Positie kiezen in discussies over vaste en flexibele formatie. Eindrapport

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Positie kiezen in discussies over vaste en flexibele formatie. Eindrapport"

Transcriptie

1 Positie kiezen in discussies over vaste en flexibele formatie Eindrapport Rekenkamercommissie Kempengemeenten juni 2015

2 Inhoudsopgave Voorwoord 1. Inleiding Achtergrond Onderzoeksvragen Aanpak Leeswijzer 4 2. Normenkader: de uitgangspunten voor het onderzoek Definitie van inhuur Formele taken en bevoegdheden van raad en college als het gaat om inhuur Normenkader voor inhuur 7 3. Bevindingen op basis van het normenkader Kaderstelling en verantwoording Beleid Sturing Samenvattend overzicht Bevindingen uit de raadsconferentie Antwoorden onderzoeksvragen Handreikingen en aanbevelingen voor de raad Handreikingen voor de drie organisaties Gemeente-specifieke handreikingen 25 Bijlage 1: Feitenrapportage 27 Gemeente Eersel 27 Gemeente Oirschot 30 Gemeente Reusel-De Mierden 33 Bijlage 2: Bestuurlijke reacties 38 Bijlage 3: Best practices en benchmark 47 II.1 Best practices 47 II.2 Benchmark 51 Bijlage 4: Gesprekspartners 52 Bijlage 5: Dialoogmap (raadsconferentie) 53 1

3 Voorwoord Hierbij bieden wij u de rapportage aan van ons onderzoek naar de inhuur van personeel. Zeer bewust is gekozen voor de titel Positie kiezen in discussies over vaste en flexibele formatie. Immers, beslissingen omtrent de inzet van personeel behoren doorgaans niet tot het primaat van de gemeenteraad. Daarover gaan toch vooral college en management. Dit was ook de teneur van een aantal reacties die wij ontvingen vanuit de drie gemeenten, bij aankondiiging van ons onderzoek. Tegelijkertijd onderkenden wij als rekenkamercommissie dat met keuzes voor inhuur wel degelijk soms ook strategisch stelling wordt genomen en dat sprake is of kan zijn van consequenties voor de positionering van de gemeente: extern in bijvoorbeeld de regio of intern richting de eigen politiek. Deze consequenties komen voort uit zowel de omvang van inhuur als de thema s waarvoor inhuur plaatsvindt. Ook is er sprake van een relatie tussen inhuur en de omvang en kwaliteit van de vaste formatie én de ontwikkeling daarvan. Tenslotte veronderstellen wij een groei voor de komende jaren in de omvang van de flexibele schil, als gevolg waarvan het belang ervan de komende jaren toeneemt. Al deze overwegingen opgeteld maken dat wij het van belang achten dat de gemeenteraad zich buigt over de vraag hoe en welke positie te kiezen in discussies over de inzet van eigen of ingehuurd personeel. De onderzoeksvragen zijn geformuleerd met respect voor het primaat van het college. Dat geldt ook voor de conclusies en aanbevelingen. Wij hopen dan ook dat deze rapportage en de daarin gedane aanbevelingen u als gemeenteraden een handreiking bieden om positie te kiezen en kaders te stellen, maar vooral ook om met uw respectievelijke colleges de discussie hierover aan te gaan. Volledigheidshalve dient vermeld dat de bestuurlijke reactie van het college van Oirschot heeft geleid tot een feitelijke aanpassing van het rapport, waar het gaat om de financiële omvang van inhuur. Hierover is ook per brief met het college gecommuniceerd. 2

4 1 Inleiding 1.1 Achtergrond Gemeenten huren om uiteenlopende redenen tijdelijk personeel in. De mate waarin gebruik wordt gemaakt van tijdelijk personeel fluctueert, evenals de kosten ervan. De afweging om in te huren wordt doorgaans op bestuurlijk of ambtelijk niveau gemaakt. De gemeenteraad is hier slechts zelden inhoudelijk en in individuele gevallen bij betrokken. Terecht wellicht, geredeneerd tegen de achtergrond van het dualisme. Maar met de keuze voor tijdelijke inzet van personeel worden impliciet soms strategische keuzes gemaakt die betrekking hebben op de inrichting van de organisatie en de positionering van de organisatie in politiekbestuurlijk opzicht. En dat raakt wel degelijk aan de rol van de raad. Daarnaast gaan er met inhuur dikwijls aanzienlijke budgetten gepaard en berust het budgetrecht en de controlerende functie bij de gemeenteraad. Rol en belang lopen daarmee niet per se parallel, maar rolinvulling door bestuur en ambtelijk apparaat raakt wel aan het belang van de raad. Huidige en toekomstige ontwikkelingen in het gemeentelijke takenpakket (meer, andere en gespecialiseerdere taken) en in de gemeentelijke organisatie (regie, samenwerking, participatie, financiën) maken dat gemeenten zich in de komende bestuursperiode nog nadrukkelijker moeten buigen over omvang en kwaliteit van de (vaste) formatie. Gemeenten, vooral van de omvang van de Kempengemeenten, zullen zich een beeld moeten vormen over de wijze waarop wordt voorzien in de vereiste deskundigheid op de diverse beleidsterreinen: welke deskundigheid en competenties moeten structureel worden verankerd in de vaste formatie en in welke deskundigheid en competenties kan op andere wijzen worden voorzien?. Hierbij passen ook tactisch/strategische afwegingen ten aanzien van het inhuren van personeel: structureel, ad hoc, in samenwerking of anderszins. Op grond van deze en andere ontwikkelingen verwacht de rekenkamercommissie een toenemende aandacht voor de inrichting van een flexibele schil. De verhouding tussen vaste en flexibele formatie zal wijzigen en budgetten voor inhuur zullen naar verwachting groeien. Het belang ervan neemt toe. Daarmee ook het belang van een adequate positionering van de gemeenteraad in zowel de kwalitatieve discussie hierover als de controlerende en budgetterende rol. Vanwege dit toenemende belang, dat zich dus nadrukkelijk niet beperkt tot een financieel belang, vindt de rekenkamercommissie het wenselijk een onderzoek uit te voeren naar aard en omvang, afwegingen en verantwoordelijkheden en in het verlengde daarvan sturing en toezicht door de gemeenteraad op de inhuur van personeel in de gemeenten Eersel, Oirschot en Reusel-De Mierden. 1.2 Onderzoeksvragen De rekenkamercommissie heeft als centrale onderzoeksvragen geformuleerd: 1. Hoe groot is het financiële belang en de omvang van de inhuur van personeel momenteel in de gemeenten Eersel, Oirschot en Reusel-De Mierden, hoe zijn de diverse rollen en verantwoordelijkheden in dit verband belegd en in hoeverre zijn de gemeenteraden binnen de huidige afspraken in staat hun kaderstellende, toezichthoudende en controlerende taken 1 uit te oefenen? 2. Uitgaande van een veronderstelde groei van het belang van een flexibele schil: welke rol zouden de gemeenteraden moeten nemen in huidige en toekomstige discussies omtrent de inrichting van een flexibele schil (in het licht van onder meer kwaliteit, omvang, relatie tot vaste formatie, verantwoordelijkheden, regie, sturing en toezicht) en hoe kunnen de gemeenteraden in deze rol worden gepositioneerd? 1 We onderscheiden toezichthoudend en controlerend als volgt: De toezichthoudende taken zien op a priori goedkeuring en toezicht gedurende de uitvoering van het college. Controle vindt achteraf plaats. 3

5 Het in beeld brengen van de huidige situatie (vraag 1) staat ten dienste van de beantwoording van vraag 2.Dat betekent dat we in dit onderzoek alleen normerende en oordelende uitspraken doen over de rol van de raad bij vraagstukken rond inhuur. We oordelen niet over de hoogte van inhuurbudgetten en volumes in de huidige situatie, noch over de vraag of hiermee voor de organisatie goede of minder goede keuzes zijn gemaakt. 1.3 Aanpak Het onderzoek is gebaseerd op twee aspecten, gelet op de onderzoeksvragen. Het eerste aspect is het in beeld brengen van de feitelijke situatie in de drie gemeenten. Wat is er aan beleid en kaderstelling op het gebied van inhuur? Over welke volumes gaat het? Hoe stuurt het college op inhuur en welke rol neemt de raad? Het tweede aspect zijn de ervaringen die andere gemeenten met inhuur hebben opgedaan. Op basis van deze pijlers worden bevindingen gedaan over de huidige rol van de raad en handreikingen geformuleerd voor de toekomst. Voor het onderzoek is de volgende aanpak gevolgd: 1. Desk research: andere rekenkameronderzoeken Het bestuderen van rekenkameronderzoeken naar externe inhuur in ca. 40 gemeenten, heeft geresulteerd in een overzicht van best practices die de raad kan hanteren voor sturing op flexibele schil/inhuur en een normenkader voor besturing van inhuur vanuit het perspectief van de raad. Het normenkader en het overzicht met best practices zijn als tussenresultaat door de Rekenkamercommissie vastgesteld. 2. Desk research: specifieke documenten van de gemeenten Eersel, Oirschot en Reusel-De Mierden. Hiermee hebben we de feitelijke situatie m.b.t. flexibele schil/inhuur in beeld gebracht. Daarbij hebben we gekeken naar organisatievisies, begroting en jaarrekening, bestuurs- en managementrapportages, raadsinformatiebrieven, etc. 3. Interviews met sleutelspelers per gemeente De interviews brengen de opvattingen en meningen over de huidige situatie per gemeente in beeld. Geïnterviewd zijn: hoofd P&O (voor de drie gemeenten gezamenlijk), inkopers, gemeentesecretarissen, controllers, managers (groepsgesprek MT), portefeuillehouders P&O, griffiers en fractievoorzitters (groepsgesprek). Bijlage 3 bevat een overzicht van de gesprekspartners. Van elk gesprek is een beknopt gespreksverslag gemaakt dat voor commentaar is voorgelegd aan betrokkenen. 4. Gezamenlijke raadsconferentie over de rol van de raad De raden zijn in dialoog gegaan over hun rol in huidige en toekomstige discussies over de inrichting en omvang van een flexibele schil. Hiervoor is gebruik gemaakt van een gestructureerde dialoog, gebaseerd op de bevindingen van de voorgaande stappen. 5. Rapportage met analyse en interpretatie van bevindingen en opvattingen. De conceptrapportage is met de Rekenkamercommissie besproken en wordt voor bestuurlijk commentaar voorgelegd aan de drie gemeenten. 1.4 Leeswijzer Hoofdstuk 2 bevat de uitgangspunten voor het onderzoek, en bevat onder meer de definitie van inhuur en het normenkader dat we in dit onderzoek hanteren om over de bevindingen te rapporteren. Deze bevindingen komen in hoofdstuk 3 aan de orde. Hoofdstuk 4 gaat in op handreikingen en aanbevelingen voor de raad. Als bijlagen zijn opgenomen: een feitenrapportage per gemeente (bijlage 1), een overzicht van best practices (bijlage 2), een overzicht van gesprekspartners (bijlage 3) en de in de raadsconferentie gehanteerde dialoogmap (bijlage 4). 4

