PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen



Vergelijkbare documenten
UITGANGSPUNTEN VOOR DE STRUCTUUR VAN DE WETENSCHAPPELIJKE INFORMATIEVOORZIENING AAN DE RADBOUD UNIVERSITEIT NIJMEGEN

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

De JB heeft binnen de UvA twee belangrijke partners: a. De Faculteit b. de UB

Alle wetenschappelijke output van de UvA komt (min of meer automatisch) in de digitale bibliotheek

Enquête over beleid en praktijk van instructies in Informatievaardigheden in Nederlandse universiteiten

Overzicht cursussen Informatievaardigheid Universitaire Bibliotheken Leiden Collegejaar

De spilfunctie van het Leercentrum binnen het nieuwe onderwijs bij Avans Hogeschool

Kernwaarden + Een stip aan de horizon

van onderwijs en onderwijsondersteuning binnen Directeur onderwijsinstituut

Naam: Draaiboek decentrale implementatie PAUW en Tridion

De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen.

Open & Online. De (mogelijke) rollen van bibliotheken. Onderwijs

Informatiemanager. Doel. Context

Directeur onderzoeksinstituut

Functieprofiel: Manager Functiecode: 0202

VERTROUWEN IS DE BASIS

Manifest onze manier van werken

Fred Bosman: Gebruikersonderzoek UB Groningen (LOOWI: )

TU Delft Library. Een open source. TU Delft Library

Functieprofiel: Adviseur Functiecode: 0303

Directeur onderwijsinstituut

Strategische Personeelsplanning. Basisdocument

Nota collectiebeleid 2011 De collectievorming voor de Vakbibliotheek Rechten

Functiebeschrijving Manager Kwaliteitsbeleid

Code of Conduct. Omgangsregels van de Universiteit Utrecht

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

Tilburg University 2020 Toekomstbeeld. College van Bestuur, april 2013

Gids voor werknemers. Rexel, Building the future together

MASTERCLASS FINANCIEEL MANAGEMENT & BEDRIJFSVOERING IN DE PUBLIEKE SECTOR

Profielschets. Manager Financiën. Omnivera GWZ. ERLY the consulting company Datum: februari 2016 Opdrachtgever: Omnivera GWZ

Visiedocument Expertisenetwerk Kinder- en Jeugdpsychiatrie (EKJP)

Functiebeschrijving Manager Personeelsbeleid

BELEIDSPLAN. Brederodestraat VG Amsterdam Nederland. info@stichtingopen.nl Rabobank: NL44RABO

SKPO Profielschets Lid College van Bestuur

Universitaire Bibliotheken Leiden. Producten en diensten

MEER INZICHT IN PORTALEN. Frank Snels - informatiearchitectuur 29 oktober 2014

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

SIG Research Information & SURF programma Open Access OPTIMAAL BENUTTEN DOOR AFSTEMMING

Medewerker bureau buitenland

Opleidingsprogramma DoenDenken

Nederlandse Gedragswetenschappen Grote Kruistraat 2/1, 9712 TS Groningen. 1. Inleiding

Strategische onderwijsdoelstellingen: realisaties

MARKETEER RESULTAATGEBIEDEN. Wat kan ik doen om de doelen te bereiken? (Activiteiten) Wat moet ik bereiken? (Doelen)

Thema's voor de wetenschappelijke bibliotheek van de toekomst

ICT EN INFORMATIEBELEIDSPLAN

zorgen voor kwaliteit altijd, overal en door iedereen

Wageningen UR. Één online uitstraling

Leergang Leiderschap voor Professionals

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

Gebruikersonderzoek Centrale Bibliotheek

Uitvoeren van beheersmatige werkzaamheden met betrekking tot locatie(s), systemen, gegevens en bedrijfsvoering.

Doel. Context VSNU UFO/INDELINGSINSTRUMENT FUNCTIEFAMILIE MANAGEMENT & BESTUURSONDERSTEUNING DIRECTEUR BEDRIJFSVOERING VERSIE 3 APRIL 2017

NARCIS in internationale context: OpenAIRE

Vacature Business Development & Sales

STRATAEGOS CONSULTING

Functieprofiel: Arbo- en Milieucoördinator Functiecode: 0705

Open Science binnen het informatievaardighedenonderwijs. Nicole Potters, Education Suppport, TU Delft Library 25-apr-16

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

Radboudumc online: Hoe stel je de patiënt centraal in een omnichannel oplossing? Mobile Healthcare Event 24 november 2017 Yno Papen

VISIE OP TOEZICHT LAVERHOF

Management samenvatting inventarisatie Research support UT. Achtergrond

Profiel. Manager Bibliotheken. 20 maart Opdrachtgever Stichting Bibliotheek Rotterdam

Beleidskader agenda van onze gewenste ontwikkelingen Samen Onderwijs Maken = Leerzaam

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

In 8 stappen naar bedrijfskundig FM. Van FM-specialist tot strategisch businesspartner

Mediawijsheid in de Bibliotheek op school vo verkenning

Medewerker onderwijsontwikkeling

Functiebeschrijving: Projectportfoliobeheerder

Universiteitsbibliotheek Universiteitsbibliotheek Utrecht

boeken uit de periode volledig digitaal toegankelijk

Profiel. Hoofd Communicatie Spaarne Gasthuis. 21 mei Opdrachtgever Spaarne Gasthuis

FUNCTIEFAMILIE 1.2 Klantenadviserend (externe klanten)

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

Onderwijs en ICT Beleidsplan

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie:

Tienpuntenlijst #1 Investeer in goede weblectures bij alle hoorcolleges. #2 Betere communicatie: tijd voor de RU-app

Managementondersteuning in de 21ste eeuw. Marianne Sturman, oprichter van Moneypenny

Balanced Scorecard. Een introductie. Algemene informatie voor medewerkers van: SYSQA B.V.

Functiebeschrijving bibliothecaris nr 520/01

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen

FUNCTIEBESCHRIJVING STAFMEDEWERKER GIS

Visie op Dienstverlening

We zien een datagedreven wereld vol kansen. Toepassingscentrum voor big data oplossingen

KvK Eindhoven: BTW/VAT/MwSt: NL B01

Functieprofiel: Teamleider Onderwijs Functiecode: 0108

BESTURINGSFILOSOFIE GEMEENTE GOOISE MEREN

6 TIPS DIE HET PRESTEREN VAN UW WERKOMGEVING VERBETEREN

WETENSCHAPPELIJK DIRECTEUR WELTEN-INSTITUUT

knkpublishing Microsoft Dynamics De flexibele, innovatieve uitgeverijsoftware Nieuwe kansen in een veranderende media wereld

Nationale Proefschriftensite gelanceerd

Functieprofiel. VOORZITTER EN LID RAAD VAN TOEZICHT Fidarda - SKOD

A CLIENTSYSTEEM. 1 Intake

Leergang Allround Leiderschap

MEERJARENBELEIDSPLAN

De IUR mag beschouwd worden als een onderwijsinstelling die opleidingen biedt waarbij de islam

Vastgesteld november Visie op Leren

Stappenplan zoeken en verwerken van informatie

Macrodoelmatigheidsdossier BSc Business Analytics AANVRAAGFORMULIER NIEUWE OPLEIDING. 1. Basisgegevens. Tongersestraat LM Maastricht

Transcriptie:

PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The version of the following full text has not yet been defined or was untraceable and may differ from the publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/27466 Please be advised that this information was generated on 2015-12-21 and may be subject to change.

