PRAKTIJK 3 AFSTUDEERSTAGE GROEIDOSSIER semester 6

Transcriptie

1 PRAKTIJK 3 AFSTUDEERSTAGE GROEIDOSSIER semester 6 Arteveldehogeschool Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs Kattenberg 9 B-9000 Gent Tel.: Fax: praktijkcoordinatie.oso@arteveldehs.be

2 1. VOORAF OVERZICHT EN TIMING OPDRACHTEN VOOR DE AFSTUDEERSTAGE DIDACTISCHE STAGE... 7 Opdracht 1 = analyse van de beginsituatie TIJDENS DE INGROEIWEEK VAN DE AFSTUDEERSTAGE DIDACTISCHE STAGE. 8 Opdracht 2 = verkennen, observeren en assisteren... 8 Opdracht 3 = volgopdracht TIJDENS DE AFSTUDEERSTAGE DIDACTISCHE STAGE Opdracht 4 = onderwijsbehoeften in kaart Opdracht 5 = competentiegerichte standaard voor praktijk Opdracht 6 = leren van elkaar Opdracht 7 = de leerkracht leert TIJDENS DE AFSTUDEERSTAGE DOELGROEPENSTAGE Opdracht 8 = doelgroepenstage Praktijk 3 Afstudeerstage: groeidossier (semester 7) Arteveldehogeschool

3 1. VOORAF Intussen ben je al vertrouwd met het groeidossier. Je weet uit de voorbije jaren dat jij voor een groot deel zelf verantwoordelijk bent voor je leer- en groeiproces. Tijdens PR3 Afstudeerstage wordt de verantwoordelijkheid om je leerproces in goede banen te leiden nog groter dan tijdens de voorbije praktijkmomenten van de opleiding. Op deze manier leer je aanvoelen dat het leerproces om een goede leraar te worden nooit af is en we helpen je vaardigheden ontwikkelen die levenslang leren professioneel kunnen ondersteunen. Om de begeleiding tijdens de PR3 Afstudeerstage vlot te laten verlopen, bezorg je alle opdrachten op de voorziene tijdstippen aan je stagebegeleider. Indien dit niet gebeurt, kan de stage als onvolledig beschouwd worden. Dit kan gevolgen hebben voor het al dan niet behalen van een credit voor PR3 Afstudeerstage. Praktijk 3 Afstudeerstage: groeidossier (semester 7) Arteveldehogeschool

4 2. OVERZICHT EN TIMING OPDRACHTEN VOOR DE AFSTUDEERSTAGE DIDACTISCHE STAGE Opdracht 1 = analyse van de beginsituatie maak je voor de stage begint (30/01/2017) mail je door naar je stagebegeleider neem je op in de begeleidingsmap TIJDENS DE INGROEIWEEK VAN DE AFSTUDEERSTAGE DIDACTISCHE STAGE Opdracht 2 = verkennen, observeren en assisteren maak je tijdens de ingroei (30/01 3/02/2017) neem je op in de begeleidingsmap Opdracht 3 = volgopdracht maak je tijdens de ingroei (30/01 3/02/2017) neem je op in de begeleidingsmap TIJDENS DE AFSTUDEERSTAGE DIDACTISCHE STAGE Opdracht 4 = onderwijsbehoeften in kaart start tijdens de 3 e (13/02/2017) wordt besproken tijdens het 1 e feedbackgesprek (midden stage) loopt verder tijdens de 2 e helft van de stage voeg je toe aan je groeidossier op het einde van de stage Opdracht 5 = competentiegerichte standaard voor praktijk maak je telkens ter voorbereiding van de feedbackgesprekken (feedback in het midden en op het einde van de didactische stage) mail je door naar je stagebegeleider tenminste 2 dagen voor het gesprek plaatsvindt (datum wordt in onderling overleg gepland) voeg je toe aan je groeidossier Opdracht 6 = leren van elkaar maak je ter voorbereiding van het groepsgesprek met medestagiairs o.l.v. stagebegeleider in 4, 5 of 6 (20/02 17/03/2017) mail je door naar je stagebegeleider en medestagiair tenminste 2 dagen voor het gesprek plaatsvindt (de stagebegeleider plant de datum in overleg met jullie) voeg je toe aan je groeidossier Praktijk 3 Afstudeerstage: groeidossier (semester 7) Arteveldehogeschool

