvang in het IKC

CONVENANT KLEURRIJKE BASISSCHOLEN. Convenant tussen schoolbesturen, stadsdelen en Centrale stad om segregatie in het primair onderwijs tegen te gaan

Voorstel aan : de gemeenteraad van 28 juni 2004 Behandeling in : commissie Samenlevingszaken en Middelen van 15 juni 2004

Aan de slag met krimp Hoe doe je dat? Roosje van Leer 26 april 2012

Toelichting Resultaten Cito-eindtoets 2013

Nota van uitgangspunten voorschoolse educatie mei 2019

Mei 2012 versie 1. WK versie 1

Accommodatiebeleid gemeente Stein De toekomst van Meers. Meers 3 oktober 2018

Bijeenkomst Passend Onderwijs Nuwelijn najaar 2012

s t r u c t u u r v i s i e G o o r Goor 202

VOORZIENINGENPLAN ALTWEERTERHEIDE AMBTELIJK CONCEPT DINSDAG 31 JANUARI 2017

Transcriptie:

Strategische Visie Primair Onderwijs. en gerelateerde voorzieningen Breda Schoolraad Breda ' Federatie van Schoolbesturen voor pánrair en voortgezet ondenvijs in Breda

Dit document is een product van de Schoolraad, kamer PO. Het is opgesteld door Vivianne Buteijn en Peter Frolichs van RO groep, in nauwe samenspraak met de Regiegroep Strategisch Huisvestingsplan Primair Onderwijs en gerelateerde voorzieningen Breda. www.rogroep.nl

Inhoudsopgave Verbintenis schoolbesturen en partners... 2 Samenvatting... 4 1 Context, totstandkoming en status... 6 1.1 Context... 6 1.2 Totstandkoming en verantwoordelijkheden... 6 1.3 Draagvlak... 7 1.4 Status... 7 2 Visie... 8 2.1 Maatschappelijke ontwikkelingen van invloed op PO... 8 2.2 Visie op talentencentra en samenwerking... 9 2.2.1 Realiseren talentencentra... 9 2.2.2 Samenwerking met gerelateerde functies... 11 2.3 Visie op 'brede ontwikkeling'... 12 2.3.1 Brede ontwikkeling en huisvesting... 12 2.4 Visie op 'kansen versterken'... 13 2.4.1 Kansen versterken en huisvesting... 14 2.5 Visie op 'passende zorg'... 14 2.5.1 Passende zorg en huisvesting... 15 3 Bestaande situatie... 17 3.1 Breda... 17 3.2 Bestaande situatie per stadsdeel... 18 3.2.1 Breda Noordoost... 19 3.2.2 Breda Zuidoost... 20 3.2.3 Breda Zuidwest... 22 3.2.4 Breda Noordwest... 23 3.3 Constateringen ten aanzien van organisatorische verhoudingen... 23 3.4 Confrontatie visie - bestaande situatie... 24 4 Strategie... 25 4.1 Uitgangspunten scenariodenken... 25 4.2 Financieringsmogelijkheden... 26 4.3 Randvoorwaarden voor succesvol vervolg... 27 5 Conclusie en vervolg... 28 5.1 Conclusie... 28 5.2 Vervolgproces... 28 Bijlage1 Betrokken partners bij proces... 31 1

Samenvatting In november 2009 startten de kamer PO van de Schoolraad Breda en de gemeente Breda met het opstellen van een Strategisch Huisvestingsplan voor het Primair Onderwijs 1 en de daaraan gerelateerde voorzieningen in Breda. Zij richtten voor de uitwerking van dit plan een regiegroep in, bestaande uit een afvaardiging van de Schoolraad en een ambtelijke vertegenwoordiging van de gemeente. Dit document is deel I van dit strategisch huisvestingsplan, waarin de strategische visie is geformuleerd op de toekomstige huisvesting van het primair onderwijs in Breda. Daarnaast komen de huidige situatie, de uitgangspunten en het proces voor het opstellen van huisvestingsscenario s per wijk aan de orde. Het huisvestingsplan wordt in 2010 afgerond met deze scenario s, de te stellen prioriteiten en een financiële strategie. Deze strategische visie kwam tot stand in samenwerking met alle schoolbesturen voor primair onderwijs in Breda, alle schooldirecteuren en een doorsnede van de relevante (kind- en maatschappelijke) partners van het primair onderwijs. Centraal staat het realiseren van talentencentra voor kinderen tot 15 jaar, waarin naast het onderwijs zelf ook andere kindgerelateerde en buurtgerichte functies een plek vinden. Zij werken alle nauw samen vanuit hun gedeelde en gezamenlijke verantwoordelijkheid; open, laagdrempelig, bijdragend aan de wijkontwikkeling en inspelend op de lokale behoeften. Vertrekpunt voor het onderwijs is de Lokaal Educatieve Agenda (LEA). De LEA wil alle kinderen dicht bij huis in een doorgaande lijn maximale ontwikkelingskansen bieden, in nauwe samenwerking met kind- en maatschappelijke functies. De hoofdthema s zijn brede ontwikkeling, kansen versterken en passend onderwijs. Brede ontwikkeling betekent dat ieder kind meer dan alleen onderwijs krijgt aangeboden (kinderen leren ook buiten het onderwijs), zoals aandacht voor bewegen, cultuur, ontspanning, et cetera. Kansen versterken betekent op de eerste plaats extra buitenschoolse zorg voor kind en gezin, en vooral voor kinderen die geen extra ontwikkelingskansen van thuis meekrijgen. Daarnaast moet de school een grotere rol spelen in de versterking van de sociale cohesie in de wijk. Met passende zorg wordt ingespeeld op de individuele talenten van kinderen, wat een nauwe relatie vereist met het speciaal basisonderwijs en het speciaal onderwijs. Dus zorg dicht bij het kind en onderwijs op maat. Dit sluit mooi aan op de toekomstige wetgeving voor Passend Onderwijs, waarin schoolbesturen een zorgplicht krijgen voor alle kinderen. Momenteel is sprake van versnipperde voorzieningen en een gebrekkige (of zelfs helemaal afwezige) samenwerking tussen en binnen het onderwijs en aanverwante functies. Schoolbesturen treden daar nog te beperkt samen in op. Bovendien beantwoorden de schoolgebouwen onvoldoende aan de eisen die het op de ontwikkeling van het kind afgestemd onderwijs stelt. 1 Primair onderwijs omvat regulier basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs. 4

Dit alles maakt een gemeenschappelijk gedragen strategisch huisvestingsplan noodzakelijk. Het moet een integraal plan zijn, dat de ambitie heeft om schoolbesturen, gemeente en partners samen plannen te laten maken voor wijken/buurten. Het gaat om inhoudelijk en ruimtelijk samenwerken, gericht op het realiseren van vele functies op centrale locaties. Investeren in kwaliteit in plaats van kwantiteit, gericht op de ontwikkeling van het kind en de omgeving waarin het leeft, met ruimte voor onderscheidend vermogen en profilering op inhoud. Alle wijken in Breda komen aan bod, ook waar wijkontwikkeling nog niet gepland is. Uiterst belangrijk is dat alle schoolbesturen in het PO deze strategische visie onderschrijven. Zij zien het bestuur van de gemeente als horizontale partner. Centraal staat het realiseren van de gezamenlijke visie waarin alle partners vanuit hun eigen verantwoordelijkheid een gelijkwaardige rol hebben. De partners hebben ingestemd met deze ambitie en toegezegd actief te willen bijdragen aan de uitwerking van het plan. De samenwerking tussen de schoolbesturen onderling, de deelname van de verschillende partners en een horizontaal partnerschap tussen gemeente, partners en schoolbesturen zal leiden tot nieuwe financieringsmogelijkheden om het plan te doen slagen en uiteindelijk meer onderwijskwaliteit voor hetzelfde geld te kunnen bieden. In 2010 wordt gewerkt aan de uitwerking, de prioriteitsstelling en de financiële strategie per wijk om te komen tot een concreet strategisch huisvestingsplan. 5

