HANDLEIDING AFSTUDEERONDERZOEK. Leraren Opleiding Gezondheidszorg en Welzijn. Hogeschool Rotterdam

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "HANDLEIDING AFSTUDEERONDERZOEK. Leraren Opleiding Gezondheidszorg en Welzijn. Hogeschool Rotterdam"

Transcriptie

1 HANDLEIDING AFSTUDEERONDERZOEK Leraren Opleiding Gezondheidszorg en Welzijn Studiejaar Instituut voor Gezondheidszorg Rochussenstraat EK Rotterdam 1

2 Inhoud: Pagina 1. Inleiding 4 2. Doelstelling van het afstuderen bij de LGW 5 3. Competenties 5 4. Toetsing en beoordeling 6 5. Draaiboek 6 6. Voorwaarden die gesteld worden aan het afstudeeronderzoek Criteria waaraan het afstudeeronderzoek voldoet 6.2 Omvang van het afstudeeronderzoek 6.3 Afstemming met het beginniveau van de student: 6.4 Inhoud van het afstudeeronderzoek 6.5 Goedkeuring afstudeercommissie LGW voor de onderzoeksopdracht 6.6 Producten van het afstudeeronderzoek 7. Toelichting op de uitvoering van het afstudeeronderzoek Omvang van de afstudeeropdracht 7.2 Omvang van de afstudeergroep 7.3 Aanpak van de afstudeeropdracht 7.4 De planning van de afstudeerperiode 8. Begeleiding van de student tijdens het afstudeeronderzoek Coördinatie 8.2 Docentbegeleider 8.3 Twee beoordelaars 8.4 De afstudeerbegeleider in de praktijk 8.5 Problemen 8.6 Ziekte en verlof 9. Wederzijdse verwachtingen Wat wordt er van de student verwacht 9.2 Wat wordt er van de opdrachtgever verwacht 9.3 Hoeveel tijd kost de begeleiding in de praktijk 10 Afstuderen bij een kenniskring van de hogeschool 15 Bijlagen: Bekwaamheidseisen leraar VO/BE 16 Dublindescriptoren 20 Het beoordelingsformulier voor het afstudeeronderzoek maakt als los document, onderdeel uit van deze handleiding. 2

3 Inleiding De afstudeerperiode is de fase die gebaseerd is op het praktijkgestuurde en studentgestuurde onderwijs (Zie Profieldocument LGW). Het doel van de afstudeerperiode is dat je bij het afsluiten van je studie laat zien dat je de bekwaamheidseisen van de leraar VO/BVE op startbekwaam niveau beheerst. Je doet dat met behulp van drie onderdelen: 1. Het afstudeeronderzoek 2. De stage startbekwaam 3. Studieloopbaancoaching 1. Het afstudeeronderzoek Met het afstudeeronderzoek laat je zien dat je een complex vraagstuk uit de feitelijke beroepspraktijk op methodische wijze kunt analyseren en voor dit vraagstuk een passende oplossing kunt aanbieden. De Dublindescriptoren (HBO-competenties) staan hierbij centraal. Naar gelang het vraagstuk uit de beroepspraktijk, werk je ook aan een of meerdere bekwaamheidseisen van de leraar VO/BVE. Je kunt onderzoek doen naar een praktijkprobleem van de onderwijsorganisatie waar je werkzaam bent of stage loopt. De onderzoeksopdracht die je daar uitvoert, vormt je afstudeeronderzoek. Daarbij gaat het er ook om dat je de tijdens de opleiding opgedane kennis verder verdiept en verbreedt. 2. De stage startbekwaam Om aan te tonen dat je de bekwaamheidseisen van de leraar voor VO/BVE op het niveau van de startbekwame leraar beheerst, voer je de laatste stage uit, je afstudeerstage. Indien mogelijk, doe je dit op je eigen werkplek in een onderwijssetting. Voor de richtlijnen en criteria voor deze stage wordt verwezen naar de handleiding stage startbekwaam 3. Studieloopbaancoaching (SLC) In de SLC komen het afstudeeronderzoek en de stage startbekwaam samen. Met een assessmentdossier en een afrondend assessmentgesprek kun je jouw handelen als leraar toelichten en verantwoorden. Voor richtlijnen en criteria voor deze SLC periode wordt verwezen naar de handleiding SLC Afstudeerperiode (in ontwikkeling). Deze handleiding richt zich op het afstudeeronderzoek. Onderwerpen voor het afstudeeronderzoek kunnen aangeboden worden door scholen in het voortgezet onderwijs, middelbare beroepsopleidingen in de regio of opleidingsinstituten in organisaties in het veld van gezondheidszorg en welzijn. Je kunt ook zelf een onderwerp inbrengen waarop je wilt afstuderen mits dit onderwerp is goedgekeurd door de stageverlenende instelling of werkgever van de student. Vervolgens wordt door het team van de LGW beoordeeld of de opdracht voldoet aan het niveau voor een afstudeeropdracht. De Kenniscentra van de kunnen ook een rol spelen bij de afstudeeronderzoeken die uitgevoerd worden. Het Kenniscentrum Talentontwikkeling bijvoorbeeld binnen de onderzoekslijn Doorstroom en doorlopende leerlijn VMBO-MBO-HBO en het Kenniscentrum Zorginnovatie voor onderzoek naar en ontwikkeling van bij- en nascholingstrajecten in de gezondheidszorg. Opdrachtgevers die zich een beeld willen vormen van de en de positionering van de LGW, worden verwezen naar het Profieldocument 2014 van de opleiding. 3

4 In deze handleiding worden achtereenvolgens de doelen, competenties, richtlijnen en criteria voor het afstudeeronderzoek en de begeleiding bij het afstudeeronderzoek van de Leraar Gezondheidszorg en Welzijn van beschreven. 4

5 2. Doelstelling van het afstudeeronderzoek bij de LGW Het doel van het afstudeeronderzoek Door het uitvoeren van een onderzoek en de presentatie van de resultaten daarvan, kun je aantonen dat je in staat bent om op methodische wijze een vraagstuk uit de beroepspraktijk te onderzoeken en dat je een bijdrage kunt leveren aan de ontwikkeling van de onderwijspraktijk. Centraal hierin staat dat je relevante conceptuele kaders (theorie) kunt toepassen; een bij de onderzoeksopdracht passende onderzoeksmethodiek kunt ontwerpen en uitvoeren; een bijdrage levert die leidt tot een voor de praktijk relevant innovatief beroepsproduct. Bij het uitvoeren van het onderzoek toon je aan dat je: een probleemstelling voor het onderzoek kunt formuleren en verantwoorden, waarbij zijn opgenomen: o de vraagstelling o het onderzoeksdoel o de afbakening van het onderzoek o context waarin het onderzoek plaatsvindt een onderzoeksopzet kunt maken die aansluit bij de vraag- en probleemstelling van het onderzoek een onderzoek kunt plannen een bronnenonderzoek kunt uitvoeren een (empirisch) onderzoek kunt uitvoeren onderzoeksgegevens kunt analyseren en daaruit conclusies kunt trekken de onderzoeksresultaten en de op basis daarvan ontwikkelde producten op professionele wijze kunt presenteren; kunt samenwerken met medestudenten en/of medewerkers uit de organisatie waar het onderzoek wordt uitgevoerd. 3. Competenties Tijdens het afstudeeronderzoek toon je aan dat je de Dublindescriptoren de Hbo-competenties) integraal kunt toepassen. Dit zijn de internationale afspraken die het Bachelorniveau omschrijven. de bekwaamheidseisen van de leraar gezondheidszorg en welzijn die van toepassing zijn bij dit afstudeeronderzoek, op het niveau van de startbekwame leraar kunt toepassen (Wet Beroepen in het Onderwijs). voor zover van toepassing is bij de afstudeeropdracht, de kennisbasis van de leraar gezondheidszorg en welzijn kunt integreren in de te ontwikkelen producten. De bekwaamheidseisen en de Dublindescriptoren zijn in de bijlagen 1 en 2 opgenomen. 5

6 4. Toetsing en eindcriteria voor afstuderen Bij de beoordeling van het afstudeeronderzoek worden 6 fases gehanteerd. 1. Oriëntatie op en analyse van de onderzoeksvraag: Formuleren van een probleemstelling met een vraagstelling en doelstelling 2. Onderzoeksplan 3. Literatuurstudie 4. Onderzoeksmethode en meetinstrumenten 5. Eindrapport en beroepsproduct 6. Presentatie van het onderzoek Voor de beoordelingscriteria wordt verwezen naar het beoordelingsformulier dat als apart document is opgenomen in de cursusmap in Natschool (cursus Afstuderen ). De eindbeoordeling wordt gegeven door twee beoordelaars: de docentbegeleider en een tweede beoordelaar van het docententeam LGW of van het Instituut voor Gezondheidszorg. De opdrachtgever geeft een beoordelingsadvies dat door de twee beoordelaars in hun beoordeling wordt betrokken. 5. Draaiboek In dit draaiboek zijn uitsluitend de begeleide uren opgenomen. Week Activiteiten Begeleid Totaal 3.1 Startbijeenkomst: 3 3 Introductie Onderzoeksplan 3.2 Werkcollege Onderzoeksplan 3 6 Formuleren van een onderzoeksvraag en deelvragen Gesprek/contact met afstudeerbegeleider Werkcollege Literatuurstudie 3 10 Gesprek/contact met afstudeerbegeleider / Werkcollege: 2 x onderzoeksmethode en meetinstrumenten Gesprek/contact met afstudeerbegeleider 2 x / Werkcollege: 2 x Analyse van onderzoeksgegevens Gesprek/contact met afstudeerbegeleider Werkcollege: 3 29 Schrijven van het eindrapport Gesprek/contact met afstudeerbegeleider Inleveren afstudeerproducten Digitaal in natschool 1 exemplaar op papier, ingebonden 4.7 / Beoordelen afstudeerproducten Afstuderen 3 36 Presentatie van afstudeerproducten 4.10 Diplomering

