Stimulering van sociale zelfredzaamheid: Een onderzoek bij deelnemers van de cursus Vrienden maken kun je leren
|
|
- Sylvia Coppens
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Stimulering van sociale zelfredzaamheid: Een onderzoek bij deelnemers van de cursus Vrienden maken kun je leren Verslag in opdracht van Het Nederlandse Rode Kruis Prof. dr. Nan L. Stevens Dieke de Koning Nora Loretan 21 november 2008
2 Aanleiding voor het onderzoek In het najaar van 2007 ontstond het eerste contact over mogelijk onderzoek naar de effecten van deelname aan de cursus Vrienden maken kun je leren tussen Andrea Zierleyn, project coördinator vanuit Het Nederlandse Rode Kruis, Annamarije Hovenkamp, stagiaire op Het Nederlandse Rode Kruis, en Nan Stevens, Hoogleraar Toegepaste Sociale Gerontologie aan de Vrije Universiteit en tevens hoofddocent Psychogerontologie aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Het Nederlandse Rode Kruis stond op het punt om de cursus op 12 plaatsen op te zetten, na positieve ervaring met een pilot project in Den Haag en Leidschendam. Als medeauteur van en onderzoeker bij de cursus Zin in vriendschap voor vrouwen van 55 jaar en ouder had Nan Stevens de nodige ervaring met het soort onderzoek dat men vanuit Het Nederlandse Rode Kruis wilde uitvoeren. Zij zag mogelijkheden om het onderzoek samen met een stagiaire of scriptie student vanuit de opleiding Psychogerontologie uit te voeren. Op een bijeenkomst in oktober op Het Nederlandse Rode Kruis met Lies Nolden van de afdeling Preventie van de Parnassia-Bavogroep, initiator van de cursus Vrienden maken kun je leren en tevens trainer van docenten van deze cursus, Henny Wansink, onderzoeker bij Parnassia-Bavogroep, Andrea Zierleyn, Annamarije Hovenkamp en Nan Stevens werden de meetinstrumenten voor het onderzoek vastgesteld. Dieke de Koning, studente Psychogerontologie was bereid om de uitvoering van het onderzoek op zich te nemen in het kader van haar masterscriptie. Naast het uitvoeren van het onderzoek heeft zij selectiegesprekken en trainingsbijeenkomsten voor docenten bijgewoond, en heeft zij de cursus zelf gegeven in Zutphen. Vanwege de omvang van het project, werd een tweede studente, Kirsten Meinema, gezocht om Dieke bij te staan met de verwerking van de kwantitatieve gegevens. Om meer inzicht te krijgen in de motivatie van mensen om deel te nemen aan de cursus, hun uitgangssituatie en ervaring met de cursus, werd besloten dat Kirsten interviews zou houden met deelnemers van verschillende leeftijden en verschillende cursusplaatsen voor het onderzoek voor haar masterscriptie. Haar interviews bieden een zeer nuttige aanvulling van de kwantitatieve gegevens die verzameld zijn door middel van vragenlijsten. Een derde studente, Nora Loretan, is aangetrokken om de laatste meting van het onderzoek uit te voeren in het kader van haar onderzoekstage voor de master Psychologie. Zij zal haar masterscriptie schrijven over de complete data. In augustus 2008 is afgesproken dat wanneer de data van de eerste drie metingen binnen waren, een snelle analyse zou plaatsvinden om een indruk te geven van mogelijke veranderingen bij de deelnemers aan de cursus Vrienden maken...kun je leren. Op basis van deze resultaten gaan betrokkenen beslissen of een onderzoeksvoorstel geschreven kan worden voor verder onderzoek op grotere schaal, dat ingediend kan worden bij ZonMw of andere instellingen die onderzoek financieren. Vandaar dit verslag. 1
3 De cursus Vrienden maken...kun je leren De cursus richt zich op mensen tussen 18 en 90 jaar die ervaren dat zij niet over (voldoende) vriendschappen beschikken dan wel bestaande relaties hebben, die niet naar wens verlopen. De deelnemers onderzoeken actief hun sociaal netwerk en kijken wat zij zelf kunnen doen om nieuwe vriendschappen te sluiten en om oude vriendschappen nieuw leven in te blazen. Het doel is de sociale zelfredzaamheid van de cursisten te versterken door hun vermogen tot (zelf)inzicht aan te spreken en hen tot aanpakgedrag ten aanzien van vriendschappen uit te nodigen. Een positief gevolg van deze strategie zou afname van eenzaamheid kunnen zijn. Inhoudelijk komen de volgende thema s aan bod: opvattingen over vriendschap (realistische verwachtingen), eigen wensen en doelen hierin, assertiviteit, de relatie tussen denken, doen en voelen en communicatie. Ook worden de cursisten tot meer zelfvertrouwen, meer zelfwaardering en tot actief gedrag aangemoedigd. Zij worden ertoe gestimuleerd de verantwoordelijkheid voor hun eigen gedrag in vriendschappen te nemen. Door middel van een plan van aanpak krijgen zij handvatten om hun eigen doelen en wensen in vriendschappen concreet te maken. Dit kan op langere termijn bijdragen tot een verbreding en verdieping van hun sociaal netwerk. Vraagstelling Uit onderzoek van Martina en Stevens (2006) is gebleken dat deelname aan de cursus Zin in vriendschap voor vrouwen van 55 jaar en ouder tot een verbetering van de kwaliteit (bv. meer contact, meer persoonlijke gesprekken, etc.) en kwantiteit (bv. meer vrienden in persoonlijk netwerk) van vriendschappen leidt. Ook verbetert zelfwaardering, levenstevredenheid en positieve stemming van de cursisten, en vermindert hun negatieve stemming. De vraagstellingen in dit onderzoek komen voort uit de veronderstelling dat deelname aan de cursus Vrienden maken..kun je leren eveneens tot een verbeterde kwaliteit en kwantiteit van vriendschappen kan leiden. Het bevorderen van sociale zelfredzaamheid is een middel om deze verbetering van sociale relaties tot stand te brengen en zou tot een vermindering van eenzaamheid kunnen bijdragen. Het onderzoek is gericht op de volgende vraagstellingen: 1. Hoe eenzaam zijn de mensen die aan de cursus deelnemen? Eenzaamheid wordt hier beschouwd als een indicatie van lage sociale zelfredzaamheid. 2. Slagen de deelnemers erin om hun eenzaamheid te verminderen, hun stemming te verbeteren en hun autonomie te verhogen, tijdens en na de het volgen van deze cursus die gericht is op sociale zelfredzaamheid? 2
4 Methode Respondenten Aan dit onderzoek hebben in totaal 120 deelnemers meegedaan uit verschillende cursussen over het land verspreid. Echter 105 mensen hebben de eenzaamheidsvragenlijst op het eerste tijdstip volledig ingevuld, dus is deze groep meegenomen in de eerste analyse van de resultaten. Van deze 105 deelnemers is 61% vrouw en 39% man. De leeftijd van de deelnemers varieert van 17 t/m 83 jaar en de gemiddelde leeftijd is 46 jaar. In tabel 1 is een overzicht te zien van de verdeling van de leeftijden, in percentages, van de deelnemers die bij de drie analysen betrokken zijn. De meerderheid van de deelnemers aan de cursus is tussen de 30 en 65 jaar oud. Tabel 1: Verdeling deelnemers over leeftijdscategorieën T0 T1 T2 N = 105 N = 95 N = 71 n % n % n % Leeftijd Vanwege de kleine groep boven de 75 jaar, zijn deze mensen opgenomen in de groep van mensen boven de 65 jaar in de verdere rapportage. De helft van de steekproef (51%) is ongehuwd, ongeveer een kwart (24%) is gehuwd, en verder is 8% weduwe of weduwnaar en 17% gescheiden. In Tabel 2 wordt de burgerlijke staat per leeftijdscategorie vermeld. Tabel 2: Verdeling deelnemers over burgerlijke staat per leeftijdscategorieën N = 17 N = 44 N = 34 N = 7 n % n % n % n % Burgerlijke staat Ongehuwd , Gehuwd Weduwe/-naar Gescheiden ,
