Feitelijke informatie In de bijlage treft u het sociaal jaarverslag over 2015 aan. Dit betreft een cijfermatige analyse van de gegevens over 2015.

Transcriptie

1 Zaaknummer Onderwerp 2015 Collegevoorstel Aanleiding / voorgeschiedenis Jaarlijks wordt het sociaal jaarverslag opgemaakt waarmee verantwoording wordt afgelegd over de gemeentelijke bedrijfsvoering. Feitelijke informatie In de bijlage treft u het sociaal jaarverslag over 2015 aan. Dit betreft een cijfermatige analyse van de gegevens over Afweging Het voorstel is om kennis te nemen van de inhoud van het sociaal jaarverslag 2015 en dit, als bijlage bij de jaarstukken, ter kennisname aan de raad aan te bieden. Inzet van middelen Dit voorstel heeft geen financiële en/of personele gevolgen. Risico's Dit voorstel heeft geen risico's. Voorgenomen besluit Het voorstel is om bijgaand besluit vast te stellen. 1

2 Zaaknummer Onderwerp 2015 BESLUIT Het college van Heusden heeft in de vergadering van 10 mei 2016 besloten: kennis te nemen van de inhoud van het sociaal jaarverslag 2015 en dit, als bijlage bij de jaarstukken, ter kennisname aan de raad aan te bieden. namens het college van Heusden, de secretaris, mr. J.T.A.J. van der Ven 2

3

4 Samenvatting De organisatie vergrijst. Ondanks dat de gemiddelde leeftijd van instroom in 2015 op 41,5 jaar lag, is de gemiddelde leeftijd gestegen naar 47,9 jaar. Vijf jaar geleden was dat nog 44,9 jaar. Deze vergrijzing komt door de minimale in- en uitstroom in de organisatie. De gemiddelde leeftijd van medewerkers die op eigen verzoek uitstromen ligt op 42,9 jaar. Gemiddeld blijven medewerkers 14,4 jaar in dienst in de organisatie. Medewerkers blijven honkvast waardoor er nauwelijks kansen zijn om in- of door te stromen; hierdoor komt de organisatie op slot te zitten. Dit punt hoeft echter niet alleen negatief bekeken te worden. De kennis en ervaring die de medewerkers in de organisatie hebben, is een groot kapitaal dat dagelijks wordt ingezet om in de klantbehoeften te voorzien. Het nieuw ingevoerde clustermanagementmodel biedt de mogelijkheid aan managers en medewerkers om meer met elkaar in gesprek te zijn en daarbij naast resultaatgerichte afspraken ook afspraken te maken over ontwikkeling en mobiliteit. Ontwikkeling is noodzakelijk om in te blijven spelen op de klantwens en als organisatie HeuseService te kunnen verlenen. Van de medewerkers wordt ook verwacht dat zij zich inspannen om zich te ontwikkelen en kansen binnen of buiten de organisatie aangrijpen om zich te ontplooien. In 2016 wordt hier organisatiebreed nog meer aandacht aan besteed. Op gebied van bezetting zijn er ten opzichte van 2014 nauwelijks veranderingen zichtbaar. Het aantal medewerkers is gelijk gebleven en de daadwerkelijke bezetting in FTE is iets gedaald. Bij de uitstroom van medewerkers blijft de organisatie kritisch kijken naar de noodzakelijk invulling en mogelijkheden die uitstroom kan bieden. Het verzuim is in 2015 licht gestegen, het percentage lag op 4,7%. Dit is een stijging van 0,5% ten opzichte van Deze stijging ligt voornamelijk aan het langdurig verzuim. De meldingsfrequentie is iets gedaald ten opzichte van