TO INFORM AND INSPIRE Beleidsplan voor de bibliotheekvoorziening van de Radboud Universiteit Nijmegen, 2006-2009 Universiteitsbibliotheek Nijmegen Maart 2006

Inhoudsopgave Managementsamenvatting 1 1. Uitgangspunten 4 1.1 Strategisch plan, Radboud Universiteit Nijmegen, 2005 2009 4 1.2 Cluster Facilitair: missie en visie 5 1.3 Beleidsplan voor de bibliotheekvoorziening 2004-2005 6 2. Ons doel: de Universiteitbibliotheek als expertisecentrum 7 2.1 Onze visie en missie: de behoeften van onderwijs en onderzoek centraal 7 2.2 Achtergrond: de toekomstige rol van de universiteitsbibliotheek 7 2.3 Hoofdlijnen van beleid 8 3. Ons aanbod: innovatieve, klantgerichte diensten 10 3.1 Onze doelgroepen 10 3.2 De bibliotheek als fysieke publieksruimte 10 3.3 De virtuele bibliotheek: digitale informatie en zoeksystemen 11 3.4 Personalisatie 13 3.5 Informatievaardigheden 14 3.6 Institutional repository 15 3.7 Communicatie en activiteitenprogramma 17 4. Onze informatiebronnen: digitale en gedrukte collecties 19 4.1 Collectievorming 19 4.2 Ondersteuning collectievorming 20 4.3 Ontsluiting, de registratie van publicaties 21 4.4 Bewaarfunctie 22 4.5 Bijzondere collecties: oude drukken en erfgoedcollecties 23 4.6 Digitalisering van bijzondere collecties 24 5. Mensen, middelen en instrumenten 25 5.1 Personeel: de lerende organisatie 25 5.2 Communicatie binnen de UBN 26 5.3 Organisatie 27 5.4 Huisvesting 27 5.5 Ontwikkeling ICT 28 5.6 Financiën 29 5.7 Kwaliteit 29 5.8 Samenwerking 30 Bijlagen: A. Lijst van afkortingen 32

Woord vooraf Dit beleidsplan is opgesteld in opdracht van de directeur van het Cluster Facilitair van de Radboud Universiteit Nijmegen en omvat de overwegingen en doelen voor de bibliotheekvoorziening voor de jaren 2006 tot en met 2009. Het sluit aan bij het Beleidsplan voor de bibliotheekvoorziening 2004-2005 dat in 2003 in opdracht van het College van Bestuur werd opgesteld. Niet opgenomen in dit Plan is planvorming voor het Katholiek Documentatie Centrum (KDC) dat sinds 1 januari 2005 een eigen beleidsvoering kent. 1 Voor het succes van een moderne organisatie is toegang tot goede informatiebronnen onontbeerlijk. De UBN heeft als belangrijkste doel: de ondersteuning van de RU in haar ambitie tot de beste universiteiten van Europa te behoren door haar klantgerichte, kwalitatief hoogwaardige en innovatieve dienstverlening ter ondersteuning van onderzoek en onderwijs. De universitaire bibliotheekvoorziening wil zich in de planperiode ontwikkelen tot een expertisecentrum voor de wetenschappelijke informatievoorziening. Bij de ontwikkeling van dit concept zijn leidinggevenden en medewerkers van de UBN direct betrokken geweest. Werkgroepen voor bepaalde thema s hebben daarbij ook het advies van collega s van andere onderdelen van de RU ingewonnen. Daaruit is een strategic review ontstaan over uitgangssituatie, omgeving en plaats van de bibliotheek als basis voor het beleidsplan. Van bijzonder belang voor de UBN zijn impulsen van beleidsontwikkelingsprocessen bij andere bibliothecaire instellingen in binnen- en buitenland. De UBN is actief lid van UKB, het samenwerkingsband van universiteitsbibliotheken, de Koninklijke Bibliotheek en de Bibliotheek van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen, waarbinnen gezamenlijke richtlijnen voor de ontwikkeling van dienstverlening in de context van een netwerk van Nederlandse wetenschappelijke bibliotheken vastgesteld worden. Dit plan is echter specifiek voor de Nijmeegse situatie ontwikkeld. De UBN bestaat uit een centrale bibliotheek, waarin de humaniora collecties geïntegreerd zijn, en decentrale bibliotheken in verschillende faculteiten op de campus. Deze constructie maakt het mogelijk dat de informatievoorziening dicht bij de gebruikers kan plaatsvinden en optimaal afgestemd kan worden op de behoeften in de verschillende vakgebieden. Dit beleidsplan beschrijft een ambitieus programma. De opzet van dit programma wordt verder uitgewerkt in een business plan en in de jaarplannen van de afdelingen. De inhoud van het beleidsplan is richtinggevend voor de UBN-organisatie voor de planperiode en wordt in relatie tot de beschikbare financiële en personele middelen uitgevoerd. Als motto voor ons plan hebben wij een citaat van een docent bij de RU genomen: het is de taak van de UBN de universiteit te informeren en te inspireren - to inform and inspire. Graham Jefcoate Directeur, UBN Nijmegen, maart 2006 1 Zie Katholiek Documentatie Centrum, Beleidsplan 2005-2008. Het personeel en financieel management van het KDC is ondergebracht bij de Universiteitsbibliotheek, waarvan het KDC als afdeling functioneert.

Managementsamenvatting Dit beleidsplan is opgesteld in opdracht van het Cluster Facilitair van de Radboud Universiteit Nijmegen en omvat de overwegingen en doelen voor de bibliotheekvoorziening voor de jaren 2006 tot en met 2009. Dit beleidsplan is geen business plan. 1. Inleiding: strategie van de Radboud Universiteit Nijmegen De Universiteitbibliotheek (UBN) wil de ambitie van de Radboud Universiteit Nijmegen om tot de beste universiteiten van Europa te behoren, ondersteunen door tijdens de planperiode een expertisecentrum te worden voor de universitaire bibliotheek- en informatiefunctie. Basis voor de beleidsontwikkeling van de UBN zijn de strategische plannen van de RU en het Cluster Facilitair. 2. Ons doel: de universiteitsbibliotheek als expertisecentrum De kenmerken van de UBN als expertisecentrum zijn: Wij zijn klantgericht. Wij zetten in op kwaliteit. Wij volgen het principe van best practice bij diensten en procedures. Wij zijn innovatief. Wij gebruiken onze expertise proactief. Wij bevorderen informatievaardigheden. Wij communiceren proactief met de academische gemeenschap en studenten. Wij zijn een lerende organisatie. Wij bevorderen samenwerking en partnerschap. Wij volgen de ingrijpende ontwikkelingen in de informatiemarkt. 3. Ons aanbod: innovatieve, klantgerichte diensten Onze doelgroepen Voor de UBN zijn de primaire doelgroepen: de universitaire gemeenschap (medewerkers en studenten van de RU); de organisatie-eenheden binnen de RU; maar ook de leden van de universitaire gemeenschap die geen gebruik maken van de diensten van de bibliotheek. Enquêtes/analyses van de wensen en eisen van de primaire doelgroepen worden periodiek uitgevoerd. De bibliotheek als fysieke publieksruimte De UBN streeft naar samenwerking met de faculteiten voor een fysieke integratie van de traditionele bibliotheekfunctie met het studielandschap. Het aanbod aan studieplekken wordt gedifferentieerd. De UBN streeft ernaar op alle locaties het beheer van de geïntegreerde studieomgeving te faciliteren. De virtuele bibliotheek: digitale informatie en zoeksystemen De website wordt in toenemende mate het belangrijkste communicatiemedium voor de UBN. Zij wordt op basis van onderzoek verder ontwikkeld en interactiever gemaakt. Er wordt een goede, structurele voorlichting over nieuwe systemen en zoekmogelijkheden opgezet. Een systeem voor authenticatie wordt ingevoerd. 1

