De Leeuwerik en de Triviant Schoolgids

Transcriptie

1 1

2 De Leeuwerik De Triviant Bleekenweg 1B Bleekenweg 1A 7161 AB Neede 7161 AB Neede zmltwog.nl zmltwog.nl Neede, juni 2010, Aan: Locatiedirectie van de Leeuwerik en de Triviant Van: Medezeggenschapsraad van de Leeuwerik en de Triviant Betreft: Instemming Schoolgids 2010 / Hierbij verleent de medezeggenschapsraad van de Leeuwerik en de Triviant haar instemming aan de Schoolgids voor het schooljaar 2010 / Instemming betreft inhoud, vorm en lay-out. Instemmingsdatum: juni Namens de medezeggenschapsraad, P. Smit voorzitter. 2

3 Inhoudsopgave 1. Een woord vooraf Waarom een schoolgids voor ouders? De School Richting De directie Situering van de school Schoolgrootte en schoolindeling Woord van het bestuur Waar staan onze scholen voor? Onze missie Onze visie Doelen van ons onderwijs Het klimaat van de scholen De Organisatie van het onderwijs De organisatie van de scholen De samenstelling van het team De activiteiten voor de leerlingen Speciale voorzieningen in en rond het schoolgebouw De zorg voor de kinderen De speciale zorg voor leerlingen met een speciale behoefte De aanmelding, toelating en opvang van nieuwe leerlingen De Ambulante Begeleiding Het volgen van de ontwikkeling van de leerlingen Onze speciale zorg De opbrengsten van ons onderwijs Het onderwijskundig rapport Dossiers van de leerlingen De toekomst van onze leerlingen Mogelijkheden om de toekomst van onze leerlingen gestalte te geven De stagemogelijkheden Integratie middels arbeid Schorsing en Verwijdering

4 7. De Ouders Communicatie De Ouderraad De Werkgroepen Ondersteuningsafspraken De Medezeggenschapsraad De Klachtenprocedure De ontwikkeling van ons ONDERWIJS Activiteiten ter verbetering van ons onderwijs Samenwerking met andere scholen/instellingen Regeling school- en vakantietijden : Schooltijden en pauzes Vakanties en vrije dagen Verzuim leerlingen en leerkrachten Belangrijke gegevens: De activiteiten van de school Verkeersveiligheid Jeugdtandverzorging en jeugdgezondheidszorg Fysiotherapie Studiedagen Het werkoverleg Begeleiden van stagiaires Nascholingsactiviteiten Functioneringsgesprek Ouderavonden Rapportage Sportdagen Het schoolfeest Het schoolkamp Sparen Schoolfonds Schoolmelk Koken De financiën

5 Overige activiteiten Tegemoetkoming studiekosten Leerlingvervoer P(ersoons) G(ebonden) B(udget) Buitenschoolse opvang Verzekeringen Jaarplanning activiteiten Bijlage 1: Overeenkomst t.b.v. vrijwillige ouderbijdragen Bijlage 2: Werken,.60 5

6 1. Een woord vooraf 1.1. Waarom een schoolgids voor ouders? Wij willen onze ouders/verzorgers middels deze schoolgids informeren over de gang van zaken binnen onze schoolgemeenschap. Deze gids laat zien wat u van ons kunt verwachten en wat de school voor uw kind kan betekenen. We hechten heel veel belang aan een goed contact tussen ouders/verzorgers en de school. Dat komt ten goede aan het kind dat onze school bezoekt. Natuurlijk zijn de persoonlijke contacten het allerbelangrijkst en streven we er naar om een open school met lage drempels voor ouders/verzorgers te zijn. Maar juist omdat we toch vooral een streekschool zijn en u vaak van grote afstand naar onze school moet komen, lijkt het ons goed om u via deze schoolgids een duidelijk beeld van de school te geven. U treft daarom op de volgende pagina s informatie aan die betrekking heeft op het onderwijs aan zeer moeilijk lerende kinderen (= ZML), onze speciale zorg voor de kinderen, de wijze van begeleiden en omgaan met de kinderen die aan onze zorg zijn toevertrouwd, de manier waarop we de ouders/verzorgers bij ons onderwijs en onze school betrekken en een aantal organisatorische en zakelijke mededelingen. De schoolgids komt tot stand na overleg in het team tijdens de teamvergaderingen en de verschillende werkoverlegvormen. Van alle personeelsleden wordt verwacht dat zij kritisch meedenken aangaande de inhoud van deze gids en een bepaalde bijdrage leveren. Na samenstelling van de gids wordt deze in conceptvorm voorgelegd aan de medezeggenschapsraad. Na instemming van deze raad wordt de gids definitief goedgekeurd en vastgesteld. Vervolgens vindt uitreiking van de schoolgids plaats in de laatste maand voorafgaand aan de grote vakantie, aan de volgende doelgroepen: 1. Ouders/verzorgers van onze school. 2. De leden van het bevoegd gezag. 3. Scholen voor speciaal, basis- en voortgezet onderwijs waarmee wij zowel direct als indirect samenwerken. 4. Overige instellingen en organisaties die bij school betrokken zijn. 5. De rijksinspecteur voor het speciaal onderwijs cluster 3. Ouders/verzorgers van leerlingen die tijdens het schooljaar worden aangemeld en geplaatst, ontvangen de gids bij aanmelding van de leerling of tijdens een oriëntatiebezoek. Wij hopen dat we met deze schoolgids in een behoefte voorzien en we vragen u dan ook met klem of u uw suggesties, opmerkingen, kritische kanttekeningen en aanbevelingen aangaande deze schoolgids aan ons door wilt spelen. 6

7 2. De Scholen 2.1. Richting De Leeuwerik en de Triviant zijn openbare scholen. Leerlingen met verschillende levensbeschouwelijke achtergronden bezoeken onze scholen. In onze visie en missie beschrijven we hoe we onze identiteit gestalte willen geven De directie De directie bestaat uit : de Locatie-directeur van de Leeuwerik, de heer J.B. Reessink de Locatie-directeur van de Triviant, mevr. E.A. Peterkamp 2.3. Situering van de locaties De locaties liggen aan de rand van het dorp Neede, in een rustige omgeving, dichtbij het centrum en grenzend aan een prachtig natuurgebied. Het overdekt zwembad staat tegenover de scholen en het park, met herten, konijnen, cavia s en eenden van de Needse Pluimveefok Vereniging ligt naast de locaties Locatiegrootte en indeling De locaties worden per 1 augustus 2010 bezocht door 130 leerlingen, verdeeld over de Leeuwerik en de Triviant. De Leeuwerik wordt bezocht door leerlingen in de leeftijd van 4 jaar tot en met 12 jaar. De Triviant wordt bezocht door leerlingen van 13 tot 20 jaar. De Leeuwerik en de Triviant tellen 40 personeelsleden. De Triviant 7

