Kenniscirculatie tussen opleidingen en lokale overheden

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Kenniscirculatie tussen opleidingen en lokale overheden"

Transcriptie

1 lectoraat goed bestuur en innovatiedynamiek in maatschappelijke organisaties Kenniscirculatie tussen opleidingen en lokale overheden Frans de Vijlder Marion Rozema

2 Interfacultair Kenniscentrum Publieke Zaak Kenniscirculatie tussen opleidingen en lokale overheden Verkenning van praktijken en een theoretisch kader ten behoeve van een pilotstudy Frans de Vijlder Marion Rozema Interfacultair Kenniscentrum Publieke Zaak Bisschop Hamerhuis Verlengde Groenestraat 75, H EJ Nijmegen

3 2

4 Inhoudsopgave Voorwoord 5 1 Managementsamenvatting Verkenning van kenniscirculatie in de publieke ruimte Inventarisatie van de huidige praktijken Naar pilots kenniscirculatie en leerarrangementen 7 2 Inleiding Aanpak van de verkenning Leeswijzer 9 3 Verkenning kenniscirculatie in de publieke ruimte Over kennisintensivering en instituties De rol van kennis in de lokale ruimte Naar een nieuw beeld van professionals Van opleiden en onderzoeken naar kenniscirculatie Leren van de professional en de organisatie 20 4 Inventarisatie van huidige praktijken Ontwikkelingen en projecten die duiden op kenniscirculatie Ontwikkelingen bij opleidingsaanbieders 26 5 Naar pilots Conclusie op basis van de inventarisatie Opbrengsten uit de werkconferentie Naar arrangementen voor een verbeterende kennispraktijk Opzet van een pilotstudy 30 Literatuur 33 Deelnemers aan de werkconferentie Over de auteurs 36 3

5 4

6 Voorwoord Professionals hebben te maken met lastige vragen. Vragen die kunnen gaan over inhoudelijke kwesties, bijvoorbeeld over de beste manier om innovatie te stimuleren of methodes om regie te voeren over jeugdzorg in een gemeente. Maar de vragen kunnen ook gaan over de wijze van organiseren zelf, bijvoorbeeld over hoe het beste kan worden samengewerkt, of welke partners gekozen moeten worden. Bij deze vragen is het nodig om te beschikken over de meest actuele kennis. Informatie ontwikkelt zich immers van dag tot dag en alleen state-of-the-art kennis is voldoende om op een goede wijze het hoofd te bieden aan maatschappelijke eisen en uitdagingen. Opleidingsinstituten spelen een belangrijke rol bij het beschikbaar maken en overbrengen van deze nieuwe kennis. Tegelijkertijd doen professionals ook veel waardevolle kennis op in de praktijk zelf. Ervaring die onmisbaar is om de taak van het openbaar bestuur op een goede wijze uit te voeren. Het is dus zaak om deze twee bronnen van kennisontwikkeling op zo n manier aan elkaar te verbinden dat de meest optimale vorm van bekwaamheid ontstaat. Voorbij de inspanningen rond kennisdeling en -verspreiding is dan ook het zoeken naar methoden om kennisproducenten en professionals direct met elkaar in contact te brengen. Op die manier weten de mensen in de praktijk wat de nieuwste kennis is en weten de opleiders welke vragen en ervaringen er bestaan. Dit onderzoek naar kenniscirculatie gaat in op manieren om deze partijen in contact te brengen en draagt daarmee bij aan nog beter openbaar bestuur. Dhr. Sjaak van der Tak Voorzitter stichting IKPOB ~De stichting IKPOB zet zich door middel van onderzoek en activiteiten in voor de verdere verbetering van het lokaal openbaar bestuur, waarbij de nadruk ligt op competentieverbetering van professionals en het vergroten van kennis van complexe organisatorische vraagstukken~ 5

7 1 Managementsamenvatting Deze verkenning moet handvatten bieden voor het opzetten van een pilotstudy, gericht op het ontwikkelen van (verander)kennis gericht op een betere kenniscirculatie tussen opleiders en spelers in het lokaal openbaar bestuur. Daartoe is geïnventariseerd wat er al aan ervaringen ligt en waar blokkades liggen voor het bereiken van een meer intensieve kenniscirculatie. Daarnaast passeert een aantal theoretische inzichten de revue die bij het opzetten van een dergelijke pilotstudy ondersteunend kunnen zijn. 1.1 Verkenning van kenniscirculatie in de publieke ruimte Overheidsorganisaties en hun medewerkers zijn voor hun presterend vermogen steeds meer afhankelijk van kennis over en samenwerking met hun omgeving (belanghebbenden en partners). In feite moet die kennis bijna van dag tot dag onderhouden en verder ontwikkeld worden om goed te kunnen functioneren. Daartoe is de ontwikkeling van handelingsgerichte kennis in netwerken van activiteiten, relaties en betekenissen noodzakelijk. Innovatie wordt een proces van intensieve co-creatie met stakeholders in de omgeving. Deze omgeving vergt een ander type professionals: persoonlijkheden met een eigen moreel kompas, oordeelsvermogen in het omgaan met tegenstrijdige denkschema s en waardeoriëntaties. Deze professionals vernieuwen zich dagelijks actief. Ze beseffen dat samenwerking met andere professionals, zich houden aan professionele codes, maar ook de guts hebben om daarvan af te wijken als de omstandigheden dat vragen, van invloed zijn op de levenskansen in de betekenis van het politiek-sociologische begrip life chances (Dahrendorf, 1979; Turner, 2010) - van individuele burgers en cliënten, op de creatie van public value. Ze voelen zich daarvoor verantwoordelijk, staan daarom kritisch ten opzichte van zichzelf en verzuimen evenmin om collega professionals op hun verantwoordelijkheden aan te spreken als daartoe aanleiding is. De sociale kant van innovatie stelt hoge eisen aan het organiserende en lerend vermogen in de publieke ruimte. De institutionele scheiding tussen aanbieders van kennis (onderzoek & advies) en opleidingen aan de ene kant en vragende partijen in de vorm van maatschappelijke organisaties, overheden en hun individuele professionals gaat steeds meer wringen. Kennisoverdracht is niet langer een eenzijdig proces waarin professionele praktijken worden gereproduceerd op basis van een per definitie verouderd beroepsbeeld. Kennisontwikkeling en leren in de context van concrete vraagstukken biedt betere perspectieven. In de hedendaagse kennissamenleving blijkt de wederkerige stroom van kennis van vragers naar aanbieders en omgekeerd minstens zo relevant te zijn. We spreken dan van kenniscirculatie, waarbij beide stromen elkaar voeden. Organisaties lopen tegen vraagstukken aan waarin zij zelf de kennis, het perspectief en de competenties ontberen om op eigen kracht met kennis nieuwe praktijken te creëren. Dat hindert innovatie, het gebruikmaken van (nieuwe) routines en technologieën die latent in de wereld aanwezig zijn en de productiviteit (bij gemeenten in termen van public value ) kunnen vergroten. Kennis- en opleidingsaanbieders kunnen in nauwe interactie met deze organisaties bijdragen aan het ontwikkelen van praktijkgerichte kennis en competenties voor zich ontluikende innovaties en die aldus versterken. Omgekeerd komt dit de effectiviteit van het opleiden en de kennisontwikkeling ten 6

