1. Begin van de klasdag : 2. Onthaal: (zie dagklapper) 3. Spelen in de klas :

Transcriptie

1 klasafspraken 1. Begin van de klasdag : Vanaf 8.05u. brengen de ouders de kls. naar de klas. Speelgoed blijft thuis. De kinderen die toch speelgoed mee hebben mogen dit laten zien aan de andere en steken deze in de boekentas of geven ze terug mee met mama/papa De kinderen hangen hun jassen weg aan hun icoontje en zetten hun tassen in de kast. Vervolgens gaan ze spelen in de klas Om 8.30u ruimen de kleuters de kring op en om 8.35u start het ochtendritueel. 2. Onthaal: (zie dagklapper) 3. Spelen in de klas : De leerkracht of Saar overloopt de keuze-activiteiten met de kls. bank per bank mogen de kinderen hun icoontje nemen en rustig kiezen tussen hoeken en activiteiten. In elk hoek hangt een hoekenbord hier plaatsten ze de kinderen hun icoontje. Als ze klaar zijn met spelen ruimen ze hun deel op en nemen ze hun icoontje mee naar de volgende hoek. 4. Toiletten : De kls. gaan samen met de leerkracht naar het toilet : voor de speeltijd, voor het middageten en na de middag. ( afgesproken momenten tussen de leerkrachten onderling om wachttijden te vermijden ). De kinderen mogen tijdens de lessen naar de wc gaan, mist toestemming van de juf. De kls. van de 2de kleuterklas gebruiken de kleine toiletten. Meisjes gebruiken de meisjestoiletten, jongens de jongenstoiletten ( pictogrammen op toiletten ) De kleuters maken een rij voor de wc. Om de beurten gaan ze naar de wc, als ze klaar zijn vormen ze een rij voor de deur. De leerkrachten houden toezicht bij de toiletten en hebben aandacht voor : doorspoelen, geen papierresten op de grond,... Houroe of leerkrachten vullen zeep, handdoeken, toiletpapier,... aan. Tijdens de lessen gaan kls. alleen naar het toilet ( controle van leerkracht ) uurtje : De kinderen doen hun jassen aan, juf helpt waar nodig Kindje van de dag haalt de vuilnisbak. De kls. Nemen hun eigen koek en drankje uit de boekentas en plaatsen zich op de banken in de gang.( geen frisdrank of sportdranken). Liefst water. Als ze klaar zijn gooien hun eigen papiertjes in de vuilbak. (er zijn geen brikjes of capri sun toegelaten, als kinderen ze toch bij hebben wordt dit ongeopend terug in de boekentas gestoken en mag de kleuter water van de kraan drinken.) Op woensdag enkel fruit gegeten. Als kleuters toch koeken bij hebben worden deze terug weggestoken. De kleuters hebben hun eigen potje fruit bij en eten

2 6.Speelplaats deze gezellig op. Als alles op is worden de potjes terug in de boekentas gestoken. De boekentas wordt terug in de witte kastjes geplaatst. Speeltijden : 10.15u. tot 10.30u u.tot 13.30u u. tot 14.30u. Elke leerkracht begeleidt haar klas naar binnen /buiten. De kls. spelen binnen de afgesproken zone ( NIET voorbij de rode lijnen, dit zijn de grenslijnen van de speelplaats )! De leerkrachten houden controle op vuilbakken en toiletten. De kls. kruipen niet op het dak van de trein. Afspraken i.v.m. de zandbak : niet lopen op de platen van de zandbak, zand blijft in de zandbak, niet met zand gooien. Afspraken i.v.m. de glijbaan : kls. gebruiken de trap, één voor één van de glijbaan. Afspraken i.v.m. ballen op school : enkel mousse ballen, GEEN lederen ballen! Bij regen of regenweer wordt er niet met een bal gespeeld. EHBO vindt je in de studio : leerkrachten in de studio verzorgen de gewonde kl. Bij belsignaal gaan de kleuters op de slangen / gekleurde stip staan. De slangen hebben de kleur van de klas. De kleuters van de 2de kleuterklas staan op de groene slang / stip. Elke leerkracht begeleidt haar klas naar binnen. Speelzaal Bij regenweer spelen we in de speelzaal. In de speelzaal wordt niet gelopen ( om uitglijden te vermijden ), van banken gesprongen, met ballen gespeeld. Bij fout/stout gedrag worden de kleuters (na een verwittiging) even opzij gezet, zo kunnen ze rustig worden of nadenken over hun fout/stout gedrag. EHBO vindt je in de studio : leerkrachten in de studio verzorgen de gewonde kl. Bij belsignaal gaan de kleuters op de banken zitten en gaan gezamenlijk met de juffen naar binnen. 7. Middageten ( Refter ): De leerkracht begeleidt haar klas naar de refter. Elke klas heeft zijn eigen tafels. De kinderen mogen kiezen waar ze aan deze tafels zitten. Ze nemen hun brooddoos, drankje,.... De kls. die naar huis gaan, wachten in de refter op mama, papa, zus/broer,.... De kls. eten in stilte hun brood op bij juf. Nick. Na het eten steken de kinderen alles terug in de boekentas. Als de leerkracht die toezicht heeft op de speelplaats de kinderen komt halen, zetten ze hun boekentas op de juist plaats. Ze doen hun jassen aan. Vervolgens begeleiden de juffen hen naar buiten om gaan te spelen. 8. Einde van de klasdag: De kls. maken zich klaar om naar huis te gaan : jassen aandoen, boekentassen nemen.

