Werkbezoek Staatssecretaris Bleker bij NVV

Transcriptie

1 Ledenblad Nederlandse Vakbond Varkenshouders nr juni 2011 DeTrog Producentendebat Megastallendiscussie Mineralendossier Werkbezoek Staatssecretaris Bleker bij NVV Op 23 mei was Staatssecretaris Bleker bij ons te gast tijdens een werkbezoek aan de NVV. Het bezoek vond plaats op het varkensbedrijf van de familie Van de Lagemaat in Voorthuizen. Bij de rondleiding op het bedrijf heeft de NVV de staatssecretaris deelgenoot gemaakt van de diverse dilemma s, problemen en uitdagingen waar veel varkenshouders voor staan. Hoofdthema s op dit werkbezoek waren de verplichtingen 2013, het mineralendossier en de onevenwichtige margeverdeling en prijsvorming. De wettelijke verplichtingen die er in 2013 zitten aan te komen, zijn voor veel bedrijven nog steeds problematisch. Het gaat hierbij over een diversiteit aan beperkende factoren waarom men er niet of niet tijdig aan zal kunnen voldoen, zoals ruimtelijke ordening, langzame vergunningverlening, (nog niet) beschikbare techniek, maar ook zeker financiële draagkracht en haalbaarheid. Veel gezinsbedrijven geven aan niet de behoefte te hebben om hun bedrijf te vergroten om zo met interne saldering en meer dieren aan de verplichtingen te voldoen. Men heeft een comfortabele bedrijfsmaat en streeft niet per se groei na. Men wil gewoon een goed en redelijk inkomen met het aantal dieren dat men nu heeft. De NVV heeft de staatssecretaris gemeld dat wij met betrekking tot 2013 nog veel problemen verwachten omdat bedrijven, ook al zou men willen, niet kunnen gaan voldoen. Een bijstelling van beleid zou op zijn plaats zijn. De NVV zal ook minister Atsma van I&M hierop gaan aanspreken omdat ook hij hierover gaat. Ook is uitgebreid gesproken over het gebrek aan eerlijke prijsvorming voor agrarische producten, en natuurlijk in het bijzonder voor varkensvlees. De NVV heeft Bleker op de uitkomsten van het margeverdelingsrapport gewezen en aangegeven dat dit natuurlijk onacceptabel is en dat producenten meer wettelijke ruimte zouden moeten kunnen krijgen om samen te werken en prijsafspraken te maken. Onder de huidige mededingingswetgeving worden we door de NMa, net als de garnalenvissers en andere sectoren, kort gehouden. De diverse onderdelen van de recente NVV visie over prijsvorming zijn ook besproken. Lees verder op pagina 3 >

2 Onthutsend rapport margeverdeling Afgelopen week heb ik het recente rapport waarin het LEI wederom in opdracht van de Rabobank de marges in de keten heeft onderzocht, gelezen. Met stijgende verbazing en verontwaardiging heb ik kennis genomen van de inhoud. Bij de samenvatting en conclusie van het rapport lijkt het wel of het LEI in haar formulering om de hete brij heen draait en geen werkelijk harde conclusies durft uit te spreken. Ik zal hierbij enkele voorbeelden van dit ontwijkende gedrag benoemen. Er wordt gesteld dat de ontwikkeling van het gemiddelde rendement op eigen vermogen in de varkensvleesketen een stabiel beeld vertoont. Ja, dank je de koekoek; het is een bevestiging van het eerdere rapport waaruit bleek dat de primaire sector een negatief rendement op eigen vermogen behaalt. Dat is in schril contrast met onze andere ketenpartners! Ook wordt als een soort verzachtende omstandigheid gemeld dat de 20% beste primaire varkensbedrijven met de hoogste rendementen wel 1,2% rendement op eigen vermogen halen. Gefeliciteerd, zet dat maar af tegen de gemiddelde rendementen van onze ketenpartners: voersector 15,5%, verwerking 17,2% en retail 22,2%. Het is dan ook logisch dat ook de solvabiliteit van de primaire bedrijven de laatste 10 jaar met 8% achteruit is gegaan terwijl deze van de overige ketenpartners is verbeterd, waarbij de voersector winnaar is met een verbetering van 5%! Verder wordt er in het rapport vol trots gemeld dat de agrofoodsector wederom efficiënter is geworden en het voor elkaar heeft gekregen om de Nederlandse consument van nog goedkoper voedsel te voorzien. In 2009 besteedt een huishouden 15,2% ( 3.200,=) van haar huishoudbudget aan haar eerste levensbehoeften tegen 17,6% in En dat terwijl de rendementen in de keten op peil bleven, meldt het rapport. Ik weet wel wie hiervoor de werkelijke prijs heeft moeten betalen. Als oplossingsrichting wordt gesteld dat consumenten alleen maar voor daadwerkelijke toegevoegde meerwaarde zoals voor smaak, gezondheid, gemak, dierwelzijn, rechtvaardigheid en milieu wil betalen. Hierdoor zouden de marges en rendementen in de keten, inclusief die in de primaire sector, kunnen worden gehandhaafd en op onderdelen substantieel kunnen verbeteren. Dan lijkt het mij zaak dat we op het onderdeel rechtvaardigheid de consument en burgers in Nederland, met dit rapport in de hand, eens gaan voorlichten. Daarbij blijft het voor de primaire sector de uitdaging om een groter deel van het aanwezige ketenrendement naar zich toe te trekken, want ik verwacht niet dat na tien jaar stabiel beleid onze trouwe ketenpartners ons meer kruimels gaan toewerpen. Wyno Zwanenburg De voorzitter Nieuw LEI-rapport over rendement in de voedselketen Rendement eigen vermogen Het rapport is door het LEI gemaakt in opdracht van de Rabobank en is een actualisatie van de ketenrendementen in de Nederlandse agribusiness voor varkensvlees, zuivel, groente en fruit. Eenzelfde rapport verscheen eerder al in 2007 en ging toen over de periode In het nieuwe rapport is nu ook gekeken naar de jaren Belangrijkste uitkomst van het rapport is dat de uitkomsten van destijds nog steeds gelden. Varkens Toelevering (voer) 12,2% 15,5% Primair -5,9% -2,9% Verwerking 14,3% 17,2% Retail 26,5% 22,2% Bovenstaande getallen geven het % rendement op eigen vermogen weer. Opnieuw blijkt duidelijk dat alle schakels in de keten een prima rendement behalen, behalve de primaire sector. Ook voor de andere onderzochte sectoren in het onderzoek geldt in grote lijnen hetzelfde. Wat verder duidelijk wordt in het rapport is de afnemende solvabiliteit in de primaire sector. Dit is een logisch gevolg van het negatieve rendement. De komende tijd zal de NVV met het rapport in de hand aandacht vragen voor de slechte rendementen in de primaire sector. Dit zullen we doen door op de koffie te gaan bij ketenpartners. Doel is om de koek te vergroten voor de primaire sector. Het volledige rapport kunt u vinden op onze site. 02 De Trog - nr juni 2011