5 1. In- door en uitstroom 1.1. Instroom In 2015 zijn tien nieuwe medewerkers ingestroomd. Het instroompercentage komt hiermee op 3,5%. Dit is een stijging ten opzichte van vorig jaar (2,07% in 2014). De instroom bij gemeenten van vergelijkbare grootte lag in 2014 op 3,6% Doorstroom Er zijn drie medewerkers in 2015 doorgestroomd naar een andere functie. Hiermee komt het doorstroompercentage op 1,05%. In 2014 lag dit percentage op 0,69%. Bij gemeenten van soortgelijke grootte lag dit percentage in 2014 op 2,4% Uitstroom In 2015 zijn tien medewerkers uitgestroomd. Dit is een uitstroompercentage van 3,5%. In 2014 lag dit percentage op 4,83% en op 5,3% bij gemeenten van vergelijkbare grootte. De uitstroomredenen waren: zeven medewerkers op eigen verzoek; twee medewerkers met (vroeg)pensioen; één medewerker vanwege overlijden. De komende vijf jaar (2016 tot en met 2020) stromen er minimaal nog 26 medewerkers uit in verband met het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd In- en uitstroom Instroom Uitstroom Bovenstaande grafiek geeft de in- en uitstroom van de laatste jaren in aantallen medewerkers weer.

6 2. Omvang en samenstelling personeelsbestand 2.1. Bezetting In 2014 lag de gemiddelde bezetting op 290 medewerkers en die is in 2015 gedaald naar 286 medewerkers. De daadwerkelijke bezetting lag begin 2015 op 253,94 FTE en aan het einde van het jaar op 254,43 FTE. Hiermee komt het gemiddelde op 254,2 FTE (257,3 FTE in 2014). Bij uitstroom (tien medewerkers) is spaarzaam omgegaan met de invulling van vacatures. De aan de organisatie opgelegde bezuinigingstaakstelling dwingt de organisatie keuzes te maken bij de invulling van vacatures en ruimte te zoeken in de bedrijfsvoering. Eind 2015 waren er 139 vrouwen (48,60%) in dienst en 147 mannen (51,40%). Bij gemeenten van dezelfde grootte waren dit ,5% vrouwen en 51,5% mannen. Begin 2015 Eind 2015 Gemiddelde 2015 Man deeltijd Man voltijd ,5 Totaal man ,5 Vrouw deeltijd Vrouw voltijd ,5 Totaal vrouw ,5 Totale bezetting In onderstaande grafiek is de gemiddelde bezetting van de afgelopen vijf jaar in FTE zichtbaar Bezetting (FTE) FTE 279,52 266,14 261,86 257,25 254,18 Het aantal FTE s daalde in de afgelopen vijf jaar met 9,07%, in totaal 25,34 FTE.

7 2.2. Deeltijd Gemiddeld genomen werkt 37,94% van de medewerkers in deeltijd en 62,06% in voltijd. Het aantal medewerkers dat in deeltijd werkt is bijna gelijk aan 2014 (37,6% deeltijd). Bij vergelijkbare gemeenten werkte in 2014, 46,8 % in deeltijd en 53,2% voltijd. Bezetting vol- en deeltijd 15,2% 33,2% 46,7% Voltijd man Deeltijd man Deeltijd vrouw Voltijd vrouw 4,9% 2.3. Management De organisatie is met ingang van 1 januari 2015 verdeeld in clusters die worden aangestuurd door een clustermanager. Het managementteam bestaat uit de gemeentesecretaris en twee coördinerend managers. In 2015 telde de organisatie 31 clusters. De aansturing van deze clusters gebeurt door twaalf managers. Het percentage vrouwen in het management lag eind 2015 op 13,3% (29% in 2014 bij vergelijkbare gemeenten). 5 In 2015 is de span of control van het management kleiner geworden en bijna gelijk aan gemeenten met dezelfde grootteklasse. Er zijn 5,24 leidinggevenden per 100 medewerkers, dit is 5,3 bij gemeenten van dezelfde grootte Leeftijdsopbouw De gemiddelde leeftijd in onze organisatie is in 2015, 47,9 jaar. Deze leeftijd is gestegen ten opzichte van 2014 (47,3 jaar). Dit is iets lager dan het landelijk gemiddelde van 48,1 jaar in 2014.