5 Opdracht 7 = de leerkracht leert plan je tijdens 4, 5 of 6 (20/02 17/03/2017) bespreek je op voorhand met de vakmentor ter goedkeuring voeg je toe aan je groeidossier TIJDENS DE AFSTUDEERSTAGE DOELGROEPENSTAGE Opdracht 8 = doelgroepenstage maak je tijdens de laatste twee stageweken (17/04 28/04/2017) deel 1 stuur je digitaal door naar je stagebegeleider op het einde van de eerste stage (21/04/2017) (of na het eerste equivalent in geval van een gespreid traject) deel 2 en 3 stuur je digitaal door naar je stagebegeleider ten minste 1 dag vóór de laatste bijeenkomst (26/04/2017) deel 2 presenteer je aan je medestagiairs en je stagebegeleider tijdens de laatste bijeenkomst (28/04/2017). Op de volgende bladzijde vind je de timing van de opdrachten in een schema. Veel succes! De praktijkcoördinatie Praktijk 3 Afstudeerstage: groeidossier (semester 7) Arteveldehogeschool

6 Opdracht 8 doelgroepenstage Opdracht 5 - feedbackgesprek Opdracht 5 - feedbackgesprek Opdracht 2 & 3 observeren en volgopdracht Opdracht 1 beginsituatie Timing van de opdrachten in schema /01 30/01 06/02 13/02 20/02 27/02 06/03 13/03 20/03 27/03 03/04 10/04 17/04 24/ K R O K U S P A A S P A A S 9 10 Opdracht 4 onderwijsbehoeften in kaart Opdracht 6 leren van elkaar Opdracht 7 de leerkracht leert Praktijk 3 Afstudeerstage: groeidossier (semester 6) Arteveldehogeschool

7 3. VOOR DE AFSTUDEERSTAGE DIDACTISCHE STAGE Opdracht 1 = analyse van de beginsituatie Doelen: Het beeld van eigen stageprestaties scherp stellen, de eigen sterktes en zwaktes i.v.m. professioneel handelen aan het begin van het derde opleidingsjaar expliciteren, inzien hoe je je sterktes en talenten kunt inzetten om werkpunten aan te pakken en concrete stappen formuleren om alternatieven uit te proberen. Even terugblikken Neem de laatste opdrachten van je groeidossier van de praktijk van het eerste én het tweede opleidingsjaar waarin je jezelf situeerde ten opzichte van de competentiegerichte standaard voor praktijk. Lees deze opdrachten uit je vorige groeidossiers grondig door. Je krijgt de gelegenheid om op de campus je stagedossier in te kijken tijdens het eerste kennismakingsgesprek met je stagebegeleider (exacte datum en lokaal worden meegedeeld op Chamilo). Lees het stagedossier grondig door. Waar sta je en waar wil je naar toe? 1. Neem het talentenprofiel 1 dat je opstelde tijdens het coachingstraject in 2OSO. Actualiseer je CV en verwerk hierin je sterke vaardigheden / talenten. Hier kan je tips nalezen voor het opstellen van een goed CV. 2. Formuleer op basis van de vorige stagedossiers de vaardigheden en/of attitudes waar je sterk in bent. Gebruik hierbij de competentiegerichte standaard voor praktijk. Schrijf de basiscompetenties (functionele gehelen) en beroepshoudingen die je goed beheerst op. 3. Formuleer de vaardigheden en/of attitudes waar je extra aan wil werken in PR3 afstudeerstage. Gebruik hierbij ook de competentiegerichte standaard voor praktijk. Schrijf op basis van deze werkpunten de basiscompetenties (functionele gehelen) en beroepshoudingen op waarin je wil groeien. Denk na hoe je je talenten hierbij kan inzetten. 4. Bekijk het aanbod leercoaching praktijk en bepaal welke sessie(s) een meerwaarde bieden aan je professionele ontwikkeling. Indien je 10/20 of 11/20 behaalde voor PR2 van één of beide onderwijsvakken ben je verplicht om minstens één sessie leercoaching praktijk te volgen. Duid deze sessie(s) aan op het formulier dat je 1 Je vindt op Chamilo een alternatieve opdracht talentenprofiel indien je de trajectcoaching in NIET volgde. Praktijk 3 Afstudeerstage: groeidossier (semester 6) Arteveldehogeschool