5 Bij de mensen onder de 50 jaar, zijn de ongehuwden duidelijk in de meerderheid; boven de 50 jaar zijn de deelnemers meer verdeeld over de mogelijke burgerlijke staten. Wel zijn er meer ongehuwde en meer gescheiden mensen, en minder gehuwden, dan normaal in de bevolking voorkomen. In tabel 3 is de verdeling van het opleidingsniveau te zien. De opleiding van de deelnemers varieert van lagere school tot universiteit. Iets meer dan een kwart van de steekproef is opgeleid op mbo (28,7%), met nog een kwart op hbo-niveau (25,5%). Tabel 3: Opleidingsniveau per leeftijdscategorie N = 57 N = 34 n % n % Opleiding Lagere school 2 3,5 4 10,8 Lager beroepsonderwijs 4 7,0 7 18,9 Mavo/mulo 6 10,5 6 16,2 Havo/hbs 5 8,8 0 3,6 Vwo 3 5,3 1 2,7 Middelbaar beroepsonderwijs 19 33,3 8 21,6 Hoger beroepsonderwijs 13 22, ,7 Universiteit 5 8,8 0 0 Trainers Voor de cursus Vrienden maken kun je leren worden landelijk trainers (vrijwilligers) geworven. Dit gaat via websites en mond-op-mond reclame. Kandidaattrainers die hierop reageren worden geselecteerd middels een selectiegesprek. Hierin wordt gekeken naar de ervaring van de kandidaat, diens visie op trainen en het onderwerp vriendschap. Opmerkelijk is dat bijna alle kandidaten een HBO- of Universitaire studie hebben en professioneel werkzaam zijn in de zorg, welzijn, opleidingen of trainingen. Daarnaast zijn zij in vergelijking tot de gemiddelde vrijwilligers van Het Nederlandse Rode Kruis, jonger. De meeste trainers zitten in de leeftijd van jaar. Na de selectiefase worden de toegelaten trainers opgeleid door twee professionele trainers van Parnassia-Bavo Groep. Vanaf 2009 worden dit één trainer van Parnassia-Bavo en éen trainer van Het Nederlandse Rode Kruis. De opleiding bestaat uit twee dagen waarin de trainers het programma van de cursus leren kennen en zich de tools en vaardigheden eigen maken om de cursus Vrienden maken kun je leren te geven. 4
6 Het is voor Het Nederlandse Rode Kruis bijzonder om te werken dat deze vorm van vrijwillig trainers-werk, dat een relatief nieuwe groep vrijwilligers aantrekt. Jong en hoog opgeleid! Procedure De deelnemers aan het onderzoek, zijn alle mensen die meededen aan de cursus Vrienden maken kun je leren van Het Nederlandse Rode Kruis, in de periode van februari tot en met juni Oorspronkelijk zouden er 12 cursusplaatsen aan het onderzoek meedoen; later zijn er drie plaatsen bijgekomen. De data zijn min of meer volledig voor 12 plaatsen. De deelnemers kregen tijdens het kennismakingsgesprek met de trainers te horen dat er tijdens de cursus een onderzoek werd gedaan. Ze kregen van de trainers een brief met uitleg over het onderzoek, die ze ter plekke konden lezen. Nadat deze brief gelezen was, kregen de deelnemers de eerste vragenlijst. Deze vragenlijst moesten ze ter plekke invullen en retourneren aan de trainers. De tweede vragenlijst werd ingevuld aan het einde van de laatste bijeenkomst van de cursus en direct geretourneerd aan de trainers. De derde vragenlijst werd ingevuld aan het einde van de terugkombijeenkomst (2 maanden na afloop van de cursus) en direct geretourneerd aan de trainers. De vierde vragenlijst is 6 maanden na afloop van de cursus per post naar de deelnemers thuis gestuurd, met een begeleidende brief en het verzoek om de vragenlijst retour te sturen naar Het Nederlandse Rode Kruis. In dit verslag zijn resultaten van de eerste drie metingen verwerkt. Meetinstrumenten Voor dit onderzoek is een vragenlijst samengesteld die bestaat uit vragen over achtergrondgegevens van de deelnemers, de Positieve Uitkomsten Lijst (PUL) (Appelo & Harkema-Schouten, 2003), de Eenzaamheidsschaal (De Jong Gierveld & Kamphuis, 1985), en een stemmingslijst, de PANAS (Watson, Clark & Tellegen, 1988). Voor de verschillende schalen is de betrouwbaarheid berekend met Cronbach s alpha. De achtergrondgegevens van de deelnemers die gemeten worden zijn geslacht, leeftijd cursusplaats, burgerlijke staat en opleiding. De Positieve Uitkomsten Lijst bestaat uit 10 items die positieve, aan draagkracht gerelateerde kenmerken meten. Deze vragenlijst is verdeeld in de subschalen autonomie (7 items) en sociaal optimisme (3 items). Een voorbeeld van een item autonomie is Ik heb regie over mijn leven, een voorbeeld van een item sociaal optimisme is Ik functioneer goed in sociale contacten. De deelnemers geven op een vierpunts-schaal aan in hoeverre een item op hen van toepassing is. De scores worden berekend, door voor de twee subschalen afzonderlijk somscores te berekenen. Voor autonomie liggen de scores daarom tussen de 7 en 5
7 28, waarbij een score tussen de 7 en 21 lage, een score tussen de 22 en 26 gemiddelde en een score tussen de 27 en 28 hoge autonomie betekent. Voor sociaal optimisme liggen de scores tussen de 3 en 12, waarbij een score tussen de 3 en 9 laag, een score van 10 gemiddeld en een score tussen 11 en 12 hoog sociaal optimisme betekent. De betrouwbaarheid voor autonomie is op de grens van betrouwbaarheid bij de eerste meting en goed bij de tweede en derde meting. De subschaal sociaal optimisme is op alle drie meetmomenten betrouwbaar. De Eenzaamheidsschaal bestaat uit 11 items en meet de mate van eenzaamheid. De schaal is verdeeld in 5 positief geformuleerde items en 6 negatief geformuleerde items. Voorbeelden van items zijn Er zijn genoeg mensen op wie ik in geval van narigheid kan terugvallen en Ik mis mensen om mij heen. De deelnemers moeten per item op een vijfpunts-schaal aangeven in hoeverre het op hen van toepassing is (1=nee! geheel mee oneens; 2=nee; 3=min of meer; 4=ja; 5=ja! geheel mee eens). De scores liggen tussen de 0 en 11, waarbij een score tussen 0 en 2 niet eenzaam, een score tussen 3 en 8 matig eenzaam, een score tussen 9 en 10 sterk eenzaam en een score van 11 zeer sterk eenzaam betekent. De eenzaamheidsschaal is op alle drie meetmomenten zeer betrouwbaar. De PANAS is verdeeld in de subschalen positieve gevoelens (10 items) en negatieve gevoelens (10 items). Voorbeelden van positieve items zijn vrolijk en vastbesloten, voorbeelden van negatieve items zijn bedroefd en bang. De deelnemers moeten per item op een vijfpunts-schaal aangeven hoe vaak ze dit ervaren (1=nooit; 2=zelden; 3=soms; 4=vaak; 5=zeer vaak). De scores worden berekend, door voor de twee subschalen afzonderlijk somscores te berekenen. Voor beide subschalen liggen de scores daarom tussen de 10 en 50. Beide subschalen zijn in dit onderzoek zeer betrouwbaar. Uitval en onvolledige data Bij een onderzoek met meerdere meetmomenten komt het vaker voor dat mensen tijdens het onderzoek uitvallen om allerlei redenen. Daarnaast zijn er mensen die de vragenlijst niet volledig invullen. Als er teveel antwoorden (>2) op een vragenlijst ontbreken, is die betreffende persoon niet meegenomen in de analyse van de data. Bij de eerste meting hadden wij bruikbare data van 105 mensen, bij de tweede meting van 95 mensen, en bij de derde meting, van 71 mensen. Het lagere aantal bij de derde meting toont aan dat minder deelnemers aanwezig geweest zijn op de terugkombijeenkomst waar de vragenlijst ingeleverd werd dan hebben deelgenomen aan de eerste twee metingen. We hebben gecontroleerd of er een verschil was tussen de eenzaamheid van de mensen die aan alle metingen meededen en de mensen van wie wij onvolledige data hebben (door afwezigheid of onvolledige lijsten). Er was geen significant verschil in eenzaamheid tussen de twee groepen bij de eerste meting en ook niet bij de tweede meting, wanneer de 6
8 afvallers van de derde meting meegenomen werden in deze analyse. Wij gaan er daarom vanuit dat de resultaten niet beïnvloed worden door de ontbrekende respondenten. Analyse In dit verslag is gebruikt gemaakt van de t-toets voor gekoppelde steekproeven om na te gaan of verschillen in scores op verschillende tijdstippen significant zijn. Om de resultaten te vergelijken met resultaten van een andere vriendschapscursus is gebruik gemaakt van de t-toets voor onafhankelijke steekproeven. Hier spreken wij van erg significante verschillen als de waarschijnlijkheid dat de verschillen in gemiddelde scores op toeval berusten kleiner is dan.001 (of 1/10%). Wij spreken van significante verschillen als de waarschijnlijkheid dat de verschillen op toeval berusten kleiner is dan.01 (of 1%). Resultaten De resultaten met betrekking tot eenzaamheid, positieve en negatieve stemming, en autonomie en sociaal optimisme worden hieronder beschreven. Bij aanvang van de cursus is de eenzaamheid opmerkelijk hoog. De gemiddelde score was 9,2, hetgeen een indicatie is voor sterke eenzaamheid onder de deelnemers. In tabel 4 zijn de gradaties van eenzaamheid binnen de steekproef op de verschillende meetmomenten weergegeven. Tabel 4: Gradaties van eenzaamheid op drie tijdstippen T0 T1 T2 N = 105 N = 95 N = 71 Niet eenzaam (0-2) Matig Eenzaam (3-8) Erg eenzaam (9-11) In tabel 4 is te zien dat slechts 1% van de deelnemers niet eenzaam is bij aanvang van de cursus; ongeveer een kwart is eenzaam en bijna drie kwart is erg eenzaam. Aan het einde van de cursus, die zes weken duurt, is 10% van de deelnemers niet eenzaam, is 34% matig eenzaam en is 55% erg eenzaam. Na twee maanden, bij de terugkombijeenkomst, is 11% niet eenzaam, en is inmiddels minder dan de helft (46,5%) erg eenzaam. 7