1 Context, totstandkoming en status 1.1 Context De gemeente en de schoolbesturen voor primair onderwijs 2 willen als vervolg op het MJP 2007-2016 een Strategisch Huisvestingsplan Primair Onderwijs en gerelateerde voorzieningen opstellen, waarin op hoofdlijnen de verantwoordelijkheden staan van de schoolbesturen in het primair onderwijs voor de ontwikkeling van het kind in Breda in de leeftijd tot 15 jaar. De uitgangspunten van de Lokaal Educatieve Agenda (LEA) gelden als basis. De schoolbesturen en de gemeente werken samen aan een goed beleid voor de onderwijshuisvesting, en zoeken naar samenwerking met maatschappelijke partners om efficiënter met de ruimten om te kunnen gaan, bijvoorbeeld door deze met hen te delen. De onderstaande documenten dienen als vertrekpunt. MJP 2007-2016: Meerjarenplan onderwijshuisvesting PO 2007-2016 LEA: Lokaal Educatieve Agenda gemeente Breda Stockholm-akkoord (overeenkomst tussen vier schoolbesturen en Kober groep over doorlopende leerlijnen) BOB: Bestuurlijk Overleg Breda OOK Convenant Passend Onderwijs Maatschappelijke Visie Breda 2020 Structuurvisie Breda 2020 Visie Openbare ruimte 2020 Startnotitie Integraal Jeugdbeleid Breda 2009-2012 Waarderend Vernieuwen Coalitieakkoord 2006-2010 College van B&W Breda Het strategisch huisvestingsplan verschilt van het MJP vooral hierin dat schoolbesturen in onderlinge samenwerking en mét de partners een proactieve rol nemen en een eigen koers uitzetten, waarmee zij anticiperen op ontwikkelingen in de samenleving en binnen het onderwijs. 1.2 Totstandkoming en verantwoordelijkheden Het Strategisch Huisvestingsplan Primair Onderwijs en gerelateerde voorzieningen Breda is tot stand gekomen onder begeleiding van de regiegroep. Deze heeft het mandaat van alle schoolbesturen in het primair onderwijs in Breda (bijlage 1) en de betrokken gemeentelijke directies en wordt ondersteund door RO groep. In de regiegroep zijn de volgende partijen vertegenwoordigd: Gemeente Breda: Anita Keita, Ingrid Romeo, Rob Hoogzaad. Schoolraad, kamer PO: Hannie van Ballegooijen, Frank van Esch, Arnoud Wever. 2 Primair onderwijs omvat regulier basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs. 6

Van november 2009 tot en met februari 2010 heeft de regiegroep de visie van de schoolbesturen op de onderwijsstructuur voor het primair onderwijs in Breda vastgelegd en de uitgangspunten uitgewerkt voor de huisvestingsscenario s en financieringsmogelijkheden van het totaalplan. 1.3 Draagvlak De visie is getoetst, aangevuld en bijgesteld in samenspraak met alle schoolbesturen, alle schooldirecteuren en een dwarsdoorsnede van de relevante partners (zie ook bijlage 1). De visie is vastgelegd in dit document en kan rekenen op een breed draagvlak. Schoolbestuurders en partners hebben het document ondertekend en zich zo gecommitteerd aan de inhoud. Zij geven aan zich in te willen zetten voor implementatie van de visie en verdere uitwerking van de koers die in dit document verwoord zijn. De verantwoordelijke wethouders en de fractievoorzitters in gemeenteraad zijn hierover geïnformeerd en zijn zonder uitzondering positief over dit initiatief. 1.4 Status De strategische visie is gebaseerd op de momenteel bekende gegevens en cijfers en moet als dynamisch koersdocument worden aangepast en bijgesteld wanneer de situatie daar om vraagt. Uiteindelijk zal het strategisch huisvestingsplan de visie vertalen in plannen per wijk/school. Gefaseerd per planperiode, waarin de voorstellen worden geactualiseerd, geconcretiseerd en beleidsmatig voorbereid en als werkagenda voor akkoord worden voorgelegd aan de schoolbesturen en het gemeentebestuur. Op basis van de werkagenda vindt op projectniveau de finale besluitvorming plaats. De eerste stap is reeds gezet: de schoolbesturen hebben hun visie op onderwijs geformuleerd en de richting voor de bijbehorende huisvesting aangegeven. De uitgangspunten voor mogelijke scenario s zijn geformuleerd en met de schooldirecteuren zijn mogelijke scenario s verkend. De uitwerking en verankering ervan is pas in de volgende fase, na februari 2010, aan de orde (zie ook hoofdstuk 5 voor de planning van het vervolgproces). Figuur 1: Resultaten proces Resultaat fase I Strategische visie op Primair Onderwijs en gerelateerde voorzieningen Periode: november 09 februari 10 Resultaat fase II Strategische visie vertaald naar huisvestingsscenario s per wijk, geprioriteerd en voorzien van financiële strategie Periode: maart 10 juli 10 Strategisch Huisvestingsplan Primair Onderwijs en gerelateerde voorzieningen 7

2 Visie De visie op een nieuwe huisvestingsstructuur vormt de basis voor het Strategisch Huisvestingsplan Primair Onderwijs en gerelateerde voorzieningen. 2.1 Maatschappelijke ontwikkelingen van invloed op primair onderwijs De volgende maatschappelijke ontwikkelingen zijn wezenlijk van invloed op de inhoud, organisatie en positie van het primair onderwijs. Het kind van de 21 e eeuw : de generatie Y / generatie Einstein kan multitasken, is opgegroeid met internet en gebruikt en benut de informatie die hier te verkrijgen is in vele technische snufjes. Deze kinderen leren anders dan vroeger (en anders dan hun leraren). Het informatietijdperk stelt eisen aan het veranderend onderwijs. Onderwijs leidt op voor banen die nog niet bestaan. Ouders staan anders in de samenleving: het aantal tweeverdieners en eenoudergezinnen neemt toe, de verantwoordelijkheid voor de opvoeding van kinderen wordt vaker en meer gedeeld, ouders hebben een grotere actieradius door toenemende mobiliteit en bereikbaarheid (fysiek en digitaal). Ouders stellen zich richting onderwijs steeds meer op als een kritische klant, die niet per definitie kiest voor de school om de hoek maar vaak bereid is naar een andere buurt/wijk te rijden om het kind dát onderwijs te laten volgen waar het t meest bij gebaat is. De wijze van leven en opvoeden verandert; de zuilen zijn weggevallen en daarmee de sociale controle, ouders zijn op zoek naar opvoedkundige kaders, die in aantal groeien door BSO, school, verenigingen, et cetera. Er is sprake van een groeiende opvoedkundige taak voor de school. Aandacht voor sociale cohesie in de wijk: leefbaarheid en integratie als speerpunten, met een mogelijke rol voor de school als ontmoetingsplek voor de buurt. Maatschappelijke partners willen hun aanbod koppelen tot één integraal pakket. Wettelijke ontwikkelingen: zorgplicht, harmonisatie peuterspeelzaalwerk, voor- en vroegschoolse educatie, kinderopvang, wet OK, traditionele schoolmodel staat ter discussie (continurooster, voorschools aanbod, etc.) Al deze ontwikkelingen hebben consequenties voor het primair onderwijs: van onderwijzen naar het ontwikkelen van het individuele kind vernieuwingen en differentiaties in de onderwijsmethoden verbreding van het onderwijsaanbod naar doorlopende leer-, zorg- en ontwikkelingslijnen en dagarrangementen samenwerken met en delegeren aan professionals in de keten de ouder wordt partner. Het primair onderwijs in Breda wil een leidende en proactieve rol vervullen in het vertalen van deze ontwikkelingen en consequenties naar een visie en een huisvestingsplan en stelt zich niet meer afwachtend op. 8