6 2 Normenkader: de uitgangspunten voor het onderzoek Dit onderzoek legt de nadruk op de rol van de raad bij inhuur. Vanuit die rol wordt gekeken naar de rollen van het college, de ambtelijke leiding en ambtelijke organisatie. Het kijken naar inhuur doen we aan de hand van een normenkader. Voordat we het normenkader behandelen, gaan we eerst in op de definitie van inhuur die we in dit onderzoek hanteren en de formele taken en bevoegdheden die raad en college hebben op het terrein van inhuur. 2.1 Definitie van inhuur Inhuur Er bestaan uiteenlopende definities van inhuur. Op basis van veel voorkomende definities uit andere rekenkameronderzoeken hanteren we in dit onderzoek de volgende definitie: Inhuur is extern personeel dat niet in dienst is van de gemeente, terwijl er wel een (hiërarchische) gezagsrelatie bestaat tussen de gemeente en het personeel. De gemeente (de inhurende organisatie) is primair verantwoordelijk voor het behalen van resultaten door het extern personeel. Voorbeelden van inhuur zijn: Interim managers. Uitzendkrachten (ook payroll en detachering) zowel voor de invulling van formatieplaatsen als in de vorm van extra capaciteit van piekwerkzaamheden en projecten Uitbesteding Inhuur is niet hetzelfde als uitbesteding. Onder uitbesteding vallen externe deskundigen die geen directe (hiërarchische) gezagsrelatie met de gemeente hebben. De verantwoordelijkheid voor het behalen van goede resultaten ligt bij de werkgever van de externe deskundige. Voorbeelden van uitbesteding zijn: Externe deskundigen die worden ingezet voor adviesdiensten. Bijvoorbeeld advisering over organisatie en formatie, beleid of communicatie, juridisch advies, advisering over ICT, accountancy, financiën, administratieve organisatie. Het contracteren van partijen voor het uitvoeren van verschillende taken en werkprocessen (handhaving, onderhoud openbare ruimte, beveiliging, catering, schoonmaak etc.). De hierboven gebruikte definities maken geen onderscheid tussen inhuur van en/of uitbesteding bij marktpartijen of andere gemeenten. Dat wil zeggen dat het inhuren van bijvoorbeeld een medewerker financiën van een andere gemeente voor 2 dagen in de week valt onder de definitie van inhuur. Uitbesteding van de werkzaamheden van de inkoopafdeling aan de inkoopafdeling van een andere gemeente valt onder de definitie van uitbesteding. Samenwerking tussen gemeenten daarentegen ziet op het gezamenlijk organiseren van een taak met gedeelde bestuurlijke betrokkenheid bij die taak. In Kempenverband is de GR Samenwerking Kempengemeenten (GR SK) hiervoor een voorbeeld. Onder de GR SK valt bijvoorbeeld ook de gezamenlijke P&O afdeling onder gedeelde bestuurlijke verantwoordelijkheid vanuit de gemeenten. In dit onderzoek maken we gebruik van de benchmark inhuur uit de Personeelsmonitor van het A+O-fonds (2013). De benchmark bevat per groottecategorie van gemeenten cijfers over de verhouding van de hoogte van inhuur ten opzichte van de totale loonsom. Deze benchmark hanteert een definitie van inhuur die ruimer is dan hierboven geschetst en bevat elementen die onder onze definitie als uitbesteding worden gezien. Overigens geldt voor twee van de drie gemeenten dat zij een ruimere definitie hanteren bij het administreren van cijfers over inhuur en uitbesteding. Voor dit onderzoek is deze ruimere definitie niet problematisch. Dit onderzoek gaat immers niet over een specifieke doorlichting van de financiële administratie ten aanzien van inhuur of de hoogte van de inhuurbudgetten en volumes. Wij hebben gebruik gemaakt van in begroting en in jaarrekening gerapporteerde cijfers en deze verder niet uitgesplitst naar soorten binnen onze definitie. Een verdere detaillering naar soorten inhuur is tussen de drie gemeenten onderling niet goed mogelijk. Voor de 5

7 benchmark geldt: niet zozeer de precieze score is interessant, wel de mate waarin een gemeente afwijkt van het gemiddelde van de benchmark. Zie verder bijlage 1 (feitenrapportage) en bijlage 2 (benchmark). 2.2 Formele taken en bevoegdheden van raad en college als het gaat om inhuur De gemeenteraad De gemeenteraad is het volksvertegenwoordigende en daarmee het hoogste orgaan binnen de gemeentelijke structuur. Op grond van de Gemeentewet heeft de raad verordenende bevoegdheden. Dit betekent dat de raad algemene regels (kaders) mag stellen, tenzij die bevoegdheid bij wet uitdrukkelijk aan college of burgemeester is toegekend. Denk aan brede kaders voor taken, beleid en organisatie. De Gemeentewet (art. 189) specificeert uitdrukkelijk het budgetrecht van de raad. De raad stelt daarom de begroting van de gemeente vast. De raad stelt bij verordening (art. 212) ook de uitgangspunten voor het financiële beleid vast, alsmede voor het financiële beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie. Dit waarborgt dat aan de eisen van rechtmatigheid, verantwoording en controle wordt voldaan. De raad stelt ook bij verordening (art. 213) regels vast voor de controle op het financiële beheer en op de inrichting van de financiële organisatie. Dit waarborgt dat de rechtmatigheid van het financiële beheer en van de inrichting van de financiële organisatie wordt getoetst. Tenslotte kan de raad over alles wat haar taak aangaat inlichtingen vragen (art. 169, zie ook hieronder). Het college Op grond van de Gemeentewet heeft het college de volgende taken en bevoegdheden (art. 160): Alle bevoegdheden nodig voor het dagelijks bestuur van de gemeente, tenzij de burgemeester die uitdrukkelijk heeft gekregen. Voorbereiding van de raadsbesluiten, zoals het maken van een ontwerpbegroting of een voorstel voor een verordening. Het vaststellen van regels over de ambtelijke organisatie en het benoemen, schorsen en ontslaan van ambtenaren. Besluiten tot privaatrechtelijke rechtshandelingen zoals het sluiten van contracten, het verrichten van aanbestedingen en het aangaan van betalingsverplichtingen (binnen het kader van de begroting). De verantwoordingsplicht van het college richting de raad is vastgelegd in de Gemeentewet (art. 169): Het college en de leden zijn aan de raad verantwoording schuldig over het gevoerde bestuur. Zij geven de raad alle inlichtingen die de raad voor de uitoefening van zijn taak nodig heeft. Zij geven de raad gevraagde inlichtingen, tenzij het verstrekken ervan in strijd is met het openbaar belang. Zij geven de raad vooraf inlichtingen over de uitoefening van onder meer het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen indien de raad daarom verzoekt of indien de uitoefening ingrijpende gevolgen kan hebben voor de gemeente. In het laatste geval neemt het college geen besluit dan nadat de raad in de gelegenheid is gesteld zijn wensen en bedenkingen ter kennis van het college te brengen. De gemeentesecretaris valt hiërarchisch onder het college en ondersteunt het college bij zijn taken. Hij geeft naast zijn secretaristaken leiding aan de ambtelijke organisatie. Betekenis voor het onderwerp inhuur De geschetste taken en bevoegdheden maken dat raad en college ieder hun eigen rol en verantwoordelijkheid hebben als het gaat om inhuur: Inhuur behoort in eerste instantie tot het domein van het college. Het college gaat over de dagelijkse gang van zaken, de organisatie-inrichting, het personeelsbeleid en het aangaan van contracten. Het college legt over het gevoerde beleid verantwoording af aan de raad en verstrekt de raad de nodige inlichtingen. De raad kan algemene kaders stellen voor de uitoefening van die bevoegdheden van het college, zolang de bevoegdheid van het college hiermee niet wordt ondermijnd. Zo kan de raad in algemene zin en dus op hoofdlijnen een organisatievisie en het te voeren strategisch personeelsbeleid 6

8 vaststellen. Dan gaat het bijvoorbeeld om de vraag of de gemeente een regie-organisatie wil zijn of juist een uitvoeringorganisatie. En om wat dat betekent voor de gewenste verhouding tussen vast en flexibel personeel, over de specialistische kennis die permanent in huis moet zijn, of de afwegingen die bij inhuur aan de orde zijn. De raad stelt de financiële kaders voor inhuur vast in de begroting. Hoe specifiek die kaders zijn, is aan de raad zelf. De raad is bevoegd het college ter verantwoording te roepen over gemaakte keuzes en alle informatie daarover op te vragen. Bij ingrijpende gevolgen voor de gemeente dienen ook privaatrechtelijke rechtshandelingen, bijvoorbeeld het aangaan van een contract, vooraf besproken te worden met de raad. Tenslotte stelt de raad de kaders voor het financiële beheer en administratie en de controle erop. Deze rollen en verantwoordelijkheden van raad en college zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden en kunnen alleen in onderlinge samenhang goed worden ingevuld. Het gaat om het voeren van een dialoog over kaders, beleid en bereikte resultaten. Informatie vragen en informatie verstrekken zijn een cruciaal onderdeel van dit proces. Het is echter wel de kunst om de dialoog over de goede dingen en op het goede (detail)niveau te voeren. De raad moet niet op de stoel van het college (willen) gaan zitten en het college moet niet de indruk wekken dat het belangrijke informatie voor de raad achter houdt. Rolvastheid van beide organen brengt een voortdurende dialoog op gang. Binnen de wettelijke kaders is het afhankelijk van de bestuurscultuur binnen de gemeente hoe en waarover die dialoog wordt gevoerd. In dat opzicht is er geen one size fits all. Voor het thema inhuur zijn altijd de drie invalshoeken kaderstelling en verantwoording, beleid, en sturing van belang als het gaat om het thema inhuur. Het normenkader (zie volgende paragraaf) is langs deze drie thema s opgebouwd en dient vooral als methodiek ( wat ) gelezen te worden. De invulling ( hoe ) afhankelijk is van de bestuurscultuur. 2.3 Normenkader voor inhuur Dit normenkader is tot stand gekomen op basis van formele juridische normen en op grond van de best practices uit andere gemeenten. Voor het normenkader onderscheiden wij drie invalshoeken: Kaderstelling en verantwoording: de rol van de raad om kaders te stellen en het college ter verantwoording te roepen. Beleid: het beleid dat in de gemeente gehanteerd wordt ten aanzien van inhuur. Het beleid dient als richtlijn voor de verantwoording door het college en als toetsingskader voor het ter verantwoording roepen door de raad. Het formuleren van het inhuurbeleid is aan het college. Het beleid dient echter gedragen te zijn door de raad en de door de raad gestelde kaders in acht te nemen. Sturing: het sturen op het behalen van de uitgangspunten en doelstellingen van het beleid, het naleven van het beleid, het monitoren van het inhuurproces en het genereren van feitelijke informatie over inhuur. Sturing hoort bij de rol van de ambtelijke organisatie. De sturingsinformatie is van belang voor de interactie tussen raad en college bij kaderstelling en verantwoording en dus voor het toetsen aan en het bijstellen van het beleid Kaderstelling en verantwoording Onderwerp De raad heeft kaders gesteld voor de organisatievisie (regieorganisatie, uitvoeringsorganisatie) Kaders voor de inrichting van het strategisch personeelsbeleid Uitspraak over de gewenste politiek bestuurlijke relevantie van de inhuur van externe adviseurs. Dit is richtinggevend voor zowel kaderstelling als controle vanuit de raad. Beleidsgevoelige thema s en/of drempelbedragen waarbij de raad vooraf geïnformeerd wil worden over inhuur De raad stelt expliciet financiële kaders voor inhuur Specificatie Bijvoorbeeld in de paragraaf bedrijfsvoering van de begroting. Denk aan kaderstellende uitspraken over inhuur beleid in relatie tot regulier personeelsbeleid: Wat is de gewenste verhouding tussen vast en tijdelijk personeel? Welke specialistische kennis moet permanent in huis zijn voor de essentiële bestuurlijke en openbare taken om duurzaam haar medebewinds- en autonome taken te kunnen uitvoeren (Veerkrachtig Bestuur)? In welke gevallen wordt structurele inhuur omgezet in vaste formatie? In welke mate doet het inhuren van derden afbreuk aan het de aantrekkelijkheid van de 7