9 Volgens de t-toets is het verschil tussen eenzaamheid voor de cursus en aan het einde van de cursus (T0-T1) erg significant, tussen het einde van de cursus en de follow-up meting (T1-T2) is de vermindering van eenzaamheid ook significant. Dus is het niet verrassend dat het verschil in eenzaamheid voor de cursus en twee maanden na de cursus (T0-T2), ook erg significant is. De gemiddelde scores op eenzaamheid voor de cursisten staan in tabel 5. Tabel 5: Gemiddelde eenzaamheidsscores op drie tijdstippen T0 T1 T2 N = 105 N = 95 N = 71 Eenzaamheid (17 85 jr) 9,2 8,0 7,4 Eenzaamheid (17 49 jr) 9,3 8,2 7,0 Eenzaamheid (50 85 jr) 9,2 7,6 7,8 Als wij de cursisten in twee groepen delen van mensen onder de 50 jaar, en mensen van 50 jaar en ouder, dan zien wij een verschillend patroon voor vermindering van eenzaamheid. Bij de jongere groep onder de 50 jaar, is de vermindering in eenzaamheid bij elke meting significant. Bij de oudere groep vanaf 50 jaar is er sprake van een significante vermindering tijdens de cursus en blijft de eenzaamheid stabiel na afloop van de cursus tot de follow-up bijeenkomst en nameting (T2). Dit is een interessante bevinding die te maken kan hebben met verschillen in leerstijlen tussen jongere en oudere deelnemers; het kan ook te maken hebben met verschillen in de mogelijkheden om hetgeen geleerd is buiten de cursus toe te passen of in de beleving van de cursusgroep als een eenzaamheidsverminderende activiteit. De gemiddelde scores in eenzaamheid verbergen veel individuele verschillen. Gedurende de cursus is er een groep van 10 mensen (12%) voor wie de eenzaamheid toeneemt; voor de meesten is dit slechts met 1 punt. Voor 23 mensen (28%) blijft de eenzaamheid stabiel, terwijl voor 22 mensen (27%) deze met een punt afneemt. Voor 28 mensen (34%) neemt de eenzaamheid af met twee punten of meer tijdens de cursus. Bij de tweede follow-up meting (T0-T2) zijn er ook individuele verschillen wat betreft de verandering in eenzaamheid. Er is een groep van 7 mensen (11%) bij wie de eenzaamheid toeneemt, 14 mensen (22%) bij wie de eenzaamheid stabiel blijft, 11 mensen (18%) bij wie de eenzaamheid met 1 punt verminderde. Bij bijna de helft, ofwel 30 mensen (49%), verminderde de eenzaamheid met twee punten of meer. Omdat een controle groep ontbreekt, mogen wij de verandering niet alleen toeschrijven aan de cursus. Wij kunnen alleen stellen dat er een behoorlijke groep cursisten 8
10 is, die erin geslaagd is haar eenzaamheid significant te verminderen binnen een redelijk korte periode. Stemming De resultaten met betrekking tot de PANAS vragenlijst over de beleving van positieve en negatieve emoties tonen ook significante veranderingen in de gewenste richting bij de cursisten (zie tabel 6). Dit wil zeggen dat er een significante toename is in de beleving van positieve gevoelens tijdens de cursus; men voelt zich vaker sterk, geïnspireerd en enthousiast. De beleving van positieve gevoelens blijft stabiel twee maanden na afloop van de cursus. Daarnaast is er een significante afname in negatieve gevoelens tijdens de cursus, die tevens stabiel blijft bij de meting twee maanden na afloop van de cursus. Men voelt zich minder vaak bedroefd, schuldig en prikkelbaar. Tabel 6: Gemiddelde scores op positieve en negatieve gevoelens op drie tijdstippen T0 T1 T2 N = 100 N = 92 N = 70 Positief affect 33,6 35,3 35, 1 Negatief affect 27,3 25,6 25,4 Wanneer de cursisten verdeeld worden in mensen onder de 50 en mensen 50 jaar en ouder, blijkt dat er alleen bij de mensen onder de 50 jaar een significante toename is van positieve emoties en een significante afname van negatieve emoties tussen aanvang van de cursus en de twee latere metingen. Bij de mensen boven de 50 jaar zijn de veranderingen in beleving van positieve en negatieve emoties niet significant. Draagkracht De Positieve Uitkomst Lijst biedt inzicht in de mate waarin mensen autonomie en sociaal optimisme beleven. In de volgende tabel staan de gemiddelde scores voor deze twee mogelijke uitkomsten van interventies op de drie tijdstippen van de metingen. Tabel 7: Gemiddelde scores voor autonomie en sociaal optimisme volgens de PUL T0 T1 T2 N = 100 N = 95 N = 71 Autonomie 20,5 21,2 21,6 Sociaal Optimisme 7,2 8,3 8,6 9
11 Voor autonomie is er alleen een significante toename tussen de voormeting (T0) en de follow-up meting (T2). Deze verandering is in de gewenste richting; er is een toename in autonomie. Echter de gemiddeld score hoort bij een relatief laag niveau van autonomie; bij de laatste meting halen de deelnemers bijna een gemiddeld niveau van autonomie (vanaf 22 punten). Er is wel een significante toename in sociaal optimisme bij elke meting. Alle drie scores horen echter tot een laag niveau van optimisme, waarbij de laatste score de grens tussen laag en gemiddelde sociaal optimisme nadert (>9). Hierbij moet opgemerkt worden dat de betrouwbaarheid van de sociaal optimisme schaal iets lager was dan wenselijk. Conclusies en suggesties voor vervolgonderzoek Op alle drie maten waarop wij het welbevinden van de cursisten gevolgd hebben, tonen zij significante vooruitgang. Als groep zijn de cursisten minder eenzaam, ervaren zij meer positieve gevoelens en minder negatieve gevoelens dan het geval was voordat de cursus begon. Er is ook een lichte, maar significante vooruitgang in autonomie en sociaal optimisme. De positieve veranderingen die al bereikt zijn tijdens de cursus houden stand twee maanden later; de eenzaamheidvermindering gaat door, ten minste onder de deelnemers onder de 50 jaar. Hoewel de sterke eenzaamheid bij aanvang niet helemaal verdwijnt, is deze niet meer kenmerkend voor de meerderheid van de deelnemers. Deze resultaten zijn opmerkelijk omdat zij redelijk snel plaatsvinden, dat wil zeggen al tijdens de cursus die zes weken duurt en binnen twee maanden na afloop van de cursus. Ter vergelijking is het interessant om de resultaten van onderzoek naar de cursus Zin in Vriendschap, een cursus voor vrouwen 55 jaar en ouder die 12 weken duurt, ernaast te zetten. Tijdens deze cursus is geen vermindering in eenzaamheid gevonden, ook niet 6 maanden na afloop van de cursus (Martina & Stevens, 2006). Slechts maanden na de cursus is een significante vermindering in eenzaamheid gevonden onder de deelneemsters van de cursus Zin in Vriendschap (Stevens, Martina & Westerhof, 2006). Hierbij moet opgemerkt worden dat de deelnemers aan de cursus Vrienden maken kun je leren al bij aanvang van de cursus significant eenzamer zijn dan de deelneemsters aan de cursus Zin in Vriendschap, met een gemiddeld eenzaamheidsscore van 9,2 tegenover een gemiddeld van 7,5. Na afloop van beide cursussen is het verschil in eenzaamheid tussen de twee groepen cursisten niet meer significant. Een mogelijke verklaring is dat de sterkere eenzaamheid van deelnemers aan de Rode Kruis cursus minder dragelijk is, waardoor men nog meer gemotiveerd is om actie te ondernemen om eenzaamheid te verminderen. De cursus Vrienden maken kun je leren is sterk gericht op actie ondernemen ofwel aanpakgedrag; dit zou ook het verschil in resultaten kunnen verklaren, net als het verschil in leeftijd van de 10