8 goede. Dus door meer vraag gestuurde kennisontwikkeling worden deze aanbieders betekenisvoller voor het afnemende veld. Publieke organisaties zijn gebaat bij samenwerking met elkaar, met partners in de keten en met kennisleveranciers. Kenniscirculatie tussen publieke organisaties en kennisinstellingen integreert de kennisinfrastructuur in de innovatie van het publieke domein. In een wederkerig en continu proces van kennisontwikkeling en overdracht vervagen institutionele grenzen. Het gaat dan om circulatie van kennis, waarin de partners gezamenlijk verantwoordelijkheid dragen om dit proces op gang te houden, met het oogmerk van innovatie en verbetering van het openbaar bestuur. 1.2 Inventarisatie van de huidige praktijken In de verkenning zijn de vraagstukken die zich voordoen bij kenniscirculatie in de publieke context bevestigd en aangevuld. Opleidingsinstituten anticiperen nog onvoldoende op verschuivingen die plaatsvinden binnen de netwerken van lokale overheden en maatschappelijke dienstverleners. In deze wereld waarin kennisintensivering steeds prominenter wordt, geldt dat het opleiden en bijscholen van professionals niet meer kan plaatsvinden zonder actieve betrokkenheid van de organisaties waarvoor deze professionals worden opgeleid. 1.3 Naar pilots kenniscirculatie en leerarrangementen Hogere niveaus van kenniscirculatie kunnen de lokale overheid ondersteunen om lerende organisaties te worden, waarin de professional in de ontwikkeling naar een critical being en professionele professional wordt ondersteund. Op basis van de verkenning is een typologie beschreven, waarbij de toepassingssituaties en randvoorwaarden in het ontwikkelingsproces in beeld zijn gebracht. Daarmee brengen wij tegelijk een aantal elementen voor onderzoek naar voren die in een pilotstudy nader kunnen worden onderzocht. Hiervoor is in paragraaf 5.4 een aanpak geformuleerd. 7

9 2 Inleiding De stichting IKPOB wil een duurzame bijdrage leveren aan de verbetering van de kwaliteit van het openbaar bestuur in het publieke en semipublieke domein. Met het oog op de realisatie van deze doelstelling is een werkprogramma opgesteld. In haar werkprogramma is de aandacht nu gericht op een betere werking van het arrangement van vraag en aanbod voor diensten die gericht zijn op competentieverbetering van overheidsorganisaties en overheidsmedewerkers. De vraag hoe de doelstelling van het IKPOB het beste bereikt kan worden laat zich volgens de organisatoren opsplitsen in drie deelvragen, namelijk (1) welke thema s en uitdagingen spelen er in het openbaar bestuur, (2) op welk(e) onderwerp(en) wil IKPOB zich het komende jaar richten en (3) welke activiteiten in welke vorm passen bij het bereiken van deze speerpunt(en). Tijdens een expertmeeting op 20 mei 2010 is op basis van een tweetal papers (Noordegraaf & Mulders, 2010; De Vijlder, 2010) een aanzet tot een antwoord op bovenstaande vragen gezocht. Naar aanleiding van de expertmeeting heeft het bestuur van de IKPOB besloten tot het verder ontwikkelen van één of enkele pre competitieve pilots, waarin gepionierd kan worden met het ontwikkelen van nieuwe vormen van kenniscirculatie tussen aanbieders van opleidingen voor het publieke domein en lokale actoren in het openbaar bestuur. De vooronderstelling is dat deze kenniscirculatie dan een bijdrage kan leveren aan de wederzijdse innovatie. Enerzijds kan worden bewerkstelligd dat de competentieontwikkeling door de aanbieders van opleidingen minder volgend en meer proactief innovatie bevorderend kan werken bij organisaties in de (lokale) publieke ruimte. Tegelijkertijd leveren de aanbieders daarmee een bijdrage aan de innovatie door met deze partners relevante kennis te creëren. Dat is gemakkelijker gezegd als gedaan, blijkt uit voorbeelden van andere praktijkvelden, zoals de zorg. De aanbieders van opleidingen en het afnemende veld zitten ten opzichte van elkaar gevangen in rollen, verwachtingen en institutionele arrangementen, gebaseerd op vooronderstellingen, die misschien in het verleden functioneel waren, maar onder invloed van maatschappelijke veranderingen steeds minder geldig zijn. Hierbij moet gedacht worden aan vooronderstellingen op het gebied van vraagarticulatie, deelnamepatronen, vorm, inhoud en mate van maatwerk naar de afnemende organisaties en deelnemers toe. Mede op basis van het eerdere paper Leve de kennisbureaucratie (De Vijlder, 2010) ten behoeve van de genoemde expertmeeting heeft de Kwartiermaker IKPOB de HAN uitgenodigd een voorstel in te dienen voor het hierboven genoemde pilotproject. In dit rapport, dat voortbouwt op het eerdere paper, wordt de stand van zaken met betrekking tot het opzetten van deze pilot samengevat. 2.1 Aanpak van de verkenning Ten behoeve van de verkenning zijn door ons de volgende activiteiten uitgevoerd: 1. Deskresearch naar projecten waarin door opleiders/kennisinstellingen en lokale overheden wordt samengewerkt aan innovatieve thema s die duiden op kenniscirculatie dan wel opleiders gericht op functies in de lokale publieke ruimte, waarvan we vermoeden dat ze pogingen doen om hun aanbod te vernieuwen. 2. Nadere inventarisatie van ontwikkelingen op het gebied van kenniscirculatie aan de hand van interviews en aanvullende literatuurstudie. 8

10 3. Uitvoering van een werkconferentie waarin kritische succesfactoren voor kenniscirculatie en de speerpunten en mogelijke werkwijze voor pilots nader zijn verkend. 2.2 Leeswijzer In hoofdstuk 3 verdiepen wij het begrip kenniscirculatie in de context van de (lokale) publieke ruimte. De bevindingen uit de nadere inventarisatie geven zicht op de huidige praktijken tussen vraag en aanbod (hoofdstuk 4). In hoofdstuk 5 formuleren wij vraagstukken rond kenniscirculatie en de vertaling daarvan naar nieuwe praktijken. Het rapport sluiten wij af met een typologie voor kenniscirculatie en leerarrangementen en de opzet voor een pilotstudy. De opbrengsten uit de werkconferentie, waarbij ingrediënten voor mogelijke pilots zijn beschreven (hoofdstuk 6). 9

11 3 Verkenning kenniscirculatie in de publieke ruimte In dit hoofdstuk beschrijven wij een aantal ontwikkelingen in de context van de professional in de publieke ruimte en duiden wij het begrip kenniscirculatie nader. 3.1 Over kennisintensivering en instituties Kennisintensivering als drijvende kracht achter institutionele verandering Kennisintensivering is op te vatten als een belangrijke, zo niet de belangrijkste, drijvende kracht achter het ontstaan van moderne nationale staten en hun overheidsbureaucratieën, nationale economische, sociale, culturele huishoudingen, hun instituties en de moderne vormen van burgerschap zoals die zich in de 19 e en 20 e eeuw hebben ontwikkeld. Maar diezelfde kennisintensivering en de economische potenties die erdoor ontstaan is eveneens een drijvende kracht achter het wegvallen van de (territoriale) grenzen en de voortschrijdende individualisering. Het begrip kennisintensivering drukt ook precies uit waar het om gaat: de (welvaarts-)ontwikkeling van individuele personen, organisaties en samenlevingen wordt mogelijk door een steeds intensiever gebruik van kennis. Belangrijk is de constatering dat kennisintensivering zich weinig aantrekt van organisatiegrenzen. Het is eerst en vooral een proces in samenlevingen en over de grenzen van samenlevingen heen, zodat het ook het gedrag van individuele personen, sociale verbanden en samenlevingen als geheel beïnvloedt. En het gaat er niet alleen om dat mensen meer weten, of intelligenter zijn, maar nog veel meer om de tweede en hogere orde effecten van dit meer weten. Een groot deel van de beschikbare kennis wordt weer toegepast in steeds intelligentere apparaten en andere gebruiksvoorwerpen, die een bijna niet te overschatten invloed hebben op onze gedragsalternatieven en onze emotionele belevenis van de wereld om ons heen. Organisaties worden via hun cliënten, stakeholders en het eigen personeel geconfronteerd met deze invloeden uit de kennissamenleving en de impact ervan is mogelijk nog krachtiger dan van de directe vormen van kennisintensivering in de organisatie zelf. Kennisintensivering heeft ook een keerzijde. Individuen, organisaties en samenlevingen zijn afhankelijk geworden van kennis en, erger nog, worden daardoor ook kwetsbaarder voor menselijk falen, voor systeemfouten en voor niet weten. Ons levenslot ligt niet meer in de handen van een macht die buiten onze invloedssfeer ligt, maar in een zelfgecreëerde interventiewerkelijkheid (created environment), waarin overheden een spilfunctie vervullen in infrastructuur, verdelingsmechanismen en bescherming naar burgers toe. Termen als risicosamenleving (Beck, 1986) en catastrofesamenleving (Teusch, 2008) geven hieraan uitdrukking. Met de meest krachtige technologieën zijn tegelijkertijd de zwartste scenario s en incidenten te bedenken. Hiermee verbonden paradoxen zijn dat het gevoel van onveiligheid onder burgers groeit in een samenleving waarin protocollen, procedures, kwaliteitssystemen, etc. juist zoveel mogelijk risico s proberen uit te sluiten. Zo ook het wantrouwen in (wetenschappelijke) kennis, mede gevoed door de al dan niet schijnbare tegenstrijdigheden in wetenschappelijk onderzoek. De kwelling ten top voor overheden, maatschappelijke dienstverleners en gezagsautoriteiten, die hun legitimiteit van handelen bij uitstek ontlenen aan hun zichtbare bijdrage aan vrede, welvaart en veiligheid voor burgers. We stuiten hier op Mirko Noordegraaf s interventieparadox (Noordegraaf, 2008). Om er nog een schepje bovenop te doen: die kennisintensivering heeft ook gezorgd voor grote nieuwe ethische en 10

