Analyse van de faillissementen in de bouwsector

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Analyse van de faillissementen in de bouwsector"

Transcriptie

1 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR Analyse van de faillissementen in de bouwsector Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master in de Bedrijfseconomie Michiel Corthouts Steffen De Backer onder leiding van Prof. Ludo Theunissen en Andy Heughebaert

2

3 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR Analyse van de faillissementen in de bouwsector Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master in de Bedrijfseconomie Michiel Corthouts Steffen De Backer onder leiding van Prof. Ludo Theunissen en Andy Heughebaert

4 Vertrouwelijkheidsclausule PERMISSION Ondergetekende verklaart dat de inhoud van deze masterproef mag geraadpleegd en/of gereproduceerd worden, mits bronvermelding. Michiel Corthouts Steffen De Backer

5 Woord vooraf Allereerst willen we een woord van dank betuigen aan diegenen die ons geholpen hebben onze masterproef tot een goed eind te brengen. In het bijzonder danken wij: Onze promotor, Prof. Ludo Theunissen en begeleider Andy Heughebaert, die ons op weg wisten te helpen met de aanpak van ons eindwerk, evenals voor het verstrekken van de nodige gegevens die uiterst belangrijk waren voor onze analyse. Patrick Jordens van het Vlaams Agentschap Ondernemen afdeling Preventief Bedrijfsbeleid. Die ons meer informatie wist te verschaffen over zijn bevindingen met preventief beleid en faillissementen in de bouwsector. Lieve Apers van het Vlaams Agentschap Ondernemen die ons wist door te verwijzen naar dhr. Jordens. Hannelore Vanbilloen Adjunct-adviseur van de Confederatie Bouw voor het verschaffen van statistieken over faillissementen uit de bouw waarbij ze ons ook verder heeft geholpen naar de oorzaken van faillissementen in de bouw. Als laatste zouden we vooral ouders, familie en vrienden willen bedanken. Ouders die in de eerste plaats dit alles mogelijk maakten en ons telkens wisten te motiveren met een grote dosis empathie. Familie voor telkens ons vertrouwd toeverlaat en vrienden voor de nodige ontspanning. I

6 Inhoudsopgave Inleiding Analyse van de faillissementen in Bouwsector De bouwnijverheid Het begrip faling Faillissement en gerechtelijk akkoord Recente verandering op de faillissementenwet Andere rechtstoestanden Algemeen overzicht De leeftijd van faillissementen in De faillissementen per maand Faillissementen per provincie Faillissementen per rechtsvorm Rechtsvorm en evolutie in de tijd Onderzoek Inleiding Populatie en steekproef Gegevensverzameling Gegevensanalyse Resultaten en interpretatie Algemeen Grootteklasse Leeftijdscategorie Regio De jaren voor faling Andere ratio s Besluit Oorzaken van faling Algemene oorzaken van faling Oorzaken van faling bij startende bouwondernemingen Oorzaken van faling bij kleine bouwondernemingen Algemeen besluit II

7 Figuurlijst Figuur 1: Faillissementen in de bouw...4 Figuur 2: Faillissementen bouw t.o.v. faillissementen België...5 Figuur 3: Faillissementen bouw t.o.v. actieve bouwondernemingen...5 Figuur 4: Leeftijd en faillissement Figuur 5: Maand en Faillissement Figuur 6: Faillissementen per provincie Figuur 7: Faillissementen per provincie t.o.v. actieve bouwbedrijven Figuur 8: Faillissementen per rechtsvorm Figuur 9: Leeftijd failliete bouwbedrijven naar rechtstoestand Figuur 10: Leeftijd Belgische onderneming naar rechtstoestand Figuur 11: Verhouding leeftijd naar rechtstoestand Figuur 12: Evolutie faillissementen bouw naar rechtstoestand Figuur 13: Evolutie faillissementen België naar rechtstoestand Figuur 14: Fito -kompas alle falende bouwondernemingen Figuur 15: Bruto toegevoegde waarde / personeelskosten Figuur 16: Nettorendabiliteit van de bedrijfsactiva voor belastingen (%) Figuur 17: Nettorendabiliteit eigen vermogen na belastingen (%) Figuur 18: Zelffinancieringsgraad (%) Figuur 19: Financiële onafhankelijksgraad (%) Figuur 20: KT financiële schuldgraad Figuur 21: Dekking vreemd vermogen door de cashflow (%) Figuur 22: Nettokasratio (%) Figuur 23: Fito -score Figuur 24: Fito -kompas kleine falende bouwondernemingen Figuur 25: Fito -kompas falende bouwondernemingen zonder personeel Figuur 26: Bruto toegevoegde waarde / personeelskosten grootteklasse Figuur 27: Nettorendabiliteit van de bedrijfsactiva voor belastingen (%) grootteklasse Figuur 28: Nettorendabiliteit eigen vermogen na belastingen (%) grootteklasse Figuur 29: Zelffinancieringsgraad (%) grootteklasse Figuur 30: Financiële onafhankelijksgraad (%) grootteklasse Figuur 31: KT financiële schuldgraad "grootteklasse" Figuur 32: Dekking vreemd vermogen door de cashflow (%) "grootteklasse" Figuur 33: Nettokasratio (%) "grootteklasse" Figuur 34: Fito -score "grootteklasse" Figuur 35: Fito -kompas falende bouwondernemingen < 5 jaar Figuur 36: Fito -kompas falende bouwondernemingen 5 10 jaar Figuur 37: Fito -kompas falende bouwondernemingen > 10 jaar Figuur 38: Bruto toegevoegde waarde / personeelskosten "leeftijdscategorie" Figuur 39: Nettorendabiliteit bedrijfsactiva voor belastingen (%) "leeftijdcategorie" Figuur 40: Nettorendabiliteit eigen vermogen na belastingen (%) "leeftijdscategorie" III

8 Figuur 41: Zelffinancieringsgraad (%) "leeftijdscategorie" Figuur 42: Financiële onafhankelijkheidsgraad (%) "leeftijdscategorie" Figuur 43: KT financiële schuldgraad "leeftijdscategorie Figuur 44: Dekking vreemd vermogen door cashflow (%) "leeftijdscategorie Figuur 45: Nettokasratio (%) "leeftijdscategorie" Figuur 46: Fito -score "leeftijdscategorie" Figuur 47: Fito -score "regio Figuur 48: Bruto toegevoegde waarde / personeelskosten jaren voor faling Figuur 49: Nettorendabiliteit bedrijfsactiva voor belastingen (%) "jaren voor faling" Figuur 50: Nettorendabiliteit eigen vermogen na belastingen (%) "jaren voor faling" Figuur 51: Zelffinancieringsgraad (%) "jaren voor faling" Figuur 52: Algemene graad van financiële onafhankelijkheid (%) "jaren voor faling" Figuur 53: Korte termijn financiële schuldgraad (%) jaren voor faling Figuur 54: Dekking vreemd vermogen door de cashflow (%) "jaren voor faling" Figuur 55: Nettokasratio (%) "jaren voor faling" Figuur 56: Fito -score "jaren voor faling" Figuur 57: Dagen klantenkrediet en leverancierscrediet Figuur 58: Brutoverkoopmage Tabellenlijst Tabel 1: Aantal verwerkte jaarrekeningen Tabel 2: Geplaatst kapitaal Tabel 3: Gemiddeld geplaatst kapitaal IV

9 Inleiding We kunnen er niet omheen dat jaarlijks het aantal faillissementen in de bouwnijverheid gestaag toeneemt, wat trouwens ook voor de Belgische ondernemingen geldt faillissementen in 2007 in de bouw, wat ruim 14% is van de totale omvang van de faillissementen in België. Anderzijds zien we dat van alle ondernemingen in België, 13% bouwondernemingen zijn. Dat het aantal faillissementen jaarlijks toeneemt, is geen wonder als men weet dat er jaarlijks ook massaal veel bouwbedrijven worden opgericht. Nochtans blijven er jaarlijks netto meer bouwbedrijven over die actief zijn. We kunnen het een vorm van gezonde competitie noemen, of het recht van de sterkste. Grof gezegd is het goed dat niet-competitieve ondernemingen failliet gaan, weliswaar in de naam van een gezonde economie. Op die manier komt potentieel vrij voor gezonde ondernemingen. Ondanks dit uitgangspunt, is het voor niemand een aangename ervaring en zou een faillissement vermeden moeten worden. Zowel voor de bouwsector als voor alle Belgische ondernemingen kunnen we stellen dat vooral jonge ondernemingen failliet gaan. Bijna 35% van al de failliete ondernemingen doet dit binnen de 5 jaar, 65% doen dit binnen de 10 jaar. Waar nu net deze verschillen liggen, proberen we in deze masterproef duidelijk te maken. Een diepgaande studie van de jaarrekeningen van bouwbedrijven vergeleken met jaarrekeningen van Belgische ondernemingen is hier wel op zijn recht. In een eerste deel proberen we een algemeen beeld te schetsen over de faillissementen in de bouwsector en wat de term faillissement inhoud. Zeg maar een algemene analyse van de faillissementen in de bouwsector. Dit als het ware door de jaren heen en dat op zijn beurt vergeleken met de faillissementen over gans België. Bij deze algemene analyse proberen we allerhande kenmerken te achterhalen van de faillissementen die zich in de bouw voordoen. In een tweede deel begint de basis van ons opzet en gaan we aan de slag met gegevens uit belfirst voor een analyse van de jaarrekeningen van de Belgische bouwondernemingen. De falende bouwondernemingen worden vergeleken met alle bouwondernemingen aan de hand van acht ratio s, de Fito -score en het bijhorende Fito -kompas. Na een algemene analyse, maken we een onderscheid per grootteklasse, leeftijdscategorie en regio. Vervolgens analyseren we de jaren voorafgaand aan het faillissement. Tenslotte onderzoeken we nog enkele ratio s in het belang van de oorzaken van faling uit het derde hoofdstuk. In een laatste deel onderzoeken we de echte oorzaak van faillissementen en niet het gevolg dat we in de jaarrekeningen kunnen afleiden. Elk bedrijf dat failliet gaat, doet dit op zijn eigen manier. Wat hiervan aan de basis ligt proberen we dan ook nader te onderzoeken. Vermits we later gaan zien dat vooral jonge ondernemingen failliet gaan, bekijken we meer in detail de oorzaken van faling bij startende ondernemingen en kleine ondernemingen. 1

10 1. Analyse van de faillissementen in Bouwsector Vooraleer we een analyse van faillissementen uitvoeren kijken we wat we nu juist onder de bouw(bouwnijverheid) verstaan en vervolgens beschrijven we wat een faillissement juist inhoudt. Hieronder volgt een uiteenzetting wat we onder faling verstaan en in welke mate we dit kunnen koppelen aan faillissementen. Hoewel het faillissement en gerechtelijk akkoord het meest voorkomen, zijn er echter ook nog andere rechtstoestanden die we kort toelichten De bouwnijverheid De bouwnijverheid vormt een groot deel van alle Belgische ondernemingen, in 2007 waren 13% van alle actieve ondernemingen in België bouwondernemingen. De omkadering van de sector in ons geval gebeurd aan de hand van NACEBEL2003 die terug te vinden is in de bijlage figuur Het begrip faling Hoe definiëren we een falende onderneming. Meer algemeen, een onderneming die er niet in slaagt haar (economische en sociale) doelstellingen op continue wijze te realiseren. In het kader van de contractuele definitie van een onderneming (Jensen en Meckling, 1976) is een onderneming immers pas succesvol indien ze de contractuele relaties met haar belanghebbenden (klanten, leveranciers, personeel, overheid, schuldfinanciers en aandeelhouders) op continue wijze kan nakomen (Ooghe en Van Wymeersch, 2001) Faillissement en gerechtelijk akkoord Een koopman die op duurzame wijze heeft opgehouden te betalen en wiens krediet geschokt is, bevindt zich in staat van faillissement. Het duurzaam karakter van de staking van betaling wordt hierbij benadrukt zodat tijdelijke of toevallige moeilijkheden niet volstaan (faillissementswet van 8 augustus 1997, art. 2). Het spreekt dus voor zich dat niet alle bedrijven die moeilijkheden hebben failliet gaan. Het faillissement is eigenlijk de finale stap van een gerechtelijke procedure. We kunnen dus stellen dat een aantal faillissementen een onderschatting is van het eigenlijke aantal bedrijven in moeilijkheden. Het gerechtelijk akkoord kan aan de schuldenaar worden toegestaan indien de continuïteit van zijn onderneming bedreigd wordt door moeilijkheden die op min of meer korte termijn kunnen leiden tot het ophouden van betalen. Het akkoord kan enkel worden toegestaan indien de financiële toestand van de onderneming kan worden gesaneerd en het economisch herstel ervan mogelijk lijkt (Wet van 17 juli 1997 betreffende het gerechtelijk akkoord, art. 9). 2