12 deelnemers aan de twee cursussen. Een andere mogelijkheid is dat het fenomeen regressie naar het gemiddelde in dit onderzoek optreedt; met andere woorden extreme scores zijn geneigd te veranderen in minder extreme scores. Dit zou echter in beide cursussen kunnen optreden en verklaart niet het verschil in resultaten. Om de gevonden veranderingen zeker toe te kunnen schrijven aan de cursus Vrienden maken...kun je leren is een controlegroep nodig die de cursus niet volgt; deze controlegroep zou uit mensen moeten bestaan die de cursus zouden willen volgen. Deze mensen zouden dezelfde vragenlijsten, volgens hetzelfde tijdschema als de deelnemers aan de cursus moeten invullen. Alleen bij een significant verschil tussen de cursisten en deze controlegroep op de verschillende vragenlijsten kunnen wij zeker spreken van een effect van de cursus. Hoewel overwogen werd om een deel van de mensen die zich opgaven voor de cursus toe te wijzen aan een controlegroep, vond de projectmanager van Het Nederlandse Rode Kruis dit bezwaarlijk, enerzijds vanwege de complexiteit van deze werkwijze en anderzijds vanwege de idealistische doelstelling van de instelling. Als men net een nieuwe cursus aan het opzetten is, is het vervelend om mensen te werven en dan niet toe te laten tot de cursus. Bij toekomstig onderzoek is te overwegen mensen toe te wijzen aan verschillende condities, waaronder een wachtlijstgroep die een aantal keer een vrijwilliger op bezoek krijgt gedurende de onderzoeksperiode. Na een half jaar zouden deze mensen wel de cursus kunnen volgen. Het aantal respondenten dat aan de tweede follow-up meting deelnam was beduidend lager dan bij de eerste metingen. Indien verder onderzoek plaatsvindt, raden wij aan om deze meting niet alleen te koppelen aan de follow-up bijeenkomst. De vragenlijst zou via de post opgestuurd kunnen worden en via de post of bij de follow-up bijeenkomst ingeleverd kunnen worden. Dit zou de respons waarschijnlijk vergroten. De dataverzameling is uitgevoerd door de vrijwilligers die de cursus geven. Voor hun medewerking zijn wij heel dankbaar. Echter doordat zoveel verschillende mensen op verschillende tijdstippen data verzamelden, was het moeilijk om de vordering van het onderzoek te overzien. Van enkele plaatsen zijn niet alle metingen teruggestuurd naar Het Nederlandse Rode Kruis. De organisatie van de dataverzameling zou in de toekomst verbeterd kunnen worden door dit vanuit een centraal punt te regelen. De vierde meting, zes maanden na de cursus, vindt nu plaats via de post, en wel vanuit Het Nederlandse Rode Kruis in Den Haag. Wij hopen dat dit tot een hogere respons zal leiden. In de vierde vragenlijst hebben wij open vragen toegevoegd over veranderingen in verwachtingen ten aanzien van vriendschap, veranderingen in sociaal gedrag, ervaren verbetering in bestaande vriendschappen en de ontwikkeling van nieuwe vriendschappen. Wij zijn erg benieuwd naar de antwoorden op deze vragen, in samenhang met de beleving van positieve en negatieve gevoelens, autonomie en sociaal optimisme en vooral de 11
13 eenzaamheid. Verder zijn wij benieuwd of wij weer verschillen tussen deelnemers onder de 50 jaar en 50 jaar en ouder zullen vinden. Het is nog te vroeg om hier conclusies over te trekken. De dataverzameling voor de vierde meting vindt plaats tot en met februari Begin april hopen wij het volgende verslag af te hebben. Slotwoord van het Nederlands Rode Kruis Onderzoek naar sociale hulp Het onderzoek dat is uitgevoerd door Nan Stevens is een eerste wetenschappelijke meting naar een vorm van vrijwilligerswerk binnen het brede kader van sociale hulp. Nooit eerder is in Nederland op zo n grote schaal onderzoek uitgevoerd waarvan de resultaten betrouwbaar en significant genoemd kunnen worden. In eerdere pogingen van onderzoek strandden onderzoeken door uitval van respondenten of organisatorische problemen waardoor projecten ophielden te bestaan. Vele landelijke vrijwilligersorganisaties voeren al jaren sociale hulp-activiteiten uit zonder dat daar wetenschappelijk onderzoek naar is/wordt gedaan. Het huidige onderzoek en de resultaten hiervan laten zien dat Het Nederlandse Rode Kruis het belangrijk vindt de eigen activiteiten te analyseren op het gebied van effectiviteit. Het Nederlandse Rode Kruis is daarbij trots op de positieve resultaten uit het onderzoek. Referenties Appelo, M., & Herkema-Schouten, P. (2003). Kort instrumenteel. De Positieve Uitkomsten Lijst (PUL). Gedragstherapie, 36, De Jong Gierveld, J., & Kamphuis, F. (1985). The development of a Rasch-type loneliness scale. Applied Psychological Measurement, 9, Martina, C. M. S., & Stevens, N. L. (2006). Breaking the cycle of loneliness? Psychological effects of a friendship enrichment program for older women. Aging & Mental Health, 10, Stevens, N. L., Martina, C. M. S., & Westerhof, G. J. (2006). Meeting the need to belong: Predicting effects of a friendship enrichment program for older women. The Gerontologist, 46, Watson, D., Clark, L. A., & Tellegen, A. (1988). Development and validation of brief measures of positive and negative affect: The PANAS scales. Journal of Personality and Social Psychology, 54,
Klanttevredenheid. Vereenzaming Ouderen Soest VOS
2011 Klanttevredenheid Vereenzaming Ouderen Soest VOS Stichting Welzijn Ouderen Soest Molenstraat 8c 3764 TG Soest 035 60 23 681 info@swos.nl www.swos.nl KvK 41189365 Klanttevredenheidsonderzoek Vereenzaming
Nadere informatieAnalyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten. G.E. Wessels
Analyse van de cursus De Kunst van het Zorgen en Loslaten G.E. Wessels Datum: 16 augustus 2013 In opdracht van: Stichting Informele Zorg Twente 1. Inleiding Het belang van mantelzorg wordt in Nederland
Nadere informatieDenken en Doen: bridgend de eenzaamheid te lijf
Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding worden gebruikt (C.J. Leemrijse & C. Veenhof. Denken en Doen, bridgend de eenzaamheid te lijf, Factsheet. Utrecht: NIVEL,
Nadere informatieGroepsverslag Stress Reductie Effect Meting na HeartMath coachtraject maart 2016
Onderzoeksbureau Groepsverslag Stress Reductie Effect Meting na HeartMath coachtraject maart 2016 In opdracht van HeartMath Benelux Periode november 2012 tot en met maart 2016 De stress-rem (Stress Reductie
Nadere informatieOnderzoek Eenzaamheid onder jongeren
Onderzoek Eenzaamheid onder jongeren 1V Jongerenpanel 25 september 2014 Over dit onderzoek Aan dit onderzoek deden 1375 leden van het EenVandaag Jongerenpanel mee. Het onderzoek vond plaats van 19 september
Nadere informatieMonitor Klik & Tik [Voorbeeldbibliotheek]
Monitor Klik & Tik [Voorbeeldbibliotheek] Meting 2012-2013 - Voorbeeld van de individuele rapportage voor deelnemende bibliotheken.- Inhoud 1. Inleiding... 1 2. Over de dienstverlening rondom Klik & Tik
Nadere informatieIMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY
IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY IMPACTMETING VAN BRIGHT ABOUT MONEY - eindrapport - Y. Bleeker MSc (Regioplan) dr. M. Witvliet (Regioplan) dr. N. Jungmann (Hogeschool Utrecht) Regioplan Jollemanhof
Nadere informatieBehoefte aan verbondenheid
Eenzaamheid aanpakken? Nan Stevens Psychogerontologie Radboud Universiteit Nijmegen Behoefte aan verbondenheid Een basale behoefte aan een aantal mensen waarbij er sprake is van Regelmatig contact Wederzijdse
Nadere informatieHet effect van deelname aan ouderenactiviteiten van Timpaan Welzijn op gevoelens van eenzaamheid. Onderzoek in de Gemeente Steenwijkerland
Het effect van deelname aan ouderenactiviteiten van Timpaan Welzijn op gevoelens van eenzaamheid. Onderzoek in de Gemeente Steenwijkerland 0 Dit onderzoek is in 2012 uitgevoerd door Nanda Knol, 3 e jaars
Nadere informatieWerkbelevingsonderzoek 2013
Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:
Nadere informatieEFFECTIVITEIT VAN DE GEEF ME DE 5 BASISCURSUS
EFFECTIVITEIT VAN DE GEEF ME DE 5 BASISCURSUS Wetenschappelijk onderzoek In dit rapport worden de wetenschappelijke bevindingen beschreven betreffende de effectiviteit van de Geef me de 5 Basiscursus.