8 3. Woord van het bestuur Stichting ZML/Twente Oost Gelderland De scholen maken onderdeel uit van de Stichting ZML/TWOG. Deze stichting vormt het bevoegd gezag over 6 scholen voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs, het onderwijs is gericht op leerlingen met een cluster 3 beschikking. Het gaat dus om kinderen met een verstandelijke beperking en leerlingen die zowel een verstandelijke beperking als een secundaire probleem hebben. De scholen zijn gevestigd in Neede, Hengelo en Almelo. De stichting wordt bestuurd door de heer H.J. Gerichhausen, hij wordt hierbij ondersteund door een kleine professionele staf. Het bestuursbureau is gevestigd in Borne. De bestuurder legt periodiek verantwoording af aan de Raad van Toezicht. Het bestuursbureau tracht de scholen zoveel mogelijk te ondersteunen bij de uitvoering van het primaire proces. Door gezamenlijke activiteiten op een aantal beleidsterreinen (ict, kwaliteitszorg, personeelszaken enz.) versterken we ons onderwijs zonder dat we de gewenste kleinschaligheid van onze scholen verliezen. Alle scholen binnen de stichting hanteren dezelfde hoge kwaliteitsnormen, maar er is volop ruimte voor diversiteit bij de vormgeving van het onderwijs. Juist onze leerlingen hebben een dergelijke flexibiliteit nodig om hun talenten te kunnen ontplooien. Als leidraad voor al haar handelen hanteert de stichting de volgende kernwaarden: -respect -veiligheid -zorgzaamheid -ontmoeting -participatie -openheid Voor een verdere uitwerking van deze kernwaarden verwijzen wij u graag naar onze missie. De komende periode zal er gewerkt worden aan een nieuw Strategisch Beleidsplan, bij dit proces zullen alle belanghebbenden actief participeren. De verdere ontwikkeling van Passend Onderwijs zal een prominente plaats krijgen binnen dit plan. Door intensieve samenwerking met alle belanghebbenden willen we dit beleid vormgeven, dat ouders hierin een centrale rol krijgen is voor ons vanzelfsprekend. De stichting hecht grote waarde aan een sterke positie van de ouders binnen het onderwijs proces, wij zien de ouder als partner en zoeken naar mogelijkheden om deze relatie gestalte te geven. Dit krijgt onder andere vorm door participatie in de (gemeenschappelijke) medezeggenschapsraden. 8

9 4. Waar staan onze scholen voor? 4.1. Onze missie De Leeuwerik en de Triviant zijn scholen voor onderwijs aan Zeer Moeilijk Lerende Kinderen. Dat betekent dat we speciaal onderwijs zijn en dat willen we waarmaken ook. Onderwijs aan zeer moeilijk lerenden houdt in dat we kinderen begeleiden die met een verstandelijke beperking moeten functioneren. Niet elke beperking heeft dezelfde kenmerken en elk kind dat onze scholen bezoekt is uniek in zijn/haar beperkingen en ook mogelijkheden. Met name dit laatste aspect willen we zo veel mogelijk benadrukken in ons onderwijs aan de kinderen. Uitgaan van de mogelijkheden van elk kind waarbij we rekening houden met de beperking die dat individuele kind heeft. Zo willen we ons onderwijs zo gedifferentieerd mogelijk aanbieden, aansluitend bij het ontwikkelingsniveau van de kinderen. We willen de begeleiding gestalte geven in scholen die kindvriendelijk en open van karakter zijn. Scholen voor speciaal onderwijs die open staan voor alle kinderen en ouders/verzorgers ongeacht afkomst, geloof, ras enz. In die zin geven we gestalte aan de identiteit van het openbaar onderwijs. We zijn scholen die open staan voor en participeren in een pluriforme samenleving Onze visie Wij willen samen met de ouders/verzorgers werken aan de ontwikkeling en opvoeding van de kinderen die onze scholen bezoeken. Begeleiden op basis van gezamenlijk vastgestelde waarden en normen en in een klimaat waarin alle betrokkenen zich veilig voelen. Onze leerlingen hebben behoefte aan structuur, orde en duidelijkheid en daar willen we adequaat op inspelen. Vanuit die organisatie besteden we vooral aandacht aan de sociale redzaamheid en de zelfstandigheid van alle leerlingen, rekening houdend met het ontwikkelingsniveau van het kind. Ook onze leerling heeft recht op een plek in de maatschappij, een plek die toegespitst is op de (on)mogelijkheden van het kind of beter de jong-volwassene. We hebben dat als volgt in ons schoolplan beschreven: 1. Onze scholen bereiden de leerlingen voor op deelname aan de maatschappij; 2. Onze scholen dragen bij aan een ononderbroken ontwikkeling van de leerlingen; 3. Onze scholen nemen de structurering van de leef- en ervaringswereld en de leerwijze van onze leerlingen als uitgangspunt voor het onderwijs en de begeleiding; 4. Onze scholen gaan uit van de uniciteit van elk individu; 5. Onze scholen hechten sterke waarde aan het pedagogisch klimaat, wat inhoudt dat zij een omgeving willen creëren waarin zowel leerlingen als leerkrachten, begeleiders en ouders/verzorgers zich prettig en veilig voelen. In ons schoolplan geven we een uitgebreide verklaring van onze missie en visie. Het schoolplan ligt voor alle betrokkenen ter inzage op de scholen. 9

10 4.3. Doelen van ons onderwijs De begeleiding, opvoeding en het onderwijs is vooral gericht op: sociale redzaamheid; een zo hoog mogelijk niveau van zelfstandigheid en autonomie; het aanleren van de basisvaardigheden als lezen, taal, rekenen, wereldoriëntatie en informatica; het ontwikkelen van praktische vaardigheden; het begeleiden in het traject dat moet leiden tot een vorm van arbeid verrichten; het begeleiden van de leerlingen in het traject dat leidt tot een vorm van wonen en leven na de schoolloopbaan; stimuleren van de competentie van de leerlingen; bevorderen van de sociale vaardigheid en de sociale omgangsvormen; het stimuleren van de initiatieven en activiteiten die vanuit de leerlingen komen; realiseren van een kwalitatief goed pedagogisch klimaat Het klimaat van de scholen De Leeuwerik en de Triviant bieden een veilige leer, werk- en speelomgeving voor leerlingen van 4 tot 20 jaar. We willen daarnaast ook scholen zijn waarin alle betrokkenen zich prettig voelen. Scholen waarin een open en positiefkritische sfeer heerst en waarin men elkaar kan aanspreken op het handelen en functioneren. Laagdrempelige scholen voor ouders/betrokkenen en andere externe instellingen die samen met ons de leerlingen begeleiden. De begeleiders moeten een voorbeeld zijn voor de leerlingen waar het gaat om het nakomen van regels en afspraken, normen en waarden en omgangsvormen. Vooral ook omdat onze leerlingen leren door te zien en te doen. Dat is dan ook de belangrijkste reden waarom we de regels en afspraken hebben vastgelegd in een protocol voor respectievelijk de Leeuwerik en de Triviant. De regels zijn onderverdeeld in: klassenregels gangregels toiletregels pleinregels pauzeregels algemene regels Deze regels worden met de leerlingen besproken en gelden voor zowel teamleden als de leerlingen. Op deze wijze willen we de sociale redzaamheid van onze kinderen bevorderen. 10