2.2 Visie op talentencentra en samenwerking met gerelateerde functies Centraal uitgangspunt strategisch huisvestingsplan Alle kinderen in Breda, dicht bij huis, maximale ontwikkelingskansen bieden, door het realiseren van doorlopende leer- en ontwikkelingslijnen, in nauwe samenwerking tussen schoolbesturen onderling en met kind- en maatschappelijke functies. Deze visie wordt in eerste instantie uitgewerkt door: het realiseren van talentencentra ; de samenwerking met aanverwante functies. Vervolgens wordt de visie aan de hand van de drie LEA-thema s ( brede ontwikkeling, kansen versterken en passende zorg ) concreet en in detail vormgegeven. Figuur 2: Van ontwikkeling en naar visiethema s Maatschappelijke ontwikkelingen Consequenties voor het onderwijs Visie Opvoeding Ouders van nu Kind van Rol school de 21e eeuw Informatietijdperk Ontwikkeling Op maat Methodische vernieuwingen Hoge actie- en Info radius Doorlopende Leerlijnen en arrangementen Sociale cohesie wijkontwikkeling Doel: Alle kinderen thuisnabij, maximale ontwikkelingskansen bieden Doorgaande ontwikkelingslijnen In samenwerking Samenwerken in de keten Integrale benadering partners Wettelijke ontwikkelingen Ouder als partner Uitwerking in drie LEA-thema s Brede ontwikkeling Kansen versterken Passende zorg 2.2.1 Realiseren talentencentra De schoolbesturen willen talentencentra realiseren. Talentencentra 3 zijn brede, multifunctionele, maatschappelijke voorzieningen in een wijk, waarin de diverse partners samen het talent van kinderen tot 15 jaar (en wellicht ook hun ouders en andere buurtbewoners) in de breedste zin van het woord ontwikkelen. 3 Brede school, Multifunctionele Accommodatie, Vensterschool e.d. zijn veelgebruikte termen voor een vergelijkbaar concept. Aan al deze termen kleven veel (zowel positieve als negatieve) associaties. Er is in dit plan om die reden gekozen voor een nieuwe, onbesmette term: talentencentrum. 9

Binnen de leeftijdsgroep tot 15 jaar 4 zijn de volgende accenten aan te geven: 0-4 jaar: pedagogische en/of opvoedkundige begeleiding, wegwerken van taalachterstanden 2-13 jaar: eerste verantwoordelijkheid bij primair onderwijs en partners voor BSO, TSO, VSO en peuterspeelzaalwerk 12-15 jaar: jongeren steunen in hun overgang van primair naar voortgezet onderwijs door opvang dicht bij huis te creëren in de vorm van huiswerkbegeleiding of vrijetijdsinvulling (sport, cultuur). Talentencentra vind je bij voorkeur op een centrale plek en bieden van 7 tot 19 uur 4 activiteiten aan. Volgens schoolbesturen en partners is dit alleen mogelijk bij een verantwoorde afwisseling van leren en ontspanning. Kinderen en jongeren moeten in het talentencentrum in verschillende belevingssferen kunnen verkeren, die voldoende uitdaging en stimulering bieden voor een gezonde ontwikkeling. Ouders / Kinderen PARTNER PARTNER breed Uit alle kinderen halen wat erin zit MIDDEN IN BUURT PARTNER Doorlopende ontwikkelingslijn PARTNER Figuur 3 Samenleving De talentencentra moeten een afspiegeling van de wijk zijn. Leerlingen moeten daarom gestimuleerd worden zoveel mogelijk in de eigen wijk naar school te gaan. Door juist dát onderwijs aan te bieden waar de kinderen en hun ouders behoefte aan hebben, wordt voorkomen dat zij elders naar school gaan. Hier moet het bestuur/de school zijn verantwoordelijkheid als opvoedprofessional nemen. Men kijkt kritisch naar de vragen en behoeften van de ouders en vertaalt deze op pedagogisch verantwoorde wijze in een programma. Een en ander moet vorm krijgen met respect voor de keuzevrijheid van ouders en instandhouding van stedelijke schoolconcepten als vrijeschool, Montessori, Dalton onderwijs, et cetera en met ruimte voor diverse levensbeschouwelijke identiteiten. Een talentencentrum moet de gewenste onderwijsconcepten kunnen faciliteren en geschikt zijn voor de beoogde samenwerking van de diverse betrokken functies. 4 De leeftijdscategorie 0-15 jaar en de tijdsspanne 7.00u 19.00u zijn arbitraire getallen en zijn als richtlijn vermeld. De kern is dat bandbreedtes zijn opgerekt ten opzichte van de traditionele indeling 4 12 jaar en 8.30u 15.30u. N.B. De Wet Kinderopvang richt zich op kinderopvang tot en met 13 jaar. 10

2.2.2 Samenwerking met gerelateerde functies De samenwerking van het onderwijs met verwante functies en diensten kent een verdeling in primaire functies, secundaire functies en tertiaire functies. Figuur 4 Primaire functies zijn in elk talentencentrum aanwezig en werken dagelijks samen. Ze vormen de doorlopende ontwikkelingslijn en zijn verantwoordelijk voor het primaire proces. Het betreft onder andere basisonderwijs, speciaal basisonderwijs, speciaal onderwijs (inclusief ambulante dienst), ZorgAdviesTeams (ZAT), peuterspeelzaalwerk, kinder- en buitenschoolse opvang, centrum voor jeugd en gezin, consultatiebureau en voorzieningen voor ontmoeting. Ouders en gemeente (LEA) zijn tevens primaire partners in de talentencentra. Secundaire functies en diensten spelen concreet in op de behoeften in de buurt en op de talentontwikkeling van jeugd en jongeren (ook buiten schooltijd). De primaire functies zijn in elk talentencentrum hetzelfde, maar de secundaire functies verschillen van wijk tot wijk. Zij omvatten sport, cultuur en creativiteit, welzijns- en gemeenschapswerk. Tertiaire functies zijn in de omgeving van een talentencentrum aanwezig en vormen daardoor een meerwaarde. Het gaat om het lokale verenigingsleven, ouderenwerk, zorg, initiatieven op het gebied van leefbaarheid en wonen, onderwijsondersteuning, et cetera. NB: De bovengenoemde functies zijn indicatief. Functies die hiervoor bij tertiair genoemd worden, kunnen afhankelijk van de behoeften ook tot de secundaire functies behoren en omgekeerd. Met de partners wordt overlegd welke rol zij voor zichzelf of hun functie zien. Belangrijk in de samenwerking tussen de verschillende partners die deze functies aanbieden, is dat zij uit oogpunt van kwaliteit samen komen tot een doorlopende ontwikkelingslijn. Hun activiteiten moeten zoveel mogelijk vanuit een gedeelde pedagogische visie op elkaar afgestemd worden. Méér dan nu gaan schoolbesturen op zoek naar kruisbestuiving met andere organisaties. Niet alleen in het primaire proces, maar ook in de bedrijfsvoering en organisatie, om de inhoud maximaal te faciliteren. Een talentencentrum is dus veel meer dan een bedrijfsverzamelgebouw. Een aandachtspunt is de omslag in denken: van denken in organisaties naar denken in termen van functies en diensten. In talentencentra gaat het bijvoorbeeld om de aanwezigheid van peuterspeelzaalwerk, ongeacht wie deze dienst levert. Het denken in functies zal daarom op termijn ook organisatorische consequenties hebben. 11