11 Het gerechtelijk akkoord is er gekomen om zoveel mogelijk bedrijven met tijdelijke moeilijkheden te helpen er weer bovenop te geraken en enkel de ondernemingen met chronische problemen failliet te verklaren (Belgisch Staatsblad 28 oktober 1997) Recente verandering op de faillissementenwet Nu er al vele jaren zijn verstreken werd het tijd de efficiëntie van het gerechtelijk akkoord te analyseren. Hierbij kwam men tot de conclusie dat het gerechtelijk akkoord beschouwd kan worden als een soort van wachtkamer voor het faillissement. Het bedrijf maakt immers openlijk bekend dat het zich in moeilijkheden begeeft. Hieruit vloeit dan een uiterst negatief imago voort waardoor de meeste ondernemingen niet meer in zee willen gaan met deze onderneming in moeilijkheden. De weg langs het gerechtelijk akkoord bleek bovendien ook nog moeilijk en duur te zijn. De nieuwe wet op de continuïteit van de onderneming van 31 januari 2009 speelt op dit gebrek in. Het is de bedoeling dat bedrijven zich op een gunstige wijze kunnen reorganiseren en vervolgens er minder bedrijven failliet gaan. Waar er vroeger maar twee opties waren (gerechtelijk akkoord of faillissement), zijn er nu meerdere, gaande van erg vrije systemen (de ondernemingsbemiddelaar) tot andere, meer bindende oplossingen (ondernemingsoverdracht onder gerechtelijk gezag). Een noodlijdend bedrijf wordt voortaan bijgestaan door een gedelegeerd rechter. Een minnelijk akkoord kan makkelijker, en de wet voorziet een ondernemingsbemiddelaar, een tussenpersoon die de contacten legt tussen de bedrijfsleider en diegenen die het lot van het bedrijf in handen hebben. Tot slot is er een alternatief voor het faillissement: de hele onderneming of een deel ervan kan worden overgedragen onder gerechtelijk gezag (ondernemingsoverdracht onder gerechtelijk gezag). Deze aanpassingen hebben een minder duur prijskaartje, dit slaat meer bepaald op de organen die met het toezicht op de procedure zijn belast. "Het noodlijdende bedrijf zal voortaan door een gedelegeerde rechter worden bijgestaan, wat een goedkopere oplossing is dan de huidige commissaris inzake opschorting. Voor verdere informatie verwijzen we naar het Belgisch Staatsblad De nieuwe wet op de continuïteit van de onderneming. 3

12 1.5. Andere rechtstoestanden Juridisch gezien zijn er allerhande rechtstoestanden waarin een onderneming zich kan bevinden. Deze rechtstoestanden komen later in hoofdstuk 2 geregeld terug als we bedrijven gaan classificeren in falende en lopende bedrijven (jaarrekeningen). Enkele voorbeelden: afsluiting van de vereffening, overgang van een onderneming natuurlijke persoon, stopzetting van een activiteit van een onderneming natuurlijke persoon, fusie door overneming, splitsing, voorlopige en definitieve opschorting etc. Hier rijst de vraag wat binnen lopende en wat binnen falende onderneming gerekend moet worden. Het spreekt voor zich dat een onderneming die vrijwillig en zonder enige aanleiding stopt te bestaan, niet onder een falende onderneming wordt gerekend (rechtstoestand stopzetting). Wat wij juist verstaan onder falende bedrijven wordt later in onze masterproef besproken Algemeen overzicht De volgende grafieken zijn gemaakt met gegevens uit de databank van ECODATA, Federale Overheidsdienst Economie, KMO, middenstand en energie. Deze werden door ons herwerkt in grafieken. Eveneens werden er gegevens gebruikt over faillissementen van Graydon nv. Hier volgen de faillissementen door de jaren heen van de bouw: Figuur 1: Faillissementen in de bouw Er is één tendens die dadelijk opvalt, het aantal faillissementen is door de jaren alsmaar gestegen op twee uitzonderingen na. In 2000 en 2006 kende de faillissementen namelijk een forse daling meteen gevolgd door een forse stijging. Als we gaan vergelijken (Zie bijlage figuur 1) zien we dat de bouw in 2007 het vierde meeste aantal faillissementen kende. Kleinhandel (1334), horeca (1409), vervoer (1409) deden nog slechter. Het spreekt hier voor zich dat het aantal faillissementen per sector bespreken niet veel nut heeft. Het is interessanter om dit ten opzichte van het totaal aan faillissementen in België te doen. Hier volgt het relatief percentage failliete bouwbedrijven naar het totaal aan faillissementen in België. 4

13 Figuur 2: Faillissementen bouw t.o.v. faillissementen België Door de jaren heen kunnen we stellen dat er van al de faillissementen ongeveer 14% afkomstig is van de bouw. Enkel in 2006 zien we dat dit sterk daalt waarop weer geantwoord wordt het jaar erna, waar we terug op 14% komen. Enkel de kleinhandel en horeca scoort hier slechter. De reden van dit dal, wat erop wijst dat er relatief weinig bouwbedrijven failliet gegaan zijn, is dat de bouw in 2006 een record vestigde wat omzet betreft. Als we nu het aantal faillissementen bekijken naar het totaal aan actieve ondernemingen in hun sector krijgen we het volgende. Figuur 3: Faillissementen bouw t.o.v. actieve bouwondernemingen In 2004 kregen we een maximum aan faillissementen ten opzichte van alle actieve bouwondernemingen. In vergelijking met andere sectoren (in 2007) is dit eerder hoog, enkel textiel (1.135%), horeca (2.44%), vervoer (1.417%) en groothandel scoren nog slechter (zie bijlage figuur 2). Als we naar de evolutie kijken zien we dat in 2006 en 2007 het percentage faillissementen beduidend lager ligt. Dit kan enerzijds doordat er nu eenmaal minder bedrijven failliet gaan en anderzijds dat er dat jaar gewoon meer bedrijven werden opgericht in 2005 en de jaren hierna. Als we naar gegevens van UNIZO (de Unie van Zelfstandige Ondernemers) kijken zien we dat vooral het 2e aan de oorzaak ligt. In 2003 was er maar een stijging van 2.27% ten opzichte van 2002 waar we de jaren hierna vervolgens een stijging kregen van 17,86% (in 2004), 12,65% (in 2005), 15,72% (in 2006). Al deze nieuwe bouwondernemingen hebben het blijkbaar goed uitgehouden. De toekomst zal uitwijzen of deze ondernemingen het aantal faillissementen terug gaat laten stijgen. 5

14 De leeftijd van faillissementen in 2007 Vervolgens gaan we kijken welke leeftijd bouwbedrijven hebben vooraleer ze failliet gaan, dit vergelijken we met de Belgische ondernemingen. Figuur 4: Leeftijd en faillissement 2007 We kunnen stellen dat het patroon dat we in de faillissementen van de Belgische ondernemingen zien ook geldig is voor de bouwsector. We zien bijvoorbeeld dat 27.1% van de faillissementen in de bouw afkomstig is van ondernemingen tussen de 5 en 9 jaar wat in de zelfde lijn ligt voor de Belgische ondernemingen. Hierbij zien we ook dat van deze failliete bouwbedrijven bijna 40% de boeken moet neerleggen binnen de 5 jaar, dit geldt ook weer voor de Belgische onderneming De faillissementen per maand Volgens de gegevens van 2007 krijgen we een beeld van de faillissementen door de maanden heen. Het enige wat hier opvalt, is dat er in de vakantiemaanden beduidend minder faillissementen zijn. We kunnen ook stellen dat de bouw hier geen uitzondering vormt tot de rest van de Belgische bedrijven. Figuur 5: Maand en Faillissement

15 Faillissementen per provincie We bekijken nu waar in België er het meeste bouwbedrijven failliet gaan en dit in verhouding tot de hoeveelheid lopende bouwbedrijven in die regio. Het geografisch beeld van de faillissementen in de bouw ziet er als volgt uit. Figuur 6: Faillissementen per provincie 2007 De provincie Antwerpen heeft het meeste faillissementen, gevolgd door Henegouwen, Oost- Vlaanderen en Luik. Vervolgens nemen we deze faillissementen in verhouding tot het aantal lopende bouwondernemingen in hun provincie en komen we tot het volgende resultaat. Figuur 7: Faillissementen per provincie t.o.v. actieve bouwbedrijven 2007 We zien dat nu Henegouwen gevolgd door Luik, Antwerpen, Namen en Waals-Brabant relatief het meeste aantal faillissementen hebben. De vaststelling dat de Waalse provincies de meeste faillissementen hebben zullen we verder onderzoeken in hoodstuk 2. 7

16 Faillissementen per rechtsvorm Figuur 8: Faillissementen per rechtsvorm 2007 Er bestaat geen twijfel over dat er het meeste faillissementen plaats hebben onder de rechtsvorm BVBA. Maar liefst 57% van de faillissementen in de bouw komen voort uit BVBA s gevolgd door de zelfstandigen en de CVA s en NV s, wat in de zelfde lijn ligt als de faillissementen van de Belgische ondernemingen. Het enige verschil is dat er in de bouw meer NV s failliet gaan. Er gaan 5% meer NV s failliet in vergelijking met de Belgische ondernemingen. Anderzijds gaan er dan weer 6% minder zelfstandigen failliet. De volgende grafiek maakt een onderscheid in leeftijdsklassen voor faling. Figuur 9: Leeftijd failliete bouwbedrijven naar rechtstoestand 2007 Figuur 10: Leeftijd Belgische onderneming naar rechtstoestand

17 Bij de leeftijd van een bedrijf vooraleer het failliet gaat zien we exact het zelfde fenomeen in de bouw als bij de Belgische onderneming. We zien wel weer een groter aantal aan faillissementen bij zelfstandigen in de bouw tussen de 5-10 jaar. Om een duidelijk beeld te krijgen herverdelen we de schaal en gaan we relatief de faillissementen analyseren naar rechtstoestand. Figuur 11: Verhouding leeftijd naar rechtstoestand 2007 Later in onze masterproef maken we een onderscheid tussen jonge en oude ondernemingen, hierbij is het interessant om te weten onder welke rechtstoestand deze failliet gaan. We nemen als voorbeeld de venootschap onder firma, van deze faillissementen zien we dat 64% dit binnen de 5 jaar doet. Als we dit in in evolutie bekijken mogen we duidelijk stellen dat faillissementen in de venootschap onder firma vooral jonge ondernemers zijn. Dit zelfde fenomeen doet zich voor bij de zelfstandigen en bij de BVBA s. Een omgekeerd fenomeen zien we bij de NV(naamloze venootschap) en bij de CV(coöperatieve venootschap). Hiervan kunnen we zeggen dat het vooral oudere ondernemingen zijn die failliet gaan. We zien dat van de BVBA bouwbedrijven die failliet gaan, 42% dit al doet binnen de 5 jaar. Binnen de 10 jaar gaat maar liefst 73% failliet. Wat er nu net concreet foutloopt bij deze jonge ondernemingen in de bouwsector bespreken we nader in hoofstuk 3. 9