3 Werkbezoek Staatssecretaris Bleker bij NVV Vervolg pagina 1 Daarnaast is er gesproken over het mineralendossier waarbij Bleker onmiskenbaar het belang van het voerspoor aangaf. Hij vindt dit een cruciaal onderdeel van het (verplicht) verminderen van fosfaat, welke hij richting Brussel nodig heeft. De NVV heeft nogmaals haar bezwaren (onduidelijkheid op impact voerkosten, dierwelzijn en diergezondheid) op het verplichte karakter van het voerspoor uiteengezet en legt meer nadruk op het ver- en bewerken van dierlijke mest en het afzetten van de producten ervan buiten de Nederlandse landbouw. Binnenkort zal de staatssecretaris naar buiten komen met zijn visie op het mineralendossier en zijn standpunt inzake het al dan niet in stand laten van de dierrechten. Ook gaf hij aan dat in het kader van het voldoen aan het productieplafond 2002 zoals door Nederland aan Brussel is toegezegd, het instrumentarium van korten op dierrechten, bijvoorbeeld door middel van afroming bij verplaatsing, nog nader door EL&I wordt bekeken. Dit zou op basis van de huidige wetgeving al mogelijk zijn! De NVV heeft diverse onderdelen uit haar mineralenvisie van vorig jaar naar voren gebracht, zoals het oprichten van een mineralenpromotiebureau. Om hiermee, net als voor andere agrarische producten, internationale markten te bewerken om mineralen te gaan afzetten. Dat moeten we gewoon collectief gaan organiseren om van deze kostenpost een opbrengstpost te maken en de economie (betaalbaarheid) van mestverwerking rendabeler te krijgen. Hier gaan, wat de NVV betreft, de collectieve kosten voor de baten. Ook hebben we nogmaals duidelijk gemaakt dat een ondernemer onmogelijk én in dierwelzijn én in techniek voor milieu én in dierrechten kan investeren, terwijl de consument niet bereid is ervoor te betalen of de andere ketenpartijen er niet voor zorgen dat de varkenshouder hiervoor wordt beloond. De burger heeft steeds meer eisen, terwijl de consument niet wordt gedwongen hiervoor te betalen. Aan het einde van het gesprek heeft NVV voorzitter Wyno Zwanenburg de staatssecretaris uitgebreid geïnformeerd over de positieve BIG Challenge 2011 actie vanuit de varkenshouderij. Inmiddels zijn we de ,= al gepasseerd en hiermee laat de varkenshouderij zich, ondanks de belabberde economische situatie, van haar beste kant zien. Bleker kreeg voor zichzelf en zijn dochter een Varkens zijn Cool t-shirt overhandigd om hiermee ook de varkenssector te promoten. Misschien dat hij deze een keer kan aandoen als hij weer in het programma De Wereld Draait Door optreedt. Pilots mineralenconcentraat De NVV is de laatste twee jaren betrokken geweest bij de uitvoering van de pilots mineralenconcentraat. Deze pilots hadden tot doel om aan te tonen dat stikstofconcentraat (N) gewonnen uit dierlijke mest door middel van een industrieel proces te vergelijken is met K.A.S., kunstmest geproduceerd door middel van een chemisch proces. Dit onderzoek is nodig om N-concentraat op de lijst te krijgen om te worden aangemerkt als Europese meststof. Als dit lukt mag het N-concentraat gewonnen uit dierlijke mest, worden aangewend boven de bemestingsnorm van dierlijke mest in plaats van kunstmest. Per 31 december 2010 zijn de pilots afgesloten. De bedrijven die hebben deelgenomen aan de pilots, hebben voor 2011 een ontheffing gekregen voor het verder produceren en aanwenden van het mineralenconcentraat, zodat deze bedrijven kunnen doordraaien. De NVV heeft er bij EL&I al voor gepleit dat er nu al een ontheffing dient te komen voor 2012 omdat de uitrijperiode loopt tot 15 september, zodat deze deelnemers gewoon kunnen doorproduceren. De onderzoekers zijn nu bezig om alle informatie die de laatste twee jaar is verzameld te verwerken in een eindconcept, dat naar verwachting in juli 2011 naar de Europese Commissie zal worden gestuurd voor beoordeling. Verwachte conclusie Uit de onderzoeken is gebleken dat de werkingscoëfficiënt van stikstof in 2010 beter is dan in 2009: ongeveer 80 tot 90% ten opzichte van K.A.S. Verder blijkt het mineralenconcentraat een stabiel product per installatie te zijn en is deze prima te gebruiken als N-bemesting. Het is echter niet overal even geconcentreerd. Ook zou het mineralenconcentraat aangemerkt kunnen worden als nationale meststof om af te zetten in de regio en zou deze een waardevolle bijdrage kunnen leveren om het mineralenoverschot verder te verminderen. Als er nieuws of ontwikkelingen zijn over de pilots mineralenconcentraat zullen wij u via de Trog op de hoogte houden. De Trog - nr juni

4 Mestverwerking in opkomst De werkgroep Mest en Mineralen van de NVV is recent bijeen geweest en voor deze avond had de NVV, via Coppens Diervoeding, de heer Roger Rammers van AquaPurga International BV bereid gevonden om een presentatie en uitleg te geven over de AquaPurga mestverwerkingsinstallatie. De heer Rammers heeft eerst verteld hoe AquaPurga is ontstaan uit een DuitsNederlandse samenwerking op het gebied van mestverwerking, waterzuiveringen en energieverkrijging uit afval. Hieruit is een nieuw concept ontstaan. Coppens Diervoeding ondersteunt dit initiatief en is ervan overtuigd dat dit een kans voor de sector is om het mestprobleem op te lossen. Werking van het systeem Het is gewenst dat er per locatie waar een installatie wordt geplaatst een minimale hoeveelheid mest op jaarbasis aanwezig is om te verwerken. Dit dient minimaal tussen de en m3 te liggen. Dit is voor enkele grotere bedrijven geen probleem. Kleinere bedrijven kunnen denken aan gezamenlijke mestverwerking. De mest wordt eerst gescheiden en de dikke fractie wordt door AquaPurga overgenomen en op een andere locatie verder bewerkt om te worden afgezet buiten de Nederlandse