Personalisatie Er wordt een behoefteonderzoek gehouden naar personalisatie van bibliotheekdiensten onder gebruikers. Op basis daarvan wordt een programma opgezet. Mogelijkheden voor personalisatie worden niet alleen in digitale diensten gezocht, maar ook in een meer actieve en persoonlijke benadering van wetenschappers en vakgroepen vanuit de bibliotheek. Informatievaardigheden Instructies in informatievaardigheden zijn gericht op vooraf gedefinieerde vaardigheden en worden in samenwerking met wetenschappelijke docenten verder ontwikkeld. Institutional repository De ontwikkeling van een institutional repository is speerpunt van beleid voor de UBN. De technische infrastructuur wordt opgezet. De bibliotheek benadert de onderzoekers van de RU om de repository gevuld te krijgen met hun publicaties. Deze ontwikkelingen vinden plaats in samenhang met het nationale programma DARE [Digital Academic Repositories]. Communicatie en activiteitenprogramma De rol van bibliotheek als fysieke plaats wordt door adequate activiteiten en aanbod onder de aandacht gebracht. Er worden introductiesessies voor nieuwe studenten, promovendi, etc. georganiseerd. Een programma van workshops/seminars (over actuele ontwikkelingen in de bibliotheek- en informatiewereld), tentoonstellingen en daaraan verbonden evenementen zal worden aangeboden. 4. Informatiebronnen: digitale en gedrukte collecties Collectievorming De digitale collectie zal verder toenemen. Naast de digitale zal ook de gedrukte collectie nog toenemen. De verhouding digitaal gedrukt verschilt per wetenschapsgebied. De UBN initieert overleg binnen de RU over een nieuwe financierings- en besluitvormingsstructuur met betrekking tot big deals en participeert daarin. Ondersteuning collectievorming De adviserende en ondersteunende rol van de UBN bij de collectievorming zal worden versterkt. De UBN ondersteunt de faculteiten door het actualiseren van collectievormingprofielen. Ontsluiting, de registratie van publicaties De UBN zal meer met wereldwijde standaarden voor ontsluiting gaan werken en kennis hierover ontwikkelen. De UBN kiest voor een Electronic Resource Management (ERM) Systeem. In de planperiode worden de achterstanden ingelopen in de verwerking van collecties. Bewaarfunctie De UBN zal een profiel voor de bewaarfunctie en een schenkingenbeleid ontwikkelen. De UBN zal de conserveringsstaat van de collectie in kaart brengen, waarbij inhoudelijk gefocust wordt op Nijmeegse zwaartepunten. De UBN zal een collectie-calamiteitenplan opstellen en implementeren. Bijzondere collecties: oude drukken en erfgoedcollecties De UBN voltooit en verbetert de ontsluiting van oude drukken door het wegwerken van achterstanden. Imprintinformatie aan catalogusbeschrijvingen wordt retrospectief toegevoegd. 2

Digitalisering van bijzondere collecties Digitaliseringprojecten worden opgezet voor de erfgoedcollecties en oude drukken/kostbare werken. 5. Mensen, middelen en instrumenten Personeel: de lerende organisatie De UBN wil zich in de planperiode ontwikkelen tot een organisatie die tot veranderen bereid is en waarin flexibele medewerkers in zelfwerkende teams opereren. Professionele ontwikkeling vormt een structureel onderdeel van de functie-uitoefening. Communicatie binnen de UBN Elk lid van de UBN is actief betrokken bij de interne communicatie. Kernwoorden voor deze communicatie zijn: openheid, transparantie van besluitvorming, organisatie sensitiviteit. Instrumenten voor de interne communicatie worden verder ontwikkeld. Organisatie De UBN zal haar organisatie doelgericht ontwikkelen. De overlegstructuur wordt verbeterd. De UBN benut de HRM-middelen en -instrumenten van de RU optimaal om de gewenste ontwikkeling te bevorderen. Inventarisatie en analyse van de personele formatie zijn hiervoor noodzakelijk. Innovatieve activiteiten worden in toenemende mate in projectvorm uitgevoerd. Huisvesting De UBN onderzoekt de impact van digitalisering op magazijn- en andere ruimtes. Zij streeft naar een flexibele inzet van ruimte afgestemd op de behoeften van de gebruikers. Ontwikkeling ICT In 2006 zal het bibliotheeksysteem van de UBN worden vervangen. De inrichting van het Intranet krijgt vorm. De interne bedrijfsvoering wordt verder geautomatiseerd in aansluiting op RU-brede systemen. Financiën De UBN streeft naar meer transparantie bij financiële processen. Er wordt een bescheiden programma voor fondswerving ontwikkeld. Kwaliteit De UBN evalueert de impact van haar activiteiten regelmatig. De evaluatie wordt kwantitatief en kwalitatief opgesteld, door Key Perfomance Indicators (KPI s) voor en rapportages over bepaalde activiteiten. De UBN ontwikkelt een duidelijke planning- en controlecyclus. Klankbordgroepen voor gebruikers worden opgericht. Samenwerking De UBN zal een nog nauwere samenwerking met faculteiten, met het UMC en met betrokken afdelingen van het Cluster Ondersteuning en binnen het Cluster Facilitair zoeken. De UBN moet een belangrijke, actieve en zichtbare rol spelen in nationale gremia als UKB en SURF. In het buitenland zal de UBN haar traditionele banden met Duitse bibliotheken versterken en actief aan de activiteiten van IFLA en LIBER deelnemen. 3

1. Uitgangspunten Basis voor de beleidsontwikkeling van de UBN zijn de strategische plannen van de RU en het Cluster Facilitair. Voortgebouwd wordt op het beleidsplan voor de bibliotheekvoorziening 2004-2005. 1.1 Strategisch plan, Radboud Universiteit Nijmegen, 2005 2009 2 De UBN wil bij de ontwikkeling van haar klantgerichte dienstverlening en wetenschappelijke informatievoorziening de ambitie van de Radboud Universiteit Nijmegen ondersteunen om tot de beste universiteiten van Europa te behoren. De RU neemt kwaliteit van onderwijs en onderzoek als belangrijkste uitgangspunt bij de realisering van deze ambitie. De UBN heeft in dit kader een duidelijke en belangrijke rol. Zij biedt klantgerichte en efficiënte diensten en een breed scala aan wetenschappelijke informatie(bronnen) van hoge kwaliteit. Hoewel de UBN in het Strategisch Plan van de Universiteit nergens letterlijk genoemd wordt, kan uit de context het belang dat het College van Bestuur van de RU hecht aan de bibliotheekvoorziening voor onderwijs en onderzoek, worden afgelezen. De speerpunten die genoemd worden, vormen de inspiratie en aanknopingspunten voor het strategische UBN-beleid voor de planperiode. Dit zijn o.a.: In hoofdstuk 2. Onderzoek: Iedere onderzoeker functioneert het beste in een inspirerende en dynamische onderzoeksomgeving waar voortdurend uitwisseling van ideeën plaatsvindt met nationale en internationale collega s van binnen en buiten het vakgebied. (blz. 12) Om goed voorbereid te zijn op de concurrentieslag om de onderzoeksmiddelen heeft de Radboud Universiteit de afgelopen jaren de nodige maatregelen genomen om de organisatie van onderzoek te versterken en onderzoekers te ondersteunen. Dit zal de komende jaren universiteitsbreed worden geoptimaliseerd. (blz. 14) De UBN levert door het toegankelijk maken van (inter)nationale onderzoeksinformatie, haar zoeksystemen en haar multidisciplinaire collecties een duidelijke bijdrage aan de inspirerende en dynamische onderzoeksomgeving. Ook haar relatie tot andere nationale en internationale wetenschappelijke bibliotheken draagt bij aan de mogelijkheden van de onderzoekers bij de RU om zich breed te oriënteren. De UBN is onmiskenbaar van belang voor het versterken van de organisatie van het onderzoek. Resultaten van wetenschappelijk onderzoek aan de Radboud Universiteit moeten een maatschappelijke betekenis krijgen en ook voor anderen dan de onderzoeker zelf belangwekkend zijn. (blz. 14) Door de inrichting van een institutionele repository draagt de UBN bij aan de maatschappelijke zichtbaarheid van de resultaten van wetenschappelijk onderzoek aan de Radboud Universiteit. Vanuit de institutionele repository kunnen diensten opgezet worden die het voor wetenschappers mogelijk maken ook buiten de universitaire gemeenschap hun 2 De kracht van kwaliteit: strategisch plan 2005-2009. 4