9 De raad heeft kaders gesteld voor de wijze van informatievoorziening over personeelsbeleid en inhuur: Er zijn afspraken over de wijze waarop de raad op hoofdlijnen en naar inhuurcategorie wordt geïnformeerd over aard, omvang, doelmatigheid en doeltreffendheid van inhuur. De raad vraagt het college om een verantwoording over de realisatie van doelen die zijn gerealiseerd met inhuur. De raad is in staat om op basis van verstrekte informatie over personeelsbeleid en inhuur te controleren In programmarekening/jaarverslag wordt gerapporteerd over aard en omvang inhuur, argumentatie voor inhuur, gevoerde beleid t.a.v. inhuur, bereikte resultaten. In programmabegroting is aandacht voor inhuur van derden in relatie tot de inzet van eigen personeel en de organisatievisie. Inhuur is controleerbaar en reproduceerbaar De raad is in staat om op basis van de verantwoording over personele uitgaven (opnieuw) kaders te stellen en te controleren op een doelmatige realisatie van gemeentelijke doelen. gemeente als vaste werkgever? Hoe kan in het kader van een lerende organisatie - het vaste personeelsbestand profiteren van tijdelijk ingehuurde deskundigheid van buiten Bij financiële kaderstelling kan gedacht worden aan inhuur uitgedrukt in percentage van de loonsom of een bedrag (bijvoorbeeld per afdeling, begrotingsonderdeel). Bijvoorbeeld afspraken dat in jaarverslag, bestuursrapportages en/of raadsmededelingen aandacht wordt besteed aan: Type inhuur Aard en omvang van inhuur derden; De afwegingen om tot inhuur over te gaan; De wijze van aanbesteding; De (gemiddelde) kosten en de bruikbaarheid van de resultaten. Passende instrumenten voor kaderstelling, controle en informatievoorziening zijn: Begroting Jaarrekening Jaarverslag Bestuursrapportages Raadsmededelingen Raad en college gaan op basis van de verstrekte informatie en de bereikte resultaten met elkaar in dialoog Beleid Onderwerp Er is beleid in de vorm van een organisatievisie waaruit blijkt Welke taken zij zelf doet Welke taken zij in samenwerking doet Welke taken worden uitbesteed Welke taken worden uitgevoerd door inhuur/flexibele schil Er is op de organisatievisie gebaseerd strategisch personeelsbeleid Er is een duidelijke relatie tussen inzet van personeel en te bereiken organisatiedoelen Er zijn uitspraken over de gewenste inzet en omvang van een flexibele schil (al dan niet gespecificeerd naar specifieke terreinen) Er is strategische personeelsplanning waarin aandacht is besteed aan de inzet van inhuur/ flexibele schil. Er is op de organisatievisie gebaseerd beleid voor inhuur derden De verschillende vormen van inhuur zijn nader Specificatie Binnen dit beleid past het maken van afspraken over aard en omvang van inhuur externen 8

10 gespecificeerd (definities) Het beleid bevat eisen ten aanzien van de afweging wel/niet inhuur, opdrachtverlening, aansturing, verantwoording, borging van kennis Er is inkoop- en aanbestedingsbeleid met aandacht voor de inzet van inhuur/ flexibele schil. Het strategisch personeelsbeleid en het beleid voor inhuur derden zijn op elkaar afgestemd, gebaseerd op een organisatievisie Sturing Onderwerp Bevoegdheden en verantwoordelijkheden voor inhuur van derden en de beheersing van de daarmee gemoeide kosten zijn vastgelegd en logisch belegd. Er is een eenduidig protocol/procedures waarin aandacht wordt besteed aan: De criteria voor inhuur, (bevoegdheden, zie eerste rij) De aanbestedingsprocedure De procesbegeleiding en registratie (dossiers) Drempelbedragen voor informatie vooraf aan de raad Benoemen van beleidsgevoelige thema s waar vooraf aan de raad informatie over inhuur moet worden verstrekt Jaarlijkse rapportage over inhuur van derden De procedures zijn bij betrokkenen bekend en worden nageleefd. Er worden dossiers gemaakt waarin is vastgelegd: Opdrachtgeverschap: er is duidelijk aangeven op grond waarvan tot inhuur wordt overgegaan gericht gestuurd op realisatie van doelstellingen en prestaties. Offertetraject, incl. motivatie voor leverancierskeuze Motivatie voor afwijken van de inhuurbeleidskaders (indien van toepassing), incl. financiële kaders. De opdrachtbevestiging (resultaatverplichting, tijd, kosten, evaluaties). De evaluatie van de opdracht (tussentijds en na afloop). De financiële ontwikkelingen t.a.v. personeel en inhuur derden worden gemonitord In een administratief-financieel systeem waarin uitgaven voor inhuur eenduidig worden vastgelegd. Er is inzicht in de kengetallen voor personele uitgaven Monitoring en rapportage is onderdeel van de (instrumenten van de) P&C-cyclus Het college heeft periodiek inzicht in het bereik van organisatiedoelen door personeelsbeleid en inhuur van derden en in staat inzicht te bieden (kengetallen voor personele uitgaven en inhuur). Specificatie Toetsing op naleving van (aanbestedings)regels en procedures is een reguliere control-activiteit op afdelings- en organisatieniveau. Dossiervorming is adequaat: alles wat er in moet staan (op grond van beleid en procedures), staat er in. Uitgaven staan op juiste en uniforme wijze in de financiële administratie en worden gerapporteerd. Instrumenten voor rapportage zijn: Begroting Jaarrekening Jaarverslag Bestuurs- en management rapportages 9

11 3 Bevindingen op basis van het normenkader Dit hoofdstuk bevat onze analyse en bevindingen op basis van de desk research en de interviews. Zoals eerder aangegeven doen we in dit onderzoek alleen normerende uitspraken over de rol van de raad bij inhuur en doen we geen normerende uitspraken over de hoogte van de inhuurbudgetten en volumes. De cijfers m.b.t. inhuur in de drie gemeenten zijn onderdeel van de feitenrapportage (bijlage 1). 3.1 Kaderstelling en verantwoording De raden benutten hun bevoegdheid tot kaderstelling voor organisatievisie en personeelsbeleid nauwelijks Geen van de raden heeft een organisatievisie en het daarbij behorende personeelsbeleid vastgelegd of heeft het college expliciet gevraagd om te komen met een organisatievisie en personeelsbeleid, om daarop te kunnen reageren. Dat betekent dat geen van de raden uitspraken heeft gedaan over de strategische positionering van de gemeente (wat voor gemeente willen wij zijn) en wat dat betekent voor de gewenste verhouding tussen vast en flexibel personeel, de omvang van een flexibele schil, de specialistische kennis die permanent in huis moet zijn of de afwegingen die spelen om tot inhuur over te gaan. Met de afwezigheid van deze kaders ontbreekt een belangrijk deel van de context om informatie over inhuur te interpreteren. Hier ligt een opgave en kans voor de raden om zelf die context te creëren. In de toelichting op de begroting of jaarrekening zijn passages opgenomen die de indruk wekken dat de gemeenten materieel een organisatievisie en bijbehorend personeelsbeleid hebben. Zo wordt bijvoorbeeld gerefereerd aan een organisatie met een beperkte vaste formatie en een flexibele schil of aan kansen voor medewerkers door deze in te zetten bij bijzondere projecten. Deze passages worden door raadsleden niet altijd gezien als uiting van een door de raad expliciet vastgestelde organisatievisie of beleid. De passages in begroting en jaarrekening zijn goed als referentiekader voor de cijfermatige weergave. Als de raad deze echter niet herkent als referentie aan een expliciet vastgesteld kader is ook de waarde voor financiële kaderstelling en verantwoording beperkt. Organisatievisie en personeelsbeleid zijn tot op zekere hoogte in alle drie de gemeenten onderwerp van een (informerend) gesprek tussen college en raad, al ligt het initiatief daarvoor bij het college. Als de raad kaders wil stellen is een proactieve opstelling gewenst en zal de raad het college de opdracht moeten geven om met visie en beleid te komen. Vervolgens moet het gesprek ook gemarkeerd worden door besluitvorming en vaste evaluatiemomenten. De raden benutten nauwelijks hun bevoegdheid om financiële kaders in de begroting te stellen De raad kan in de begroting financiële kaders aan inhuur stellen. Hoe specifiek die kaders moeten zijn, is aan de raad zelf. De variatie tussen de drie gemeenten is groot: van geen kaders (Oirschot), tot het vaststellen van de integrale personele kosten (personeel en inhuur gezamenlijk) per organisatieonderdeel (Eersel) tot aan afzonderlijke kosten voor personeel en inhuur per organisatieonderdeel (Reusel-De Mierden). Om meer grip te krijgen op inhuur kan de raad in de eerste plaats specifieke(re) kaders stellen en in de tweede plaats realistisch begroten. Van belang is echter ook om flexibiliteit te behouden en onnodige bureaucratisering te voorkomen. De financiële kaders voor inhuur in de begroting zijn voor de drie gemeenten verschillend: In Eersel stelt de raad financiële kaders aan de omvang van de totale personeelskosten. De begroting bevat per organisatieonderdeel bedragen voor personele kosten, die inzetbaar zijn voor zowel inhuur als voor vast personeel. Daarnaast is er een algemene voorziening voor kosten van inhuur bij uitval van personeel, als onderdeel van apparaatskosten opgenomen. De raad heeft daardoor geen inzicht in de raming voor inhuur en kan ook geen realisatiecijfers afzetten tegen een raming. In Oirschot stelt de raad geen financiële kaders aan inhuur. De begroting bevat programma-budgetten met productkosten zonder specificatie naar personele kosten en/of inhuur. Het ontbreken van kaders voor inhuur in de begroting maakt het onmogelijk om achteraf te controleren. In Reusel De Mierden stelt de raad financiële kaders aan zowel de hoogte van de personeelskosten als de kosten voor inhuur. De begroting specificeert per organisatieonderdeel apart de kosten voor personeel en voor inhuur. Daarnaast is er een algemene voorziening voor ongedekte inhuur. De raad kan gerealiseerde cijfers afzetten tegen geraamde cijfers. 10