11 5. De Organisatie van het onderwijs 5.1. De organisatie van de school De scholen tellen per 1 augustus 2010, 12 groepen. De samenstelling van deze groepen is naast A: de leeftijd en B: het niveau van de leerling tevens gebaseerd op C: het aantal leerlingen in een bepaalde leeftijdscategorie. In de Leeuwerik is de Onderwijs Zorg Groep gehuisvest. Hierin zitten een aantal leerlingen welke naast onderwijs ook extra zorg nodig hebben. In een aantal groepen van de Triviant vormt het taal en rekenproces, naast de praktische vaardigheden, een groot onderdeel van het onderwijsproces. In een aantal groepen van de Triviant zitten leerlingen welke voorbereid worden op een plaats in het vrije bedrijfsleven of op een plaats binnen de Sociale Werkvoorziening. In deze groep wordt meer aandacht besteed aan het verkrijgen van een goede arbeidshouding,zelfstandigheid, juiste deelname aan het verkeer, sociale omgangsvormen etc. Een aantal groepen van de Triviant bereidt de leerlingen voor op een D.C.plaatsing (Dagcentrum voor Ouderen) of Zorgboerderij. A. Naar leeftijd. De Leeuwerik Groep: Onderbouw OB 1 4 t/m 6 jaar Groep: Middenbouw MB 1 7 t/m 8 jaar Groep : Bovenbouw BB 1a 9 t/m 12 jaar Groep : Bovenbouw BB 1b 9 t/m 12 jaar Onderwijszorggroep OZG 4 t/m 12 jaar en 13 t/m 19 jaar De leeftijden kunnen soms verschillen i.v.m. het leerlingaantal per groep. 11

12 De Triviant Tijdens het ter perse gaan van de deze schoolgids is de indeling nog niet bekend. Wel is bekend dat we in augustus starten met 7 groepen. De groepen worden samengesteld op basis van leeftijd en niveau. B. Naar niveau. Omdat de indeling van de groepen zowel naar leeftijd als niveau is, komen er nogal niveauverschillen voor binnen de groepen. Om deze verschillen te ondervangen werken we op de Leeuwerik en de Triviant binnen de leeftijdsgroepen met niveaugroepen. We kennen de volgende niveau-groepen: 1. Algemene leervoorwaardengroep; 2. Voorbereidende reken/leesgroep; 3. Reken/leesgroep beginners; 4. Reken/leesgroep gevorderden (technisch lezen); 5. Reken/leesgroep gevorderden (begrijpend lezen); 6. Een aantal groepen practische vorming (o.a., klokkijken, geldrekenen, signaallezen, pictolezen). Op de Triviant zitten alle leerlingen in een stamgroep die bij hen past naar leeftijd en niveau. Dit zijn groepen waarin de leerlingen ook goed bij elkaar passen qua belevingswereld. Iedere leerling heeft een individueel rooster en dit is de reden dat we voor alle vakken volledig klassendoorbrekend werken. Iedereen begint en eindigt de dag in zijn of haar eigen groep. 12

13 C. Het aantal leerlingen in een bepaalde leeftijdscategorie. De leerlingen zijn zoveel mogelijk in leeftijdscategorieën ingedeeld. Belangrijk! Wij streven ernaar om de groepssamenstelling minimaal een jaar hetzelfde te houden maar door onvoorziene omstandigheden, zoals het onverwachts instromen van nieuwe leerlingen door verhuizing of crisisopvang, kan het voorkomen dat leerlingen halverwege het lopende schooljaar doorschuiven naar een vervolggroep. ad a: Het onderwijs in de leeftijdsgroepen Het onderwijs in de groepen richt zich op: 1. De sociaal-emotionele ontwikkeling. Dit heeft tot doel de leerlingen te leren op een positieve wijze met elkaar om te gaan en samen te leven. Daarnaast besteden we ook heel veel aandacht aan het zelfbeeld van het kind. Elk kind moet leren zich veilig en gewaardeerd te voelen. We doen dat onder meer door aan te leren: Dat het kind leert zich aan afspraken/regels te houden, ook als de volwassene niet in de buurt is; Dat het kind leert dat niet alles van hem/haar is; Dat het kind leert te delen met anderen; Dat een kind een ander in de waarde kan laten; Dat een kind een ander respecteert. 2. Zelfredzaamheid/zelfstandigheid bevorderen. Doel : De zelfredzaamheid en zelfstandigheid van het kind te vergroten. Dit trachten we te bereiken onder andere d.m.v.: Eten met mes en vork; Naar de w.c. gaan, eerst onder begeleiding, dan zelfstandig; Douchen, afdrogen en aankleden; Oefenen met raamwerkjes met sluitingen; Eigen werkjes pakken en zelf opruimen; Wereldverkenning; Zelfstandig steeds meer taken en taakjes uitvoeren. 3. Communicatie. Doel: Spraak-taalontwikkeling bevorderen, dit is van belang voor het communiceren met anderen. Dit wordt gedaan d.m.v.: De kring: leren luisteren naar anderen; leren spreken, het kunnen duidelijk maken van wensen en gedachten; waar nodig gebaren oefenen. 13

14 Praatboeken: vergroten van de woordenschat; taalbeleving d.m.v verschillende activiteiten. Logopedie; Video. 4. Ontwikkeling van de motoriek. a. Grove motoriek: Doel is te komen tot optimale bewegingsvaardigheid. Dit proberen we te verwezenlijken tijdens de gymlessen, het zwemmen en buitenspelen. b. Fijne motoriek: Doel is de ontwikkeling van de grove naar de steeds fijnere bewegingen. Dit trachten we te bereiken d.m.v. puzzelen, constructiewerk, prikken, knippen, kleuren, knutselen. 5. Creativiteitsontwikkeling. Doel: Het prikkelen van de fantasie en ontwikkelen van de creativiteit. Daarnaast komen allerlei technieken aan de orde zoals prikken, borduren,plakken en knippen. Dit uit zich in de groep door: Handenarbeid; Tekenen; Vorming; Handwerken; Vrij spel. ad b: Het onderwijs in niveaugroepen op de Leeuwerik Vier ochtenden in de week, van 9.00 uur tot uur wordt er gewerkt in niveaugroepen, deze kunnen indien nodig klassendoorbrekend zijn. Alle leerkrachten, klassenassistentes en stagiaires begeleiden afzonderlijk een groepje leerlingen, die op een bepaald niveau functioneren. Alle ruimtes in het schoolgebouw worden hiervoor benut. Het voordeel van het werken op deze manier is dat we ieder individu optimaal kunnen begeleiden, op zijn of haar niveau, omdat het kleine groepjes zijn. Het resultaat van het al jarenlang op deze manier werken is dat we dit ook tijdens het onderdeel mondelinge taalvaardigheid bevorderen en bij het zwemonderwijs en bij het onderdeel algemene technieken doorgevoerd hebben. 14