8 tijdens het kennismakingsgesprek met je stagebegeleider ontvangt. Je stagebegeleider bekijkt je keuze en kan zelf ook nog één of meerdere sessies voorstellen die voor jou zinvol kunnen zijn. Na de goedkeuring door je stagebegeleider schrijf je je in voor de geselecteerde sessies leercoaching praktijk. Je bent verplicht deze te volgen. Ook studenten die meer dan 11/20 behaalden voor PR2 kunnen uiteraard van het aanbod leercoaching praktijk gebruik maken! Samengevat: Mail het talentenprofiel en een actueel CV naar je stagebegeleider en voeg het toe aan je begeleidingsmap voordat de stage begint. Mail een document met een beknopte weergave van je beginsituatie (sterktes/ zwaktes) en waar je in PR3 afstudeerstage naartoe wilt groeien naar je stagebegeleider voordat de stage begint (zie timing in het overzicht) en voeg het toe aan je begeleidingsmap. Maak een keuze uit het aanbod leercoaching praktijk en leg dit voor aan je stagebegeleider (verplicht voor wie 10/20 of 11/20 behaalde voor PR2 van één of beide onderwijsvakken). Je schrijft je in voor de gekozen sessies en je volgt deze. 4. TIJDENS DE INGROEIWEEK VAN DE AFSTUDEERSTAGE DIDACTISCHE STAGE Doelen: School- en lesopdrachten van een leerkracht verkennen, reflectievragen i.v.m. het eigen professioneel functioneren kunnen beantwoorden, zicht krijgen op je leerkracht-zijn en formuleren van suggesties tot bijsturen van eigen handelen. Opdracht 2 = verkennen, observeren en assisteren Ingroei De ingroei is het moment om de beginsituatie zowel op het niveau van de school als de klas/leerlingen actief te ontdekken. Tijdens de ingroei observeer je lessen en word je via assistant teaching betrokken bij het lesgeven op het moment dat de vakmentor les geeft. Gehele stageperiode Tijdens je stageperiode observeer je elke een medestagiair (of een vakmentor) en nodig je, indien mogelijk, een medestagiair uit om jou te observeren. Ook kan het zinvol zijn om na de ingroei nog lessen van je vakmentor te observeren of activiteiten uit te voeren in het kader van assistant teaching. Praktijk 3 Afstudeerstage: groeidossier (semester 6) Arteveldehogeschool