12 morele vragen en dilemma s, waar elke burger, elke organisatie en elke individuele professional in de overheid en maatschappelijke dienstverlening individueel en in teamverband mee te maken krijgt. Gevolgen voor het openbaar bestuur, landelijk en regionaal/lokaal Over de gevolgen van kennisintensivering schrijft ook Roel in t Veld (2010; 2011). Waar kennisintensivering in de afgelopen eeuwen bijdroeg aan het ontstaan van nationale staten op democratische grondslag, leidt de voortschrijdende kennisintensivering juist tot erosie van de klassieke instituties. Zo wijst In t Veld (2010) op de institutionele veranderingen die nodig zijn in de collectieve besluitvorming onder invloed van kennisproductie en -verspreiding. Als gevolg daarvan heeft een samenstel van maatschappelijke ontwikkelingen, die bovendien alle op elkaar inwerken (dus interdependent zijn), geleid tot een fragmentatie van waarden. De huidige individuele mens heeft een unieke combinatie van waarden en is daardoor niet meer te representeren in een klassieke democratie, die uitgaat van algemene representatie door volksvertegenwoordigers met een ideologisch label. Deze erosie van de klassieke representatieve democratie heeft een legitimiteitsverlies ten gevolge. Er is dus een nieuwe doorkijk nodig in de besturing van de publieke ruimte en die begint bij het ter discussie stellen van de valse vooronderstellingen onder de huidige instituties op dat gebied, zoals het geloof dat centrale en wettelijk verankerde arrangementen superieur zijn, dat culturele diversiteit een hinderpaal is voor duurzaamheid, dat er geen alternatieven zijn voor economische groei, dat wetenschap altijd betrouwbaar en objectief kan zijn, et cetera. Tegenover de klassieke vormen van bestuur stelt hij daarom het concept van transgovernance, waarin de noties van reflexiviteit, kennisdemocratie en second modernity worden gecombineerd. Ook voor het lokaal en regionaal bestuur zijn de gevolgen van deze ontwikkelingen groot, maar maken dit kort samengevat vooral ook kennisintensief, complex en netwerk-gestuurd. Zijn betoog wordt onder meer ondersteund door Hambleton & Gross (2007). Kennisintensivering heeft vele uitingsvormen. Een eerste inventarisatie van uitingsvormen voor de overheid laat het volgende beeld zien (gebaseerd op De Vijlder, Rozema & Verheijen, 2012). Schema 1: Uitingsvormen van kennisintensivering Uitingsvorm 1 Onttovering van de professionele mythe 2 Toepassing van slimme apparatuur voor primair proces 3 Horizontalisering klantrelatie/juridisering 4 Positie professional in de organisatie Omschrijving Vrije handelingsruimte van de professional neemt af door hogere eisen als transparantie, protocollering en financiële verantwoording, afgedwongen door informatisering. Verlies van moreel mandaat en ambtelijk aura. De rol van mensen in het primaire proces wordt gedeeltelijk overgenomen of ondersteund door apparatuur/systemen. Denk aan de belangrijke rol van e-government. Erosie van gezagsautoriteit, aansprakelijkheid voor missers, dialoog met stakeholders, transparantie over prestaties van de overheid. Door specialismen en complexiteit van interventies neemt de onderlinge afhankelijkheid in de doelrealisatie toe (binnen de organisatie en over de organisatiegrenzen heen). De ambtenaar moet proactieve teamspeler worden in netwerken van activiteiten en relaties. 11

13 5 Ontsluiting en intensiever gebruik van informatie over klanten 6 Schaal van de productie 7 Aanpassing organisatie van aanbod/markt De kennisintensieve organisatie weet alles over haar klanten (burgers, bedrijven, maatschappelijke instituties et cetera) voor een betere en geïndividualiseerde dienstverlening en betere prestaties op de maatschappelijke taken. Door bijvoorbeeld koppeling van bestanden verbetert de informatie. Territoriale grenzen en grenzen tussen bestuurslagen en beleidsdomeinen vervagen. Opschaling van activiteiten door een andere kostenfunctie voor activiteiten. Veranderende rol van aanbieder naar aanbesteder van maatschappelijke diensten (WMO, inburgering et cetera) en naar een meer regievoerende en ordenende partij. 8 Aanpassing logistiek De omslag van aanbodgestuurde dienstverlening naar vraaggestuurde dienstverlening vergt een fundamenteel andere visie op de logistiek. 9 Intensiever gebruik en combinatie van data over de eigen organisatie 10 Veiligheid en risicobeheersing Uiteenlopende sets van data in de organisatie worden onderling gecombineerd om een beter inzicht te krijgen in de eigen organisatie en de verbetermogelijkheden hierin; institutionele research. De impact van menselijke fouten en tekortkomingen wordt zwaarwegender en vormt een aparte aandachtscategorie. Hetzelfde geldt voor de toepassing van hoogwaardige technologie (ICT). Risicomanagement en HRM worden een steeds dominanter element. Het gevolg van de beschreven ontwikkelingen is ook dat het succes van organisaties in toenemende mate afhangt van de snelheid waarin zij informatie kunnen omzetten in nieuwe kennis en innovatie van diensten en producten. In de publieke sector groeit het besef in organisaties dat het leren van individuele medewerkers en teams noodzakelijk is om in de huidige samenleving goed te kunnen presteren. Organisaties moeten zich steeds nadrukkelijker aanpassen aan de dynamiek en complexiteit van hun omgeving. Er kan dan niet langer worden volstaan met het uitvoeren van vaste en relatief geïsoleerd van elkaar ontwikkelde routines, dat wil zeggen gestolde kennis en daarop gebaseerde procedures voor standaardomstandigheden, die weinig aan verandering onderhevig zijn. Bijna alle processen in een organisatie vereisen tegenwoordig meervoudige vormen van kennis. Zeker in de (publieke) dienstverlening stuit een organisatie op de grenzen van een traditionele scheiding van denken en doen in organisatorische eenheden, zoals management, staf en uitvoering. De kwaliteit van de dienstverlening wordt in toenemende mate bepaald door de kwaliteit van handelingsgerichte kennis die wordt toegepast in deze processen. 3.2 De rol van kennis in de lokale ruimte In de publieke ruimte spelen veel complexe problemen op het snijvlak van economische en sociale ontwikkelingen (Schouw, 2009). Beleidsgebieden grijpen op elkaar in en beleidsthema s kunnen niet langer geïsoleerd worden beschouwd. Maar ook de bestuurlijke structuur is complexer geworden. Bij het bepalen van interventies worden bestuurders en professionals in publieke organisaties vaak geconfronteerd met afhankelijkheden op andere bestuurlijke niveaus. Daardoor wordt het steeds lastiger om het effect van een interventie en van investeringen in te schatten. Bij investeringen moeten zowel publieke als private partijen inzicht hebben in de effecten op lange termijn. De noodzaak om inzichten in die effecten te verbeteren is groot, omdat bij politiek-bestuurlijke besluiten vrijwel altijd meerdere partijen zijn be- 12