onderzoeksactiviteiten te communiceren. Hiermee wordt de waarde die de RU hecht aan de maatschappelijke betekenis van haar onderzoek tot uitdrukking gebracht. In hoofdstuk 3. Onderwijs: Een afgestudeerde is in staat complexe problemen te analyseren en op te lossen, te oordelen op basis van beschikbare informatie en op basis van ethische overwegingen maatschappelijke verantwoordelijkheid te dragen. (blz. 17) De cursussen informatievaardigheden die door de UBN verzorgd worden, dragen bij aan de realisatie van deze RU-doelstelling t.a.v. het onderwijs. Het vakdisciplinair onderwijs sluit aan op internationale ontwikkelingen in het vakgebied. (blz. 17) De wetenschappelijke informatie die via de UBN voor studenten en medewerkers laagdrempelig beschikbaar is, geeft de mogelijkheid om op de hoogte te blijven van internationale ontwikkelingen. De UBN geeft docenten en onderzoekers hiermee ook een belangrijk referentiekader. De UBN schept de voorwaarden om deze informatie in onderwijsprogramma s te kunnen gebruiken. Om in te spelen op deze veranderende studiehouding en actief te stimuleren dat studenten daadwerkelijk 35 uur per week aan hun studie besteden, wordt het aantal werkplekken op de campus sterk uitgebreid. (blz. 19) De UBN levert hieraan een bijdrage door inrichting van studiewerkplekken in de centrale bibliotheek en de faculteitsbibliotheken. In samenwerking met de faculteiten wordt gestreefd naar een geïntegreerde studieomgeving waarbinnen een optimale combinatie van digitale en geprinte informatie t.b.v. studiedoeleinden wordt geboden. 1.2 Cluster Facilitair: missie en visie In het beleidsplan van het Cluster Facilitair 3 worden missie en visie als volgt verwoord: De Radboud Universiteit wil op het gebied van onderwijs en onderzoek tot één van de beste universiteiten van Europa behoren. De missie van het Cluster Facilitair hangt direct samen met de ambitie van de Radboud Universiteit: Het Cluster Facilitair ondersteunt onderwijs en onderzoek door het bieden van optimale voorzieningen en draagt bij aan een inspirerende werk- en leefomgeving voor studenten, medewerkers en gasten. Het Cluster Facilitair heeft een belangrijke taak bij het invullen van randvoorwaarden die nodig zijn voor de vormgeving van een hechte en succesvolle universitaire gemeenschap. De producten, zoals de opdrachtgevers en afnemers zich die wensen, staan centraal. De organisatie daarachter ontleent zijn bestaansrecht aan de kwaliteit van de dienstverlening. Werkzaamheden die voortkomen uit wettelijke kaders, normen en regels, worden zorgvuldig en gecoördineerd uitgevoerd. 3 Beleidsplan 2006-2009 Cluster Facilitair, blz. 4 5

1.3 Beleidsplan voor de bibliotheekvoorziening 2004-2005 4 Het beleidsplan bouwt vanzelfsprekend voort op het vorige beleidsplan dat de periode 2004-2005 besloeg. De visie en missie in het huidige beleidsplan zijn identiek aan die uit het vorige. Aan sommige doelen uit het vorige plan wordt nog gewerkt. Zij komen dan ook terug in het huidige beleidsplan voor zover ze nog relevant zijn. Een analyse van de resultaten van het beleidsplan 2004-2005 vindt plaats in 2006. 4 Beleidsplan voor de bibliotheekvoorziening van de Katholieke Universiteit Nijmegen 2004-2005. 6

2. Ons doel: de Universiteitbibliotheek als expertisecentrum De UBN wil de ambities van de RU en de missie van het Cluster Facilitair door haar actieve en creatieve inzet ondersteunen. Wij willen ons zo als organisatie binnen de RU ontwikkelen tot een expertisecentrum voor de universitaire bibliotheek- en informatiefunctie. Onze kwaliteit moet blijken uit de tevredenheid van onze klanten over onze producten en diensten en de inhoudelijke expertise en professionaliteit van de medewerkers van de Universiteitsbibliotheek. 2.1 Onze visie en missie: de behoeften van onderwijs en onderzoek centraal In het Beleidsplan voor de bibliotheekvoorziening van de Katholieke Universiteit Nijmegen 2004-2005 zijn de navolgende visie en missie opgenomen. Deze visie en missie gelden ook voor het Beleidsplan 2006-2009: Visie In een omgeving waarin kwalitatief hoogwaardig onderzoek plaatsvindt en modern studentgericht onderwijs gegeven wordt, is de Universiteitsbibliotheek de professionele partner die een geïntegreerde wetenschappelijke informatievoorziening biedt voor de Radboud Universiteit Nijmegen. Aangezien het aanbod van wetenschappelijke informatie qua omvang blijft groeien, in verschijningsvorm gedifferentieerd is en aangeboden wordt door een commerciële sector die steeds verder monopoliseert, werkt de Universiteitsbibliotheek nadrukkelijk samen met faculteiten en collega-instellingen in binnen- en buitenland, met als doel duurzame toegang tot wetenschappelijke informatie. Missie De bibliotheekvoorziening van de RU heeft als primaire doelgroep studenten en medewerkers verbonden aan de universiteit en vervult daarnaast ook een publieke taak. De Universiteitsbibliotheek geeft het partnerschap maximaal vorm door het bevorderen van een inzichtelijk en gedifferentieerd aanbod van wetenschappelijke informatie en realiseert een daarbij behorende adequate, zichtbare en laagdrempelige gebruikersondersteuning die vraaggericht, proactief en efficiënt is ingericht. De Universiteitsbibliotheek stelt de behoeften van onderwijs en onderzoek centraal. Zij onderhoudt nauwe relaties met de faculteiten om het aanbod van wetenschappelijke informatie en het daarbij behorende dienstverleningspakket af te stemmen. De bibliotheek maakt optimaal gebruik van betrouwbaar gebleken mogelijkheden op het terrein van de informatie- en communicatietechnologie. 2.2 Achtergrond: de toekomstige rol van de universiteitsbibliotheek De omgeving waarin universiteitsbibliotheken zich moeten ontwikkelen, wordt gekenmerkt door razendsnelle veranderingen in de informatiemarkt en bij klanten, vooral: de verschuiving van gedrukte naar digitale media; de kostenstijging van wetenschappelijke informatie; de trend naar big deals voor elektronische informatiebronnen; hogere verwachtingen en eisen van gebruikers; toenemende personalisatie van diensten; 7