9 Het doel van de observatieopdrachten tijdens deze stageperiode is: bij jezelf herkennen wat het verschil is tussen het noemen van feiten en het geven van een mening bij het beschrijven van / praten over leerlingen en leerkrachten, herkennen van verschillende soorten acties van leerkrachten om een aangenaam leer- en werkklimaat voor leerlingen te creëren. TIP: Observeren leer je door het veel te doen. Dat betekent bewust kijken, luisteren en aanvoelen. Het is belangrijk om dat zo onbevangen mogelijk te doen, en niet meteen te oordelen. Dingen zijn soms anders dan ze lijken. Voorbereiding Gebruik de kijkwijzers PR3 Leidraad verkennen beginsituatie en PR3 Leidraad voor lesobservatie om je voor te bereiden op de observatieopdrachten tijdens de ingroei. Van de beginsituatie stageschool vul je geen standaard formulier in maar je neemt zelf notities. Er wordt van je verwacht dat je tijdens de ingroei zoveel mogelijk informatie verzamelt zodat je je zo goed mogelijk voorbereidt op je eigen lessen. Tijdens de begeleidingsgesprekken met je stagebegeleider toon je aan dat je kennis hebt van een aantal schoolse gegevens, waar relevant voor het uitvoeren van je stageactiviteiten. Observatie en assistant teaching 1. Per observatie vul je het volgende document in: PR3 Observatie vakmentor Denk op voorhand na over de observatievraag (= de focus) die je voor jezelf centraal stelt tijdens de observatie. 2. Per lesuur waarin je activiteiten uitvoert in het kader van assistant teaching vul je het volgende document in: PR3 Assistant teaching Samengevat: In je begeleidingsmap voeg je minimaal volgende documenten toe na de ingroei 2 : 3 verschillende lesobservaties per onderwijsvak: PR3 Observatie vakmentor 3 verschillende lessen per onderwijsvak assistant teaching : PR 3 Assistant teaching Op het einde van de gehele stageperiode: 6 lesobservaties per vak van een medestudent op dezelfde school: PR3 Observatie medestudent (optioneel) bijkomende lesobservaties of assistant teaching a.d.h.v. dezelfde formulieren 2 Dit is een richtinggevend aantal uren tijdens de ingroei. Indien dit door organisatorische redenen niet kan plaatsvinden tijdens de ingroei, zorg je ervoor dat dit gebeurt uiterlijk voor het 1 e feedbackgesprek met je stagebegeleider halverwege de stageperiode. Praktijk 3 Afstudeerstage: groeidossier (semester 6) Arteveldehogeschool

10 Opdracht 3 = volgopdracht Naast het observeren van lessen van de vakmentor volg je ook in overleg met de vakmentor tijdens één dag een specifieke klas. Je zal de leerlingen observeren bij de verschillende andere vakken en leerkrachten. Nadien reflecteer je over de observaties: wat maakt dat leerlingen zich in verschillende lessen, bij verschillende vakken, bij verschillende leerkrachten op verschillende tijdstippen van de dag soms anders en soms hetzelfde gedragen? Hiervoor maak je onderstaande opdracht. BELANGRIJK: indien deze opdracht om organisatorische of andere redenen niet kan plaatsvinden, overleg je met de verantwoordelijke van de stageschool of (vak)mentor of je in plaats van een klas een leerkracht mag volgen gedurende een dag. Indien ook dit niet kan, meld je dit aan je stagebegeleider. Hij bekijkt dan met jou en de school de mogelijkheid voor een vervangopdracht. Volgopdracht Tijdens de ingroei observeer je gedurende een dag één bepaalde klas. Je zal verschillende manieren zien waarop leerlingen zich gedragen en ook verschillende manieren zien waarop een leerkracht zijn onderwijs organiseert. Elke leerkracht neemt zijn eigen acties om een ideaal leer- en werkklimaat voor de leerlingen te creëren. Denk bijvoorbeeld aan de klasinrichting, de lesinhoud, de methoden, de manier van werken, de instructie en de relatie tussen leerkracht en leerlingen. 1. Schrijf zo afstandelijk en feitelijk mogelijk op wat er gebeurt. Schrijf indien mogelijk letterlijk op wat leerlingen zeggen of doen. 2. Schrijf in de rechter kolom na de les of op het einde van de dag jouw interpretaties of indrukken: wat JIJ denkt, vindt, voelt, en waarom. Dit is iets waarover iemand anders een ander idee, gevoel of indruk zou kunnen hebben. 3. Selecteer op het einde van de dag uit je verslag 2 à 3 observaties m.b.t. een leerling/leerlingen die je bijbleven en mogelijke interpretaties. Deze interpretaties koppel je steeds aan relevante aspecten zoals: klasinrichting, lesinhoud, methoden, manier van werken, instructie, relatie tussen leerkracht en leerlingen, (aspecten van het didactisch model). Hiervoor is geen sjabloon, je mag hiervoor zelf een document opmaken volgens je eigen structuur of indeling. Samengevat: In je begeleidingsmap voeg je het volgende ingevulde document toe op het einde van de ingroei: PR3 Volgopdracht + verdere uitwerking van 2 à 3 observaties Praktijk 3 Afstudeerstage: groeidossier (semester 6) Arteveldehogeschool