7 6. Voorwaarden die gesteld worden aan het afstudeeronderzoek Aan de inhoud van het afstudeeronderzoek worden vanuit de opleiding een aantal eisen gesteld. Deze eisen worden in dit hoofdstuk uitgewerkt. 6.1 Criteria waaraan het afstudeeronderzoek voldoet: De opdrachtgever formuleert in een opdrachtformulier wat de precieze onderzoeksopdracht is en aan welke inhoudelijke eisen het eindproduct moet voldoen. Je levert dit opdrachtformulier digitaal in, in natschool in de daarvoor bestemde inleveropdracht. De onderzoeksopdracht en de eisen van de opdrachtgever worden ter beoordeling voorgelegd aan de afstudeercommissie van de LGW. Deze commissie, bestaande uit medewerkers van het LGW-team, toetst of de opdracht en de eisen van de opdrachtgever passen binnen de criteria voor een afstudeeronderzoek en of de mate van complexiteit in overeenstemming is met het HBO-niveau. Een onderzoeksopdracht dient aan de onderstaande criteria te voldoen om goedgekeurd te worden door de afstudeercommissie van de LGW: de onderzoeksopdracht is relevant en actueel binnen het beroepenveld van de LGW en betreft een praktijkonderzoek. de onderzoeksopdracht biedt voldoende complexiteit, zodat je de mogelijkheid krijgt om aan te tonen dat je o de Dublindescriptoren (Hbo-competenties) beheerst. o de voor deze afstudeeropdracht relevante beroepscompetenties van de leraar beheerst; de context waarbinnen je de opdracht uitvoert, is authentiek: het dient plaats te vinden in de context van het onderwijs in de VO/BVE-sector of binnen een onderwijssetting in een organisatie voor gezondheidszorg of welzijn. 6.2 Omvang van het afstudeeronderzoek: De afstudeeropdracht wordt in de gestelde tijd van 420 studiebelastingsuren uitgevoerd. (Omvang is 15 ECTS met een gemiddelde belasting van 21 sbu per week) De opdrachtgever/c.q. werkgever bepaalt het aantal uren dat een student in de praktijk mag besteden aan het onderzoek. Indien je het afstudeeronderzoek uitvoert bij je werkgever, wordt door de werkgever in redelijkheid bepaald hoeveel uren hiervan in werktijd mogen vallen. Door de opdrachtgever wordt een beoordelingsadvies gegeven voor het product en het eindverslag van de afstudeeropdracht. 6.3 Afstemming met het beginniveau van de student: Als 4e jaars LGW student wordt van je verwacht dat je theoretisch goed op de hoogte bent van de ontwikkelingen in het onderwijs en de velden van gezondheidszorg en welzijn. Je bent theoretisch en in beginsel praktisch onderlegd in de werkwijze en principes van leerplanontwikkeling. Je hebt enkele jaren stage gelopen of bent werkzaam als docent in een onderwijsinstelling en je hebt daar de bij de opleiding behorende stageopdrachten in de vorm van KPB s (korte praktijkbeoordelingen) met minimaal een voldoende beoordeling aangetoond. Je hebt voorafgaand aan het afstudeeronderzoek binnen de opleiding aan kleine projecten gewerkt om je een beeld te kunnen vormen van methodisch werken en je de vaardigheden die nodig zijn bij het uitvoeren van een onderzoek eigen te maken. 7

8 6.4 Inhoud van het afstudeeronderzoek: Het onderzoek dient betrekking te hebben op een thema dat een relatie heeft met het onderwijs in de sector van VO/BVE en is gericht op het veld van gezondheidszorg en welzijn. Het afstudeeronderzoek kan gericht zijn op het binnenschools en/of het buitenschools leren. Concreet kan gedacht worden aan: Deelname aan een bestaande projectgroep in de instelling gericht op b.v. kwaliteitsbeleid, toetsbeleid, leerlingsystemen, etc. Voorwaarde is in dit geval dat je als student een afgebakende onderzoeksopdracht krijgt toegewezen binnen het geheel van het project. een specifieke onderzoeksopdracht o ter voorbereiding van de implementatie van een onderwijsvernieuwing o voor het ontwikkelen van onderwijs zoals een studiehandleiding met bijbehorende docentenhandleiding of een stageprogramma; o voor de evaluatie van een uitgevoerde onderwijsvernieuwing etc. 6.5 Producten van het afstudeeronderzoek: Het afstudeeronderzoek leidt tot een onderzoeksverslag en een beroepsproduct. Tevens schrijf je een metareflectie over je leerproces tijdens het werken aan het afstudeeronderzoek. Voor deze producten zijn beoordelingscriteria geformuleerd die zijn vastgelegd in het beoordelingsformulier (zie bijlage 1). 6.6 Presentatie van het afstudeeronderzoek: De presentatie van het afstudeeronderzoek vindt plaats op de waarbij de docenten van de LGW en medestudenten van de opleiding aanwezig zijn. De opdrachtgever en de begeleider uit de praktijk worden eveneens uitgenodigd om hierbij aanwezig te zijn. Tijdens de presentatie bied je de toehoorders de gelegenheid om vragen te stellen over zowel het onderwerp als de gehanteerde onderzoeksmethode. Voorwaarde voor de presentatie: Het afstudeeronderzoek dient met een voldoende beoordeling (cijfer 6 of hoger) beoordeeld te zijn om dit te kunnen presenteren. 8

9 7. Toelichting op de uitvoering van het afstudeeronderzoek In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe je aan het afstudeeronderzoek kunt werken en wat de globale planning van het onderzoekstraject is. 7.1 Omvang van de afstudeergroep Je kunt zelfstandig aan een afstudeeropdracht werken. Daarnaast is het mogelijk om met een groepje aan afstudeeropdracht uit te voeren. Een afstudeergroep bestaat uit 2 tot 4 studenten uit het vierde leerjaar van de LGW. Voorwaarde is dat iedere student aantoonbaar een eigen bijdrage levert aan de totstandkoming van het afstudeerproduct. Aan de hand van deze individuele bijdrage moet door de beoordelaars van het afstudeerproduct beoordeeld kunnen worden of de student voldoet aan de eindcriteria voor afstuderen. 7.2 Aanpak van de afstudeeropdracht Voordat je aan de slag kunt, is oriëntatie op de afstudeeropdracht noodzakelijk. Deze oriëntatie betekent kennis maken met de onderwijsorganisatie die de afstudeeropdracht heeft gegeven in het algemeen en het thema waarin de opdracht past in het bijzonder. Je doet dit bijvoorbeeld door middel van gesprekken met een contactpersoon uit de onderwijsorganisatie en het lezen van relevante nota's, literatuurstudie, en het ev. bijwonen van lessen en / of vergaderingen. Nadat je de problematiek m.b.t. het afstudeeropdracht in kaart hebt gebracht, maak je een onderzoeksplan. Hierin beschrijf je wat voor soort onderzoek je gaat uitvoeren en de weg waarlangs je tot het gewenste eindresultaat wilt komen. Een literatuuronderzoek maakt deel uit van de afstudeeropdracht. Je docentbegeleider beoordeelt of je van start kunt gaan met je voorgestelde onderzoeksplan of dat er nog aanpassingen nodig zijn. De docentbegeleider draagt zorg voor de begeleiding. Met haar/hem maak je afspraken over begeleidingsmomenten en bespreek je de vorderingen en obstakels in je onderzoek. De docentbegeleider geeft feedback op tussenproducten die je aan het einde van iedere onderzoeksfase inlevert. De docentbegeleider beoordeelt aan de hand van je tussenproducten of je verder kunt gaan met de volgende onderzoeksfase. Zonodig stel je een tussenproduct bij naar aanleiding van de ontvangen feedback, alvorens je verder kunt met je onderzoek. Tijdens de uitvoering van de afstudeeropdracht rapporteer je ook op gezette momenten aan de opdrachtgever over de voortgang van het onderzoek. De opdrachtgever heeft dan de gelegenheid om commentaar te geven en zo nodig bij te sturen. Het onderzoeksverslag en beroepsproduct worden beoordeeld door de afstudeerbegeleider en een tweede docent van de LGW. Het is mogelijk dat een docent van het Instituut voor Gezondheidszorg wordt benoemd tot tweede beoordelaar. De opdrachtgever geeft een beoordelingsadvies met behulp van een beoordelingsadviesformulier voor de opdrachtgever. 7.3 De planning van de afstudeerperiode Bij aanvang van het vierde studiejaar wordt in een groepsbijeenkomst SLC gestart met de introductie en uitleg van het afstudeeronderzoek. Je hebt dan tot het begin van kwartaal 3 de gelegenheid om je te oriënteren en een onderzoeksopdracht te verwerven op je stageschool of werkplek. Met je studieloopbaancoach kun je in die periode regelmatig van gedachten wisselen over een afstudeeronderzoek. In week 1 van het derde kwartaal beschik je over een goedgekeurde afstudeeropdracht. Indien dit niet het geval is, kan dat betekenen dat je studievertraging oploopt. Na goedkeuring van je afstudeeropdracht wordt vastgesteld welke docent je gaat begeleiden bij je afstudeeropdracht. 9

10 Globale planning: Kwartaal + week Activiteiten Kwartaal 1 1 Introductie afstudeerperiode Kwartaal Bespreken van de studieonderdelen en criteria voor het Afstudeeronderzoek KPB afstuderen SLC Opdracht verwerven voor afstudeeronderzoek ter goedkeuring voorleggen aan afstudeercommissie LGW Document: Go / no go Datum 2.7 Beoordeling afstudeeropdracht door afstudeercommissie LGW Zo nodig bijstellen van de afstudeeropdracht door opdrachtgever 2.9 Bijgestelde opdracht ter goedkeuring inleveren in N@tschool 2.9 / 2.10 Introductie van de onderzoeksopdracht en kennismaking met de opdrachtgever (voor zover nog van toepassing). Kwartaal Oriëntatie op de onderzoeksopdracht d.m.v. gesprekken en andere bronnen. Start schrijven van onderzoeksplan Verzamelen en raadplegen van relevante bronnen Probleemstelling opstellen Voorlopig onderzoeksplan opstellen Onderzoeksplan bespreken met opdrachtgever Onderzoek plan inleveren Go - No go Literatuurstudie uitvoeren Literatuur studie inleveren Go No go Kwartaal Uitvoeren van het onderzoek. Samenstellen van het beroepsproduct. 4.7 Inleveren van onderzoeksverslag en beroepsproduct Beoordelingsadvies vragen aan de opdrachtgever. Voorbereiden van de presentatie. Aanvraag getuigschrift bij de examencommissie. 15 juni Presentatie 29 juni Diplomering 6 juli

11 8. Begeleiding van de student tijdens het afstudeeronderzoek In dit hoofdstuk wordt de begeleiding beschreven waarmee je als student ondersteunt kan worden bij het werken aan je afstudeeronderzoek. De coördinatie van eht afsturen, dat rol van de docent van de LGW en de rol van de begeleider in de beroepspraktijk zijn in dit hoofdstuk uitgewerkt. 8.1 Coördinatie Voor de LGW coördineert de onderwijsmanager het afstuderen. De onderwijsmanager delegeert de bijbehorende taken naar de afstudeercommissie van de LGW: geven van voorlichting over het afstuderen; eindverantwoordelijkheid voor het goedkeuren van een voorstel voor de afstudeeropdracht; eindverantwoordelijkheid voor het begeleiden en beoordelen van de afstudeeropdracht; het oplossen van eventuele problemen in samenwerking met de afstudeerbegeleider en/of de tweede beoordelaar; het organiseren van de presentaties; het organiseren van de uitreiking van getuigschriften. 8.2 Docentbegeleider Vanuit de opleiding word je begeleid door een docent van de LGW. Deze wordt toegewezen bij aanvang van de afstudeerperiode (of, indien dit door een individuele situatie afwijkt van de reguliere schoolperiode, zodra je begint met je afstudeeronderzoek). De docentbegeleider coacht je vooral op de methodiek van het onderzoek, dat wil zeggen bij je het opzetten van je plan van aanpak, de literatuurstudie en het samenstellen van je eindrapport. Toelichting op de rol en functie van de docentbegeleider: 1. De docentbegeleider heeft in zijn functie van begeleider 6 klokuren tot zijn beschikking voor coaching/begeleiding bij en het geven van feedback op de producten die je ontwikkelt tijdens je afstudeeronderzoek 2. De docentbegeleider zet zich in om de begeleiding zo goed mogelijk te laten verlopen en is beschikbaar voor advies bij en feedback op producten die je ontwikkelt. 3. Indien dit noodzakelijk is, kan de docentbegeleider je op de werkplek bezoeken, contact opnemen met je afstudeerbegeleider en/of de opdrachtgever in de instelling. 4. De docentbegeleider bespreekt problemen aangaande de voortgang van je afstudeeronderzoek of de begeleiding in de instelling waar het onderzoek plaatsvindt, met de afstudeercommissie van de LGW en onderneemt (eventueel in overleg met de onderwijsmanager) passende maatregelen om deze problemen te bespreken en op te lossen. 5. De docentbegeleider heeft eveneens een beoordelende functie bij de beoordeling van je onderzoeksplan, literatuurstudie en de eindproducten. 8.3 Twee beoordelaars De afstudeercommissie van de LGW benoemt naast je docentbegeleider een tweede eindbeoordelaar. Deze beoordeelt het afstudeerwerk onafhankelijk van je docentbegeleider. Vervolgens stellen zij in overleg met elkaar de eindbeoordeling op van het afstudeeronderzoek. Dit doen zij aan de hand van het daarvoor geldende beoordelingsformulier. Het beoordelingsadvies van de opdrachtgever wordt bij de beoordeling betrokken. De eerste beoordelaar is altijd je docentbegeleider. De tweede beoordelaar kan ook een beoordelaar vanuit het IvG zijn. Beiden lezen en beoordelen eerst individueel de definitieve producten en nemen vervolgens deel aan het daartoe bestemde overleg om tot een gezamenlijk opgestelde beoordeling te 11