3 De kls. nemen plaats in de onthaalhoek. We eten gezamenlijk ons potje fruit op. De leest nog een verhaaltje of overloopt de dag met de kleuters. De kls. worden door hun ouders afgehaald in de klas. De kleuters van de klas worden niet met buggy s afgehaald aan de klas. Deze blijven buiten staan. Alleen Kleine baby s in buggy s mogen door de gang. Na de schooluren eten en drinken de kinderen niet meer in de gang, hun 4uutje wordt buiten genuttigd. De kls. die in de nabewaking blijven worden naar juf. TESS gebracht 9. Ict : De kls. worden vertrouwd gemaakt met de computer, ipad, fotocamera,.. Door de klascomputer staan leerkrachten in verbinding met elkaar, directie,.... De leerkrachten worden bijgeschoold door de ict-coördinator. De leerkrachten zorgen geregeld voor nieuw materiaal voor de website. De leerkrachten bezorgen regelmatig een en tekst voor de fanpagina van het school. De foto s op de facebook pagina mogen geen gezichten van de kinderen vertonen en bevad en link naar onze website. Hier kunnen de ouders alle foto s bezichtingen. Isabellalei/ ?sk=photos+albums Het schoolwerkplan in terug te vinden op: Agenda : Klasagenda van de leerkracht wordt ingevuld a.d.h.v. de ontwikkelingsaspecten voor de kleuterschool ( ontwikkelingsplan ) en worden gekoppeld aan de leerplannen en decretale ontwikkelingsdoelen. De ouders worden op de hoogte gehouden door brieven die via de kls. Worden meegegeven. Deze worden op de website gezet. De ouders worden zoveel mogelijk aan de klasdeur aangesproken om de iniciatieven te laten leven. Dit document is terug te vinden op schoolwerkplan. 11. inschrijvingsbeleid: Zie directie 12. Jaarkalender : De leerkrachten maken een jaarplanning op : hierbij wordt rekening gehouden met feesten, projecten, uitstappen, traditionele thema s,.... Andere thema s worden ingevuld naar eigen idee, wensen en noden van de kls. Naar aanleiding van een gebeurtenis of interesse van kls. kunnen thema s gewijzigd en aangepast worden.

4 13. Taal: Verschillende handleidingen met hun bijhorende materialen: o Taal-materiaal o Taal-verhaal o Taal- centraal o confetti 15. Hoekenwerk /contract werk: Niet van toepassing in de 2 de kleuterklas 14. Frans Wordt pas aangeboden in de 3de kleuterklas. 16. Spelling: Zie taal 17. W.O Verschillende handleidingen met hun bijhorende materialen: o Confetti, o Voorbij de hoge bergen, o Axenroos, o Meer om het lijf + praatplaten, o Doos vol gevoelens, o Tv, video,dvd, dia-projecter, projector,... o Omgevingsboek van de school, o Didactische boeken 19 Muzische vorming De kleuterschool beschikt over liedjes- en versjesboeken, muziekinstrumenten, cassetterecorder, Tijdschriften van handige handjes/kinderhandje Praktijkboek bij het leerplan muzische opvoeding, Een didactisch materialenhok (kosteloos materiaal,...) Poppenkastpoppen, poppenkastscenario, verkleedskleren,... Op het einde van het jaar krijgen de kinderen een liedjes en versjes bundel mee naar huis. 18. Wiskunde Verschillende handleidingen met hun bijhordende materialen: o Confetti, o Wiskundige initiatie rond meten, o Wiskundige initiatie rond getallen, o Wiskundige initiatie rond ruimte. 20. L.O. : De kleuters gaan 2 x turnen o Maandag: :20 o Vrijdag: 10:30 11:20 De kleuters moeten turnpantoffels aan doen in de turnzaal. Ze mogen niet met hun buitenschoenen in de zaal komen. Verschillende handleidingen met bijhorende materialen: o Kleuters bewegen, o Bewegingsontwikkelin g bij peuters, o Dag Jules, o Schrijfdans,... o Turnzaal met groot materiaal (plinten, trampoline, wescoblokken,...) o Turnzaal met klein materiaal (ballen, pittenzakken, parachute,...) o Fietsen, loopfietsen

5 21 GOK. Gok wordt op verschillende manieren vertaald naar de kinderen. Kinderen met moeilijkheden worden individueel uit de klas gehaald, om samen met de GOK leerkracht te werken aan de ontwikkelingsachterstand of moeilijkheden. De Gok-leerkracht kan ook met groepjes in de klasomgeving te werk gaan. 23 Schrijven: Verschillende handleindingen: Schrijfdans Confetti 22. Zwemmen Niet van toepassing voor 2de kleuterklas. 24. toetsen en foutanalyse De kinderen leggen 3 keer per jaar een cobi tv test af. o 1 ste keer begin december o 2 de keer einde maart o 3 de keer begin juni Zo testen we de kinderen op taalontwikkeling. 25. Observaties : Invullen van fiche algemene ontwikkelings-en-vorderingslijn KO : begin-en-eindsituatie noteren : september en juni vorderingen opvolgen : kerst - pasen - eind juni Invullen witte fiche : individuele Kleuter-Leerlingvolgfiche : Heilig Hart basisschool Dit zit allemaal in een rood kaftje per kleuter en wordt doorgegeven naar het volgende leerjaar. De Mdo s, begin en eindsituaties worden nu op qwesti gezet. Overige afspraken Woensdag is de klasdag gedaan om 11:55u. Er is geen opvang. Mist echt een probleem de ouders doorverwijzen naar directie. Een verjaardag vieren doen wij met een droge cake. Geen slagroomtaarten. Er worden voor een verjaardag geen uitdeelzakjes toegestaan. Als de ouders toch iets willen geven, mogen ze altijd een klascadeautjes geven. De kleuters krijgen in het begin van het jaar een agenda en een agenda zakje. Als de ze kwijt of kapot is wordt er van de ouder verwacht bij de klas juf een nieuwe aan te kopen.