de trend naar open access diensten op de informatiemarkt. de verwachting van klanten dat de digitale bibliotheek overal bereikbaar is. Over deze trends bestaat grote consensus in de universitaire bibliotheekwereld. Enkele van deze trends worden hieronder verder uitgewerkt. In een bericht van de British Library wordt voorspeld dat in het jaar 2020 in het Verenigd Koninkrijk nog slechts 10% van de nieuwe wetenschappelijke publicaties uitsluitend in gedrukte vorm zal verschijnen. 40% zal alleen digitaal beschikbaar komen, terwijl 50% zowel in geprinte als elektronische vorm verschijnt. 5 Binnen de wetenschappelijke communicatie speelt publiceren in open access een steeds belangrijkere rol. De betekenis hiervan wisselt sterk per vakgebied. Ook deze ontwikkeling is van belang voor de bibliotheekfunctie. De Berlin Declaration on Open Access to Knowledge in the Sciences and Humanities opgesteld in oktober 2003 6 heeft de ambitie om deze ontwikkeling internationaal te stimuleren en op die manier wetenschappelijke informatie breed en zonder financiële drempels voor wetenschappers toegankelijk te maken. Een groot aantal universiteiten in binnen- en buitenland heeft de verklaring inmiddels ondertekend. Het inspelen op deze veranderingen is voor de wetenschappelijke bibliotheken een grote uitdaging, met name op het gebied van collectievorming en bedrijfsvoering. Op het seminar University Libraries: Imagine the Future dat op 22 september 2005 bij de heropening van de gerenoveerde en met de Humaniora collecties uitgebreide Centrale Bibliotheek van de Radboud Universiteit Nijmegen is gehouden, heeft dagvoorzitter Anja Smit, executive consultant bij het Amerikaanse Nelinet, op grond van de veranderende omgeving aanbevelingen gedaan voor meer samenwerking tussen universiteitsbibliotheken, concentratie op wensen en behoeften van studenten en medewerkers, beschikbaarheid van diensten op de desktop van klanten, de inrichting van bibliotheekruimtes als ruimtes voor gebruikers en de ontwikkeling van prestatie- en kwaliteitsstandaarden. Als verwachte toekomstige ontwikkelingen kwamen op deze bijeenkomst naar voren: de verschuiving van gedrukte naar digitale informatie, het bieden van toegang tot informatie, ongeacht of die in de eigen collectie aanwezig is, de veranderende relatie met onderzoekers en docenten, een meer proactieve rol van de bibliotheekmedewerkers en accountability. 2.3 Hoofdlijnen van beleid De ontwikkelingen die in de vorige paragraaf zijn benoemd, leiden voor de bibliotheekvoorziening van de Radboud Universiteit tot de volgende prioriteiten in de planperiode: Een tweesporenbeleid voor de collectievorming: zowel digitaal als gedrukt materiaal wordt verzameld. De verhouding digitaal gedrukt verschilt per wetenschapsgebied (de hybride bibliotheek). Open access wordt als een belangrijke nieuwe publicatievorm voor wetenschappelijke informatie gestimuleerd en de bibliotheek richt een archief (institutional repository) in voor de wetenschappelijke output van de Radboud Universiteit. Informatie wordt aangeboden onafhankelijk van de locatie en in toenemende mate toegesneden op de belangen van de gebruikers. 5 http://www.bl.uk/news/2005/pressrelease20050629.html?emk_web_bmri09_lk13_2005_09_06 6 http://www.zim.mpg.de/openaccess-berlin/berlin_declaration.pdf 8

Daarbij wil de bibliotheek zich ontwikkelen tot expertisecentrum. Onderscheidende kwaliteiten hiervan zijn: Wij zijn klantgericht: Ons werk concentreert zich op de behoeften van onze gebruikers. Het onderkennen van die behoeften gebeurt proactief in samenwerking en partnerschap met de faculteiten en gelieerde onderzoeksinstituten. De UBN biedt een universiteitsbrede informatiedienstverlening ten dienste van de afzonderlijke eenheden. Wij volgen het principe van best practice door nationaal en internationaal aanvaarde standaarden toe te passen op onze diensten en procedures. Wij streven naar kwaliteit door middel van geschikte planningsmethoden, een goede organisatie en het stellen en bewaken van doelen. Wij gebruiken proactief onze kennis en expertise over ontwikkelingen binnen de informatievoorziening, zowel op nationaal als internationaal niveau, om innovatie te initiëren in het belang van betere gebruikersdiensten ten dienste van onderwijs en onderzoek. Het is ons doel om ervoor te zorgen dat wetenschappelijke staf en studenten beschikken over alles wat nodig is om adequaat gebruik te kunnen maken van de wetenschappelijke informatie die zij in studie, onderzoek en toekomstige carrières nodig hebben. Wij bevorderen informatie- en daarmee verwante vaardigheden. Wij communiceren proactief met de academische gemeenschap en studenten over de inhoud van de bibliotheekcollecties en de bijbehorende dienstverlening. Wij zijn een lerende organisatie. Wij waarderen de professionele kennis en de persoonlijke betrokkenheid van ons personeel; wij zien professionele ontwikkeling als een voortdurend proces; wij investeren in mensen. Wij bevorderen samenwerking en partnerschap. Wij zoeken naar kansen om kennis en deskundigheid te delen door efficiënte samenwerking met bibliotheken en andere instellingen in Nederland en in het buitenland. Wij volgen de ingrijpende ontwikkelingen in de informatiemarkt op de voet door actief te participeren binnen (inter)nationale beroepsorganisaties en overlegorganen op het gebied van de wetenschappelijke informatievoorziening. Deze samenwerking is leidend en mede bepalend voor (beleids)ontwikkelingen in de eigen organisatie. De ontwikkeling naar een expertisecentrum impliceert een veranderingsproces. Deze ambitie staat in relatie met kwaliteitsmanagement. Dat vraagt om andere en nieuwe benaderingswijzen en een flexibele insteek ten opzichte van ontwikkelingen. 9

3. Ons aanbod: innovatieve, klantgerichte diensten Uitgangspunt voor onze ambities zijn de behoeften van onze gebruikers. Die willen wij kennen. Zij zijn bepalend voor ons beleid. 3.1 Onze doelgroepen Voor de UBN zijn de primaire doelgroepen: de universitaire gemeenschap (medewerkers en studenten van de RU); de organisatie-eenheden binnen de RU; maar ook de leden van de universitaire gemeenschap die geen gebruik maken van de bibliotheek. De UBN streeft ernaar een partner te zijn voor haar primaire klanten (studenten en medewerkers van de RU). Voor het UMC zijn in het Beleids- en bedrijfsplan Bibliotheek Medische Wetenschappen 1999-2002 de volgende doelgroepen vastgesteld: De Bibliotheek Medische Wetenschappen verzorgt primair de wetenschappelijke en documentaire informatievoorziening ter ondersteuning van het onderwijs en onderzoek van de Faculteit der Medische Wetenschappen en de opleidings- en patiëntenzorgtaken van het Academisch Ziekenhuis St. Radboud. Haar dienstenpakket wordt dan ook primair afgestemd op deze gebruikersgroepen. 7 Voor de UBN is ook de wetenschappelijke gemeenschap buiten de RU van groot belang, waaronder partners en potentiële partners onder universiteitsbibliotheken, andere wetenschappelijke instituten in Nederland en het buitenland. Alumni van de RU spelen in toenemende mate een belangrijke rol bij de beleidsontwikkeling van de RU. Het algemene publiek speelt bij de UBN een secundaire, maar niet onbelangrijke rol. Potentiële sponsoren van de UBN zijn een belangrijke doelgroep voor de externe communicatie. Het directe contact met klanten, die de bibliotheek in grote mate virtueel gebruiken, neemt af. Dit maakt het noodzakelijk extra te investeren in onderzoek naar gewoonten en wensen van de klanten. Ook is extra inspanning nodig wat betreft het actief voorlichten van klanten over nieuwe ontwikkelingen. Enquêtes/analyses van de wensen en eisen van de primaire doelgroepen aan de UBN worden periodiek uitgevoerd. De UBN verzamelt actief informatie over de persoonlijke doelen en verwachtingen van haar primaire doelgroepen. Deze informatie en feedback van klanten (opmerkingen, wensen, complimenten) worden geëvalueerd en dienen als input voor het ontwikkelen en verbeteren van onze producten en diensten. 3.2 De bibliotheek als fysieke publieksruimte Universitaire bibliotheken moeten hun aanwezigheid in de fysieke en virtuele ruimte opnieuw definiëren. De digitalisering van informatie en de zich ontwikkelende verwachtingen van gebruikers hebben gevolgen voor de aard van gebruik van de fysieke bibliotheeklocatie. Vooral in de faculteiten waarin veel literatuur digitaal beschikbaar is, zal de fysieke bibliotheek in de komende jaren meer evolueren naar een studentenbibliotheek. Studenten gebruiken de fysieke bibliotheek voornamelijk als studie- en ontmoetingsplek en 7 Beleids- en bedrijfsplan Bibliotheek Medische Wetenschappen 1999-2002 10