18 Rechtsvorm en evolutie in de tijd Figuur 12: Evolutie faillissementen bouw naar rechtstoestand Figuur 13: Evolutie faillissementen België naar rechtstoestand In beide gevallen zien we een sterke stijging voor faillissementen als BVBA. Bij de bouw volgen de zelfstandigen en dan de NV s. Bij de Belgische faillissementen zien we dat de er evenveel NV s failliet gaan als zelfstandigen hoewel de zelfstandigen in 2005 de overhand nemen. Voor de rest van de rechtsvormen geldt dezelfde trend in de bouw als bij de Belgische ondernemingen. Bij de evolutie van de bouw zien we ook dat de omvang zelfstandigen min of meer constant gebleven is. Enkel horeca, groot en kleinhandel kennen meer faillissementen als zelfstandige (zie bijlage figuur 3). 10

19 2. Onderzoek 2.1. Inleiding Wanneer we spreken over de financiële gezondheid van een onderneming kunnen we dit analyseren vanuit verschillende opzichten. Vraag was dan ook welke methode gaan we toepassen om de bouwnijverheid te analyseren. In het verleden zijn hiervoor verschillende methodes ontwikkeld. Modellen voor succes en faling, credit scoring, kwalitatieve modellen, knipperlichten, positionering enzovoort. Er is al wel onderzoek gebeurd naar faillissementen van Belgische ondernemingen gebaseerd op modellen van succes en faling maar voor de bouwsector is er echter nog geen uitgebreid onderzoek gevoerd. Om een beter zich te krijgen op de oorzaken van faling willen we daarom een onderzoek voeren op basis van de neergelegde jaarrekeningen uit de Belgische bouwsector. Aan de hand van deze jaarrekeningen zullen we enkele typische kenmerken terug vinden van falende bouwondernemingen. Modellen voor succes en faling Er zijn drie generaties van modellen: De lineaire modellen Ooghe-Verbaere 1982 (OV 82) De logitmodellen Ooghe-Joos-De Vos 1991 (OJD 91) De simpele-intuïtieve modellen 2005 (SIM 05) De eerste 2 modellen zijn statistische modellen. Voor ons onderzoek geven wij de voorkeur aan de simpele-intuïtieve modellen om volgende redenen: De andere modellen zijn gebaseerd op volledige jaarrekeningen. In de bouwsector hebben we echter een overgrote meerderheid aan kleine ondernemingen die een verkorte jaarrekening neerleggen. Het zou dus een verkeerd beeld geven deze modellen toe te passen op ondernemingen met een verkorte jaarrekening. De statistische modellen maken gebruik van coëfficiënten die worden geschat. Deze schatting wordt in vraag gesteld omdat het een puur statistische procedure is en dus niet altijd betekenisvol. Het nieuw soort falingspredictiemodel is transparanter en stabieler dan de traditionele statistische modellen. 11

20 Fito -meter Dit nieuw soort falingspredictiemodel maakt gebruik van de Fito -meter. De Fito -meter is gebaseerd op het gebruik van acht ratio s. Deze financiële ratio s zijn zodanig gekozen dat elk van de vier basisdimensies van de financiële gezondheid van een onderneming is vertegenwoordigd: toegevoegde waarde, rentabiliteit, solvabiliteit en liquiditeit. Deze acht ratio s en hun omschrijving zijn bijgevoegd in de bijlagen. Op deze acht ratio s wordt een logittransformatie toegepast om waarden tussen 0 en 1 te bekomen. De formule van de logittransformatie is als volgt: logit R = 1 (1 + e ) De Fito -score wordt verkregen door het rekenkundig gemiddelde van de logitwaarden van de acht ratio s te berekenen. Fito -kompas Voor de voorstelling van het Fito -kompas worden percentielen toegevoegd. Een onderneming heeft percentiel x voor een bepaalde ratio als x % van de ondernemingen van de gekozen referentiegroep lager of gelijk scoort dan deze onderneming. Aldus wordt een onderneming per ratio gepositioneerd ten opzichte van haar referentiegroep. Deze positionering doen we aan de hand van de CD-ROM bijgevoegd bij De financiële toestand van de Belgische ondernemingen, waar we referentiegroepen kunnen selecteren op basis van jaar van de neergelegde jaarrekening, grootteklasse en leeftijdscategorie. Deze percentielwaarden gebruiken we voor de grafische voorstelling van het Fito -kompas. Elke pijl stelt een ratio voor. De lengte van de pijl wordt bepaald door de percentielwaarde. Hoe langer de pijl, hoe beter. De percentielwaarde van de totale Fito -score wordt weergegeven door de buitenste rand van de witte cirkel: hoe groter het witte gedeelte of hoe kleiner het grijze gedeelte, hoe sterker de financiële toestand van de onderneming in dat jaar. In ons onderzoek positioneren we de ratiowaarden van alle falende bouwondernemingen tegenover de ratiowaarden van alle andere bouwondernemingen, om zo grafisch te zien welke ratio s van de falende onderneming zwak en welke sterk presteren tegenover de ratio s van alle andere bouwondernemingen. 12

21 Populatie en steekproef We voeren ons onderzoek met behulp van de databank Belfirst. In deze databank vinden we alle neergelegde jaarrekeningen van de Belgische ondernemingen, zowel het verkort schema als het uitgebreid schema. De onderverdeling per sector wordt gemaakt aan de hand van NACE-BEL 2003 codes. Deze codes zijn ontworpen voor statistische verwerking van financiële informatie van verschillende sectoren. De bouwnijverheid onder sectie F code 45 (In totaal zijn er 17 secties). Hier volgende de subgroepen van de bouwnijverheid: 45.1 Het bouwrijp maken van terreinen 45.2 Burgerlijke en utiliteitsbouw; weg- en waterbouw 45.3 Bouwinstallatie 45.4 Afwerking van gebouwen 45.5 Verhuur van machines voor de bouwnijverheid met bedieningspersoneel Als we in de literatuur kijken, vinden we een andere beschrijving over de bouw, waar naast NACE- BEL 2003 codes 45 ook code 14.1, 14.2, 26 voorkomen: 14.1 Winning van steen 14.2 winning van zand en klei 26 Vervaardiging van overige niet-metaalhoudende minerale producten De gegevens over faillissementen die wij gebruiken zijn enkel deze van code 45(bouwnijverheid). Voor de gedetailleerde lijst van de bouwnijverheid, zie bijlage figuur 7. 13

22 Gegevensverzameling De meest volledige gegevens zijn beschikbaar vanaf 1999 tot en met 2006, over deze periode voeren we dan ook ons onderzoek. We analyseren de gegevens telkens twee keer, zowel voor alle bouwondernemingen als voor de falende bouwondernemingen. Het totaal aantal ondernemingen dat per jaar in dit onderzoek is opgenomen, is gelijk aan: Tabel 1: Aantal verwerkte jaarrekeningen Alle bouwondernemingen Falende bouwondernemingen Totaal De hoogste 1% en de laagste 1% van de gegevens worden weggelaten om de invloed van extreme waarden ten gevolge van fouten in de gepubliceerde jaarrekeningen te minimaliseren Gegevensanalyse We analyseren elke ratio aan de hand van de gemiddelde ratiowaarde per boekjaar (weergegeven in een grafiek) en aan de hand van de percentielwaarde die de ratio scoort op het Fito -kompas. We maken eerst een vergelijking tussen alle bouwondernemingen en de falende bouwondernemingen. Onder falende bouwondernemingen verstaan we bouwondernemingen die zich in één van de volgende rechtstoestanden bevinden: Voorlopige opschorting, definitieve opschorting, einde van opschorting, faillissement, gerechtelijk akkoord, sluiting van faillissement. Vervolgens maken we een onderscheid volgens grootteklasse, leeftijdscategorie en regio. We analyseren ook de jaren voorafgaand aan het faillissement. Tenslotte analyseren we enkele andere ratio s in het belang van de oorzaken van faling uit het derde hoofdstuk. 14

23 2.2. Resultaten en interpretatie Algemeen Het algemene onderzoek is toegepast op: bouwondernemingen, zowel falend als niet falend falende bouwondernemingen Fito -kompas In wat volgt bespreken de acht ratio s en de Fito -score. Om vast te stellen welke ratio s van de falende bouwondernemingen goed en welke ratio s slecht scoren, vergelijken we de ratioscore van de falende bouwondernemingen met de ratioscore van alle bouwondernemingen en kijken we hoeveel procent van alle bouwondernemingen slechter scoort. Dit geeft ons de percentielwaarde voor een bepaalde ratio. We doen dit voor alle ratio s en voor de Fito -score, en bekomen grafisch zo het Fito kompas. De bespreking van de ratio s is gebaseerd op de percentielwaarde die ze hebben in het Fito kompas. In het Fito kompas zien we al meteen een relatief goede waarde van de korte termijn financiële schuldgraad, een middelmatige waarde voor de bruto toegevoegde waarde per personeelskosten, en een slechte percentielwaarde voor alle andere ratio s. Figuur 14: Fito -kompas alle falende bouwondernemingen 15

24 Toegevoegde waarde Het begrip toegevoegde waarde is een maatstaf voor de globale economische prestaties van een bedrijf en kan gedefinieerd worden als de waarde van de productie verminderd met het intermediaire verbruik. Bruto toegevoegde waarde / personeelskosten Deze ratio meet de mate waarin de bruto toegevoegde waarde de personeelskosten overtreft. Het is een maatstaf voor de productiviteit van een onderneming een geeft dus de concurrentiekracht weer. Indien deze ratio kleiner is dan 100%, betekent dit dat de toegevoegde waarde kleiner is dan de personeelskosten en lijden de aandeelhouders een toegevoegd verlies omwille van de niet-gedekte personeelskosten, niet-kaskosten, financiële kosten van het vreemd vermogen en belastingen. In de bouwsector is deze ratio aan de lage kant vanwege de arbeidsintensiviteit. De personeelskosten lopen immers hoog op in arbeidsintensieve sectoren waar bovendien een schaarste heerst aan bekwame vakmensen. Bouwondernemingen zullen dan ook geneigd zijn meer te betalen om de nodige competenties te behouden. Bij de berekening van de bruto toegevoegde waarde / personeelskosten zijn de ondernemingen zonder personeel verwijderd uit de berekening. Door hun nulscore op deze ratio zou de globale ratiowaarde van de bouwsector immers onterecht veel lager liggen. Bij falende bouwondernemingen blijft de ratiowaarde boven de 100%, en we hebben een middelmatige waarde op het Fito -kompas. Falende bouwondernemingen hebben dus in mindere mate problemen met het creëren van voldoende toegevoegde waarde om de personeelskosten te dekken. Figuur 15: Bruto toegevoegde waarde / personeelskosten 16

