Textielafval : van Stof naar Grondstof

Transcriptie

1 PROJECT Textielafval : van Stof naar Grondstof Informatie voor de leerlingen Inhoud 1 De opdracht 2 Het beroep 3 De organisatie 4 Begeleiding 5 Beoordeling en evaluatie A Plan van Aanpak B Persoonlijk verslag C Evaluatie van mezelf D Evaluatie van een ander teamlid [1] PROJECT Textielafval : van Stof naar Grondstof [Technasium] september 2011

2 1 DE OPDRACHT Verlaag de milieudruk van textiel Waar je werkt Je bent werkzaam als milieukundig project-engineer bij Van Gansewinkel Groep. Een Projectengineer verleent technische expertise en commerciële ondersteuning binnen het bedrijf. Je staat Van Gansewinkel Groep bij in het zoeken naar oplossingen voor complexe problemen inzake afvalstromen en houdt rekening met het kostenplaatje. Je moet hiervoor samenwerken met experts in verschillende disciplines. Van Gansewinkel Groep is een grote afvaldienstverlener werkzaam in verschillende landen in Europa. Daarnaast is het bedrijf actief als duurzame grondstoffen- en energieleverancier. Het bedrijf werkt veel samen met andere bedrijven in de productieketen. Van Gansewinkel Groep is actief bezig met het verduurzamen van afvalstromen, zodat deze weer als grondstoffen kunnen worden gebruikt. Zij willen daarbij voldoen aan de hoge standaarden van de Cradle-to-Cradle filosofie (voor meer informatie: en Samenwerking in de productieketen is daarbij belangrijk. Textiel is een afvalstroom die op dit moment nog niet voldoet aan deze standaarden. Van Gansewinkel Groep wil bijdragen aan het verminderen van de milieudruk die textiel uitoefent. Van Gansewinkel wil materiaal recyclen volgens de Cradle-to- Cradle filosofie en daarvoor is het belangrijk dat hier in het productieproces al rekening mee wordt gehouden. Daarom benaderen ze bedrijven die textiel produceren om samen op zoek te gaan naar oplossingen. Om een beter beeld te krijgen van oplossingsrichtingen moet onderzoek worden gedaan naar de milieudruk van textiel. Situatie Bij de productie van de materialen waar textiel uit wordt vervaardigd, wordt een belasting uitgeoefend op de leefomgeving. Deze milieudruk valt uiteen in 3 hoofdcomponenten, namelijk: agrarisch landgebruik, gebruik van fossiele brandstoffen en klimaatverandering. In onderstaande afbeeldingen zie je in welke mate deze worden uitgeoefend door verschillende soorten vezels. Het is daarom zinvol om textiel te hergebruiken (recyclen). Dat kan op vele manieren. [2] PROJECT Textielafval : van Stof naar Grondstof [Technasium] september 2011

3 Kleding wordt vaak apart ingezameld via containers bij winkelcentra, of voor goede doelen thuis opgehaald. Via sorteercentra komt de kleding ofwel op de tweedehandsmarkt, of hij wordt geëxporteerd, of. opnieuw verwerkt tot grondstof voor nieuwe producten (papier, karpetten, tassen, poetsdoeken, isolatiemateriaal) Dat laatste proces kan op alle soorten textiel worden toegepast, afhankelijk van de soort vezel en de kwaliteit van het aangeleverde product. Probleem Veel mensen gooien oud textiel weg in de kliko, bij het huisvuil. Kleding bijvoorbeeld omdat die kapot is, of te vuil om naar de kringloop te brengen. Theedoeken en andere schoonmaakdoeken belanden ook vaak in de vuilnisbak, enz. Veel textiel is echter nog goed te gebruiken als/te verwerken tot grondstof, als hij maar op de goede plaats terechtkomt. Onderzoek in opdracht van Van Gansewinkel heeft uitgewezen, dat in Nederland ca ton textiel per jaar in de afvalbak belandt, en daarmee buiten het bereik van de recycling. (Het verbranden levert overigens wel warmte op, die nuttig gebruikt wordt) Het zou veel beter zijn, als ook deze textiel apart zou worden ingezameld. Voor glas, papier, en sinds een jaar ook plastic bestaan al systemen.la ag Opdrachtgever De opdrachtgever in dit project is Eric Petersen, Non Hazardous Waste Manager bij Van Gansewinkel Groep. Een Waste Manager houdt de interne en externe contacten bij. Zijn taak is het beheren van ingezamelde afvalstoffen, rekening houdend met milieu- en veiligheidsaspecten, kwaliteit en prijs. Opdracht De opdrachtgever vraagt om een onderzoeksrapport met een plan hoe de aparte inzameling van textiel kan worden georganiseerd : zowel de logistiek als een eventuele publiciteitscampagne. Om tot een goed eindresultaat te komen moet je aan de volgende onderdelen werken : Oriëntatie op textiel De opdrachtgever vraagt jullie om een schema te maken van de drie textielsoorten die het meest in de huishouding worden gebruikt. Laat zien hoeveel van elke soort in Nederland per jaar wordt verbruikt. Oriëntatie op milieudruk Geef ook aan waarin wanneer en op welke manier het milieu wordt belast door deze textielsoorten (productiewijze, het evt. gebruik van chemicaliën, het gebruik door de consument, verwerking na het gebruik) [3] PROJECT Textielafval : van Stof naar Grondstof [Technasium] september 2011