In de verdere uitwerking van de visie worden achtereenvolgens de drie thema s - brede ontwikkeling, kansen versterken en passende zorg - uit de LEA toegelicht. Deze visie is nadrukkelijk bedoeld als verdere uitwerking van hetgeen in de LEA al op hoofdlijnen is vastgelegd. Figuur 5 Doel: Alle kinderen Thuisnabij Maximale ontw. kansen Doorgaande ontwikkelingslijnen In samenwerking Brede ontwikkeling Kansen versterken Passende zorg Elk kind een aanbod bieden van méér dan alleen onderwijs, leren buiten de klas, bewegen, cultuur, ontspanning, etc. Extra aanbod voor kind en gezin, aanpalende zorg, voor kinderen die van huis uit geen extra ontwikkelingskansen als vanzelf meekrijgen, sociale cohesie in de wijk. Passende ondersteuning voor elk kind met een extra zorgvraag over het hele spectrum: van zwaktot hoogbegaafd en van valide tot minder valide. 2.3 Visie op brede ontwikkeling Ieder kind in de leeftijd tot 15 jaar moet zich kunnen ontwikkelen. Het primair onderwijs legt tevens verbinding met het voortgezet onderwijs om de aansluiting tot 23 jaar te realiseren. Het doel is om kinderen méér te bieden dan alleen onderwijs, zoals wijkgerichte voorzieningen, met aandacht voor ontwikkeling, ontspanning, een actieve en gezonde leefstijl, cultuur, natuur- en milieueducatie en verkeersveiligheid. De talentencentra zijn toegankelijk voor alle kinderen in een wijk/buurt en bieden een breed scala aan voorzieningen voor onderwijs, opvang, ontmoeting en vrijetijdsbesteding. Onderwijs, kinderopvang, sociaal-cultureel werk, buurtwerk, sport en cultuur werken er samen vanuit een gemeenschappelijke sociaalpedagogische visie. Ouders en kinderen kunnen er terecht met vragen over opvoeden, opgroeien en gezondheid. Er wordt ook gezorgd voor adequate opvang, zodat ouders werk en zorg goed kunnen combineren. 2.3.1 Brede ontwikkeling en huisvesting De primaire functies van het talentencentrum worden waar mogelijk gehuisvest in één accommodatie. Dit bevordert de intensiteit en snelheid van de samenwerking, maar is niet strikt noodzakelijk voor het concept. Samenwerking staat voorop. Idealiter worden ook secundaire en tertiaire functies gehuisvest in het talentencentrum. Het voordeel hiervan is dat meer ruimte ontstaat voor voorzieningen die voor individuele partners niet betaalbaar zijn. 12

Wanneer een talentencentrum in één gebouw zit, moet er nadrukkelijk aandacht zijn voor de belevingswereld van de kinderen. Door verschillende leefsferen/belevingssferen te creëren (door te variëren qua vormgeving, kleurgebruik, inrichting, sfeer) worden en blijven zij uitgedaagd. Een uitdagende buitenruimte hoort daarbij. De schoolbesturen stellen enkele specifieke randvoorwaarden aan de onderwijsruimte. Gebouwen moeten gedurende hun levensduur van bestemming kunnen veranderen. De onderwijsruimte moet flexibel zijn qua inrichting, indeling en vormgeving. Groei of krimp van leerlingenaantallen moet goed opgevangen kunnen worden. Ruimten moeten daarnaast voor meerdere functies/activiteiten beschikbaar zijn. Veiligheid en geborgenheid voor het kind zijn de basis bij de inrichting en vormgeving van een talentencentrum. Een goed ingerichte omgeving is een randvoorwaarde voor een talentencentrum: de kwaliteit van de buiten- en speelruimte moeten van hoge kwaliteit zijn en de veiligheid op en rond het schoolterrein waarborgen en bevorderen. Talentencentra moeten op ruime kavels staan, zodat groei niet ten koste gaat van de buitenruimte. 2.4 Visie op kansen versterken Kansen versterken draait om het aanbieden van extra zorg voor kinderen en gezinnen die hulp nodig hebben bij het benutten/vergroten van hun ontwikkelingskansen. Vooral voor kinderen die van thuis bepaalde ontwikkelingskansen niet vanzelfsprekend meekrijgen. Bij kansen versterken gaat het bijvoorbeeld om VVE-trajecten, schakelklassen, schoolbegeleiding en het wegwerken van taalachterstanden. Ouders worden hier structureel bij betrokken, zodat een doorgaande lijn ontstaat tussen thuis en school. Kansen versterken is ook het bevorderen van de sociale cohesie, waardoor de integratie in de wijk vergroot wordt en de segregatie in het onderwijs wordt verminderd c.q. tegengegaan. Schoolbesturen en gemeente hebben daar een gemeenschappelijke visie over en erkennen hun gedeelde verantwoordelijkheid. Talentencentra moeten openstaan voor hun omgeving (de wijk) en een plek zijn voor ontmoeting en uitwisseling tussen jong en oud. In het licht van kwalitatief goed onderwijs wordt ook over de ideale schoolomvang nagedacht. Schooldirecteuren en besturen zijn het er echter wel over eens dat de inhoudelijke kwaliteit (methoden en personeel) en organisatie en veiligheid (geborgenheid, structuur) belangrijker zijn dan de schoolgrootte. Aantallen worden daarom niet genoemd. Wél moet een school (binnen een talentencentrum) aan een aantal criteria voldoen: er moet op verschillende leerniveaus onderwijsprogramma s en expertise worden aangeboden; het docententeam moet zodanig van omvang zijn dat basistaken en extra activiteiten (organisatorisch) goed te verdelen zijn en er ruimte is voor expertiseontwikkeling, kennisdeling en uitwisseling; een financieel gezonde exploitatie, waarbij de onderwijsmiddelen volledig ten goede komen aan het beoogde doel. 13

De ideale schoolgrootte wordt bepaald door de omgeving. De schaal en structuur van de buurt/wijk bepalen vaak óók hoe groot een school mag zijn. Maar hoe groot of klein ook, de school (en dus ook het talentencentrum) moet een organisatie hebben die structuur en geborgenheid voor de kinderen/leerlingen waarborgt. Er is wel een (indicatief) minimum te benoemen voor de schoolomvang. In stedelijke gebieden ligt dit minimum bij 8 groepen, ingegeven door de werkdruk van het personeel en de exploitatie en organisatie van het onderwijs zelf. Tenzij een school een grote toegevoegde waarde heeft voor haar omgeving (bijvoorbeeld met het oog op leefbaarheid en sociale cohesie). Hierbij moet wel altijd rekening gehouden worden met het spanningsveld tussen de minimale schoolomvang uit oogpunt van kwaliteit en respect voor de keuzevrijheid van ouders en de omvang voor scholen met een specifieke populatie en de wettelijke verplichtingen die voorschrijven dat er voldoende aanbod moet zijn van bijvoorbeeld openbaar onderwijs. Er is geen bovengrens gezien het aantal goed aangeschreven grote scholen in Breda, al is de omgeving hierin wel sturend: de schoollocatie moet altijd voldoende ruimte hebben om een kwalitatief goede buitenruimte, speelruimte en veilige infrastructuur te realiseren. 2.4.1 Kansen versterken en huisvesting De huisvesting van een talentencentrum moet zo multifunctioneel en flexibel mogelijk zijn. Met individuele ruimten per gebruiker, gedeelde ruimten voor twee of meer partijen en openbare, multifunctionele ruimten die ook beschikbaar zijn voor derden. Zie figuur 6 en 7. Er moet een goede organisatie van onderwijs en ruimtelijke kwaliteit mogelijk zijn. Figuur 6 Figuur 7 INDIVIDUEEL individueel GEMEENSCHAPPELIJK multifunctioneel MULTIFUNCTIONEEL gedeeld entree 2.5 Visie op passende zorg Met passende zorg willen de schoolbesturen zorgen voor de talentontwikkeling van alle kinderen in Breda. Zoveel mogelijk leerlingen moeten onderwijs kunnen genieten in een reguliere setting. Dit bevordert de sociale integratie van leerlingen die vanwege hun ontwikkelingsperspectief tot nu toe op aparte voorzieningen waren aangewezen. De mogelijkheden voor integratie (in het regulier basisonderwijs) van een deel van de leerlingen in het speciaal basisonderwijs worden daarbij aanzienlijk groter geacht dan voor leerlingen in het speciaal onderwijs. 14