6 Dagklapper 1 Aankomst in de klas Verloop - De kinderen proberen individueel hun eigen jas uit te doen, de juf /de mama helpt waar nodig. - Kinderen hangen hun jas aan hun kapstok (icoontje) - Ze zetten hun boekentas in het kastje op het juiste icoontje - Nemen afscheid van mama en papa en gaan vervolgens de kinderen in de kring zitten. Doelen Axenroos 1 zich emotioneel goed voelen Een veilige sfeer ervaren bij de leidster Zich veilig voelen op een plaats in de klas waar je de leidster kan zien Zich veilig voelen in een kleine/grotere groep kleuters Kan elk dier uit de axenroos zijn 7 Tot rust komen Een gewaarwording herkennen als een signaal dat rust oproept. O.D: Lich. Opv Schildpad 24 regels en afspraken naleven en waarderen Kennismaken met regels en afspraken Proberen greep te krijgen op regels en afspraken door ermee te experimenteren. Steenbok 74 Visuele boodschappen interpreteren en er gepast op reageren Pictogrammen begrijpen die verwijzen naar één gegeven Eenvoudige grote pictogrammen herkennen die in een vertrouwde omgeving gebruikt worden. O.D: Ned 3.2 Kameel 78 zichzelf behelpen Non-verbaal hulp kunnen vragen bij elementaire verzorgingstaken. Verbaal hulp vragen bij elementaire verzorgingstaken Blij zijn als je de laatste stap van een reeks handelingen zelfstandig kan uitvoeren. Met hulp een reeks handelingen in de juiste volgorde kunnen uitvoeren. Poes Attitudinale doelen P7: tot rust komen MO24: regels en afspraken naleven en waarderen OZ78: Zichzelf behelpen (zelfredzaamheid)

7 Dagklapper 2 Onthaal Verloop: Ochtendritueel Kinderen komen de klas binnen en beginnen te spelen, tegen 8.30 wordt de kring opgeruimd en gaan de kleuters in de kring zitten. Tegen 8.40u start het onthaal. We beginnen de dag met een opwarmliedje Liedje Goedemorgen Allemaal opstaan er begint weer een nieuwe dag. Goedemorgen, goedemorgen allemaal De wekker kwekt, prrrrr ik sta op ik sta op met veel kabaal Goedemorgen, goedemorgen allemaal Zo blij en goed gezind vandaag ga ik door het lint Schudden met die billen Zwaaien met die handen Stampen met die voeten Doe maar mee (5X) Goedemorgen, goedemorgen allemaal Zo blij en goed gezind vandaag ga ik door het lint Elke dag, elke dag, elke dag, sta ik op met een lach Elke dag, elke dag, elke dag, sta ik op met een lach Schudden met die billen Zwaaien met die handen Stampen met die voeten Doe maar mee (5X) Elke dag, elke dag, elke dag, sta ik op met een lach Elke dag, elke dag, elke dag, sta ik op met een lach Goedemorgen goedemorgen, goedemorgen hier zijn we weer hallo elke morgen, elke morgen

8 groeten wij elkander zo eens kijken hier een kijken daar eens waaien naar elkaar alle kindjes komen graag weer naar onze klas vandaag (2X) Aanwezigheidskalender wordt ingevuld en de symbooltjes worden gekleefd kindje van de dag wordt bepaald: de juf neemt het kaartje van het desbetreffende kind. Het liedje kan je raden wordt opgezet Tierelierelier Tierelierelier, zeg kan je raden. Tierelierelier, wat heb ik hier De kinderen raden het kindje of het icoontje. Dit doet de juf op verschillende manieren, zoals: versje, raadseltje, tekening, Liedje kindjes (maar de test wordt aangepast) kindjes Luister wat ik wil vertellen, alle kindjes kun je tellen Op het welkomsbord kunnen we ze zien, alle alle kindjes van een tot tien Luister wat ik wil vertellen, alle kindjes kun je tellen Op het welkomsbord kunnen we ze zien, alle alle kindjes van een tot tien 1,2,3,4,5,6,7,8,9,10, - 9,8,7,6,5,4,3,2,1-1,2,3,4,5,6,7,8,9,10, - 9,8,7,6,5,4,3,2,1 Na het liedje worden de kindjes geteld. Het liedje De week rond wordt gezongen. De week rond Maandag naar school Dinsdag naar school Woensdag naar school, maar s middags zijn we vrij Donderdag naar school Vrijdag nog een keertje Zaterdag en zondag zijn we vrij Vrij om te voetballen, vrij op te fietsen of vrij om te spelen of zomaar wat te niksen. Maandag gaan we lekker terug naar school en dat is fijn leuk om met de vriendjes in de klas te zijn De kinderen bekijken welke dag het is vandaag en verhangen de wasknijper. Er wordt gekeken naar welke dag het vandaag, gisteren en morgen is. Het liedje En wat doen we op een wordt gezongen. De kinderen dansen de juiste beweging van de dag. Het kindje van de dag kruist de juiste dag door. Het liedje de seizoenen wordt gezongen seizoenen De lente doet de hele tuin weer groeien De zomer laat de mooiste bloemen bloeien De herfst wint blaast de bomen kaal Dan houden bomen winterslaap allemaal En dan is het weer lente en zo gaat het steeds opnieuw En daarom zing ik nu dit liedje nog een keer opnieuw De lente doet de hele tuin weer groeien De zomer laat de mooiste bloemen bloeien De herfst wint blaast de bomen kaal