12 komen. Met ingang van januari 2013 is een derde, externe, beoordelaar aangewezen door het Landelijk Overleg Lerarenopleidingen G&W. Deze beoordeelt steekproefsgewijs of de afstudeeropdrachten van de LGW kwalitatief voldoen aan de landelijke standaard. 8.4 De afstudeerbegeleider in de praktijk Van de organisatie die de afstudeeropdracht heeft aangeboden, wordt verwacht dat zij een afstudeerbegeleider benoemt die je begeleidt bij je afstudeeronderzoek. Dit kan ook de persoon van de opdrachtgever zijn. Met je afstudeerbegeleider heb je gedurende het afstudeerproces op gezette tijden contact om je voortgang te bespreken. Het is jouw initiatief en verantwoordelijkheid om deze afspraken te maken. De afstudeerbegeleider in de praktijk heeft de volgende rollen en taken bij het afstuderen: ondersteunt jou bij het leren in de praktijk, geeft jou informatie over de organisatie en het onderwerp van je afstudeeronderzoek voor zover dit in de organisatie beschikbaar is, voert op jouw initiatief gesprekken met je over de voortgang, woont je presentatie van de eindresultaten bij op de werkplek indien dit gevraagd wordt door de opdrachtgever. is aanspreekpunt voor de docentbegeleider, geeft een beoordelingsadvies voor de samenwerking met jou en het eindproduct dat je hebt ontwikkeld spreekt je aan op je verantwoordelijkheid voor de voortgang van je onderzoek indien je in gebreke blijft. Kan contact opnemen met de docentbegeleider bij vragen of onduidelijkheden en ev. problemen die zich onverhoopt kunnen voordoen. Om jou goed te kunnen begeleiden is het van belang dat de afstudeerbegeleider minimaal een lerarenopleiding VO/BVE heeft afgerond. 8.5 Problemen Als jij een probleem ervaart, is het jouw taak om duidelijk te maken dat je een probleem hebt. Problemen tijdens het afstuderen bespreek je met je docentbegeleider. Ook spreek je er over met de afstudeerbegeleider en/ of de opdrachtgever. Soms kun je ook een collega of medestudent om hulp vragen. Het is de bedoeling dat je tijdens de begeleidingsbijeenkomsten op de opleiding ook onderling steun krijgt. Omdat de onderwijsmanager van de opleiding de eindverantwoordelijkheid draagt voor het afstuderen, kun je bij onoverkomelijke problemen of conflicten met je docentbegeleider, terecht bij de onderwijsmanager of bij de examencommissie (zie studiegids). 8.6 Ziekte en verlof Indien er door ziekte of andere omstandigheden oorzaken zijn waardoor de planning van je afstudeeronderzoek vertraging oploopt, zal er sprake zijn van een verlenging van de afstudeerfase. Je bespreekt de consequenties van de omstandigheden met je docentbegeleider en je afstudeerbegeleider. In een overleg met de opdrachtgever wordt besproken wat voor hem/de organisatie de consequenties zijn en of deze acceptabel zijn. Als dit het geval is, kan de voortgang van het afstudeeronderzoek aangepast worden. Mochten de consequenties voor de opdrachtgever niet acceptabel zijn, dan overleg je met je docentbegeleider over de voortgang van je onderzoek. 12

13 9. Wederzijdse verwachtingen De verwachtingen die vanuit de opleiding worden gesteld aan zowel de student als de opdrachtgever, worden hier beschreven. Voor verwachtingen die gesteld worden aan de docentbegeleider wordt verwezen naar hoofdstuk Wat wordt verwacht van de studenten? Tijdens de opleiding heb je ervaring opgedaan met onderzoek doen en projectmatig werken. Het uitvoeren van het afstudeeronderzoek is een leeractiviteit. Aan het eind van je opleiding wordt daarbij wel een hoge mate van zelfstandigheid verwacht. Tijdens het uitvoeren van je afstudeeronderzoek wordt verwacht dat je zelf verantwoordelijkheid neemt voor het leggen en onderhouden van contact met je docentbegeleider, afstudeerbegeleider en/of opdrachtgever over de voortgang van je afstudeeronderzoek. je houdt aan de Gedragscode Praktijkgericht onderzoek voor het HBO (HBO Raad, Vereniging van Hogescholen, 2010). De gedragscode is opgenomen in Natschool (zie map Communicatie/LGW) de informatie die aan jou wordt verstrekt door de opdrachtgever t.b.v. het afstudeeronderzoek vertrouwelijk behandelt, over de gang van zaken in de organisatie van een opdrachtgever aan derden geen mededelingen doet of dit uitsluitend binnen de eigen afstudeergroep bespreekt als dat in de context van het bespreken van je afstudeeronderzoek noodzakelijk is, in overleg met de opdrachtgever en de docent afspraken maakt over de uitvoering van het afstudeeronderzoek, de contactmomenten en de momenten waarop bepaalde producten kunnen worden verwacht, de docent en de opdrachtgever tijdig informeert als je een afspraak niet kunt nakomen en een nieuwe afspraak maakt. Een afspraak kan een contactmoment zijn of een tijdstip waarop een bepaald (concept)product wordt ingeleverd, tijdig hulp inroept van de docentbegeleider en/of de opdrachtgever bij problemen die je ervaart, in staat bent bij om bij aanvang met behulp van gedeelde sturing en vervolgens met losse sturing je afstudeeronderzoek uit te voeren. 9.2 Wat wordt verwacht van de opdrachtgever? Bij het afstudeeronderzoek is het van belang om de rollen van docentbegeleider (de docent van de LGW) en afstudeerbegeleider en/of opdrachtgever van elkaar te scheiden. De opdrachtgever of de door hem aangewezen vertegenwoordiger begeleidt je op de inhoud van het onderwerp van je afstudeeronderzoek. Om de uitvoerbaarheid van het afstudeeronderzoek te vergroten wordt van de opdrachtgevers verwacht dat zij: behulpzaam zijn bij de uitvoering van de opdracht, voorwaarden scheppen in de organisatie waar de opdracht wordt uitgevoerd, een afstudeerbegeleider benoemen voor het afstudeeronderzoek. Deze contactpersoon is gedurende het werken aan het afstudeeronderzoek het eerste aanspreekpunt en onderhoudt de contacten met de studenten en de docent begeleider. potentiële contactpersonen van te voren inlichten over de komst van de student eventueel de onderzoekspopulatie die door de student benaderd zal worden door middel van een brief op de hoogte brengt van het afstudeeronderzoek en de rol van de student daarin. relevante informatie aan de student verstrekt; dit kan zowel mondelinge als schriftelijke informatie zijn. 13

14 indien van toepassing: bij de introductie van het afstudeeronderzoek op school aanwezig is om met de studenten kennis te maken en het doel van de opdracht nader toe te lichten en zo mogelijk al relevante informatie te verstrekken aan de student. Tijdens de uitvoering van het afstudeeronderzoek heeft de opdrachtgever volgens gemaakte afspraken contact met de studenten en de docentbegeleider waarbij de opdrachtgever de stand van zaken en de tot op dat moment behaalde resultaten bespreekt. Aan de hand van een door de opleiding LGW verstrekt formulier zijn oordeel geeft over het eindproduct en de samenwerking met de student. 9.3 Hoeveel tijd kost de begeleiding voor de opdrachtgever? De tijd die een opdrachtgever nodig heeft om de studenten bij de afstudeeropdracht inhoudelijk te begeleiden is globaal als volgt in te delen; Gesprek met de student in de organisatie voorafgaand aan de afstudeerperiode om het onderwerp van het afstudeeronderzoek in kaart te brengen en definiëren Gesprek met de student in de tweede/derde week van de afstudeerperiode t.b.v. oriëntatie op de opdracht. De opdrachtgever plant ev. gesprekken met andere belangrijke contactpersonen uit de organisatie. Contacten leggen met of informeren van sleutelfiguren m.b.t. de afstudeeropdracht. Ev. schrijven van een brief voor de studenten die zij kunnen overleggen aan relevante personen om belangrijke informatie te kunnen bemachtigen. Wij adviseren om in overleg met de studenten te bepalen op welke momenten de opdrachtgever beschikbaar is voor de student, zodat hij de opdrachtgever dan telefonisch of ev. persoonlijk vragen kan stellen of op de hoogte brengen van de stand van zaken. Feedback geven op het een plan van aanpak en beoordelen van het eindverslag: in totaal kost dit ongeveer 3 uur. Wij stellen het op prijs als de opdrachtgever aanwezig is bij de presentatie van het eindproduct die oor de student wordt gegeven. Afhankelijk van de afstudeeropdracht gaan wij ervan uit dat de gemiddelde tijdsinvestering van de opdrachtgever/afstudeerbegeleider ongeveer 1 uur per week zal bedragen gedurende een periode van 16 weken. 14

15 10. Afstuderen bij een Kenniskring van de Hogeschool Studenten kunnen er ook voor kiezen om af te studeren bij een Kenniskring. Aan het Instituut voor gezondheidszorg zijn meerdere kenniskringen verbonden. Ook bestaat de mogelijkheid om af te studeren bij de Kenniskring Versterking beroepsonderwijs, die is verbonden aan het Instituut voor Lerarenopleidingen van de. Hogescholen in Nederland hebben sinds 2002 de maatschappelijke opdracht om de beroepspraktijk versterken. Om dit te realiseren, zijn de kenniskringen in het leven geroepen. Kenniskringen verbinden wetenschappelijk onderzoek en onderwijs met vraagstukken uit de praktijk. In een kenniskring buigen lectoren, onderzoekers, docenten en studenten zich gezamenlijk over probleemstellingen die een interdisciplinaire aanpak nodig hebben. De kenniskringen richten zich op kennisoverdracht, kennisverspreiding, kenniscirculatie en kennisontwikkeling. Onderwijs, Onderzoek en Dienstverlening De kenniskringen werken nauw samen met een aantal voor hen relevante opleidingen van de. In de kenniskringen verdiepen docenten, studenten en professionals uit de beroepspraktijk zich in vraagstukken die om een multidisciplinaire aanpak vragen. Onderzoek Op het gebied van onderzoek bieden kenniskringen de volgende mogelijkheden: het (laten) uitvoeren van onderwijsgebonden en/of praktijkgericht; publicaties van onderzoeksresultaten; regionaal, landelijk en internationaal een netwerk opbouwen. Dienstverlening Voor docenten van de opleidingen van de en voor professionals uit het beroepenveld bieden de kenniskringen diensten aan in de vorm van: cursussen en trainingen; masterclasses; seminars; lectorlezingen ronde tafelgesprekken Meer informatie over het afstuderen bij een kenniskring kan op verzoek worden geleverd. 15