landbouw. De dunne fractie wordt op het bedrijf zo ver gezuiverd dat het geloosd mag worden op het riool- of oppervlaktewater. Enkele waterschappen zouden inmiddels toezeggingen hebben gedaan om te lozen op het oppervlaktewater. Groot voordeel van dit systeem is dat de varkenshouder geen investering hoeft te doen in de installatie omdat betaald wordt per verwerkte kuub en de varkenshouder volgens de heer Rammers geen werk heeft met de installatie. Op de vraag uit de werkgroep hoe het zit met de mestboekhouding was het antwoord dat de mest wordt overgenomen door AquaPurga voordat deze de installatie ingaat. De verantwoording voor de mestboekhouding is voor AquaPurga. De verwachting is dat door middel van een doorstroommeter de overname op het erf, vanuit de put in de installatie geregeld kan gaan worden. Er zou daarvoor reeds een toezegging zijn gedaan door een ambtenaar van EL&I. Als dit niet het geval is, zal elke vracht die de installatie ingaat afzonderlijk moeten worden gewogen en bemonsterd. De heer Rammers gaf verder aan dat de kosten voor een periode van zes jaar 12,25 per m3 zijn en dat klanten van Coppens Diervoeding een korting krijgen. De heer Rammers verwacht dat AquaPurga in 2011 en 2012 in staat is om in Nederland 120 installaties te plaatsen met een totale capaciteit van ongeveer 2,5 miljoen m3 varkensmest. Dit zou betekenen dat AquaPurga in staat is om het fosfaatoverschot met 10 miljoen kg per jaar te verminderen en af te zetten buiten de Nederlandse landbouw. Als er nieuws of ontwikkelingen zijn over de AquaPurga mestverwerkingsinstallatie of als er open dagen worden georganiseerd, zullen wij u via de Trog op de hoogte houden. Meer informatie kunt u vinden op de website Het gebruik van antibiotica in de varkenshouderij in Noord-West Europa moet fors terug gedrongen worden. Met onze producten en concepten is Provimi in staat, samen met u, bij te dragen aan een gezondere varkenshouderij. Focus op gezondheid, uniformiteit en daarmee all in - all out staat bij ons bovenaan. Laat u nu informeren wat Provimi voor u kan betekenen. T + 31 (0) E info@provimi.nl I

5 Varkenshouderij roept kabinet op tot daadkracht in mineralendossier Zoals in de vorige Trog gemeld, werken momenteel de NVV en de vakgroep varkenshouderij van LTO op het mineralendossier zoveel mogelijk samen. Ons gezamenlijke doel is om de huidige onwerkbare en veel te dure mineralenwetgeving aangepast te krijgen. Hierbij erkennen beide organisaties dat de veehouderij in Nederland, en de varkenshouderij in het bijzonder, op een keerpunt van keuzes staat. Een belangrijk item is de verdere verduurzaming van de sector in combinatie met een beter bedrijfsrendement. Doorbraken in het mineralendossier moeten hieraan bijdragen. De coalitie van NVV en LTO Nederland roept het kabinet dan ook op tot een voortvarende uitvoering van het tienpuntenplan 5 e Actieprogramma Nitraatrichtlijn; landbouw als motor voor een nieuwe groene economie dat eind 2010 door de kamerfracties van CDA, VVD en PVV is aangeboden aan de staatssecretarissen Bleker en Atsma. Vanuit de varkenshouderij willen NVV en LTO Nederland samen de volgende punten uit het aangeboden plan nog eens extra benadrukken, dan wel verbijzonderen: De Nederlandse veehouderij slaat de handen ineen om te komen tot het produceren van kunstmestvervangers en bodemverbeteraars. Ze wil hiermee bodem- en waterkwaliteit verbeteren en de mineralen tot waarde brengen. Het kabinet kan en mag hierbij niet achterblijven of aan de zijlijn staan. Investeringen in dierrechten belemmeren financiering van echte duurzaamheidslagen: laat ondernemers oplossingen kiezen zonder in gebakken lucht te investeren, maar wel in de verwerking van de mineralen. De strikte scheiding tussen mest en kunstmest draagt niet bij aan een beter milieu: stel het mineralengebruik afhankelijk van de werking en niet van de mestsoort. Oplossing zou zijn om de totale stikstofgebruiksnorm te mogen invullen met dierlijke mest en/of producten uit mestbe- en -verwerking, om zo het kunstmestgebruik te vervangen door meststoffen afkomstig uit dierlijke mest. Voor een aantal bedrijven kan het beter benutten van het voerspoor helpen het mineralenoverschot te verkleinen. Mestverwerking is en blijft noodzakelijk. Voor verwerkers is een gegarandeerde aanvoer noodzakelijk om de installatie rendabel te kunnen exploiteren. Een wettelijke basis waarin geregeld is dat bedrijven met een mineralenoverschot verplicht moeten gaan verwerken, is noodzakelijk. De verplichting wordt gefaseerd ingevoerd qua regio en qua doelstelling per regio. Dat is belangrijk voor draagvlak onder de veehouders, maar ook om gefaseerd de verwerking te kunnen invoeren. Op deze basis ontstaat een systeem waarbij de investeerders in verwerking via de markt worden beloond. Kennis en informatie over mestbe- en -verwerking dienen op een laagdrempelige manier ter beschikking te worden gesteld. Technische informatie over mestverwerkinginstallaties en producten hieruit kan via de proefboerderijen ontwikkeld en verspreid worden. Voor promotie en toegang tot nieuwe markten dienen nieuwe faciliteiten te worden ontwikkeld. Export verlaagt op korte termijn de druk op de mestmarkt. Zorg daarom voor praktische exportregelgeving en het opheffen van handelsbelemmeringen. Een aantal Europese milieurichtlijnen, de Nitraatrichtlijn voorop, zijn hopeloos verouderd en niet toegesneden op de moderne Nederlandse veehouders. Trek daarom alle overbodige EU-richtlijnen in. Beleidswijzigingen in EU-verband kunnen niet eerder dan per 2014 worden doorgevoerd. Ondernemers willen echter nu aan de slag. Sta daarom per 2012 op 5% van het Nederlandse areaal (oftewel ha) experimenteerruimte met be- en verwerkte mest toe. NVV en LTO doen een dringend beroep op het kabinet om deze punten, op hoofdlijnen reeds ingebracht door een Kamermeerderheid, over te nemen en voortvarend uit te voeren. Recent zijn de genoemde punten in overleg met EL&I bij de beleidsmakers maar ook bij diverse politici nogmaals onder de aandacht