12 Voor de drie gemeenten geldt dat inhuur als kostenpost expliciet aan de orde is wanneer begrotingswijzigingen voor projecten aan de orde zijn. In Oirschot en Eersel ziet de raad dus voor projecten de kosten voor inhuur expliciet genoemd, maar niet voor programma s. Deze werkwijze leidt ertoe dat juist projectbegrotingen worden aangegrepen om het gesprek over inhuur in algemene zin te voeren. Hoe preciezer de inhuurkosten per organisatieonderdeel worden begroot en verantwoord, des te meer zicht de raad heeft. Indien de begroting een algemene post voor inhuur bij ziekte, overige vervanging of capaciteitsproblemen bevat en andere inhuurkosten verdisconteerd zijn in andere kosten (personeelskosten per organisatieonderdeel, productkosten), ontstaat soms het gevoel van een black-box. Nadeel van het specifiek begroten is het gebrek aan flexibiliteit bij de realisatie. Als een afdeling het afdelingsspecifieke inhuurbudget heeft opgemaakt maar wel nog ruimte heeft in het personeelsbudget, is een begrotingswijziging noodzakelijk als er ingehuurd moet worden. Bij een generiek bedrag voor inhuur en personeel in de begroting kan er (makkelijker) geschoven worden. Het is aan de raad zelf om vast te stellen of de huidige begrotingssystematiek voor inhuur ook echt voorziet in de behoefte om financiële kaders te stellen en achteraf te controleren. Met het vaststellen van de begroting is ook het gevraagde detailniveau vastgesteld en als opdracht aan het college meegegeven. Het realiteitsgehalte van de begroting is een aandachtspunt bij alle gemeenten. Indien vanuit wensdenken of de algemene behoefte om inhuur te beperken veel lager wordt begroot dan de feitelijk gerealiseerde inhuur van het voorgaande jaar, is de noodzaak om begrotingswijzingen door te voeren vaak al voorgeprogrammeerd. Het gevoel dat niet voldoende wordt gestuurd is dan een self fulfilling prophecy. Het is aan raad en college tezamen om hiervoor een manier te vinden: realistisch begroten en minder wijzigen of krap begroten en desnoods wijzigen. Maakt men een keuze voor het laatste mag een begrotingswijziging ook niet als falen van sturing worden gezien, maar juist als onderdeel van sturing bij voortschrijdend inzicht. Voor Oirschot geldt dat niet zozeer dat inhuur krap wordt begroot (die kaders zijn er niet), maar wel dat de organisatie op grond van de formatiebegroting niet in staat is om met de huidige formatie invulling te geven aan alle ambities en opgaven. De raden benutten nauwelijks hun bevoegdheid om kaders en richtlijnen te stellen aan de informatievoorziening De drie raden kunnen nu niet goed uit de voeten met de informatie over inhuur die zij van het college ontvangen. Zij hebben onvoldoende context om de aangeleverde informatie te interpreteren en ervaren daardoor onvoldoende grip. Dat hangt samen met de beperkte kaders en richtlijnen die de raden hebben meegegeven over de informatievoorziening. De raad van Eersel heeft geen kaders of richtlijnen gesteld, de raad van Oirschot heeft om cijfers gevraagd voor specifieke categorieën van inhuur (en krijgt die ook) en de raad van Reusel-De Mierden krijgt cijfers over voorgenomen en gerealiseerde inhuur. De raden kunnen hun grip vergroten door zelf (andere) kaders en richtlijnen te stellen aan de informatievoorziening: waar over moet de raad geïnformeerd worden en in welke context. Dat kan van alles zijn: inzicht in de voorgenomen en gerealiseerde inhuur, inzicht in de doelmatigheid en effectiviteit van inhuur, inzicht in gemaakte afwegingen om tot inhuur over te gaan, een vergelijking met andere gemeenten, etc. Daar hoort wel bij dat de raad zelf in de lead is om die gevraagde context mede vorm te geven (in ieder: strategische positionering van de gemeente, financiële kaders voor inhuur) zoals hierboven al is aangegeven. De raden ontvangen nu de volgende informatie over inhuur: De raad van Eersel krijgt in de jaarrekening informatie over de uitputting van de algemene post voor inhuur en niet over de omvang van inhuur als onderdeel in het personeelsbudget. En daarnaast is er gedetailleerde informatie over inhuur in projectbegrotingen. Het college poogt tussentijds met het verstrekken van Vensters voor Bedrijfsvoering meer context te bieden in de vorm van een vergelijking met andere gemeenten. De raad heeft juist het gevoel dat de context ontbreekt, juist als het gaat om de vergelijkbaarheid. De raad van Oirschot krijgt de totale bedragen voor inhuur, onderverdeeld naar verschillende categorieën. Dat gebeurt op verzoek van de raad, die gevraagd heeft om inzage in Werk derden in jaarrekening en begroting. De specificatie van wat daaronder moet worden verstaan, het type informatie (uitgaven) en de rapportagemomenten (achteraf, per kwartaal) zijn in overleg met de raadswerkgroep P&C tot stand gekomen. De raad ontvangt in de jaarrekening de totale bedragen voor inhuur, onderverdeeld naar categorieën. Het ontbreekt de raad aan context om die cijfers te interpreteren: is het veel, is die inhuur nodig, hoe verhouden de kosten zich tot de personeelskosten, het personeelsbeleid, etc. De raad krijgt geen informatie vooraf over voorgenomen inhuur (begroting) 11

13 en krijgt ook geen informatie over de afwegingen die gemaakt worden om wel of niet tot inhuur over te gaan. De raad heeft dat niet gevraagd en vraagt daar ook niet naar. De raad in Reusel De Mierden krijgt inzicht in de gerealiseerde bedragen voor inhuur en hoe deze bedragen zich verhouden ten opzichte van de begroting. Daarmee krijgt de raad achteraf inzicht in hoe inhuur zich verhoudt tot personeelskosten. Ook krijgt de raad inzicht in de inzet (kosten) van niet gedekte inhuur, op grond van richtlijnen die door de raad zijn opgesteld en gedetailleerd inzicht in inhuur in projectbegrotingen. De raad krijgt geen informatie over de afwegingen die het college met betrekking tot inhuur heeft gemaakt (wel in huren, niet inhuren, activiteiten temporiseren, etc.) en de raad vraagt daar ook niet naar. De drie raden constateren dat ze met de huidige informatie die zij van het college ontvangen niet goed uit de voeten kunnen; ze hebben onvoldoende grip. Ondanks dat informatie soms concreet en specifiek is (bijvoorbeeld bij projectbegrotingen) ontbreekt het aan zicht op (beleids-)afwegingen van het college en aan context om de informatie te kunnen interpreteren. Het volgende mechanisme doet zich vervolgens in elk van de drie raden voor, al varieert het aantal incidenten : Omdat de raad niet goed met de informatie uit de voeten kan, gaat zij in haar zoektocht naar meer grip op details sturen. Het gesprek gaat dan over individuele gevallen (ook naar aanleiding van gedetailleerde informatie in projectbegrotingen), en dan specifiek over het tarief, de kwaliteit van de persoon of nut en noodzaak van de specifieke inhuursituatie. Dit leidt vervolgens tot de situatie dat de raad zich mengt in de taken en bevoegdheden van het college, hetgeen tot irritatie bij het college kan leiden.. Over en weer ontstaat een dynamiek van gebrek aan vertrouwen op het dossier inhuur. Maar een werkende dialoog tussen raad en college over dit onderwerp heeft juist vertrouwen nodig als randvoorwaarde. Bij het verkrijgen van meer grip en het plaatsen van informatie in een context ligt er een belangrijke rol voor de raad zelf. Allereerst moeten zij zelf keuzes maken in de strategische positionering van de gemeente (zie boven). Door uitspraken te doen over wat voor organisatie de gemeentelijke organisatie moet zijn en door uitspraken te doen over de rol van inhuur en flexibele formatie in zo n organisatie, ontstaat als vanzelf context om informatie te interpreteren. Zo is een situatie met hoge inhuurbudgetten en -volumes veel logischer bij een organisatie die kiest voor een strakke formatie en tot inhuur overgaat bij specialismen die slechts af en toe nodig zijn en bij piekbelastingen. Een dergelijke afweging kan juist kostenefficiënt zijn ten opzichte van een brede formatie met alle specialismen, die een groot deel van het jaar last heeft van onderbezetting. Vervolgens is het zaak het college voor zover die daar niet zelf mee komt te verzoeken met die context te komen. De raden hebben tot nu toe niet of onvoldoende het gesprek over de bruikbaarheid van informatie gevoerd. Het bieden van context kan door het zichtbaar maken van (beleids- )afwegingen, door te refereren aan vastgestelde visies en beleid, door vergelijkingsmateriaal (bijvoorbeeld een vergelijking met andere gemeenten), en door een weergave van de ontwikkeling van de organisatie, het personeelsbestand en inhuur door de jaren heen. Belangrijke notie is dat de raad richtlijnen kan stellen voor het financiële beleid voor inhuur, de administratie van inhuur en de informatievoorziening over inhuur, zodat de wijze van informatievoorziening ook opgelegd kan worden. Het is dan wel zaak om de richtlijnen zo te formuleren dat het college voldoende ruimte heeft om haar eigen taak uit te voeren. In de huidige situatie hebben niet alle raden richtlijnen geformuleerd: In Eersel en Oirschot heeft de raad geen richtlijnen geformuleerd voor inhuur. De raad van Reusel De Mierden heeft in 2013 in de financiële verordening specifieke richtlijnen geformuleerd voor de inzet van ongedekte inhuur. Niet vastgelegd is of deze richtlijnen ook voor gedekte inhuur van toepassing zijn. 3.2 Beleid Organisatievisie en beleid m.b.t. flexibele schil zijn beperkt herkenbaar voor de raad In de drie gemeenten zijn er op het niveau van college en ambtelijke leiding wel samenhangende visies op de organisatie. In Eersel is dat het concernplan, in Oirschot het masterplan organisatieontwikkeling en in Reusel-De Mierden is dat de DURF-visie. Deze visies staan niet bij de raden op het netvlies, hoewel zij in Eersel en Reusel-De Mierden wel met de raad zijn gedeeld (in Oirschot moet dat nog gebeuren). De elementen van deze visies zijn gefragmenteerd beschikbaar in raadsdocumenten als begroting en jaarrekening, maar worden dan door de raden niet herkend als een vastgestelde visie op de organisatie. Hiermee ontbreekt voor de raden het referentiekader om informatie over inhuur te interpreteren. De situatie in de drie gemeenten is als volgt: In Eersel komen elementen van de organisatievisie, het personeelsbeleid en de flexibele schil jaarlijks terug in de begroting en jaarrekening. Voor de raad vormen deze geen referentiekader voor 12

14 kaderstelling en verantwoording; daarvoor zijn de passages volgens de raad te algemeen. Een visie op de flexibele schil is te vinden in het concernplan, dat stelselmatig wordt herijkt. Ondanks dat dit plan in het kader van de proactieve informatieplicht (veelal ter kennisname en niet als expliciet beslispunt) gedeeld wordt met de raad, is het voor de raad niet als beleidskader herkenbaar. In Oirschot is het de raad onduidelijk welk beleid het college voert. Het college refereert aan het masterplan organisatieontwikkeling, waarin als uitgangspunten zijn opgenomen: zo weinig mogelijk inhuur, zoveel mogelijk zelf doen en investeren in de zittende medewerkers. Dit plan is echter nog niet gedeeld met de raad; het moment dat met de raad gesproken wordt over organisatieontwikkeling wordt aangegrepen om ook te spreken over kaders voor externe inhuur. In Reusel-De Mierden komen elementen van de organisatievisie, het personeelsbeleid en de flexibele schil jaarlijks terug in de begroting en jaarrekening. De toelichting voor de financiële verordening behelst kaders voor ongedekte inhuur. Ook geldt een door raad en college vastgestelde procedure voor de omgang met ongedekte inhuur. De ambtelijke organisatie hanteert daarnaast een vaste werkwijze voor de besluitvorming en (financiële) vastlegging van inhuur (niet formeel vastgelegd en ook niet gedeeld met de raad). De DURF-visie met als onderwerp organisatiemissie en -visie is door het managementteam en het college vastgesteld en met de raad informatief gedeeld. Het inhuurbeleid en de toepassing ervan worden door de raad als beperkt zichtbaar ervaren De drie raden ervaren elk onvoldoende zicht op het gevoerde inhuurbeleid, de gemaakte afwegingen en de mate waarin het beleid ook daadwerkelijk wordt toegepast. Het college behoort over het gevoerde inhuurbeleid verantwoording af te leggen aan de raad en de benodigde inlichtingen te verstrekken. Dit veronderstelt allereerst dat er inhuurbeleid is. De drie gemeenten voeren in praktijk inhuurbeleid gericht op een relatief lage vaste formatie voor de uitvoering van kerntaken en een flexibele schil die ingezet wordt voor specialismen, piekbelasting, projecten en uitval in reguliere capaciteit. Daarnaast is in alle gemeenten het aanbestedingsbeleid van toepassing op inhuur. We constateerden hierboven al dat de mate waarin dit als beleid of procedure is vastgelegd en gedeeld met de raad per gemeente verschilt. Elke gemeente heeft een definitie van inhuur, die aansluit bij de in dit rapport gehanteerde definitie (zie hoofdstuk 2), al hanteren Oirschot en Eersel een iets ruimere definitie waarbij ook organisatie en adviestaken tot inhuur gerekend (kunnen) worden 2. Elke gemeente kent, als onderdeel van het uniforme P&O-beleid, een afwegingsprocedure om tot inhuur over te gaan: is het anders op te lossen binnen de formatie, is inhuur bij buurgemeenten mogelijk en als laatste remedie inhuur op de markt. De ambtelijke organisaties van die drie gemeenten herkennen dit als bestaand beleid. Hoe die procedure in praktijk wordt opgevolgd en uitwerkt is voor de drie gemeenten echter verschillend: In Eersel moet een verzoek tot inhuur door een MT-lid worden ingediend. Het MT toetst ieder verzoek aan het bestaande beleid, waarbij wordt overwogen of inhuur, tijdelijke formatie of vaste formatie de meest effectieve en efficiënte optie is. Toetsing gebeurt aan de uitgangspunten: kleine vaste kern, flexibele schil, kostenefficiency, bijdrage aan bedrijfsmatig en efficiënt werken, kennismanagement. In Oirschot moet een verzoek tot inhuur door een MT-lid worden ingediend en toetst het MT naar eigen zeggen of inhuur echt noodzakelijk is, volgens het principe nee, tenzij. Er zijn geen vastgestelde procedures of protocollen. De (relatief nieuwe) gemeentesecretaris heeft op grond van zijn bevindingen in de eerste maanden als gemeentesecretaris een speerpunt gemaakt van (het terugdringen van) inhuur waarbij de wijze van sturing door het MT op inhuur een expliciet aandachtspunt is. De gemeente Reusel De Mierden heeft een stappenplan voor de besluitvorming rondom inhuur waarbij alle inhuur door de gemeentesecretaris moet worden getekend en voor de financiële administratie in een mutatieformulier moet worden verwerkt. 2 In Oirschot vallen ook onderzoeks- en adviesopdrachten onder inhuur (in onze definitie is dat uitbesteding). In Eersel ook, voor zover het de administratie uit Vensters voor Bedrijfsvoering betreft; op andere plekken in de administratie wordt wel onderscheid gemaakt tussen inhuur en uitbesteding. 13