16 BIJLAGE 1 Landelijke bekwaamheidseisen Leraar VO/BE Bekwaamheidseis 1 Interpersoonlijk bekwaam: hij maakt contact met de leerlingen/deelnemers en hij zorgt ervoor dat zij contact kunnen maken met hem en zich op hun gemak voelen hij biedt een kader waarbinnen de leerlingen/deelnemers hun eigen leerproces kunnen vormgeven en hij helpt de leerlingen/deelnemers daarbij hij schept een goed klimaat voor samenwerking met de leerlingen/deelnemers en tussen de leerlingen/deelnemers onderling Om te voldoen aan deze bekwaamheidseis moet de leraar voortgezet onderwijs en bve deze kennis hebben: hij is goed op de hoogte van communicatie- en omgangsvormen in de leefwereld van zijn leerlingen/deelnemers en in de (beroeps)praktijk waar zij zich op voorbereiden hij is op een praktisch niveau op de hoogte van communicatietheorieën, groepsdynamica en interculturele communicatie en kent vooral ook de implicaties daarvan voor zijn eigen doen en laten Bekwaamheidseis 2 Pedagogisch bekwaam hij vormt zich een goed beeld van het sociale klimaat in een groep, van het individuele welbevinden van de leerlingen/deelnemers en van de vorderingen die zij maken op het gebied van zelfstandigheid en verantwoordelijkheid hij ontwerpt op basis daarvan een plan van aanpak of een benadering om de leerlingen/deelnemers te begeleiden naar een veilig en harmonisch leef- en werkklimaat en om hun sociaal-emotionele en morele ontwikkeling te bevorderen in de richting van zelfstandigheid en verantwoordelijkheid hij voert dat plan van aanpak of die benadering uit hij evalueert dat plan van aanpak of die benadering en stelt het zonodig bij, voor de hele groep en ook voor individuele leerlingen/deelnemers hij signaleert problemen en belemmeringen in de sociaal-emotionele en morele ontwikkeling van leerlingen/deelnemers en stelt, eventueel samen met collega s, een passend plan van aanpak of benadering op Om te voldoen aan deze bekwaamheidseis moet de leraar voortgezet onderwijs en bve deze kennis hebben: hij is vertrouwd met de leefwereld van zijn leerlingen/deelnemers, hun basisbehoeften, hun verwachtingen, met de culturele bepaaldheid daarvan, en hij weet hoe hij daarmee om kan gaan hij is bekend met bedrijfsculturen waar de leerlingen/deelnemers in of na hun opleiding mee te maken krijgen hij is bekend met de sociaal-emotionele en morele ontwikkeling van tieners, jongvolwassenen en volwassenen, met de problemen en belemmeringen die zich daarbij kunnen voordoen en hij weet hoe hij die problemen in de praktijk kan signaleren en hoe hij daarmee om kan gaan hij is bekend met ontwikkelings- en opvoedingstheorieën, hij is vertrouwd met verschillende opvoedingspraktijken en met de culturele bepaaldheid daarvan; dit alles met name in hun consequenties voor het onderwijs en voor zijn doen en laten als leraar 16

17 hij heeft kennis van processen van identiteitsvorming, zingeving en waardenontwikkeling bij tieners, adolescenten en volwassenen én van de culturele bepaaldheid daarvan en hij weet welke consequenties hij hieraan moet verbinden voor zijn handelen Bekwaamheidseis 3 Vakdidactisch bekwaam: Om te voldoen aan deze bekwaamheidseis moet de leraar voortgezet onderwijs en bve het volgende doen: hij vormt zich een goed beeld van de mate waarin de leerlingen/deelnemers de leerinhoud beheersen en van de manier waarop ze hun werk aanpakken hij ontwerpt op basis daarvan gevarieerde leeractiviteiten die voor de leerlingen/deelnemers uitvoerbaar zijn, waaruit zij eventueel kunnen kiezen en die hen aanzetten tot zelfwerkzaamheid hij voert die leeractiviteiten samen met zijn leerlingen/deelnemers uit hij evalueert die leeractiviteiten en de effecten ervan en stelt ze zonodig bij, voor de hele groep maar ook voor individuele leerlingen/deelnemers hij signaleert leerproblemen en belemmeringen en stelt, eventueel samen met collega s, een passend plan van aanpak of benadering op Om te voldoen aan deze bekwaamheidseis moet de leraar voortgezet onderwijs en bve deze kennis hebben: hij heeft zelf een grondige kennis en beheersing van de leerinhouden waarvoor hij verantwoordelijk is en hij is op grond van eigen studie en eventueel werkervaring vertrouwd met de theoretische en (beroeps)praktische achtergronden daarvan hij kent het belang van die leerinhoud voor het toekomstige beroep en het dagelijks leven van de leerlingen/deelnemers hij kent op hoofdlijnen de leerinhoud van andere vakken of beroepen waarmee hij binnen zijn school of opleiding samenwerkt hij weet op hoofdlijnen wat en hoe zijn leerlingen/deelnemers geleerd hebben in het voorgaande onderwijs en hoe hij daarop kan aansluiten hij heeft kennis van (onderzoeksmatig) ontwerpen van onderwijs, didactieken en didactische leermiddelen, waaronder ict hij is bekend met verschillende onderwijs- en leertheorieën, met verschillende onderwijsarrangementen voor het voortgezet onderwijs en bve (onder andere actuele vormen van beroepsgerichte didactiek) en hij weet hoe hij die in praktijk kan brengen hij is vertrouwd met hoe leerlingen/deelnemers leren, wat hun leerbehoeften zijn, hoe zij zich ontwikkelen, welke problemen zich daarbij kunnen voordoen en hij weet hoe hij daarmee om kan gaan hij heeft kennis van de invloed van taalbeheersing en taalverwerving op het leren en hij weet hoe hij daar in zijn praktijk rekening mee moet houden hij heeft een praktische kennis van veel voorkomende leerstoornissen en onderwijsbelemmeringen en hij weet hoe hij daar mee om kan gaan hij heeft kennis van processen van identiteitsvorming, zingeving en waardenontwikkeling bij tieners, adolescenten en volwassenen én van de culturele bepaaldheid daarvan en hij weet welke consequenties hij hieraan moet verbinden voor zijn handelen Bekwaamheidseis 4 Organisatorisch bekwaam: Om te voldoen aan deze bekwaamheidseis moet de leraar voortgezet onderwijs en bve het volgende doen: hij hanteert op een consequente manier concrete, functionele en door de leerlingen/deelnemers gedragen procedures en afspraken hij biedt organisatievormen, leermiddelen en leermaterialen aan die leerdoelen en leeractiviteiten ondersteunen 17

18 hij houdt voor zijn onderwijs een planning aan die bij de leerlingen/deelnemers bekend is en waar zij hun eigen planning op kunnen afstemmen, en hij gaat adequaat om met tijd Om te voldoen aan deze bekwaamheidseis moet de leraar voortgezet onderwijs en bve deze kennis hebben: hij is bekend met die aspecten van (groeps- of) klassenmanagement die voor zijn vorm van onderwijs relevant zijn hij is bekend met de organisatorische aspecten van verschillende soorten leeromgevingen in de school en in het leerbedrijf, zoals open leercentrum, werkplekkenstructuur, beroepspraktijkvorming en praktijklessen Bekwaamheidseis 5 Bekwaam in het samenwerken met collega s Om te voldoen aan deze bekwaamheidseis moet de leraar voortgezet onderwijs en bve het volgende doen: hij deelt informatie die voor de voortgang van het werk van belang is met collega s en hij maakt gebruik van de informatie die hij van collega s krijgt hij levert een constructieve bijdrage aan verschillende vormen van overleg en samenwerken op school hij geeft en ontvangt collegiale consultatie en intervisie hij werkt met collega s (onderzoeksmatig) samen aan de ontwikkeling en verbetering van zijn school Om te voldoen aan deze bekwaamheidseis moet de leraar voortgezet onderwijs en bve deze kennis hebben: hij is op praktisch niveau bekend met methodieken voor samenwerking en intervisie hij is op een praktisch niveau op de hoogte van leerlingvolgsystemen en manieren om zijn eigen werk toegankelijk te administreren hij heeft enige kennis van organisatie- en bestuursvormen voor scholen in het voortgezet onderwijs en bve hij is op de hoogte van modellen voor kwaliteitszorg en methodieken voor onderwijsverbetering en schoolontwikkeling Bekwaamheidseis 6 Bekwaam in het samenwerken met de omgeving Om te voldoen aan deze bekwaamheidseis moet de leraar voortgezet onderwijs en bve het volgende doen: hij geeft op professionele manier informatie over de leerlingen/deelnemers aan ouders en andere belanghebbenden en hij maakt gebruik van de informatie die hij van hen krijgt hij zorgt in overleg met de leerling en andere betrokkenen voor afstemming tussen het leren in en buiten de school en voor duidelijkheid over ieders verantwoordelijkheid en bijdrage hierin hij neemt op een constructieve manier deel aan verschillende vormen van overleg met mensen en instellingen buiten de school hij verantwoordt zijn professionele opvattingen en werkwijze met betrekking tot een leerling aan ouders en andere belanghebbenden en past in gezamenlijk overleg zonodig zijn werk met die leerling aan Om te voldoen aan deze bekwaamheidseis moet de leraar voortgezet onderwijs en bve 18

19 deze kennis hebben: hij is bekend met de leefwereld van ouders of verzorgers en met de culturele achtergronden van de leerlingen/deelnemers en hij weet hoe hij daar rekening mee moet houden in zijn doen en laten als leraar hij is op de hoogte van de professionele infrastructuur waar zijn school onderdeel van is hij is bekend met de cultuur en de actuele gang van zaken in het bedrijfsleven waarin zijn leerlingen/deelnemers participeren en weet hoe hij daar als leraar mee om kan gaan hij is bekend met de regelgeving en samenwerkingsprocedures tussen zijn school en bedrijven en instellingen waarmee wordt samengewerkt hij weet hoe hij ervoor kan zorgen dat het binnen- en buitenschoolse leren en de interne en externe begeleiding van zijn leerlingen/deelnemers goed op elkaar zijn afgestemd Bekwaamheidseis 7 Bekwaam in reflectie en ontwikkeling Om te voldoen aan deze bekwaamheidseis moet de leraar voortgezet onderwijs en bve het volgende doen: hij werkt planmatig aan de ontwikkeling van zijn bekwaamheid, op basis van een goede analyse van zijn competenties hij stemt de ontwikkeling van zijn bekwaamheid af op het beleid van de school en de ontwikkeling en afspraken binnen het team hij maakt bij die ontwikkeling gebruik van informatie van leerlingen/deelnemers en collega s (in school en bedrijf) en ook van collegiale hulp in de vorm van bijvoorbeeld intervisie en supervisie Om te voldoen aan deze bekwaamheidseis moet de leraar voortgezet onderwijs en bve deze kennis hebben: hij is op de hoogte van actuele ontwikkelingen in het bedrijfsleven en de maatschappij die relevant zijn voor zijn onderwijs hij is op de hoogte van de onderwijspraktijk in andere scholen voor voortgezet onderwijs en bve en van actuele ontwikkelingen op het gebied van inhouden, werkwijzen en organisatievormen in het voortgezet onderwijs en bve hij is op de hoogte van actuele ontwikkelingen op het gebied van de pedagogiek en de didactiek die relevant zijn voor zijn onderwijs hij heeft voldoende gedragspsychologische kennis om zijn eigen gedrag en dat van anderen te begrijpen en te analyseren 19