14 trokken, die daarbij een eigen visie op de werkelijkheid (referentiekader) hebben. Volgens Schouw moet kennisbeleid bijdragen aan een goede kwaliteit van beleidsvorming- en uitvoering. In de praktijk stuit kennisrijk en doeltreffend beleid volgens hem op vele belemmeringen. De rode draad daarbij is de haperende wisselwerking tussen de inhoud van beleid en de organisatie van het kennisproces: de interactie tussen principes, afspraken, personen en systemen in organisaties over kennis en beleid. Haperingen die ten koste gaan van het leervermogen. Kennisintensivering en slimme organisaties Uit het voorgaande blijkt dat een intensiever gebruik van kennis in organisaties nodig is om complexe uitdagingen het hoofd te bieden en beter te presteren. Daarbij begint het proces van kennisintensivering bij een beter gebruik van de informatie c.q. data die een organisatie al in huis heeft. Het gaat dan minder om het verbeteren van gebrekkig tellen en turven (Gerard Schouw, 2009) als om een goed gebruik van de informatiesystemen en de transfer van informatie naar (handelingsgerichte) kennis. Deze kennis wordt dan gebruikt om slimmer te werken; betere resultaten bereiken met dezelfde (of minder) middelen. Kennisintensivering is een basisvoorwaarde om duurzaam te kunnen innoveren, door te leren en verbeteren binnen organisaties en door processen tussen organisaties te optimaliseren. Als we de maatschappelijke taak van de lokale publieke organisaties als uitgangspunt nemen, dan is dienstbaarheid aan de omgeving en gerichtheid op belanghebbenden en samenwerkingspartners een oogmerk, door een betere dienstverlening aan de burger, het vergroten van de veiligheid, de groei en ontwikkeling van de regio et cetera. Kennisintensivering kan zich dan niet beperken tot een in organisaties geïsoleerd proces. Slimme organisaties ontwikkelen kennis over en vooral met die omgeving. Het is dus dan niet alleen belangrijk om oog te hebben voor de kennis in de organisatie, maar ook voor kennis die aan de rand van de organisatie ontwikkeld worden kan. Organisaties zijn dan niet langer gesloten entiteiten, maar netwerken van activiteiten, relaties en betekenissen. Het gaat dan om samenwerking en processen van cocreatie met de omgeving en dus ook een andere kijk op de waardering door de afnemers van producten en diensten. De metamorfose van professionele bureaucratieën De hiervoor beschreven ontwikkelingen dragen bij aan nieuwe opvattingen over professionaliteit en zelfsturing in arbeidsorganisaties en een andere organisatie van het werk. Het maatschappelijke debat over de professional in de publieke sector is de laatste jaren in intensiteit toegenomen (Zuurmond & De Jong, 2010), waarbij het begrip professional zelden expliciet is gedefinieerd. Volgens Mintzberg (1979; 1983) is de professional degene die in een professionele bureaucratie werkzaam is als uitvoerder. Kenmerkend voor de professionele bureaucratie is dat werkzaamheden worden gestandaardiseerd door middel van kennis die zich vaak buiten de organisatie ontwikkelt, bijvoorbeeld door opleiding. De rol van interne procedures in de organisatie, van management en stafafdelingen is daarmee veel beperkter dan die in andere organisatievormen. Anders dan bijvoorbeeld in een machinebureaucratie zijn taken minder ver uitgesplitst, zijn vaste routines minder vanzelfsprekend en is het denken en doen minder functioneel gescheiden. De professional beschikt over een zekere discretionaire ruimte in zijn/haar werk, maar het specialisme is per definitie smal. Deze professionele bureaucratie sluit volgens Mintzberg aan op een omgeving die weliswaar complex is van karakter, maar ook statisch is en dus niet zo snel verandert. 13

15 Professional staat volgens Zuurmond niet zozeer voor goed, getraind en gebruikmakend van de laatste kennis, als wel voor de wijze waarop werkzaamheden worden afgestemd. Vooral het kenmerk van de discretionaire ruimte speelt in het publieke debat een rol. Deze discretionaire ruimte zou te veel worden bekneld en tot slechte maatschappelijke prestaties leiden. Met andere woorden: de mensen in deze organisaties werken als individu meestal uiterst intelligent, maar de organisaties zelf zijn gelijktijdig uiterst dom (Willke, 2002). Het is de vraag of het beeld van publieke organisaties als professionele bureaucratie (nog wel) klopt. Niet alleen professionals zelf stellen eisen. De eisen aan hen vanuit hun omgeving lijken aan verandering onderhevig te zijn. Autoriteit en gezag van professionals zijn niet langer vanzelfsprekend en de professionals moet zich verantwoorden naar de burger door bewijs te leveren voor de juistheid en rechtvaardigheid van interventies. Daarnaast is de doelmatigheid van de publieke dienstverlening, in de zin van kostenefficiency en publiek issue geworden. Belangrijk is echter ook dat de professional niet meer vanzelfsprekend het morele mandaat van de samenleving krijgt voor de interventies. Een voortgaande specialisering draagt bij aan een grotere variëteit aan perspectieven en een dunnere gemeenschappelijke kennisbasis. Volgens Zuurmond neemt het sturingspotentieel van de professional niet alleen af door hogere eisen als transparantie, protocollering en financiële verantwoording, maar legt de informatisering deze eisen ook dwingender op. Vooral in de publieke sector lijkt effectieve samenwerking steeds meer een harde eis aan professionals te zijn, waardoor het ideaaltype van de professional verandert. Kortom, het beeld van de professionele bureaucratie wringt met de praktijk in publieke organisaties van vandaag. Kennisintensivering leidt tot veranderingen die het oorspronkelijke karakter van deze organisaties sterk beïnvloeden. Dit proces gaat gepaard met het opnieuw uitvinden van de professionele normen, andere vormen van arbeidsdeling, aanpassingen in de organisatievorm, een andere verhouding tussen managers en professionals en andere relaties tussen de (leden van de) organisatie en de maatschappelijke omgeving en de cliënten. Het proces van kennisintensivering en alle gevolgen daarvan is een ingewikkeld proces, dat met meerdere, op elkaar inwerkende mechanismen gepaard gaat. Het is een proces dat gepaard gaat met de afbraak van eerder gevestigde waarden, privileges en belangen en de vestiging van nieuwe. Daarbij speelt ook de maatschappelijke context een rol van betekenis, bijvoorbeeld het feit dat van de huidige generaties professionals de komende tien jaar een groot deel met pensioen zal gaan. Co-creatie in netwerken: consequenties voor professional en organisatie De uitingsvormen van kennisintensivering doen zich, grotendeels onafhankelijk van elkaar, voor in individuele organisaties en onderdelen van de (semi-)publieke sectoren, maar dwingen de organisaties in de beide subsystemen vroeger of later om op het snijvlak van deze twee werelden tot onderlinge afstemming en wederzijdse aanpassing te komen. Wat hier feitelijk vereist is, zijn intensieve vormen van co-creatie ofwel innovatie in nauwe communicatie met en grotendeels gestuurd door de stakeholders in de omgeving, door Seybold (2007) betiteld als outside-innovation. Eenvoudig blijkt dat niet te zijn. De toppen van de organisaties kunnen deze ontwikkelingen verkennen en het strategische belang van intensieve samenwerking inzien. Maar dat wil niet zeggen dat afspraken die op dat niveau worden gemaakt, vanzelfsprekend leiden tot navenant snel en slagvaardig handelen in de onderlinge relaties in andere delen van de organisaties. Omgekeerd kennen ook de contacten tussen de werkvloeren in beide subsystemen zo hun eigen rationaliteit en logica, die omgekeerd door het management niet altijd begrepen worden. Al met al is gezamenlijk op innoveren een in- 14