9 Dan houden bomen winterslaap allemaal En dan is het weer lente en zo gaat het jaar voorbij En ik word steeds maar groter elk jaar groei ik er wat bij Na het liedje wordt het juiste seizoen geroepen Het liedje wat is het voor weer Wat is het voor weer Goedemorgen mevrouw, goedemorgen meneer. Kunt u me vertellen wat is het voor weer. Regen het nu buiten, schijnt de zon vandaag Of waait er harde wind dat is wat ik vraag Goedemorgen mevrouw, goedemorgen meneer. Kunt u me vertellen wat is het voor weer. De weerkalender wordt aangepast De kleuter van de dag neemt de micro en overloopt de dagverloop. Hij mag een hulpje kiezen. Soms Liedje kaarsje aan, kaarsje aan het kaarsje wordt aangestoken. En de kinderen kruisen hun handen. Ruzie Ruzie, ruzie knallende ruzie. Boze ogen en een boos gezicht. Mijn mond blijft dicht. Ruzie, ruzie knallende ruzie. Heel veel verdriet. Is er niemand die het ziet. Maar dan op eens een lachje. Weg boos gezicht, weg dikke tranen. Zijn we weer vrienden wordt het weer licht. Sorry Sorry sorry deed het pijn, zullen we weer vriendjes zijn. Sorry sorry deed het pijn, zullen we weer vriendjes zijn. Ik vind het naar als je huilen moet, ik vind het toch zo naar als je zo huilen moet. Sorry sorry deed het pijn, zullen we weer vriendjes zijn. Sorry sorry deed het pijn, zullen we weer vriendjes zijn. Ik vind het naar als je huilen moet, ik vind het toch zo naar als je zo huilen moet. Kus je er op, is het nu weer goed? Sorry sorry deed het pijn, zullen we weer vriendjes zijn. Sorry sorry deed het pijn, zullen we weer vriendjes zijn. Ik vind het naar als je huilen moet, ik vind het toch zo naar als je zo huilen moet. Kusje der op nu is het weer goed. Hip hip hoera voor god Eerst was alles zwart, ik doe iets apart Toen kwam dag en nacht, dat heeft god bedacht Hip hip hoera voor god wat het is fijn dat er op de aarde mooie dingen zijn

10 god zorgde heel gauw voor water mooi en blauw en bovenaan mochten wolken staan Hip hip hoera voor god wat het is fijn dat er op de aarde mooie dingen zijn Bloemen struiken bomen mochten er komen God laat ze groeien en ook bloeien Hip hip hoera voor god wat het is fijn dat er op de aarde mooie dingen zijn Toen keek god heel ver hij wauw een mooie sterren Sterren en een maan de zon mocht mag daar ook staan Hip hip hoera voor god wat het is fijn dat er op de aarde mooie dingen zijn Vissen in de zee, zwemmen heel te vree, vogels in de lucht vliegen in met een vlucht Hip hip hoera voor god wat het is fijn dat er op de aarde mooie dingen zijn Eerst was alles stil, weet je wat god wilt Dieren op het land van muis tot olifant Hip hip hoera voor god wat het is fijn dat er op de aarde mooie dingen zijn Weet je wat god zei er moet nog iets bij Mensen lief en blij, ja ik en jij Hip hip hoera voor god wat het is fijn dat er op de aarde mooie dingen zijn God was nu heel moe maar keek te vrede toe En ruste hij wat uit en zingen wij nu luid Hip hip hoera voor god wat het is fijn dat er op de aarde mooie dingen zijn Vlammetje Vlammetje hier, vlammetje daar Breng maar licht zo wordt het klaar Vlammetje geef je licht maar door want daar zijn lichtjes voor Vlammetje mooi, vlammetje klein Breng maar licht want dat is fijn Vlammetje geef je licht maar door want daar zijn lichtjes voor Er wordt eventueel nog een waarde verhaal of een bijbel verhaal voorgelezen Vervolgens wordt er een gebedje gekozen en samen gebeden. We sluiten samen af met een kruisteken. Kindje van de dag blaast het kaarsje uit. Saar wordt wakker gemaakt en stelt het thema of de activiteit voor. Of er wordt nog een spelletje gekozen uit de spelletjes doos. De kinderen gaan goed zitten en de juf duidt een voor een, een bank die hun kaartje mogen gaan halen. Maandag worden de taakjes getrokken en overlopen en vervangen. Kleuters kiezen zelf welk taakje ze op zich nemen. Dinsdag komt opi weetje opbezoek, komt een begrip voorstellen. Doelen Goede morgen zeggen P 9 Zich verbonden voelen. Zich verbonden voelen met de leidster Zich verbonden voelen met enkele kleuters van de klas