4 Oriëntatie op inzamelsystemen Maak een overzicht van bestaande inzamelsystemen voor andere stoffen en producten. SWOT-analyse Van Gansewinkel verwacht een analyse van sterke en zwakke punten, en mogelijkheden en beperkingen van de gevonden oplossingen. Deze kan je zichtbaar maken in een SWOT-analyse. Visualisatie Visualiseer de door jouw groepje gekozen oplossing. Dit kan door middel van een poster, powerpoint, model, maquette etcetera. Afronding De opdracht wordt afgerond met een presentatie van jullie plan. Die zal plaatsvinden in de week van 10 oktober Licht het plan toe en vertel met argumenten welke keuzes jullie hebben gemaakt. Vaktaalveld milieudruk cradle to cradle recycling inzameling grondstoffen duurzaamheid productieketen textielvezels innovatie publiciteit logistiek materiaaleigenschappen consumptie milieubewust campagne [4] PROJECT Textielafval : van Stof naar Grondstof [Technasium] september 2011

5 2 HET BEROEP Milieukundig Proces-Engineer Beroep en opleiding Als milieukundige, ook wel milieuwetenschapper genoemd, kun je aan de slag bij verschillende soorten instellingen. Vaak werken milieukundigen bij adviesbureaus als consultant, waar ze ingehuurd kunnen worden door bedrijven of de overheid om adviezen uit te brengen over het aanpakken van milieuvraagstukken. Ook kun je als milieukundige je meer met onderzoek bezighouden, binnen een bedrijf of universiteit. Je onderzoekt dan bijvoorbeeld wat de invloed is van bepaalde stoffen op waterkwaliteit, of werkt mee aan de ontwikkeling van alternatieve vormen van energie. Veel bedrijven en overheden hebben ook zelf milieukundigen in dienst. Dit kan zijn in een technische functie, bijvoorbeeld milieuprocestechnologen die afvalwaterzuiveringsinstallaties ontwerpen, maar er zijn ook veel milieukundigen die zich met beleid bezighouden. Er is heel veel wet- en regelgeving op milieugebied waar bedrijven zich aan moeten houden. Omvang vakgebied Milieukunde is een sterk interdisciplinair vakgebied. Dat betekent dat het met veel verschillende vakken raakpunten heeft, bijvoorbeeld l Beleidswetenschappen l Biologie l Bodemkunde l Civiele techniek l Economie l Ecologie l Hydrologie l Procestechnologie l Rechtsgeleerdheid l Scheikunde Waar kun je deze opleiding volgen? Een algemene bachelor in milieuwetenschappen kun je volgen aan Wageningen University. Universiteit Utrecht biedt twee verschillende bacheloropleidingen milieuwetenschappen aan, één gefocust op de natuurwetenschappelijke kant en de andere op de sociale kant. Bij deze twee en verschillende andere universiteiten innederland kun je na je bachelor masteropleidingen volgen die met milieu te maken hebben. Vaak zijn dit ook specialisaties van opleidingen als sociale geografie, biologie of scheikunde. [5] PROJECT Textielafval : van Stof naar Grondstof [Technasium] september 2011