8 100% 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 0% Medewerkers in leeftijdscategorieën 12,2% 14,0% 15,9% 17,0% 34,6% 25,7% 35,0% 24,0% 11,0% 0,5% 10,0% 1,0% Gemeente Heusden Vergelijkbare gemeenten 60> < Dienstjaren Het gemiddeld aantal dienstjaren in 2015 is gestegen ten opzichte van In 2014 lag dit gemiddelde op 13,6 jaar, dit is in ,4 jaar. Landelijk lag het gemiddelde lager, namelijk op 11,9 jaar. Onderstaand overzicht toont de gemeentelijke bezetting van 2014 en 2015 naar het aantal dienstjaren. 6 Heusden 2015 Heusden 2014 Vergelijkbare gemeenten 2014 < 3 jaar 6% 6% 17% 3 10 jaar 40% 41% 36% > 10 jaar 54% 53% 47% 2.6. Salarisopbouw De salarisopbouw is al jaren stabiel. De opbouw wijkt nauwelijks af van de opbouw bij vergelijkbare gemeenten. Salarisopbouw 60,0% 50,0% 40,0% 30,0% 20,0% 10,0% 0,0% 50,0% 50,0% 49,8% 50,2% 49,7% 30,0% 30,4% 30,8% 30,3% 30,9% 20,0% 19,6% 19,4% 19,5% 19,4% Schaal 1-5 Schaal 6-9 Schaal 10-16

9 In onderstaande vergelijking is te zien dat het percentage medewerkers in de hoogste schalen iets lager is en in de laagste schalen iets hoger ten opzichte van vergelijkbare gemeenten. Vergelijk salarisopbouw 100% 90% 4,0% 0,0% 3,0% 2,4% 26,9% 30,0% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 42,7% 25,7% 41,0% 23,0% 10% 0% Gemeente Heusden 0,7% 1,0% Vergelijkbare gemeenten Schaal 1-3 Schaal 4-6 Schaal 7-9 Schaal Schaal > 13 Onbekend 7

10 3. Gezondheid, welzijn en veiligheid 3.1. Verzuim In 2014 lag het ziekteverzuimpercentage (excl. zwangerschap) op 4,22%. Dit percentage is in 2015 gestegen naar 4,69%. Daarmee zitten we onder het gemiddelde van 4,8% van gemeenten met gelijke grootte (2014). Het verzuimpercentage (4,69%) is in onderstaande tabel opgedeeld in kort, middel en lang verzuim. Ten opzichte van vorig jaar is er een duidelijke daling te zien in het langdurig verzuim. Verzuim Vergelijkbare gemeenten 2014 Kort (1 7 dagen) 0,90% 0,86% 0,96% Middel (7 42 dagen) 1,20% 0,97% 0,82% Lang ( dagen) 1,95% 1,53% 2,40% Extra lang (>365 dagen) 0,64% 0,86% 0,62% Totaal 4,69% 4,22% 4,80% Van alle medewerkers die in 2015 in dienst waren is 35,7% niet ziek geweest (0-verzuimer). Dit percentage ligt bij gemeenten van dezelfde grootte op 40% in ,0% 5,0% Ziekteverzuimpercentage 8 4,0% 3,0% 2,0% 1,0% 0,0% Gemeente Heusden 5,1% 4,6% 5,7% 4,2% 4,7% Norm; vergelijkbare gemeenten 5,1% 5,1% 4,8% 3,9% 3,8% Alle gemeenten 5,4% 5,4% 5,3% 5,2% 5,1%

