Onteigening in de gemeenten Best, Eindhoven, Veldhoven, Waalre en Heeze-Leende

Transcriptie

1 VW Onteigening in de gemeenten Best,, Veldhoven, en Heeze-Leende Ombouw rijksweg A2-A58-A67 Besluit van 9 maart 2005, nr houdende aanwijzing van onroerende zaken ter onteigening ten algemenen nutte Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Beschikken bij dit besluit op het verzoek van de Hoofdingenieur- Directeur van de Rijkswaterstaat in de Directie Noord-Brabant, namens de Minister van Verkeer en Waterstaat, tot aanwijzing van onroerende zaken ter onteigening ingevolge artikel 72a van de onteigeningswet ten behoeve van de ombouw van de Rijksweg A2-A58-A67 Randweg van 2 naar 4 rijbanen vanaf de Boschdijk/A58 tot aan de A2 Parkeerplaats Aalsterhut, met bijkomende werken, in de gemeenten Best,, Veldhoven, en Heeze-Leende. Onze Minister van Verkeer en Waterstaat heeft de beslissing op het verzoek voorgedragen bij brief van 24 januari 2005, nr. RWSCD BJZ 2005/519, Rijkswaterstaat Corporate Dienst, Stafdienst Bestuurlijk Juridische Zaken. Overeenkomstig artikel 3:11, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht hebben de in artikel 63 van de onteigeningswet genoemde stukken in de periode van 23 augustus 2004 tot en met 20 september 2004 op de gemeentehuizen van de gemeenten Best,, Veldhoven, en Heeze-Leende ter inzage gelegen. Voorafgaand daaraan is de terinzagelegging overeenkomstig het bepaalde in artikel 3:12 van de Algemene wet bestuursrecht aangekondigd in de Staatscourant van 10 augustus 2004, nr. 151, in het s Dagblad en Groeiend Best van 10 augustus 2004, Groot, het Veldhovens weekblad en De Schakel van 12 augustus 2004 en De Parel van Brabant van 4 augustus Belanghebbenden zijn hierbij uitgenodigd voor een hoorzitting op 28 september In genoemde kennisgeving zijn belanghebbenden voorts op de hoogte gesteld van de mogelijkheid tot het naar keuze schriftelijke of mondeling naar voren brengen van zienswijzen. Van deze mogelijkheid is gebruik gemaakt door: 1. mevrouw A.M. Verschuijten en de heren C.M. en T.A. Verschuijten te, eigenaren van de onroerende zaken met grondplannummers en ; 2. de heer Mr. C.J.G.M. Termaat te namens de heer P.J. de Graauw te Veldhoven, alsmede de vennootschap onder firma Pe.Jo. de Grauw V.O.F., huurder van een gedeelte van de onroerende zaak met grondplannummer ter grootte van 16 are 70 ca; 3. de heer T. Verbakel te Vught namens het Waterschap De Dommel, eigenaresse van de onroerende zaken met de grondplannummers , en en zakelijk gerechtigde op de onroerende zaken met grondplannummers , , , 873.0, , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , en Overwegingen Ingevolge artikel 72a van de onteigeningswet kan, zonder voorafgaande verklaring bij de wet dat het algemeen nut onteigening vordert, onteigening plaatsvinden onder meer ten behoeve van de aanleg en verbetering van wegen. Reclamanten sub 1. Reclamanten brengen naar voren, dat zij voor wat betreft de onroerende zaak met grondplannummer van mening zijn, dat het ook mogelijk is het werk uit te voeren zonder of met minder grond. Ter plaatse is naar hun oordeel voldoende ruimte tussen de onroerende zaak en de bestaande A2 Randweg om een extra baan aan te leggen. Voorts stellen reclamanten wat betreft de onroerende zaak met grondplannummer vast, dat het merendeel van de onroerende zaak bestemd is voor natuurvriendelijke inrichting/inpassing. Zij achten het een onredelijke afweging wanneer hen grond wordt ontnomen om natuur aan te kunnen leggen terwijl zij de grond nodig hebben voor hun agrarische activiteiten en hun inkomen. Zij vinden, dat de natuurontwikkeling ook mogelijk is zonder eigendomsontneming. Dit klemt te meer nu zij geen vervangende grond kunnen kopen in de nabijheid van hun boerderij, omdat deze niet beschikbaar is en ook niet door de verzoeker om onteigening is aangeboden. In dit verband verwijzen zij naar vaste jurisprudentie dat voor natuur niet onteigend kan worden. Zij noemen hierbij als voorbeeld het woonhuis te Heeswijk dat doormidden is gezaagd. Tenslotte vrezen reclamanten, dat de onroerende zaak met grondplannummer hen nu wordt ontnomen en over een aantal jaren zal worden gebruikt voor woningbouw, terwijl hen nu slechts een vergoeding wordt betaald voor een niet-rendabele bestemming. Met betrekking tot de zienswijze van reclamanten inzake de onroerende zaak met grondplannummer overwegen Wij het volgende. Vooreerst wordt opgemerkt dat op grond van titel IIa van de onteigeningswet gronden ter onteigening kunnen worden aangewezen ter uitvoering van een tracébesluit. De onroerende zaak met grondplannummer grenst momenteel aan de bestaande rijksweg. De doorgaande rijksweg wordt volgens het Tracébesluit niet alleen met 1 rijstrook verbreed, maar ook met een parallelbaan met 2 rijstroken naast de bestaande rijbaan. Deze parallelbaan wordt van de hoofdrijbaan gescheiden door een tussenberm. De ter thans aanwezige buitenberm en het daarachter gelegen talud worden in Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag. 13 1