gebracht. Het ministerie van EL&I is recent een dialoog megastallen gestart. Ze hopen hiermee een helder beeld te krijgen van alle visies op de gewenste ontwikkeling van de veehouderij in Nederland. Staatssecretaris Henk Bleker wil graag weten welke relaties de burgers zien tussen de grootte van stallen en de mogelijkheden om te ondernemen, de wijze waarop er voor melkkoeien, varkens, kippen en melkgeiten wordt gezorgd en de gevolgen die er zijn voor volksgezondheid, milieu en landschap. Hans Alders is gevraagd om deze dialoog te leiden. De uitkomsten worden meegenomen door staatssecretaris Bleker die, eind deze zomer, met een visie op schaalvergroting en megastallen in Nederland komt. NVV roept u dringend op! Naast diverse bijeenkomsten is er ook een internetsite gelanceerd waar ook varkenshouders en hun gezinsleden kunnen meediscussiëren en een mening geven. Op kunt u zich aanmelden en zich in de discussie mengen. De NVV vindt het zeer belangrijk dat hier zoveel mogelijk varkenshouders aan het woord komen en hun mening weergeven om zo ook een geluid te laten horen vanuit de varkenshouders. De Trog - nr juni

6

7 EnerVatiestal De kosten voor energieverbruik op een varkensbedrijf nemen toe naarmate de prijzen voor energie stijgen. Om het energieverbruik op varkensbedrijven te verlagen zijn al veel technieken beschikbaar. Ook zijn er technieken inzetbaar om op het bedrijf zelf (duurzaam) energie op te wekken. De Commissie varkenshouderij van het PVV heeft voor 2010 en volgende jaren als een van de hoofdthema s gekozen: de energieneutrale stal. Dit thema is een meerjarig project. Binnen dit thema wordt gewerkt aan verschillende projecten, waaronder de EnerVatiestal; waar ENERgie en innovaties samenkomen. In dit project worden ideeën op het gebied van energiebesparing uitgewerkt. In 2010 zijn onder andere de volgende technieken geïnstalleerd en uitgevoerd. LED-verlichting in varkensstallen LED-verlichting is zuiniger voor wat betreft energieverbruik. Er zijn nog weinig ervaringen met dit type verlichting in varkensstallen en de ervaringen die er zijn spreken elkaar tegen. In Sterksel zijn twee afdelingen ingericht met LED-verlichting. Een afdeling met normale LED en één met mesophisch LED-licht. Op basis van de ervaringen tot nu toe zijn er geen verschillen te bemerken tussen beide typen LED-verlichting. Wel is er duidelijk een besparing op het energieverbruik. Ten opzichte van een vergelijkbare afdeling met 144 vleesvarkens geeft LED een besparing van ± 40%. Beide typen LED worden niet als hinderlijk ervaren. In tegenstelling tot ervaringen uit de praktijk zijn de ervaringen tijdens de demo s erg positief. Het wordt ervaren als prettige en goede lichtkwaliteit (meer natuurlijke kleur). Naast de LED-verlichting is ook de zogenaamde T5-verlichting aangebracht. Dit is een TL-buis die oude buizen kan vervangen maar die geen starter nodig heeft. Daarnaast is deze ook energiezuiniger: 28% besparing ten opzichte van de normale TL. Dak kalken Om zonne-instraling en opwarming te voorkomen worden in de tuinbouw kassen tijdens de zomermaanden voorzien van een witte kalklaag. Het is een vrij eenvoudige ingreep om dit ook bij varkensstallen te doen. Begin juli 2010 is een kwart van het totale dakoppervlak van de vleesvarkensstal in Sterksel bespoten met kalk. Uit metingen blijkt dat de temperatuur in de dakspouw hiermee 4-5 C kan worden verlaagd. De kalk is relatief lang blijven zitten. Biggennestverwarming Er is veel laagwaardige warmte beschikbaar op een varkensbedrijf vanuit de ventilatielucht. Deze warmte zou goed kunnen worden gebruikt voor het verwarmen van een biggennest. Om deze warmte efficiënt te benutten zou de inrichting van het biggennest moeten worden aangepast. Vormen waaraan is gedacht zijn biggenkommetjes of een warmtepaal. Voor deze vormen zijn diverse ontwerpen gemaakt, echter zonder een bevredigend resultaat. In 2011 wordt de mogelijkheid nog bekeken om de verwarming in te bouwen in de hokwand. Komend jaar worden diverse ideeën uitgetest in de praktijk. Er zal onder andere worden gekeken naar nieuwe zonnepanelen die zowel warmte als stroom produceren. Hierdoor wordt de totale efficiëntie sterk verhoogd. En er zal worden onderzocht of het laten zakken van de temperatuur bij gespeende biggen door een nevelinstallatie energiebesparing oplevert met behoud van technische resultaten. In de EnerVatiestal worden relatief kleine projecten uitgevoerd die direct invloed kunnen hebben op energiebesparing. Ideeen vanuit de praktijk kunnen worden doorgegeven aan de NVV. Constructief overleg met TrusQ over leveringsvoorwaarden De NVV heeft afgelopen maand een overleg gehad met bestuursleden van TrusQ over de vragen die de NVV heeft over de huidige leveringsvoorwaarden. Directe aanleiding was een gerechtelijk vonnis over een aansprakelijkheidsvraag bij een veevoerverontreiniging. Tot hoever gaat de eigen verantwoordelijkheid van de ontvanger (varkenshouder) en waarop kan/mag de leverancier worden aangesproken. TrusQ en Safe Feed gaan op korte termijn in elkaar op in de nieuwe organisatie Trust Feed. In Trust Feed zullen Nederlandse en Belgische mengvoederfabrikanten en handelaars in enkelvoudige droge en vochtige diervoeders samenwerken om de voedselveiligheid van aan te kopen diervoedergrondstoffen te garanderen. De kernactiviteit blijft het waarborgen van voedsel- en diervoederveiligheid. Instrumenten die daarvoor gebruikt worden, zijn risicobeoordeling van grondstoffen, beoordeling van leveranciers en producenten door audits en monitoring van grondstoffen door analyses. Uit het gesprek is duidelijk geworden dat op dit moment Nevedi (de overkoepelende organisatie van veevoerproducenten) bezig is nieuwe leveringsvoorwaarden te gaan opstellen. Vervolgens is het dan de bedoeling dat deze nieuwe leveringsvoorwaarden door alle veevoerproducenten gehanteerd zullen gaan worden. In ieder geval zullen alle Safe Feed deelnemers de nieuwe Nevedi leveringsvoorwaarden gaan hanteren. Er is aangeboden om ook de NVV bij het proces van de nieuwe leveringsvoorwaarden te betrekken. Uiteraard zullen wij van dit aanbod gebruik gaan maken omdat het voor de NVV belangrijk is dat bij een veevoercalamiteit de positie van de afnemer (varkenshouder) die geen blaam treft, voldoende is beschermd. De Trog - nr juni