11 Met zichzelf bezig zijn De aanwezige van de andere kleuters aanvoelen Wasbeer, kameel Aanwezigheidskalender 3 Zich als persoon present stellen Zijn voornaam kennen Zijn voornaam en achternaam kennen O.D: W.O 6.4. Pauw T 74 Visuele boodschappen interpreteren en er gepast op reageren. Eenvoudige, grote pictogrammen herkennen die in een vertrouwde omgeving gebruikt worden. O.D: Ned 3.2. Kameel Dag, week, maandkalender D 67 Inzichten verwerven over de tijd. Dagen van de week verkennen (morgen en gisteren) O.D: W.O. 5.1 & 5.2 Eenvoudige tijdsbegrippen correct kunnen gebruiken. (vandaag) Kameel & Leeuw Weerkalender D 64 Inzichten verwerven over de natuur en de techniek. De natuur nauwkeuriger onderzoeken, er spelenderwijze ordeningen in aanbrengen, verbanden leggen tussen verschillende ervaringen in de natuur en de bekomen ervaringen representeren. (bv het wer) O.D: W.O.1.8 Leeuw 74 Visuele boodschappen interpreteren en er gepast op reageren. Complexere en kleinere pictogrammen herkennen die in een vertrouwde omgeving gebruikt worden. O.D: Ned 3.2 Kameel Bidden 30 Stil worden spontane verwondering opbrengen stil worden omdat de leidster het voordoen en stilte vraagt. Even (bijna) stil kunnen zijn Schildpad 31 Religieuze verbondenheid ervaren. Basisvertrouwen en verbondenheid ervaren in de relatie met vertrouwde volwassenen Samenhorigheid ervaren in de klasgroep Wasbeer & poes 35 Vertrouwd worden met christelijke gebruiken, rituelen en symbolen. De sfeer aanvoelen van een christelijk gebruik of ritueel. Volwassenen imiteren wanneer ze hun geloof uitdrukken. Uitingen van geloof leren kennen en herkennen (bv gebaren, gebeden) Kameel Liedjes of spelletje 9 Verbonden voelen

12 Zich verbonden voelen met de leidster Zich verbonden voelen met enkele kleuters van de klas. Zich verbonden voelen met de hele klas wasbeer kringgesprek P 3 Zich als persoon present stellen Iets durven zeggen tegen de leidster, tegen poppen of tegen voorwerpen O.D: W.O 3.8 T 17 Eigenheid van anderen respecteren Gewoonte van anderen leren kennen en respect opbrengen voor van anderen. Iets durven zeggen tegen een andere kleuter. Iets durven zeggen in een grote groep.o.d: W.O 3.8 Pauw T 71 Ervaringen verwoorden Woorden en eenvoudige zinnen gebruiken die dicht bij de eigen leefwereld liggen eenvoudige zinnen gebruiken die grotendeels correct zijn opgebouwd. O.D: Ned 2.2, 2.3 & 2.12 Havik T 72 Ervaringen uitwisselen In een groepsgesprek zijn beurt kunnen afwachten in groepsgesprekken naar andere kleuters luisteren en genieten van spreken met elkaar. Vragen van de leidster beamen of ontkennen Zelf eenvoudige vragen stellen O.D: Ned 1.6 Poes, pauw, wasbeer T 73 luisteren en spreken verfijnen Durven spreken. Woorden zo uitspreken dat andere je verstaan. Ned 2.11 Kameel Attitudinale doelen P3: zich als persoon present stellen P9: zich verbonden voelen T71: ervaringen verwoorden T72: Ervaringen uitwisselen (communiceren) T73: Luisteren en spreken verfijnen

13 Dagklapper 3 Opruimen Verloop - Het liedje we ruimen op. - De kinderen ruimen heel de klas op. - Als de kinderen klaar zijn met opruimen mogen ze een boekje gaan lezen in de kring. - De juf gaat rond en kijkt na of er goed is opgeruimd. - De opruim kampioen, mag de wissel mediale aandoen. Doelen 24 regels en afspraken naleven en waarderen Kennismaken met regels en afspraken Regels en afspraken naleven als de leidster de regels en afspraken regelmatig herhaalt of visuele ondersteuning geeft met pictogrammen W.O.1.9 Steenbok 25 Zich oriënteren op waarden Ontdekken dat bepaalde waarden deugt doen voor zichzelf en voor anderen. Bv dank je wel zeggen als je iets krijgt, de klas netjes houden, opruimen. Kan elke dier uit de axenroos zijn 49 Dynamisch bewegen Gepast reageren op het liedje door de intentie tot opruimen te tonen 74 Visuele boodschappen interpreteren en er gepast op reageren. Eenvoudige, grote pictogrammen herkennen die in een vertrouwde omgeving gebruikt worden. O.D: Ned 3.2. Kameel Attitundinale doelen MO24 regels en afspraken naleven en waarderen;

