VERPLEEGBELEID. Hoorcollege Robert Wagensveld Jaar 3 HBOV

Transcriptie

1 VERPLEEGBELEID Hoorcollege Robert Wagensveld Jaar 3 HBOV

2 SITUATIES: ROND 1 PATIËNT OF ROND EEN PATIËNTENGROEP: - Iedereen in het team handelt anders. - Eeuwige discussies over hoe er in een bepaalde situatie gehandeld moet worden. - Een taboe: men weet dat er grote verschillen in mening en/of handelen zijn, maar men doet net of dat niet zo is. - Situaties waarin het lijkt of (een deel van) het team tegenover i.p.v. naast de patiënt staat.

3 Naast de planning en uitvoering van protocollen, interventies enz. heeft de verpleegkundige ook een taak in het scheppen van condities voor de uitvoering van de interventies en de zorgactiviteiten

4 Informatie over de gezondheidstoestand van de patiënt leidt via informatie verzamelen klinisch redeneren tot besluiten over toepassing van protocollen richtlijnen (standaard)verpleegplannen en door een goede uitvoering hiervan tot goede zorg.

5 Het verpleegbeleid legt een verbinding tussen het verpleegplan en de verdere inhoud van het verplegen, werkprocedures in de praktijk en andere beïnvloedende factoren. Het verbindt het persoonlijke (patiënt-) niveau met de omgeving waarbinnen de zorgverlening plaatsvindt.

6 BELANGEN Verpleegbeleid expliciteert beslissingen op basis van belangenafweging. Belangen van personen groepen anonieme belangen organisaties structuren

7 De opdracht in detail:

8 VERPLEEGBELEID Het opstellen van vuistregels voor het denken en doen van verpleegkundigen en verzorgenden ten aanzien van een individuele patiënt of groep patiënten, om de verpleegkundige zorg zo effectief en efficiënt mogelijk te sturen naar een patiëntgericht doel.

9 VOORBEELD VERPLEEGBELEID (1) Oudere dame zorgt voor haar gehandicapte man. Wijkverpleging: medicatie, wassen en toilet. Man kan steeds minder meewerken. Zorg wordt zwaarder. Wijkverpleging bereikt fysieke grens. Zorg betekent verpleeghuisopname. patiëntenbelang teambelang financieel belang organisatiebelang Verpleegbeleid: Bij stoppen zorg ivm zorgzwaarte, eerst ethisch beraad met team en cliëntvertegenwoordiger

10 MEVROUW LAGRANDE VOORBEELD VERPLEEGBELEID (2) 65-jarige dame na 2 dagen op CCU overgeplaatst naar Cardiologie. Opgenomen met ritmestoornis, kreeg na cardioversie lichte CVA. Mw. ligt op 1-persoonskamer. Heeft CAD (ivm. incontinentie na CVA), maagsonde (ivm. braken en niet willen eten na CVA), 2 infusen voor vocht en medicatie. Mw. is licht gedesoriënteerd, komt moeilijk uit haar woorden, weet niet wat er gebeurd is, waarvoor CAD, sonde, infusen zijn. Verschillende disciplines zijn betrokken. Mw. wordt door verschillende verpleegkundigen en stagiaires verpleegd.

11 WELKE BELANGEN? Welke belangen spelen er zoal in de situatie van mw. Lagrande? Belangen van personen groepen anonieme belangen organisaties structuren

12 VOORBEELDEN VAN SITUATIES DIE OM VERPLEEGBELEID VRAGEN: reactie op bezoek buiten bezoektijden bij een bepaalde patiënt communicatie met een patiënt met afasie hanteren van 'lastig gedrag' van een patiënt met een psychiatrische aandoening omgaan met een patiënt met lage therapietrouw ondersteunen van een patiënt in het nemen van een behandelbeslissing die zij door ambivalentie steeds uitstelt fixatie van een verwarde patiënt Omgaan met wegloopgedrag van een dakloze, gedwongen opgenomen patiënt in de psychiatrie