8 Marktnieuws Biggen De biggenmarkt ontwikkelde zich zijwaarts in de afgelopen periode tot week 20. Door de aantrekkende vleesvarkensprijzen bleef de vraag naar biggen goed op niveau en zo ook de biggenprijs. Hoewel ook de biggenprijs veel te laag was voor de vermeerderaar, was een onveranderde notering het hoogst haalbare in die periode. Het aanbod van biggen nam wat toe, maar ze werden wel geplaatst. Toen in week 20 en 21 de vleesvarkensprijzen in totaal 0,12 daalden, zakte bij de vleesvarkenshouders snel het vertrouwen en begon het zoeken naar het vaste punt in de opbrengstprijs weer. In enkele weken verlaagden de biggenprijzen met 5,= per big naar een niveau van 43,=. De verwachting is dat als de vleesvarkensprijzen weer aantrekken er een stabilisatie kan ontstaan in de biggenprijzen. Hierbij is het erg belangrijk dat er voldoende biggen worden opgelegd. DGB verwacht dat er nog enkele verlagingen kunnen volgen als de vleesvarkensmarkt niet erg vlot aantrekt. Deze verlaging kan dan nodig zijn om de handel aan de gang te houden. Het is erg belangrijk dat in een moeilijke afzetmarkt de biggen niet worden doorgeschoven, maar worden geplaatst, omdat dezelfde koppels anders extra boven de markt blijven hangen. De komende tijd zal er meer druk komen op de opbrengstprijzen van de biggen, omdat het aanbod weer toeneemt. Daarnaast wachten gelegenheidsstallen in binnen- en buitenland het juiste moment af om de hoogste opbrengstprijs te zoeken wanneer deze biggen slachtrijp zijn. DGB rekent voor de komende periode maximaal op een stabilisatie van de prijzen, maar door het toenemende aanbod is een prijsdruk niet ondenkbaar. Uit de DGB database: NVV Biggenprijs = notering: verwachtingsprijs voor een big van 25 kilogram inclusief btw. Wordt wekelijks op vrijdag bekend gemaakt. Toeslagen en kosten zijn in de notering verwerkt. Gemiddelde koppelgrootte is biggen per koppel. Voor week 15 t/m 18 is de gemiddelde NVV Biggenprijs uitgekomen op 46,= DGB BPO-prijs = gemiddeld door de BPO-deelnemers behaalde prijs per big (inclusief btw, big van 25 kilogram). Gemiddelde koppelgrootte is biggen per koppel. Voor week 15 t/m 18 is de gemiddelde DGB BPO-prijs uitgekomen op 50,14 Voor meer informatie kunt u telefonisch contact opnemen met DGB via telefoonnummer of stuurt u een naar algemeen@dgbbv.nl. Bezoek ook eens onze website: tabblad DGB Advies. DGB Advies begeleidt u naar een hogere varkens- of biggenprijs! Onduidelijkheid over opbrengstprijzen In de varkenshouderij bestaat veel onduidelijkheid over de varkens- en biggenprijzen. DGB Advies komt dagelijks in contact met varkenshouders welke druk bezig zijn in hun bedrijf, maar zich niet bewust zijn van de varkens- of biggenprijzen die bij hun bedrijf horen. Door een tekort aan kennis over de marktsituatie en door te weinig ervaring met onderhandelingstechnieken, is het voor varkenshouders erg moeilijk om de juiste waarde voor hun varkens of biggen te bepalen. De afnemer die wekelijks of maandelijks over de vloer komt, wordt dan vaak gezien als de persoon die hen adviseert. Hierbij is het echter belangrijk om in gedachten te houden dat het eerste doel van een handelaar niet is de varkenshouder een maximale prijs te betalen, maar dat het zijn ambitie is zèlf zoveel mogelijk geld te verdienen. Wat biedt DGB Advies Een solide, duidelijk en passend advies, gericht op uw individuele situatie. DGB Advies geeft persoonlijk advies op maat, bij u thuis aan de keukentafel. Adequaat advies kan onmogelijk alleen via de telefoon gegeven worden, is dan ook een duidelijke stelling van DGB Advies. Voorbereiding is tevens een sleutelwoord bij het komen tot een goed advies. DGB Advies biedt u een pakket op maat aan, waarbij wij via analyses van onder andere uw huidige situatie, uw persoonlijkheid, uw afnemer en uw wensen er, samen met u, voor gaan zorgen dat u een hogere opbrengstprijs behaalt voor uw varkens of biggen. Wij zijn pas tevreden wanneer u een hogere opbrengstprijs voor uw varkens en biggen ontvangt. Wilt u meer informatie? Als u interesse heeft in DGB Advies of u wenst meer informatie, dan kunt u vrijblijvend contact met ons opnemen via telefoonnummer: Natuurlijk kunt u ons ook en: algemeen@dgbbv.nl of bezoek onze website: tabblad DGB Advies. 08 De Trog - nr juni 2011

9 Marktnieuws Vleesvarkens De vleesvarkensprijzen ontwikkelden zich rond en na Pasen positief. In deze periode is er geregeld een slachtdag minder, maar ook voor de beperkte slachtcapaciteit waren er niet te veel varkens. Door een vlotte vraag naar vlees en een beperkt aanbod van vleesvarkens was er een goed vooruitzicht te maken richting de zomer. Het vlees in de Particuliere Opslag kwam begin mei langzaam los, maar dit vlees wordt hoofdzakelijk buiten Europa afgezet en zal dus nagenoeg geen invloed hebben op de prijzen in de versvleesmarkt. De vleesvarkensprijs steeg in deze periode naar 1,61 per kilogram geslacht gewicht. In de marktberichten, die deelnemers aan VPO na het inloggen in Mijn DGB kunnen zien, wordt wekelijks uitleg gegeven over de marktsituatie in de afzet van varkens. De marktspecialisten van DGB analyseren wekelijks verschillende data en combineren deze met hun kennis en ervaring over de vraag- en aanbodontwikkelingen van varkens en biggen, om zo de NVV Producenten Referentieprijs te bepalen. In week 20 wisten de slachterijen een verlaging van de vleesvarkensprijzen op een onverantwoorde manier door te voeren. Tönnies in Duitsland liet een week ervoor het bericht uitgaan om met 0,08 te verlagen en werd gezien als de boosdoener. De gehele varkenswereld praatte hen na als een stel papegaaien en de verlaging werd een week later ook nog geaccepteerd. Vorig jaar was VION Nederland degene die de markt als eerste kapot praatte. Dit jaar