15 Voor de drie raden zijn het gevoerde inhuurbeleid, de te maken afwegingen en mate waarin het beleid ook daadwerkelijk wordt toegepast en aansluit bij de organisatievisie, onvoldoende zichtbaar: In Eersel en Oirschot heeft de raad onvoldoende zicht op het door het college gevoerde beleid. In Reusel-De Mierden geeft de raad aan onvoldoende zicht te hebben of het vastgestelde beleid zoals dat onder meer in de financiële verordening is vastgesteld, ook wordt toegepast. Het verstrekken van inlichtingen houdt in dat het college de raad informeert of de ambities van de raad binnen bestaande formatie en/of (inhuur)budgetten haalbaar zijn. De raad moet op zijn beurt afwegen of ambities en/of budget bijstelling behoeven. Onhaalbare doelstellingen of het niet communiceren over de haalbaarheid van doelstellingen doen de onderlinge relatie geen goed. In alle drie de gemeenten is er op dit punt nog veel te winnen; het is nog geen onderwerp van gesprek. Op een hoger niveau gaat het er om dat college en raad op basis van de informatievoorziening met elkaar het gesprek aan moeten (kunnen) gaan over de strategische positionering van de gemeentelijke organisatie. Wat voor organisatie is nodig om ook in de toekomst uitvoering te kunnen geven aan gemeentelijke taken? Zijn er taken die de gemeente zelf moet blijven doen, samen met anderen moet gaan doen of moet organiseren door middel van inkoop en uitbesteding? En wat betekent dat voor het personeelsbestand en het beleid m.b.t. een vaste en flexibele formatie? Wij constateren dat de raden door het gebrek aan kaders (die ze niet stellen) en visies op de organisatie dit gesprek met de colleges niet aan gaan. 3.3 Sturing Procedures en werkwijzen De drie gemeenten kennen elk een routinematige werkwijze, waarbij niet alle elementen op schrift zijn vastgelegd, noch de procedure als geheel op schrift is gesteld. Bij afwegingen over inhuur volgen de gemeenten in hun werkwijze het stappenplan uit het uniforme P&O-beleid. Om te kunnen sturen moeten de bevoegdheden en verantwoordelijkheden voor inhuur van derden en de beheersing van de daarmee gemoeide kosten zijn vastgelegd en logisch belegd. Zoals eerder aangegeven is het inhuurbeleid in de drie gemeenten samengesteld uit gedeeltelijk schriftelijk vastgelegde procedures en staande praktijk. De werkwijze voor bevoegdheden en verantwoordelijkheden verschilt: In Eersel is iedere manager zelfstandig bevoegd tot inhuur van derden binnen de kaders van de voor de betreffende afdeling/organisatieonderdeel geldende personeelsbudgetten. In praktijk beraadslaagt het MT over elke individuele casus alvorens een besluit wordt genomen, op basis van het stappenplan in het P&O-beleid. Deze beraadslaging en het volgen van het stappenplan is niet schriftelijk vastgelegd. Eersel leent verhoudingsgewijs veel uit aan de andere Kempengemeenten en leent verhoudingsgewijs weinig in. Alle uitgaven worden in het financiële systeem geadministreerd en zijn op elk moment zichtbaar. Dit zijn geldende procedureregels waarop het MT toeziet. In Oirschot worden de besluiten tot inhuur sinds mei 2014 door het MT genomen, en daarvoor door de individuele managers. Dit is niet schriftelijk vastgelegd. Ook is het volgen van het stappenplan P&O niet vastgelegd. In praktijk wordt verhoudingsgewijs veel op de markt ingehuurd en minder bij buurgemeenten. Er wordt gehandeld volgens een vaste werkwijze, waarbij dossiers worden bijgehouden (de motivatie voor de inhuur en de evaluatie van de inhuur maken niet standaard onderdeel uit van het dossier). Inhuur wordt in de financiële administratie gelabeld, maar nog niet op een uniforme wijze. Het vervaardigen van de overzichten voor de raad (kosten van inhuur per inhuurcategorie) vereist daardoor handwerk. In Reusel-De Mierden is de gemeentesecretaris bevoegd tot inhuur. MT-leden leggen inhuurverzoeken voor aan de gemeentesecretaris. In het MT worden die gevallen besproken en wordt een afweging gemaakt mede op basis van het stappenplan P&O, al is dat niet schriftelijk vastgelegd. Er wordt verhoudingsgewijs veel ingeleend van andere Kempengemeenten. Voor inhuur moet een mutatieformulier voor de financiële administratie worden ingevuld. Zonder een dergelijk formulier kan geen betaling worden verricht. Monitoring Onderdeel van sturing is het regelmatig monitoren van (financiële) ontwikkelingen om (bij) te kunnen sturen. De drie gemeenten beschikken elk op grond van de financiële administratie over informatie over inhuur op grond waarvan zij bij moeten kunnen sturen. Vanuit de MT s en de gemeentesecretarissen in Eersel en 14

Inhuur in de Kempen. Eersel, Oirschot en Reusel-De Mierden. Onderzoeksaanpak

Inhuur in de Kempen. Eersel, Oirschot en Reusel-De Mierden. Onderzoeksaanpak Inhuur in de Kempen Eersel, Oirschot en Reusel-De Mierden Onderzoeksaanpak Rekenkamercommissie Kempengemeenten 21 april 2014 1. Achtergrond en aanleiding In gemeentelijke organisaties met een omvang als

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Agendapunt nr.:

Raadsvoorstel. Agendapunt nr.: Raadsvoorstel Onderwerp: Agendapunt nr.: Eindrapport Rekenkamercommissie: Positie kiezen in discussies over vaste en flexibele formatie d.d. juni 2015 Datum voorstel: 24 augustus 2015 Vergaderdatum: 22

Nadere informatie

RKC ONDERZOEKSPLAN. Ooststellingwerf. Inhuur externen. Februari 2016

RKC ONDERZOEKSPLAN. Ooststellingwerf. Inhuur externen. Februari 2016 ONDERZOEKSPLAN Inhuur externen Februari 2016 Inhoudsopgave Inleiding... 1 Motivatie onderzoek... 1 Doelstelling... 2 Vraagstelling... 2 Normenkader... 3 Afbakening... 3 Aanpak... 3 Planning... 3 Inleiding

Nadere informatie

Rekenkamercommissie gemeente Bloemendaal

Rekenkamercommissie gemeente Bloemendaal Rekenkamercommissie gemeente Bloemendaal Evaluatie onderzoek Externe Inhuur Overveen, 25 januari 2018 Aanleiding De Rekenkamercommissie Bloemendaal evalueert al haar onderzoeken om na te gaan in hoeverre

Nadere informatie

Rapportage. Effectmeting naar onderzoek Weten waarom uit 2008. Alphen-Chaam. Rekenkamercommissie Alphen-Chaam / Baarle-Nassau.

Rapportage. Effectmeting naar onderzoek Weten waarom uit 2008. Alphen-Chaam. Rekenkamercommissie Alphen-Chaam / Baarle-Nassau. 1 Rekenkamercommissie Alphen-Chaam / Baarle-Nassau Rapportage Effectmeting naar onderzoek Weten waarom uit 2008 Alphen-Chaam 7 juli 2011 W E T E N W A A R O M A L P H E N - C H A A M 2 1 Inleiding De Rekenkamercommissie

Nadere informatie

KWALITEIT DIENSTVERLENING Gemeente Oirschot Onderzoeksaanpak

KWALITEIT DIENSTVERLENING Gemeente Oirschot Onderzoeksaanpak KWALITEIT DIENSTVERLENING Gemeente Oirschot Onderzoeksaanpak Rekenkamercommissie Kempengemeenten 23 september 2011 1. Achtergrond en aanleiding In 2008 heeft de gemeente Oirschot de Bestuursvisie 2002-2012

Nadere informatie

Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de rekenkamercommissie Zaltbommel. Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de rekenkamercommissie Zaltbommel. Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van de rekenkamercommissie Zaltbommel Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijvingen In deze verordening wordt verstaan

Nadere informatie

Beleidsnota verbonden partijen

Beleidsnota verbonden partijen Beleidsnota verbonden partijen SAMENVATTING Een verbonden partij is een privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie, waarin de gemeente een financieel en een bestuurlijk belang heeft. Een financieel

Nadere informatie

Reglement van orde Rekenkamercommissie Stichtse Vecht

Reglement van orde Rekenkamercommissie Stichtse Vecht REKENKAMERCOMMISSIE De rekenkamercommissie Stichtse Vecht, gelet op artikel 8 van de van de Verordening Rekenkamercommissie gemeente Stichtse Vecht; BESLUIT: vast te stellen het navolgende Reglement van

Nadere informatie

Inhuur van extern personeel Aanbevelingen voor de gemeenteraden van Kapelle en Noord-Beveland

Inhuur van extern personeel Aanbevelingen voor de gemeenteraden van Kapelle en Noord-Beveland Inhuur van extern personeel Aanbevelingen voor de gemeenteraden van Kapelle en Noord-Beveland Aanleiding De gemeenschappelijke Rekenkamercommissie heeft onderzoek gedaan naar de inhuur van extern personeel

Nadere informatie

B&W-Aanbiedingsformulier

B&W-Aanbiedingsformulier B&W.nr. 10.1253, d.d. 7 december 2010 B&W-Aanbiedingsformulier Onderwerp Auditrapport 2009 Grip op de buitenboordmotor, sturing, toezicht en verantwoording bij Gemeenschappelijke Regelingen BESLUITEN Behoudens

Nadere informatie

Gemeente Woerden. onderzoek van de rekenkamercommissie Woerden naar de beheersing van de personele uitgaven. De raad besluit:

Gemeente Woerden. onderzoek van de rekenkamercommissie Woerden naar de beheersing van de personele uitgaven. De raad besluit: RAADSVOORSTEL Gemeente Woerden 10R.00158 J^y gemeente WOERDEN Agendapunt: Indiener: - Griffie Aandachtsveld portefeuillehouder: - wethouder Schreurs Contactpersoon: M. Lucassen Tel.nr.: 428619 E-mailadres:

Nadere informatie

Wij stellen de volgende data voor de oplevering van de planning en controlproducten 2010:

Wij stellen de volgende data voor de oplevering van de planning en controlproducten 2010: Planning en controlcyclus 2010 Samenvatting In dit voorstel is de planning opgenomen van de planning- en controlproducten 2010: de jaarrekening 2009, de voorjaarsnota 2010, de kadernota 2011, de programmabegroting

Nadere informatie

Deze centrale vraag leidt tot de volgende deelvragen, die in het onderzoek beantwoord zullen worden.

Deze centrale vraag leidt tot de volgende deelvragen, die in het onderzoek beantwoord zullen worden. Aan: Gemeenteraad van Druten Druten, 27 juli 2015 Geachte voorzitter en leden van de gemeenteraad, In de eerste rekenkamerbrief van 2015 komt inkoop en aanbesteding aan bod. Dit onderwerp heeft grote relevantie,

Nadere informatie

Verbonden Partijen. 7 mei Postbus KA ROOSENDAAL.