Programma s en expertises van regulier en speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs worden gebundeld tot een sluitend netwerk voor elk kindontwikkelperspectief. Dit kan variëren van ondersteuning in speciale zorgexpertisecentra tot programma s voor kinderen met een hoger dan gemiddelde intelligentie: van zorgmin tot zorgplus. Hiertoe is uitwisseling en kennisdeling/expertise-ontwikkeling van schooldirecteuren en teams noodzakelijk. Partijen moeten uitgaan van hun mogelijkheden zonder de realiteit uit het oog te verliezen. De talentencentra worden op deze manier ook qua zorgstructuur een afspiegeling van de wijk waarin ze staan. De ondersteuning van het kind bij onderwijs en opvoeding en speciale onderwijsarrangementen gebeurt dan zoveel mogelijk in diens eigen omgeving, realistisch en met oog voor de kwaliteit van specialistische voorzieningen. Ook voorzieningen voor speciaal onderwijs en speciaal basisonderwijs kunnen en gaan een rol spelen als wijkvoorziening. Voorwaarden voor deze meer inclusieve vorm van onderwijs zijn de deelname van relevante partners in en rond het onderwijs en de zorg (denk ook aan psychosociale en sociaal-medische zorg), andere organisatie van het onderwijs (bijvoorbeeld kleinere klassen of andere onderwijsvormen, meer handen in de klas) en een andere inrichting van de ruimte. 2.5.1 Passende zorg en huisvesting Qua huisvesting worden alle reguliere scholen (binnen de talentencentra) passende scholen ; je wordt een netwerkschool, een smalle zorgschool, een brede zorgschool of een inclusieve school. Voor reguliere scholen met passend onderwijs worden op centrale locaties, gekoppeld aan reguliere scholen, hulpgroepen ingericht. Van de hier aanwezige kennis en expertise kunnen omliggende scholen gebruikmaken. De bestaande REC en SBO-voorzieningen blijven behouden voor leerlingen die baat hebben bij deze specifieke leeromgeving. Leerlingen met een milde/lichte zorgvraag kunnen middels passend onderwijs geïntegreerd worden in het reguliere basisonderwijs en leerlingen met een matige zorgbehoefte (van zorgmin tot zorgplus) vinden een plek in de hulpgroepen. Leerlingen met een zware/intensieve zorgbehoefte blijven gehuisvest in de specialistische regionale expertisecentra (SO-scholen), SBO-scholen en specialistische voorzieningen voor kinderen met een bovengemiddeld IQ (voor zover dat niet in de hulpgroepen kan plaatsvinden). Dit vraagt flexibele gebouwen, met zorgruimten, personeelsfaciliteiten en zones die geschikt zijn voor verschillende zorg- en ondersteuningsbehoeften. 15

Figuur 8 geeft de structuur van de ambitie schematisch weer: Figuur 8 sociale integratie door passend onderwijs REC4 REC3 REC2 H SBO Specialistische voorzieningen Regulier basisschool, Passend onderwijs Decentraal steunpunt Talentencentra met passend onderwijs worden goed gespreid over wijken en buurten. Op een aantal centrale plekken worden daar decentrale steunpunten ( hulpgroepen, aangeduid met H) aan gekoppeld. Expertisecentra (REC 2, 3, 4 en SBO) blijven als specialistische voorzieningen bestaan, maar werken intensief samen met de overige scholen en hebben óók een wijkfunctie. 16

3 Bestaande situatie Een oriëntatie op de toekomst begint bij de analyse van de bestaande situatie. Inzicht in stedelijke structuren, kenmerken van stadsdelen en wijken, voorzieningen, de kwaliteit van de onderwijshuisvesting en hoe ouders en kinderen die voorzieningen benutten, geven handvatten voor verbeteringen. Door de huidige situatie naast de visie te leggen en de manco s te benoemen, ontstaat een toekomstgericht en duurzaam huisvestingsplan. In de analyse van de bestaande situatie is de samenwerking tussen de schoolbesturen en met partners meegenomen. De inventarisatie behelsde bestudering van documenten en het voeren van gesprekken binnen de schoolbesturen en met de partners. 3.1 Breda Breda telt circa 172.000 inwoners (31 mei 2009, bron: CBS) en is daarmee één van de tien grootste gemeenten van Nederland. Breda is een aaneenschakeling van voorheen zelfstandige, verstedelijkte dorpen. Tot de gemeente Breda behoren Bavel, Teteringen, Prinsenbeek, Effen en Ulvenhout. De voormalige buurdorpen Princenhage en Ginneken zijn al tijdens de Duitse bezetting door Breda geannexeerd. Breda kent daardoor uiteenlopende sferen en culturen (dorp, dorp in de stad, stedelijk gebied) in de verschillende stadsdelen. Hiernaast is te zien hoe de wijkgrenzen lopen. De voormalige dorpen functioneren nu als wijk of buurt. De sociale grenzen worden vooral daar sterk gevoeld en de inwoners maken binnen die grenzen gebruik van het aanwezige voorzieningenniveau. Figuur 9: Wijk- en buurtgrenzen Breda Dit heeft vaak ook te maken met verschillen in de sociaaleconomische status van wijken en de demografische samenstelling. Relatief nieuwe, jonge wijken in Teteringen, Princenhage en Boeimeer tellen veel jonge gezinnen en kennen een grote aanwas van kinderen. Een aantal andere wijken, zoals Brabantpark-Heusdenhout, Hoge Vucht en Heuvel, kennen fysieke en sociale leefbaarheidproblematiek. 17

3.2 Bestaande situatie per stadsdeel Onderstaand worden de stadsdelen beschreven, met aandacht voor de wijk- en buurtsamenstelling en de scholen die er gevestigd zijn. Er is gekozen voor een indeling in vier stadsdelen: Stadsdeel Breda Noordoost Breda Zuidoost Breda Zuidwest Breda Noordwest Wijken Hoge Vucht, Teteringen, Belcrum / Doornbos Brabantpark, Heusdenhout, Zandberg, Ginneken, IJpelaar, Ulvenhout, Bavel Westerpark, Tuinzigt, Binnenstad, Princenhage, Heuvel, Boeimeer, Effen-Rith Haagse Beemden, Prinsenbeek, Bedrijventerrein Breda Noord Schoolbesturen, kindpartners en gemeente hebben reeds een aantal mutaties in het scholenbestand gepland of op korte termijn in uitvoering, zoals opgenomen in het Meerjaren Huisvestingsplan 2007-2016. Zij vormen een gegeven bij de strategische huisvestingsplanning. Onderstaand een beknopte beschouwing per stadsdeel, met de kenmerken van het gebied c.q. de wijk, actuele ontwikkelingen, locaties van scholen en kindfuncties, ontwikkeling van leerlingenaantallen en kwalitatieve opmerkingen. De ontwikkeling van het leerlingenaantal is op basis van de prognoses van de gemeente in november 2008. Door de recessie zijn de woningbouwplannen dermate veranderd dat in 2009 geen nieuwe prognoses zijn gemaakt. De leerlingenaantallen vanaf 2010 zijn daardoor speculatief. In 2010 wordt een nieuwe prognose opgesteld. 18