16 gewikkeld technisch en vooral sociaal proces, waarvan de deelprocessen met verschillende kloksnelheden verlopen. Het innovatieproces zelf moet permanent worden gestuurd en bijgestuurd. Figuur 1: deelprocessen met verschillende kloksnelheden In die wereld moeten professionals en professionele bestuurders (m.a.w. bestuurders zijn op hun manier ook professionals!) in de (semi-)publieke sectoren hun dagelijkse werk doen. De sociale kant van innovatie stelt hoge eisen aan het organiserend vermogen in de publieke ruimte. Dat heeft niet alleen consequenties voor het leren van de professional, maar ook voor het leren van de organisatie. 3.3 Naar een nieuw beeld van professionals De veranderende eisen aan de professional in de publieke ruimte leiden ertoe dat het beroepsbeeld voor deze professional moet worden bijgesteld. Supercomplexiteit is volgens de Engelse filosoof Ron Barnett (1997) een toestand waarin onze denkkaders, ons actieperspectief en de ankers voor onze persoonlijke identiteit bij voortduring ter discussie staan. In zo n wereld aldus Barnett moeten hogeronderwijsinstellingen een duale rol vervullen, namelijk: (1) ervoor zorgen dat supercomplexiteit voortdurend geschikt en herschikt wordt en (2) ervoor zorgen dat ons leven een beetje aangenaam blijft in zo n chaotische wereld. Hij stelt dat in de huidige tijd criticality het voornaamste leerdoel voor het hoger onderwijs zou moeten zijn. Die criticality van Barnett omvat de gehele persoon. Hij rafelt deze uiteen in drie domeinen: - critical reason, de kritische houding tegenover formele kennis; - critical self-reflection, de kritische houding tegenover de eigen persoon; - critical action, de kritische houding in het omgaan met de maatschappelijke omgeving, de wereld. Hoogopgeleiden moeten in alle drie de domeinen, en dan ook nog onderling geïntegreerd in de persoon, op het hoogste niveau kunnen functioneren. Vertrouwen in jezelf en bij voortdu- 15

17 ring werken aan je persoonlijke ontwikkeling zijn volgens hem van veel groter, zo niet doorslaggevend belang. Barnett besteedt bovendien specifieke aandacht aan professionals, waarbij hij zich sterk afzet tegen Donald Schön s overbekende concept van de reflective practioner (Schön, 1983), waaraan bij het opleiden van professionals in uiteenlopende disciplines veelvuldig referentie wordt gepleegd bij het opstellen van competentieprofielen. Maar Barnett verwijt Schön dat die een te individualistisch beeld van de professional heeft neergezet en geen oog heeft voor de van buitenaf opgelegde sociale en intersubjectieve kenmerken van het professionele bestaan. Bovendien is kritisch denken in het denkschema van Schön zuiver instrumenteel, een kunstje omwille van de verkoop, maar niet de ontwikkeling van een eigen standaard, die recht doet van het beeld dat er van de professional in de samenleving bestaat en mag bestaan. Barnett s alternatief is de critical professional. Volgens Barnett is de essentie daarvan niet zozeer het problemen oplossen door het toepassen van kennis, maar veel meer het kunnen hanteren van onderling strijdige denkschema s ( multiple discourses ), die kritisch ten opzichte van elkaar zijn. Dat vergt oordelen met een hoge maatschappelijke verantwoordelijkheid en daarmee een ontwikkeling als persoon die niet is los te zien van diens rol te zien van diens rol als professional. Barnett gaat zover dat de professional volgens hem niet het recht, maar de plicht heeft om hardop zijn bijdrage te leveren aan het debat over de kwesties die zijn vakgebied raken en daarmee de samenleving helpen naar een hoger plan te tillen. Schema 2: oud en nieuw concept van de professional Professional omstreeks begin jaren tachtig (Donald Schön, concept reflective practitioner) Professional van morgen (Ron Barnett, concept Critical Being) - Individualistisch - sociaal en intersubjectief - instrumenteel kritisch denken - eigen standaard, moreel kompas - problemen oplossen door toepassing kennis - omgaan met multipele discourses - recht tot deelname aan het discours over vakgebied - plicht om deel te nemen aan het discours over vakgebied Vanuit de constatering dat de professional onder zware druk staat en de eisen van de professional, maar ook aan de professional vele malen hoger zijn dan voorheen, zijn Zuurmond en De Jong (2010) op zoek gegaan naar de professionele professional. Zij hebben gezocht naar mensen die problemen oplossen, zonder zich te onttrekken aan regels, richtlijnen en protocollen van de organisatie. Een doorslaggevende factor bij deze mensen blijkt passie te zijn, niet zozeer voor het vak en ook niet voor de klant, maar eerder voor het oplossen van problemen. Zij hebben de verschillen tussen de huidige professional en de professionele professional in het navolgende schema op een rij gezet. 16

18 Schema 3: Verschillen tussen huidige professional en professionele professional Huidige professional Professionele professional - Gaat uit van bestaande regeling - Gaat uit van wat nodig is - Gaat uit van eigen professie - Gaat uit van grenzen eigen professie en inschakeling relevante andere professionals - Accepteert huidige manier van werken - Verbetert werkwijze als huidige manier van werken niet afdoende is - Denkt in problemen - Denkt in oplossingen - Denkt van binnen naar buiten - Denkt van buiten naar binnen - Voert werkzaamheden uit - Werkt vanuit visie en passie - Ziet informatie als gegeven - Blijft onderzoeken, is nieuwsgierig - Maakt geen uitzondering - Herkent en erkent uitzonderingen - Stelt zich formeel op - Gaat uit van positioneren en engageren - Gaat volgens het boekje - Erkent handelingsverlegenheid - Gaat uit van huidige taak - Creëert, als nodig, nieuwe taak/opdracht - Focust op het eigen handelen - Ziet eigen handelen in groter geheel - Heeft macht - Heeft gezag - Negen tot vijf mentaliteit - Gaat voor de oplossing, ook als dat buiten kantooruren inzet vergt 3.4 Van opleiden en onderzoeken naar kenniscirculatie Een belangrijke waarneming is dus dat de verschuivingen in het afnemende veld - lokale overheden en maatschappelijke ondernemingen/dienstverleners in het netwerk van die lokale overheden - geleid hebben tot evenredige verschuivingen in de eisen aan professionals die in die netwerken actief zijn en dat die vermoedelijk nog onvoldoende worden begrepen aan de kant van de aanbieders. Bovendien maken lokale overheden een omslag door in hun strategie van werving en selectie van professionals onder invloed van onder meer demografische ontwikkelingen (tekort aan jonge hoogopgeleiden) en imagoproblemen, waardoor lokale overheden niet als aantrekkelijke werkgevers worden gezien. Daarop moeten de aanbieders van de opleidingen eveneens adequaat kunnen inspelen. Op weg naar een lerende overheid Volgens Schouw (2009) is er volop kennis beschikbaar, maar landt deze niet op de plekken waar het beleid wordt gemaakt. Het potentieel aan beschikbare kennis kan beter worden benut als kennisinstellingen en gebruikers van kennis de handen ineen slaan. Een slimme stad kan een lerende stad worden, in de eerste plaats door het te willen. Naast de wil van de top in organisaties moet duidelijk worden wat de specifieke vraagstukken in de context van de stad zijn. Er is tevens een paradigmaverandering nodig over de zienswijzen hoe professionals leren. Vooral door te doen: in de praktijk, door te reflecteren, door kritisch te zijn, door de kaders achter het handelen van professionals ter discussie te stellen. Uit de zoektocht naar manieren om het onbenut laten van kennis te voorkomen en de valkuilen daarbij, zijn fundamenten voor kennismanagement in steden geïdentificeerd (figuur 2). 17