25 Rentabiliteit Met de term rentabiliteit wordt aangeduid of er voldoende resultaat voortvloeit uit de werking van een onderneming. Nettorentabiliteit van de bedrijfsactiva vóór belastingen De nettorentabiliteit van de bedrijfsactiva vóór belastingen legt de relatie vast tussen de bedrijfsresultaten en de bedrijfsactiva, en wordt uitgedrukt als het bedrijfsresultaat dat behaald wordt per 100 euro investeringen in bedrijfsactiva. Op deze manier worden resultaten voortvloeiend uit financiële activa buiten beschouwing gelaten, evenals uitzonderlijke resultaten. Zo krijgt men een maatstaf voor de prestaties op het gebied van productie van goederen en diensten. We zien hier een erg zwakke percentielscore op het Fito kompas, en een globale negatieve score voor deze ratio. Een belangrijk kenmerk van falende bouwondernemingen is dus een negatief nettobedrijfsresultaat. Figuur 16: Nettorendabiliteit van de bedrijfsactiva voor belastingen (%) Nettorentabiliteit van het eigen vermogen na belastingen De nettorentabiliteit van het eigen vermogen na belastingen geeft aan hoeveel winst na aftrek van de financiële kosten van het vreemd vermogen en na belastingen de onderneming op haar eigen vermogen genereert. Deze ratio heeft een globale negatieve score. Een kenmerk van falende bouwondernemingen is dus dat ze verlies zullen boeken. Aangezien dit een belangrijke maatstaf is voor aandeelhouders zal dit het naderende faillissement nog eens versterken. Het wordt immers moeilijker nieuw kapitaal aan te trekken voor eventueel noodzakelijke investeringen. 17

26 Figuur 17: Nettorendabiliteit eigen vermogen na belastingen (%) Conclusie Op vlak van rentabiliteit scoren de falende bouwondernemingen erg slecht. We kunnen dan ook stellen dat een zwakke winstgevendheid van een bouwonderneming één van de belangrijkste kenmerken van faling is. Deze slechte rendabiliteit kan verschillende oorzaken hebben. Enerzijds kan het zijn dat een onderneming te weinig opdrachten krijgt om de gemaakte investeringen te doen renderen. Anderzijds kan een slechte rendabiliteit ook veroorzaakt worden door een slechte kostenbeheersing, wat voor een zeer slecht nettobedrijfsresultaat kan zorgen. Solvabiliteit Solvabiliteit gaat over de meer gedetailleerde samenstelling van het passief en over het vermogen om schulden af te lossen en interestkosten terug te betalen. Graad van zelffinanciering De zelffinancieringsgraad is een ratio die sterk discrimineert tussen lopende en falende ondernemingen. Deze ratio kan gezien worden als een indicator van de gecumuleerde rentabiliteit uit de voorbije jaren en het boekjaar zelf, de dividend- en reserveringspolitiek en de leeftijd van de onderneming. Hoe groter het deel van de winst dat in de onderneming blijft, hoe sneller het eigen vermogen groeit. Bij falende ondernemingen vinden we een sterk negatieve ratio en de zwakste percentielwaarde op het Fito -kompas. Negatieve reserves en overgedragen verliezen zijn dus sterk typerend voor falende bouwondernemingen. Ook de leeftijd speelt een belangrijke rol, dit wordt verder uitgediept onder het puntje leeftijdscategorie. 18

27 Figuur 18: Zelffinancieringsgraad (%) Algemene graad van financiële onafhankelijkheid De algemene graad van financiële onafhankelijkheid geeft een aanduiding van de mate waarin een onderneming zich meer met eigen vermogen en dus minder met vreemd vermogen financiert. Bijgevolg wijst een hoge graad van financiële onafhankelijkheid op een lage schuldgraad en omgekeerd. De graad van financiële onafhankelijkheid kan gebruikt worden als indicator voor het financieel risico van de onderneming. Hoe lager de financiële onafhankelijkheid, hoe meer schulden, hoe meer vaste betalingsverplichtingen omwille van schuldaflossing en interest en dus hoe groter het financiële risico dat deze verplichtingen niet kunnen nagekomen worden. We willen wel benadrukken dat ook een zeer grote financiële onafhankelijkheid niet optimaal is. Het financieel risico is dan wel klein, maar het bedrijf laat dan zeer waarschijnlijk interessante investeringen die op termijn de rendabiliteit van het bedrijf kunnen verhogen links liggen. De kunst is een ideaal evenwicht te vinden tussen eigen vermogen en vreemd vermogen. Het is logisch dat falende bouwondernemingen hier slecht op scoren, ze zullen immers veel minder eigen vermogen hebben door overgedragen verliezen. Anderzijds zal het vreemd vermogen ook stijgen door ondermeer hogere leveranciersschulden (zoals blijkt onder puntje 2.3.6). Er zijn echter veel ratio s die een slechtere percentielwaarde hebben, te veel vreemd vermogen is dus een kenmerk bij falende bouwondernemingen, maar niet het meest uitgesproken. Figuur 19: Financiële onafhankelijksgraad (%) 19

28 Korte termijn financiële schuldgraad Deze ratio heeft een negatief verband met de financiële toestand: hoe groter de korte termijn financiële schuldgraad, hoe zwakker de financiële situatie van het bedrijf. Financiële schulden zijn schulden uit hoofde van financiering die niet rechtstreeks voortvloeien uit operaties van een onderneming. Meestal gaat het om bankfinanciering. In de korte termijn financiële schuldgraad worden de korte termijn financiële schulden uitgedrukt in procent van het totaal der korte termijn schulden, die ook een operationele oorzaak kunnen hebben. Deze ratio heeft de sterkste percentielwaarde op het Fito kompas, te veel korte termijn financiële schulden is geen kenmerk van falende bouwondernemingen. Dit is ook logisch, financiële instellingen zullen bouwondernemingen in moeilijkheden geen extra krediet meer willen verstrekken, waardoor ze geen hoge korte termijn schulden kunnen hebben. Dit wordt ook aangetoond in ons onderzoek naar de jaren voor faling. Figuur 20: KT financiële schuldgraad Dekking van het vreemd vermogen door de cashflow De dekking van het totaal vreemd vermogen door de cashflow geeft aan welk percentage van het totaal vreemd vermogen door de cashflow van een bepaald jaar kan terugbetaald worden. Deze dekkingsratio is de indicator bij uitstek om de schuldaflossingscapaciteit van een onderneming te meten. Een hoge cashflow en/of weinig schulden zorgen dus voor een hoge waarde. Falende bouwondernemingen hebben een zeer lage ratioscore en een slechte percentielwaarde. Zoals reeds eerder besloten komt dit door de hogere schulden, maar evenzeer door een lage cashflow. Een lage cashflow vormt dus zeker ook een kenmerk bij falende bouwondernemingen. 20

29 Figuur 21: Dekking vreemd vermogen door de cashflow (%) Conclusie Falende bouwondernemingen kenmerken zich vooral door negatieve reserves, overgedragen verliezen, veel vreemd vermogen en een te lage cashflow. Ze hebben echter niet te veel korte termijn financiële schulden. Liquiditeit Liquiditeit betreft de mate waarin de onderneming in staat is kasmiddelen te mobiliseren om haar kortlopende betalingsverplichtingen na te leven. Het gaat hem hoofdzakelijk over een vergelijking van de kasinkomsten en uitgaven. Nettokasratio De nettokasratio is een maatstaf voor de liquiditeit van een onderneming op zeer korte termijn. Deze ratio geeft aan welk percentage de nettokaspositie uitmaakt van de vlottende activa. De nettokaspositie bestaat uit het gedeelte van de geldbeleggingen en liquide middelen dat overblijft na aftrek van de financiële schulden op ten hoogste één jaar. De nettokasratio is negatief wanneer de nettokas negatief is of de financiële schulden op ten hoogste één jaar groter zijn dan de som van de geldbeleggingen en de liquide middelen. Algemeen hebben we een negatieve nettokasratio. Aangezien falende bouwondernemingen geen hoge korte termijn financiële schulden hebben is dit dus te wijten aan een tekort aan liquide middelen en geldbeleggingen. 21

30 Figuur 22: Nettokasratio (%) Fito -score De Fito -score is de maatstaf die de voorgaande 8 ratio s integreert in één score. Zo wordt een beeld geschetst van de totale financiële gezondheid van de bouwondernemingen. Hoe hoger de score, hoe beter. De falende bouwondernemingen scoren dan ook over de volledige jaren minder dan alle bouwondernemingen. Figuur 23: Fito -score Algemene conclusie De belangrijkste kenmerken van falende bouwondernemingen zijn de sterk negatieve nettobedrijfsresulaten en reserves, en de grote overgedragen verliezen. Daarnaast kenmerken ze zich ook door veel vreemd vermogen, een lage cashflow, te weinig liquide middelen en geldbeleggingen en verliezen na belastingen. Over het algemeen hebben falende bouwondernemingen minder problemen met de toegevoegde waarde en hebben ze weinig korte termijn financiële schulden. 22

31 Grootteklasse Het aantal bouwondernemingen per grootteklasse is onderverdeeld als volgt: Kleine bouwondernemingen: Grote bouwondernemingen: 5280 Bouwondernemingen zonder personeel: Falende kleine bouwondernemingen: Falende grote bouwondernemingen: 27 Falende bouwondernemingen zonder personeel: 954 We zien een zeer duidelijke trend, de kleine ondernemingen hebben overal een hogere waarde dan de grote ondernemingen. Grote ondernemingen zijn dan wel productiever, maar hun personeelskosten zijn ook beduidend hoger. Ons onderzoek voor falende grote ondernemingen is slechts gebaseerd op 27 jaarrekeningen, deze steekproef is veel te klein. Bijgevolg worden alle falende grote ondernemingen uit de resultaten verwijderd en worden voor deze groep geen algemene besluiten getrokken. Fito -kompas Falende kleine bouwondernemingen De ratio s van de falende kleine bouwondernemingen worden vergeleken met de ratio s van alle kleine bouwondernemingen en we bekomen zo het Fito kompas. Figuur 24: Fito -kompas kleine falende bouwondernemingen 23

32 Falende bouwondernemingen zonder personeel De ratio s van de falende bouwondernemingen zonder personeel worden vergeleken met de ratio s van alle bouwondernemingen zonder personeel en we bekomen zo het Fito kompas. We hebben geen pijl voor de toegevoegde waarde aangezien er geen personeelskosten zijn. Figuur 25: Fito -kompas falende bouwondernemingen zonder personeel We zien dat de Fito kompassen dezelfde trend volgen van het algemene geval. We merken op dat de pijlen van de falende bouwondernemingen zonder personeel bij elke ratio langer zijn dan de falende kleine bouwondernemingen, en de witte cirkel van de Fito -score is beduidend groter. Toegevoegde waarde Bij de toegevoegde waarde ratio zijn geen ondernemingen zonder personeel opgenomen omdat die geen personeelskosten hebben. We kunnen dus enkel besluiten dat te hoge personeelskosten in vergelijking met hun toegevoegde waarde geen kenmerk zijn van falende kleine bouwondernemingen. Figuur 26: Bruto toegevoegde waarde / personeelskosten grootteklasse 24

33 Rentabiliteit Falende ondernemingen zonder personeel hebben minder negatieve rentabiliteitsratio s en een iets gunstigere percentielwaarde voor deze ratio s. Een slechte rentabiliteit zal zich dus voornamelijk kenmerken bij falende kleine bouwondernemingen. Figuur 27: Nettorendabiliteit van de bedrijfsactiva voor belastingen (%) grootteklasse Figuur 28: Nettorendabiliteit eigen vermogen na belastingen (%) grootteklasse Graad van zelffinanciering Falende bouwondernemingen zonder personeel hebben de meest negatieve score voor de zelffinancieringsgraad. Bouwondernemingen zonder personeel hebben echter in het algemeen een slechtere score op deze ratio. We besluiten dan ook, met behulp van de percentielwaarden van het Fito kompas, dat voornamelijk de kleine falende bouwondernemingen problemen hebben met de graad van zelffinanciering. Figuur 29: Zelffinancieringsgraad (%) grootteklasse 25