15 De Onderwijs ZorgGroep Alle kinderen hebben ongeacht hun ontwikkelingsniveau recht op onderwijs. Wij kunnen sinds kort veel van deze kinderen dit recht bieden. Kinderen met,naast hun verstandelijke beperking ook een lichamelijke beperking of een diep verstandelijke beperking ( IQ onder de 35) kunnen in aanmerking komen voor plaatsing op onze school. De Leeuwerik en de Triviant zijn vanaf januari 2010 voor 2 dagen in de week,een Onderwijs Zorggroep gestart met leerlingen die een MG (meervoudig gehandicapten) indicatie hebben. De groepsgrootte bestaat uit maximaal 6 kinderen in de leeftijd van 4 tot 18 jaar. Door dit max. aantal is de dag in een ochtend en in een middag opgedeeld. De ochtenden voor de SO leerlingen en de middag voor de VSO leerlingen. Met ingang van het schooljaar gaat de onderwijszorggroep de gehele week draaien. De Onderwijs- Zorggroep wordt aangestuurd door een leerkracht die zich gespecialiseerd heeft op de specifieke ontwikkelingsgebieden. De uitvoering binnen de groep gebeurt door de leerkracht, de onderwijsassistente en zorgmedewerker(s) De samenstelling van het team Directie: Dhr. J. Reessink Locatie directeur de Leeuwerik Mevr E.A. Peterkamp Locatiedirecteur de Triviant Groepsleerkrachten: Mevr. A. Geerts Mevr. R. Put Mevr. E. ten Barge Dhr. R. de Klundert Mevr. H. Klein-Severt Mevr. M. Jaspers Dhr. P. Smit Mevr. I. Brinks Dhr. M. Bos Dhr. R. Ardesch Dhr. B. Schurink Mevr. M. Schot Mevr. I. ten Tusscher Mevr. S. van Uem Mevr. E. ter Haar Mevr. Q. Kloek Mevr. A. Weernink Leerkracht Leerkracht Leerkracht Ambulant begeleider en leerkracht Leerkracht Leerkracht Leerkracht + ADV vervanger + ICT coördinator Intern begeleider de Leeuwerik Leerkracht Leerkracht Leerkracht en stagecoördinator Leerkracht Leerkracht Leerkracht Intern begeleider de Triviant Leerkracht Leerkracht 15

16 Mevr. K. Florijn Mevr. A. Lemans Mevr. T. Woertman Leerkracht Leerkracht Leerkracht Onderwijsassistentes: Mevr. C. van Schaik Mevr. G. v.d. Heuvel Mevr. D. Hassink Mevr. H. Leussink Mevr. A. Stel Mevr. B. Hofman Mevr. H. Groot Bramel Mevr. J. Rupert Mevr. H. ten Thije Mevr. M. Egbers Mevr. L. Kuenenger Mevr.W.Kasteel Mevr. L van Eck Leerkrachtondersteuners: Dhr.W. Grotenhuis Vakleerkrachten: Mevr. W. Wansink Vakleerkracht bewegingsonderwijs Logopedisten: Mevr. J. Pol. Mevr. D. Klein Entink Orthopedagoge: Mevr. Ch. Meulenkamp Psychologisch assistente: Mevr. R. Sonderen Maatschappelijk werker: Mevr. K. Seesink Administratief medewerkster : Mevr. D. Klein Veldink Stagiaires: Conciërge: Dhr. D. Hasselo De Leeuwerik en de Triviant maken het hele jaar door gebruik van stagiaires van verschillende opleidingen, o.a., van verschillende MBO en HBO-opleidingen en Pabo s. De stagiaires krijgen, indien ze voor langere tijd aanwezig zijn, een groepje leerlingen onder hun hoede om die bij bepaalde taken te begeleiden. 16

17 5.3. De activiteiten voor de leerlingen Activiteiten in de Leeuwerik groepen De kring. Dit onderdeel houdt bijvoorbeeld in dat: o De leerling vertelt n.a.v. zijn belevenissen; o De leerkracht vertelt of leest voor en aan de hand hiervan worden vragen gesteld; o Aan de hand van dagritmekaarten wordt aan de leerling duidelijk gemaakt hoe de dag zal verlopen; o Er worden activiteiten en materialen aangeboden op het gebied van taal, rekenen en oriëntatie op mens en wereld. Het werken in niveaugroepen. Dit onderdeel kan bestaan uit: 1. Algemene leervoorwaarden: In deze groep wordt aandacht besteed aan: o o o o o o Oefeningen voor de grove en fijne motoriek; Waarnemingsoefeningen; Concentratieoefeningen; Taal- en speloefeningen; Zelfredzaamheid; Kleuroefeningen. De voorwaarden worden aangeleerd m.b.v. concreet materiaal en situaties. Indien nodig worden er ook werkbladen gebruikt. Ook wordt er gebruik gemaakt van de uitgebreide collectie voorlees- en prentenboeken die op school aanwezig is. 2. Voorbereidend lezen, schrijven en rekenen: De begrippen die aan de orde komen zijn o.a. groot/klein, kort/lang, hoog/laag, positieoefeningen zoals voor/achter, algemene begrippen zoals links/rechts. Daarnaast wordt er aandacht besteed aan vormkennis, visuele en auditieve waarneming, tijdsbegrip en teloefeningen. Tevens wordt er in dit groepje veel gewerkt aan zinsbouw en articulatie. Daarbij wordt ook gebruik gemaakt van de uitgebreide collectie voorlees- en prentenboeken die op school aanwezig is. Een ander onderdeel binnen deze groep zijn de schrijfoefeningen. Dit leren we aan d.m.v. werkbladen. Hierbij wordt gelet op het juist hanteren van de pen, schrijfhouding en de schrijfrichting. 3. Aanvankelijk lezen, schrijven en rekenen: Het lezen proberen we aan te leren aan de hand van de methode Veilig Leren Lezen in combinatie met de methode Schatkist Lezen en Veilig in Stapjes. Als extra hulpmiddel gebruiken we o.a. het gebarenalfabet van Borell-Maisonny. Ook de computer wordt, middels diverse programma s, ingezet bij het taalonderwijs. 17