20 BIJLAGE 2 Dublindescriptoren (HBO-competenties) Dublin descriptoren vertaald naar opleidingsvereisten van de. Kwalificaties van de Bachelor. (C.v.B. besluit 4 nov.2003) Hieronder volgt een nadere uitwerking van de Dublin descriptoren ten behoeve van de opleidingen van de (HR). In deze uitwerking zijn de 10 generieke kwalificaties voor HBO-niveau van de HBO-raad en de 7 competenties van de Algemene Beroepsvaardigheden voor de afgestudeerde HBO-er van de HR verwerkt. (Notitie Algemene Beroepsvaardigheden wat bedoelen we concreet? (De Dublin descriptoren zijn vet gedrukt) 1. Kennis en inzicht De bachelor heeft aantoonbare kennis en inzicht van een vakgebied, waarbij wordt voortgebouwd op het niveau bereikt in het voortgezet onderwijs en dit wordt overtroffen. De bachelor functioneert doorgaans op een niveau waarop met ondersteuning van gespecialiseerde handboeken, enige aspecten voorkomen waarvoor kennis van de laatste ontwikkelingen in het vakgebied vereist is Opleidingskwalificaties 1. Uit de beschrijving van programmaonderdelen van de opleiding blijkt dat studenten kennis en inzichten bestuderen uit vakliteratuur en gespecialiseerde handboeken op het gebied van het relevante beroepsdomein en beroepsrelevante takken van wetenschap. 2. Deze kennis en inzichten weerspiegelen aantoonbaar de laatste ontwikkelingen. 3. Uit de beschrijving van programmaonderdelen van de opleiding en toets-/studieopdrachten van studenten blijkt dat studenten deze kennis en inzichten toepassen bij het oplossen van aan de beroepspraktijk ontleende vraagstukken en opdrachten. 4. Uit documenten blijkt dat en op welke wijze het studieprogramma qua inhoud aansluit bij de kwalificaties van instromende studenten. 2. Toepassen kennis en inzicht De bachelor is in staat om zijn/haar kennis en inzicht op dusdanige wijze toe te passen, dat dit een professionele benadering van zijn/haar werk of beroep laat zien. De bachelor beschikt verder over competenties voor het opstellen en verdiepen van argumentaties en voor het oplossen van problemen op het vakgebied Opleidingskwalificaties 1. Uit het studieprogramma en toets-studieopdrachten van studenten blijkt dat studenten hebben geleerd om in reële en aan de praktijk ontleende beroepssituaties vraagstukken en opdrachten methodisch en oplossingsgericht aan te pakken, waarbij het probleem niet vooraf is gedefinieerd en waarvoor geen standaard oplossing voorhanden is. 2. Uit het studieprogramma en toets-/studieopdrachten van studenten blijkt dat studenten zich een professionele benadering hebben eigengemaakt, d.w.z. dat zij hebben geleerd: a. kennis en inzicht op het gebied van managementvaardigheden toe te passen middels participatie in beroepsrelevante instellingen of organisaties b. effectief samen te werken in een groep en samen te werken met vertegenwoordigers van verwante en niet verwante beroepen bij het oplossen van beroepsproblemen. c. beroepsrelevante kennis, inzichten en vaardigheden uit verschillende takken van wetenschap en beroepsdomeinen te integreren bij de aanpak van vraagstukken en opdrachten. d. over de grenzen van het eigen beroep te kijken e. in ieder geval met ICT-toepassingen om te gaan zoals geformuleerd in het digitaal rijbewijs. f. voor het beroep relevante geautomatiseerde informatie- en registratiesystemen te gebruiken. 3. Uit door studenten uitgewerkte toets-/studieopdrachten blijkt dat de studenten zich competenties hebben eigen gemaakt t.a.v. het opstellen en uitdiepen van argumentaties betreffende het oplossen van problemen zoals die tijdens de beroepsuitoefening naar voren komen. 20

21 3. Oordeelsvorming De bachelor is in staat om relevante gegevens te verzamelen en interpreteren (meestal op het vakgebied) met het doel een oordeel te vormen dat mede gebaseerd is op het afwegen van relevante sociaal- maatschappelijke, wetenschappelijke of ethische aspecten Opleidingskwalificaties 1. Uit de beschrijving van programmaonderdelen en toets-/studieopdrachten van studenten blijkt dat studenten hebben geleerd relevante data te verzamelen en te interpreteren 2. Uit de beschrijving van programmaonderdelen en toets-/studieopdrachten van studenten blijkt dat studenten hebben geleerd (wetenschappelijk) onderzoek te interpreteren, 3. Uit de beschrijving van programmaonderdelen en toets-/studieopdrachten van studenten blijkt dat studenten hebben geleerd aan de hand van data zich een oordeel te vormen zoals dat nodig is bij de uitoefening van het toekomstige beroep. 4. Uit de beschrijving van het studieprogramma en toets-/studieopdrachten blijkt dat studenten leren relevante sociaal-maatschappelijke, wetenschappelijke of ethische aspecten in hun oordeelsvorming te betrekken. 4. Communicatie De bachelor is in staat om informatie, ideeën en oplossingen over te brengen op een publiek bestaande uit specialisten of niet-specialisten Opleidingskwalificaties Uit de beschrijving van het studieprogramma en de beoordeling hierop blijkt dat studenten hebben geleerd : - adequaat en correct mondeling, schriftelijk en non-verbaal te communiceren met een publiek bestaande uit specialisten en niet specialisten binnen een werksituatie - adequaat en correct te communiceren met diverse professionals - adequaat mondeling en schriftelijk te communiceren in de Engelse taal - kritisch te reflecteren op het eigen gedrag in een werksituatie (communiceren staat voor adequaat overbrengen van informatie, ideeën en oplossingen) 5. Leervaardigheden De bachelor bezit de leervaardigheden die noodzakelijk zijn om een vervolgstudie die een hoog niveau van autonomie veronderstelt. Opleidingskwalificaties 1. Uit de beschrijving van programmaonderdelen en toets-/studieopdrachten van studenten blijkt dat studenten hebben geleerd eigen leerdoelen te stellen en op grond daarvan een eigen persoonlijk ontwikkelingsplan en studieactiviteitenplan te formuleren. 2. Uit de beschrijving van programma onderdelen en toets-studieopdrachten blijkt dat studenten leren te reflecteren op eigen sterke en te verbeteren competenties. 3. Uit het studieprogramma is af te leiden dat de studenten worden beoordeeld op het ontwikkelen van een houding om zich op een hoog niveau van autonomie middels studie blijvend te ontwikkelen. 21

O 1 Inter-persoonlijk competent

O 1 Inter-persoonlijk competent V O 1 Inter-persoonlijk competent hij maakt contact met de leerlingen/deelnemers en hij zorgt ervoor dat zij contact kunnen maken met hem en zich op hun gemak voelen hij biedt een kader waarbinnen de leerlingen/deelnemers

Nadere informatie

HANDLEIDING AFSTUDEEROPDRACHT. Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn. Hogeschool Rotterdam

HANDLEIDING AFSTUDEEROPDRACHT. Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn. Hogeschool Rotterdam HANDLEIDING AFSTUDEEROPDRACHT Studiejaar 2015-2016 Instituut voor Gezondheidszorg Rochussenstraat 198 3015 EK Rotterdam 1 Inhoud: Pagina 1. Inleiding 3 2. Doel van de afstudeeropdracht bij de LGW 4 3.

Nadere informatie

COMPETENTIE 1: INTERPERSOONLIJK COMPETENT

COMPETENTIE 1: INTERPERSOONLIJK COMPETENT DE SBL competenties COMPETENTIE 1: INTERPERSOONLIJK COMPETENT De leraar primair onderwijs moet ervoor zorgen dat er in zijn groep een prettig leef- en werkklimaat heerst. Dat is de verantwoordelijkheid

Nadere informatie

Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG

Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG Bijlage 3 SFORMULIER EINDPRODUCT PDG Naam deelnemer: Gabriëlle Copini Beoordelaar: Ella ten Barge ROC/AOC: Friesland College Paraaf beoordelaar: Eindproduct (aankruisen) in beeld/lesgeven op pad/ecursie

Nadere informatie

Bijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODCUCT PDG

Bijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODCUCT PDG Bijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODCUCT PDG Naam deelnemer: Gabriëlle Copini Beoordelaar: Ella ten Barge ROC/AOC: Friesland College Eindproduct (aankruisen) X in beeld/lesgeven op pad/ecursie aan

Nadere informatie

1 Interpersoonlijk competent

1 Interpersoonlijk competent 1 Interpersoonlijk competent De leraar primair onderwijs moet ervoor zorgen dat er in zijn groep een prettig leefen werkklimaat heerst. Dat is de verantwoordelijkheid van de leraar primair onderwijs en

Nadere informatie

Om te voldoen aan deze bekwaamheidseis moet de leraar primair onderwijs het volgende doen:

Om te voldoen aan deze bekwaamheidseis moet de leraar primair onderwijs het volgende doen: 1 Interpersoonlijk competent De leraar primair onderwijs moet ervoor zorgen dat er in zijn groep een prettig leefen werkklimaat heerst. Dat is de verantwoordelijkheid van de leraar primair onderwijs en

Nadere informatie

5. Product ontwikkeld binnen het KIGO project Doorlopende Coach Actieve coach ; penvoerder was Edudelta College.

5. Product ontwikkeld binnen het KIGO project Doorlopende Coach Actieve coach ; penvoerder was Edudelta College. SBL competenties toegespitst op de Doorlopende Coach 1. Type product/dienst Instrument 2. Doelgroep Docenten/begeleiders Teamleiders/locatieleiders 3. Hoe competent ben jij als doorlopende coach? Deze

Nadere informatie

1/8. Voor leerkrachten zijn 7 bekwaamheden geformuleerd:

1/8. Voor leerkrachten zijn 7 bekwaamheden geformuleerd: 1/8 informatie Wet BIO In de Wet BIO staat de kwaliteit van het onderwijspersoneel centraal, want daarmee staat of valt de kwaliteit van het onderwijs. Het doel van de Wet BIO is: een minimumniveau van

Nadere informatie

Bijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG

Bijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG Bijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG Naam deelnemer: Gabriëlle Copini Beoordelaar: Gerwin Haveman ROC/AOC: Friesland College Paraaf beoordelaar: Eindproduct (aankruisen) in beeld/lesgeven x

Nadere informatie

Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG

Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG Naam deelnemer: Gabriëlle Copini Beoordelaar: Gerwin Haveman ROC/AOC: Friesland College Paraaf beoordelaar: Eindproduct (aankruisen) in beeld/lesgeven op

Nadere informatie

Competenties in relatie tot het Protocol Vermoedens van huiselijk geweld, mishandeling, verwaarlozing en seksueel misbuik

Competenties in relatie tot het Protocol Vermoedens van huiselijk geweld, mishandeling, verwaarlozing en seksueel misbuik Competenties in relatie tot het Protocol Vermoedens van huiselijk geweld, mishandeling, verwaarlozing en seksueel misbuik Competenties Het werken met een protocol, zoals het protocol Vermoedens van huiselijk