14 Dagklapper 4 Wc, koek eten, jassen aan Verloop - De kinderen maken een rij in de gang voor de toiletjes. Als ze klaar zijn maken ze een rij op de groene lijn in de wc. Samen wandelen we naar de klas. - De kleuter doen hun jas aan, nemen vervolgens hun boekentas en gaan op de banken in de gang zitten. - Ze nemen hun koekjes en drankjes en proberen deze zelf open te maken. - Kindje van de dag neemt de vuilbak. - De kleuters gooien hun papiertjes zelf weg. Als ze klaar zijn zetten ze hun boekentassen zelf terug weg en wachten ze op de bank tot dat ze buiten mogen spelen. Doelen Wc OZ78 Zichzelf behelpen Verbaal hulp vragen bij elementaire verzorgingstaken. zorg dragen voor zichzelf. Blij zijn als je de laatste stap van een reeks handelingen zelfstandig kan uitvoeren. O.D: W.O 6.8 Poes 65 Inzichten verwerven over mensen samenleven Al doende goede gewoonten aannemen in zaken dagelijkse hygiëne gedragingen herkennen die de gezondheid bevorderen. Bv naar de wc gaan. Kan elk dier uit de axenroos zijn Koek eten 12 Initiatief nemen Observerend of impulsief het klas leven volgen Iniciatief nemen op vraag van iemand ( de boekentas nemen, koek nemen) Kameel 20 Tot interactie komen Reageren op initiatieven die tot jou persoonlijk zijn gericht. Signalen geven waaruit anderen kunnen afleiden dat hulp nodig is. O.D: W.O 3.10 Kameel 45 Kleinmotorisch bewegen Experimenteren met Kleinmotorische technieken. Kleinmotorische technieken voldoende gedoseerd uitvoeren. O.D: Lich O Zichzelf behelpen - Zorg dragen voor zichzelf. - Blij zijn als je de laatste stap van een reeks handelingen zelfstandig kan uitvoeren. - Met behulp een reeks handelingen in de juiste volgorde kunnen uitvoeren. O.D: W.O 6.8 Poes

15 Jas aandoen 12 Initiatief nemen Observerend of impulsief het klas leven volgen Spontaan initiatief nemen Leeuw 20 Tot interactie komen Reageren op initiatieven die tot jou persoonlijk zijn gericht. Reageren op initiatieven die op een kleinere groep gericht zijn. Signalen geven waaruit anderen kunnen afleiden dat hulp nodig is. Gericht hulp vragen. O.D: W.O 3.10 Leeuw 45 Kleinmotorisch bewegen Experimenteren met Kleinmotorische technieken. O.D: Lich. O Visuele boodschappen interpreteren en er gepast op reageren. Eenvoudige, grote pictogrammen herkennen die in een vertrouwde omgeving gebruikt worden. O.D: Ned 3.2. Kameel 78 Zichzelf behelpen Zorg dragen voor zichzelf. Blij zijn als je de laatste stap van een reeks handelingen zelfstandig kan uitvoeren. Met hulp een reeks handelingen in de juiste volgorde kunnen uitvoeren. O.D: W.O 6.8 Poes Attitudinale doelen P12: initiatief nemen S20: tot interactie komen OZ78: zichzelf behelpen (zelfredzaamheid)

16 Dagklapper 5 Buitenspelen Verloop - De kleuters spelen buiten. Doelen 1 Zich emotioneel goed voelen Zich veilig voelen op de speelplaats Zwijgzaam of luidruchtig aanwezig zijn Open en actief deelnemen aan ervaringssituaties. Kan elk dier uit de axenroos zijn 4 Gemotiveerd zijn Activiteiten van anderen observeren Interesse hebben voor wat nu gebeurt ( op de speelplaats) O.D: Lich.O.3.1 Kan elk dier uit de axenroos zijn 5 Zich vitaal en gezond voelen Zijn eigen fysische mogelijkheden en grenzen aanvoelen zijn fysische grenzen verleggen O.D: Lich. O pauw 6 Plezier beleven Plezier beleven aan iets Impulsief, uitbundig of in zichzelf gekeerd plezier beleven. O.D: L.O 2.3 Poes 14 Speels onbevangen en creatief omgaan met de wereld bij het ontdekken van de wereld nood hebben aan herkenningspunten, houvast, structuur. O.D: L.O 1.37 leeuw 18 De eigenwijze van omgaan met anderen aanvoelen en verfijnen aandacht hebben voor andere kleuters andere kleuters geen pijn doen samen ervaringen opdoen O.D: W.O 3.4 Kan elk dier uit de axenroos zijn 20 Tot interactie komen Toevallige vrienden zijn Tweerichtingsvrienden. Signalen geven waaruit anderen kunnen afleiden dat hulp nodig is Duidelijk tonen dat hulp nodig is. Een ruzie bijleggen: door de regels weer te volgen. O.D: W.O 4.8 Leeuw 44 Groot motorisch bewegen

17 Basisbewegingen ontwikkelen O.D: Lich. O Aangepast bewegen in de ruimte De bewegingsbaan van iemand afwachten (er niet op inspelen). inspelen op een bewegingsbaan. O.D: Lich. O. 1.2 Attitudinale doelen P4: gemotiveerd zijn P6: plezier beleven P14: speels, onbevangen en creatief omgaan met de wereld S18: de eigen wijze van omgaan met anderen aanvoelen en verfijnen S20: Tot interactie komen