18 Bij het rekenonderwijs maken we gebruik van de methode Maatwerk rekenen. Hierin komen alle aspecten van het rekenen stap voor stap aan de orde (optellen en aftrekken, tijdsbegrip, meten, wegen en omgaan met geld). Daarnaast gebruiken we de methode Wereld in getallen. Ook wordt de computer ingezet bij het rekenonderwijs en maken we veel gebruik van ondersteunende concrete rekenmaterialen en materialen uit diverse andere methodes. Voor het schrijven gebruiken we een speciale methode namelijk ABC, Schrijf maar mee Deze methode bevat veel oefenstof om het blokschrift aan te leren. Het schrijven van de cijfers wordt aangeleerd met behulp van de methode Wereld in getallen. Mondelinge taalvaardigheid De mondelinge taalvaardigheden worden o.a geoefend tijdens de dagelijkse kringgesprekken. Daarnaast werken we met de Praatboeken waarin op verschillende niveaus de mondelinge taalvaardigheid geoefend wordt. Oriëntatie op mens en wereld (natuur en milieu, ruimte, tijd, gezond en redzaam gedrag, de samenleving, techniek) Het is van groot belang dat de kinderen de wereld om zich heen leren kennen. In de groepen staat regelmatig een onderwerp centraal dat aansluit bij de belevingswereld van de kinderen. Daarbij worden diverse materialen en werkvormen ingezet om het onderwerp levend te maken voor de kinderen, zoals themahoeken, excursies, leskisten, lees- en prentenboeken, school-t.v., enz. Waar mogelijk worden verschillende vakken (handvaardigheid, muziek, rekenen, taal, enz.) geïntegreerd in het project. Bij ieder onderwerp staat vooral de persoonlijke beleving van de leerlingen centraal. Het zelf ervaren en beleven is voor onze leerlingen erg belangrijk om situaties te leren kennen en zich uit te leren drukken. Verkeer Het verkeersonderwijs op de Leeuwerik is zeer praktijkgericht. In de lessen Algemene Technieken worden zowel de theorie (verkeersregels, kennis van de borden) als de praktijk (fietsen in het dorp) geoefend. Daarbij wordt er gebruik gemaakt van de verkeersmethode STOEPIE en diverse aanschouwelijke materialen zoals een verkeersdoos, computerprogramma s en instructie dvd s. Ieder jaar doen er ook een aantal leerlingen mee aan het praktisch verkeersexamen (fietsexamen) van Veilig Verkeer Nederland. 18

19 Expressievakken Beeldende vorming (handvaardigheid en tekenen) De leerlingen maken hier kennis met verschillende mogelijkheden om zich in beelden uit te drukken. In de aanvangsgroepen betekent dit dat leerlingen kennismaken met materialen zoals papier, karton en stof en technieken zoals scheuren, prikken, (vinger)verven en plakken. Ook wordt er in deze groepen veel aandacht besteed aan het inkleuren en het juist vasthouden van het kleurpotlood. Indien nodig worden er speciale hulpmiddelen ingezet zoals penverdikkers, extra dikke potloden en speciale kwasten. In de vervolggroepen worden de technieken en materialen verder uitgebreid. In de vervolggroepen wordt er ook meer nadruk gelegd op de fantasie en de creativiteit van het kind. Ook wordt er gebruik gemaakt van de methode Moet je doen. Muziek Muziek in het SO bestaat uit verschillende elementen zoals het aanleren van liedjes, het luisteren naar muziek, het beleven van de muziek, het bewegen op muziek, het bespelen van ritme-instrumenten, het aanleren van muzikale begrippen zoals kort/lang, hoog/laag, hard/zacht, het aanleren van maat- en ritmegevoel en het leren vastleggen van muziek. Dit alles gebeurt volgens de methode Moet je doen. Deze methode wordt ook gebruikt binnen het reguliere basisonderwijs. Waar nodig passen wij de methode aan aan de mogelijkheden en belevingswereld van de leerlingen. Daarnaast wordt er gebruik gemaakt van diverse liedboeken en ritmematerialen. De Leeuwerik en de Triviant hebben een eigen schoolband, De Leeuwerikstars, bestaande uit leerlingen en oud-leerlingen. Deze wordt geleid door Cisca van Schaik. De band bestaat in juni 2010 alweer 19 jaar. Algemene Technieken Vanaf groep 3 wordt er gestart met het vak Algemene Technieken. Een à twee keer week zijn de leerlingen met de volgende onderdelen bezig: koken/bakken, textiel, natuur, verkeer, muziek, handvaardigheid/tekenen, computer en sport en spel. De lessen zijn groepsoverstijgend, dat wil zeggen dat leerlingen uit verschillende groepen bij elkaar geplaatst worden. Sociale vaardigheden Binnen de Leeuwerik en de Triviant werken we met de methode STIP. Dit staat voor Sociale Training in Praktijk en is een methode speciaal ontwikkeld voor de ZML doelgroep. De methode kent drie invalshoeken, te weten: o Omgaan met jezelf; o Omgaan met een ander; o Omgaan met een taak. 19

20 Bij de lessen van de onderbouw en middenbouwgroepen wordt gebruik gemaakt van de pop Ies om de leerlingen emoties en gebeurtenissen duidelijk en aanschouwelijk te maken. In de hogere groepen worden emoties en normen en waarden duidelijk gemaakt door middel van pollepel poppetjes. Lichamelijke opvoeding Gymnastiek De leerlingen van de Leeuwerik hebben één keer in de week gymnastiek van de vakleerkracht. Dit gebeurt in ons eigen motorisch therapielokaal. Belangrijke elementen in de gymlessen zijn o.a. : ervaren wat je kunt, samen spelen met anderen en plezier beleven in bewegen. Deze dingen zijn belangrijk bij bijvoorbeeld de keuze voor vrijetijdsbesteding nu en in de toekomst. Zwemmen (badpersoneel en leerkrachten, leerkracht blijft verantwoordelijk) Alle Leeuwerik groepen gaan eenmaal in de week zwemmen in het overdekte bad aan de overkant van de school. Met het zwemmen wordt in verschillende groepen gewerkt: een watergewenningsgroep, een drijfgroep, verschillende zwemlesgroepen en een groep voor gevorderde leerlingen (al in het bezit van een of meerdere diploma s). Bij elke groep zijn één of twee personeelsleden van school of van het zwembad aanwezig. De leerkracht is bij deze lessen verantwoordelijk voor de groep. Spelontwikkeling Onze leerlingen hebben nog veel behoefte aan spelen, zowel binnen als buiten. In iedere groep zijn wel een aantal speelhoeken zoals een poppenhoek,een verkleedhoek en een bouwhoek. Verschillende spelvormen komen aan bod, o.a. sensopathisch spel, (omgaan met materiaal), constructie-spel, imitatie-spel, sociaal spel. Ook spelen de kinderen, indien mogelijk, zoveel mogelijk buiten met de aanwezige buitenspelmaterialen. Buitenspel is belangrijk voor een gezonde lichamelijke en motorische ontwikkeling. 20

21 Activiteiten op de Triviant De Triviant kent het schooljaar zeven stamgroepen. Het onderwijs streeft er naar om de leerling op het moment van schoolverlaten zo goed als mogelijk toegerust te hebben om zo adequaat- en zo zelfstandig als mogelijk te kunnen gaan functioneren in de wereld na school. De Triviant gaat uit van een aantal competentiegebieden t.w.: Cognitieve competentie; Maatschappelijke competentie; Informatieve competentie; Omgangscompetentie; Praktische competentie; Creatieve competentie. De ontwikkeling van de leerling binnen deze competentiegebieden draagt bij aan het vergroten van vaardigheden en mogelijkheden voor het zo optimaal mogelijk functioneren binnen de wereld na de schoolloopbaan. Wij onderscheiden twee vormen van leerwegen: De vormingsgerichte leerweg; De arbeidsgerichte leerweg. Belangrijke domeinen waarbinnen onze leerlingen moeten (leren te) participeren zijn: Wonen; Werken; Vrije tijd. De leerlingen krijgen één keer per week gym van een vakleerkracht in de sporthal en hebben één keer in de week zwemmen. Wereldoriëntatie: Expressievakken: biologie en geschiedenis tekenen, schilderen, textiele werkvormen, muziek Algemene technieken: Koken, werken in het groen, werken in het magazijn, werken in de groothuishouding, werken in de kantine, techniek, houtbewerking, zelfzorg. Al deze onderdelen worden uitgesplitst in richting wonen en richting werk. Leerlingen blijven totdat ze van school gaan les krijgen in de didactische vakken waar mogelijk. Deze vakken worden gaandeweg de jaren meer en meer toegespitst op de praktijk. Visie seksuele voorlichting Weten wat wel normaal is en wat niet rondom seks en relaties, is dan een voorwaarde. Hierin kunnen en willen we als school een rol spelen. Wij vinden het belangrijk dat onze leerlingen beschikken over basiskennis t.a.v. seksualiteit en relatievorming, aangepast aan het ontwikkelingsniveau van de leerling. Het vergroot hun zelfstandigheid en het helpt mee om eventueel ongewenste situaties m.b.t. hun eigen seksuele vorming te verkomen. Ons onderwijs- en begeleidingsaanbod zal hierop afgestemd zijn. 21