34 Solvabiliteit en liquiditeit Bij de overige solvabiliteitsratio s en de liquiditeitsratio zien we telkens dezelfde trend. De kleine bouwondernemingen en bouwondernemingen zonder personeel halen dezelfde score, terwijl de grote bouwondernemingen een slechtere ratioscore behalen. Bij de falende bouwondernemingen zien we echter dat de falende kleine ondernemingen bij elke ratio een slechtere score en een lagere percentielwaarde behalen dan de falende ondernemingen zonder personeel. Problemen met solvabiliteit en liquiditeit zijn dus voornamelijk kenmerken van falende kleine bouwondernemingen. Figuur 30: Financiële onafhankelijksgraad (%) grootteklasse Falende bouwondernemingen zonder personeel hebben een korte termijn financiële schuldgraad die bijna even sterk is als alle bouwondernemingen zonder personeel. Ook de vrij gunstige percentielwaarde op het Fito kompas wijst erop dat een te hoge korte termijn financiële schuldgraad geen kenmerk is van falende bouwondernemingen zonder personeel. Figuur 31: KT financiële schuldgraad "grootteklasse" 26

35 Figuur 32: Dekking vreemd vermogen door de cashflow (%) "grootteklasse" Figuur 33: Nettokasratio (%) "grootteklasse" In het geval van de nettokasratio wordt het verschil extra duidelijk: falende bouwondernemingen zonder personeel hebben nog een positieve nettokas, terwijl kleine falende bouwondernemingen een negatieve nettokas hebben. Fito -score De Fito -score van falende bouwondernemingen zonder personeel ligt lager dan kleine falende bouwondernemingen zonder personeel omdat ze geen score krijgen voor de toegevoegde waarde ratio. Het Fito kompas toont echter dat falende bouwondernemingen zonder personeel een gunstigere percentielwaarde voor de Fito -score hebben. Figuur 34: Fito -score "grootteklasse" 27

36 Conclusie Vooral bij de falende kleine bouwondernemingen zullen de kenmerken van faling die uit de verschillende ratio s voortvloeien sterk tot uiting komen Leeftijdscategorie Het aantal bouwondernemingen per leeftijdscategorie is onderverdeeld als volgt: Bouwondernemingen < 5 jaar: Bouwondernemingen 5-10 jaar: Bouwondernemingen > 10 jaar: Falende bouwondernemingen < 5 jaar: Falende bouwondernemingen 5-10 jaar: 922 Falende bouwondernemingen > 10 jaar: 805 Fito -kompas Falende bouwondernemingen < 5 jaar De ratio s van de falende bouwondernemingen jonger dan vijf jaar worden vergeleken met de ratio s van alle bouwondernemingen jonger dan vijf jaar en we bekomen zo het Fito kompas. Figuur 35: Fito -kompas falende bouwondernemingen < 5 jaar Falende bouwondernemingen 5 10 jaar De ratio s van de falende bouwondernemingen tussen 5 en 10 jaar worden vergeleken met de ratio s van alle bouwondernemingen tussen 5 en 10 jaar en we bekomen zo het Fito kompas. 28

37 Figuur 36: Fito -kompas falende bouwondernemingen 5 10 jaar Falende bouwondernemingen > 10 jaar De ratio s van de falende bouwondernemingen ouder dan tien jaar worden vergeleken met de ratio s van alle bouwondernemingen ouder dan tien jaar en we bekomen zo het Fito kompas. Figuur 37: Fito -kompas falende bouwondernemingen > 10 jaar We zien dat de Fito kompassen dezelfde trend volgen van het algemene geval. We merken ook op dat naarmate de falende bouwonderneming jonger is, de pijl van elke ratio langer is. Enkel de bruto toegevoegde waarde per personeelskosten vormt hierop een uitzondering. Toegevoegde waarde Bruto toegevoegde waarde / personeelskosten We zien een zelfde trend bij alle bouwondernemingen en de falende bouwondernemingen: oudere bouwondernemingen creëren minder toegevoegde waarde in verhouding tot de personeelskosten dan jongere bouwondernemingen. De falende oudere bouwondernemingen behalen echter de hoogste percentielwaarde op het Fito kompas. Onvoldoende toegevoegde waarde creëren in verhouding tot de personeelskosten is dus eerder een kenmerk van falende jongere bouwondernemingen. 29

38 Figuur 38: Bruto toegevoegde waarde / personeelskosten "leeftijdscategorie" Rentabiliteit Jongere ondernemingen hebben duidelijk een veel hoger rendement dan oudere ondernemingen. Dit hangt samen met het feit dat jonge ondernemingen gemiddeld een hogere schuldgraad hebben en daardoor een grotere financiële hefboom. In de bouwsector wordt het grootste deel van de investeringen gedaan bij het opstarten. Deze jonge ondernemingen zitten in een sterke expansiefase waar investeringen resulteren in grote opbrengsten terwijl een onderneming die al veel geïnvesteerd heeft minder rendement zal halen op de nieuwe investeringen. Bij falende bouwondernemingen zien we dezelfde trend: niet meer rendabel zijn is reeds een belangrijk kenmerk van faling en dit probleem vergroot naarmate de onderneming ouder wordt. Falende bouwondernemingen jonger dan 5 jaar boeken regelmatig nog een kleine winst, maar een ongunstige waarde op het Fito kompas wijst erop dat een slechte rentabiliteit ook een kenmerk is van deze jongere falende bouwondernemingen. Figuur 39: Nettorendabiliteit bedrijfsactiva voor belastingen (%) "leeftijdcategorie" 30

39 Figuur 40: Nettorendabiliteit eigen vermogen na belastingen (%) "leeftijdscategorie" Solvabiliteit Graad van zelffinanciering Bij alle bouwondernemingen zien we duidelijk een structureel en systematisch verschil op basis van de leeftijd. Hoe hoger de leeftijd, hoe hoger de zelffinancieringsgraad. Bij falende bouwondernemingen zien we echter een tegenovergesteld beeld: de jongere ondernemingen behalen een betere ratioscore en percentielwaarde. Dit komt enerzijds doordat, zoals we hierna zullen zien, jongere (falende) bouwondernemingen minder eigen vermogen hebben. Anderzijds zullen falende oudere bouwondernemingen reeds enkele jaren voor faling overgedragen verliezen opstapelen. Een lage graad van zelffinanciering is dus vooral een kenmerk van falende oudere bouwondernemingen. Figuur 41: Zelffinancieringsgraad (%) "leeftijdscategorie" 31

Inhoud. Lijst van tabellen... Lijst van figuren... Inleiding... HOOFDSTUK 1 FINANCIËLE ANALYSE: INLEIDING... 1

Inhoud. Lijst van tabellen... Lijst van figuren... Inleiding... HOOFDSTUK 1 FINANCIËLE ANALYSE: INLEIDING... 1 Lijst van tabellen... Lijst van figuren... Inleiding... xv xix xxi HOOFDSTUK 1 FINANCIËLE ANALYSE: INLEIDING... 1 1.1. Onderneming, toegevoegde waarde en belanghebbenden... 2 1.2. Rol van de financiële

Nadere informatie

West-Vlaamse bedrijven: fit, gezond en crisisbestendig?

West-Vlaamse bedrijven: fit, gezond en crisisbestendig? Bekaert West-Vlaamse bedrijven: fit, gezond en crisisbestendig? Lieselot Denorme sociaaleconomisch beleid, WES Ondanks de recente economische crisis zijn de West-Vlaamse bedrijven er globaal in geslaagd

Nadere informatie

Kredietadvies. Officiële gegevens

Kredietadvies. Officiële gegevens Datum: 23/09/2005 Betreft: 434360456 D.F.M. INTERNATIONAL TRADING NV RUYSEVELTSLEI 12 2950 KAPELLEN R1 Handelsrapport Kredietadvies Datum 23-09-2005 Het berekende kredietmaximum bedraagt : 1.250 EUR Het

Nadere informatie

Om de sector zo goed mogelijk te vertegenwoordigen, hebben we alle ondernemingen geïdentificeerd die hun jaarrekening op de website van de NBB

Om de sector zo goed mogelijk te vertegenwoordigen, hebben we alle ondernemingen geïdentificeerd die hun jaarrekening op de website van de NBB 1 Om de sector zo goed mogelijk te vertegenwoordigen, hebben we alle ondernemingen geïdentificeerd die hun jaarrekening op de website van de NBB (Nationale Bank van België) hebben gepubliceerd. Ondernemingen

Nadere informatie

FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE. HOVENIERSBERG 24 B-9000 GENT Tel. : 32 - (0)9 264.34.61 Fax. : 32 - (0)9 264.35.

FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE. HOVENIERSBERG 24 B-9000 GENT Tel. : 32 - (0)9 264.34.61 Fax. : 32 - (0)9 264.35. FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE HOVENIERSBERG 24 B-9000 GENT Tel. : 32 - (0)9 264.34.61 Fax. : 32 - (0)9 264.35.92 WORKING PAPER De financiële toestand van de Belgische ondernemingen 2006 Ratio s en

Nadere informatie

Handboek financiële analyse van de onderneming

Handboek financiële analyse van de onderneming Handboek financiële analyse van de onderneming Theorie en toepassing op de jaarrekening Boekdeel 1 Prof. dr. Hubert OoGHE Emeritus buitengewoon hoogleraar aan de Vlerick Leuven Gent Management School en

Nadere informatie

UITLEG EXAMEN 1E ZIT

UITLEG EXAMEN 1E ZIT UITLEG EXAMEN 1E ZIT 2017-2018 T5 & T6: getallen bij bedragen tijdsindexen en structuurpercentages weg, enkel nog namen en codes Wel deelpunten als getallen en bewerkingen juist zijn 1 E ZIT 2015-2016

Nadere informatie

INHOUD. Lijst van tabellen... Lijst van figuren... Inleiding... xxi

INHOUD. Lijst van tabellen... Lijst van figuren... Inleiding... xxi INHOUD Voor een eerste kennismaking of een inleidende cursus kunnen de delen met * weggelaten worden. Lijst van tabellen.............................................. Lijst van figuren..............................................

Nadere informatie

Kenmerkende gegevens DE 1. Ondernemingsdossier BE 0999.999.999 Brussel, 31 mei 2013. Balanscentrale. Ondernemingsnummer 0999.999.

Kenmerkende gegevens DE 1. Ondernemingsdossier BE 0999.999.999 Brussel, 31 mei 2013. Balanscentrale. Ondernemingsnummer 0999.999. Balanscentrale de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel Tel. +32 2 221 30 01 Fax + 32 2 221 32 66 helpdesk.ba@nbb.be www.nbb.be ondernemingsnummer: 0203.201.340 RPR Brussel Ondernemingsdossier BE 0999.999.999

Nadere informatie

Inhoud WOORD VOORAF... 1 1. INLEIDING... 3

Inhoud WOORD VOORAF... 1 1. INLEIDING... 3 WOORD VOORAF.......................................................... 1 1. INLEIDING............................................................. 3 2. PUBLICATIEVERPLICHTINGEN...........................................

Nadere informatie

Inhoud WOORD VOORAF... 1 1. INLEIDING... 3

Inhoud WOORD VOORAF... 1 1. INLEIDING... 3 Inhoud WOORD VOORAF.......................................................... 1 1. INLEIDING............................................................. 3 2. PUBLICATIEVERPLICHTINGEN..........................................

Nadere informatie

... Graydon studie. Faillissementen. Oktober 2018

... Graydon studie. Faillissementen. Oktober 2018 Graydon studie Faillissementen Oktober 2018 5 november 2018 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon Belgium. Deze brochure is louter ter informatie opgesteld. De

Nadere informatie

DOSSIER N BUDGET/FEDCOM/2015/02 - Annexe 2.4. Balanscentrale. Ondernemingsdossier

DOSSIER N BUDGET/FEDCOM/2015/02 - Annexe 2.4. Balanscentrale. Ondernemingsdossier DOSSIER N BUDGET/FEDCOM/2015/02 - Annexe 2.4 Balanscentrale Ondernemingsdossier Beknopte handleiding Oktober 2008 Inleiding De Balanscentrale van de Nationale Bank van België (NBB) staat in voor de verspreiding

Nadere informatie

STUDIE Faillissementen 1 december Maand november sluit af met stijging van 3,69% In Brussel een stijging van 25,17%.