Nadere informatieOpleidingsniveau Basisschool 46 VMBO 26 Havo / VWO 77 MBO 170 HBO / WO 343 Wil ik niet beantwoorden 7 Niet van toepassing 6 Missende waardes 128
Onderzoeksbureau Groepsverslag stress REM vragenlijsten maart 2016 In opdracht van Robert Erdbrink Periode november 2012 tot en met maart 2016 De stress-rem (Stress-Reductie Effect Meting) meet de begrippen:
Nadere informatieRapport. Eigen regie en zelfredzaamheid ; een enquête onder senioren
Rapport Eigen regie en zelfredzaamheid ; een enquête onder senioren Woerden, juli 2014 Inhoudsopgave I. Omvang en samenstelling groep respondenten p. 3 II. Wat verstaan senioren onder eigen regie en zelfredzaamheid?
Nadere informatieRapportage sociaal-emotionele ontwikkeling Playing for Success
Rapportage sociaal-emotionele ontwikkeling Playing for Success Leercentrum Nijmegen Oberon, november 2012 1 Inleiding Playing for Success heeft, naast het verhogen van de taal- en rekenprestaties van de
Nadere informatieWerkinstructies voor de CQI Gehandicaptenzorg Lichamelijk. Gehandicapten
CQI zorg Werkinstructies voor de CQI zorg In de vernieuwde werkwijze kwaliteitskader zorg heeft pijler 2B betrekking op het meten van cliëntervaringen. De CQI zorg maakt geen deel uit van een instrumentenwaaier
Nadere informatieEFFECTIVITEITSONDERZOEK PROFESSIONAL ORGANIZING. NBPO Oktober 2012- Oktober 2014
EFFECTIVITEITSONDERZOEK PROFESSIONAL ORGANIZING NBPO Oktober 2012- Oktober 2014 Colofon Uitgave: Research 2Evolve Tesselschadelaan 15A 1217 LG Hilversum Tel: (035) 623 27 89 info@research2evolve.nl www.research2evolve.nl
Nadere informatieGGD Amsterdam Eenzaamheid in Beeld
GGD Amsterdam Eenzaamheid in Beeld Samenvatting Eén op de acht volwassen Amsterdammers voelt zich ernstig. Dat is meer dan gemiddeld in Nederland. In vergelijking met voorgaande jaren voelen steeds meer
Nadere informatieMASTER ORTHOPEDAGOGIEK SCRIPTIE
FACULTEIT DER MAATSCHAPPIJ- EN GEDRAGSWETENSCHAPPEN Graduate School of Childhood Development and Education MASTER ORTHOPEDAGOGIEK SCRIPTIE 2016-2017 De beïnvloeding van tijdoriëntatie, timemanagement en
Nadere informatieMethodebeschrijving Vrienden maken kun je leren. Databank Effectieve sociale interventies
Methodebeschrijving Vrienden maken kun je leren Databank Effectieve sociale interventies Deze methodebeschrijving is gemaakt door: Jan Willem van de Maat MOVISIE 030 789 22 32 j.vandemaat@movisie.nl Jan
Nadere informatieWerkinstructies voor de CQI Jeugdgezondheidszorg
Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de CQI JGZ bedoeld? De CQI Jeugdgezondheidzorg (CQI JGZ) is bedoeld om de kwaliteit van zorg rond de jeugdgezondheidzorg te meten vanuit het perspectief
Nadere informatieIMPACTMETING VAN HET FINANCIEEL STUDIEPLAN
IMPACTMETING VAN HET FINANCIEEL STUDIEPLAN IMPACTMETING VAN HET FINANCIEEL STUDIEPLAN - eindrapport - dr. M. Witvliet Y. Bleeker, MSc Regioplan Jollemanhof 8 09 GW Amsterdam Tel.: + (0)0 5 5 5 Amsterdam,
Nadere informatieRAPPORTAGE RESULTATEN 0-METING 19 OKTOBER 17 NOVEMBER 2015
RAPPORTAGE RESULTATEN 0-METING 9 OKTOBER 7 NOVEMBER 05 Samenvatting De belangrijkste resultaten: De grootste groep trainers is lange tijd (>0 jaar) actief. Trainers met een hoger trainersniveau zijn bovendien
Nadere informatieDe kwaliteit van educatieve activiteiten meten. Universiteitsmuseum Utrecht
De kwaliteit van educatieve activiteiten meten Universiteitsmuseum Utrecht De kwaliteit van educatieve activiteiten meten Universiteitsmuseum Utrecht Claudia de Graauw Bo Broers Januari 2015 1 Inhoudsopgave
Nadere informatiekoopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER
koopzondagen 2012 def KOOPZONDAGEN EN KOOPAVONDEN DE MENING VAN DE BURGER Oktober 2012 2 Opdrachtnemer: Opdrachtgever: Team Financieel Advies, Onderzoek & Statistiek Camiel De Bruijn Ard Costongs Economie
Nadere informatieOW 10.2440. Nameting project Studiekeuzegesprekken NHTV Opleiding International Game Architecture and Design
OW 10.2440 Nameting project Studiekeuzegesprekken NHTV Opleiding International Game Architecture and Design Bij de opleiding International Game Architecture and Design zijn de studenten die gestart zijn
Nadere informatieRapportage Marktstadrun
Rapportage Marktstadrun Rapportage Marktstadrun Hierbij sturen we u de resultaten van de Marktstadrun. In het rapport tonen we u de percentages van de gegeven antwoorden, plus de gegeven antwoorden via
Nadere informatieBeschrijving van de gegevens: hoeveel scholen en hoeveel leerlingen deden mee?