19 Figuur 2: Fundamenten voor kennismanagement Beleidsproces Kennismarkt Gedrag Kennismanagement Duiding Interventies Uitvoering Coherentie Veronderstellingen In kaart Vraaggericht Beleidsbalans Lerende cultuur Objectiveringswens Inzichtelijk Bespreekbaar Spiegelen Aanpassen Beleidsteams Kennisagenda Leerrepertoire Intern kennisnetwerk Opleiding Stimulerende leiding Gedrag Kennismarkt Kennis management Beleid Bron: Schouw, 2009 Opleidingsmodel toe aan herijking Het opleiden en bijscholen kan niet meer plaatsvinden zonder actieve betrokkenheid van de organisaties waarvoor deze professionals worden opgeleid. Docenten worden daarmee kenniswerkers die een actieve bijdrage leveren aan de ontwikkeling van de praktijkvelden waarvoor ze hun opleidingen verzorgen, althans dat zou moeten; dat is de filosofie, die in omgevingen met veel hoogopgeleide kenniswerkers onderschreven wordt, maar slechts zeer lastig in de praktijk te brengen is. Docenten worden daarmee bovendien de organisatoren van leerervaringen in een dynamisch curriculum. Maar het vereist een grondige aanpassing in de institutionele vormgeving van kennisoverdracht en kennisproductie. Dat proces is al gaande in de praktijk van het lokaal en regionaal beleid vanuit overheden. Goede illustraties hiervan vinden we onder meer bij Gerritsen & De Lange (2007) en bij Schouw (2009). Vooral in dit laatste werk blijkt het belang van kennisontwikkeling in directe verbinding met de concrete vraagstukken waarin die aangewend moet worden, maar bovendien illustreert het vrij scherp de institutionele blokkades (rol- of institutionele gevangenis) in de kenniscirculatie. Kenniscirculatie met het oog op duurzame innovatie op gang brengen, blijkt een buitengewoon complex proces te zijn. In elk geval past hierop niet langer het klassieke begrippenpaar van opleiden (kennisoverdracht) aan de ene kant en onderzoek doen (kennisproductie) aan de andere. Dit besef wordt ook bij de instituten die zich richten op de training van professionals, zoals de hogescholen, nadrukkelijk gevoeld. De ontwikkeling die de hogescholen en ROC s doormaken is vooral rondom dit soort vragen gecentreerd, maar eenvoudig is dat niet. Ook in de opleidingen voor beroepen in de lokale publieke ruimte kan en moet veel meer worden gepreludeerd op zich aandienende vernieuwingen van professionele praktijken. Zolang het opleiden gebeurt op basis van verouderde beelden van professionele praktijken: - trekken deze een populatie aan die zich wentelt in dit verouderde beeld (reflective practitioner); - draagt dat bij aan een reproductie van die verouderde professionele praktijk; 18

20 - vervreemden de organisaties waarin en waarvoor opgeleid wordt steeds verder van elkaar en van wat de samenleving feitelijk vraagt. Het begrip kenniscirculatie Opleidingsinstituten hebben van oorsprong tot doel aanwezige kennis en vaardigheden over te dragen op studenten - dus toegepaste kennis te verspreiden zodat deze studenten met een passende bagage op de arbeidsmarkt terecht kunnen. Instituten maken daarbij doorgaans gebruik van klassieke vormen van kennisoverdracht en van klassieke diensten als stages, afstudeeropdrachten en onderzoek. Als zodanig vormen opleidingsinstituten een bron van kennis, een bron voor onder meer het bedrijfsleven en voor de overheid. Er loopt als het ware een kennisstroom van deze instituten naar bedrijven en naar gemeenten. In de praktijk van de hedendaagse kennissamenleving blijkt de omgekeerde stroom (van bedrijven en gemeenten naar instituten) minstens zo relevant te zijn. Bedrijven en gemeenten lopen tegen vraagstukken aan waarbij men zelf de middelen/kennis c.q. de menskracht ontbeert om zelf met kennis' nieuwe praktijken te creëren. Dit hindert de innovatie, dat wil zeggen het gebruikmaken van (nieuwe) routines en technologieën die latent in de wereld aanwezig zijn en de productiviteit (bij gemeenten in termen van public value ) kunnen vergroten. Door hun docenten en studenten te betrekken in de kennisontwikkeling van hun afnemende veld kunnen opleidingen bijdragen aan zich ontluikende innovaties. Door deze zogeheten vraag gestuurde kennisontwikkeling worden opleidingsinstituten niet alleen beter zichtbaar en relevanter voor het bedrijfsleven en gemeenten, maar wordt ook hun positie als kennisinstituut verbeterd. Het gaat om het wederkerige proces van kennisoverdracht en kennisontwikkeling en wel zodanig danig dat dit een continu proces wordt. Bij kenniscirculatie dragen de partners gezamenlijk verantwoordelijkheid om de circulatie op gang te brengen en te houden, vanuit de wetenschap dat zij in wederzijdse afhankelijkheid tot de beste resultaten komen. Kenniscirculatie gaat kort gezegd over het circuleren van kennis tussen professionals in het openbaar bestuur en opleidingsinstituten, om te komen tot innovaties en verbetering van het openbaar bestuur. Kenniscirculatie is gericht op het leren en het leervermogen van individuen, groepen en organisaties, zodanig dat er continu verandering optreedt op individueel, groeps- en organisatieniveau. Kenniscirculatie ondersteunt het proces van kenniscreatie en -opslag én het delen van informatie en expertise tussen (groepen) mensen en organisaties. Niveaus van kenniscirculatie Van der Sijde (2005) gebruikt het concept kenniscirculatie vooral in de context van ondernemende kennisinstellingen, die gericht zijn op interactie met de omgeving om vernieuwing en innovatie op gang te brengen en kennistransfer (tweerichtingsverkeer). In deze complexe processen zijn er nog veel problemen en barrières. Van der Sijde maakt een onderscheid in de niveaus van kenniscirculatie (schema 4). In paragraaf 5.3 hebben we deze typologie van niveaus gebruikt om een afgeleide typologie van leerarrangementen te ontwikkelen, die handvatten kan bieden voor het opzetten van passende vormen van kenniscirculatie. 19

21 Schema 4: Niveaus van kenniscirculatie volgens Van der Sijde. Omschrijving Niveau 1 Unilaterale kennisoverdracht naar studenten (stages) en/of bedrijf 1 (contractonderwijs en onderzoek) Niveau 2 Bilaterale kennisoverdracht door uitwisseling van kennis tussen bedrijf en student (en soms omgekeerd) Niveau 3 Kenniscirculatie (bilateraal) waarin partijen van elkaar leren (student bedrijf, kennisinstelling bedrijf). Kansen voor ondernemerschap en innovatie worden zowel door de kennisinstelling als het bedrijf gegenereerd en ondersteund Niveau 4 Kenniscirculatie tussen de betrokken actoren twee-aan-twee. De kennisinstelling leert van de student en het bedrijf. Het bedrijf leert van de student en de kennisinstelling, eveneens in bilaterale relaties. Niveau 5 Op dit niveau zijn meer studenten en bedrijven (branche of cluster) betrokken en kunnen ook meerdere kennisinstellingen betrokken zijn. Ondernemerschap, innovatie en de stimulering zijn belangrijke uitgangspunten. Kennis in het eigen gremium wordt gedeeld met andere. Niveau 6 In de samenwerking tussen de actoren wordt niet alleen kennis overgedragen en gedeeld, maar er ontstaat ook gezamenlijke nieuwe kennis en/of innovatieve combinatie van bestaande kennis. Niveau 7 De lerende regio, waarin de grenzen tussen verschillende instellingen en actoren vervagen. Actoren kunnen gedurende het proces van innovatie verschillende rollen innemen. Bijvoorbeeld een ondernemer die gastdocent is en in een andere situatie weer student. Er is sprake van een systeem van open innovatie. Gezamenlijk worden er nieuwe kennis(elementen) ontwikkeld die leiden tot innovatie en nieuw ondernemerschap. 3.5 Leren van de professional en de organisatie Kennis maken is volgens Wierdsma en Swieringa (2002) een proces dat altijd in interactie plaats vindt. Een slimme organisatie is meer dan de optelsom van slimme medewerkers. Het gaat ook om collectief handelen (organisatiegedrag) en dus om collectieve kennis. Het idee achter een organisatie is immers dat samenwerken meer oplevert dan geïsoleerde activiteiten van individuen. Het ontwikkelen van nieuwe kennis is dus een sociaal proces, zowel binnen de organisatie als tussen de organisatie en aanbieders van kennis c.q. opleidingen. Kennis (co)creëren vereist dan kennis maken met elkaar. Dit sluit eveneens aan bij het denken van Nonaka en Takeuchi (1995) over collectieve kenniscreatie weer. Zij onderscheiden vier soorten van overdracht (zie figuur): - Socialiseren: Het overdragen door een proces van nadoen en afkijken (imiteren). Dit leren vindt al doende plaats, is in hoge mate onbewust en leidt tot gezamenlijke impliciete kennis (de zogenaamde tacid knowledge ). - Externaliseren: Het bewust maken van de impliciete kennis, deze uitdrukken in expliciete begrippen, analogieën en metaforen, waardoor deze overdraagbaar wordt. De impliciete, persoonsgebonden kennis wordt expliciete, persoonsvrije informatie. 1 De begrippen bedrijf en bedrijfsleven omvatten eveneens alle andere instituties en organisaties (profit, not-for-profit en nonprofit) 20