STUDIE Faillissementen 1 december Maand november sluit af met stijging van 3,69% In Brussel een stijging van 25,17%. STUDIE Faillissementen 1 december 2016 Maand november sluit af met stijging van 3,69% In Brussel een stijging van 25,17%. 1 september 2016 2 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding

Nadere informatie

9 tekenen van een naderend faillissement.

9 tekenen van een naderend faillissement. 9 tekenen van een naderend faillissement Graydon epaper 9 tekenen van een naderend faillissement. 9 tekenen van een naderend faillissement 2 Inhoud Inleiding 3 Check deze 9 signalen 4 Signaal 1. De liquiditeitsratio

Nadere informatie

FINANCIËLE ANALYSE VAN DE JAARREKENING TOEGEPAST

FINANCIËLE ANALYSE VAN DE JAARREKENING TOEGEPAST FINANCIËLE ANALYSE VAN DE JAARREKENING TOEGEPAST TOEGEPAST FINANCIËLE ANALYSE VAN DE JAARREKENING TOEGEPAST MIEKE KIMPE CARINE COPPENS Vierde editie Antwerpen Cambridge Financiële analyse van de jaarrekening

Nadere informatie

FINANCIËLE ANALYSE VAN DE JAARREKENING TOEGEPAST

FINANCIËLE ANALYSE VAN DE JAARREKENING TOEGEPAST FINANCIËLE ANALYSE VAN DE JAARREKENING TOEGEPAST TOEGEPAST FINANCIËLE ANALYSE VAN DE JAARREKENING TOEGEPAST MIEKE KIMPE CARINE COPPENS Vijfde editie Antwerpen Cambridge Financiële analyse van de jaarrekening

Nadere informatie

2. Welke onderneming heeft op basis van onderstaande gegevens de meest gunstige liquiditeitspositie?

2. Welke onderneming heeft op basis van onderstaande gegevens de meest gunstige liquiditeitspositie? 1. Welke van onderstaande uitspraken is correct? a. Het controleverslag van de commissaris verschaft zekerheid dat er geen onjuistheden in de jaarrekening voorkomen. b. Het controleverslag van de commissaris

Nadere informatie

... Graydon studie. Faillissementen. Januari februari 2018

... Graydon studie. Faillissementen. Januari februari 2018 Graydon studie Faillissementen Januari 2018 1 februari 2018 Graydon Studie Barometer Faillissementen 2018 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon Belgium. Deze brochure

Nadere informatie

STUDIE Faillissementen mei 2016

STUDIE Faillissementen mei 2016 STUDIE Faillissementen mei 2016 Maand mei: faillissementen stijgen +4,1%. Stijging vooral binnen de horeca Cumul 2016: -12,3% Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon

Nadere informatie

FINANCIËLE ANALYSE VAN DE JAARREKENING TOEGEPAST

FINANCIËLE ANALYSE VAN DE JAARREKENING TOEGEPAST FINANCIËLE ANALYSE VAN DE JAARREKENING TOEGEPAST TOEGEPAST FINANCIËLE ANALYSE VAN DE JAARREKENING TOEGEPAST CARINE COPPENS MIEKE KIMPE Derde editie Antwerpen Cambridge Financiële analyse van de jaarrekening

Nadere informatie

... Graydon studie. Faillissementen. November 2017

... Graydon studie. Faillissementen. November 2017 ... Graydon studie Faillissementen November 2017 1 december 2017 [Typ hier] [Typ hier] [Typ hier] Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon Belgium. Deze brochure

Nadere informatie

... Graydon studie. Faillissementen. Eerste semester 2018

... Graydon studie. Faillissementen. Eerste semester 2018 Graydon studie Faillissementen Eerste semester 2018 2 juli 2018 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon Belgium. Deze brochure is louter ter informatie opgesteld.

Nadere informatie

Financiële hefboomwerking

Financiële hefboomwerking 17 Financiële hefboomwerking Waarom gaan ondernemingen dan schulden aan, kan men zich terecht afvragen? Het antwoord ligt bij de kost van het alternatief. Schulden kosten aanzienlijk minder dan. Er werd

Nadere informatie

Rentabiliteitsratio s

Rentabiliteitsratio s 18 Rentabiliteitsratio s Nu we de begrippen balans, resultatenrekening en kasstromentabel onder de knie hebben, kunnen we overgaan tot het meer interessante werk, nl. het onderzoek naar de performantie

Nadere informatie

Barometer van de verenigingen en stichtingen 28/01/19

Barometer van de verenigingen en stichtingen 28/01/19 Barometer van de verenigingen en stichtingen 28/01/19 Verenigingen en stichtingen in België in cijfers (2013-2017) Structuur van het landschap van verenigingen en stichtingen Aantal Aantal met jaarrekeningen

Nadere informatie

Vennootschappen onderworpen aan de vennootschapsbijdrage

Vennootschappen onderworpen aan de vennootschapsbijdrage Vennootschappen onderworpen aan de vennootschapsbijdrage Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen (2001), Statistiek van de aangesloten vennootschappen jaar 2000, 68 p. Begin juni

Nadere informatie

LIQUIDITEIT. + kasinkomsten (=omzet + afname handelsdebiteuren/ - toename handelsdebiteuren) - totale kasstroom van operaties : 360

LIQUIDITEIT. + kasinkomsten (=omzet + afname handelsdebiteuren/ - toename handelsdebiteuren) - totale kasstroom van operaties : 360 LIQUIDITEIT 1. Netto bedrijfskapitaal = NBK RATIO: beperkte vlottende activa schulden op korte termijn INTERPRETATIE: in s; vergelijking (1) welke activa binnen 12 maand zullen worden omgezet in beschikbare

Nadere informatie

Dossier regionale luchthavens. 0. Aanleiding:

Dossier regionale luchthavens. 0. Aanleiding: Dossier regionale luchthavens 0. Aanleiding: In 2004 presenteerde het Vlaams Forum Luchtvaart een rapport en aanbevelingen aan de Vlaamse regering over de luchtvaart in Vlaanderen [2]. Belangrijk onderdeel

Nadere informatie

STUDIE. Faillissementen. Maanden juli en augustus

STUDIE. Faillissementen. Maanden juli en augustus STUDIE Faillissementen Maanden juli en augustus 4 september 2017 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon Belgium. Deze brochure is louter ter informatie opgesteld.

Nadere informatie

Luca Pacioli. Portret van Luca Paciolis door Jacopo de Barbari, 1495. Luca Bartolomeo de Pacioli was een Italiaans wiskundige.

Luca Pacioli. Portret van Luca Paciolis door Jacopo de Barbari, 1495. Luca Bartolomeo de Pacioli was een Italiaans wiskundige. 33. Dubbele boekhouding. 33.1 Een beetje geschiedenis. De dubbele boekhouding werd uitgevonden door kooplieden uit Venetië en voor het eerst neergeschreven in 1494 door een Italiaanse monnik Luca Pacioli.

Nadere informatie

UNIZO KMO-BAROMETER. KMO-Barometer mrt 07 jun 07. dec 06

UNIZO KMO-BAROMETER. KMO-Barometer mrt 07 jun 07. dec 06 UNIZO KMO-BAROMETER UNIZO-Studiedienst, tel. 02 238 05 31 - fax 02 238 07 94 www.unizo.be Voor resultaten van vroegere edities van de KMO-barometer en andere KMO-statistieken zie: www.unizo.be/statistieken

Nadere informatie

... Graydon studie. Faillissementen. Eerste trimester 2018

... Graydon studie. Faillissementen. Eerste trimester 2018 Graydon studie Faillissementen Eerste trimester 2018 Publicatie: 3 april 2018 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon Belgium. Deze brochure is louter ter informatie

Nadere informatie

STUDIE Faillissementen 2 november 2016 Opnieuw forse stijging in oktober

STUDIE Faillissementen 2 november 2016 Opnieuw forse stijging in oktober STUDIE Faillissementen 2 november 2016 Opnieuw forse stijging in oktober 1 september 2016 2 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon Belgium. Deze brochure is louter

Nadere informatie

STUDIE. Faillissementen januari 2017

STUDIE. Faillissementen januari 2017 STUDIE Faillissementen januari 2017 01/02/2017 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon Belgium. Deze brochure is louter ter informatie opgesteld. De gegevens zijn

Nadere informatie

Ratioanalyse 2011. Lotus Bakeries

Ratioanalyse 2011. Lotus Bakeries Ratioanalyse 211 Lotus Bakeries Kerncijfers Eigen vermogen 4.6.774, 39.42.233, 41.138.39, 31.919.68, 27.23.119, 4 4 3 3 2 2 1 1 Berekening: 1/1 Omzet 148.47.79, 138.119.71, 141.838.84, 146.339.94, 123.196.137,

Nadere informatie

Ratioanalyse 2010. Lotus Bakeries

Ratioanalyse 2010. Lotus Bakeries Ratioanalyse 21 Lotus Bakeries Kerncijfers Eigen vermogen 39.42.233, 41.138.39, 31.919.68, 27.23.119, 27.78.737, 4 4 3 3 2 2 1 1 Berekening: 1/1 Omzet 138.119.71, 141.838.84, 146.339.94, 123.196.137, 114.962.163,

Nadere informatie

STUDIE. Faillissementen februari 2017

STUDIE. Faillissementen februari 2017 STUDIE Faillissementen februari 2017 01/03/2017 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon Belgium. Deze brochure is louter ter informatie opgesteld. De gegevens zijn

Nadere informatie

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014 Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 214 Willemstad, Maart 214 Inleiding In juni 214 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) de bedrijven benaderd met vragenlijsten op Curaçao. Doel van deze

Nadere informatie

... Graydon studie. Faillissementen. September. Graydon Studie Barometer Faillissementen 2018

... Graydon studie. Faillissementen. September. Graydon Studie Barometer Faillissementen 2018 Graydon studie Faillissementen September 2018 01 oktober 2018 Graydon Studie Barometer Faillissementen 2018 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon Belgium. Deze

Nadere informatie

Grafische sector West-Vlaanderen Werkt 2, 2009

Grafische sector West-Vlaanderen Werkt 2, 2009 Grafische sector West-Vlaanderen Werkt 2, 2009 De grafische sector in West-Vlaanderen Foto: : Febelgra Jens Vannieuwenhuyse sociaaleconomisch beleid, WES De grafische sector is zeer divers. Grafische bedrijven

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. Lijst van tabellen... Lijst van figuren... Inleiding... xxi

INHOUDSOPGAVE. Lijst van tabellen... Lijst van figuren... Inleiding... xxi INHOUDSOPGAVE Voor een eerste kennismaking of een inleidende cursus kunnen de delen met * weggelaten worden. Lijst van tabellen.............................................. Lijst van figuren..............................................