Verbonden Partijen. 7 mei Postbus KA ROOSENDAAL. Verbonden Partijen Notitie naar aanleiding van onderzoek naar de aansturing van verbonden partijen in de gemeenten Bergen op Zoom, Oosterhout en Roosendaal. 7 mei 2007 Postbus 5000 4700 KA ROOSENDAAL www.rekenkamerwestbrabant.nl

Nadere informatie

Raadsstuk. Onderwerp: 213a verordening Reg.nummer: 2012/469231

Raadsstuk. Onderwerp: 213a verordening Reg.nummer: 2012/469231 Raadsstuk Onderwerp: 213a verordening Reg.nummer: 2012/469231 1. Inleiding De Verordening onderzoek doelmatigheid en doeltreffendheid van het door het college gevoerde bestuur van de gemeente Haarlem (reg.nr.:

Nadere informatie

Raadsvoorstel (gewijzigd) 26 september 2013 AB13.00729 RV2013-062

Raadsvoorstel (gewijzigd) 26 september 2013 AB13.00729 RV2013-062 Raadsvergadering d.d. Casenummer Raadsvoorstelnummer Raadsvoorstel (gewijzigd) 26 september 2013 AB13.00729 RV2013-062 Gemeente Bussum Besluit nemen over advies effectmeting Inkoop en inhuur van de rekenkamercommissie

Nadere informatie

Rekenkamercommissie. Jaarverslag datum sept Auteur. Rekenkamercommissie. Raadsnummer

Rekenkamercommissie. Jaarverslag datum sept Auteur. Rekenkamercommissie. Raadsnummer Rekenkamercommissie Jaarverslag 2016 datum sept 2017 Auteur Raadsnummer Rekenkamercommissie Inhoudsopgave 1 Voorwoord 3 2 Inleiding 4 3 Wat wilde de rekenkamercommissie bereiken? 4 4 Wat heeft de rekenkamercommissie

Nadere informatie

De rekenkamercommissie heeft voor het onderzoek offertes gevraagd aan 3 adviesbureaus en heeft de opdracht gegund aan Partners+Pröpper.

De rekenkamercommissie heeft voor het onderzoek offertes gevraagd aan 3 adviesbureaus en heeft de opdracht gegund aan Partners+Pröpper. Inleiding De gemeente Zoetermeer profileert zich al enige jaren als ICT-stad. In de samenvatting van het Plan van aanpak Kenniseconomie en innovatie 2010 staat: Kenniseconomie en innovatie zijn, naast

Nadere informatie

Rapport Rekenkamercommissie BBLM Recreatief handhaven? Commissie Bestuur. Commissie Ruimte. Commissie Sociaal. Informerende Commissie.

Rapport Rekenkamercommissie BBLM Recreatief handhaven? Commissie Bestuur. Commissie Ruimte. Commissie Sociaal. Informerende Commissie. Raad VOORBLAD Onderwerp Rapport Rekenkamercommissie BBLM Recreatief handhaven? Agendering Commissie Bestuur Gemeenteraad Commissie Ruimte Lijst ingekomen stukken Commissie Sociaal Informerende Commissie

Nadere informatie

Plan van aanpak Rekenkameronderzoek naar (be)sturing van Gemeenschappelijke Regelingen

Plan van aanpak Rekenkameronderzoek naar (be)sturing van Gemeenschappelijke Regelingen Plan van aanpak Rekenkameronderzoek naar (be)sturing van Gemeenschappelijke Regelingen Rekenkamercommissies Edam-Volendam, Landsmeer, Oostzaan, Waterland Inleiding In de maanden mei tot en met oktober

Nadere informatie

Kadernota xteme inhuur

Kadernota xteme inhuur Kadernota Externe inhuur Stuknummer: b!07.00560 gemeente Den Helder Concept Kadernota xteme inhuur Inhoudsopgave Kadernota Externe inhuur 1. Inleiding 3 2. Kaders 3 2.1. Definitie 3 2.2. Reikwijdte van

Nadere informatie

Informatieprotocol. Gemeenschappelijke regelingen gemeente Heumen

Informatieprotocol. Gemeenschappelijke regelingen gemeente Heumen Informatieprotocol Gemeenschappelijke regelingen gemeente Heumen 22 januari 2019 1. Inleiding De directe aanleiding voor dit informatieprotocol is het amendement van de gemeenteraad van Heumen bij de besluitvorming

Nadere informatie

VOORSTEL AAN HET ALGEMEEN BESTUUR

VOORSTEL AAN HET ALGEMEEN BESTUUR datum vergadering 17 juni 2010 auteur Daniëlle Vollering telefoon 033-43 46 133 e-mail dvollering@wve.nl afdeling Staf behandelend bestuurder drs. J.M.P. Moons onderwerp agendapunt Uitkomst en benutting

Nadere informatie

Onderzoeksopzet wijkplatforms gemeente Barneveld

Onderzoeksopzet wijkplatforms gemeente Barneveld Onderzoeksopzet wijkplatforms gemeente Barneveld December 2011 1. Inleiding In 2003 bezocht de burgemeester van de gemeente Barneveld samen met de politie en de woningstichting de dorpskernen van de gemeente

Nadere informatie

Gemeente Hellendoorn. Aan de raad

Gemeente Hellendoorn. Aan de raad Punt (2 : Aanbevelingen onderzoek Rekenkamer West Twente: Onroerende zaken Gemeente Hellendoorn Aan de raad Samenvatting: De Rekenkamer West Twente heeft onderzoek gedaan naar het beleid over - en het

Nadere informatie

Verordening Auditcommissie Wetterskip Fryslân

Verordening Auditcommissie Wetterskip Fryslân Verordening Auditcommissie Wetterskip Fryslân Het algemeen bestuur van Wetterskip Fryslân, gelet op: artikel 5.1 van het reglement van orde voor de vergaderingen van het algemeen bestuur; de rol van het

Nadere informatie

Verordening op het Auditcomité

Verordening op het Auditcomité Verordening op het Auditcomité Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Gemeente Gennep Officiële naam regeling Verordening op het Auditcomité Citeertitel Verordening auditcomité

Nadere informatie

Onderzoek naar de evalueerbaarheid van gemeentelijk beleid

Onderzoek naar de evalueerbaarheid van gemeentelijk beleid Onderzoek naar de evalueerbaarheid van gemeentelijk beleid Plan van aanpak Rekenkamer Maastricht februari 2007 1 1. Achtergrond en aanleiding 1 De gemeente Maastricht wil maatschappelijke doelen bereiken.

Nadere informatie

Totaalbeeld rekenkameronderzoek naar de positie van de raad bij kaderstelling, sturing en controle van grote projecten Overkoepelende rapportage

Totaalbeeld rekenkameronderzoek naar de positie van de raad bij kaderstelling, sturing en controle van grote projecten Overkoepelende rapportage Totaalbeeld rekenkameronderzoek naar de positie van de raad bij kaderstelling, sturing en controle van grote projecten Overkoepelende rapportage Status: overkoepelende rapportage, vastgesteld door de rekenkamercommissies

Nadere informatie

Woonbeleid Vergelijking resultaten Kempengemeenten

Woonbeleid Vergelijking resultaten Kempengemeenten Woonbeleid Vergelijking resultaten Kempengemeenten Rekenkamercommissie Kempengemeenten 13 september 2010 Voorwoord Het onderzoek naar het woonbeleid binnen de Kempengemeenten heeft in twee fasen plaatsgevonden.

Nadere informatie

gezien het voorstel van de Tijdelijke Commissie ingesteld door de Drechtraad van 21 augustus 2006 en 13 november 2006; b e s l u i t :

gezien het voorstel van de Tijdelijke Commissie ingesteld door de Drechtraad van 21 augustus 2006 en 13 november 2006; b e s l u i t : De Drechtraad gezien het voorstel van de Tijdelijke Commissie ingesteld door de Drechtraad van 21 augustus 2006 en 13 november 2006; gelet op artikel 212 van de Gemeentewet, alsmede artikel 30, eerste

Nadere informatie

Artikel 1. Definities

Artikel 1. Definities Verordening 212 Het algemeen bestuur van de ISD Bollenstreek besluit, gelet op artikel 212 van de Gemeentewet, vast te stellen: Verordening op de uitgangspunten voor het financieel beleid, alsmede voor

Nadere informatie

Planning & control cyclus

Planning & control cyclus Bijlage 2 behorende bij de kaderbrief 2015 Planning & control cyclus Spoorboek 1 2 Inleiding Dit spoorboek Planning & Control-cyclus dient als handvat en achtergrondinformatie voor de organisatie bij de

Nadere informatie

Raadsvoorstel 2003/406

Raadsvoorstel 2003/406 Raadsvoorstel 2003/406 Onderwerp Vaststellen verordeningen inzake financiële functie gemeente Commissie Algemene Bestuurszaken Datum 10 november 2003 Raadsvergadering 11 december 2003 Samenvatting In de

Nadere informatie

Verordening op de commissie planning en control van de gemeente Dalfsen

Verordening op de commissie planning en control van de gemeente Dalfsen Verordening op de commissie planning en control van de gemeente Dalfsen De raad van de gemeente Dalfsen; gelezen het voorstel van het presidium d.d. 29 augustus 2018, nummer 814; gelet op artikel 84 van

Nadere informatie

Rekenkamercommissie Amstelveen

Rekenkamercommissie Amstelveen Rekenkamercommissie Amstelveen Quick scan inhuur externen Rekenkamercommissie Amstelveen Definitief vastgesteld op 2 september 2010 1 1. Voorwoord en inleiding De gemeente Amstelveen staat evenals elders

Nadere informatie

Een essay over de nieuwe beleidscyclus voor de Gemeente Nuth.

Een essay over de nieuwe beleidscyclus voor de Gemeente Nuth. Eind maart 2014. Eind maart 2014: de uitslag van de gemeenteraad is bekend; de samenstelling van de raad staat in de krant, de omvang van de fracties staat vast en wie met wie wil samenwerken is ook geen

Nadere informatie

NOTA AUDITCOMMISSIE GEMEENTE SIMPELVELD

NOTA AUDITCOMMISSIE GEMEENTE SIMPELVELD NOTA AUDITCOMMISSIE GEMEENTE SIMPELVELD Nota auditcommissie gemeente Simpelveld In deze nota wordt een beschrijving gegeven van een auditcommissie. Deze nota bestaat uit de volgende onderdelen: 1. Wat

Nadere informatie

17 november 2015 Corr.nr , FC Nummer 82/2015 Zaaknr

17 november 2015 Corr.nr , FC Nummer 82/2015 Zaaknr 17 november 2015 Corr.nr. 2015-49.452, FC Nummer 82/2015 Zaaknr. 603304 Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen inzake het optimaliseren van de huidige Planning & Controlcyclus

Nadere informatie

Het pluspakket moet gelezen worden als maatwerk, waardoor ruimte wordt geboden voor de lokale autonomie en het voeren van lokaal beleid.

Het pluspakket moet gelezen worden als maatwerk, waardoor ruimte wordt geboden voor de lokale autonomie en het voeren van lokaal beleid. Aan de leden van de gemeenteraad B.J. Nootenboom Wethouder Uw brief van: 17 april 2013 Ons kenmerk: 395123 Uw kenmerk: 392770 Contactpersoon: S. Krikke Bijlage(n): - Afdeling: BAR-staf Onderwerp: Beantwoording

Nadere informatie

Bestuurlijke integriteit

Bestuurlijke integriteit Bestuurlijke integriteit Onderzoek Bestuurlijke Integriteit Onderzoeksopzet Rekenkamercommissie De Wolden Maart 2014 Status: definitief Versie: 4 Rekenkamercommissie De Wolden 1 A. Wat willen wij bereiken?