Technische rapportage Leesmotivatie scholen van schoolbestuur Surplus Noord-Holland Afstudeerkring Begrijpend lezen 2011-2012, Inholland, Pabo-Alkmaar Marianne Boogaard en Yvonne van Rijk (Lectoraat Ontwikkelingsgericht
Nadere informatieResultaten tevredenheidsonderzoeken cliënten en medewerkers
Resultaten tevredenheidsonderzoeken cliënten en medewerkers Ervaring in de driehoek Cello heeft in de periode mei juni van dit jaar onderzoek laten uitvoeren naar de ervaringen van cliënten, ouders / vertegenwoordigers
Nadere informatieEenzaamheid in Nederland Coalitie Erbij
Eenzaamheid in Nederland Coalitie Erbij Juli TNS NIPO Natascha Snel Suzanne Plantinga Inhoud Conclusies en aanbevelingen 3 1 Inleiding en onderzoeksdoel 6 2 Eenzaamheid in Nederland 9 3 Kennis: bekendheid
Nadere informatieSamenvatting (Dutch summary)
Parenting Support in Community Settings: Parental needs and effectiveness of the Home-Start program J.J. Asscher Samenvatting (Dutch summary) Ouders spelen een belangrijke rol in de ontwikkeling van kinderen.
Nadere informatieInformatie over de deelnemers
Tot eind mei 2015 hebben in totaal 45558 mensen deelgenomen aan de twee Impliciete Associatie Testen (IATs) op Onderhuids.nl. Een enorm aantal dat nog steeds groeit. Ook via deze weg willen we jullie nogmaals
Nadere informatieIMPACTMETING VAN HET FINANCIEEL STUDIEPLAN
IMPACTMETING VAN HET FINANCIEEL STUDIEPLAN IMPACTMETING VAN HET FINANCIEEL STUDIEPLAN - eindrapport - dr. M. Witvliet Y. Bleeker, MSc Regioplan Jollemanhof 8 09 GW Amsterdam Tel.: + (0)0 5 5 5 Amsterdam,
Nadere informatiewaardoor een beroerte kan worden gezien als een chronische aandoening.
amenvatting Elk jaar krijgen in Nederland zo n 45.000 mensen een beroerte, ook wel CVA (Cerebro Vasculair Accident) genoemd. Ongeveer 60% van hen keert na opname in het ziekenhuis of revalidatiecentrum
Nadere informatieWerkinstructies voor de CQI Huisartsenposten
Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de kwaliteit van zorg op een huisartsenpost (HAP) te meten vanuit het perspectief van de patiënt. De vragenlijst kan worden
Nadere informatieMonitor Klik & Tik de Bibliotheek [voorbeeld] september 2014 augustus 2015
Monitor Klik & Tik de Bibliotheek [voorbeeld] september 2014 augustus 2015 Inhoud 1. Inleiding... 1 2. Dienstverlening en deelnemers in de Bibliotheek [voorbeeld]... 2 2.1 Dienstverlening... 2 2.2 Deelnemers...
Nadere informatieGroepskenmerken Aantal cliënten 103 Gemiddelde leeftijd 52 (Dit is gebaseerd op 42 cliënten) 56 Mannen, 47 Vrouwen en 0 niet ingevuld
Verslag Kwaliteit van Leven vragenlijst Vertrouwelijk verslag In opdracht van Floww International Periode 23--202 tot en met 0-2-204 De gebruikte vragenlijst heeft in de kern de Nederlandse vertaling van
Nadere informatieErvaringen thuiszorgcliënten V&V De Leystroom
Ervaringen thuiszorgcliënten V&V De Leystroom Gemeten met de CQI index Februari 2016 Samenstelling: drs. Jeroen J. Haamers, Versie: februari 2016 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 CQI-onderzoek; achtergrond
Nadere informatieEnquête stichting Parentes Zoetermeer
Enquête stichting Parentes Zoetermeer In de afgelopen weken hebt u de mogelijkheid gehad om d.m.v. onze enquête uw stem te laten horen over diverse punten die spelen binnen onze stichting Parentes. In
Nadere informatieOnderzoek in het kader van de 100 ste editie van de Internationale Vierdaagse Afstandsmarsen Nijmegen. Nienke Lammertink en Koen Breedveld
NEDERLANDERS OVER DE VIERDAAGSE Onderzoek in het kader van de 100 ste editie van de Internationale Vierdaagse Afstandsmarsen Nijmegen Nienke Lammertink en Koen Breedveld Mei 2016 1 Nederlanders over de
Nadere informatieCliëntervaringsonderzoek
Cliëntervaringsonderzoek Hoofdrapportage Stichting Het Lichtpunt Meting april 2014 Uw consultant Carolien Wannyn E: carolien.wannyn@effectory.com T: +31 (0)20 30 50 100 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1. Inleiding
Nadere informatieRAPPORTAGE ZGAO CLIËNTENRAADPLEGING CQ-INDEX ZORG THUIS 2016
RAPPORTAGE ZGAO CLIËNTENRAADPLEGING CQ-INDEX ZORG THUIS 2016 Rapportage CQ Zorg Thuis ZGAO 2016 1 1. Inleiding Met het oog op het handhaven en/of verbeteren van de kwaliteit van de zorg die ZGAO levert,
Nadere informatieInhoudsopgave. Copyright ADEF, 2009 2
2. Kwaliteitszorg Inhoudsopgave Evaluatieformulier voor de EVC-assessor 3 Toelichting 4 Training assessoren inclusief terugkombijeenkomsten 4 Beoordeling portfolio s 5 Criteriumgerichte interviews (portfoliogesprekken)
Nadere informatieDe VrijBaan Vragenlijst (specifiek voor iemand die geen werk heeft)
De VrijBaan Vragenlijst (specifiek voor iemand die geen werk heeft) Inleiding Veel mensen ervaren moeilijkheden om werk te vinden te behouden, of van baan / functie te veranderen. Beperkingen, bijvoorbeeld
Nadere informatieWerkinstructie voor de CQI Naasten op de IC
Werkinstructie voor de CQI Naasten op de IC 1. De vragenlijst Waarvoor is de CQI Naasten op de IC bedoeld? De CQI Naasten op de IC is bedoeld is bedoeld om de kwaliteit van de begeleiding en opvang van
Nadere informatieErvaringen thuiszorgcliënten V&V Raffy Breda
Ervaringen thuiszorgcliënten V&V Raffy Breda Gemeten met de CQI index Februari 2015 Samenstelling: drs. Jeroen J. Haamers, Versie: februari 2015 Inhoudsopgave 1. Inleiding 1 CQI-onderzoek; achtergrond
Nadere informatieRapport evaluatie speeddaten met uitzendbureaus op de vestigingen van het WERKbedrijf
Rapport evaluatie speeddaten met uitzendbureaus op de vestigingen van het WERKbedrijf December 2011 Auteurs: Leonie Oosterwaal, beleidsmedewerker ABU Judith Huitenga en Marit Hoffer, medewerkers Servicepunt
Nadere informatieStichting OOPOEH Eindrapportage over de impactmetingen in september 2015 en juni 2016
Stichting OOPOEH Eindrapportage over de impactmetingen in september 2015 en juni 2016 In welke mate draagt Stichting OOPOEH bij aan minder eenzaamheid onder ouderen? PwC deed twee impactmetingen Stichting
Nadere informatieUitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie
Uitwisseling tussen teamleden in sociale teams cruciaal voor prestatie Voorlopige resultaten van het onderzoek naar de perceptie van medewerkers in sociale (wijk)teams bij gemeenten - Yvonne Zuidgeest
Nadere informatieorganisatie aandacht voor duurzame inzetbaarheid
Peiling draagvlak voor duurzame onder leden van Transvorm - 2014 In 2012 is Transvorm gestart met het programma, vitaliteit & arbeidsproductiviteit. Tijdens de kick off bijeenkomst in het najaar zijn ook
Nadere informatieSTABLE LOVE, STABLE LIFE?
STABLE LOVE, STABLE LIFE? De rol van sociale steun en acceptatie in de relatie van paren die leven met de ziekte van Ménière Oktober 2011 Auteur: Drs. Marise Kaper Master Sociale Psychologie, Rijksuniversiteit
Nadere informatieFACTSHEET MTO Villa Attent BV, Nijverdal 7,9
Het onderzoek FACTSHEET MTO 2017 Villa Attent BV, Nijverdal Online, van 10 april t/m 22 mei Aantal benaderde medewerkers: 11 Aantal ingevulde vragenlijsten: 11 Respons: 100% Algemene waardering voor Villa
Nadere informatieTabellenboek bij factsheet panel Psychisch Gezien: Werk, eenzaamheid en stigma. Caroline Place Lex Hulsbosch Harry Michon
Tabellenboek bij factsheet panel Psychisch Gezien: Werk, eenzaamheid en stigma Caroline Place Lex Hulsbosch Harry Michon Inhoudsopgave Algemene toelichting... 3 Legenda bij tabellen... 4 Deel 1 - Algemene
Nadere informatieHoofdstuk 8 Kenmerken van de thuisomgeving
Hoofdstuk 8 Kenmerken van de thuisomgeving De relatie tussen leesvaardigheid en de ervaringen die een kind thuis opdoet is in eerder wetenschappelijk onderzoek aangetoond: ouders hebben een grote invloed
Nadere informatieWat beweegt ambtenaren?