22 Inhoud van de lessen Tijdens de lessen seksuele vorming komen de volgende onderwerpen aan bod; - wat gebeurt er met je lichaam in de puberteit? - wat zijn de verschillen tussen jongens en meisjes? - de geslachtsorganen - menstruatie - erectie - verliefdheid, verkering en zoenen. Daarnaast kan het zijn dat een groepje een hoger niveau aan kan. De volgende onderwerpen worden dan ook behandeld: voorbehoedsmiddelen, masturbatie, vrijen, loverboys, homoseksualiteit, SOA/ aids, zwanger, hulp zoeken als je iets hebt gedaan wat je eigenlijk niet wilt of als er iets gebeurd is wat jij eigenlijk niet wilt. De lessen zijn zowel gericht op kennisoverdracht als het bespreekbaar maken van het onderwerp. 22

23 De Leeuwerik en de Triviant in schema Op de Leeuwerik spreken we van redzaamheidsgebieden (het vergaren van kennis en vaardigheden). Op de Triviant spreken we van competentiegebieden (het kunnen toepassen van de vergaarde kennis om te integreren in de maatschappij). Algemene vorming Arbeid op de Triviant Arbeid Competentiegebieden Arbeid Handel Techniek Groen Zorg Handel Techniek (SW) Ambacht (DAC) Plantsoen Keuken Huishouding Magazijn VSO werken Perspectieffase elementaire praktische vaardigheden VSO onderbouw Profielfase praktische vaardigheden VSO middenbouw VSO werken Werk en taakfase specifieke practische vaardigheden VSO bovenbouw Uitstroom 23

24 SVA-scholingsprogramma`s voor het praktijkonderwijs Het programma heeft tot doel de kansen van moeilijk lerende jongeren op de arbeidsmarkt te bevorderen. Om dit doel te bereiken zijn in samenwerking met de opleidingsinstellingen van de betreffende brancheorganisaties scholingsprogramma`s ontwikkeld. Het gaat tot op heden om vier SVA-programma`s: Schoonmaken in de groothuishouding; Beheren van het schoolmagazijn; Onderhoud plantsoen; Werken in de keuken. De algemene werkgeschiktheid van jongeren met cognitieve beperkingen worden door het volgen van een of meerdere programma`s vergroot. De vaardigheden die hieraan ten grondslag liggen krijgen volop de aandacht binnen de vier leerlijnen. De nadruk ligt op het leren toepassen van schoolse vaardigheden in arbeidssituaties en op het verwerven van algemeen praktische vaardigheden zoals: Veilig, hygiënisch, ergonomisch verantwoord en nauwkeurig werken volgens afgesproken methodiek en de omgang met de collega`s. Tot slot leren de jongeren specifieke vaardigheden die per programma verschillen. Toetsing Leerlingen die aan de eindtermen voldoen, kunnen worden getoetst door het Bureau Toetsing en Verklaring. De KPC groep verzorgt dit voor onze school. Een leerling die de toetsing met goed gevolg aflegt, ontvangt een certificaat dat voorzien is van het beeldmerk van de betreffende branche. Informatietechnologie Alle leerlingen op de scholen krijgen computeronderwijs. De leerkracht heeft voor iedere groep passende computerprogramma s geïnstalleerd. De programma s variëren van inkleur- tot reken/taalprogramma s. Iedere klas krijgt één keer in de week computeronderwijs in kleine groepjes. Daarnaast werkt op de Triviant een deskundige leerkrachtondersteuner 4 dagen per week om de leerlingen individueel te begeleiden in het traject naar tekstverwerken. Als voorbereiding hierop krijgen de leerlingen van de Triviant allemaal gericht informaticaonderwijs. Daarnaast hebben we beschikking over een intern netwerk, waarop ons leerlingvolgsysteem geïnstalleerd is. Dat betekent dat we de ontwikkeling van de leerlingen nog directer en meer gestructureerd in beeld kunnen brengen. 24

25 5.4. Speciale voorzieningen in en rond de schoolgebouwen Rond de Leeuwerik Sinds januari 2010 is de verbouwing van de Leeuwerik een feit en zitten alle groepen weer bij elkaar in 1 gebouw. De tijd van de noodlokalen is voorbij. Rondom school zijn de speelpleinen aangepakt, zo zijn er o.a., 2 kunstgrasveldjes aangelegd en is het terrein toegankelijker gemaakt voor rolstoelers, middels een rolstoelbaan. Rondom het terrein is een nieuw hekwerk aangebracht. In het gebouw De school bezit naast groepslokalen nu ook ruimtes voor onderwijszorgleerlingen, een motorisch therapielokaal (iets kleiner dan een normale gymzaal) met aangepaste gymtoestellen en een grote hal waar allerlei leerlingactiviteiten plaats kunnen vinden. Rond de Triviant Een plein met een aantal schommels, een pannakooi en een aantal picknicktafels. Het plein wordt in de nabije toekomst nog uitgebreid met o.a. een tafeltennistafel en een basket. In het gebouw De school bezit vier praktijklokalen om algemene technieken te geven en om vaardigheden rondom stage te trainen. Een groot en goed geoutilleerd magazijn waarin leerlingen werken en stagelopen. In de centrale hal is de kantine gevestigd voor de leerlingen die ook als stageplek dient. De verkeersveiligheid rondom de scholen is verbeterd doordat er een aparte taxistrook voor het leerlingenvervoer is aangelegd. 25