13 VUISTREGELS Praktische, globale regels Bedoeld om beslissingen richting te geven Met de vrijheid er van af te wijken Bijvoorbeeld: Langdurig opgenomen patiënten plaats aan het raam Gesprekken over verloop en beleid met (enigszins) verwarde patiënten altijd met familielid erbij aanwezig (psychiatrische) patiënt zonder vrijheid mag altijd ten minste 1x per dag wandelen onder begeleiding

14 STAGEOPDRACHT VERPLEEGBELEID Breng het (impliciet) verpleegbeleid ten aanzien van een patiënt in kaart. Deze patiënt behoeft zorg vanuit een multidisciplinair team en de context betreft een niet standaardverpleegsituatie. Ontwerp expliciet en onderbouwd verpleegbeleid voor deze patiënt.

15 VOORBEREIDING 1. Selecteer verschillende patiënten die op jouw stageafdeling worden verpleegd, waarbij duidelijk sprake is van impliciet verpleegbeleid. Kies één van de geselecteerde patiënten onder andere op basis van volgende criteria:

16 VOORBEREIDING (VERVOLG, CRITERIA KEUZE) Er is sprake van zorgverlening door een multidisciplinair team, Er is sprake van een niet-standaard verpleegsituatie, Je bent volledig op de hoogte van minimaal 4 verschillende verpleegsituaties bij de gekozen patiënt, waarbij sprake was van impliciet verpleegbeleid.

17 PLANNING EN UITVOERING 2. Maak een plan voor het verzamelen en analyseren van gegevens over de verschillende factoren die een rol spelen in vier verschillende verpleegsituaties bij de geselecteerde patiënt (welke factoren en/of personen, wat is hun belang en waarom, wat is hun invloed, wat is hun positie, hoe is dat belang/die invloed merkbaar, welke factoren en/of personen zijn beïnvloedbaar enz.). 3. Voer het plan uit!

18 VERSLAG 1 4. Beschrijf in een paper (3 A4) welke belangen er vanuit elke betrokkenen een rol speelden in die vier situaties.

19 VERSLAG 2 Geef weer welke invloed ze uitoefenen en hoe ze dit doen. Beschrijf op welke wijze er in de vier situaties een belangenafweging plaatsvond, door wie en hoe die belangenafweging uitviel.

20 VERSLAG 3 Leg uit hoe jij in die situaties de belangenafweging gemaakt zou hebben en verantwoord je keuze. Formuleer vanuit bovenstaande analyse vuistregels voor de verpleegkundige zorg die verpleegkundigen en verzorgenden in staat stellen de verpleegkundige zorg voor die patiënt efficiënt en effectief te sturen naar een patiëntgericht doel (verpleegbeleid).

21 VERSLAG 3 Lever het verslag in bij je werkbegeleider. Indien het team dit wenst, bespreek je het verslag in het verpleegkundig team.

22 BEOORDELING De werkbegeleider beoordeelt het verslag op juistheid van de gegevens. De stagedocent beoordeelt de definitieve uitwerking, en maakt hierbij gebruik van de volgende beoordelingscriteria in het beoordelingsformulier:

23 BEOORDELINGSCRITERIA 1 1. De belangen van elk van de betrokkenen zijn helder en volledig in kaart gebracht. 2. De belangenafweging is transparant. 3. Het patiëntenbelang is in de belangenafweging duidelijk herkenbaar. 4. Het verpleegbeleid is gebaseerd op de beschreven belangen en de belangenafweging.

24 BEOORDELINGSCRITERIA 2 5. Het patiëntenbelang is in het verpleegbeleid duidelijk herkenbaar. 6. Het verpleegbeleid omvat vuistregels die duidelijk zijn voor iedereen die er mee moet werken. 7. Het verpleegbeleid geeft efficiënte en effectieve sturing. 8. De keus van het verpleegbeleid en de vuistregels is onderbouwd.

25 INDIEN GEPRESENTEERD: 1. De keus van de patiënt wordt toegelicht. 2. De belangen van de betrokkenen zijn vermeld. 3. De belangenafweging wordt helder gepresenteerd. 4. Het ontworpen verpleegbeleid met vuistregels wordt helder gepresenteerd en verantwoord.

26 Vragen? EBP 1 les