Wat beweegt ambtenaren? Presentatie onderzoeksresultaten Scriptieverdediging Master of Culture and Change mw. A.G. (Diana) Schaeffer - Elsinga Utrecht, 27 augustus 2015 Word een HELD al is het maar voor
Nadere informatieEenzaamheid in relatie tot digitale communicatie
Eenzaamheid in relatie tot digitale communicatie Index 1. Samenvatting p. 3 2. Doelstellingen en opzet onderzoek p. 6 3. Gebruik communicatiemiddelen p. 9 4. Perceptie digitale communicatie en eenzaamheid
Nadere informatieEenzaamheid bij ouderen. Marieke van Schie, huisarts.
Eenzaamheid bij ouderen Marieke van Schie, huisarts. Een literatuur verkenning Pubmed 2000-2007 2007 Eenzaamheid komt in alle leeftijdsgroepen voor A.Rokach,, van het instituut voor studie en behandeling
Nadere informatieSamen tegen eenzaamheid
Samen tegen eenzaamheid Van 25 september tot en met 4 oktober is de Week tegen de Eenzaamheid. Het thema dit jaar is: Herken eenzaamheid en handel op tijd. Hoe eerder eenzaamheid wordt gesignaleerd en
Nadere informatieResultaten vrijwilligerstevredenheidsonderzoek SZMK 2013
Resultaten vrijwilligerstevredenheidsonderzoek SZMK 21 Oktober 21 1 Inhoudsopgave H1 Inleiding H2 Aantal vrijwilligers per sector/locatie en respons H Resultaten vrijwilligerstevredenheidsonderzoek 21
Nadere informatieJongeren en het huwelijk. Jongeren en het huwelijk
Inhoud Zijn je ouders nog bij elkaar? 3 Genschap van goederen: Stel je zou gaan trouwen, waarvoor zou je dan kiezen? 7 Ik zou later willen trouwen 4 Partneralimentatie: Waar gaat je voorkeur naar uit?
Nadere informatieOuders/ vertegenwoordigers raadpleging Sector Specialistisch
Ouders/ vertegenwoordigers raadpleging Sector Specialistisch Hoofdrapportage Meting oktober 2013 Uw consultant Onno de Wildt E: onno.de.wildt@effectory.com T: +31 (0)20 30 50 100 Inhoudsopgave Inhoudsopgave
Nadere informatieWerkinstructies voor de CQI Spataderen
Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de kwaliteit van zorg rond spataderen te meten vanuit het perspectief van de patiënt. De vragenlijst kan worden gebruikt
Nadere informatieEffect publieksvoorlichting
Effect publieksvoorlichting Inleiding Om het effect van de voorlichtingsbijeenkomsten te kunnen meten is gevraagd aan een aantal deelnemers aan deze bijeenkomsten om zowel voorafgaand aan de voorlichting
Nadere informatieSTAPPENPLAN PREVENTIE VAN EENZAAMHEID IN DE EERSTE LIJN
STAPPENPLAN PREVENTIE VAN EENZAAMHEID IN DE EERSTE LIJN Doelen Het voorkomen, oplossen en/of verwerken van eenzaamheid bij ouderen: 1. Het vaststellen van de mate van eenzaamheid; 2. Het onderscheiden
Nadere informatieBiowalking voor ouderen
Biowalking voor ouderen Een pilot onderzoek naar de effecten van en ervaringen met Biowalking voor ouderen Dr. Jolanda Maas Vrije Universiteit Amsterdam, afdeling Klinische Psychologie 1. Inleiding IVN
Nadere informatieIn Beweging! Lizette Wattel Universitair Netwerk Ouderenzorg UNO-VUmc 1-2-2015
2015 In Beweging! Lizette Wattel Universitair Netwerk Ouderenzorg UNO-VUmc 1-2-2015 IN BEWEGING IMPLEMENTATIE VAN EEN BEST PRACTICE BINNEN HET UNO-VUMC. EINDVERSLAG INLEIDING Ouderen in woonzorgcentra
Nadere informatieTaal & Rekenen ThiemeMeulenhoff
Taal & Rekenen ThiemeMeulenhoff Aan: ThiemeMeulenhoff Door: MWM2 Onderzoek: Taal & Rekenen volgens MBO-respondenten Versie 1 Het auteursrecht van dit onderzoeksrapport berust bij ThiemeMeulenhoff. Het
Nadere informatieMate van tevredenheid van deelnemers aan de training in de cursuskalender
Mate van tevredenheid van deelnemers aan de training in de cursuskalender Digitaal Cursisten - Panelonderzoek 1 WoonWerk Jonna Stasse Woerden, mei 2007 In geval van overname van het datamateriaal is bronvermelding
Nadere informatieSamenvatting van: Effectiviteit MatriXcoaching op faalangst bij middelbare scholieren in de bovenbouw
Samenvatting van: Effectiviteit MatriXcoaching op faalangst bij middelbare scholieren in de bovenbouw Voorwoord Walter Franssen; Projectleider MatriXmethode Instituut Het onderzoek naar faalangst heeft
Nadere informatieLangdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken
Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking, G. Waverijn & M. Rijken, NIVEL, januari
Nadere informatieMeting september 2014
Meting september 2014 Het Nederlandse Donateurspanel van WWAV wordt mede mogelijk gemaakt door het CBF en is uitgevoerd door onderzoeksbureau Kien Onderzoek. VERTROUWEN IN GOEDE DOELEN STIJGT OOK IN 3E
Nadere informatieSamenvatting. Samenvatting 8. * COgnitive Functions And Mobiles; in dit advies aangeduid als het TNO-onderzoek.
Samenvatting In september 2003 publiceerde TNO de resultaten van een onderzoek naar de effecten op het welbevinden en op cognitieve functies van blootstelling van proefpersonen onder gecontroleerde omstandigheden
Nadere informatieEFFECTEN VAN DE WEEKEND- SCHOOL VAN STICHTING WITTE TULP. - eindrapport - dr. Marga de Weerd. Amsterdam, november 2009
EFFECTEN VAN DE WEEKEND- SCHOOL VAN STICHTING WITTE TULP - eindrapport - dr. Marga de Weerd Amsterdam, november 2009 Regioplan Beleidsonderzoek Nieuwezijds Voorburgwal 35 1012 RD Amsterdam Tel.: +31 (0)20-5315315
Nadere informatieEffecten van cliëntondersteuning. Samenvatting van een haalbaarheidsonderzoek naar de meetbaarheid van door de cliënt ervaren effecten
Effecten van cliëntondersteuning Samenvatting van een haalbaarheidsonderzoek naar de meetbaarheid van door de cliënt ervaren effecten MEE Nederland, 4 februari 2014 1. Inleiding In deze samenvatting beschrijven
Nadere informatieBetreft: Uitnodiging SCORE-onderzoek. Geachte heer/mevrouw,
Betreft: Uitnodiging SCORE-onderzoek. Geachte heer/mevrouw, Met deze brief willen we u uitnodigen om deel te nemen aan het SCORE-onderzoek. Dit onderzoek gaat over de inhoud van revalidatie na een beroerte,
Nadere informatieOnderzoek TNS NIPO naar thuiswinkelgedrag en de bekendheid van het Thuiswinkel Waarborg in Nederland
Onderzoek TNS NIPO naar thuiswinkelgedrag en de bekendheid van het Thuiswinkel Waarborg in Nederland In april 2013 heeft TNS NIPO in opdracht van Thuiswinkel.org een herhalingsonderzoek uitgevoerd naar
Nadere informatieWerkinstructies voor de CQI Huisartsenzorg Overdag
Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de kwaliteit van zorg in de huisartspraktijk tijdens kantooruren te meten vanuit het perspectief van de patiënt. De vragenlijst
Nadere informatieRapportage Hyundai Halve Marathon 2014
Rapportage Hyundai Halve Marathon 2014 Rapportage Hyundai Halve Marathon 2014 Hierbij sturen we u de resultaten van Hyundai Halve Marathon 2014. In het rapport tonen we u de percentages van de gegeven
Nadere informatieJaarlijks onderzoek onder vrijwilligers 2016
Jaarlijks onderzoek onder vrijwilligers 2016 Sinds 2012 voert Resto VanHarte een jaarlijks onderzoek uit onder haar vrijwilligers. Dit jaar is er een aparte versie gemaakt voor incidentele vrijwilligers
Nadere informatieCQ-Index GGZ Begeleid Zelfstandig Wonen
CQ-Index GGZ Begeleid Zelfstandig Wonen Rapportage cliëntervaringsonderzoek Levantogroep Uitkomsten 2014 november 2014 ARGO BV 2 Inhoudsopgave HOOFDSTUK 1. INLEIDING EN UITVOERING VAN HET ONDERZOEK...