2 verband met de verbreding naar buiten verplaatst. Ter plaatse kwam de totale verbreding oorspronkelijk uit op ca. 30 meter. In overleg met belanghebbenden is besloten de ter plaatse aanwezige bermsloot te vervangen door een duiker, die in het talud van de verbrede rijksweg zal worden aangelegd. Daarmede beperkt de verbreding zich nu tot ca. 17 meter. Een verdere beperking is zonder aanzienlijke meerkosten niet mogelijk. Uit het vorenstaande blijkt, dat de verzoeker om onteigening het nodige heeft gedaan om het grondbeslag zoveel mogelijk te beperken. Met betrekking tot de zienswijze van reclamanten inzake de onroerende zaak met grondplannummer overwegen wij het volgende. Reclamanten hebben deze zienswijze ook ingebracht bij de beroepsprocedure in het kader van de Tracéwet. De Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft met betrekking tot dit punt in zijn uitspraak van 17 maart 2004, nummer het volgende overwogen: Een perceel van de familie Verschuijten van ongeveer 5,3 hectare, waarvan zij 2,6 hectare in eigendom heeft, is in het Landschaps- en compensatieplan Randweg aangewezen voor natuurcompensatie. Het perceel is gelegen in het gebied Moerputten en omgeving. Het betreft blijken dit plan de enige locatie grenzend aan de ingreep waarvoor geen andere plannen in ontwikkeling zijn. Vanwege de potenties maakt het gebied al onderdeel uit van de gemeentelijke Groene Hoofdstructuur. Door compensatie wordt het geïsoleerd gelegen bosgebied ten noorden van Aalst verbonden met de uitgestrekte natuurgebieden in het zuiden. De gronden zullen door Rijkswaterstaat worden aangekocht en de pacht zal worden afgekocht. Gezien het vorenstaande ziet de Afdeling, mede gelet op het deskundigenbericht, geen aanleiding voor het oordeel dat verweerder de desbetreffende gronden in redelijkheid niet heeft kunnen aanwijzen voor natuurcompensatie. In hetgeen de familie Verschuijten heeft aangevoerd ziet de Afdeling geen aanleiding voor het oordeel dat verweerder niet in redelijkheid het tracébesluit in zoverre heeft kunnen vaststellen. Evenmin bestaat grond voor het oordeel dat het tracébesluit op dit onderdeel anderszins is voorbereid of genomen in strijd met het recht. Het beroep van de familie Verschuijten is in zoverre ongegrond Ten gevolge op deze uitspraak heeft de verzoeker om onteigening, waar het gaat om de vraag of die tot het realiseren van de in het tracébesluit voorziene natuurcompensatie kan strekken, in redelijkheid kunnen verzoeken de betrokken onroerende zaak van reclamanten ter onteigening aan te wijzen. Reclamanten doelen in hun voorbeeld (woonhuis te Heeswijk) op een woonhuis in de gemeente Berlicum, dat was betrokken bij het Koninklijk Besluit van 13 juli 1992, nr , waarbij onroerende zaken ter onteigening zijn aangewezen ten behoeve van de verruiming van de Zuid-Willemsvaart in de gemeenten Berlicum en Schijndel. Het was destijds inderdaad niet mogelijk ten behoeve van landschappelijke inpassing te onteigenen. Inmiddels is de wet van 6 september 2000 houdende wijziging van de Tracéwet in werking getreden. Bij deze wetswijziging is artikel 72a van de onteigeningswet in dier voege gewijzigd, dat het Tracébesluit grondslag is geworden voor onteigening. Dit houdt in, dat ook voor de onderdelen in het Tracébesluit die zien op landschappelijke inpassing kan worden onteigend. Zoals uit het hierboven gestelde blijkt, zijn voor de locatie geen andere plannen in ontwikkeling. De vrees van belanghebbenden dat hun onroerende zaak over een aantal jaren zal worden gebruikt voor woningbouw vindt geen basis in bestaande plannen, zodat de verzoeker om onteigening daarmee geen rekening behoeft te houden. Met betrekking tot de onderhandelingen met reclamanten over de minnelijke verwerving van hun onroerende zaken overwegen Wij het volgende De verzoeker om onteigening heeft reclamanten voor het eerst bezocht op 3 januari Rechthebbenden hebben toen te kennen gegeven er grote problemen mee te hebben als hun woning zou moeten worden afgebroken. Vervolgens hebben reclamanten aangegeven niet te willen praten over minnelijke verwerving van hun onroerende zaken. Op aandringen van de verzoeker om onteigening heeft op 3 september 2001 een gesprek met reclamanten en hun deskundige plaatsgevonden. De tijdens dat gesprek gedane voorstellen zijn op 10 oktober 2001 schriftelijk bevestigd. Op 30 november 2001 heeft een nieuw gesprek plaatsgevonden, die is gevolgd door een opname door de taxatiecommissie op 18 december Op 23 februari 2002 is een tekening naar de deskundigen van reclamanten gezonden, waaruit blijkt dat de schuur van reclamanten volgens hun wensen gespaard kan blijven. Op 26 april 2002 zijn in overleg met de deskundige van reclamanten de uitgangspunten voor een taxatie vastgesteld. Op 24 mei 2002 heeft de deskundige van reclamanten nogmaals om toezending van een situatietekening verzocht, die hem op 3 juni 2002 is toegezonden. Op 6 november 2002 heeft de deskundige van reclamanten te kennen gegeven, dat eerst het Tracébesluit met de gewijzigde grens ter plaatse van zijn onroerende zaak onherroepelijk moet zijn geworden. Hij geeft aan, dat het afstaan van grond voor natuurvriendelijke ontwikkeling niet bespreekbaar is. De door reclamanten ingenomen standpunten zijn op 21 juli en 29 september 2003 nogmaals bevestigd. Op 24 november 2003 heeft de deskundige van reclamanten om een schriftelijke aanbieding verzocht. Deze is op 22 januari 2004 schriftelijk gedaan. Op 26 februari 2004 en op 28 mei 2004, dus ook nog na eerdergenoemde uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van 17 maart 2004, heeft de verzoeker om onteigening om een reactie op deze aanbieding gevraagd. Uiteindelijk heeft de deskundige van reclamanten op 24 juni 2004 te kennen gegeven, dat reclamanten niet over minnelijk verwerving van hun onroerende zaken willen praten en dat mogelijkheden met betrekking tot een ruiling van gronden door hem zullen worden onderzocht. Op 28 juni 2004 heeft de verzoeker om onteigening reclamanten schriftelijk om een schriftelijke reactie op de aanbieding van 24 januari 2004 verzocht. Hierop is niet gereageerd. Op 13 september 2004 heeft de verzoeker om onteigening aan de deskundige informatie over de procedure tot aanwijzing van de onroerende zaken van reclamanten gegeven, waarbij de deskundige heeft aangegeven dat reclamanten een zienswijze zouden indienen. Gelet op de geschet- Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag. 13 2