6 3 DE ORGANISATIE Groepsindeling Tijdens het eerste dagdeel van dit project worden er teams samengesteld. In een goed team werken mensen samen met verschillende kwaliteiten. Lees de informatie over het beroep en het beroepsprofiel in de handleiding. Schrijf daarna hieronder drie kwaliteiten van jezelf op die goed van pas komen bij deze opdracht en dit beroep. Kwaliteit 1: Kwaliteit 2: Kwaliteit 3: Ga nu op zoek naar twee of drie klasgenoten die andere kwaliteiten hebben en waar je denkt goed mee te kunnen samenwerken. Als je een team gevormd hebt, geef je het team op bij de docent. Pas als iedereen in de klas in een goed team zit, wordt de teamindeling vastgesteld door de docent. Rooster Dagdeel 1 Dagdeel 2 Week 1 Introductie van de opdracht. Uitwerken Plan van Aanpak Indelen groepjes. Maken plan van aanpak Project + week 1 Week 2 Maken plan van aanpak week 2. Groen licht door de docent. Uitvoeren plan van aanpak week 2. Week 3 Maken plan van aanpak week 3. Groen licht door de docent. Uitvoeren plan van aanpak week 3. Week 4 Maken plan van aanpak week 4. Groen licht door de docent. Uitvoeren plan van aanpak week 4. Week 5 Maken plan van aanpak week 5. Groen licht door de docent. Uitvoeren plan van aanpak week 5. Uitvoeren plan van aanpak. Persoonlijk verslag. Uitvoeren plan van aanpak week 2. Persoonlijk verslag. Uitvoeren plan van aanpak week 3. Excursie Haaksbergen. Persoonlijk verslag. Uitvoeren plan van aanpak week 4. Persoonlijk verslag. Uitvoeren plan van aanpak week 5. Persoonlijk verslag. Week 6 Afronden opdracht + voorbereiden presentatie. Afronden opdracht + voorbereiden presentatie Week 7 Presentaties en productbeoordeling. Procesbeoordeling en evaluatie. Bedrijfsbezoek / excursie Jullie gaan naar een bedrijf in Haaksbergen, dat textiel verwerkt tot een nieuwe grondstof in de vorm van vezels. Materiaalvoorziening Materialen voor model en maquette kan je aanvragen bij de TOA [6] PROJECT Textielafval : van Stof naar Grondstof [Technasium] september 2011

7 4 BEGELEIDING Begeleidende docenten Mevrouw Nammensma is jullie begeleider tijdens de bijeenkomsten. De heer Luijendijk is als TOA (Technisch Onderwijs Assistent) aanwezig om jullie te begeleiden en te helpen met de materialen. Plan van aanpak en groen licht Aan het begin van het project maak je een plan voor de hele periode. Daarin leg je vast welke onderdelen op welk moment voltooid moeten zijn. Daarna ga je per week dit plan verder uitwerken. Iedere week maak je een dus een plan van aanpak- voor dié week. In dit plan noteer je de werkzaamheden voor die week met een taakverdeling. De begeleider moet een handtekening onder dit plan zetten. Met dit akkoord mag je het plan van aanpak uitvoeren. Daarna zet je het op de ELO Persoonlijk verslag Ieder lid maakt elke week een persoonlijk verslag. Je beschrijft in dit verslag hoe je werkzaamheden zijn verlopen. Kon je het plan van aanpak uitvoeren? Wat had je anders kunnen doen? Dit verslag is voor jou en je begeleider. Het is belangrijk dat dit volledige verslagen zijn waarin je duidelijk laat lezen wat je de afgelopen week hebt geleerd. Ruzie of vastlopen Als er irritaties of ruzies zijn vraag je iedereen in jouw groep bij elkaar voor een bespreking. In deze bespreking luister je goed en praat je niet door elkaar. Kom je er niet uit dan roep je op tijd een begeleider erbij. Vakdocenten Het kan gebeuren dat je iets wilt weten dat de begeleidende docent(en) jullie niet kunnen leren, maar een bepaalde vakdocent wel. Uiteraard mag je iedereen om advies vragen. De docent tekenen kan jullie bijvoorbeeld uitleggen hoe je driedimensionaal kunt tekenen, of de docent techniek kan uitleggen hoe je een technische beschrijving maakt, of de docent informatica kan je helpen met een PowerPoint presentatie. Alle docenten zijn op de hoogte van het project. Als je hulp nodig hebt van een bepaalde vakdocent vraag dan in de les of de docent er een paar minuten aandacht aan wil besteden. Vragen staat altijd vrij. [7] PROJECT Textielafval : van Stof naar Grondstof [Technasium] september 2011