Nadere informatie

Rekenkamercommissie Onderzoeksaanpak

Rekenkamercommissie Onderzoeksaanpak Onderzoeksaanpak Rekenkameronderzoek Feitenrelaas Ligne Status Datum Omschrijving Door Status 26 maart 15 Onderzoeksplan Ligne TH Concept, ter bespreking in RKC 31-3-15 31 maart 15 Vaststelling onderzoeksplan

Nadere informatie

Besluit vast te stellen de:

Besluit vast te stellen de: VERORDENING AUDITCOMMISSIE GEMEENTE WEERT De raad van de gemeente Weert, Gelezen het voorstel van het college d.d. 20 januari 2015, gelet op de artikelen 84, 147 en 149 van de Gemeentewet; Besluit vast

Nadere informatie

Rekenkamercommissie Oostzaan

Rekenkamercommissie Oostzaan Rekenkamercommissie Oostzaan Jaarplan 2015 Missie Rekenkamercommissie De rekenkamer heeft de ambitie om door middel van haar onderzoeken een positieve bijdrage te leveren aan de kwaliteit van het bestuur

Nadere informatie

INITIATIEFVOORSTEL Gemeente Velsen

INITIATIEFVOORSTEL Gemeente Velsen INITIATIEFVOORSTEL Gemeente Velsen Raadsvergadering d.d. : 1 december 2011 Raadsbesluitnummer : R11.081 Carrousel d.d. : 17 november 2011 Onderwerp : Eindrapport Rekenkamercommissie kwaliteit Grondbeleid

Nadere informatie

Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der Meer)

Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der Meer) Vergadering: 11 december 2012 Agendanummer: 12 Status: Besluitvormend Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 E mail: gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der

Nadere informatie

Financiële verordening gemeente Achtkarspelen

Financiële verordening gemeente Achtkarspelen Financiële verordening gemeente Achtkarspelen De raad van de gemeente Achtkarspelen; gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van @; gelet op artikel 212 van de gemeentewet en

Nadere informatie

Het bestuur van het Noordelijk Belastingkantoor; Gelet op artikel 212 van de Gemeentewet en artikel 108 van de Waterschapswet;

Het bestuur van het Noordelijk Belastingkantoor; Gelet op artikel 212 van de Gemeentewet en artikel 108 van de Waterschapswet; Financieel reglement Het bestuur van het Noordelijk Belastingkantoor; Gelet op artikel 212 van de Gemeentewet en artikel 108 van de Waterschapswet; Besluit: Het Reglement op de uitgangspunten voor het

Nadere informatie

Raadsstuk. Onderwerp: Actualisatie financiële verordening Haarlem BBV nr: 2015/98823

Raadsstuk. Onderwerp: Actualisatie financiële verordening Haarlem BBV nr: 2015/98823 Raadsstuk Onderwerp: Actualisatie financiële verordening Haarlem BBV nr: 2015/98823 1. Inleiding De gemeenteraad stelt kaders vast o.a. in de vorm van gemeentelijke verordeningen. De financiële beheersverordening

Nadere informatie

Onderzoek Inkoop en aanbestedingen Onderzoeksopzet. Rekenkamercommissie De Wolden September 2016 Status: definitief Versie: 1.0

Onderzoek Inkoop en aanbestedingen Onderzoeksopzet. Rekenkamercommissie De Wolden September 2016 Status: definitief Versie: 1.0 Onderzoek Inkoop en aanbestedingen Onderzoeksopzet Rekenkamercommissie De Wolden September 2016 Status: definitief Versie: 1.0 Rekenkamercommissie De Wolden 1 A. Wat willen wij bereiken? 1. Aanleiding

Nadere informatie

Aanbevelingen Rekenkamer Breda in relatie tot nota Verbonden Partijen

Aanbevelingen Rekenkamer Breda in relatie tot nota Verbonden Partijen Bijlage 5 Aanbevelingen Rekenkamer Breda in relatie tot nota Verbonden Partijen Aanbevelingen rapport Rekenkamer Breda 1. Geef als raad opdracht aan het college om samen met de raad een nieuwe Nota Verbonden

Nadere informatie

Plan van aanpak voor een tussentijdse evaluatie beleidsplan Sociaal Domein

Plan van aanpak voor een tussentijdse evaluatie beleidsplan Sociaal Domein Plan van aanpak voor een tussentijdse evaluatie beleidsplan Sociaal Domein Gemeente Bronckhorst, 23 augustus 2016 1. Aanleiding We willen het beleidsplan Sociaal Domein 2015-2018 gemeente Bronckhorst tussentijds

Nadere informatie

opzet onderzoek aanbestedingen

opzet onderzoek aanbestedingen opzet onderzoek aanbestedingen 1 inleiding aanleiding In het onderzoeksplan 2014 van de Rekenkamer Barendrecht is aangekondigd dat in 2014 een onderzoek zal worden uitgevoerd naar aanbestedingen van de

Nadere informatie

Rekenkamer Nijmegen De Rekenkamer neemt een onafhankelijke positie in binnen de gemeente Nijmegen OPLEGNOTITIE. Grip krijgen op Veilig Thuis

Rekenkamer Nijmegen De Rekenkamer neemt een onafhankelijke positie in binnen de gemeente Nijmegen OPLEGNOTITIE. Grip krijgen op Veilig Thuis Rekenkamer Nijmegen De Rekenkamer neemt een onafhankelijke positie in binnen de gemeente Nijmegen OPLEGNOTITIE Grip krijgen op Veilig Thuis 23 april 2018 COLOFON De Rekenkamer heeft een onafhankelijke

Nadere informatie

Onderzoeksprotocol Rekenkamer West-Brabant

Onderzoeksprotocol Rekenkamer West-Brabant Onderzoeksprotocol Rekenkamer West-Brabant Vastgesteld door de Rekenkamer West-Brabant in haar vergadering van 25 oktober 2010. Dit onderzoeksprotocol vloeit voort uit het Reglement van Orde, vastgesteld

Nadere informatie

Jaarverslag Rekenkamercommissie Bernheze

Jaarverslag Rekenkamercommissie Bernheze Jaarverslag 2016 Rekenkamercommissie Bernheze Voorwoord In dit jaarverslag leggen wij verantwoording af over de uitvoering van onze taken in 2016 met een korte uiteenzetting van de verrichte werkzaamheden

Nadere informatie

Rekenkamercommissie Wijdemeren

Rekenkamercommissie Wijdemeren Rekenkamercommissie Wijdemeren Protocol voor het uitvoeren van onderzoek 1. Opstellen onderzoeksopdracht De in het werkprogramma beschreven onderzoeksonderwerpen worden verder uitgewerkt in de vorm van

Nadere informatie

Artikel 3 - Benoeming 1. De (her)benoeming van een Bestuurder geschiedt onverlet diens arbeidsrechtelijke positie voor een periode van vier jaar.

Artikel 3 - Benoeming 1. De (her)benoeming van een Bestuurder geschiedt onverlet diens arbeidsrechtelijke positie voor een periode van vier jaar. Reglement Bestuur Artikel 1 - Definities In dit reglement wordt verstaan onder: a. Aedes: de vereniging Aedes vereniging van woningcorporaties; b. Bestuur: het bestuur van de Stichting; c. Bestuurder:

Nadere informatie

BESTURINGSFILOSOFIE SAMENWERKING BEEMSTER- PURMEREND. Besturingsfilosofie samenwerking Beemster-Purmerend

BESTURINGSFILOSOFIE SAMENWERKING BEEMSTER- PURMEREND. Besturingsfilosofie samenwerking Beemster-Purmerend BESTURINGSFILOSOFIE SAMENWERKING BEEMSTER- PURMEREND Besturingsfilosofie samenwerking Beemster-Purmerend 1. VOORAF In deze notitie wordt de hoofdlijn van de besturingsfilosofie van het samenwerkingsmodel

Nadere informatie

Onderzoeksplan art 213a onderzoeken 2019

Onderzoeksplan art 213a onderzoeken 2019 Onderzoeksplan art 213a onderzoeken 2019 Concerncontrol 1. Waarom een 213a onderzoek? Het uitvoeren van een 213a onderzoek is gericht op de uitvoering van het beleid en het functioneren van de gemeentelijke

Nadere informatie

Reglement van orde Rekenkamercommissie Westerveld

Reglement van orde Rekenkamercommissie Westerveld Reglement van orde Rekenkamercommissie Westerveld Inhoudsopgave Hoofdstuk 1: Algemene bepalingen 2 Artikel 1. Begripsomschrijvingen 2 Artikel 2. De rekenkamercommissie 2 Artikel 3. De ambtelijk secretaris

Nadere informatie

Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Fryslân

Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Fryslân Het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Fryslân gelet op: - artikel 24 van de Wet Gemeenschappelijke Regelingen; - artikel 17 van de Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio

Nadere informatie

Onderzoek Invoering nieuwe WMO per 2015

Onderzoek Invoering nieuwe WMO per 2015 Onderzoek Invoering nieuwe WMO per 2015 Onderzoeksopzet van de Rekenkamercommissie voor Vlagtwedde en Bellingwedde Inleiding De gezamenlijke Rekenkamercommissie (RKC) van de gemeenten Vlagtwedde en Bellingwedde

Nadere informatie

Vastgestelde verordening - Financiële verordening gemeente Zoeterwoude

Vastgestelde verordening - Financiële verordening gemeente Zoeterwoude GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Zoeterwoude Publicatiedatum: 10-06-2015 Nummer gemeenteblad: 0554 Vastgestelde verordening - Financiële verordening gemeente Zoeterwoude Burgemeester en wethouders

Nadere informatie

Verordening rekenkamer Giessenlanden 2017

Verordening rekenkamer Giessenlanden 2017 Verordening rekenkamer Giessenlanden 2017 Artikel 1. Begripsbepalingen In deze verordening wordt verstaan onder: a. college: college van burgemeester en wethouders; b. commissie: commissie voor de rekenkamer

Nadere informatie

S. Nieuwenburg 3580

S. Nieuwenburg 3580 steller telefoonnummer email Agendapunt commissie: 5.1 S. Nieuwenburg 3580 Stefan.Nieuwenburg@a2samenwerking.nl agendapunt kenmerk datum raadsvergadering 250782/250832 portefeuillehouder H. Tindemans Van

Nadere informatie

Financiële verordening ex. artikel 212 Gemeentewet Bedrijfsvoeringsorganisatie Reinigingsdienst Waardlanden

Financiële verordening ex. artikel 212 Gemeentewet Bedrijfsvoeringsorganisatie Reinigingsdienst Waardlanden Financiële verordening ex. artikel 212 Gemeentewet Bedrijfsvoeringsorganisatie Reinigingsdienst Waardlanden 1 Het Bestuur van de Bedrijfsvoeringsorganisatie Reinigingsdienst Waardlanden gelet op artikel

Nadere informatie

Onderzoek naar de werking van het coalitieprogramma

Onderzoek naar de werking van het coalitieprogramma Rekenkamer Weert Onderzoek naar de werking van het coalitieprogramma 2 april 2009 Achtergrond en aanleiding onderzoek De rekenkamer van de gemeente Weert richt zich op het perspectief leren en verbeteren.

Nadere informatie

Onderzoeksplan Subsidiebeleid. Rekenkamercommissie

Onderzoeksplan Subsidiebeleid. Rekenkamercommissie Rekenkamercommissie Onderzoeksplan Subsidiebeleid gemeente Oss Oss, 23 februari 2005 1 1. Inleiding De Rekenkamercommissie is door de gemeenteraad van Oss ingesteld op 1 september 2004. Inmiddels heeft

Nadere informatie

: Regeling budgethouderschap en leidraad budgethouders

: Regeling budgethouderschap en leidraad budgethouders MEMO INTERN Van Aan : Concernstaf : Afdelingshoofden/ budgethouders Datum : Betreft : Regeling budgethouderschap en leidraad budgethouders Collega s, Bijgevoegd vinden jullie de regeling budgethouderschap

Nadere informatie

Regionaal samenwerken

Regionaal samenwerken Regionaal samenwerken Juridische aandachtspunten 16 april 2014 Rob de Greef Verbonden partijen Een privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie waarin de gemeente een bestuurlijk en een financieel

Nadere informatie

Rekeningcommissie. : Middelen/CC&A Nummer commissiestuk : RC-0219 Datum : 9 november 2010 Bijlagen : -

Rekeningcommissie. : Middelen/CC&A Nummer commissiestuk : RC-0219 Datum : 9 november 2010 Bijlagen : - Griffie Rekeningcommissie Datum commissievergadering : - DIS-stuknummer : 2355849 Behandelend ambtenaar : N. Sluiter Directie/bureau : Middelen/CC&A Nummer commissiestuk : RC-0219 Datum : 9 november 2010

Nadere informatie

opvolgingsonderzoek re-integratie en voortijdig schoolverlaten

opvolgingsonderzoek re-integratie en voortijdig schoolverlaten opvolgingsonderzoek re-integratie en voortijdig schoolverlaten juli 2012 1 inleiding 1-1 aanleiding De rekenkamer voert onderzoeken uit naar de doelmatigheid, doeltreffendheid en rechtmatigheid van het

Nadere informatie

Artikel 4 Eed/gelofte Ten aanzien van de leden is artikel 81 g van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.