18 Dagklapper 6 fruit eten Verloop - De kinderen nemen hun jas en hun boekentas en gaan zitten in de kring. - Vervolgens nemen ze hun potje fruit uit hun boekentas. - We eten gezellig ons samen ons fruit op. doelen P12 Initiatief nemen Observerend of impulsief het klas leven volgen Spontaan initiatief nemen Leeuw S20 Tot interactie komen Reageren op initiatieven die tot jou persoonlijk zijn gericht. Reageren op initiatieven die op een kleinere groep gericht zijn. Signalen geven waaruit anderen kunnen afleiden dat hulp nodig is. Gericht hulp vragen. O.D: W.O 3.10 Leeuw MT45 Kleinmotorisch bewegen Experimenteren met Kleinmotorische technieken. O.D: Lich. O OZ78 Zichzelf behelpen Zorg voor dragen voor zichzelf. Blij zijn als je de laatste stap van een reeks handelingen zelfstandig kan uitvoeren. O.D: W.O 6.8 Kameel 64 Inzichten verwerven over natuur en techniek Al doende goede gewoonten aannemen inzake dagelijkse hygiene Gedragingen herkennen die de gezondheid bevorderen. O.D: W.O 1.9 Bever Attitudinale doelen P12: initiatief nemen S20: Tot interactie komen OZ78: zichzelf behelpen (zelfredzaamheid)

19 Dagklapper 7 Vrij spel Verloop De kinderen gaan allemaal in de kring zitten en de leidster verteld dat ze rustig mogen kiezen tussen de verschillende hoeken. Bank per bank mogen de kinderen rustig kiezen tussen hoeken en activiteiten. Doelen 1 Zich emotioneel goed voelen Een veilige sfeer ervaren bij de leidster Zich veilig voelen op een plaats in de klas waar je de leidster kan zien veilig voelen in de klas zwijgzaam of luidruchtig aanwezig zijn open en actief deelnemen aan ervaringssituaties. Kan elk dier uit de axenroos zijn 4 Gemotiveerd zijn Activiteiten van anderen observeren zelf willen deelnemen aan activiteiten. O.D: lich.o.3.1 Kan elk dier uit de axenroos zijn 6 Plezier beleven Plezier beleven aan iets Impulsief, uitbundig of in zichzelf gekeerd plezier beleven. O.D: L.O 2.3 & NED 2.13 Poes 11 Nieuwsgierig zijn Vertrouwde situaties exploreren. Nieuwe mindervertrouwde situaties exploreren. Kameel en wasbeer 12 Initiatief nemen Observeren of impulsief het klas leven volgen. Initiatief nemen op vraag van iemand. spontaan initiatief nemen. Experimenteren met materialen. O.D:WO 3.1 Leeuw 13 Betrokken bezig zijn Min of meer aangehouden activiteit. Activiteit met intense momenten Individuele betrokkenheid. Bever

20 14 Speels onbevangen en creatief omgaan met de wereld Aangeven of een activiteit leuk was of niet. O.D: L.O 1.37 Leeuw 18 De eigenwijze van omgaan met anderen aanvoelen en verfijnen Aandacht hebben voor andere kleuters Andere kleuters geen pijn doen. O.D: W.O 3.4 Kan elk dier uit de axenroos zijn 20 Tot interactie komen Eenrichtingsvrienden tweerichtingsvrienden. Signalen geven waaruit anderen kunnen afleiden dat hulp nodig is. O.D: W.O 3.10 Een ruzie bijleggen: door de regels weer te volgen. Door aangedaan onrecht weer goed te maken Zich bij een conflict houden aan de oplossing die de leidster voorstelt. O.D: W.O 4.8 Leeuw (bever bij ruzie) 21 Samenwerken Alleen spelen Zomaar gaan meedoen. vragen om mee te mogen doen. O.D: Lich. O & 3.13 Kan elk dier uit de axenroos zijn 24 Regels en afspraken naleven en waarderen Kennismaking me regels en afspraken O.D: W.O4.6 Proberen greep te krijgen op regels en afspraken door ermee te experimenteren. Regels en afspraken naleven als de leidster in de buurt is. Regels en afspraken naleven als de leidster de regels en afspraken regelmatig herhaald of visuele ondersteuning geeft met pictogrammen. O.D: W.O 3.9 Steenbok 26 Willen beantwoorden aan vertrouwde volwassenen. In het eigen gedrag rekening trachten te houden met wat vertrouwde volwassenen waarderen, met duidelijke ondersteuning van die volwassenen. 78 Zichzelf behelpen Een reeks handelingen zonder hulp kunnen uitvoeren.o.d: W.O 6.8 Leeuw 79 Keuzes maken Sommige activiteiten leuk vinden en anderen niet. een voorkeur hebben voor bepaalde activiteiten en handelingen. Met de hulp van de leidster een keuze maken binnen en overzichtelijk aanbod. Ervaren dat niet voor alles tegelijk kan worden gekozen. O.D:Lich O.3.10 Steenbok 83 Problemen oplosgericht aanpakken Bij de confrontatie met een probleem: iets doen wat een vorige keer lukte een oplossingsweg van een andere kleuter nadoen, willekeurig uitproberen. Min of meer toevallig succes en mislukkingen ervaren. ervaren dat een succesvol oplossingsgedrag niet in alle situaties werkt. O.D: Lich. O Havik

21 85 Aandachtig en geconcentreerd bezig zijn Langere tijd bezig zijn met een activiteit. Snel afgeleid worden door omgevingsfactoren. Zo intens bezig zijn met een zelfgekozen activiteit dat je de tijd vergeet. Poes en bever Attitudinale doelen P11: nieuwsgierig zijn P12: initiatief nemen P12: betrokken bezig zijn S18: de eigen wijze van omgaan met andere aanvoelen en verfijnen S20:tot interactie komen S2& samenwerken MO24: regels en afspraken naleven en waarderen OZ79: keuzes maken (kiezen) OZ83: reflecteren OZ85: aandachtig en geconcentreerd bezig zijn.