3 ste gang van zaken heeft de verzoeker om onteigening voldoende doch vruchteloze pogingen ondernomen om hetgeen onteigend moet worden langs minnelijke weg te verkrijgen. Op het moment van de terinzagelegging stond genoegzaam vast, dat met reclamanten niet of niet in de gewenste vorm tot overeenstemming kon worden gekomen. De onderhandelingen met reclamanten gaan door. Dit overleg, dan wel het overleg dat ingevolge artikel 17 van de onteigeningswet aan de gerechtelijke procedure vooraf zal moeten gaan, zal wellicht tot een voor beide partijen aanvaardbare oplossing kunnen leiden. Reclamanten sub 2 brengen de volgende zienswijzen naar voren. Reclamanten stellen, dat In de onteigeningsstukken volstrekt ten onrechte vermeld staat, dat de verzoeker om onteigening reeds schriftelijke biedingen zou hebben gedaan om op minnelijke wijze met reclamanten tot overeenstemming te komen. Reclamanten baseren hun recht op schadevergoeding op artikel 4 van de onteigeningswet, waarin is bepaald dat ook aan huurders een schadevergoeding moet worden betaald. Reclamanten huren de onroerende zaak van de gemeente Veldhoven. Reclamanten hebben geen schriftelijk aanbod ontvangen. Ter zitting merkt de vertegenwoordiger van reclamanten nog op, dat er evenmin is onderhandeld. Hij vraagt zich dan ook af of de procedure tot aanwijzing ter onteigening van het door reclamanten gehuurde gedeelte van de onroerende zaak met grondplannummer al had kunnen worden opgestart. In dit verband verwijst hij naar het Koninklijk Besluit van 24 december 1998, nr (gepubliceerd in de Nederlandse Staatscourant van 1999, nr. 30) houdende aanwijzing van onroerende zaken ter onteigening ten behoeve van de aanleg van de Verlengde Westrandweg (rijksweg 5) in de gemeente Haarlemmermeer. Voorts stelt de vertegenwoordiger van reclamanten dat niet alleen schade wordt veroorzaakt door het feit dat de paardenwei wordt onteigend, maar dat ook schade wordt veroorzaakt door het feit dat hierdoor noodzakelijkerwijs de ponysportclub met hun pony s, die gestald staan in de betreffende ponystallen van reclamanten, welke ponystallen nu niet worden onteigend, zal uitwijken naar een andere paardenwei/andere ponystallen. Daardoor zullen de ponystallen leeg komen te staan en geen functie meer hebben, met het gevolg dat reclamanten hieruit geen inkomsten meer genereert. Uit een uitspraak van de Hoge Raad van 20 februari 2004 (NJ 2004, nr. 409) blijkt, dat niet alleen voor het onteigende de schade moet worden vergoed, maar ook die schade ten gevolge van de waardevermindering van het overblijvende door overlast die voortvloeit uit het gebruik van het werk op het onteigende. Met betrekking tot de zienswijzen van reclamanten overwegen Wij het volgende. In het kader van de procedure op grond van Titel IIa van de onteigeningswet moet de onteigening worden gezien als een ultimum remedium, waarbij evenzeer de eis geldt dat ten opzichte van de burger eerst naar dit middel (het starten van de administratieve onteigeningsprocedure) mag en kan worden gegrepen, indien langs minnelijke weg redelijkerwijs niet of niet in de gewenste vorm overeenstemming kan worden bereikt. Daarbij overwegen Wij, dat in de procedure op grond van Titel IIa in het algemeen genoegzaam aan die eis is voldaan, indien voor de terinzagelegging van de onteigeningsstukken een aanvang met het minnelijk overleg is gemaakt. Dit overleg dient tot een redelijk punt te worden voortgezet alvorens na gebleken noodzaak daartoe, de administratieve procedure kan worden ingezet. Hierbij geldt, dat het wenselijk doch niet noodzakelijk is, dat ten tijde van de tervisielegging van de stukken reeds een formeel bod is uitgebracht. Voldoende is dat sprake is geweest van een redelijke doch vruchteloos gebleven poging om hetgeen onteigend moet worden langs minnelijke weg te verwerven. Daarbij kan ook zonder dat een formeel bod is uitgebracht genoegzaam komen vast te staan dat verwerving langs minnelijke weg vooralsnog niet tot de mogelijkheden behoort. In het geval van reclamant zijn door de verzoeker om onteigening weliswaar gesprekken gevoerd met reclamant, maar zijn door de verzoeker om onteigening geen onderhandelingen gevoerd en is geen aanbieding gedaan. De reden hiervan is dat de verzoeker om onteigening van oordeel is dat de eigenaar van de betrokken onroerende zaak i.c. de Gemeente Veldhoven als verhuurder verantwoordelijk is voor het beëindigen van de huur en voor de eventueel daaruit voortvloeiende schadeloosstelling. De verzoeker om onteigening baseert zich hierbij op het huurcontract tussen reclamanten en de Gemeente Veldhoven van 13 maart Artikel 3, lid 2 van de onteigeningswet kent aan de huurder van een onroerende zaak uitdrukkelijk het recht toe in het geding van onteigening tussenbeide te komen. De verzoeker om onteigening kan gelet op de onteigeningswet niet het standpunt innemen, dat de verhuurder uitsluitend verantwoordelijk is voor het beëindigen van de huur en dat derhalve geen onderhandelingen met reclamant en ten behoeve van het bereiken van minnelijke overeenstemming behoeven te worden gevoerd. In dit verband stellen Wij vast, dat de verzoeker om onteigening niet heeft voldaan aan bovenomschreven vereisten voor het opstarten van een procedure op grond van Titel IIa van de onteigeningswet. Het opnemen van het door reclamanten gehuurde gedeelte van de onroerende zaak met grondplannummer ter grootte van 16 are 70 ca. in de lijst van te onteigenen percelen is dan ook prematuur. Wij hebben de oppervlakte van deze onroerende zaak ter grootte van 90 are 89 ca. dan ook in de lijst van te onteigenen percelen met een oppervlakte van 16 are 70 ca. verminderd tot een oppervlakte van 74 are 19 ca. Reclamante sub 3 heeft de volgende zienswijze. Reclamante stelt dat niet altijd duidelijk is in hoeverre binnen de aangewezen onroerende zaken ook daadwerkelijk leidingen zijn gelegen op basis van een zakelijk recht die in het kader van het uit te voeren werk ongestoord zouden kunnen blijven liggen. Daarnaast lijkt sprake te zijn van aanwijzing van onroerende zaken ter onteigening ten behoeve van een landschappelijke inpassing van het werk en/of natuurontwikkeling ter compensatie van het verlies aan bestaande natuurwaarden. Reclamante verzoekt dan ook om zorgvuldigheid bij de aanwijzing van onroerende zaken ter onteigening om Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag. 13 3