22 - Combineren: De expliciete kennis kan vervolgens worden vergeleken, aangevuld en gecombineerd met andere expliciete informatie en er ontstaan nieuwe hypothesen, concepten en modellen van de werkelijkheid. - Internaliseren: Het zelf betekenis geven aan en in het eigen handelen inpassen van deze expliciete kennis. Figuur 3: Vier soorten overdracht van kennis volgens Nonaka en Takeuchi Leerlandschap van een organisatie Volgens Ruijters (2006) kunnen organisaties zich ontwikkelen doordat organisatieleden leren in het werk (praktiseren), door onderzoeken en/of creëren van nieuwe diensten en producten. Het zijn drie vormen van leren die niet automatisch met elkaar zijn verbonden zeker als bijvoorbeeld onderzoeken of creëren wordt uitbesteed aan aparte afdelingen, aan externen dan wel in een project buiten de directe werkpraktijk worden ondergebracht. Ruijters spreekt hier van eilanden die alle drie nodig zijn voor individuele ontwikkeling, maar ook om het vak en de organisatie te ontwikkelen. Organisatieontwikkeling wordt bemoeilijkt als de drie vormen van leren te veel van elkaar zijn gescheiden. Het gaat er dan om verbindingen in het leerlandschap tot stand te brengen. Deze eilanden kunnen worden verbonden door bruggen te slaan of polders aan te leggen. Bij de bruggen (profileren, ondernemen en innoveren) staan de resultaten van het leren centraal en worden deze geëxpliciteerd. Polders zijn geavanceerde collectieve vormen van gecombineerd leren en werken (actieonderzoek, pionieren, co-creatie), waardoor de transfer van leren wordt vergemakkelijkt. 21

23 Schema 5: Processen in het leerlandschap volgens Ruijters Oriëntatie van leren (in werkprocessen) Bruggen/verbindingen (georganiseerd/expliciet) Collectieve (combinaties) van leren en werken Praktiseren (werken) Profileren Actieonderzoek Onderzoeken Ondernemen Pionieren Creëren Innoveren Co-creatie Transformeren Fundamentele verandering in het kijken naar onszelf en naar de wereld Uit het voorgaande volgt dat het opleiden van professionals (individueel leren), het leren in organisaties (HRD), het leren van organisaties en organisatieontwikkeling niet meer geïsoleerd kunnen worden bezien. Dat betekent vervolgens ook dat aanbieders en vragers met elkaar het leerlandschap van de vragende organisatie goed moeten verkennen. Figuur 4: Verkenning leerlandschap van de vragende organisatie 22

24 4 Inventarisatie van huidige praktijken Op basis van literatuuronderzoek en gesprekken hebben wij de huidige praktijken in het samenspel tussen de aanbieder van opleiding en scholing en het afnemende veld in de publieke ruimte nader in kaart gebracht. 4.1 Ontwikkelingen en projecten die duiden op kenniscirculatie Regionale Aandacht en Actie voor Kenniscirculatie Het maatschappelijk belang dat wordt gehecht aan kenniscirculatie (aansluitend bij de Lissabon agenda) wordt al sinds het begin van deze eeuw tot uitdrukking gebracht in meerdere arrangementen voor de innovatie van het beroepsonderwijs, waarin dit begrip of vergelijkbare termen centraal staan. Het meest prominent komt dit naar voren in het Innovatiearrangement voor het beroepsonderwijs (onder uitvoering bij Het Platform Beroepsonderwijs; HPBO) en in de diverse RAAK-regelingen (Regionale Aandacht en Actie voor Kenniscirculatie), die sinds een jaar of tien bestaan. Deze regelingen zijn of waren gericht op verschillende doelgroepen en doelstellingen met verschillende accenten, waaronder RAAK Publiek. Deze laatste regeling richt zich specifiek op kenniscirculatie tussen hogescholen en partners in de lokale en regionale publieke ruimte. Uit een beleidsevaluatie van in 2009 RAAK blijkt dat in de periode ruim 200 projecten op het terrein van kenniscirculatie zijn uitgevoerd. Deze projecten bevonden zich op het snijvlak van hogescholen, midden- en kleinbedrijf en instellingen in de publieke sector, zoals scholen, ziekenhuizen en musea. De hiermee bewerkstelligde kenniscirculatie draagt zowel bij aan de vernieuwing van het onderwijs als aan innovaties in de beroepspraktijk. De evaluatie laat echter zien dat er nog winst bereikt kan worden in de kwaliteit van de kenniscirculatie. a. De beschikbaarheid, inzetbaarheid en betrokkenheid van docenten bleek niet altijd aan te sluiten op de traditionele wijze van inroosteren, of het lesprogramma bood geen ruimte meer om met kenniscirculatie aan de slag te gaan. Doordat lesprogramma s en lesroosters veelal vroegtijdig zijn ingevuld, ontbreekt in de praktijk de flexibiliteit om met vraagstukken uit de praktijk aan de slag te gaan. b. Docenten misten ervaring met en kennis van kenniscirculatie, zodat ze geen zicht hadden op het belang ervan voor het onderwijs. c. Instellingen bleken onvoldoende zicht te hebben op de eigen kennisbehoefte. d. Binnen hogescholen ontbraken goede dwarsverbanden tussen onderzoek, onderwijs en dienstverlening. Kenniscirculatie in de regio Het NICIS Institute heeft in samenwerking met de Rijksuniversiteit Groningen onderzoek verricht naar de stand van zaken rond kennisverspreiding/kenniscirculatie vanuit hogescholen naar een 4-tal gemeenten. Het NICIS Institute hanteert als optimale vorm van kenniscirculatie een samenwerking tussen hogescholen, MKB en overheid. Het onderzoek kent weliswaar een bredere scoop dan de kenniscirculatie tussen kennisinstellingen en gemeenten, maar geeft wel een indicatie van mechanismen: 1. In de beleidstheorie spelen kennisinstellingen een belangrijke rol in de innovatie van bedrijven. Vooral lectoraten moeten hierin een belangrijke rol spelen. Het accent ligt op een kennisstroom van de instelling naar de bedrijven. 23

Zorg om sturing, sturing om zorg perspectief op effecten en praktijk. Frans de Vijlder

Zorg om sturing, sturing om zorg perspectief op effecten en praktijk. Frans de Vijlder Zorg om sturing, sturing om zorg perspectief op effecten en praktijk Frans de Vijlder Welk perspectief? 2 Uitingsvormen van kennisintensivering Sectoren Label Onttovering professionele mythe Slimme apparatuur

Nadere informatie

Leve de kennisbureaucratie!