11 5. TIJDENS DE AFSTUDEERSTAGE DIDACTISCHE STAGE Opdracht 4 = onderwijsbehoeften in kaart Vanaf de 2 de les volg je een specifieke leerling of leerlingen en zal je onderzoeken welke onderwijsbehoeften je kan formuleren altijd in relatie tot de leerdoelen die je in je lessen wil bereiken. Dit kan een leerling zijn waar meer in zit dan eruit komt, of een begaafde leerling die meer verdieping of uitdaging nodig heeft, of een leerling die een andere werkhouding of leerstijl heeft, of een leerling die bepaalde sociaalemotionele vaardigheden mist. Het kan een individuele leerling zijn of een groepje leerlingen met vergelijkbare onderwijsbehoeften. Bespreek de keuze in overleg met de (vak)mentor en stagebegeleider. Doel van de opdracht: herkennen van verschillen tussen (groepen van) leerlingen en als leerkracht leren effectief omgaan met deze verschillen, bewust stilstaan bij de vraag welk onderwijs de leerling nodig heeft: deze leerling(en) leert (leren) het beste wanneer/met/door, bij verschillen tussen leerlingen blijvende aandacht houden voor positieve aspecten van de leerling en de directe omgeving (leerkracht, klas, school, ), zicht krijgen op de aanpak van leerkrachten en de school wat betreft omgaan met verschillen tussen leerlingen. Verkennen 2 de en 3 de les ( van 14/11 en 21/11/2016) 1. Zorg op school: verken wat de visie en aanpak is op zorg en begeleiding in de school, vraag na bij de (vak)mentor of er documenten zijn. Hoe signaleert men leerlingen die zich anders, trager of sneller ontwikkelen? Gebeurt dit individueel door de leerkracht en/of in team? 2. Zorg in de klas: kies een aantal leerlingen voor wie je de komende periode de onderwijsbehoeften in kaart zou willen brengen. Bespreek je definitieve keuze met je stagebegeleider. 3. Verdiep je vervolgens in de aanpak die die leerling(en) nodig hebben. Benoem de onderwijsbehoeften aan de hand van het document PR3 Onderwijsbehoeften in kaart. Je kan daarbij gebruik maken van een aantal voorbeeldzinnen die er als bijlage bij zitten. Sommige zinnen zullen van toepassing zijn en andere niet, maak dus een keuze en hou het haalbaar. Bespreken en plannen 3 de en 4 de les ( van 21/11/2015 en 28/11/2015) 4. Bespreek het ingevulde document (stap 3) met je stagebegeleider en plan kleinschalige en haalbare acties om in de klas met de onderwijsbehoeften van de leerling(en) aan de slag te gaan. Terugblikken 5. Maak verslag van de ervaringen die je opdeed met de acties uit stap 4 tijdens de stageperiode en vraag feedback aan de vakmentor. In je groeidossier komt het ingevulde document PR3 Onderwijsbehoeften in kaart. Praktijk 3 Afstudeerstage: groeidossier (semester 6) Arteveldehogeschool