werd de schuld dus bij Tönnies gelegd, maar alle slachterijen volgden de verlaging en minachtten dus op dezelfde manier de varkenshouders. VION Nederland heeft vorig jaar in haar eigen blad zelfs gemeld dat men een dergelijke manier van verlaging volgend jaar (2011) niet zou doen, maar komt die afspraak niet na. De varkenshouders moeten zich onderhand echt gaan afvragen of ze nog zaken willen doen met bedrijven die neerkijken op varkenshouders. Een onveranderde notering tijdens deze stabilisatie in de afzet zou een stabiele aanvoer hebben gegeven, de vleeshandel zou worden ondersteund en het vertrouwen van de varkenshouder zou in stand zijn gehouden. Nu laat men zien dat men niet wil samenwerken met zijn klanten aan de varkenshouderszijde. De verlaging van 0,08 in week 20 werd in week 21 gevolgd met een verlaging van 0,04 door de Duitse ISN en de Duitse slachterijen. DGB legt een bodem in de markt door de NVV Producenten Referentieprijs (met pijn in ons hart) te verlagen met 0,02 cent. Een onderbouwing voor de verlaging van deze weken is in de markt echter niet te vinden. Het aanbod is niet ruim, de varkens worden vlot opgenomen en de vleesafzet loopt goed door, maar wordt in prijs naar beneden gezet omdat de slachterijen veel goedkoper varkens inkopen. We zien jaarlijks terugkomen dat slachterijen zonder reden verlagen en ook nu is het weer gebeurd. DGB veroordeelt de onnodige verlaging van de opbrengstprijzen en concludeert na analyse van de ontwikkeling van vraag en aanbod, dat de prijzen na week 21 weer omhoog gaan en is hier stellig van overtuigd. Uit het doorvoeren van niet onderbouwde verlagingen door de slachterijen in de varkenshouderij, kan worden opgemaakt dat ze blijkbaar niet beschikken over data of specialisten die bepaalde data op de juiste wijze kunnen interpreteren. De verlaging die nu is weggezet is onnodig, omdat na analyse van diverse data met grote betrouwbaarheid te zeggen is dat een week later de markt zich herstelt. De wijze waarop de slachterijen bij de inkoop van varkens met de varkenshouder omgaan, zorgt voor een wisseling in de aanvoer, forse prijsverschillen van week tot week en het verdwijnen van het laatste beetje vertrouwen van de varkenshouders in hun afnemers. Voor een varkenshouder is het onmogelijk om goed te kunnen samenwerken met bedrijven die een geheugen hebben als een mug en die niet de nodige stabilisatie in de prijzen brengen op momenten dat de handel iets moeilijker loopt. DGB kan jammer genoeg op dit moment alleen nog maar concluderen dat de slachterijen in Nederland totaal geen meerwaarde meer hebben voor de varkenssector en door de langere herstelperiode als gevolg van de forse verlagingen van de slachterij- en handelsnoteringen zullen varkenshouders een fors gedeelte van de hogere opbrengstprijs missen deze zomer. Uit de DGB database NVV Producenten Referentieprijs = verwachtingsprijs voor een standaardvarken van 90 kilogram, 56% vlees, type A, inclusief toeslagen, minus alle kosten. Voor week 15 t/m 18 is de gemiddelde NVV Producenten Referentieprijs uitgekomen op 1,565 DGB VPO-prijs = gemiddeld door de deelnemers in de DGB database behaalde prijs (op basis van handelsafspraken, per kilogram, standaard varken 90 kilogram, 56% vlees, type A). Voor week 15 t/m 18 is de gemiddelde DGB VPO-prijs uitgekomen op 1,561 Algemene Ledenvergadering NVV Op maandag 20 juni a.s. om uur vindt onze jaarlijkse Algemene Ledenvergadering plaats. Noteer de datum vast in uw agenda. De NVVleden ontvangen binnenkort de uitnodiging hiervoor. adverteren? Heeft u interesse om te adverteren in onze nieuwe fullcolor Trog? Neem dan contact op met de NVV: info@nvv.nl De Trog - nr juni

10 Consument weet nauwelijks wat de varkenshouder ontvangt In februari hebben leden van de NVV actie gevoerd bij supermarkten, verspreid over het land. De NVV is van mening dat het vlees in de supermarkten duurder verkocht moet worden. In de gesprekken die de actievoerders met de supermarktmanagers hebben gehad, is ook gesproken over het koopgedrag van het winkelend publiek. Daar kwamen de volgende vragen naar boven: is de consument bereid om wat extra te betalen voor het vlees? En weet de burger die koopt bij de supers eigenlijk wel wat de producent/boer ontvangt voor het product vlees? Een goed antwoord op deze vragen krijgen is niet eenvoudig. Want wat doe je als men zegt bereid te zijn een paar cent meer te betalen, maar vervolgens de knip dichthoudt, terwijl de aanbiedingen in de shopper glijden? Het lijkt erop dat de consument kwaliteit wil voor een schappelijke prijs. Graag ook nog het woord duurzaam erbij. Marge belangrijkst Dat er nogal wat bij komt kijken om vlees te produceren, wordt vaak snel vergeten. Het liefst heeft men dat er volgens allerlei regels wordt geproduceerd. Dat kan! Maar dan moet er wel voor worden betaald. Immers, de varkenshouders moeten ook verdienen en hun marges halen. Alle schakels die volgen na de varkenshouder pakken hun deel van de marge. De hoogte van de inkoopprijs is voor hen vaak van minder belang als men zelf maar omzet draait, vermeerderd met de toegevoegde waarde (bijvoorbeeld transport, verpakking etc.). Het vlees wordt uiteindelijk voor een veel hoger bedrag verkocht dan dat de boer ervoor ontvangt. Het is ook logisch dat een product duurder wordt als er een bewerking op plaatsvindt. Wat niet logisch is, is dat de boer de varkens weg moet doen voor een prijs die onder de kostprijs ligt. Wat ontvangt een varkenshouder? Al met al kom je zo tot de volgende stelling: De consument heeft geen idee hoe vaak een kilo vlees over de kop gaat voordat het over de toonbank vliegt. O.a. regio Achterhoek heeft onder aanvoering van haar regiovoorzitter Johan Walvoort de kennis van de consument getest. Aan de supermarktbezoekers is tijdens de acties gevraagd: U koopt een varkensvleespakket van 7,= in de supermarkt. Hoeveel ontvangt de varkenshouder daarvan? De ingezonden antwoorden liepen uiteen van 0,22 tot 2,75. De door ons toen vastgestelde prijs was 1,40. Wat opviel waren