4 te voorkomen, dat gevestigde zakelijke rechten worden onteigend zonder dat dit voor het uit te voeren (infrastructurele) werk strikt noodzakelijk is. Reclamante merkt verder op ervan uit te gaan dat in het minnelijk overleg met verzoeker om onteigening, dat al enige tijd gaande is, uiteindelijk tot een oplossing te komen waarin beide partijen zich kunnen vinden. Met betrekking tot de zienswijze van reclamante overwegen Wij het volgende. De verzoeker om onteigening heeft met reclamante inmiddels overeenstemming bereikt over een minnelijke verwerving van de eigendom van de onroerende zaken van reclamante. Deze overeenstemming heeft echter nog niet heeft geleid tot ondertekening van een koopovereenkomst en/of het verlijden daarvan voor de notaris. Daarom moet onderkend worden dat van verkrijging van de benodigde eigendom nog geen sprake is. De hiertoe door de verzoeker om onteigening ondernomen pogingen hebben kennelijk niet tijdig tot dit resultaat geleid. Hierbij merken Wij op, dat blijkens de onteigeningspraktijk het bereiken van een grote mate van overeenstemming niet in alle gevallen automatisch leidt tot spoedige ondertekening van een koopovereenkomst en probleemloze eigendomsoverdracht. De urgentie van de onteigening laat evenwel geen vertraging toe in de aanwijzing ter onteigening van de betreffende onroerende zaak. In dit verband wordt opgemerkt, dat met de uitvoering van het werk in 2005 een aanvang wordt gemaakt. Met betrekking tot het gestelde in de zienswijze van reclamante inzake de zakelijke rechten overwegen Wij het volgende. Teneinde de noodzaak van onteigening van bedoelde rechten te kunnen vaststellen is de verzoeker om onteigening gehouden om minnelijk overleg te voeren met belanghebbende over de eventuele (terzijdestelling van) belemmeringen die de aanwezigheid van de zakelijke rechten (kunnen) opwerpen voor de aanleg en instandhouding van het werk. In de gevallen waarin dergelijke belemmeringen redelijkerwijs aanwezig moeten worden geacht, is de noodzaak van onteigening aanwezig. De verzoeker om onteigening voert vanaf maart 2004 regelmatig overleg met reclamante over de als gevolg van de uitvoering van het werk noodzakelijke verlegging van de leidingen van reclamante. Uitgangspunt hierbij is dat leidingen die niet strikt voor het uit te voeren infrastructurele werk noodzakelijk zijn ongestoord zullen blijven liggen en de ten behoeve van deze leidingen gevestigde zakelijke rechten in stand zullen blijven. Dit betekent in het onderhavige geval, dat alle in de lijst van te onteigenen percelen genoemde zakelijke rechten van reclamante in stand zullen blijven. Dit heeft tot gevolg, dat de onroerende zaken met grondplannummers 873.0, , en uit de lijst van te onteigenen percelen zullen worden geschrapt. Overige overwegingen De grondslag voor het te maken werk wordt gevormd door het Tracébesluit A2/A67 Randweg, dat door de Minister van Verkeer en Waterstaat en de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer op 15 januari 2003 is vastgesteld. Dit Tracébesluit is gewijzigd door middel van het Tracébesluit A2/A67 Randweg 2003, wat door beide ministers is vastgesteld op 20 augustus De wijziging heeft betrekking op het gedeelte tussen km en km alsook tussen km en km en betreffen beperkte aanpassingen van het Tracébesluit A2/A67 Randweg. Tegen dit Tracébesluit zijn bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State beroepen ingesteld. Deze beroepen zijn bij uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van 17 maart 2004, kenmerk /1/R1, met uitzondering van een op het grondgebied en eigendom van de gemeente Veldhoven gevestigd gasflessenvulbedrijf, ongegrond verklaard, waarmede het tracébesluit onherroepelijk is geworden. Voor het uitgezonderde onderdeel wordt niet onteigend. Het Tracébesluit als bedoeld in artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening biedt vrijstelling van het vigerende bestemmingsplan. Het Tracébesluit is aldus het ruimtelijk kader voor de uitvoering van het werk. Ingevolge artikel 15, lid 9 van de Tracéwet is de gemeenteraad verplicht om binnen één jaar nadat het tracébesluit onherroepelijk is geworden het bestemmingsplan overeenkomstig dat tracébesluit vast te stellen of te herzien. De vaststelling van de bestemmingsplannen wordt momenteel door de betrokken gemeenten voorbereid. De A2/A58/A67 Randweg maakt deel uit van het hoofdwegennet uit het Tweede Structuurschema Verkeer en Vervoer (SVV-II), als onderdeel van de RW2 Amsterdam Utrecht s- Hertogenbosch Weert Maastricht Belgische grens, de A58 Breda Vlissingen Breskens Belgische grens en de A67 Belgische grens Venlo Duitse grens. Het wegvak tussen A58 ter plaatse van de Boschdijk en A2 ter plaatse van Parkeerplaats Aalsterhut is uitgevoerd als autosnelweg met 2x2 rijstroken en op een aantal plaatsen voorzien van weefvakken. Het voorliggende plan voorziet in de ombouw van de bestaande Randweg, autosnelweg A2/A67 van twee rijbanen (2x2 rijstroken) naar 4 rijbanen (4x2 en deels 2x2 + 2x3 rijstroken). Uit de in de Trajectnota/MER Tangenten van april 1998 uitgevoerde probleemanalyse blijkt dat de Randweg een dubbelfunctie heeft, enerzijds als aan- en afvoerroute voor het lokale en regionale verkeer en anderzijds als achterlandverbinding voor het doorgaande verkeer. Momenteel treden er regelmatig files op. Uit oogpunt van bereikbaarheid is dit een groot probleem Door sterk groeiende intensiteiten zal de congestiekans toenemen en zullen steeds meer vertragingen op de randweg ontstaan en kan de A2 haar functie als achterlandverbinding in 2010 onvoldoende waarmaken. Door de algehele verkeerstoename ontstaat tevens filevorming op het onderliggend wegennet, die nog eens wordt versterkt door de congestie op de A2. Op grond van de aangedragen gegevens is het noodzakelijk te komen tot een oplossing voor de bestaande en in de toekomst nog te verwachten problemen met betrekking tot de bereikbaarheid en doorstroming. Het principe van de ombouw van twee rijbanen naar vier rijbanen is gekozen met het oog op de gewenste scheiding van verkeer. De twee binnenste rijbanen zijn de hoofdrijbanen die Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag. 13 4