12 Opdracht 5 = competentiegerichte standaard voor praktijk Deze opdracht maak je telkens ter voorbereiding van de feedbackgesprekken. Deze vinden plaats in het midden en op het einde van de stageperiode. Het feedbackgesprek voer je met je stagebegeleider. Je verwerkt de input die je krijgt van je vakmentor in je voorbereiding. Voorbereiding 1. Vul het document PR3 Feedbackgesprekken in en vraag input van je vakmentoren. Je mailt de digitale versie op voorhand (enkele dagen voor het feedbackgesprek plaatsvindt) door naar je stagebegeleider. 2. Bereid je voor op het feedbackgesprek door concrete voorbeelden te noteren die je zelfevaluatie bewijzen of illustreren. Verwijs naar documenten uit je stagemap en/of neem hiervoor concrete voorbeelden of materiaal mee. Vragen die je daarnaast nog kunnen helpen in de voorbereiding van het gesprek: - Zijn er andere werkzorgen die je met de vakmentor of stagebegeleider wenst te bespreken? - Wat wil je nog kwijt over de voorbije stageweken (topmomenten, minder leuke ervaringen )? In je groeidossier komt het ondertekende document PR3 Feedbackgesprekken Opdracht 6 = leren van elkaar Je doet allerlei ervaringen op als leerkracht tijdens de afstudeerstage die van jou specifieke vaardigheden als leerkracht vergen. Door reflectie en overleg met anderen kan je hier leervragen uit halen met betrekking tot je competenties en vaardigheden als leerkracht. Je werkt deze opdracht uit ter voorbereiding van het supervisiegesprek met je medestudenten en stagebegeleider. Uitgangspunten bij het uitwisselen met collega-stagiairs: een bepaalde stage-ervaring staat centraal, waardeoordeel uitstellen: het is belangrijk dat je geen oordeel over goed of fout velt, alternatieven aan medestudenten aanbieden die bij zijn of haar leerkrachtstijl passen ( als ik in jouw schoenen zou staan, zou ik ), uit suggesties die je van anderen krijgt alternatieven voor je eigen aanpak formuleren die bij jouw leerkrachtstijl passen. Praktijk 3 Afstudeerstage: groeidossier (semester 6) Arteveldehogeschool

13 Vooraf 1. Schrijf kort een specifieke situatie uit via het document PR3 Leren van elkaar. Volg de uitleg en richtlijnen in dit document. 2. Stuur de situatie via door naar de medestudenten en stagebegeleider ten laatste twee dagen voor de bijeenkomst. Achteraf 3. Vul het document PR3 Leren van elkaar verder aan op basis van de inzichten die je hebt opgedaan tijdens de bijeenkomst. Voeg dit document toe aan je begeleidingsmap ten laatste een na de bijeenkomst. Opdracht 7 = de leerkracht leert Feedback vragen aan leerlingen kan bijdragen aan je professionele ontwikkeling als leerkracht. Laat de leerlingen je lessen tijdens je stageperiode evalueren en stuur aan de hand daarvan bij. Leerlingen zien je dagelijks aan het werk en kunnen je helpen bij het in kaart brengen van je eigen sterktes en zwaktes. Ze zijn in staat om zich uit te spreken over de manier waarop je een les organiseert of leerlingen ondersteunt. Op Chamilo vind je de vragenlijst die opgesteld werd door de Vlaamse ScholierenKoepel (VSK) ( Vragenlijst VSK feedback leerlingen ). De lijst mag vrij gebruikt en aangepast worden in functie van je doelpubliek als je een correcte bronvermelding aangeeft. Indien men op de school zelf vragenlijsten heeft om leerlingen te bevragen kan je die gebruiken. Zie voor inspiratie over verschillende feedbackmethoden, afhankelijk van je doelgroep. 1. Stel een vragenlijst op voor je bevraging voor beide onderwijsvakken. Je mag de vragenlijst aanpassen, vragen schrappen of de focus leggen op een specifiek thema. Je kiest zelf aan welke klas je de vragen voorlegt. Je bespreekt dit initiatief vooraf met de vakmentor. Gaat hij/zij niet akkoord, dan zoek je een andere klas en vakmentor bij wie de bevraging mag doen. Je legt de leerlingen de vragenlijst voor en verwerkt de gegevens. Je trekt er conclusies uit voor je verdere functioneren als leerkracht. Let er op dat je bij deze opdracht de naam en handtekening van de betreffende vakmentor laat noteren op een voorbeeldexemplaar van de vragenlijst die je opneemt in je groeidossier. 2. Formuleer relevante verbeterdoelen voor je eigen praktijk op basis van de antwoorden van de leerlingen. Je neemt deze verbeterdoelen en samenvattende conclusies met betrekking tot je eigen handelen als leerkracht op in je groeidossier. 3. Beschrijf ook kort je eigen reflecties in je groeidossier: wat was je ervaring met feedback krijgen van de leerlingen en hoe heeft de feedback van leerlingen bijgedragen aan je eigen professionele ontwikkeling? Praktijk 3 Afstudeerstage: groeidossier (semester 6) Arteveldehogeschool