voor het zoeken naar informatie. Hierbij verwachten ze deskundigheid van het aanwezige personeel. Studenten hebben behoefte aan gedifferentieerde studieplekken (individuele- en groepswerkplekken; stilte- en overlegplekken). In een digitale situatie willen ze op alle studieplekken de mogelijkheid hebben om een computer te gebruiken. Zij willen de informatie op locatie optimaal voor digitale doeleinden kunnen gebruiken (integratie in scripties, powerpoint-presentaties etc.). Wetenschappelijke medewerkers benadrukken de vraagbaak- en helpdeskfunctie bij bibliotheekbezoek. Op de fysieke locaties waar sprake is van een hybride situatie (zowel print als elektronisch) komt de attenderings- of zgn. browsefunctie van de bibliotheek optimaal tot haar recht. Medewerkers en studenten van faculteiten zijn gehecht aan de fysieke bibliotheeklocatie in de faculteit. Zij willen bibliotheekzaken in hun bibliotheek kunnen afhandelen. Nabijheid en persoonlijk contact zijn voor hen belangrijk. De fysieke bibliotheek moet een plek zijn waar klanten graag naartoe gaan o.a. om elkaar te ontmoeten. Dit stelt eisen aan de inrichting en de voorzieningen. In de Centrale Bibliotheek wordt het gebruik van de leeszalen nader bekeken, b.v. in het kader van de mogelijke ontwikkeling van learning centres. De UBN formuleert een aantal kernelementen voor de inrichting en maakt deze tot uitgangspunt voor de inrichting van al haar bibliotheeklocaties. Daardoor kan ook campusbrede herkenbaarheid van bibliotheekvestigingen ontstaan. In samenwerking met de faculteiten streeft de UBN naar een fysieke integratie van de traditionele bibliotheekfunctie met het studielandschap. Alle studieplekken bieden de mogelijkheid om gedrukte en elektronische informatie in de bibliotheeklocatie te combineren. Het aanbod aan studieplekken (individuele- en groepswerkplekken; stilte- en overlegplekken) wordt gedifferentieerd. De bibliotheek streeft ernaar in samenwerking met de faculteiten op alle locaties het beheer van de geïntegreerde studieomgeving te faciliteren. In samenhang met de voornemens uit het ICT beleidsplan van de RU 8 wordt in de bibliotheekruimte gezorgd voor aansluiting op het draadloze netwerk van de RU. De UBN onderzoekt de mogelijkheid om in de bibliotheken goede publieksvoorzieningen op te nemen voor het digitaliseren van gedrukte informatie, zoals kleurenscanners, inclusief de software om teksten en afbeeldingen e.d. te kunnen manipuleren. Ook wordt onderzocht of er faciliteiten voor het bekijken/beluisteren van multimediale bestanden in de bibliotheken ondergebracht kunnen worden. Op voldoende werkstations in de UBN worden officetoepassingen aangeboden. Bibliotheekmedewerkers op locatie zijn deskundig m.b.t. de zoeksystemen en kunnen kleine technische problemen met apparatuur oplossen. Ze beantwoorden vragen vriendelijk, accuraat, klantgericht en professioneel. Hierbij wordt tot een bepaald niveau ook vakinhoudelijke deskundigheid verwacht. 3.3 De virtuele bibliotheek: digitale informatie en zoeksystemen Meer en meer wordt de wetenschappelijke informatie in digitale vorm aangeboden. De ontwikkeling tot aanbieding in uitsluitend digitale vorm zet zich vooral door bij de 8 ICT Beleidsplan RU 2005-2009, blz. 22-23 11

tijdschriften en zoeksystemen voor wetenschappelijke informatie. Er zijn wat dit betreft wel aanzienlijke verschillen tussen vakgebieden: in sommige gebieden (natuurwetenschappen, medische wetenschappen, onderdelen van sociale wetenschappen) is er een trend naar een situatie waarin uitsluitend digitaal wordt aangeboden, in andere vakgebieden (humaniora, rechtsgeleerdheid en onderdelen van managementwetenschappen) is veel meer sprake van een hybride situatie. De website van de UBN wordt hierdoor steeds belangrijker als primaire toegang tot wetenschappelijke informatie. Zij biedt directe toegang tot elektronische informatie en indirecte toegang tot informatie in andere vormen. De website zal daarom verder ontwikkeld moeten worden. Vanwege het toenemende aantal buitenlandse studenten en medewerkers wordt het Engelse gedeelte van de website steeds belangrijker. In deze digitale omgeving past ook een professioneel opgezette elektronische informatiebalie, waarin de klanten een duidelijk punt aantreffen waar ze terecht kunnen met hun vragen en opmerkingen, waarin de vraagafhandeling optimaal gestructureerd wordt, en waarin gestelde vragen en gegeven antwoorden bewaard blijven voor een betere toekomstige informatieverschaffing. Zowel medewerkers als studenten willen de bibliotheekvoorzieningen zoveel mogelijk onafhankelijk van tijd en plaats kunnen raadplegen. Op de campus is dit goed geregeld, maar de toegang tot bibliotheeksystemen vanaf plekken buiten de campus wordt als problematisch ervaren. Aan een goed systeem voor authenticatie is dringend behoefte. De UBN ontwikkelt de website op basis van onderzoek. De structuur van de website wordt, samen met een klantenpanel, kritisch bekeken. Daarbij wordt nagegaan of de website op onderdelen klantgerichter kan worden ingericht door bijvoorbeeld een functionele scheiding aan te brengen tussen informatie over de dienstverlening enerzijds en full-text en zoeksystemen anderzijds. De Engelse versie van de website wordt verder ontwikkeld. De website wordt interactiever gemaakt. Waar mogelijk worden klanten uitgenodigd hun mening achter te laten, vragen te stellen, opmerkingen te maken etc. In dit kader past ook de ontwikkeling van een digitale informatiebalie waarin de vraagafhandeling duidelijk gestructureerd wordt en opgedane kennis bewaard blijft. Op korte termijn wordt een systeem voor authenticatie opgezet waarmee het voor studenten en medewerkers van de RU mogelijk wordt op een makkelijke manier vanaf plekken buiten de campus bij de informatie te komen die via de bibliotheek wordt aangeboden. 9 De UBN zet een goede, structurele voorlichting op over nieuwe systemen en zoekmogelijkheden. Middels presentaties in de faculteiten en middels klantenkringen worden de gebruikers permanent betrokken bij ontwikkelingen t.a.v. de bibliotheek. De UBN onderzoekt mogelijkheden informatie uit haar catalogus en andere informatiesystemen prominent in het Internet (b.v. Google Scholar) gepresenteerd te krijgen. 9 ICT Beleidsplan RU 2005-2009, blz. 23 12