11 1,6 Meldingsfrequentie 1,2 0,8 0, Gemeente Heusden 1,12 1,26 1,09 1,18 1,08 Norm; vergelijkbare gemeenten 1,45 1,36 1,45 1,33 1,11 De meldingsfrequentie ligt de afgelopen vijf jaar onder de norm. In 2015 is de meldingsfrequentie 1,08. Dat wil zeggen dat medewerkers zich gemiddeld een keer per jaar ziekmelden. Dit is onder het gemiddelde van gemeenten van vergelijkbare grootte (1,11 keer in 2014) Ongevallen Volgens de Arbowet moeten alleen ongevallen worden geregistreerd die zijn gemeld aan de Arbeidsinspectie (dodelijke ongevallen, ongevallen met blijvend letsel en ziekenhuisopname) of die hebben geleid tot verzuim van méér dan drie dagen. In 2015 zijn er geen ongevallen gemeld Ergonomisch werken Er waren afgelopen jaar zeven medewerkers met lichamelijke klachten die na een werkplekonderzoek advies kregen bij het instellen van de werkplek. In 2015 is de werkomgeving vernieuwd. Door de aanschaf van nieuwe stoelen is er bij diverse medewerkers meegekeken naar de instellingen Agressie en geweld In 2015 zijn zeventien agressie-incidenten met klanten gemeld, waarbij negentien collega s betrokken waren. In 2014 waren er elf meldingen met twintig betrokken collega s. Agressievormen: tien keer verbale agressie tijdens een persoonlijk klantcontact. Bij zes van die klantcontacten was er ook sprake van bedreigingen/bedreigend gedrag. In één situatie was ook fysieke agressie aan de orde; zes keer betrof het telefonische verbale agressie, waarbij één keer bedreigingen zijn geuit; in een situatie was het schriftelijke agressie per . Bij de persoonlijke contacten was dit vier keer tijdens een afspraak met de klant in het gemeentehuis en zes keer extern. Van de zeventien incidenten betrof één incident een collega van de externe partner voor het parkeertoezicht. Maatregelen: bij elf incidenten stuurde de gemeente Heusden een waarschuwingsbrief; één keer was er een ordegesprek; in vier situaties is er aangifte bij de politie gedaan; één keer is een toegangsontzegging uitgegaan; in drie situaties is er geen maatregel genomen; enkel de registratie vond plaats. Bij twee gevallen waren NAW-gegevens niet bekend.

12 3.5. Bedrijfshulpverlening Het jaar 2015 was voor wat betreft daadwerkelijke inzet van de bedrijfshulpverlening een rustig jaar. Er zijn geen incidenten geweest waarbij de bedrijfshulpverlening (BHV) is ingeschakeld. Alle BHV ers en EHBO ers zijn eenmaal gezamenlijk in een vergadering bijeen geweest. Alle herhalingstrainingen hebben plaatsgevonden voor alle actieve BHV ers. Daarnaast waren er twee oefeningen. Een ontruiming in Drunen en een val van de trap in Vlijmen. Ook in 2016 wordt aandacht besteed aan het trainen en oefenen, in nauw overleg met een externe partij. Het organisatieplan BHV is vervolmaakt en wordt in het eerste kwartaal van 2016 aan de ondernemingsraad ter instemming aangeboden. Hierna zal het ter goedkeuring aan het college worden aangeboden. Alle vluchtplannen zijn geactualiseerd en alle veiligheids- en blusmiddelen zijn gecontroleerd. De totale bezetting van de BHV voor de gehele organisatie in 2015 is als volgt: Locatie Alleen BHV BHV en BHV en EHBO Alleen EHBO ploegleider Drunen 9 2 Vlijmen 8 2 Buitendienst Sportbedrijf 2 16 Een presentatie over BHV maakt standaard onderdeel uit van het introductieprogramma van nieuwe medewerkers Vertrouwenspersoon ongewenst gedrag en meldingen vermoedens bij misstanden Er deden zich in 2015 op het gebied van ongewenst gedrag op de werkvloer vier zaken voor die bij de interne vertrouwenspersoon zijn gemeld. Deze meldingen zijn in het kader van de klachtenregeling informeel behandeld en er is geen officiële klachtenprocedure gevolgd. Bij de externe vertrouwenspersoon werden geen meldingen gedaan in verband met ongewenste omgangsvormen. 10 In 2015 zijn er twee meldingen in het kader van de klachtenregeling behandeld en waren er twee meldingen bij de externe vertrouwenspersoon. Op het gebied van meldingen van vermoedens bij misstanden hebben zich in 2015 geen zaken voorgedaan. Bronnen Personeelsinformatiesysteem Beaufort Personeelsmonitor 2014, A&O fonds gemeenten Vertrouwenspersonen Hoofd bedrijfshulpverlening Website A&O-fonds;