5 bestemd zijn voor het doorgaande verkeer. De twee buitenste rijbanen vormen stedelijk vormgegeven parallelbanen voor het stadsregionale verkeer waarop de aansluitingen met het onderliggend wegennet zijn gerealiseerd. Het moet in het belang van de verbetering van de hoofdinfrastructuur noodzakelijk worden geacht, dat de Staat (Verkeer en Waterstaat) de eigendom verkrijgt van de in dit besluit genoemde onroerende zaken. De door reclamanten naar voren gebrachte zienswijzen worden niet van zodanig gewicht geacht dat op grond daarvan het verzoek, om een koninklijk besluit ex artikel 72a van de onteigeningswet te bevorderen, moet worden afgewezen. Beslissing Gelet op de onteigeningswet; Gehoord de Raad van State, advies van 17 februari 2005, nr.w /v, en gezien het nader rapport van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 2 maart 2005, nr. RWSCD BJV 2005/1348 Rijkswaterstaat Corporate Dienst, Stafdienst Bestuurlijk Juridische Zaken en Vastgoed; Hebben Wij goedgevonden en verstaan: ten behoeve van de ombouw van de Rijksweg A2-A58-A67 Randweg van 2 naar 4 rijbanen vanaf de Boschdijk/A58 tot aan de A2 Parkeerplaats Aalsterhut, met bijkomende werken, in de gemeenten Best,, Veldhoven, en Heeze- Leende zullen ten algemenen nutte en ten name van de Staat (Verkeer en Waterstaat) worden onteigend de onroerende zaken, aangeduid op de grondtekeningen welke ingevolge artikel 63 van de onteigeningswet op de gemeentehuizen van de gemeenten Best,, Veldhoven, en Heeze-Leende ter inzage hebben gelegen als: Grond Te Van het perceel bij het kadaster bekend Gemeente Veldhoven grasland B /2 eigendom Dikker Antonius i.a.g.v.g.g.m. Nicolazina Petronella Johanna Maria de Kort Veldhoven 1/2 eigendom De Kort Nicolazina Petronella Johanna Maria i.a.g.v.g.g.m. Antonius Dikker Veldhoven zandweg B /1 eigendom De Gemeente Veldhoven Veldhoven weiland hakhout 1 74 B /5 eigendom Couwenberg Aloysius Johannes 1/5 eigendom Couwenberg Godefridus Gerardus 1/5 eigendom Couwenberg Henricus Johannes 1/5 eigendom Couwenberg Josephus Johannes 1/5 eigendom Kouwenberg Bernardus Adrianus geheel weg 55 B /1 eigendom De Provincie Noord-Brabant geheel hooiland B /1 eigendom Vereniging Tot Behoud Van Natuurmonumenten In Nederland s-graveland ziekenhuis parkeer B /1 eigendom Stichting Maxima terrein plantsoen Medisch Centrum weg ged parkeer B 3383 Als grondplannummer plaats bouwterrein weg D 3499 Als grondplannummer wegen bouwterrein D 4489 Als grondplannummer Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag. 13 5

6 plantsoen D 4953 Als grondplannummer (geschat) (Ged.) sportvelden D 4943 Als grondplannummer gebouwen geheel weg 8 20 K 46 Als grondplannummer geheel bouwland 8 15 K 47 Als grondplannummer geheel weg K 48 Als grondplannummer geheel weg K 50 Als grondplannummer school erf Gym K 51 1/1 eigendom Vereniging Ons Lokaal rijwielstalling Middelbaar Onderwijs parkeerterrein Tilburg plantsoen weg 7 K 52 Als grondplannummer geheel plantsoen 60 K 89 Als grondplannummer weg K 829 Als grondplannummer trafo wegen K 1146 Als grondplannummer plantsoen bouwterrein weg K 1211 als grondplannummer weiland K /1 eigendom De Gemeente Veldhoven Veldhoven Wet Privaatr op ged. van perceel: De Gemeente Veldhoven Veldhoven weg 29 3 K 1364 Als grondplannummer geheel weg 1 82 K /1 eigendom De Staat (Verkeer en Waterstaat) Directie Noord-Brabant Den-Haag Wet Privaatr op ged. van perceel: De Gemeente Veldhoven Veldhoven plantsoen weg K 2084 Als grondplannummer wegen bouwterrein K /1 eigendom De Gemeente Veldhoven Veldhoven Wet Privaatr op ged. van perceel: De Gemeente Veldhoven Veldhoven Het Waterschap de Dommel Boxtel Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag. 13 6

7 Gemeente Aalst weg A /1 eigendom Woonstichting Hertog Hendrik Van Lotharingen ingenwet Gemeente Privaatrecht op ged. van perceel: De Gemeente geheel bouwland A /1 eigendom Woonstichting Hertog Hendrik Van Lotharingen bouwland A 2410 als grondplannummer bouwland weiland A /1 eigendom Woonstichting Hertog Hendrik Van Lotharingen Gemeente (2x) Privaatrecht op ged. perceel: SCHAPPIJ (PNEM) s-hertogenbsoch weiland A /1 eigendom Woonstichting Hertog Hendrik Van Lotharingen NV PROVINCIALE NOORDBRABANTSE ENERGIE- MAATSCHAPPIJ (PNEM) s-hertogenbsoch Gemeente geheel weiland A /3 eigendom Verschuijten, Antonetta Maria 1/3 eigendom Verschuijten, Cornelis Martinus 1/3 eigendom Verschuijten, Theodorus Antonius Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag. 13 7

8 heide weiland A /1 eigendom als grondplannummer , 2, heide A /12 eigendom Van der Meeren, Knokke-België Henricus Theodorus Gerardus Antonius o.h.v.g.m. Christiana Henrica Maria Neggers 5/24 eigendom Van der Meeren, Knokke-België Franciscus Maria o.h.v.g.m. Claudine Agnes Celeste van Tornhout 5/24 eigendom Van der Meeren, Oud-Turnhout (B) Johannes o.h.v.g.m. Maria Johanna Allegonda van Oirschot weg 6 46 A /1 eigendom De Gemeente geheel weiland A 2418 als grondplannummer bos A 2498 als grondplannummer , 2, bos A /1 eigendom De Gemeente Privaatrecht op ged. perceel: SCHAPPIJ (PNEM) Privaatrecht op ged. perceel: De Gemeente weiland A /1 eigendom Het Behouden Huys B.V. Gemeente (2x) Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag. 13 8

9 Privaatrecht op ged. van perceel: SCHAPPIJ (PNEM) bos A /1 eigendom als grondplannummer , 2, geheel weg A 3343 als grondplannummer Regionale Brandweer A /1 eigendom Regionale Opleidingscentrum Brandweer Zuid-Oost Noordparkeerterrein Brabant plantsoen SCHAPPIJ (PNEM) De Gemeente Privaatrecht op ged. van perceel: De Gemeente weg A /1 eigendom De Gemeente Privaatrecht op ged. van perceel: SCHAPPIJ (PNEM) geheel parkeerplaats, weg A /1 eigendom De Staat (Verkeer en Waterstaat) directie Noord - Brabant Wet Privaatr op ged. van perceel: Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag. 13 9