Nadere informatie

Bekwaamheidseisen of competenties docenten LD

Bekwaamheidseisen of competenties docenten LD Bekwaamheidseisen of competenties docenten LD Bekwaamheidseisen docenten LD vmbo en havo/vwo. (tekst: Wet op de beroepen in het onderwijs en Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel / 2006). 1. Zeven

Nadere informatie

Bekwaamheidseisen of competenties docenten LC

Bekwaamheidseisen of competenties docenten LC Bekwaamheidseisen of competenties docenten LC Bekwaamheidseisen docenten LC vmbo en havo/vwo. (tekst: Wet op de beroepen in het onderwijs en Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel / 2006). 1. Zeven

Nadere informatie

Bijlage BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG

Bijlage BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG Bijlage BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG Naam deelnemer: Gabriëlle Copini Beoordelaar: Matt Huntjens ROC/AOC: Friesland College Paraaf beoordelaar: Eindproduct (aankruisen) in beeld/lesgeven op pad/excursie

Nadere informatie

1 Interpersoonlijk competent

1 Interpersoonlijk competent 1 Interpersoonlijk competent De leraar voortgezet onderwijs en bve moet ervoor zorgen dat er in de groepen waarmee hij werkt, een prettig leef- en werkklimaat heerst. Dat is de verantwoordelijkheid van

Nadere informatie

1 Interpersoonlijk competent

1 Interpersoonlijk competent 1 Interpersoonlijk competent De leraar voorbereidend hoger onderwijs moet ervoor zorgen dat er in de groepen waarmee hij werkt, een prettig leef- en werkklimaat heerst. Dat is de verantwoordelijkheid van

Nadere informatie

ROC Friese Poort. UITSTEKEND GOED x VOLDOENDE NOG NIET VOLDOENDE

ROC Friese Poort. UITSTEKEND GOED x VOLDOENDE NOG NIET VOLDOENDE BIJLAGE D: SFORMULIEREN BEROEPSPRODUCTEN Bij de beroepsproducten wordt steeds een variant op onderstaand formulier gebruikt. De nadere invulling van de variant is afhankelijk van de geselecteerde criteria

Nadere informatie

Beroepsproduct (aankruisen) Datum: UITSTEKEND GOED x VOLDOENDE NOG NIET VOLDOENDE

Beroepsproduct (aankruisen) Datum: UITSTEKEND GOED x VOLDOENDE NOG NIET VOLDOENDE BIJLAGE D: SFORMULIEREN BEROEPSPRODUCTEN Bij de beroepsproducten wordt steeds een variant op onderstaand formulier gebruikt. De nadere invulling van de variant is afhankelijk van de geselecteerde criteria

Nadere informatie

CP Resultaten QuickScan

CP Resultaten QuickScan CP Resultaten QuickScan Interpersoonlijk competent 1.1 Hij maakt contact met de leerlingen en hij zorgt ervoor dat zij contact kunnen maken met hem en zich op hun gemak voelen. score: 83% 1.2 Hij geeft

Nadere informatie

Beroepsproduct (aankruisen) Datum: UITSTEKEND GOED x VOLDOENDE NOG NIET VOLDOENDE

Beroepsproduct (aankruisen) Datum: UITSTEKEND GOED x VOLDOENDE NOG NIET VOLDOENDE BIJLAGE D: SFORMULIEREN BEROEPSPRODUCTEN Bij de beroepsproducten wordt steeds een variant op onderstaand formulier gebruikt. De nadere invulling van de variant is afhankelijk van de geselecteerde criteria

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2005 460 Besluit van 23 augustus 2005, houdende vaststelling van bekwaamheidseisen voor leraren in het basisonderwijs, het speciaal en voortgezet

Nadere informatie

1 Interpersoonlijk competent

1 Interpersoonlijk competent 1 Interpersoonlijk competent De leraar voortgezet onderwijs en bve moet ervoor zorgen dat er in de groepen waarmee hij werkt, een prettig leef- en werkklimaat heerst. Dat is de verantwoordelijkheid van

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

Competenties en bekwaamheden van een Daltonleerkracht

Competenties en bekwaamheden van een Daltonleerkracht Naam: School: Daltoncursus voor leerkrachten Competenties en bekwaamheden van een Daltonleerkracht Inleiding: De verantwoordelijkheden van de leerkracht zijn samen te vatten door vier beroepsrollen te

Nadere informatie

Bekwaamheidseisen leraren

Bekwaamheidseisen leraren Concept eindversie december 2003 Bekwaamheidseisen leraren Stichting Beroepskwaliteit Leraren en ander onderwijspersoneel 2 Inleiding Wat goed onderwijs is, wordt bepaald door de samenleving. Die stelt

Nadere informatie

Eindbeoordeling van het assessment Startbekwaam (op grond van portfolio, presentatie en criterium gericht interview)

Eindbeoordeling van het assessment Startbekwaam (op grond van portfolio, presentatie en criterium gericht interview) Eindbeoordeling van het assessment Startbekwaam (op grond van portfolio, presentatie en criterium gericht interview) Student: Opleidingsassessor: Studentnummer:. Veldassessor:. Datum: Een startbekwaam

Nadere informatie

Reflectie-instrument leerkrachten Het Barlake

Reflectie-instrument leerkrachten Het Barlake Reflectie-instrument leerkrachten Het Barlake Maak talenten van leerkrachten bespreekbaar november 2010 Verantwoording In het kader van de functiemix is ons gevraagd om een instrument te zoeken waarmee

Nadere informatie

Programma van toetsing

Programma van toetsing Programma van toetsing Inleiding In samenwerking met onderwijskundige experts hebben we ons programma van toetsing ontworpen. Het programma van toetsing is gevarieerd en bevat naast kennistoetsen en beoordelingen

Nadere informatie

Aantekenformulier van het assessment PDG

Aantekenformulier van het assessment PDG Aantekenformulier van het assessment PDG Kandidaat: Assessor: Datum: Een startbekwaam docent voldoet aan de bekwaamheidseisen voor leraren in het tweedegraadsgebied (zie competentie 1 t/m 7 op de volgende

Nadere informatie

Plan onderzoek OS Boss po Bijlage 7. Kenniscentrum Talentontwikkeling

Plan onderzoek OS Boss po Bijlage 7. Kenniscentrum Talentontwikkeling Plan onderzoek OS Boss po Bijlage 7 Kenniscentrum Talentontwikkeling Visie op Onderzoek in Opleidingsschool BOSS po Binnen OS BOSS po streven we ernaar om leerkrachten op te leiden die onderzoekend, intentioneel

Nadere informatie

Alle competenties moeten met voldoende zijn beoordeeld

Alle competenties moeten met voldoende zijn beoordeeld BEOORDELINGSFORMULIER / Artistieke Praktijk II jaar 4 Blad 1 Toetscode: Datum: Handtekening student: Beoordelaar 1: Handtekening beoordelaar 1: Beoordelaar 2: Handtekening beoordelaar 2: Extern deskundige:

Nadere informatie

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs Uit: Besluit van 16 maart 2017 tot wijziging van het Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel en het Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel BES in verband

Nadere informatie

Programma van toetsing

Programma van toetsing Programma van toetsing Programma van toetsing Versie 1.1 Con Amore B.V. Inleiding In samenwerking met onderwijskundige experts hebben we een nieuw programma van toetsing ontworpen. We zijn afgestapt van

Nadere informatie

1. Interpersoonlijk competent

1. Interpersoonlijk competent 1. Interpersoonlijk competent De docent BVE schept een vriendelijke en coöperatieve sfeer in het contact met deelnemers en tussen deelnemers, en brengt een open communicatie tot stand. De docent BVE geeft

Nadere informatie

competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan

competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan Samenwerken Omgevingsgericht/samenwerken Reflectie en zelfontwikkeling competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan Competentieprofiel stichting Het Driespan, (V)SO

Nadere informatie

COMPETENTIEPROFIEL LB-DOCENT ECONOMIE

COMPETENTIEPROFIEL LB-DOCENT ECONOMIE 1 COMPETENTIEPROFIEL LB-DOCENT ECONOMIE N.B. Daar waar hij staat kan ook zij gelezen worden. 2 1. Kwaliteit is erop gericht het beste te halen uit zijn eigen talenten en competenties en uit die van de

Nadere informatie

Competentievenster 2015

Competentievenster 2015 Windesheim zet kennis in werking Competentievenster 2015 TWEEDEGRAADS LERARENOPLEIDING WINDESHEIM Inleiding 3 Het competentievenster van de tweedegraads lerarenopleidingen van Hogeschool Windesheim vormt

Nadere informatie

De ontwikkeling van de Mondriaan methode VISIE OP PROFESSIONALISEREN

De ontwikkeling van de Mondriaan methode VISIE OP PROFESSIONALISEREN M.11i.0419 De ontwikkeling van de Mondriaan methode VISIE OP PROFESSIONALISEREN versie 02 M.11i.0419 Naam notitie/procedure/afspraak Visie op professionaliseren Eigenaar/portefeuillehouder Theo Bekker

Nadere informatie

PR V1. Beroepscompetentie- profiel RBCZ therapeuten

PR V1. Beroepscompetentie- profiel RBCZ therapeuten PR 180724 V1 Beroepscompetentie- profiel Afgeleid van de niveaubepaling NLQF, niveau 6 heeft RBCZ kerncompetenties benoemd voor de complementair/alternatief therapeut. Als uitgangspunt zijn de algemene

Nadere informatie

KPB 1: Lesgeven en Stageverslag

KPB 1: Lesgeven en Stageverslag Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn 2014-2015 KPB 1: Lesgeven en Stageverslag Cursuscode Cohort 2013: LGWKLG01P1 (bachelor); LGAKLG01P1 (associate) Cohort 2014: LGWKLG01P1 (bachelor); LGAKLG01P1

Nadere informatie

SWOT-ANALYSE. 1 Interpersoonlijk competent. 1.1 Eisen. 1.2 Mijn ontwikkelpunten. 1.3 Mijn leerdoelen

SWOT-ANALYSE. 1 Interpersoonlijk competent. 1.1 Eisen. 1.2 Mijn ontwikkelpunten. 1.3 Mijn leerdoelen SWOT-ANALYSE Met een SWOT-analyse breng ik mijn sterke en zwakke punten in kaart. Deze punten heb ik vervolgens in verband gebracht met de competenties van en leraar en heb ik beschreven wat dit betekent

Nadere informatie

Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn Cursuswijzer Stage afstuderen 2015-2016

Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn Cursuswijzer Stage afstuderen 2015-2016 Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn Cursuscode: LGWSTG00P4 (Cohort 2012 en 2013) Cursusnaam: Stage Studiepunten: 12 Inhoudsopgave Inleiding 3 Hoofdstuk 1 De stage-opdracht 4 Hoofdstuk 2 Toetsing

Nadere informatie

Competentieprofiel Onderwijsondersteuner niveau 2 (rudimentaire versie)

Competentieprofiel Onderwijsondersteuner niveau 2 (rudimentaire versie) Competentieprofiel Onderwijsondersteuner niveau 2 (rudimentaire versie) Regie: Calibris (Hanny Vroom) / SBL (Frank Jansma) Datum 22 januari 2008 Versie 1.0 Inhoudsopgave Voorwoord 3 Inleiding 4 Beroepsbeschrijving

Nadere informatie

LERAREN OPLEIDING GEZONDHEIDSZORG EN WELZIJN STAGEBELEID 2014-2018

LERAREN OPLEIDING GEZONDHEIDSZORG EN WELZIJN STAGEBELEID 2014-2018 1 LERAREN OPLEIDING GEZONDHEIDSZORG EN WELZIJN STAGEBELEID 2014-2018 September 2014 Lerarenopleiding G&W Instituut voor Gezondheidszorg Rochussenstraat 198 3015 EK Rotterdam INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding

Nadere informatie

Studiehadleiding. Opleiding: hbo-masteropleiding Islamitische Geestelijke Verzorging

Studiehadleiding. Opleiding: hbo-masteropleiding Islamitische Geestelijke Verzorging Studiehadleiding Opleiding: hbo-masteropleiding Islamitische Geestelijke Verzorging Naam onderwijseenheid: Methoden en vaardigheden voor praktijkonderzoek Code onderwijseenheid: HBOMIGV015MV Jaar: Onderwijsperiode:

Nadere informatie

INSTITUUT THEO THIJSSEN. Afstudeerfase ITT Totaaloverzicht. DAG/DAV 4/VO 2 Studiejaar

INSTITUUT THEO THIJSSEN. Afstudeerfase ITT Totaaloverzicht. DAG/DAV 4/VO 2 Studiejaar INSTITUUT THEO THIJSSEN Afstudeerfase ITT Totaaloverzicht DAG/DAV 4/VO 2 Studiejaar 2013-2014 1 Inhoud Inleiding... 3 Verantwoording... 4 Verantwoording Afstudeerfase in schema: Matrix competenties/dublin

Nadere informatie

De 6 Friesland College-competenties.