22 Dagklapper 8 Verhaal voor lezen Verloop - De kinderen gaan allemaal in de kring zitten - De leidster haalt de vertelkoffer boven en het kindje van de dag mag deze met de toverstok open kriebe, krabbe, kroppen ga nu onmiddellijk open - De leidster haalt de vertelcape boven en de kindje van de dag mag deze omslagen - De boek wordt uit de koffer gehaald en de juf begint het verhaaltje te vertelen. Doelen vertellen 7 Tot rust komen een gewaarwording herkennen als een signaal dat rust oproept. O.D: Lich. O schildpad 8 Zich geborgen voelen Genieten va een sfeer van huiselijke geborgenheid. Geborgenheid ervaren in een kleinere groep kinderen. Poes 9 Zich verbonden voelen Weten rond welk belangstellingscentrum gewerkt wordt. wasbeer 15 Gevoelens bij zichzelf en bij anderen inlevend herkennen Gevoelens bij zichzelf en bij andere ervaren Hoofdgevoelens meebeleven en herkennen Verschillende gevoelensuitingen bij verschillende personen in dezelfde situatie herkenen. O.D: W.O 3.2 schildpad 16 Uitdrukken en verwerken van gevoelens gevoelens uitdrukken door lichaamstaal (non-verbaal) O.D: W.O. 3.1 impulsief uitdrukken van gevoelens Ervaren dat er grenzen zijn aan de wijze waarop gevoelens geuit worden.o.d.: lich.o.3.8 Pauw 17 De eigenheid van anderen respecteren Gewoontes van andere leren kennen O.D: Lich. O. 3.9 Wasbeer 19 Rollen spelen Bewegingen meedoen O.D.: M.V4.2 gedrag nadoen Een eenvoudige situatie uit het dagelijkse leven naspelen Spontaan en globaal geobserveerde houdingen en bewegingen imiteren. Kameel

23 70 Auditieve boodschappen interpreteren en er gepast op reageren. Eenvoudige verhalen begrijpen, als die visueel ondersteund worden. Genieten van herhaald hervertellen van hetzelfde verhaal. genieten van het vertellen van nieuwe, onbekende verhalen. O.D: Ned 1.5 Poes Attitudinale doelen P7: tot rust komen E15: gevoelens bij zichzelf en bij anderen inlevend herkennen E16: gevoelens uitdrukken en verwerken S17: de eigenheid van andere respecteren T70: auditieve boodschappen interpreteren en er gepast op reageren.

24 Dagklapper 9 Verjaardag Verloop De verjaardagskoffer wordt geopend: de slinger wordt samen met de kinderen in de kring opgehangen en de jarige kiest zijn verjaardagskaartje. De verjaardagstaart wordt in de kring gezet en de kaarsjes worden aangestoken De jarige is het kindje van de dag en mag Lotte op zijn/haar schoot nemen. Zij/hij gaat vervolgens op de verjaardagstroon zitten. Liedjes zingen: Wie is er jarig, wie o wie? Kaarsjes op de taart Dippie doe jodela hiti De jarige mag kiezen tussen groot vuurwerk of klein vuurwerk. Kaarsjes maken met de handen boven het hoofd. De jarige komt ze uitblazen. De jarige mag uit de verjaardagsdoos een mooi cadeautje kiezen en mag deze tonen aan de andere kleuters. De kleuters maken een mooie tekening voor het verjaardagsboekje en de jarige kleurt de voorpagina in. Hij krijgt een mooie kroon. De jarige deelt zijn traktatie uit. Het kroontje van de verjaardagskalender wordt op het einde van de dag omgekeerd en de cadeautjes worden meegegeven. Doelen 2 Zich als persoon iets waard vinden. Genieten van koestering en van non-verbale bevestig en aanmoedigingen Pauw 4 Gemotiveerd zijn Interesse hebben voor wat nu gebeurt toeleven naar een gebeurtenis Kan elk dier uit de axenroos zijn 9Verbonden voelen Zich verbonden voelen met de leidster Zich verbonden voelen met enkele kleuters Wasbeer 22 Zich inleven in anderen. Meebeleven met anderen. Zich inleven in anderen in situaties die dicht bij de eigen belevingswereld liggen. Ervaren dat je het zelfde gevoel kan beleven als je hetzelfde meemaakt. O.D: W.O 3.5 Leeuw 25 Zich oriënteren op waarden Iets deugddoends beleven waarden concreet meebeleven doordat de leidster het goede voorbeeld geeft.

25 Kan elk dier uit de axenroos zijn 41 Muzisch omgaan met materialen en beelden Grotere werkstukken creëren O.D: Muz. V. 1.5 Wasbeer 73 Luisteren en spreken verfijnen Bij liedjes en versjes stilletjes en verlegen meedoen met de leidster of met andere kleuters. Actief meedoen met liedjes en versjes. O.D: Muz. V. 2.5 Kameel ( bij actief meedoen pauw) 79 Keuzes maken Aarzelend een keuze kunnen maken of met hulp van de ko een keuze maken binnen en beperkt of overzichtelijk aanbod Steenbok Attitudinale doelen P2: zich als persoon iets waard voelen ( zelfwaardegevoel) P4: Gemotiveerd zijn P9: Zich verbonden voelen S22: zich inleven in anderen MO25: Zich orienteren op waarden T73: luisteren en spreken verfijnen OZ79: keuzes maken (kiezen)

26