14 6. TIJDENS DE AFSTUDEERSTAGE DOELGROEPENSTAGE Opdracht 8 = doelgroepenstage Doelen: Het verkennen van onderwijscontexten voor jongeren met specifieke onderwijsbehoeften, zicht krijgen op je leraar-zijn in een andere context dan de didactische stage en het inzetten van je eigen persoon en je beroepshoudingen voor een optimale verkenning. 1. Maak een verslag van je ervaringen op het einde van 1 (of equivalent 1) aan de hand van de onderstaande vragen en mail dit door naar je stagebegeleider. (ENKEL indien je tutoring opneemt in semester 5, stuur je dit verslag door naar evelien.goethals@arteveldehs.be). Situeer je stageplaats/organisatie in het werkveld. Welke taken heb je opgenomen? En welke initiatieven heb je genomen die je hielpen bij de uitvoering van deze taken? Concretiseer. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het zoeken naar ondersteuning/ samenwerking/ informatie in de vorm van: - andere personen (stageverantwoordelijke, collega s, medestagiairs), - informatiebronnen, - en materiaal en media. Beschrijf een concrete situatie die illustreert dat je iets nieuws geleerd of ontdekt hebt met betrekking tot je groei als leerkracht. 2. Tijdens de groepsbijeenkomst met je stagebegeleider stel je je stageplaats kort voor aan je medestudenten aan de hand van een poster. Hiervoor is er een sjabloon ter beschikking op Chamilo. Vul de poster met inhoud die specifiek is voor jouw stagecontext en -beleving. De lay-out van de poster ligt niet vast. Je mag dit sjabloon gebruiken maar je bent vrij om zelf creatief aan de slag te gaan. Zorg ervoor dat alle info (zie verder) op één A4 terecht komt. Onderstaande elementen neem je op in de poster: Een korte beschrijving (cfr. blauwe kader sjabloon) Geef een situering van stageschool/organisatie in het werkveld. Welke taken heb je opgenomen? Hoe werd je hierbij begeleid? Een reflectie over je leraar-zijn in deze stageplaats (cfr. onder blauwe kader) Wat heb je tijdens deze stage geleerd? Waar ging het goed? Leg uit en geef concrete voorbeelden. Praktijk 3 Afstudeerstage: groeidossier (semester 6) Arteveldehogeschool

15 Waar ondervond je nog moeilijkheden? Leg uit en geef concrete voorbeelden. Zelfevaluatie van de doelgroepenstage Wil je je na deze verkenning verder verdiepen in dit werkveld? Waarom wel/niet? Welke doelen stel je je voor de verdere verdieping? Je stelt je stageplaats voor aan de andere stagiairs op basis van de poster die je gemaakt hebt. 3. Vul je verslag van 1 (of equivalent 1) aan op basis van onderstaande vragen. Stuur dit door naar je stagebegeleider twee dagen voor de laatste bijeenkomst die plaatsvindt op 28/04/2017. Welke aspecten van het leraar-zijn (functionele gehelen, beroepshoudingen) gingen goed tijdens deze stage? Leg uit aan de hand van een concreet voorbeeld. Welke aspecten van het leraar-zijn (functionele gehelen, beroepshoudingen) vergden extra aandacht tijdens deze stage? Leg uit aan de hand van een concreet voorbeeld. Wil je je tijdens of na de opleiding verder verdiepen in dit werkveld? Waarom wel? Waarom niet? Indien je dit nog tijdens de opleiding wil en kan doen: hoe pak je dit aan (bv. tijdens PR3 keuzestage)? Praktijk 3 Afstudeerstage: groeidossier (semester 6) Arteveldehogeschool