26 6. De zorg voor de kinderen 6.1. De speciale zorg voor leerlingen met een speciale behoefte Al eerder in deze gids hebt u kunnen lezen dat de Leeuwerik en de Triviant scholen zijn voor onderwijs aan Zeer Moeilijk Lerenden Kinderen. Deze typering houdt in dat alle leerlingen op onze scholen grote tot zeer grote problemen hebben met het leren en ontwikkelen van kennis en vaardigheden. Kinderen met een verstandelijke handicap, zo worden onze leerlingen ook wel aangeduid. Wij spreken liever van een verstandelijke beperking omdat handicap zou kunnen suggereren dat er geen ontwikkeling meer mogelijk is. Hoe dan ook, duidelijk is wel dat het gaat om leerlingen die heel veel specifieke hulp en begeleiding nodig hebben. Hulp en begeleiding gericht op het ontwikkelingsniveau en afhankelijk van de (on-)mogelijkheden van elke individuele leerling. Hiermee bedoelen we dat we rekening houden met de beperking die elk kind heeft. Verstandelijke beperkingen die per kind verschillen en daarom ook gedifferentieerd onderwijs noodzakelijk maken. Gedifferentieerd in de zin van toegesneden op het niveau en de mogelijkheden van elk kind individueel. Elke leerling is uniek ook in zijn/haar beperking. Een aantal leerlingen is in staat om te leren lezen, rekenen en schrijven, terwijl anderen daar niet aan toe komen. Onze zorg is niet afhankelijk van wat een leerling wel of niet kan. We willen elke leerling zo optimaal mogelijk begeleiden. Dat doen we met een begeleidingsteam dat niet alleen maar bestaat uit leerkrachten, maar ook uit onderwijsassistenten, een vakleerkracht voor de gymnastiek, een orthopedagoog, twee intern begeleiders, een computerleerkracht, twee logopedisten, een administratief medewerkster, een conciërge, een schoolmaatschappelijk werkende, een schoolarts en twee fysiotherapeuten. Elk kind kan en mag gebruik maken van dit ruime zorgaanbod. Zorg geboden in een omgeving die speciaal ingericht is voor ons type leerling. Vaklokalen, een eigen gymlokaal, prachtig ingerichte speelpleinen en een zwembad pal tegenover de school, dragen bij aan de specifieke zorg die we willen bieden. We willen niet benadrukken dat onze leerlingen speciaal zijn, zeker niet in de dagelijkse omgang met hen en met elkaar, maar we zouden de kinderen, ouders/verzorgers en onszelf te kort doen als we de beperkingen zouden ontkennen. Onze zorg is ruim en breed toegankelijk en wordt gedragen door een groot aantal deskundigen. Zorg gericht op het sociaal redzaam zijn en het zo goed mogelijk zelfstandig kunnen functioneren in de maatschappij De aanmelding, toelating en opvang van nieuwe leerlingen. Aanmelding en toelating van leerlingen vinden op een wezenlijk andere wijze plaats dan op scholen voor primair onderwijs. Dat heeft alles te maken met het feit dat de Leeuwerik en Triviant scholen zijn voor speciaal onderwijs uit de zgn. 3 categorie. Een categorie die niet alleen staat voor ZML onderwijs, maar ook voor onderwijs aan langdurig zieke kinderen en lichamelijk gehandicapten. 26

27 Juist binnen deze vormen van onderwijs staat er de komende jaren heel wat te gebeuren. Voor al deze scholen is een wetgevingstraject ontwikkeld, de wet op de leerlinggebonden financiering, Dat brengt de volgende veranderingen met zich mee: Onze school maakt deel uit van het Regionaal ExpertiseCentrum Oostmarke. Deelnemers binnen dit expertisecentrum zijn: o De Herderscheeschool, de Brug ZML Almelo o t Iemenschoer, t Korhoen ZML Hengelo o De Huifkar ZML Enschede o Mytyll/Tyltyl t Roessingh LG/MG Enschede o Schutte s bosschool LZK Enschede o De Leeuwerik, de Triviant ZML Neede Deze scholen werken intensief met elkaar samen om zoveel mogelijk deskundigheid en kennis in te kunnen zetten voor onze leerlingen en om scholen voor basisonderwijs te ondersteunen; De bij het REC Oostmarke aangesloten scholen, hebben een Commissie Voor Indicatiestelling (CVI); Elke leerling met een beperking/handicap, krijgt op basis van advies door de Commissie Voor Indicatiestelling een bedrag waarmee de ouders/verzorgers onderwijsbegeleiding kunnen inkopen (= rugzak); Ouders zijn vrij in hun keus van onderwijs voor hun kind. Zij hebben het recht hun kind bij een basisschool aan te melden, maar mogen net zo goed het kind direct bij bijvoorbeeld een school als de onze aanmelden; Als ouders kiezen voor een basisschool, dan is die school verplicht om een plan van aanpak te maken, dat door de ouders goedgekeurd moet worden; De basisschool is verplicht om een groot gedeelte van de rugzak te besteden bij een school voor ZML (inhuren van ambulante begeleiding); Als ouders direct kiezen voor de school voor ZML, moet ook die school een plan van aanpak maken en aan de ouders voorleggen. Zij moeten goedkeuring geven; De school voor ZML moet het rugzak geld besteden aan extra middelen en materialen die ten goede komen aan de begeleiding van het kind. Om voor de Rugzak in aanmerking te komen meldt u uw kind aan bij de CVI. Hiervoor dient u gebruik te maken van het officiële aanvraagformulier. Dit kunt u verkrijgen bij de locatiedirecteuren of de trajectbegeleider van de Leeuwerik. Bij het invullen kunt u hulp krijgen van de trajectbegeleider of de secretaris van het CVI. Er zijn landelijk geldende toelatingscriteria van kracht. Dat betekent dat elke school voor speciaal onderwijs is gehouden aan deze criteria en dat het niet meer kan voor komen dat uw kind bijvoorbeeld in Enschede wel wordt toegelaten op een bepaald type school en in Neede niet. Indien de ouders, nadat de CVI een beschikking heeft afgegeven, besluiten dat het kind naar de Leeuwerik / Triviant gaat,wordt in overleg bepaald wanneer en in welke groep het kind geplaatst wordt. Daartussen kan nog een kennismakingsbezoek van de nieuwe leerling en de ouders plaatsvinden. De leerling kan dan een dagdeel meedraaien in de groep waarin hij/zij geplaatst wordt. 27