3.2.1 Breda Noordoost Figuur 10: Onderwijs- en kindvoorzieningen in Breda Noordoost Buitenschoolse opvang 1. Top BSO Teteringen 2. De Bolleboos 3. Tik Tak 4. B.B. Bommel 5. Tompouce 6. Linietuin Peuterspeelzaal 1. Het kruimelsoosje 2. t Kuikenhof 3. Fontein 4. Beertje Ballon 5. De Belhameltjes 6. Linietuin Kinderdagverblijf 1. Tik Tak 2. Betje Beer 3. Olleke Bolleke Vrije Bs. Rudolf Steiner 2009: 298 2020: 312 Bs. Wisselaar 2009: 171 2020: 196 Kbs. John F. Kennedy 2009: 521 2020: 562 Hoge Vucht 2 1 3 4 2 3 4 3 Brede school Geeren Noord Projectgroep & partners -KBS De Watervlinder -OBS de Vlier (loc. Samenloop) -Kober Kinder Centra -Surplus -Gemeente Breda -Psz Kuikenhof & BSO TikTak -Psz Koekeloere & t Kaboutertje -GGD West-Brabant -Nieuwe Veste -Kinderboerderij -Bibliotheek -IMW CBS. De Fontein 2009: 274 2020: 263 Nieuwe Nutsschool SBO Westerhage 2009: 59 1 2 MFA De Mandt Bs. De Wegwijzer OBS DeSpringplank 2009: 432 2020: 994 1 MFA De Stee Helder Camara 2009: 399 2020: 514 Teteringen Grens wijk Basisschool regulier Speciaal (Basis) Onderwijs Potentiële brede school loc. Buitenschoolse Opvang Peuterspeelzaal Kinderdagverblijf Bs. De Spoorzoeker 2009: 216 2020: 201 5 5 Bs. St. Joseph 2009: 451 2020: 557 Islam.bs. Okba Ibnoe Nafi 2009: 152 2020: 211 6 6 Kbs. De Liniedoorn 2009: 124 2020: 163 Belcrum / Doornbos Ontwikkelingen Westelijk van Teteringen is de nieuwbouwwijk Bouverijen in ontwikkeling. Door de verwachte toename van het leerlingenaantal hier is in Teteringen een nieuwe Nutsschool gesticht. In Teteringen is voor de aanwezige scholen nieuwbouw gepland in de vorm van twee Multifunctionele Accommodaties (MFA s). De realisatie hiervan is gepland in 2011. De bouw van woningen in Bouverijen stagneert. In Hoge Vucht wordt een nieuwe brede school gebouwd voor De Vlier en De Watervlinder (voorheen Het Kievitsnest): brede school Geeren Noord. Er wordt momenteel een haalbaarheidsstudie uitgevoerd om ook in Geeren Zuid een brede school te bouwen voor maatschappelijke en sociaaleconomische functies en basisschool De Fontein. Basisschool John F. Kennedy wordt uitgebreid en opgeleverd zomer 2010. Tussen Geeren-Noord en Teteringen ligt nieuwbouwwijk Waterdonken. In 2009 zijn hier de eerste woningen opgeleverd. In 2010 wordt de wijk verder uitgebouwd. Basisschool De Liniedoorn is recent gerevitaliseerd. In Doornbos-Linie en Belcrum is sprake van uitstroom van leerlingen naar basisschool St. Joseph in de binnenstad. De school krijgt veel leerlingen uit andere wijken. Om dit op te vangen, is zij recent uitgebreid. De buitenruimte is echter beperkt. Ook het leerlingenaantal van De Spoorzoeker stijgt momenteel sterk en zal naar verwachting doorgroeien. 19

Doordat de leerlingenaantallen van de twee SBO-scholen dalen, hebben beide minder ruimtebehoefte. De locatie Hooilaan van SBO Westerhage wordt daarom voor het schooljaar 2010-2011 verlaten. Deze locatie wordt dan tijdelijk in gebruik genomen door Mytylschool De Schalm die ernstig met (tijdelijk) ruimtegebrek kampt. De vrijeschool Rudolf Steiner en de islamitische basisschool Okba Ibnoe Nafi hebben vanwege hun specifieke onderwijsaanbod een wijkoverstijgende aantrekkingskracht. De leerlingenaantallen in Belcrum/Doornbos en Hoge Vucht stijgen gemiddeld licht. 3.2.2 Breda Zuidoost Figuur 11: Onderwijs- en kindvoorzieningen in Breda Zuidoost Buitenschoolse opvang 7. Weidetuin 8. Harlekijn 9. Jungletuin 10. Jacinta 11. De Plu 12. t Parapluutje 13. Top BSO Bavel 14. t Klokhuis 15. Ulventuin 16. Pluktuin 17. Top BSO Breda Zuid 18. Hobbelpaard 19. De Petteflet 20. Stampertjestuin 21. Clara 22. Vissentuin 23. Zandberg 24. Villa 25. Hoftuin Peuterspeelzaal 7. De Blokkendoos 8. De Druppeltjes 9. Humpie Dumpie 10. t Koterke 11. Hobbelpaard 12. Clara Kinderdagverblijf 4. Harlekijn 5. t Hogeschooltje 6. Kasteeltuin 7. Dribbel 8. Ulventuin 9. De Petteflet 10. Hummeloord Liduina Sensis / visio 2009: 71 2020: 63 De Schalm mytyl 2009: 210 Bs. De Zandberg 2009: 781 2020: 709 Nutsbs. Dirk van Veen 2009: 296 2020: 276 KBS. Laurentius 2009: 829 2020: 694 Bs. Dr. de Visser 2009: 326 2020: 297 22 Ginneken 21 12 9 11 25 10 23 Bs. De Rosmolen 2009: 197 2020: 173 Brabantpark CBS De Fontein 2009: 274 2020: 263 Zandberg 24 17 18 16 19/20 10 Liduina Landheining 7 4 Liduina Wolvering Kbs. Jacinta 2009: 368 2020: 323 8 8 Liduina Neubourg 6 Openluchtschool LZK IJpelaar 10 8 14/15 Ulvenhout Kbs. Weilust 2009: 524 2020: 484 OBS Klokkebei 2009: 338 2020: 279 Bs. De Burchtgaarde 2009: 158 2020: 111 9 5 SBO De Leye SBO De Leye 2009: 194 + 113 7 Bs. De Toermalijn 2009: 484 2020: 444 Obs. De Tweesprong 2009: 200 2020: 169 Bavel 11 Liduina Rijnauwen KBS. De Spindel 2009: 510 2020: 444 Liduina Draaiboom 9 Heusdenhout MFA Dorpskern Scenario: -Bs. De Spindel -Caroussel -Sportzaal 12 13 Grens wijk Basisschool regulier Speciaal (Basis) Onderwijs Potentiële brede school loc. Buitenschoolse Opvang Peuterspeelzaal Kinderdagverblijf 7 MFA Daalakkers Scenario: -Bs. De Toermalijn -Kinderopvang -Sportzaal/-hal Ontwikkelingen In Brabantpark Heusdenhout wordt momenteel een tweede vooronderzoek gedaan naar de ontwikkeling van een brede school voor basisscholen De Fontein en De Tweesprong. Basisschool Weilust gaat ingrijpend verbouwen en verhuist van de Wolvering naar het gebouw tegenover de hoofdlocatie. Aandachtspunt is de uitstroom van leerlingen naar de binnenstad en de teruglopende sociale cohesie in het gebied. Brabantpark telt relatief veel SO- en SBO-scholen. De Schalm is tijdelijk uitgebreid, vooruitlopend op een permanente oplossing en betrekt aanvullend de tijdelijk vrijkomende ruimte aan de Hooilaan waar SBO Westerhage weggaat. De locatie Landheining van Liduina is recent uitgebreid. 20