10 BRABANTSE ENERGIE MAATSCHAPPIJ (PNEM) wegen bouwterrein A /1 eigendom als grondplannummer (ged.) * Van deze grond zijn door de Den Haag Gemeente meerdere percelen verkocht; oppervlakte is de grootte voor de verkopen geheel weiland 1 10 E /1 eigendom De Staat (Verkeer en Waterstaat) directie Noord - Brabant Den Haag NV PROVINCIALE NOORDBRA- BANTSE ENERGIE MAATSCHAPPIJ (PNEM) boerderij tuin 22 E 1504 als grondplannummer boerderij tuin E /1 eigendom Van den Hoff Johannes Marinus Wet Privaatr op ged. van perceel: DOMMEL Boxtel bouwterrein 6 97 E 2597 als grondplannummer wegen bouwterrein E 2931 als grondplannummer woonhuizen weg E 2707 als grondplannummer wegen bouwterrein E /1 eigendom De Gemeente Wet Privaatr op ged. van perceel: Waterschap het stroomgebied van de Dommel Boxtel waterloop E /1 eigendom HET WATER- SCHAP DE DOMMEL Boxtel Privaatrecht op ged. van perceel: Waterschap het stroomgebied van de Dommel Boxtel bouwland weiland E 2906 als grondplannummer , 2 Boxtel Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag

11 Gemeente Best weiland C /14 eigendom Van Hapert Willem-Jan Martinus Josephus Maria g.m. Hermina Clasina Aleida van den Berg Bundel 1/14 eigendom Van Hapert Elisabeth Louise Henriette Marie b.e.g.v.g.g.m. Herman Tjesso Adriaan Huisman Heeze 1/10 eigendom Van Hapert Andreas Henricus Arthur Josephus o.h.v.g.m. Petronella Maria Stikkelbroeck 1/10 eigendom Van Hapert Nuenen Suzanne Joanna Maria Magdalena o.h.v.g.m. Johannes Groeneveld 1/14 eigendom Van Hapert Birgitte Catharina Joanna Maria o.h.v.g.m. Jacob Jan Theo Steutel 1/10 eigendom Van Hapert Eleonora Wilhelmina Francisca Magdalena g.m. Cornelis Petrus Maria Spigt 1/14 eigendom Van Hapert Valkenswaard Vincent Henri Adrianus Marie Wageningen 1/10 eigendom Van Hapert Anna Elisabeth Maria Magdalena o.h.v.g.m. Lucas Antonius Goedhart 1/14 eigendom Van Hapert Venray Marie-Louise Elisabeth Lambertine g.m. Herman Joseph Maria Erwin Mathijsen 1/10 eigendom Van Hapert Martina Maria Magdalena Elisa g.m. Vincenzo Centanni 1/14 eigendom Van Hapert Antwerpen-België Lambert Michiel Henricus Theodorus Maria 1/14 eigendom Van Hapert Berlicum-NB Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag

12 Andreas Philipjan onder voogdij staande van Jantien Lucie van Rijn geheel bouwland F 5 Als grondplannummer weg F 142 De Gemeente Best Best geheel tuin gras woeste F 156 Als grondplannummer grond geheel bos F 190 1/1 eigendom De Gemeente Best Best (2x) heide moeras F 195 1/1 eigendom Beleggingsmaat- schappij De Mispelaar B.V. 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringen Privaatrecht : wegen bouwland F 1076 Als grondplannummer geheel bouwland F 230 1/1 eigendom Van Oers Albert Antonius i.a.g.v.g.g.m. Maria Bernadetta Scheepens 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringen Privaatrecht : bouwland weiland F 394 1/1 eigendom Van Oers Albert Antonius i.a.g.v.g.g.m. Maria Bernadetta Scheepens NV Provinciale Noordbrabantse Berlicum NB Energie-Maatschappij (PNEM) (2X) huis bouwland F 747 1/1 eigendom Van den Boomen weiland Best Adriana Maria Francisca weduwe van Leo Henricus Nicolaas Anna van Heesewijk 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag

13 NV Provinciale Noordbrabantse Energie-Maatschappij (PNEM) PNEM Leidingen B.V. Inzake dit perceel bestaat een besluit als bedoeld in art. 55 Wet Bodembescherming geheel weg F 748 1/1 eigendom De Staat (Verkeer Den Haag en Waterstaat) Directie Noord-Brabant 5, lid 3, onder B van de Belemmeringenwet NV Provinciale Noordbrabantse Energie-Maatschappij (PNEM) weiland F 749 1/1 eigendom Van den Boomen Best Adriana Maria Francisca weduwe van Leo Henricus Nicolaas Anna van Heesewijk 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet bouwland F 750 1/2 eigendom Essens Martina Best Gerarda Johanna 1/2 eigendom Essens Theodora Rijen Martina Petronella i.a.g.v.g.g.m. Lambertus Josephus van Oirschot cultuurgrond F 751 1/1 eigendom Essens Theodorus Best Johannes Petrus Jozefus Maria Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag

14 cultuurgrond 1 30 F 752 Als grondplannummer huis schuur erf F 754 1/2 eigendom Van Vugt Best weiland Alexander Josephus Antonius o.h.v.g.m. Maria Petronella Catharina Tops 1/2 eigendom Tops Maria Best Petronella Catharina o.h.v.g.m. Alexander Josephus Antonius van Vugt Wet Privaatr op ged. van perceel: (2x) bouwland F 757 Als grondplannummer geheel bouwland 2 5 F 861 1/2 eigendom Essens Martina Gerarda Johanna Best 3/8 eigendom Essens Theodora Rijen Martina Petronella i.a.g.v.g.g.m. Lambertus Josephus van Oirschot 1/8 eigendom Van Oirschot Rijen Josephina Johanna Gerarda Francisca Maria g.m. Bernardus Cornelis Huberdina Avoird Wet Privaatr op ged. van perceel: (2x) geheel cultuurgrond 5 75 F 862 1/1 eigendom Essens Theodorus Best Johannes Petrus Jozefus Maria geheel cultuurgrond F 863 1/1 eigendom De Staat (Verkeer en Waterstaat) Den Haag (geschat) (Ged.) Wet Privaatr op ged. van perceel: (2x) weiland F 864 1/1 eigendom Sprankenis Jozef Karel Maria b.e.g.v.g.g.m. Maria Johanna Arnoldina Wilhelmina Louwers Wet Privaatr op ged. van perceel: (2x) Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag

15 Gemeente Gestel geheel weg B /1 eigendom De gemeente geheel pijler 52 B /1 eigendom De provincie Noord-Brabant geheel pijler 52 B 2502 als grondplannummer weg B 2504 als grondplannummer bouwland B /1 eigendom De gemeente wet Privaatr op ged. van perceel: DOMMEL (2x) Boxtel geheel weg B 2789 als grondplannummer bouwterrein wegen B 2870 als grondplannummer hakhout weiland B2965 1/1 eigendom De gemeente bomen hooiland wet Privaatr op ged. van perceel: DOMMEL Boxtel geheel weg (talud) 4 67 B /1 eigendom De gemeente op DE STAAT (Verkeer en Den Haag Waterstaat) directie Noord- Brabant geheel weg (viaduct Gestel 1 15 B 2982 als grondplannummer Broek) geheel weg (viaduct Gestel 2 98 B 2983 als grondplannummer Broek) geheel weg (viaduct Gestel 1 15 B 2984 als grondplannummer Broek) geheel weg (talud) 4 80 B 2985 als grondplannummer Groenstrook/weg B 2986 als grondplannummer geheel weg 8 32 B 2988 als grondplannummer bouwland B 3007 als grondplannummer bouwland weiland B /1 eigendom Brabant Water N.V. wet Privaatr op ged. van perceel: DOMMEL (2x) Boxtel bouwterr straten B 3011 als grondplannummer Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag

16 weiland E /1 eigendom De gemeente wet Privaatr op ged. van perceel: De Gemeente DOMMEL Boxtel weg E 2602 als grondplannummer weg 40 E 2607 als grondplannummer geheel weg E 2811 als grondplannummer geheel weg E /1 eigendom DE STAAT Den Haag (Verkeer en Waterstaat) directie Noord-Brabant NV Provinciale Noordbrabantse Energie-Maatschappij (PNEM) bouwland E /1 eigendom Golf- en Country Club De Tongelreep wet Privaatr op ged. van perceel: De Gemeente (2x) DOMMEL Boxtel * Opstalrecht nutsvoorzieningen: NRE Holding NV weg 6 5 E /1 eigendom De gemeente wet Privaatr op ged. van perceel: SCHAPPIJ (PNEM) De Gemeente DOMMEL Boxtel weg E2867 als grondplannummer cultuurgrond 2 20 E2868 1/1 eigendom De Gemeente wet Privaatr op ged. van perceel: De Gemeente (2x) DOMMEL (2x) Boxtel Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag

17 cultuurgrond E /1 eigendom Golf- en Country Club De Tongelreep wet Privaatr op ged. van perceel: De Gemeente DOMMEL Boxtel cultuurgrond E 2870 als grondplannummer paden weiland E /1 eigendom De Gemeente wet Privaatr op ged. van perceel: De Gemeente DOMMEL (2x) Boxtel cultuurgrond bos E 2890 als grondplannummer wegen kleedruimte berging E 2893 als grondplannummer sportvelden bouwland weiland E /1 eigendom Brabant Water N.V. wet Privaatr op ged. van perceel: SCHAPPIJ (PNEM) (2x) DOMMEL (3x) Boxtel bouwland bos E /1 eigendom Philips Components B.V. SCHAPPIJ (PNEM) DOMMEL Boxtel Geheel weg E /1 eigendom De Gemeente BRABANTSE ENERGIE- MAATSCHAPPIJ (PNEM) Geheel Rijksweg A E 2912 Als grondplannummer Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag

18 grond met opstallen E /1 eigendom Philips Electronics Nederland B.V. SCHAPPIJ (PNEM) DOMMEL Boxtel fabriekcomplex E /1 eigendom Koninklijke Philips cultuurgrond Electronics N.V. SCHAPPIJ (PNEM) DOMMEL Boxtel * Opstalrecht nutsvoorzieningen: NRE Netwerk BV weiland E /1 eigendom Mikkers, Wilhelmus Jacobus Henricus Maria i.a.g.v.g.g.m. Agatha Johanna Maria Zwetsloot Wet Privaatr op ged. perceel: SCHAPPIJ (PNEM) Gemeente (2x) DOMMEL Boxtel * Opstalrecht nutsvoorzieningen: NRE Holding NV geheel weg 25 F 66 1/1 eigendom Brabant Water N.V weg 3 20 F 68 als grondplannummer bouwterrein F 73 als grondplannummer garage F 268 als grondplannummer weg 7 30 F 484 als grondplannummer geheel weg 10 F 488 als grondplannummer weg F 491 als grondplannummer geheel pijler 58 F 492 als grondplannummer geheel pijler 58 F 493 als grondplannummer geheel pijler 58 F 494 als grondplannummer geheel weg 61 F 495 als grondplannummer geheel pijler 63 F 500 als grondplannummer geheel pijler 63 F 501 als grondplannummer Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag

19 geheel pijler 63 F 502 als grondplannummer bouwterrein straten F 1062 als grondplannummer geheel weg 6 57 F 1404 als grondplannummer geheel weg F 1406 als grondplannummer geheel weg 2 20 F 1408 als grondplannummer geheel weg 3 53 F 1409 als grondplannummer geheel weg 1 95 F 1410 als grondplannummer bouwterrein wegen F 1443 als grondplannummer bouwterrein wegen F 2060 als grondplannummer weg F1498 1/1 eigendom De Gemeente Wet Privaatr op ged. perceel: NRE Holding nv weg F /1 eigendom De Gemeente Wet Privaatr op ged. perceel: DE STAAT (Verkeer en Waterstaat) directie Noord- Brabant Den Haag NRE Netwerk B.V geheel weg 1 68 F /1 eigendom DE STAAT (Verkeer en Waterstaat) directie Noord-Brabant NRE Netwerk B.V geheel weg F 1501 Als grondplannummer weg F 2027 als grondplannummer Gemeente Heeze heide E 541 1/1 eigendom Stichting Het s Hertogenbosch Noordbrabants Landschap s Hertogenbosch heide E 543 1/1 eigendom Stichting Het s Hertogenbosch Noordbrabants Landschap s Hertogenbosch s Hertogenbosch SCHAPPIJ (PNEM) s Hertogenbosch Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag

20 Gemeente Stratum geheel weg C 944 1/1 eigendom De Staat (Verkeer en Waterstaat) Directie Den Haag Noord-Brabant * zakelijk recht als bedoeld in art.5, lid 3, onder B van de Belemmeringenwet PNEM Leidingen B.V. s Hertogenbosch geheel gedeeltelijk rijksweg 88 C 959 1/1 eigendom De Gemeente Waterschap Het stroomgebied van de Dommel Boxtel DOMMEL Boxtel weg C 965 1/1 eigendom De Gemeente geheel water 65 C 971 1/1 eigendom Waterschap de Dommel Boxtel PNEM Leidingen B.V geheel weiland 20 C 972 1/1 eigendom De Gemeente De Gemeente geheel weiland 45 C 973 1/1 eigendom De Gemeente PNEM Leidingen B.V geheel weg C /1 eigendom De Staat (Verkeer en Waterstaat) Directie Noord- Brabant Den Haag 5, lid 3, onder B, van de Belemmeringenwet PNEM Leidingen B.V geheel water 3 50 C 1046 Als grondplannummer water C /1 eigendom Waterschap de Dommel Boxtel parkeerterrein C /1 eigendom De Gemeente tennisbaan Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag

21 * recht van Erfpacht: Motel E3 Exploitatie bv NRE Holding NV sportcomplex C 1237 als grondplannummer bos D /1 eigendom Stichting Scouting Stratum Leende wet Privaatr op ged. perceel: DOMMEL Boxtel heide bosterrein D /2 eigendom Van de Pol Hubertus Johannes o.h.v.g.m. Judith Couwenberg 1/2 eigendom Couwenberg Judith o.h.v.g.m. Hubertus Johannes van de Pol DOMMEL Boxtel bos heide D /1 eigendom De Gemeente wet Privaatr op ged. perceel: DOMMEL Boxtel clubhuizen bijen D 5200 Als grondplannummer stal bos heide woeste grond D /2 eigendom Van de Pol grasland Hubertus Johannes o.h.v.g.m. Judith Couwenberg 1/2 eigendom Couwenberg Judith o.h.v.g.m. Hubertus Johannes van de Pol geheel fietspad D /1 eigendom De Gemeente wet Privaatr op ged. perceel: s-hertogenbosch SCHAPPIJ (PNEM) Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag

22 geheel kunstwerk 5 44 D /1 eigendom De Gemeente * recht van opstal: DE STAAT (Verkeer en Waterstaat) Directie Noord-Brabant Den Haag geheel weg 4 14 D 6446 Als grondplannummer geheel weg 6 32 D /1 eigendom De Staat (Verkeer en Waterstaat) Directie Den Haag Noord-Brabant wet Privaatr op ged. van perceel: N.V. Provinciale Noordbrabantse Energie-Maatschappij (PNEM) Gemeente Strijp geheel weg D /1 eigendom DE STAAT Den Haag (Verkeer en Waterstaat) Directie Noord-Brabant DE STAAT (Verkeer en Water- Den Haag staat) Directie Noord-Brabant bouwterrein D /1 eigendom De Gemeente geheel pijler 50 E 113 1/1 eigendom De Provincie Noord-Brabant geheel pijler 50 E 114 als grondplannummer geheel pijler 50 E 115 als grondplannummer geheel betonverharding 1 55 E 125 als grondplannummer geheel betonverharding 3 50 E 126 als grondplannummer geheel betonverharding 1 65 E 128 als grondplannummer geheel betonverharding 1 55 E 129 als grondplannummer geheel betonverharding 3 80 E 130 als grondplannummer geheel kanaal 6 85 E 132 1/1 eigendom De Gemeente DE STAAT (Verkeer en Water- Den Haag staat) Directie Noord-Brabant weg E 137 als grondplannummer parallelweg E 139 als grondplannummer plantsoen E 164 1/1 eigendom Stichting Plantsoen-Beheer Strijp Veghel geheel betonverharding 2 20 E 215 als grondplannummer geheel gashuisje 64 E 217 1/1 eigendom NRE Netwerk B.V. Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag

23 weiland E 218 als grondplannummer huiswinkel E 219 als grondplannummer showroom 3 magaz. Bouwl. 3 garagebox. Bouwter weg E 220 als grondplannummer geheel weg E 221 DE STAAT (Verkeer en Water- Den Haag staat) Directie Noord-Brabant SCHAPPIJ (PNEM) geheel weg E 224 DE STAAT (Verkeer en Water- Den Haag staat) Directie Noord-Brabant De Gemeente NRE Netwerk B.V weg E 225 als grondplannummer geheel weg E 226 als grondplannummer weg grond kanaal E 231 1/1 eigendom De Gemeente wet Privaatr op ged. perceel: SCHAPPIJ (PNEM) weg E 233 als grondplannummer grond 5 82 E 243 1/1 eigendom Lievendaal B.V. Veldhoven wet Privaatr op ged. perceel: SCHAPPIJ (PNEM) De Gemeente * Opstalrecht nutsvoorzieningen: op ged. perceel: De Gemeente weg F 53 als grondplannummer geheel weg 1 80 F 201 als grondplannummer geheel weg 2 F 203 als grondplannummer geheel viaduct 2 47 F 205 als grondplannummer Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag

24 geheel gedeelte weg F 212 1/1 eigendom DE STAAT Den Haag geschat (ged.) (Verkeer en Waterstaat) NRE Netwerk B.V Philips van F 216 als grondplannummer Lenneppark weg F 233 als grondplannummer weg F 243 als grondplannummer geheel grond 41 6 F /1 eigendom DE STAAT Den Haag geschat (ged.) (Verkeer en Waterstaat) NRE Netwerk B.V. wet Privaatr op ged. perceel: De Gemeente weg F 302 als grondplannummer geheel weg F 309 als grondplannummer geheel viaduct de Sierman 2 47 F 310 1/1 eigendom De Gemeente * Recht van opstal: DE STAAT Den Haag (Verkeer en Waterstaat) Directie Noord-Brabant weg F 312 als grondplannummer waterzuiveringsinst., F 339 1/1 eigendom BRABANT WATER filtergebieden, NV terrein, bos weg/weiland F 369 als grondplannummer woonwagenkamp F 371 als grondplannummer berm fietspad bos F 397 als grondplannummer geheel grond F 399 als grondplannummer grond F 401 als grondplannummer weg geheel weg F 402 als grondplannummer golfterrein parkeer F /1 eigendom Onroerend- plaats Goedmaatschappij Jebes B.V bouwterrein weg G 82 als grondplannummer ged.waterloop geheel trafo 13 G 88 als grondplannummer tuin 1 31 G 96 als grondplannummer huis garage erf 4 4 G 97 als grondplannummer woonhuis erf tuin 2 3 G 98 als grondplannummer huis garage/berging 1 92 G 99 als grondplannummer tuin Uit: Staatscourant 11 april 2005, nr. 69 / pag