de reacties van de inzenders. Degene die dacht dat de boer 0,22 ontving, vond dat blijkbaar heel normaal: een kilo varkensvlees voor de prijs van 1 minuut mobiel bellen. Diegene die 2,75 schreef, meende dat export de prijs bepaalde, maar vond wel dat de boer een goed belegde boterham hoorde te verdiende. Enkele mensen die zich hadden verdiept in de acties van de varkenshouders en de folders goed hadden gelezen, kwamen met een goed antwoord. De inzender van het juiste antwoord heeft een gesponsord vleespakket met een winkelwaarde van 50,= ontvangen. Wij wensen dit gezin veel genoegen toe met het vleespakket. Betere opbrengstprijs In de aprilvergadering van het Landelijk Bestuur (LB) is de NVV visie op Europese prijsvorming van varkensvlees vastgesteld. Het LB heeft daarbij het Dagelijks Bestuur (DB) gevraagd deze visie zo breed mogelijk in Europa uit te dragen en zich in te zetten om deze ook daadwerkelijk te realiseren. Drie speerpunten De NVV heeft drie speerpunten benoemd: 1. Regulier prijsoverleg tot stand brengen Een overleg tussen producenten en afnemers, met een Europese marktmeester, die op basis van actuele marktinformatie inzake vraag/prijsniveau/aanbod/kosten aangeeft binnen welke bandbreedte de opbrengstprijs voor de varkenshouders zou moeten liggen. Een dergelijk overleg en prijsafspraak zijn alleen maar mogelijk als zowel de voordeur (volume eigen Europese productie) als de achterdeur (van buiten de EU-lidstaten) worden dichtgehouden. Dan is ook een directe relatie tussen de grondstofkosten (voer) en de opbrengstprijs mogelijk. 2. Aanpassing van de EU-kartelwetgeving Zodat het voor producenten mogelijk wordt om prijsafspraken te maken. Dat zou mogelijk moeten zijn in zowel een samenwerkings- als een integratieverband. De NVV veronderstelt dat als varkenshouders nog meer in samenwerkingsverbanden en integraties gaan werken, er een betere prijsonderhandelingspositie mogelijk is om een meeropbrengst te bewerkstelligen om zo aan de maatschappelijke eisen te kunnen voldoen. Hiervoor dient dan wel de Europese kartelwetgeving te worden aangepast. 3. Productieregulering Doordat in de Europese landen het einde van de groei van de varkensstapel door allerlei maatschappelijke beperkingen die worden opgeworpen lijkt te zijn bereikt, is de tijd rijp voor Europese productieregulering en prijsoverleg. Dit is ook de sleutel om tot een evenwichtigere verdeling van de marges in de varkensvleesketen te komen en moet leiden tot een betere prijsonderhandelingspositie voor de producenten. Voorwaarde is wel dat de Europese markt met haar eigen aanvullende eisen afgeschermd dient te worden voor varkensvlees van buiten de EU. 10 De Trog - nr juni 2011

11 Producentendebat Als logisch vervolg op het rendementsdebat van drie jaar geleden organiseerde Johnny Hogenkamp namens FarmFocus recent het eerste producentendebat. Ruim 150 varkenshouders, die 10% van de varkensstapel vertegenwoordigden, waren naar Dalfsen gekomen om deel te nemen aan dit debat. De varkenshouderij staat op dit moment op een kruising en er zullen keuzes gemaakt moeten worden welke richting we opgaan. Het rendement is namelijk al vele jaren te laag. Dalingen van de opbrengstprijzen en stijgingen van de kosten worden al jaren opgevangen door goed ondernemerschap. Door schaalvergroting, arbeidsefficiëntie en sterke verbeteringen van de technische resultaten konden varkenshouders de kostprijs steeds drukken, echter dit heeft niet veel geholpen aangezien de opbrengstprijs de kostprijs volgt. Gevolg hiervan is dat de marges niet toenemen en dat betekent dat het voor heel veel varkenshouderijbedrijven nu twee voor twaalf is. Zelfs bij bedrijven die structureel 125% voerwinst weten te realiseren, wordt er te weinig marge gemaakt en dit al vier jaar lang. Het net verschenen onderzoek van LEI-Rabobank naar rendementsverdeling in de agrofoodsector bevestigt dit beeld en dat terwijl er genoeg in de varkenssector wordt verdiend, gezien de marges in de rest van de keten. Het zal duidelijk zijn dat dit geen duurzame ontwikkelingen zijn en dat de marges groter moeten worden op de primaire varkensbedrijven. Met andere woorden, de koek moet groter en dat extra stuk moet bij de varkenshouders terecht komen. Er zijn verschillende wegen die naar oplossingen kunnen leiden en die elkaar ook kunnen versterken. Maar dat zal niet vanzelf gebeuren, omdat andere ketenpartijen onvoldoende prikkels en belang hebben om de huidige situatie te veranderen. Wyno Zwanenburg was een van de inleiders en ging in op productieregulering op EU-niveau wat een hogere opbrengstprijs geeft. Tevens zou er een soort Europese marktmeester kunnen komen die prijsvorming en margeverdeling zou kunnen controleren en sturen. Maatschappelijke eisen en kosten zullen door de Europese consument moeten worden betaald. Jan Schuttert van het gelijknamige Handelshuis gaf aan dat de prijsvorming terug moet naar het boerenerf. Een zeer grote gezamenlijke bundeling in verkoop, samen met een goede ketenregisseur, zal de regie terugbrengen op het boerenerf. Een onderdeel hiervan zou een langere termijn prijs kunnen zijn. Op deze manier worden de prijsrisico s verdeeld en zal er een stabielere prijs worden genoteerd. Dit is van belang voor zowel de varkenshouder als de slachterij en retail. Een andere manier om tot een beter rendement te komen, is vergaande samenwerken tussen varkenshouders. Leon Knoops van FamilyFarmers gaf aan dat een zeer strakke en gedisciplineerde samenwerking altijd een betere marge geeft dan je als individuele varkenshouders krijgt. Door een strakke aanpak zijn faalkosten weg te werken en ontstaat er een goede en sterke handelspositie met andere ketenpartijen. Johnny Hogenkamp pleitte voor betere en meer gestructureerde samenwerking tussen alle ketenpartijen. Er worden onnodige kosten gemaakt die uiteindelijk allemaal dienen te worden opgebracht door de varkenshouders. Om het bedrijfsleven en vooral varkenshouders met elkaar in contact te brengen is FarmFocus ontstaan. Varkenshouders kunnen zich