8 5 BEOORDELING EN EVALUATIE Productbeoordeling (de punten voor dit onderdeel krijg je als team) Onderdeel Maximaal te behalen punten Behaalde punten 1 Inzamelsysteem &campagne 25 punten punten 2 Presentatie 25 punten punten Totaal 50 punten punten Procesbeoordeling (de punten voor dit onderdeel krijg je individueel) Onderdeel Maximaal te behalen punten Behaalde punten 1 Persoonlijk verslag 30 punten punten 2 Taakvervulling 10 punten punten 3 Aandeel in groepsprestatie 10 punten punten 4 Totaal 50 punten punten Evaluatie (hier krijg je geen punten voor, maar het is een verplicht onderdeel) Onderstaande vaardigheden worden door biologen / dierentuinontwerpers het belangrijkst gevonden voor het uitoefenen van hun beroep. Daarom zijn dit de vaardigheden waar je naar kijkt bij het evalueren. Hoe goed kun jij dit? Hoe graag doe jij dit? Waar zou je beter in kunnen en willen worden? Teambuilding & Communiceren met collega s Je kunt goed samenwerken en je bent in staat om anderen goed samen te laten werken. Je overlegt goed met de mensen waarmee je samenwerkt. Je hebt respect en belangstelling voor het werk van anderen. Analyseren van problemen Je kunt een probleem opdelen in kleine stukjes zodat het gemakkelijker op te lossen is. Bij het oplossen houdt je rekening met de praktische (on)mogelijkheden. Inhoudelijke verdieping Je bent in staat nieuwe theoretische en technische informatie op te nemen en toe te passen, Opdracht vertalen naar product Je neemt eisen van de opdrachtgever serieus en je gaat niet met je eigen fantasie aan de haal. Je kijkt tussentijds steeds of wat je maakt nog klopt met de eisen. Creativiteit Jij bent in staat bruikbare oplossingen te verzinnen die origineel zijn en die anderen verrassen. [8] PROJECT Textielafval : van Stof naar Grondstof [Technasium] september 2011

9 A PLAN VAN AANPAK Op papier invullen en op ELO zetten, daarna bewaren in map Teamleden: Begeleider: Week: Naam van het project: Onderdeel Aan welk onderdeel of onderdelen gaan jullie deze week werken? Werkzaamheden Welke werkzaamheden gaat het team uitvoeren? Taakverdeling Hoe verdelen jullie de taken? Planning Hoelang denk je met de werkzaamheden (per taak) bezig te zijn? Materialen Welke materialen heb je nodig voor de werkzaamheden? Overleg Welke afspraken maken jullie over: A Wanneer jullie overleggen B wanneer iets af moet zijn? Resultaten Wat wil het team aan het einde van de week af hebben? Akkoord door de docent: (paraaf) [9] PROJECT Textielafval : van Stof naar Grondstof [Technasium] september 2011

10 B PERSOONLIJK VERSLAG Elke week invullen op de ELO (mag ook thuis gedaan worden) Naam: Begeleider: Week: Naam van het project: Wat heb ik deze week bereikt? Vertel wat over de volgende punten: Taken: Beslissingen: Afspraken maken en nakomen: Hoe heb ik deze week gewerkt? Kijk naar de punten uit het beroepsprofiel en de evaluatie Teambuilding & Communicatie: Analyseren van problemen: Inhoudelijke verdieping: Opdracht vertalen naar product: Creativiteit: [10] PROJECT Textielafval : van Stof naar Grondstof [Technasium] september 2011

11 C EVALUATIE VAN MEZELF Project Paraaf docent Projectnaam Beroep Textielafval Procestechnoloog Klas Naam Lijkt het beroep mij iets? Ja /nee, omdat Onderdeel Hoe goed was ik hierin? Slecht Niet zo goed Best goed Heel goed Teambuilding & Communicatie Analyseren van problemen Inhoudelijke verdieping Opdracht vertalen naar product Creativiteit Ruimte voor een opmerking: Onderdeel Wat vinden anderen van mij? Slecht Niet zo goed Best goed Heel goed Teambuilding & Communicatie Analyseren van problemen Inhoudelijke verdieping Opdracht vertalen naar product Creativiteit Wat ik me voorneem voor een volgend project [11] PROJECT Textielafval : van Stof naar Grondstof [Technasium] september 2011

12 D EVALUATIE VAN EEN ANDER TEAMLID Project Projectnaam Textielafval : van Stof naar Grondstof Klas Mijn naam Naam teamlid Onderdeel Hoe goed was hij/zij hierin? Slecht Niet zo goed Best goed Heel goed Teambuilding & Communicatie Analyseren van problemen Inhoudelijke verdieping Opdracht vertalen naar product Creativiteit Ruimte voor een opmerking: [12] PROJECT Textielafval : van Stof naar Grondstof [Technasium] september 2011