Artikel 4 Eed/gelofte Ten aanzien van de leden is artikel 81 g van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing. CONCEPT VERORDENING OP DE REKENKAMERCOMMISSIE TIEL De raad van de gemeente Tiel; gelezen het voorstel van het presidium van.. 2016; gelet op het bepaalde in artikel 81oa van de Gemeentewet; besluit: 1.

Nadere informatie

Datum uitwerkingtreding Betreft nieuwe regeling

Datum uitwerkingtreding Betreft nieuwe regeling Gemeente Tiel Verordening op de ambtelijke bijstand 2003 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Vastgesteld door Onderwerp Eigen onderwerp

Nadere informatie

verbonden stichtingen

verbonden stichtingen verbonden stichtingen 1 inleiding aanleiding Capelle aan den IJssel werkt sinds enkele jaren met verbonden stichtingen. Zo bestaat sinds 2011 de stichting CapelleWerkt, is in 2014 de stichting Centrum

Nadere informatie

11 mei april 2017 R BIRB/2017/2575

11 mei april 2017 R BIRB/2017/2575 W GEMEENTE VELSEN Raadsbesluit Datum raadsvergadering Datum IJmond-commissie Raadsbesluitnummer Registratienummer 11 mei 2017 18 april 2017 R17.022 Onderwerp: toekomst van de IJmondsamenwerking De raad

Nadere informatie

Een OVER-gemeentelijke samenwerking tussen Oostzaan en Wormerland

Een OVER-gemeentelijke samenwerking tussen Oostzaan en Wormerland OVER OOSTZAAN Een OVER-gemeentelijke samenwerking tussen Oostzaan en Wormerland WORMERLAND. GESCAND OP 13 SEP. 2013 Gemeente Oostzaan Datum : Aan: Raadsleden gemeente Oostzaan Uw BSN : - Uw brief van :

Nadere informatie

Verordening op de gezamenlijke rekenkamercommissie Gemert-Bakel en Laarbeek

Verordening op de gezamenlijke rekenkamercommissie Gemert-Bakel en Laarbeek Verordening op de gezamenlijke rekenkamercommissie Gemert-Bakel en Laarbeek De raden van de gemeenten Gemert-Bakel en Laarbeek; ieder voor zoveel het hun bevoegdheden betreft; gelezen het voorstel van

Nadere informatie

S T A T E N V O O R S T E L

S T A T E N V O O R S T E L S T A T E N V O O R S T E L Datum : 18 april 2005 Nummer PS : PS2005BEM10 Dienst/sector : Statengriffie Commissie : BEM Registratienummer : 2005psu000022i Portefeuillehouder : subcommissie voor de jaarrekening

Nadere informatie

De raad van de gemeente Alblasserdam;

De raad van de gemeente Alblasserdam; De raad van de gemeente Alblasserdam; gelezen het voorstel van het presidium dd. 1 oktober 2003, registratienummer Raad 2003/114 naar aanleiding van het overleg in de commissie Implementatie dualisme van

Nadere informatie

Organisatievisie. Cie Bestuur en Middelen, 26 november 2010

Organisatievisie. Cie Bestuur en Middelen, 26 november 2010 Organisatievisie Cie Bestuur en Middelen, 26 november 2010 Doel en inhoud DOEL: bepaling van de richting INHOUD: 1. Aanleiding 2. Consequenties voor de organisatie 3. De organisatie visie I. Arbeidscapaciteit

Nadere informatie

Kwaliteit begrotingsprogramma's Gemeente Dordrecht Bijlage 1

Kwaliteit begrotingsprogramma's Gemeente Dordrecht Bijlage 1 Kwaliteit begrotingsprogramma's Gemeente Dordrecht Bijlage 1 Beoordelingskader, ofwel hoe wij gekeken en geoordeeld hebben Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 2 Uitgangspunten 2 3 Beoordelingscriteria 3 4 Hoe

Nadere informatie

RKC Opsterland. Onderzoeksplan Integratie Statushouders in de gemeente Opsterland

RKC Opsterland. Onderzoeksplan Integratie Statushouders in de gemeente Opsterland RKC Opsterland Onderzoeksplan Integratie Statushouders in de gemeente Opsterland Beetsterzwaag, 12 oktober 2016 2 Inhoudsopgave Inleiding 3 Motivatie onderzoek 3 Doelstelling 4 Vraagstelling 4 Normenkader

Nadere informatie

RKC ONDERZOEKSPLAN. Weststellingwerf. Toezeggingen aan burgers en bedrijven. Oktober 2015

RKC ONDERZOEKSPLAN. Weststellingwerf. Toezeggingen aan burgers en bedrijven. Oktober 2015 ONDERZOEKSPLAN Toezeggingen aan burgers en bedrijven Oktober 2015 Inhoudsopgave Inleiding... 1 Motivatie onderzoek... 1 Aanleiding... 1 Doelstelling... 2 Vraagstelling... 2 Toetsingskader... 2 Afbakening...

Nadere informatie

Onderzoeksplan doeltreffendheid en doelmatigheid 2018

Onderzoeksplan doeltreffendheid en doelmatigheid 2018 splan doeltreffendheid en doelmatigheid 2018 Gemeente Groningen Oktober 2017-1 - 1. Algemeen Op grond van artikel 213a Gemeentewet moet ons college periodiek onderzoek doen naar de doelmatigheid en doeltreffendheid

Nadere informatie

ONDERZOEKSPLAN 2009 GEMEENTE HOOGEVEEN Volledigheid opbrengsten

ONDERZOEKSPLAN 2009 GEMEENTE HOOGEVEEN Volledigheid opbrengsten ONDERZOEKSPLAN 2009 GEMEENTE HOOGEVEEN Volledigheid opbrengsten 1 INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING... 3 2. GEPLANDE ONDERZOEKEN... 3 2.1 BUDGET... 3 2.2 SELECTIE ONDERZOEKSOBJECTEN... 3 2.3 VOLLEDIGHEID OPBRENGSTEN...

Nadere informatie

Financiële verordening gemeente Beesel Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen. Hoofdstuk 2. Begroting en verantwoording

Financiële verordening gemeente Beesel Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen. Hoofdstuk 2. Begroting en verantwoording Financiële verordening gemeente Beesel 2017 De raad van de gemeente Beesel gelet op artikel 212 van de Gemeentewet; besluit vast te stellen de Financiële verordening gemeente Beesel 2017 Hoofdstuk 1. Algemene

Nadere informatie

Toelichting "Verordening op de ambtelijke ondersteuning" art. Benaming blz. Algemeen 2. Artikel 1 Informatie 3

Toelichting Verordening op de ambtelijke ondersteuning art. Benaming blz. Algemeen 2. Artikel 1 Informatie 3 Inhoudsopgave Toelichting "Verordening op de ambtelijke ondersteuning" art. Benaming blz. Algemeen 2 Artikel 1 Informatie 3 Artikel 2 t/m 4 Advies, Bijstand en overige ambtelijke ondersteuning 3 Artikel

Nadere informatie

Afspraken tussen raad, college en organisatie bij (grote) ruimtelijke gemeentelijke projecten S.Reijmer, 2 maart 2016, TA

Afspraken tussen raad, college en organisatie bij (grote) ruimtelijke gemeentelijke projecten S.Reijmer, 2 maart 2016, TA Afspraken tussen raad, college en organisatie bij (grote) ruimtelijke gemeentelijke projecten S.Reijmer, 2 maart 2016, TA 1. Inleiding De raad heeft in de vergadering van februari 2014 het college de opdracht

Nadere informatie

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING Officiële uitgave van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant Nr. 155 21 februari 2018 Financiële verordening Veiligheidsregio Midden- en

Nadere informatie

De Minister voor Wonen en Rijksdienst, Handelend in overeenstemming met het gevoelen van de ministerraad;

De Minister voor Wonen en Rijksdienst, Handelend in overeenstemming met het gevoelen van de ministerraad; Besluit van de Minister voor Wonen en Rijksdienst van 10 juli 2015, nr. 0000373449, tot instelling van het tijdelijk Bureau ICT-toetsing (Instellingsbesluit tijdelijk Bureau ICT-toetsing) De Minister voor

Nadere informatie

Informatieprotocol. Datum: 27 april 2010 Raad van toezicht Raad van bestuur

Informatieprotocol. Datum: 27 april 2010 Raad van toezicht Raad van bestuur Informatieprotocol Datum: 27 april 2010 Aan: Raad van toezicht Van: Raad van bestuur Kenmerk: II-1.1/10.78.1n 1. Inleiding De RvT en de RvB van de St. Anna Zorggroep achten het van belang dat de RvT tijdig

Nadere informatie

INHUUR EXTERNEN NAZORGONDERZOEK NAAR DE WIJZE VAN BIJ DE GEMEENTE MIDDELBURG. mei 2010

INHUUR EXTERNEN NAZORGONDERZOEK NAAR DE WIJZE VAN BIJ DE GEMEENTE MIDDELBURG. mei 2010 Postbus 6000 4330 LA Middelburg Rekenkamermiddelburg@gmail.com NAZORGONDERZOEK NAAR DE WIJZE VAN INHUUR EXTERNEN BIJ DE GEMEENTE MIDDELBURG mei 2010 Rekenkamer Middelburg Mr. Anne Mast, lid Mr. Ferry J.

Nadere informatie

De Minister voor Wonen en Rijksdienst, Handelend in overeenstemming met het gevoelen van de ministerraad;

De Minister voor Wonen en Rijksdienst, Handelend in overeenstemming met het gevoelen van de ministerraad; Regeling van de Minister voor Wonen en Rijksdienst van 2015, nr. , tot instelling van het tijdelijk Bureau ICT-toetsing (Instellingsbesluit tijdelijk Bureau ICT-toetsing) Handelend

Nadere informatie

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad Gemeente Langedijk Raadsvergadering van : 14 februari 2012 Agendanummer : 10 Portefeuillehouder : -- Afdeling : Rekenkamer Castricum/Langedijk Opsteller : Voorstel aan de raad Onderwerp Programma : Rapport

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL Agendanummer 9.2

RAADSVOORSTEL Agendanummer 9.2 RAADSVOORSTEL Agendanummer 9.2 Raadsvergadering van 25 februari 2010 Onderwerp: Uitbreiding personele capaciteiten in verband met verwezenlijking van de activiteiten en taken in het kader van de rioleringszorg

Nadere informatie

Budgethoudersregeling

Budgethoudersregeling Budgethoudersregeling 1 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam, 1. Overwegende, a) dat er per 19 maart een nieuw bestuurlijk stelsel in werking getreden waarbij bestuurlijke

Nadere informatie

MID 30 oktober 2003 Verordening op basis van artikel 213 Gemeentewet

MID 30 oktober 2003 Verordening op basis van artikel 213 Gemeentewet Verordening op basis van artikel 213 Gemeentewet Heemstede, 21 oktober 2003 Aan de raad, Samenvatting In de Wet dualisering gemeentebestuur is opgenomen dat gemeenteraden drie verordeningen vaststellen

Nadere informatie