28 De trajectbegeleider van de Leeuwerik / Triviant brengt een advies uit over het vervoer van de leerling van en naar de school, terwijl de ouders een verzoek tot vervoer indienen bij de gemeente van hun woonplaats. De leerling wordt samen met de ouders/verzorgers uitgenodigd om op de morgen van de toelatingsdag op school te komen waar zij worden opgevangen door de groepsleerkracht en een lid van de directie. Zij nemen de leerling en de ouders/verzorgers mee naar de groep. Als de schooldag eenmaal is begonnen, verzoeken we de ouders/verzorgers naar huis te gaan zodat de nieuwe leerling zijn/haar plekje in de groep kan verkennen. De groepsbegeleiders zullen gedurende de eerste dagen de leerling goed observeren en eventuele knelpunten trachten op te lossen. De leerling krijgt voldoende de gelegenheid te wennen aan de nieuwe situatie en geleidelijk te groeien in de nieuwe omgeving. Indien nodig houdt de leerkracht contact met de ouders/verzorgers om hen op de hoogte te houden van de ontwikkeling in die beginfase. Vervolgens wordt de leerling volledig opgenomen in het onderwijs- en begeleidingsaanbod van de school en hopen we dat hij/zij met heel veel plezier naar de Leeuwerik zal gaan en dat ook de ouders/verzorgers tevreden zullen zijn over onderwijs en opvoeding Regeling indicatiecriteria en aanmeldingsformulier leerlinggebonden financiering (LGF) Artikel 7 Indicatiecriteria zeer moeilijk lerende kinderen 1. Een leerling is toelaatbaar tot het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs aan zeer moeilijk lerende kinderen, onverminderd artikel 10, indien op basis van psychodiagnostisch onderzoek dat individueel is afgenomen en rekening houdt met de kenmerken van de leerling, is vastgesteld een intelligentiequotiënt lager dan 60, niet zijnde een diepe of ernstige stoornis als bedoeld in artikel 10, eerste lid. 2. Een leerling is tevens toelaatbaar tot het onderwijs, bedoeld in het eerste lid, indien: a. op basis van psychodiagnostisch onderzoek dat individueel is afgenomen en rekening houdt met de kenmerken van de leerling, is vastgesteld een intelligentiequotiënt tussen 55 en 70; b. een stoornis, die indien van toepassing volgens het classificatiesysteem DSM-IV of ICD-10 is vastgesteld en die de beperking, bedoeld onder c, ernstig negatief beïnvloedt; c. sprake is van een ernstige structurele beperking in de onderwijsparticipatie die blijkt uit: 1 een leerachterstand of het ontbreken van algemene leervoorwaarden als bedoeld in artikel 12, onder f; en 2 een zeer geringe sociale redzaamheid als bedoeld in artikel 12 onder c, en d. de zorg vanuit het regulier onderwijs als bedoeld in artikel 13 onvoldoende effect heeft gesorteerd of zal kunnen sorteren, en de ondersteuning als bedoeld in artikel 13 deelname aan het regulier onderwijs niet mogelijk maakt. e. een leerling is tevens toelaatbaar tot het onderwijs voor ZMLK indien uit een een verklaring van een arts blijkt dat er bij een leerling sprake is van het syndroom van Down. 28

29 Artikel 12 c. De sociale redzaamheid wordt vastgesteld op basis van een psychodiagnostisch onderzoek met onderzoekgegevens waarui blijkt dat de leerling een zeer ernstige ontwikkelingsachterstand heeft op het gebied van sociale redzaamheid en niet zelfstandig op een reguliere school kan functioneren De Ambulante Begeleiding Ambulante begeleiding is ondersteuning vanuit het speciaal onderwijs voor leerlingen/studenten van 4 tot 29 jaar, die beschikken over Leerling Gebonden Financiering, ook wel het rugzakje genoemd. Door de Commissie Van Indicatiestelling (CVI) van REC Oostmarke wordt een kind geïndiceerd. Het doel van deze ondersteuning is de leerling in staat te stellen zo optimaal mogelijk te functioneren in het regulier- of speciaal basisonderwijs (sbao), voortgezet onderwijs en het Middelbaar Beroeps Onderwijs. Ambulante Begeleiding kan bestaan uit het adviseren en begeleiden van de direct betrokkenen. Voor begeleiding van leerlingen kan de ambulant begeleider een beroep doen op een aantal deskundigen zoals een vakleerkracht bewegingsonderwijs, orthopedagoog, fysiotherapeut, ergotherapeut, logopedist of verpleegkundige. Afspraken over begeleiding en ondersteuning tussen school en Ambulant Begeleider wordt in overleg met ouders en school vastgelegd in een jaarbegeleidingsplan. Dit document wordt aan het begin van het schooljaar opgesteld. Hierin staat o.m. ook beschreven hoe de middelen uit de rugzak, voor het aankomende schooljaar, worden ingezet. Daarnaast wordt voor de leerling een handelingsplan door de school gemaakt. Een werkdocument waarin de ontwikkelingsdoelen van het kind beschreven staan. Dit plan zal een aantal keren per jaar besproken en eventueel bijgesteld worden. Beide plannen worden met de ouders besproken en voor akkoord ondertekend. De overlegmomenten worden groot overleg genoemd. Bij deze momenten zijn alle direct betrokkenen aanwezig (leerkracht, ouders, remedial teacher, ambulant begeleider en eventueel logopedist of andere therapeuten). Wat houdt de rugzak in? De school krijgt per schooljaar een bedrag te besteden aan materialen ten behoeve van de rugzakleerling. Daarnaast heeft de school recht op een bedrag voor een stukje formatie. Groep 1 en 2 van de basisschool en het speciaal basisonderwijs krijgen in het schooljaar 2010/ 2011 een bedrag voor materiaal van ca 900,--. Het geld dat de school ontvangt voor personele inzet is ongeveer vier uur. (zie ook Deze tijd kan de school inzetten voor overlegmomenten en extra ondersteuning van de leerling, bijvoorbeeld in de vorm van remedial teaching of een klassenassistente. 29

30 In groep 3 t/m 8 krijgt de basisschool per schooljaar voor een leerling met een ZML indicatie een extra bedrag te besteden aan materialen ten behoeve van de rugzakleerling. (dit is ongeveer 250,--) Daarnaast krijgt de school meer uren om de leerling te begeleiden. Voor deze groepen komt het totaal aantal uren inzet per week op ongeveer 8 uur. Leerlingen in het voortgezet onderwijs en ROC kunnen ook een rugzak aanvragen. Afhankelijk van het schooltype hangt ook daar een bedrag voor formatie en materiaal aan. (zie ook oudersenrugzak.nl). De ambulant begeleider wordt ook uit de rugzak betaald. Dit gaat niet uit het rugzak geld voor de school. Wat mag u van een Ambulant Begeleider verwachten: Het ondersteunen van de aanvraag van een beschikking voor een cluster 3 indicatiestelling; Ondersteuning bieden bij het opstellen en uitvoering van het individueel handelingsplan; Advies over de keuze van de juiste leer- en hulpmiddelen, speciale programma's en aanpak; Coördinatie en verslaglegging van evaluatiegesprekken, volggesprekken en oudergesprekken; Inschakelen van interne of externe deskundigen; Verstrekken van informatie over onderwijsmogelijkheden, faciliteiten, wettelijke regelingen; Ondersteuning in het leren omgaan met de lichamelijke, psychische en sociaal-emotionele gevolgen van een handicap of ziekte. De deelnemende scholen aan de Dienst Ambulante Begeleiding van REC Oostmarke zijn: Zeer Moeilijk Lerende kinderen (ZML): De Leeuwerik / de Triviant (Neede); t Iemenschoer/ t Korhoen (Hengelo); Dr. Herderschêeschool /de Brug (Almelo); De Huifkar (Enschede). Lichamelijk en/of verstandelijk gehandicapte kinderen (LG/MG): Onderwijscentrum Het Roessingh (Enschede). Langdurig zieke kinderen (LZ): Schutte's Bosschool (Enschede). Voor alle scholen/schoolsoorten geldt dat zij beschikken over een afdeling voor Speciaal Onderwijs en Voortgezet Speciaal Onderwijs. De Ambulante begeleiding wordt gecoördineerd vanuit de dienst Ambulant Begeleiding van REC Oostmarke. Voor de ZMLscholen is Mevr. G.M. Scholten-van de Wetering coördinator en trajectbegeleider. 30