In het digitale systeem worden functies ontwikkeld die analoog zijn aan de attenderings- en browsefuncties van klassieke collecties. 3.4 Personalisatie De laatste jaren is er in de bibliotheekwereld veel aandacht besteed aan het onderwerp personalisatie. Meestal gaat het daarbij om het volgende: klanten kunnen eigen selecties maken van zoeksystemen, full-text tijdschriften, zoekresultaten, zoekacties, attenderingen. Als zij inloggen op een bibliotheekportal komen ze in die omgeving terecht. Een andere mogelijkheid is dat gebruik gemaakt wordt van profielen van gebruikers. Op basis van zijn profiel komt de gebruiker binnen in een bepaalde omgeving. Deze kan hij dan verder weer zelf aanpassen. Personalisatie hoeft niet betrekking te hebben op individuele klanten. Het concept is ook toepasbaar op groepen: studenten die eenzelfde opleiding of cursus volgen, vakgroepen etc. Personalisatie wordt vaak gezien als een mogelijkheid voor de bibliotheek om klanten op een meer proactieve manier te benaderen. En het wordt gezien als een middel om de overvloed aan informatie voor klanten te helpen beheersen. Op dit gebied zijn veel succesvolle projecten uitgevoerd. Maar er is ook kritiek. Het blijkt namelijk dat de mogelijkheden waarbij klanten zelf een account met kenmerken in moeten stellen, nauwelijks gebruikt worden. Verder wordt gesteld dat de personalisatie van bibliotheeksystemen vaak op het verkeerde niveau gebeurt: dergelijke diensten moeten worden ingebouwd in meer natuurlijke webomgevingen van medewerkers en studenten: portals op het niveau van de universiteit. Wat betreft personalisatie is de situatie in de bibliotheekvoorziening van de RU als volgt: de UBN is bezig met de implementatie van een bibliotheekportal in Metalib. In dit systeem zijn mogelijkheden voor personalisatie beschikbaar. Gebruikers moeten daarvoor zelf een account aanmaken in Metalib en vervolgens kunnen zij selecties maken van zoeksystemen etc. die voor hen van belang zijn. Mogelijkheden voor personalisatie hoeven niet alleen in digitale diensten gezocht te worden, maar kunnen ook een meer actieve en persoonlijke benadering van wetenschappers en vakgroepen vanuit de bibliotheek betreffen. Als basis voor een programma voor personalisatie wordt een behoefteonderzoek gehouden onder gebruikers waarbij de belangrijkste vragen zijn in welke werk- of studieomgeving gepersonaliseerde bibliotheekdiensten het beste kunnen worden aangeboden en bij welke diensten op het gebied van de wetenschappelijke informatievoorziening behoefte aan personalisatie bestaat. Als de antwoorden op bovenstaande vragen bekend zijn, onderzoekt de bibliotheek op welke wijze en met behulp van welke systemen zij haar diensten op een gepersonaliseerde manier aan kan bieden. Hierin speelt Metalib een rol. Voor het onderbrengen van gepersonaliseerde bibliotheekdiensten in omgevingen van gebruikers (BlackBoard, portals) zijn studie en ontwikkeling nodig. Er worden presentatiebijeenkomsten over nieuwe ontwikkelingen georganiseerd. Deze krijgen expliciet een interactief karakter: het gaat er niet alleen om wetenschappers te informeren over nieuwe mogelijkheden, het gaat er ook om kennis op te doen over hun 13

werkwijzen en praktijken op het gebied van wetenschappelijke communicatie en daarover een zinvolle uitwisseling te hebben. Informatiemedewerkers spelen hierin een belangrijke en meer actieve rol dan tot nu toe het geval is. Een ander aanknopingspunt voor een directe, actieve en persoonlijke benadering van gebruikers is het moment waarop nieuwe wetenschappelijke medewerkers in dienst treden. 3.5 Informatievaardigheden Aan de RU wordt in alle faculteiten in het eerste studiejaar instructie in informatievaardigheden verzorgd. Deze is in het algemeen ingebed in het studieprogramma. Deze instructie is per faculteit opgezet en geregeld. Dat gebeurt steeds in partnerschap met de wetenschappelijke staf. In latere fases van de studie is het aanbod aan instructies in informatievaardigheden wisselend. Bij het opzetten van instructie in informatievaardigheden zijn standaarden meer en meer belangrijk geworden. Die van de Association of College and Research Libraries (ACRL) 10 zijn het meest bekend. Deze normen betreffen: het onderkennen, afbakenen en verwoorden van een informatiebehoefte; het effectief en efficiënt opsporen van informatie; de kritische evaluatie van informatie en bronnen; het effectief gebruik van informatie; de bekendheid met economische, wettelijke en sociale vraagstukken en het volgen van ethische en wettelijke normen bij gebruik van informatie. Deze normen hebben veel invloed gehad bij het inrichten van onderwijs in informatievaardigheden. Ze gaven de bibliotheekinstructie een duidelijke plaats binnen een groter kader van academische vaardigheden en maakten tegelijk duidelijk dat een gezamenlijke inspanning van wetenschappelijke staf en bibliotheek nodig is om ze te realiseren. In 2005 heeft de bibliotheek een inventarisatie laten maken van opvattingen over onderwijs in informatievaardigheden zoals die leven bij bibliotheekmedewerkers, facultaire docenten, onderwijsdirecteuren en een centrale beleidsmedewerker op het gebied van onderwijs. De genoemde ACRL normen zijn hierbij als uitgangspunt gehanteerd. Daarbij is een aantal punten naar voren gekomen: Informatievaardigheden worden als relevant in het kader van de academische vorming beschouwd. Instructie hierin wordt als nuttig en noodzakelijk gezien. De ACRL normen worden breed herkend en gezien als relevant. De uiteindelijke verantwoordelijkheid voor onderwijs in informatievaardigheden ligt bij de faculteit. Van daaruit kan deze gedelegeerd worden naar opleiding en docent. Het onderwijs in informatievaardigheden dient gestalte te krijgen in een partnerschap tussen facultaire bibliotheek en faculteit. De centrale bibliotheekorganisatie kan hierbij een faciliterende rol spelen. 10 Information Literacy Competency Standards for Higher Education. ACRL, 2000 14