gratis aanmelden en ontvangen een persoonlijk digitaal portaal op In dit portaal kunnen varkenshouder en ketenpartners informatie uitwisselen. Het is echter de varkenshouder zelf die bepaalt wie er toegang heeft tot het eigen portaal. Voor varkenshouders is het tevens zeer eenvoudig om collega-varkenshouders te zoeken en te vinden voor samenwerking. Hier moet worden gedacht aan clusters die met elkaar dezelfde dierenarts hebben of leveren onder dezelfde voorwaarden, zoals Starconcept of afzet van biggen naar Duitsland. Op dinsdag 31 mei, 7 juni en 14 juni worden om uur in Dalfsen de eerste clusterbijeenkomsten gehouden. Er wordt gestart met specifieke avonden voor zeugenhouders, vleesvarkenshouders en Starproducenten. Het idee achter FarmFocus is om door samenwerking weer zelf de regie terug te krijgen op het boerenerf en hierdoor meer rendement te kunnen creëren. De NVV ondersteunt deze gedachte en roept varkenshouders dan ook op om zich bij FarmFocus aan te melden en te beginnen met een eigen bedrijfsportaal en zo de onderlinge samenwerking steeds verder uit te breiden. Varkenshouders hebben macht! Het is slechts een kwestie van organiseren en FarmFocus geeft hiertoe mogelijkheden. Na afloop werd het eerste producentendebat afgesloten door met elkaar te toosten op een goede toekomst voor de varkenshouderij en werd er gezamenlijk smakelijk gegeten van een overheerlijk buffet met varkensvlees. Werkgroep Prijsvorming en Marge klaar voor uitvoeringsagenda Het aantal leden dat deelneemt aan de NVV werkgroep P&M wordt steeds groter. Hieruit blijkt maar weer eens dat de inkomstenpositie van de varkenshouders een steeds grotere zorg is. Doel van de werkgroep is namelijk om een goed inkomen te behalen voor de varkenshouder en zijn gezin. Inmiddels hebben we vijf bijeenkomsten achter de rug. Tijdens deze bijeenkomsten hebben we vooral geconstateerd waar de problemen in de huidige markt zitten. We hebben ons laten bijpraten door allerlei deskundigen en gefilosofeerd over de oplossingsrichtingen. De werkgroep heeft vanzelfsprekend een nauwe relatie met het actiecomité, waardoor een deel van de uiteindelijke uitvoering wellicht daar terecht zal komen. De komende periode wil de werkgroep zich gaan bezighouden met de uitvoeringsagenda. We zullen als varkenshouders veel meer de regie op het boerenerf moeten terugkrijgen. Dit betekent ook dat varkenshouders meer samen zullen moeten gaan optrekken. Veel zaken in de uitvoeringsagenda zullen ook door varkenshouders zelf moeten worden opgepakt om zo de doelen te bereiken. Uiteraard houden we ons aanbevolen voor input van leden om een bijdrage te leveren aan de uitvoeringsagenda. De Trog - nr juni

12 NVV-informatie Secretariaat NVV: Postbus 591, 3770 AN Barneveld Tel: Fax: NVV-website: Infolijn varkensprijzen: ( 0,45/min) De Trog verschijnt maandelijks. ISSN Contactpersonen in de regio: regio Noord-Nederland: Nico Vierhoven, Beilen tel/fax: / noordnederland@nvv.nl regio Salland: Willy Wolfkamp, Haarle tel/fax: / salland@nvv.nl regio Twente: Jan Kleinsman, Bentelo tel/fax: / twente@nvv.nl regio Achterhoek: Johan Walvoort, Loerbeek tel/fax: /-- achterhoek@nvv.nl regio Veluwe: Pieter Bouw, Voorthuizen tel/fax: / veluwe@nvv.nl regio West-Nederland: Nico Kroes, Alphen a/d Rijn tel/fax: / westnederland@nvv.nl regio Rivierengebied: Johnny Bull, Horssen tel/fax: / rivierengebied@nvv.nl regio Veghel/Oss: Raymond van de Wetering, Erp tel/fax: / veghel-oss@nvv.nl regio Midden-Brabant: Jan Mathijssen, Sprang Capelle tel/fax: /-- middenbrabant@nvv.nl regio De Kempen: Lau Wouters, Bladel tel/fax: / dekempen@nvv.nl regio Zuidoost-Brabant: Frank Donkers, Helmond tel/fax: / zuidoostbrabant@nvv.nl regio Maaskant: Martien Straatman, Langenboom tel/fax: / maaskant@nvv.nl regio West-Brabant: Frank van der Burg, Alphen (NB) tel/fax: / westbrabant@nvv.nl regio Noord-Limburg: Marco Botden, Vredepeel tel/fax: /-- noordlimburg@nvv.nl NVV agenda 20 juni 2011, Algemene Ledenvergadering NVV, De Bongerd te Heteren 30 juni 2011, vergadering Landelijk Bestuur, De Bongerd te Heteren 29 september 2011, vergadering Landelijk Bestuur, De Bongerd te Heteren 25 t/m 27 oktober 2011, Landbouwdagen Intensieve Veehouderij te Hardenberg 27 oktober, vergadering Landelijk Bestuur, De Bongerd te Heteren Zij steunen de vakbond Talloze bedrijven sponsoren de NVV, onder andere: Accolade Administratie & Adviesgroep te Tilburg Dopharma te Raamsdonksveer Nijsen/Granico BV te Veulen Nysingh advocaten-notarissen te Apeldoorn Van Osch Uden BV te Uden Rijnvallei Diervoeder BV te Wageningen NVV service Wilt u via de NVV op de hoogte worden gehouden van interessante en vaak actuele informatie over de varkenshouderij? U kunt zich daarvoor kosteloos abonneren. Op de NVV-site ( kunt u zich opgeven. De Groene Belangenbehartiger bv Oosteinde 21, 7772 CA Hardenberg T: F: I: E: algemeen@dgbbv.nl Kom de BIG Challenge fietsers aanmoedigen! Op 9 juni 2011 staan fietsers aan de start van Alpe d HuZes, waaronder een tachtigtal renners uit het BIG Challenge Team. Samen gaan ze die berg bedwingen en geld ophalen voor onderzoek naar kanker. Voor de renners zal dit een loodzware dag worden. Enerzijds omdat ze allemaal een enorme lichamelijke prestatie gaan neerzetten en anderzijds omdat iedereen op die berg die dag de mensen in gedachten heeft die strijden of gestreden hebben tegen deze verschrikkelijke ziekte. De NVV roept mensen uit de varkenshouderij die in de gelegenheid zijn op om iedereen en speciaal de renners van het BIG Challenge Team te komen aanmoedigen op deze speciale dag, want de renners worden sterker naarmate de aanmoedigingen meer worden en dat zullen ze echt nodig hebben. Tijdens deze dag is het op de Alpe d Huez een groot feest met muziek en entertainment en is er voor iedereen veel te doen. Er is zelfs kinderopvang aanwezig. Dus kom op 9 juni naar de Alpe d Huez, trek je Varken zijn Cool tenue aan en moedig de renners aan. Laat zien dat de varkenshouderij een gezicht heeft en ook sociaal betrokken is! 12 De Trog - nr juni 2011