Nadere informatie

Bijzondere jeugdbijstand

Bijzondere jeugdbijstand Bijzondere jeugdbijstand Financiële analyse 2009-2011 21 januari 2013 adres Koning Albert II-laan 35 bus 31 1030 Brussel telefoon 02 553 34 34 fax 02 553 34 35 mail contact@zorginspectie.be web www.zorginspectie.be

Nadere informatie

Resultaten Conjunctuurenquete 2014

Resultaten Conjunctuurenquete 2014 Willemstad, april 15 Inhoud Inleiding... 2 Methodologie... 2 Resultaten conjunctuurenquête... 3 Investeringsbelemmeringen en bevorderingen...3 Concurrentiepositie...5 Vertrouwen in de economie...5 Vertrouwen

Nadere informatie

Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015

Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015 Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015 Willemstad, Mei 2016 Inhoudsopgave Inleiding... 2 Methodologie... 3 Resultaten conjunctuurenquête... 3 Concluderende opmerkingen... 17 1 CBS Curaçao mei 2016 Inleiding

Nadere informatie

Regionale verdeling van de vastgoedactiviteit

Regionale verdeling van de vastgoedactiviteit notarisbarometer Vastgoed, vennootschappen, familie www.notaris.be A B C D n 1 Juli - september Trimester 3-211 Vastgoedactiviteit in België Prijsevolutie Registratierechten Vennootschappen A Vastgoedactiviteit

Nadere informatie

... Graydon studie. Faillissementen. oktober 2017

... Graydon studie. Faillissementen. oktober 2017 Graydon studie Faillissementen oktober 2017 3 november 2017 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon Belgium. Deze brochure is louter ter informatie opgesteld. De

Nadere informatie

Structurele ondernemingsstatistieken

Structurele ondernemingsstatistieken 1 Structurele ondernemingsstatistieken - Analyse Structurele ondernemingsstatistieken Een beeld van de structuur van de Belgische economie in 2012 en de mogelijkheden van deze databron De jaarlijkse structurele

Nadere informatie

UNIZO KMO-BAROMETER. KMO-Barometer mrt 07 jun 07. dec 06. sep 07

UNIZO KMO-BAROMETER. KMO-Barometer mrt 07 jun 07. dec 06. sep 07 UNIZO KMO-BAROMETER UNIZO-Studiedienst, tel. 02 238 05 31 - fax 02 238 07 94 www.unizo.be Voor resultaten van vroegere edities van de KMO-barometer en andere KMO-statistieken zie: www.unizo.be/statistieken

Nadere informatie

SECTORANALYSE DIGITALE ECONOMIE IN LIMBURG

SECTORANALYSE DIGITALE ECONOMIE IN LIMBURG SECTORANALYSE DIGITALE ECONOMIE IN MEI 2018 INHOUD blz 1. Definitie en bondig cijferoverzicht van de digitale economie 3 2. Vestigingen met personeel 4 3. Loontrekkende werkgelegenheid 7 4. Zelfstandigen

Nadere informatie

Kalender voor het uitbrengen van de indicatoren... 5 Faillissementen Augustus Waterdistributie Juli

Kalender voor het uitbrengen van de indicatoren... 5 Faillissementen Augustus Waterdistributie Juli 19.09.2008 Nr 3218 I. ECONOMIE EN FINANCIEN Conjunctuurindicatoren Kalender voor het uitbrengen van de indicatoren... 5 Faillissementen Augustus 2008... 6 II. INDUSTRIE EN BOUWNIJVERHEID Industrie Waterdistributie

Nadere informatie

Interim-management en advies Financiële specialisten voor de overheid en not for profit

Interim-management en advies Financiële specialisten voor de overheid en not for profit BENCHMARK OP MAAT Inhoud pagina 1 Inleiding 2 2 Observaties en indeling naar omzet 3 3 De parameters 4 4 Resultaten 5 5 Conclusie 12 Bijlage 1 1 Inleiding Ons product Benchmark Op Maat is speciaal ontwikkeld

Nadere informatie

Onderzoek naar de verschillende financiële karakteristieken tussen de erkenningsklassen der aannemers

Onderzoek naar de verschillende financiële karakteristieken tussen de erkenningsklassen der aannemers UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIE JAAR 2008 2009 Onderzoek naar de verschillende financiële karakteristieken tussen de erkenningsklassen der aannemers Masterproef voorgedragen

Nadere informatie

Studie. 2 september In augustus beduidend minder faillissementen

Studie. 2 september In augustus beduidend minder faillissementen Studie 2 september 2013 In augustus beduidend minder faillissementen Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon Belgium. Deze brochure is louter ter informatie opgesteld.

Nadere informatie

4-10-2011. Wat is gezond?

4-10-2011. Wat is gezond? Wat is gezond? 1 Hoe minder schuld, hoe beter het bedrijf ervoor staat akkoord 25% geen mening 0% niet akkoord 75% n=8 Winst maken is voor een bedrijf minder belangrijk dan geld verdienen akkoord 13% niet

Nadere informatie

21.05.2008 Nr 3206 I. ECONOMIE EN FINANCIEN. Conjunctuurindicatoren

21.05.2008 Nr 3206 I. ECONOMIE EN FINANCIEN. Conjunctuurindicatoren 21.05.2008 Nr 3206 I. ECONOMIE EN FINANCIEN Conjunctuurindicatoren Kalender voor het uitbrengen van de indicatoren... 5 Afzetprijsindexen (basis 2000 = 100) September tot oktober 2007... 6 Indexen van

Nadere informatie

Een meerwaarde voor u en uw klanten! Financiële analyse. Dossier De brouwerij. Studie gerealiseerd op basis van de gegevens van de klant

Een meerwaarde voor u en uw klanten! Financiële analyse. Dossier De brouwerij. Studie gerealiseerd op basis van de gegevens van de klant Een meerwaarde voor u en uw klanten! Financiële analyse Dossier De brouwerij Studie gerealiseerd op basis van de gegevens van de klant INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave... 2 1. RESULTAAT... 3 1.1. RESULTATENREKENING...

Nadere informatie

onderneming : Algemene informatie Naam onderneming Ondernemingsvorm (maak een keuze uit de lijst) Minimum geplaatst kapitaal 18.

onderneming : Algemene informatie Naam onderneming Ondernemingsvorm (maak een keuze uit de lijst) Minimum geplaatst kapitaal 18. bij oprichting Algemene informatie Naam onderneming Ondernemingsvorm (maak een keuze uit de lijst) Minimum geplaatst kapitaal Kapitaal volgens oprichtingsstatuten Minimum inbreng in speciën jaar 1 18.550,00

Nadere informatie

FINANCIËLE SITUATIE EN EVOLUTIE VAN DE ONDERNEMING

FINANCIËLE SITUATIE EN EVOLUTIE VAN DE ONDERNEMING BEDRIJFSWETENSCHAPPEN Hoofdstuk 6: FINANCIËLE SITUATIE EN EVOLUTIE VAN DE ONDERNEMING Indeling: 1. Beschrijving van de ondernemingssituatie 2. Balansanalyse 3. Omloopsnelheid en -tijd Financiële analyse

Nadere informatie

Top XL Report. Biblo Biblo Trends Top - 01 oktober Powered by B-Information

Top XL Report. Biblo Biblo Trends Top - 01 oktober Powered by B-Information Top XL Report Biblo 439.307.357 Algemene gegevens 5 Toestand van het bedrijf Actieve onderneming Ondernemingsnummer 0439307357 Nationaal nr / BTW-nr 439307357 Naam / Maatsch. benaming BIBLO-ROULARTA MEDICA

Nadere informatie

Studie 3 februari 2014 Faillissementen januari 2014

Studie 3 februari 2014 Faillissementen januari 2014 Studie 3 februari 2014 Faillissementen januari 2014 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon Belgium. Deze brochure is louter ter informatie opgesteld. De gegevens

Nadere informatie

De inflatie zakte in juni nog tot 1,5 punten. De daaropvolgende maanden steeg de inflatie tot 2,0 in augustus (Bron: NBB).

De inflatie zakte in juni nog tot 1,5 punten. De daaropvolgende maanden steeg de inflatie tot 2,0 in augustus (Bron: NBB). NOTARISBAROMETER VASTGOED WWW.NOTARIS.BE T3 2017 Barometer 34 MACRO-ECONOMISCH Het consumentenvertrouwen trekt sinds juli terug aan, de indicator stijgt van -2 in juni naar 2 in juli en bereikte hiermee

Nadere informatie

Uitgave van UNIZO vzw, UCM en Graydon Belgium nv

Uitgave van UNIZO vzw, UCM en Graydon Belgium nv JANUARI 2014 Uitgave van UNIZO vzw, UCM en Graydon Belgium nv 2 Redactie Gilles Vandorpe (Coördinator Onderzoek UNIZO-Studiedienst) Charlie Tchinda (Economist-Statisticus UCM Studiedienst) Begeleidingscomité

Nadere informatie

Functie financiële analyse

Functie financiële analyse KDT Financiele analyse P00.00 1 Functie financiele analyse Functie van de financiële analyse KDT Financiele analyse P00.00 2 Wat is de functie van financiële analyse Financiële toestand uit het verleden

Nadere informatie

STUDIE Faillissementen 3 oktober Stijgende faillissementscijfers in september

STUDIE Faillissementen 3 oktober Stijgende faillissementscijfers in september STUDIE Faillissementen 3 oktober 2016 Stijgende faillissementscijfers in september 1 september 2016 2 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon Belgium. Deze brochure

Nadere informatie

Uitbreidingstraat 84-b1 tel : 03 280 88 55 2600 Berchem mob : 0495 71 02 36 www.graydon.be

Uitbreidingstraat 84-b1 tel : 03 280 88 55 2600 Berchem mob : 0495 71 02 36 www.graydon.be Persbericht 3 december 2012 gelieve als bron Graydon Belgium te vermelden Graydon Belgium nv contact: Eric Van den Broele Uitbreidingstraat 84-b1 tel : 03 280 88 55 2600 Berchem mob : 0495 71 02 36 www.graydon.be

Nadere informatie

Ondernemingen. 1 Meer oprichtingen dan stopzettingen. Kempen Provincie Antwerpen Vlaams Gewest. Streekpact Cijferanalyse.

Ondernemingen. 1 Meer oprichtingen dan stopzettingen. Kempen Provincie Antwerpen Vlaams Gewest. Streekpact Cijferanalyse. Streekpact 2013-2018 Cijferanalyse Publicatiedatum: 30 september 2013 Contactpersoon: Severine Appelmans Ondernemingen Samenvatting Aantal BTW-plichtige ondernemingen blijft stijgen (periode 2003-2013)

Nadere informatie

Hoog aantal vastgoedtransacties in het afgelopen trimester. De vastgoedmarkt herpakt zich na een relatief rustige maand maart

Hoog aantal vastgoedtransacties in het afgelopen trimester. De vastgoedmarkt herpakt zich na een relatief rustige maand maart I. Vastgoedactiviteit in België Hoog aantal vastgoedtransacties in het afgelopen trimester De vastgoedmarkt herpakt zich na een relatief rustige maand maart In het 2de trimester van 2013 waren er in ons

Nadere informatie

Hfst 5: Liquiditeit. 5.1 Analyse van de liquiditeit binnen de onderneming

Hfst 5: Liquiditeit. 5.1 Analyse van de liquiditeit binnen de onderneming Hfst 5: Liquiditeit Dagelijkse activiteiten staan centraal: - heeft de onderneming genoeg werkkapitaal om haar activiteiten te financieren? - Hoeveel werkmiddelen heeft ze nodig? 5.1 Analyse van de liquiditeit

Nadere informatie

Studie van de bedrijfseconomische effecten van de invoering van rekeningrijden voor vrachtwagens.