Informatievaardigheden dienen te worden opgenomen in de eindtermen van het universitaire onderwijs. Niet direct duidelijk is op welk niveau men dit wenst: universiteit, faculteit, opleiding, cursus. Vanuit de literatuur zijn aanvullend de volgende uitgangspunten bekend: Onderwijs in informatievaardigheden dient geïntegreerd te worden aangeboden in inhoudelijk georiënteerde cursussen of in cursussen waarin een breder scala aan onderzoeksvaardigheden en/of academische vaardigheden aan bod komt. Onderwijs in informatievaardigheden dient geïntegreerd te zijn in het reguliere onderwijsprogramma. Onderwijs in informatievaardigheden dient geëvalueerd te worden. Gezien het belang dat in brede universitaire kring gehecht wordt aan informatievaardigheden streeft de bibliotheek een substantiële inspanning op dit gebied na. Instructies op dit gebied worden in samenwerking met wetenschappelijke docenten opgezet en ingebed in het curriculum. Ze kunnen deel uitmaken van een grotere cursus (inhoudelijk of gericht op onderzoeks- of andere academische vaardigheden). Is dit niet het geval, dan is er een duidelijke link met dit soort cursussen. De verantwoordelijkheid voor de instructie ligt bij de wetenschappelijk docenten. De UBN verzorgt trainingen in zoekvaardigheden. Instructies zijn gericht op vooraf gedefinieerde vaardigheden. Hierbij wordt uitgegaan van de relevante onderdelen van de normen van de ACRL. De vaardigheden worden getoetst. De bibliotheek streeft ernaar om in samenwerking met wetenschappelijke docenten instructies te (blijven) ontwikkelen, in eerste instantie in de volgende fases: het eerste studiejaar; de voorbereiding op de bachelor thesis; de voorbereiding op de master s thesis; onderwijs aan promovendi. In deze instructie kunnen ook alternatieve publicatiemogelijkheden voor deze groep aan bod komen (open access). Vanuit centraal niveau wordt voorlichting gegeven aan onderwijsdirecteuren en andere bij het onderwijsbeleid betrokkenen over het belang van informatievaardigheden en de rol die de bibliotheek hierbij kan spelen. Hierin wordt ook de discussie over eindtermen geëntameerd. 3.6 Institutional repository Een institutional repository is een digitaal archief van de wetenschappelijke output van een organisatie. Door de UBN is de afgelopen jaren in het kader van het DARE-project van SURF [Digital Academic Repositories] gewerkt aan de ontwikkeling van een repository van de RU en de inbedding daarvan in een nationale en internationale infrastructuur. Er is een tijdelijke repository ingericht om de pilots in op te kunnen nemen. In de subfaculteit Biologie is een pilot project uitgevoerd waarin antwoorden zijn gezocht op vragen die 15

spelen bij de ontwikkeling van een universitaire repository. De repository moet nu definitief worden ingericht. Dit laatste heeft ook landelijke prioriteit. SURF heeft onlangs een beroep gedaan op de Colleges van Bestuur van de Nederlandse universiteiten om het optimaliseren van de infrastructuur en de bijbehorende processen van een institutional repository mogelijk te maken. 11 Naast de technische inrichting zal ook het werkproces voor de invoer moeten worden ontwikkeld. Daarbij speelt de koppeling met Metis (het onderzoeksinformatiesysteem van de Nederlandse universiteiten) een belangrijke rol. De UBN gaat onderzoeken hoe zij vanuit haar deskundigheid kan bijdragen aan verbetering van de methoden van gegevensinvoer met betrekking tot wetenschappelijke publicaties in Metis. Metis en DARE zijn belangrijk binnen de universiteitsbrede wetenschappelijke communicatie. Het is een taak van de UBN om hieraan pro-actief en planmatig richting te geven. Omdat er bij de inrichting van de repository gebruik wordt gemaakt van internationale standaarden, zal de UBN kennis moeten opdoen over gebruik van deze standaarden (Dublin Core, XML). Behalve publicaties zijn waarschijnlijk ook andere bestanden geschikt voor opname in de repository, bijvoorbeeld datasets. Belangrijk in dit kader is het verloop van het DONOR project van het ITS (Data Onderwijskundig Nederland Online Research; hierin gaat het om de opname van onderwijskundige datasets in een repository). Bij positief resultaat is het mogelijk de datasets van dit project op te nemen in de repository van de RU. Tenslotte zal de opgenomen content ook beschikbaar gesteld moeten worden op een heldere, uniforme manier. Op dit moment is de repository alleen te raadplegen via het landelijke DAREnet. In het landelijke DARE programma wordt ook expliciet aandacht besteed aan duurzame opslag van het materiaal in de repositories. De UBN benoemt de ontwikkeling van een institutional repository en de vulling hiervan met wetenschappelijke output van onderzoekers van de RU als speerpunten van haar beleid. De UBN benadert de onderzoekers van de RU om de repository gevuld te krijgen met hun publicaties. De nadruk wordt hierbij gelegd op de actuele wetenschappelijke productie. De UBN regelt in samenwerking met organisatieonderdelen van de RU die betrokken zijn bij Metis methodes voor de invoer van metadata en full-text objecten in de repository. De bibliotheek streeft ernaar ook datasets op te nemen in de repository. Een definitieve repository voor de RU wordt ingericht en een zoekinterface hiervoor wordt ontwikkeld. De UBN participeert in een landelijk DARE II-programma waarvoor door SURF middelen worden aangevraagd. 11 Brief van SURF aan het CvB, d.d. 28 september 2005, kenmerk OZ 05.3930 16

De UBN geeft actief voorlichting aan de onderzoekers van de RU over auteursrechtelijke aspecten van publiceren, over het publiceren in open access media en over opname van publicaties in de repository. Er wordt een etalagefunctie ontwikkeld voor wetenschappers van de RU waarvan de publicaties zijn opgenomen in de repository. Hiermee kunnen zij een lijst van opgenomen publicaties in een webpagina tonen. In samenwerking met andere universiteiten en organisaties in Nederland wordt beleid ontwikkeld om de publicaties in de repository duurzaam te bewaren. 3.7 Communicatie en activiteitenprogramma In het Engels worden activiteiten met betrekking tot de externe communicatie vaak als outreach beschreven. Daartoe behoren: het beeld naar buiten, een programma van tentoonstellingen/evenementen, de presentatie van actuele en erfgoedcollecties, fondswerving. Primaire doelgroepen voor de externe communicatie zijn: de universitaire gemeenschap; de organisatie-eenheden binnen de RU; alumni; de wetenschappelijke gemeenschap buiten de RU, waaronder partners en potentiële partners bij UB en, andere wetenschappelijke instituten in Nederland en in het buitenland; alumni van de RU; potentiële sponsoren; het algemene publiek. Als hoofdlijnen bij de externe communicatie kunnen volgende punten gelden: Ondersteuning voor de strategische visie van de RU (nadruk op onderzoek en onderwijs, ambitie tot de leidende universiteiten in Nederland te behoren); aandacht voor de strategische lijnen van het Cluster Facilitair; aandacht voor de ambities van de UBN. Het centrale belang van de UBN bij de realisering van de ambities van de RU zal benadrukt worden. Advocacy: voorlichting over de rol van UBN en haar functies. Het Cluster Facilitair stelt als een doel van de communicatie vast: Creëren van een positieve houding/uitstraling ten opzichte van de dienstverlening en de producten. Een primair doel van externe communicatie moet zijn dat de collecties, dienstverlening en programma s van de UBN intensiever gebruikt worden. Voorlichting over de omgeving waarin de UBN zich ontwikkelt, en de uitdagingen en kansen die deze omgeving biedt: Bovendien is het voor de UBN nodig bij alle stakeholders actief te werven. Doel: het centrale belang van de UBN voor de universitaire gemeenschap uit te leggen en te bevestigen. Een uniform en positief beeld van UBN op de campus centrale en decentrale locaties zal worden nagestreefd. Een motiverend beeld wordt aangeboden: medewerkers van UBN en RU zijn trots op de UBN, de collecties en diensten. De UBN streeft naar een uniform en herkenbaar beeld in de middelen die zij gebruikt in de voorlichting. Op het gebied van de externe communicatie zoekt de UBN samenwerking met het Cluster Facilitair. 17