De wijk Zandberg is in gesprek over gezamenlijke talentontwikkeling onder de naam Zandbergplein. Basisschool Dirk van Veen denkt aan een kleine uitbreiding. Ginneken is een populaire wijk met een goede naam. De scholen zijn er relatief groot. Nieuwbouw is gepland aan de Viandenlaan voor dependances van basisschool Laurentius en Dr. De Visser en kinderopvang gezamenlijk. Er is wel sprake van een grote instroom van leerlingen uit de naastgelegen wijk Wolfslaar. De locatie Rijnauwenstraat (in de wijk IJpelaar) van de Liduina is recent geheel gerenoveerd en uitgebreid. De Openluchtschool breidde in 2009 uit. In Bavel zijn twee MFA s gepland: Dorpskern en Daalakkers. Basisscholen De Klokkebei en De Rosmolen liggen op een steenworp afstand van elkaar in Ulvenhout. De huisvesting van Sensis is in 2006 permanent uitgebreid. Aan de Galderseweg is een locatie van de Berkenhofschool gevestigd, op het terrein van het voormalig medisch centrum De Klokkenberg. Met huidig eigenaar Vitalis wordt gesproken over mogelijke vernieuwbouw van de school op dit terrein. Voor heel Breda Zuidoost wordt een lichte daling van de leerlingenaantallen voorspeld. In Bavel is op korte termijn echter sprake van groei, mede ingegeven door de geplande nieuwbouwwijk Daalakkers (Bavel Zuid). Maar de uitvoering en planning van de nieuwbouw is onzeker en de ontwikkeling van nieuwbouwwijk Bavel-Lijndonk is stopgezet. Mogelijk heeft dit gevolgen voor de omvang van de nieuw te bouwen MFA s in Bavel. 21

3.2.3 Breda Zuidwest Figuur 12: Onderwijs- en kindvoorzieningen in Breda Zuidwest Buitenschoolse opvang 26. Okidoki 27. Hagetuin 28. Hagetuin (mini BSO) 29. De Giraffe 30. Lentehof 31. Prinsheerlijk II 32. Prinsheerlijk I 33. Prinsheerlijk III 34. Vlindertuin Peuterspeelzaal 13. De Bromtol 14. De Giraffe 15. La Niña 16. De Ukkepuk 17. De Ukkepuk Plus 18. De Toverboom Kinderdagverblijf 11. De Boei 12. Kleine Prins 13. Lentehof 14. Rupsentuin 15. Nijntje 16. Tierlantijn 17. Vlindertuin Grens wijk Basisschool regulier Speciaal (Basis) Onderwijs Potentiële brede school loc. Buitenschoolse Opvang Peuterspeelzaal Kinderdagverblijf Westerpark Bs. Sinte Maerte 2009: 586 2020: 597 OBS de Vlier 2009: 104 2020: 92 Effen-Rith Bs. Effen 2009: 69 2020: 66 16 Bs. De Boomgaard 2009: 732 2020: 562 18 32 17 Bs. De Eerste Rith 2009: 398 2020: 425 34 Princenhage 16/17 Heuvel Tuinzigt 14 Bs. De Weerijs 2009: 113 2020: 115 15 31 Brede School Heuvel - OBS de Vlier - KBS de Keysersmolen - Surplus - Kinderopvang en bso Kober - Gemeente Breda - GGD West-Brabant - Wijkraad - Breda Actief - Psz La Nina & de Ukkepuk -Thuiszorg - Gemeenschapshuis De 33 Vlieren - Stichting ouderenwerk 14 30 13 29 12 27/28 Cbs. De Keysermolen 2009: 151 2020: 167 Boeimeer Binnenstad Bs. Petrus en Paulus 2009: 455 2020: 379 13 15 11 De Spreekhoorn REC2 2009: 243 2020: 200 26 SBO Westerhage 2009: 187 Mont.bs. Dubbelwijs 2009: 304 2020: 288 Nutsbs. Boeimeer 2009: 215 2020: 202 Ontwikkelingen Nieuwbouw van brede school Huis van de Heuvel is gepland voor basisscholen De Vlier en De Keysermolen. De Spreekhoorn wil mogelijk een VSO-afdeling starten. In Princenhage wordt momenteel Sinte Maerte uitgebreid. Verbouwplannen voor basisschool De Eerste Rith zijn in ontwikkeling. De verbouw start in het najaar van 2010. Basisschool De Weerijs zit met haar leerlingenaantal onder de opheffingsnorm. In Boeimeer is recent de nieuwbouw van basisschool Boeimeer gerealiseerd. Deze school ligt in dezelfde straat als de Montessorischool, samen met een aantal kindpartners. Basisschool Effen is de kleinste van Breda en draagt als één van de laatste voorzieningen in het buurtschap bij aan de leefbaarheid van Effen. 22