Studie van de bedrijfseconomische effecten van de invoering van rekeningrijden voor vrachtwagens. Studie van de bedrijfseconomische effecten van de invoering van rekeningrijden voor vrachtwagens. Deelrapport 2: de liquiditeit, de rentabiliteit en de solvabiliteit voor de transport-, de voedings-, de

Nadere informatie

Hfst 6 : Solvabiliteit

Hfst 6 : Solvabiliteit Hfst 6 : Solvabiliteit De financiële draagkracht op LT wordt bekeken. Belangrijk voor de relatie tussen een onderneming en haar financiële instelling(en). 3 aspecten van solvabiliteit: 1. Statische solvabiliteit:

Nadere informatie

Financiële winst meten, meer dan winst?! Piet Gillard Peter Bulckaert Ronald Koopman

Financiële winst meten, meer dan winst?! Piet Gillard Peter Bulckaert Ronald Koopman Financiële winst meten, meer dan winst?! Piet Gillard Peter Bulckaert Ronald Koopman 20/03/2015 1 WELKOM Piet Gillard (afdeling Toezicht, agentschap Inspectie RWO) Peter Bulckaert (Visitatieraad) Ronald

Nadere informatie

RENTABILITEIT RENTABILITEIT. winst = continuïteit. = studie resultatenrekening = maakt onderneming voldoende winst?

RENTABILITEIT RENTABILITEIT. winst = continuïteit. = studie resultatenrekening = maakt onderneming voldoende winst? KDT Financiele analyse P05.01 1 RENTABILITEIT KDT Financiele analyse P05.01 2 RENTABILITEIT = studie resultatenrekening = maakt onderneming voldoende winst? winst = continuïteit 1 KDT Financiele analyse

Nadere informatie

FAILLISSEMENT = STAKING VAN BETALING

FAILLISSEMENT = STAKING VAN BETALING 4. FAILLISSEMENT: BEGRIP EN GEVOLGEN 4.1.Wat is een faillissement? ---------------------------------- Een faillissement is een in de wet geregelde procedure voor een persoon of onderneming die niet (meer)

Nadere informatie

Het KMO-Rapport Vlaanderen

Het KMO-Rapport Vlaanderen Editie 2010 Het KMO-Rapport Vlaanderen De financieel-economische gezondheid van de Vlaamse KMO in beeld Het KMO-Rapport Vlaanderen De financieel-economische gezondheid van de Vlaamse KMO in beeld UNIZO-Studiedienst

Nadere informatie

Bouwmaterialenvervoer

Bouwmaterialenvervoer 1 e kwartaal 2016 Zoetermeer, 31 mei 2016 INHOUDSOPGAVE Minder bedrijvigheid Groter overschot Lager omzetniveau Het gaat goed met de Nederlandse bouwsector. In het afgelopen eerste kwartaal werd een omzetgroei

Nadere informatie

Voor het bedrijf. Climasoft nv. Vertegenwoordigd door Dirk Maartens. Financiële planningen. van januari 2010 tot december 2012

Voor het bedrijf. Climasoft nv. Vertegenwoordigd door Dirk Maartens. Financiële planningen. van januari 2010 tot december 2012 Financieel plan Voor het bedrijf Vertegenwoordigd door Dirk Maartens Financiële planningen van januari 2010 tot december 2012 Studie gerealiseerd op 10 januari 2010 door De Heer Deckers op basis van de

Nadere informatie

SOLVABILITEIT SOLVABILITEIT

SOLVABILITEIT SOLVABILITEIT KDT Financiele analyse P04.01 1 SOLVABILITEIT KDT Financiele analyse P04.01 2 SOLVABILITEIT In hoeverre is een onderneming in staat haar financiële verplichtingen inzake intrestbetaling en schuldaflossing

Nadere informatie

Samenvatting Economie Boekhouden: THEORIE

Samenvatting Economie Boekhouden: THEORIE Samenvatting Economie Boekhouden: THEORIE Samenvatting door J. 1589 woorden 4 maart 2013 5,6 18 keer beoordeeld Vak Economie Economie Boekhouden Waar haalt de onderneming het geld vandaan? Financieringsbehoeften

Nadere informatie

Uitgave van UNIZO vzw, Graydon Belgium nv en UCM

Uitgave van UNIZO vzw, Graydon Belgium nv en UCM Uitgave van UNIZO vzw, Graydon Belgium nv en UCM Redactie Gilles Vandorpe (Coördinator Onderzoek UNIZO-Studiedienst) Charlie Tchinda (Economiste-Statisticien UCM-Studiedienst) Begeleidingscomité en databronnen

Nadere informatie

Prikkels om te Ondernemen West-Vlaanderen Werkt 4, 2010

Prikkels om te Ondernemen West-Vlaanderen Werkt 4, 2010 Hoe groot is de ondernemingslust in West-Vlaanderen? Lieselot Denorme sociaaleconomisch beleid, WES Startende ondernemingen zijn voor een regio van enorm groot belang. Ze houden de economische dynamiek

Nadere informatie

123WatEenSite C. van de PC Teststraat 1 3351 ZZ Alblasserdam

123WatEenSite C. van de PC Teststraat 1 3351 ZZ Alblasserdam C. van de PC Teststraat 1 3351 ZZ Alblasserdam INHOUDSOPGAVE Pagina Accountantsrapportage 3 Voorwoord 4 Resultaten 5 Financiële positie 7 Ondertekening van de accountantsrapportage 9 Jaarstukken 2008 Jaarrekening

Nadere informatie

Vier werknemers op tien krijgen opleiding en vorming

Vier werknemers op tien krijgen opleiding en vorming ALGEMENE DIRECTIE STATISTIEK EN ECONOMISCHE INFORMATIE PERSBERICHT 13 september 2007 Vier werknemers op tien krijgen opleiding en vorming Vormingsinspanningen van Belgische ondernemingen in 2005 62,5%

Nadere informatie

Bedrijfseconomische Aspecten Examennummer: 71533 Datum: 14 april 2012 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur

Bedrijfseconomische Aspecten Examennummer: 71533 Datum: 14 april 2012 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur Bedrijfseconomische Aspecten Examennummer: 71533 Datum: 14 april 2012 Tijd: 13:00 uur - 14:30 uur Dit examen bestaat uit 8 pagina s. De opbouw van het examen is als volgt: - 30 meerkeuzevragen (maximaal

Nadere informatie

Het KMO-Rapport Vlaanderen

Het KMO-Rapport Vlaanderen Het KMO-Rapport Vlaanderen De financieel-economische gezondheid van de Vlaamse KMO in beeld 2009 Het KMO-Rapport Vlaanderen De financieel-economische gezondheid van de Vlaamse KMO in beeld UNIZO-Studiedienst

Nadere informatie

STUDIE FAILLISSEMENTEN. Zomer 2015

STUDIE FAILLISSEMENTEN. Zomer 2015 STUDIE FAILLISSEMENTEN Zomer 2015 01/09/2015 Overname en gebruik van dit onderzoek wordt aangemoedigd bronvermelding Graydon Belgium. Deze brochure is louter ter informatie opgesteld. De gegevens zijn

Nadere informatie

Het KMO-Rapport Vlaanderen

Het KMO-Rapport Vlaanderen Het KMO-Rapport Vlaanderen De financieel-economische gezondheid van de Vlaamse KMO in beeld 2008 Het KMO-Rapport Vlaanderen De financieel-economische gezondheid van de Vlaamse KMOvennootschap en eenmanszaak

Nadere informatie

Zorgwekkende terugval in productiesector en bij grootste bedrijven

Zorgwekkende terugval in productiesector en bij grootste bedrijven Ieder kwartaal peilen VKW Limburg en UNIZO Limburg naar het aanvoelen van de Limburgse ondernemers en bedrijfsleiders over de economische gang van zaken in de bedrijven. De resultaten van deze bevraging

Nadere informatie

BENCHMARK OP MAAT. 1 Inleiding 2 2 Observaties en indeling naar omzet 3 3 De parameters 4 4 Resultaten 5 5 Conclusie 12. Bijlage

BENCHMARK OP MAAT. 1 Inleiding 2 2 Observaties en indeling naar omzet 3 3 De parameters 4 4 Resultaten 5 5 Conclusie 12. Bijlage BENCHMARK OP MAAT Inhoud pagina 1 Inleiding 2 2 Observaties en indeling naar omzet 3 3 De parameters 4 4 Resultaten 5 5 Conclusie 12 Bijlage 1 1 Inleiding Ons product Benchmark Op Maat is speciaal ontwikkeld

Nadere informatie

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Inleiding Chris M. Jager In mei en juni 2015 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) een groot aantal bedrijven benaderd met vragenlijsten. Doel

Nadere informatie

We gaan de winstgevendheid van een onderneming analyseren. DOEL: - hoe verliezen oplossen? - financieren met VV vanuit rentabiliteitsstandpunt?

We gaan de winstgevendheid van een onderneming analyseren. DOEL: - hoe verliezen oplossen? - financieren met VV vanuit rentabiliteitsstandpunt? Hfst 7: Rentabiliteit We gaan de winstgevendheid van een onderneming analyseren. DOEL: - hoe verliezen oplossen? - financieren met VV vanuit rentabiliteitsstandpunt? Goede rentabiliteit heeft ook z n invloed

Nadere informatie

De omzet moet ingevuld zijn (verplichte vermelding) 70 > 0

De omzet moet ingevuld zijn (verplichte vermelding) 70 > 0 5.3.5 Definitie van de ratio's voor ondernemingen Codes die voorkomen in het A. EXPLOITATIE 1. BRUTOVERKOOPMARGE De omzet moet ingevuld zijn (verplichte vermelding) 70 > 0 Bedrijfswinst (-verlies) + 9901

Nadere informatie

Structurele ondernemingsstatistieken

Structurele ondernemingsstatistieken Structurele ondernemingsstatistieken 1 Een beeld van de structuur van de Belgische economie in 2016 en de mogelijkheden van deze databron De jaarlijkse structurele ondernemingsstatistieken beschrijven

Nadere informatie

Faillissementen: Zomermaand juli telt 616 faillissementen

Faillissementen: Zomermaand juli telt 616 faillissementen Persbericht 1 augustus 2012 gelieve als bron Graydon Belgium te vermelden Graydon Belgium nv contact: Eric Van den Broele Uitbreidingstraat 84-b1 tel : 03 280 88 55 2600 Berchem www.graydon.be Faillissementen:

Nadere informatie

Financiële ratio s bieden een schat aan informatie

Financiële ratio s bieden een schat aan informatie Financiële ratio s bieden een schat aan informatie Ellen Vos, Innovatiesteunpunt Project ADLO Demo Groenten Tielt, 13 maart 2017 Sint-Katelijne-Waver, 14 maart 2017 Financiële ratio s De financiële toestand

Nadere informatie

Kasstromen II... Kijken we hieronder naar volgende balansen van onderneming Cash N.V.

Kasstromen II... Kijken we hieronder naar volgende balansen van onderneming Cash N.V. 20 Kasstromen II... Reeds herhaaldelijk werd gewezen op het belang van de liquiditeit en de solvabiliteit voor het voorbestaan van de onderneming. In hetgeen volgt wordt een krachtige methode uiteengezet

Nadere informatie

Gerealiseerde investeringen en acquisities zorgen voor een groei van de toegevoegde waarde (+14.3%), de ebitda (+13.9%) en de netto-winst (+17.

Gerealiseerde investeringen en acquisities zorgen voor een groei van de toegevoegde waarde (+14.3%), de ebitda (+13.9%) en de netto-winst (+17. Gerealiseerde investeringen en acquisities zorgen voor een groei van de toegevoegde waarde (+14.3%), de ebitda (+13.9%) en de netto-winst (+17.0%) Kerncijfers 1H 2018 ten opzichte van 1H 2017 Mio 1H 2018

Nadere informatie

Stichting Hope of the Nations M.F. Lodewijk Hogeweg 16D 8278 BC Kamperveen

Stichting Hope of the Nations M.F. Lodewijk Hogeweg 16D 8278 BC Kamperveen M.F. Lodewijk Hogeweg 16D 8278 BC Kamperveen INHOUDSOPGAVE Pagina Rapportage 3 Voorwoord 4 Resultaten 5 Financiële positie 7 Jaarstukken 2011 Jaarrekening 9 Balans per 31 december 2011 10 Winst-en-verliesrekening

Nadere informatie