De 6 Friesland College-competenties. De 6 Friesland College-competenties. Het vermogen om met een open enthousiaste houding nieuwe dingen aan te pakken. Het vermogen jezelf steeds beter te leren kennen. Het vermogen om in te schatten in welke

Nadere informatie

van, voor en door de leraar Discussienota Uitgangspunten Herijking Bekwaamheidseisen

van, voor en door de leraar Discussienota Uitgangspunten Herijking Bekwaamheidseisen van, voor en door de leraar Discussienota Uitgangspunten Herijking Bekwaamheidseisen Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 / De kern en inhoud als uitgangspunt... 4 1.1 de kern... 4 1.2 de inhoud... 5 Hoofdstuk 2

Nadere informatie

Leraar basisonderwijs LB

Leraar basisonderwijs LB Leraar basisonderwijs LB Functiewaardering: 43343 43333 43 33 Salarisschaal: LB Werkterrein: Onderwijsproces -> Leraren Activiteiten: Beleids- en bedrijfsvoeringsondersteunende werkzaamheden, overdragen

Nadere informatie

Competenties / bekwaamheden van een daltonleerkracht

Competenties / bekwaamheden van een daltonleerkracht Competenties / bekwaamheden van een daltonleerkracht Tijdens de DON bijeenkomst van 13 november 2013 hebben we in kleine groepen (daltoncoördinatoren en directeuren) een lijst met competenties/bekwaamheden

Nadere informatie

Informatie over het Afstuderen

Informatie over het Afstuderen Informatie over het Afstuderen In dit document ontvangt u een overzicht van het doel, de verwachtingen, eisen en voorbeelden van afstudeeropdrachten van studenten van de Academie voor Algemeen en Financieel

Nadere informatie

Pedagogisch Didactisch Getuigschrift

Pedagogisch Didactisch Getuigschrift HOGESCHOOL ROTTERDAM Pedagogisch didactisch getuigschrift Pedagogisch Didactisch Getuigschrift Handleiding voor de coach Instituut voor Lerarenopleidingen Versie 24.11.16 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3

Nadere informatie

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Feedforward en beoordeling Afstudeeronderzoek eindfase studiejaar 2014-2015 VT-DT Feedforwardformulier afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

ASSESSMENT STARTBEKWAAM MINOR 2 HJK of HOK Beoordelingsformulier Criteriumgericht interview en reflectie

ASSESSMENT STARTBEKWAAM MINOR 2 HJK of HOK Beoordelingsformulier Criteriumgericht interview en reflectie ASSESSMENT STARTBEKWAAM MINOR 2 HJK of HOK Beoordelingsformulier Criteriumgericht interview en reflectie Naam student: Klas: Fase: startbekwaam NHL emailadres: 1 e kans / herkansing / algehele herkansing

Nadere informatie

BPV. Profiel praktijkopleider. Norm. Toelichting. Aanpak. Prestatie

BPV. Profiel praktijkopleider. Norm. Toelichting. Aanpak. Prestatie pagina 1 4 Profiel praktijkopleider Norm Een praktijkopleider speelt in het leerbedrijf een cruciale rol in het succesvol opleiden van onderwijsdeelnemers tot goed geschoolde vakmensen. Het is daarom dat

Nadere informatie

Instituut voor Sociale Opleidingen

Instituut voor Sociale Opleidingen Instituut voor Sociale Opleidingen Naar een nieuwe opleiding Social Work In september 2016 start Hogeschool Rotterdam met de nieuwe opleiding Social Work. Dit betekent dat eerstejaars studenten (die in

Nadere informatie

Competenties en bekwaamheidseisen geoperationaliseerd naar drie niveaus Fontys Pabo s

Competenties en bekwaamheidseisen geoperationaliseerd naar drie niveaus Fontys Pabo s 1 Competenties en bekwaamheidseisen geoperationaliseerd naar drie niveaus Fontys Pabo s In onderstaande tabellen zijn steeds de letterlijke teksten van competenties en bekwaamheidseisen opgenomen zoals

Nadere informatie

Functieprofiel: Docent Functiecode: 0104

Functieprofiel: Docent Functiecode: 0104 Functieprofiel: Docent Functiecode: 0104 Doel Voorbereiden en uitvoeren van ontwikkelde onderwijsonderdelen en participeren in uitvoering van onderwijsevaluaties en ontwikkeling en/of onder begeleiding

Nadere informatie

Taal, Media en Communicatie

Taal, Media en Communicatie BrVTTaalMediaCommdef 29-09-2011 12:39 Pagina 1 Handleiding voor bedrijfsmentoren Beroepenveld Taal, Media en Communicatie Begeleiden van ICT-studenten Opleidingen Afstuderen / stage Journalistiek Communicatie

Nadere informatie

Portfolio. Pro-U assessment centrum. Eigendom van:

Portfolio. Pro-U assessment centrum. Eigendom van: Pro-U assessment centrum Eigendom van: Blad 1 Persoonlijke gegevens Naam en voorletters Adres Postcode en woonplaats Telefoonnummer Mobiel nummer Onderwijsinstelling E-mailadres Docentbegeleider Geboortedatum

Nadere informatie

Competentiekaarten. Het competentiekader. Drie niveaus. De competentiekaarten. Met de competentiekaarten. Competentiekaarten oktober 2017

Competentiekaarten. Het competentiekader. Drie niveaus. De competentiekaarten. Met de competentiekaarten. Competentiekaarten oktober 2017 Competentiekaarten Het competentiekader Drie niveaus De opleidingscompetenties worden geclusterd rondom de beroepsrollen van Pedagoog, Didacticus en Teamlid. De persoon als leraar kleurt deze rollen. De

Nadere informatie

Wanneer is onderzoek goed: de kwaliteitscriteria

Wanneer is onderzoek goed: de kwaliteitscriteria Management, finance en recht Wanneer is onderzoek goed: de kwaliteitscriteria De verwarring voorbij Naar hernieuwd zelfvertrouwen Congres Praktijkgericht onderzoek in het HBO Amersfoort, 11 december 2012

Nadere informatie

JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2. (her)toetsing Griekse grammatica en

JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2. (her)toetsing Griekse grammatica en BIJLAGE 1 Toetsplan Bacheloropleiding Taal en Cultuur 2014-2015 JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2 week 1-7 colleges week 8/9/10, 20 week 11-16, 19 colleges week 21/22, 30 Griekse grammatica en LQG010P05

Nadere informatie

Stand van zaken ontwikkeling afstudeerrichtingen 2 e graads lerarenopleidingen NHL

Stand van zaken ontwikkeling afstudeerrichtingen 2 e graads lerarenopleidingen NHL 160624 Stand van zaken afstudeerrichtingen 2 e graads lerarenopleidingen NHL Inleiding: Vanaf november 2015 is een projectgroep van NHL- en werkveldcollega s bezig geweest met de kaders voor de afstudeerrichtingen

Nadere informatie

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies Toetsplan Masteropleiding Studies 2017-2018 JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2 vaktitel vakcode week 1-7 colleges week 8/9/10 (her)toetsing week 11-17 colleges week 18/19/20 (her)toetsing Conflicten in het

Nadere informatie

Voorwoord Bieden van zorg en ondersteuning op basis van een werkplanning

Voorwoord Bieden van zorg en ondersteuning op basis van een werkplanning Voorwoord Voor u ligt een proeve van bekwaamheid voor de opleiding Helpende Zorg & Welzijn, niveau 2, voor de kerntaak 1: Bieden van zorg en ondersteuning op basis van een werkplanning Deze proeve sluit

Nadere informatie

BEKWAAMHEIDSEISEN leraren VO met niveau-indicatoren jaar 3

BEKWAAMHEIDSEISEN leraren VO met niveau-indicatoren jaar 3 BEKWAAMHEIDSEISEN leraren VO met niveau-indicatoren jaar 3 1. INTERPERSOONLIJK COMPETENT De leraar die interpersoonlijk competent is, geeft op een goede manier leiding aan leerlingen (individueel en in

Nadere informatie

Het gekleurde vakje is het vereiste niveau voor het voltooien van de oriënterende stage, het kruisje geeft aan waar ik mezelf zou schalen

Het gekleurde vakje is het vereiste niveau voor het voltooien van de oriënterende stage, het kruisje geeft aan waar ik mezelf zou schalen Daniëlle Ramp, competentie ontwikkeling, oriënterende stage 1. Interpersoonlijk competent Contact maken Stimuleren om op een eigen manier te leren Klimaat voor scheppen 2. Pedagogisch competent Begeleiding

Nadere informatie

Leren & Innoveren. Informatiedossier ten behoeve van en verzoek tot inschrijving voor de masteropleiding

Leren & Innoveren. Informatiedossier ten behoeve van en verzoek tot inschrijving voor de masteropleiding (niet invullen) Inschrijfnummer: datum van binnenkomst: datum intakegesprek: Informatiedossier ten behoeve van en verzoek tot inschrijving voor de masteropleiding Leren & Innoveren Hogeschool Inholland

Nadere informatie

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Hogeschool van Arnhem en Nijmegen Faculteit Educatie Instituut voor Leraar en School Feedforward en beoordeling Afstudeeronderzoek eindfase studiejaar 2014-2015 VT-DT Feedforwardformulier afstudeeronderzoek:

Nadere informatie

Overzicht kerntaken, werkprocessen, prestatie-indicatoren gekoppeld aan examenproducten

Overzicht kerntaken, werkprocessen, prestatie-indicatoren gekoppeld aan examenproducten Overzicht kerntaken, werkprocessen, prestatie-indicatoren gekoppeld aan examenproducten Kerntaak 1 Organiseert het leerproces van de (lerende) medewerker in de praktijk Werkproces Prestatie-indicator Examenproduct

Nadere informatie

Informatie voor aanbieders van werkplekken voor bachelor- en Associate degreestudenten

Informatie voor aanbieders van werkplekken voor bachelor- en Associate degreestudenten Werkplekleren Informatie voor aanbieders van werkplekken voor bachelor- en Associate degreestudenten Doel van deze brochure U bent benaderd door een student van Aeres Hogeschool Wageningen met de vraag