3.2.4 Breda Noordwest Figuur 13: Onderwijs- en kindvoorzieningen in Breda Noordwest Buitenschoolse opvang 35. Prinsentuin 36. De Horizon 37. Wiebeltuin 38. Baibini 39. Werveltuin 40. Top BSO Breda Noord 41. Wappertuin 42. Rotsentuin 43. Merlijn 44. Sterrentuin 45. DolFijn Peuterspeelzaal 19. t Olifantje 20. De Keettrappertjes 21. De Ganzewei 22. Klein Duimpje 23. DolFijn Kinderdagverblijf 18. Kiekeboe 19. Baibini 20. Miezemuis 21. Blokkentuin 22. Klein Duimpje 23. Merlijn 24. DolFijn Grens wijk Basisschool regulier Speciaal (Basis) Onderwijs Potentiële brede school loc. Buitenschoolse Opvang Peuterspeelzaal Kinderdagverblijf Kindcentrum Olympia -KBS Hagehorst -OBS de Vlier loc. Vlier.br. -Kober Kinder Centra -Surplus -Gem. Breda -Psz De Keettrappertjes -BSO Baibini -Thuiszorg Breda -Buurtgroepen -Breda Actief -GG D West-Brabant -Nieuwe Veste -Stadsboerderij -Bibliotheek Prinsenbeek Bs. De Griffioen 2009: 878 2020: 700 36 Kbs. Kievitsloop 2009: 344 2020: 273 Haagse Beemden Kbs. De Driezwing 2009: 252 2020: 221 Kbs. De Horizon 2009: 359 2020: 317 19 35 Nieuwbouwlocatie MFA De Neel - OBS de Apollo - gedeelte de Griffioen Cbs. De Rietvink 2009: 113 2020: 101 40 20 19 38 20 OBS de Apollo 2009: 111 2020: 145 45 24 44 23 Bs. Hagehorst 2009: 186 2020: 144 Nuts bs. Burgst Nevenloc. 42 OBS de Vlier 2009: 65 2020: 55 37 43 39 21 41 OBS de Wildert 2009: 207 2020: 130 Nuts bs. De Hoogakker (tot aal) 2009: 549 2020: 484 18 23 22 21 22 Nuts bs. Burgs t Hoofdloc. (totaal) 2009: 666 2020: 484 Nuts bs. De Hoogakker Nevenloc. Kbs. De Werft 2009: 220 2020: 204 Bedrijventerrein Breda-Noord Ontwikkelingen Haagse Beemden is een gedifferentieerde wijk met veel schoollocaties. Er is sprake van ontgroening: de leerlingenaantallen bij een aantal basisscholen (bijvoorbeeld Burgst, De Kievitsloop en De Werft) dalen. Het kindcentrum Olympia (voor basisschool Hagehorst, De Vlier en kind- en maatschappelijke functies) is recent gerealiseerd in de Haagse Beemden. In Prinsenbeek is voor Apollo en een dependance van De Griffioen de nieuwbouw in de vorm van MFA De Neel gestart. Oplevering volgt later in het lopende schooljaar. 3.3 Constateringen ten aanzien van organisatorische/bestuurlijke verhoudingen Vanuit de inventarisatie van de bestaande situatie en gesprekken op bestuurlijk- en directieniveau is een aantal constateringen gedaan ten aanzien van de organisatorisch/bestuurlijke verhoudingen binnen het primair onderwijs in Breda. Er was voorheen nauwelijks sprake van samenwerking tussen de schoolbesturen. In 2009 is dat veranderd met de ontwikkeling van de Lokaal Educatieve Agenda (LEA). Scholen ervaren elkaar vaak nog als concurrenten, er wordt nauwelijks inhoudelijk samengewerkt of gewerkt aan een gezamenlijk aanbod van bijvoorbeeld naschoolse activiteiten. 23

Integrale planontwikkeling vindt niet of nauwelijks plaats. De ontwikkeling van het strategisch huisvestingsplan voor primair onderwijs vormt een trendbreuk. Er is weinig aandacht voor leerlingenstromen. De term brede school heeft een negatief stigma: brede scholen worden alleen gerealiseerd in achterstandswijken. In de betere buurten is sprake van MFA s. Beide zijn echter vergelijkbaar, gericht op de ontwikkeling van het kind. Door de verschillende benamingen wordt de indruk gewekt dat er inhoudelijke verschillen bestaan tussen brede scholen en MFA s. Er is behoefte aan een onbesmette term. Het primair onderwijs in Breda kent een aantal beleidsdocumenten, zoals de LEA. Bovendien bestaan er verschillende overlegorganen, zoals de Schoolraad, die zich momenteel doorontwikkelt naar het Bestuurlijk Overleg Breda (BOB). Daarnaast hebben vier schoolbesturen en Kober zich geconformeerd aan het zogenoemde Stockholm-akkoord. In de praktijk worden deze beleidsuitgangspunten echter maar beperkt gedeeld en gezamenlijk uitgevoerd. 3.4 Confrontatie visie bestaande situatie Door confrontatie van de visie met de bestaande situatie ontstaat een kader om de samenwerking tussen functies en de gezamenlijke investering in kwaliteit en talentontwikkeling te verankeren in passende onderwijshuisvesting. Passend : bij de gezamenlijke ambities (visie); bij de behoeften in de wijk; bij de ontwikkelingen in de maatschappij; bij de ruimtelijke ontwikkelingen; bij het beleid van de partners. Dit levert de volgende verbeterpunten op voor het strategisch huisvestingsplan. De onderlinge relaties zijn veelal incidenteel en persoonsgebonden, ondanks de LEA en het Stockholm-akkoord. De scholen betekenen nog weinig voor de buurt en indien wel dan meer aanbodgestuurd dan vraaggericht. Er zijn in Breda nauwelijks arrangementen voor de jeugd tot 15 jaar van 7 tot 19 uur. Breda kent relatief veel tijdelijke of semipermanente gebouwen binnen het primair onderwijs. De schoolbesturen vinden echter dat meer kwaliteit nodig is, die inspeelt op actuele en toekomstige ontwikkelingen. Er wordt niet efficiënt geïnvesteerd vanuit een integrale visie en aanpak, maar vanuit concurrentieoverwegingen vaak op meerdere plekken. Bij investeringsbeslissingen spelen de exploitatielasten van de schoolgebouwen vaak geen rol, waardoor het gevaar op suboptimale beslissingen bestaat. 24

4 Strategie Om van woorden naar daden te komen, is een strategie geformuleerd die moet leiden tot de implementatie van de visie. Onderstaand wordt deze strategie toegelicht aan de hand van uitgangspunten voor scenariodenken, mogelijkheden voor financiering en het benoemen van randvoorwaarden in de vervolguitwerking. 4.1 Uitgangspunten scenariodenken De schoolbesturen willen naar een (onderwijs)structuur waarin het belang van het kind voorop staat. Concreet moet er een netwerk van talentencentra komen met passend onderwijs, waarin de partners gezamenlijke, toekomstgericht investeren in kwaliteit. De samenwerking tussen scholen, schoolbesturen en kind- en maatschappelijke functies is het uitgangspunt. Dit vraagt om over grenzen heenkijken en bewust reageren op ontwikkelingen in de omgeving (maatschappij, demografie, beleid van partners, woningbouwontwikkelingen, et cetera). Zo kunnen beslissingen worden genomen over ingrepen in de huisvesting en spreiding van de onderwijsvoorzieningen. Hiervoor zijn de volgende uitgangspunten benoemd. Het realiseren van een netwerk van talentencentra. Binnen de talentencentra passend onderwijs geven, waar de kinderen het onderwijs krijgen waar zij vanuit hun ontwikkelingsperspectief behoefte aan hebben. De SO- en SBO-scholen richten zich daarbij op het ondersteunen van de reguliere basisscholen, het bundelen van expertise en voorzieningen en op kwaliteit van ruimte in combinatie met het zo goed mogelijk vervullen van een functie voor de buurt/wijk waarin zij zijn gevestigd. Organiseer functies decentraal waar dat kan: dicht bij de schooljeugd in de wijken en organiseer alleen de zeer specialistische en unieke voorzieningen centraal. De grootte van de onderwijsvoorzieningen moet passen; schoolbesturen willen meer sturen op kwaliteit dan op kwantiteit. Zoek aansluiting bij en anticipeer op reeds ingezette ruimtelijke ontwikkelingen en lokale beleidsontwikkelingen (van gemeente maar ook van partners in het onderwijs of in de maatschappij). Met name door de continue mutaties in de woningbouwplanningen is periodieke herijking van belang. Maak optimaal gebruik van bestaande gebouwen (van onderwijs én kind- en buurtpartners) maar altijd vanuit de langetermijnvisie. De huisvesting moet passen bij het concept (flexibel en multifunctioneel). Zorg voor kwaliteit en kwaliteit van ruimte in en rond de talentencentra en voor zo min mogelijk tijdelijke en semipermanente gebouwen. Reeds geplande brede scholen en MFA s gelden als vertrekpunt voor verdere scenarioplanning. Besluitvorming vindt plaats op basis van de geldende wetgeving. De leerlingenprognoses van de gemeente zijn de indicaties voor sturing en fasering, maar moeten worden bekeken in het licht van de crisis op de woningmarkt die de komende periode zeer onzeker maakt. Zorg voor een efficiënte inzet van financiën: door samenwerking tussen schoolbesturen onderling en met partners is met hetzelfde geld meer mogelijk. 25