Nadere informatieVoormeting kandidaat
K1 Voormeting kandidaat Beste kandidaat, Het CBR is aan het onderzoeken of het nieuwe faalangstexamen voldoet aan de verwachtingen en aan de eisen van de minister van Verkeer en Waterstaat. Dit onderzoek
Nadere informatieTevredenheidsonderzoek 2011. Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv
Tevredenheidsonderzoek 2011 Dienst inburgeren Studiecentrum Talen Eindhoven bv Zoetermeer, zaterdag 4 februari 2012 In opdracht van Studiecentrum Talen Eindhoven bv De verantwoordelijkheid voor de inhoud
Nadere informatieLoopbanen in het onderwijs? Analyse van de loopbaanontwikkeling van onderwijspersoneel
Loopbanen in het onderwijs? Analyse van de loopbaanontwikkeling van onderwijs 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Resultaten Karin Jettinghoff en Jo Scheeren, SBO Januari 2010 2 1. Inleiding Tot voor kort
Nadere informatieU gaat de vragenlijst Kansen in Kaart (KiK) invullen. Voordat u begint is het goed een aantal dingen te weten.
De begeleidende instructie brief: Vragenlijst Kansen in Kaart (KiK) U gaat de vragenlijst Kansen in Kaart (KiK) invullen. Voordat u begint is het goed een aantal dingen te weten. Instructie Omcirkel of
Nadere informatieWie ben ik? MIJN LEVENSVERHAAL Een ontdekkingsreis naar mezelf. Janny Beernink, GZ-Psycholoog VGGNet In samenwerking met Universiteit Twente
Wie ben ik? MIJN LEVENSVERHAAL Een ontdekkingsreis naar mezelf Janny Beernink, GZ-Psycholoog VGGNet In samenwerking met Universiteit Twente Aanleiding Behoefte aan effectieve behandelprogramma s Reguliere
Nadere informatieWerkinstructies voor de CQI Revalidatiecentra Volwassenen en Ouders van Kinderen
Werkinstructies voor de Volwassenen en Ouders 1. De vragenlijst Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de kwaliteit van zorg in revalidatiecentra te meten vanuit het perspectief van de patiënt. De vragenlijst
Nadere informatieBij Bosshardt. Een onderzoek van de Vrije Universiteit Amsterdam. en het Leger des Heils
Bij Bosshardt Een onderzoek van de Vrije Universiteit Amsterdam en het Leger des Heils Inhoudsopgave Inleiding Hoofdconclusie 1. Bij Bosshardt 2. De bezoekers van Bij Bosshardt 3 Eenzaamheid en sociale
Nadere informatieSignaleren en aanpak van. eenzaamheid. www.cvo.vu.nl
Signaleren en aanpak van eenzaamheid www.cvo.vu.nl Meer informatie over deze brochure vindt u op de website www.cvo.vu.nl. Op deze site kunt u exemplaren van de brochure bestellen of een PDF-bestand downloaden.
Nadere informatieJaar 3: Deelrapportage 4. Werkbevlogenheid docenten Montaigne Lyceum, mei 2010
Programmalijn: Expeditie Durven, Delen, Doen: Onderwijs is populair, personeel is trots Jaar 3: Deelrapportage 4 Onderwijsontwikkeling Montaigne Lyceum Werkbevlogenheid docenten Montaigne Lyceum, mei 2010
Nadere informatieAFKORTINGEN IN TABELLEN
VERANTWOORDING Dit document bevat de tabellen waarop het volgende artikel gebaseerd is: Veer, A.J.E. de, Francke, A.L. Verpleegkundigen positief over bevorderen van zelfmanagement. TVZ: Tijdschrift voor
Nadere informatieOnkundig en onaangepast: eenzaamheid en sociaal isolement
Onderwerpen Onkundig en onaangepast: eenzaamheid en sociaal isolement Wat is sociaal isolement? Oorzaken en gevolgen De leefsituatie van sociaal geïsoleerden Wat kunnen we doen aan sociaal isolement? Conclusies
Nadere informatieFiguur 11 Bekendheid van het energielabel (n=494) Let u bij het kopen van een woning op het energieverbruik van de woning?
5 Het energielabel In het tweede kwartaal van 2008 is een aantal aanvullende vragen gesteld aan de respondenten. Deze vragen gingen over het energielabel. De resultaten van deze vragen worden in dit hoofdstuk
Nadere informatieWerkinstructies voor de CQI Hartfalen
Werkinstructies voor de 1. De vragenlijst Waarvoor is de bedoeld? De is bedoeld om de kwaliteit van hartfalenzorg te meten vanuit het perspectief van patiënten met chronisch hartfalen. De vragenlijst kan
Nadere informatieChange Your Mindset! Petra Helmond & Fenneke Verberg Research & Development, Pluryn
Change Your Mindset! Petra Helmond & Fenneke Verberg Research & Development, Pluryn Doel Change Your Mindset! Korte online interventie om jongeren te leren dat ze de potentie hebben om te veranderen! Theoretische
Nadere informatieCQ-Index GGZ Beschermd Wonen
CQ-Index GGZ Beschermd Wonen Rapportage cliëntervaringsonderzoek Levantogroep Uitkomsten 2014 november 2014 ARGO BV 2 Inhoudsopgave HOOFDSTUK 1. INLEIDING EN UITVOERING VAN HET ONDERZOEK... 5 1.1 Inleiding...
Nadere informatieEffectmeting Missie voor Missie. Datum 13 december 2007 Missie voor Missie
Effectmeting Missie voor Missie Pagina 1 Opbouw van de presentatie Onderzoeksmethode Vragenlijst en begrippen Resultaten effectmeting Pagina 2 Onderzoeksmethode Metaplantechniek Begrippenkader als basis
Nadere informatieToestemming voor een onderzoek
Toestemming voor een onderzoek Research Institute of Child Development and Education Universiteit van Amsterdam UvA minds Academisch Behandelcentrum voor Ouder en Kind Universiteit van Amsterdam en Zilveren
Nadere informatieSummery. Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers
ummery amenvatting Effectiviteit van een interventieprogramma op arm-, schouder- en nekklachten bij beeldschermwerkers 207 Algemene introductie Werkgerelateerde arm-, schouder- en nekklachten zijn al eeuwen
Nadere informatieDraagt lesmateriaal bij aan het vergroten van financiële vaardigheden van basisschoolleerlingen?
Draagt lesmateriaal bij aan het vergroten van financiële vaardigheden van basisschoolleerlingen? Effectiviteitsonderzoek naar lesmateriaal Wijzer in geldzaken voor groep 7 www.wijzeringeldzaken.nl Inleiding:
Nadere informatieSamenvatting SAMENVATTING
Samenvatting 147 Samenvatting Bezorgdheid om te vallen is een algemeen probleem onder zelfstandig wonende ouderen en vormt een bedreiging voor hun zelfredzaamheid. Deze bezorgdheid is geassocieerd met
Nadere informatieTilburg en Kunst. Onderzoek Jongerenpanel Tilburg. Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Tilburg. DIMENSUS beleidsonderzoek November 2013
Tilburg en Kunst Onderzoek Jongerenpanel Tilburg Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Tilburg DIMENSUS beleidsonderzoek November 2013 Projectnummer 529 1 Inhoud Samenvatting 3 Inleiding 5 1 Jongeren
Nadere informatie