Nadere informatie

Non satis scire WP 4 Pilot opzet peer feedback. Aanleiding

Non satis scire WP 4 Pilot opzet peer feedback. Aanleiding Non satis scire WP 4 Pilot opzet peer feedback Aanleiding De lerarenopleiding van de Rijksuniversiteit Groningen werkt mee aan het SURF-project Nonsatis scire. In het kader van dit project wordt een pilot

Nadere informatie

Competentieprofiel onderwijsassistent voor de periode 2012-2015

Competentieprofiel onderwijsassistent voor de periode 2012-2015 Competentieprofiel onderwijsassistent voor de periode 2012-2015 De volgende competentie domeinen zijn beschreven: Competentie 1: Competentie 2: Competentie 3: Competentie 4: Competentie 5: Competentie

Nadere informatie

Breidt netwerk min of meer bij toeval uit. Verneemt bij bedrijven wensen voor nieuwe

Breidt netwerk min of meer bij toeval uit. Verneemt bij bedrijven wensen voor nieuwe Accountmanager Accountmanager onderhoudt relaties met bedrijven en organisaties met het doel voor praktijkleren binnen te halen. Hij kan nagaan welke bedrijven hebben, doet voorstellen voor bij bedrijven

Nadere informatie

Competentiemeter docent beroepsonderwijs

Competentiemeter docent beroepsonderwijs Competentiemeter docent beroepsonderwijs De beschrijving van de competenties in deze competentiemeter is gebaseerd op: - de bekwaamheidseisen uit de Algemene Maatregel van Bestuur als uitwerking van de

Nadere informatie

DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR

DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR DEEL B VAN DE ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING VAN DE BACHELOROPLEIDING ROEMEENSE TAAL EN CULTUUR 2015-2016 Deel B: opleidingsspecifiek deel 1. Algemene bepalingen Artikel 1.1 Begripsbepalingen Artikel 1.2

Nadere informatie

Proeve van Bekwaamheid. kerntaak 2. Uitvoeren van taken ten behoeve van het jongerenwerk, de organisatie en het beroep

Proeve van Bekwaamheid. kerntaak 2. Uitvoeren van taken ten behoeve van het jongerenwerk, de organisatie en het beroep Proeve van Bekwaamheid kerntaak 2 Uitvoeren van taken ten behoeve van het jongerenwerk, de organisatie en het beroep ROC van Amsterdam,augustus 2007 Voorwoord Voor u ligt een proeve van bekwaamheid voor

Nadere informatie

15 16 Evaluatie Docentencursus Zuyd, juni Inhoudsopgave. 1 Algemeen...1

15 16 Evaluatie Docentencursus Zuyd, juni Inhoudsopgave. 1 Algemeen...1 15 16 Evaluatie Docentencursus Zuyd, juni 2016 Inhoudsopgave 1...1 2 Hoofdsectie...2 1 Geef bij de onderstaande stellingen aan of u ermee zeer mee oneens/oneens/eens/zeer mee eens bent, dan wel neutraal

Nadere informatie

Hieronder wordt de procedure voor de beoordeling van de bekwaamheid van de student in de beroepspraktijk kort weergegeven.

Hieronder wordt de procedure voor de beoordeling van de bekwaamheid van de student in de beroepspraktijk kort weergegeven. Procedure en criteria voor het beoordelen van studenten in de beroepspraktijk Hieronder wordt de procedure voor de beoordeling van de bekwaamheid van de student in de beroepspraktijk kort weergegeven.

Nadere informatie

Studiehandleiding afstudeeronderzoek Hbo-master Islamitische Geestelijke Verzorging Islamitische Universiteit van Europa Versie 1 oktober 2017

Studiehandleiding afstudeeronderzoek Hbo-master Islamitische Geestelijke Verzorging Islamitische Universiteit van Europa Versie 1 oktober 2017 Studiehandleiding afstudeeronderzoek Hbo-master Islamitische Geestelijke Verzorging Islamitische Universiteit van Europa Versie 1 oktober 2017 De afronding van de opleiding: stage en afstudeeronderzoek

Nadere informatie

Faculteit der Geesteswetenschappen. Bachelor scriptiereglement voor de opleidingen: Nederlandse Taal en cultuur Taal en communicatie

Faculteit der Geesteswetenschappen. Bachelor scriptiereglement voor de opleidingen: Nederlandse Taal en cultuur Taal en communicatie Faculteit der Geesteswetenschappen Bachelor scriptiereglement voor de opleidingen: Nederlandse Taal en cultuur Taal en communicatie Vastgesteld door de Examencommissie CoH op 21 februari 2019 Preambule

Nadere informatie

A CLIENTSYSTEEM. 1 Intake

A CLIENTSYSTEEM. 1 Intake 1 Intake A CLIENTSYSTEEM De arts oriënteert zich op (claim-aan)vragen, weet vraagstellingen te formuleren, kan adequaat verwijzen en weet op hoofdlijn consequenties te schetsen binnen verschillende verzekeringssystemen.

Nadere informatie

BA 1 NTC Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4 vaktitel vakcode 7 collegewekeweken. tentamen. schriftelijk. schriftelijk. tentamen. tentamen.

BA 1 NTC Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4 vaktitel vakcode 7 collegewekeweken. tentamen. schriftelijk. schriftelijk. tentamen. tentamen. BIJLAGE 1 Toetsplan Bacheloropleiding Nederlandse Taal en Cultuur 2014-2015 BA 1 NTC Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4 7 collegewekeweken 3 toetsweken 7 college- blok 1 weken blok 2 weken blok 3 Academisch schrijven

Nadere informatie

Lijst met de zeven SBL-competenties, de bijbehorende bekwaamheidseisen en gedragsindicatoren voor docenten

Lijst met de zeven SBL-competenties, de bijbehorende bekwaamheidseisen en gedragsindicatoren voor docenten Lijst met de zeven SBL-competenties, de bijbehorende bekwaamheidseisen en gedragsindicatoren voor docenten 1. Interpersoonlijk competent Een interpersoonlijk competente leraar/lerares schept een vriendelijke

Nadere informatie

Interpersoonlijk competent

Interpersoonlijk competent Inhoudsopgave Inhoudsopgave...0 Inleiding...1 Interpersoonlijk competent...2 Pedagogisch competent...3 Vakinhoudelijk & didactisch competent...4 Organisatorisch competent...5 Competent in samenwerken met

Nadere informatie

Leren & Innoveren. Informatiedossier ten behoeve van en verzoek tot inschrijving voor de masteropleiding

Leren & Innoveren. Informatiedossier ten behoeve van en verzoek tot inschrijving voor de masteropleiding (niet invullen) Inschrijfnummer: datum van binnenkomst: datum intakegesprek: Informatiedossier ten behoeve van en verzoek tot inschrijving voor de masteropleiding Leren & Innoveren Hogeschool Inholland

Nadere informatie

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Graduaat Maatschappelijk werk Module Geïntegreerde competentieverwerving 3. Lestijden 40

ECTS-fiche. 1. Identificatie. Graduaat Maatschappelijk werk Module Geïntegreerde competentieverwerving 3. Lestijden 40 ECTS-fiche 1. Identificatie Opleiding Graduaat Maatschappelijk werk Module Geïntegreerde competentieverwerving 3 Code Ad3 Lestijden 40 Studiepunten n.v.t. Ingeschatte totale 120 studiebelasting (in uren)

Nadere informatie

Toetsplan Bacheloropleiding Informatiekunde 2014-2015

Toetsplan Bacheloropleiding Informatiekunde 2014-2015 Toetsplan Bacheloropleiding 2014-2015 BA 1 IK Blok 1 Blok 2 Blok 3 Blok 4 7 collegewekeweken 3 toetsweken 7 college- 2 blok 1 weken blok 2 weken blok 3 toetsweken blok 4 opdrachten schr. tent. schr. tent.

Nadere informatie

Studiehandleiding Ba-scriptie Kunsten, Cultuur en Media

Studiehandleiding Ba-scriptie Kunsten, Cultuur en Media Studiehandleiding Ba-scriptie Kunsten, Cultuur en Media Titel: Ba-scriptie Kunsten, Cultuur en Media Vakcode: LWX999B10 Opleiding: Kunsten, Cultuur en Media Studiefase: Bachelor 3 e jaar/ KCM Major Periode:

Nadere informatie

ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk Fase 3 (jaar 3)

ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk Fase 3 (jaar 3) ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk 2018-2019 Fase 3 (jaar 3) Kerntaak 1: Pedagogische adequaat handelen: opbouwende relatie met kinderen ontwikkelen, leiding geven aan de groep, zorgen voor een goed

Nadere informatie

Format voor het plan van aanpak voor het aanvragen van een ster

Format voor het plan van aanpak voor het aanvragen van een ster Format voor het plan van aanpak voor het aanvragen van een ster Uitwerking Domein Gezondheidszorg Hogeschool Utrecht Honoursforum GZ Onderwerp / thema: Naam student: Studentnummer: Opleiding: Studiejaar

Nadere informatie

Scoreformulier Pro-U assessments Lijst met beoordelingen op SBL competenties en indicatoren

Scoreformulier Pro-U assessments Lijst met beoordelingen op SBL competenties en indicatoren Scoreformulier Pro-U assessments Lijst met beoordelingen op SBL competenties en indicatoren Let op: momenteel wordt gewerkt aan een instrument dat beoordeelt aan de hand van de nieuwe bekwaamheidseisen

Nadere informatie

FUWA-VO Voorbeeldfunctie docent LD Type 1

FUWA-VO Voorbeeldfunctie docent LD Type 1 FUWA-VO Voorbeeldfunctie docent LD Type 1 Functie-informatie Functienaam Docent LD Type 1 Salarisschaal 12 Functiebeschrijving Context De werkzaamheden worden uitgevoerd binnen een instelling voor voortgezet

Nadere informatie

Bijlage 5: Formulier tussenevaluatie

Bijlage 5: Formulier tussenevaluatie Bijlage 5: Formulier tussenevaluatie Formulier tussenevaluatie Naam student: Studentnummer: Naam school / onderwijsinstelling: Naam werkplekbegeleider: Naam instituutsopleider: Datum: Beoordeling Niet

Nadere informatie

BPV werkboek. Technicus elektrotechnische industriële installaties en systemen niveau 4 BBL Crebonummer: BPV-werkboek 25262/versie sept.

BPV werkboek. Technicus elektrotechnische industriële installaties en systemen niveau 4 BBL Crebonummer: BPV-werkboek 25262/versie sept. BPV werkboek Technicus elektrotechnische industriële installaties en systemen niveau 4 BBL Crebonummer: 25262 Naam student: BPV-werkboek 25262/versie sept. 16 1 Inhoudsopgave 1 Algemeen...3 1.1 Begin en

Nadere informatie

Instructiedocument studenten Stageregeling. Bedrijfskunde. expertisecentrum@fm.ru.nl

Instructiedocument studenten Stageregeling. Bedrijfskunde. expertisecentrum@fm.ru.nl Instructiedocument studenten Stageregeling Bedrijfskunde expertisecentrum@fm.ru.nl Introductie Als student Bedrijfskunde van de Radboud Universiteit Nijmegen is het mogelijk om studiepunten toegekend te

Nadere informatie

Toetsing Let op! Belangrijke data:

Toetsing Let op! Belangrijke data: Toetsing De toetsing voor dit leerarrangement Praktijkgericht Onderzoek LA5-jaar 1, bestaat uit twee onderdelen: 1. Een (schriftelijke) onderzoeksopzet; 2. Een (mondelinge) presentatie van (de kern van)

Nadere informatie