Leve de kennisbureaucratie! Leve de kennisbureaucratie! Paper voor het seminar van de Stichting Innovatie, Kwaliteit en Professionaliteit in het Openbaar Bestuur op 21 mei 2010 Frans de Vijlder, Lector Goed Bestuur en Innovatiedynamiek

Nadere informatie

ONZE AGENDA OPLEIDEN IN ROTTERDAM VOOR DE WERELD VAN MORGEN STRATEGISCHE AGENDA

ONZE AGENDA OPLEIDEN IN ROTTERDAM VOOR DE WERELD VAN MORGEN STRATEGISCHE AGENDA ONZE AGENDA OPLEIDEN IN ROTTERDAM VOOR DE WERELD VAN MORGEN STRATEGISCHE AGENDA VOORWOORD Hoe leiden we elke student op tot de professional voor de wereld van morgen? Met de blik op 2025 daagt die vraag

Nadere informatie

Anders kijken, anders leren, anders doen

Anders kijken, anders leren, anders doen Anders kijken, anders leren, anders doen Grensoverstijgend leren en opleiden in zorg en welzijn in het digitale tijdperk HOOFDLIJN 8 Hoofdlijn 8. Onderzoek, onderwijs, praktijk en beleid verbinden Kernboodschap

Nadere informatie

Sociale innovatie. Integraal op weg naar topprestaties in teams en organisaties

Sociale innovatie. Integraal op weg naar topprestaties in teams en organisaties Sociale innovatie Integraal op weg naar topprestaties in teams en organisaties DATUM 1 maart 2014 CONTACT Steef de Vries MCC M 06 46 05 55 57 www.copertunity.nl info@copertunity.nl 2 1. Wat is sociale

Nadere informatie

Kadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015

Kadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015 Kadernotitie Platform #Onderwijs 2032 SLO, versie 13 januari 2015 Doel en beoogde opbrengst van de dialoog De opdracht van het platform is te komen tot een integrale, maatschappelijk breed gedragen en

Nadere informatie

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie:

Het Ontwikkelteam Digitale geletterdheid geeft de volgende omschrijving aan het begrip digitale technologie: BIJGESTELDE VISIE OP HET LEERGEBIED DIGITALE GELETTERDHEID Digitale geletterdheid is van belang voor leerlingen om toegang te krijgen tot informatie en om actief te kunnen deelnemen aan de hedendaagse

Nadere informatie

Stedelijk netwerken en de verhouding met de publieke. sector. Filip De Rynck. Hogeschool Gent

Stedelijk netwerken en de verhouding met de publieke. sector. Filip De Rynck. Hogeschool Gent Stedelijk netwerken en de verhouding met de publieke sector Filip De Rynck De eeuw van de samenwerking Van Government naar Governance toenemende onderlinge afhankelijkheid voor meer en meer complexe problemen

Nadere informatie

Tien succesfactoren voor intergemeentelijke samenwerking

Tien succesfactoren voor intergemeentelijke samenwerking Tien succesfactoren voor intergemeentelijke samenwerking Tien succesfactoren voor intergemeentelijke samenwerking Intergemeentelijke samenwerking is van alle tijden, maar gemeenten lopen de laatste jaren

Nadere informatie

Innovatief beroepsonderwijs in de regio: bindmiddel en broedplaats

Innovatief beroepsonderwijs in de regio: bindmiddel en broedplaats Innovatief beroepsonderwijs in de regio: bindmiddel en broedplaats Studiedag De toekomst van het platteland Nijmegen, 21 november 2018 Loek FM Nieuwenhuis Lectoraat beroepspedagogiek Lectoraat Beroepspedagogiek

Nadere informatie

Het leerlandschap van organisaties

Het leerlandschap van organisaties Fer van den Boomen, Jos van Jaarsveld & Nanja Mol Uit de crisis innoveren? Het leerlandschap van organisaties De crisis is inmiddels ook voelbaar bij een commercieel adviesbureau. Het management bedenkt

Nadere informatie

onderzoek op het hbo transformeert de samenleving tekst: Rob Voorwinden

onderzoek op het hbo transformeert de samenleving tekst: Rob Voorwinden onderzoek op het hbo transformeert de samenleving tekst: Rob Voorwinden 6 De wereld verandert: om ons heen zien we langzaam systemen en instituties omvallen. Wat daarvoor in de plaats komt? Hbo-onderzoek

Nadere informatie

De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen.

De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen. Competentie 1: Creërend vermogen De student kan vanuit een eigen idee en artistieke visie een concept ontwikkelen voor een ontwerp en dat concept tot realisatie brengen. Concepten voor een ontwerp te ontwikkelen

Nadere informatie

Wendbaar en waarde(n)vol onderwijs!

Wendbaar en waarde(n)vol onderwijs! Wendbaar en waarde(n)vol onderwijs! In ons onderwijs staat de mens centraal, of het nu gaat om studenten of medewerkers, om ouders of werknemers uit het bedrijfsleven, jongeren of volwassenen. Wij zijn

Nadere informatie

' Zijn wie je bent. Dat is geluk.'

' Zijn wie je bent. Dat is geluk.' identiteitsbewijs ' Zijn wie je bent. Dat is geluk.' Erasmus 4 Onderwijs draait om mensen Onderwijs draait om mensen. Als we met elkaar in het onderwijs iets willen bereiken, dan draait alles om passie,

Nadere informatie

De rol van HR diensten in de beweging naar meer eigenaarschap van onderwijsteam over onderwijskwaliteit

De rol van HR diensten in de beweging naar meer eigenaarschap van onderwijsteam over onderwijskwaliteit De rol van HR diensten in de beweging naar meer eigenaarschap van onderwijsteam over onderwijskwaliteit Reader ten behoeve van bestuurstafels Kwaliteitsnetwerk mbo op 15 en 16 maart 2017 Uitnodigingstekst

Nadere informatie

Model van Sociale Innovatie

Model van Sociale Innovatie Model van Sociale Innovatie Ontwikkelgebieden van sociale innovatie Sociale Innovatie richt zich op vier basisvragen: 1. Hoe medewerkers te stimuleren eigenaarschap te nemen op hun eigen leer- en ontwikkeltraject

Nadere informatie

Op weg naar een integraal kindcentrum. Janny Reitsma

Op weg naar een integraal kindcentrum. Janny Reitsma Op weg naar een integraal kindcentrum Janny Reitsma Programma: Verkenning van het integraal kindcentrum Leiderschap: mensen in beweging zetten Leiderschap: planmatig organiseren Leren als strategie voor

Nadere informatie

DE KRACHT VAN HET COLLECTIEF ONDERWIJS VAN MORGEN

DE KRACHT VAN HET COLLECTIEF ONDERWIJS VAN MORGEN Op weg naar 2020 Dit is het verhaal van de NUOVO scholengroep. Verantwoordelijk voor voortgezet onderwijs aan ruim 5.000 leerlingen in de stad Utrecht. Tien openbare scholen bieden samen een breed aanbod:

Nadere informatie

In gesprek over de inhoud van het onderwijs van de toekomst

In gesprek over de inhoud van het onderwijs van de toekomst In gesprek over de inhoud van het onderwijs van de toekomst Leraar Schoolleider Bestuurder Doe mee en praat mee! Antwoord of reactie op deze vraag? Dé landelijke dialoog over ons onderwijs en de toekomst.

Nadere informatie

Samen verder In het sociale domein

Samen verder In het sociale domein Samenvatting Masterplan Samen verder In het sociale domein What if I fall? Oh,but my darling,what if you fly? (gedicht van Erin Hanson) Samen Verder is het programma om de doorontwikkeling van het sociale

Nadere informatie

BESTURINGSFILOSOFIE GEMEENTE GOOISE MEREN

BESTURINGSFILOSOFIE GEMEENTE GOOISE MEREN BESTURINGSFILOSOFIE GEMEENTE GOOISE MEREN Projectleider Afdeling Iris van Gils Kerngroep Visie/Missie Datum 28 november 2014 Planstatus Vastgesteld in de Fusieraad 24 november 2014 Opdrachtgever Stuurgroep

Nadere informatie

Piter Jelles Strategisch Perspectief

Piter Jelles Strategisch Perspectief Piter Jelles Strategisch Perspectief Strategisch Perspectief Inhoudsopgave Vooraf 05 Piter Jelles Onze missie 07 Onze ambities 07 Kernthema s Verbinden 09 Verbeteren 15 Vernieuwen 19 Ten slotte 23 02 03

Nadere informatie

identiteitsbewijs identiteitsbewijs onderwijsgroep noord

identiteitsbewijs identiteitsbewijs onderwijsgroep noord 1 identiteitsbewijs identiteitsbewijs onderwijsgroep noord identiteitsbewijs onderwijsgroep noord I Zijn wie je bent. Dat is geluk. I Erasmus 2 Onderwijs draait om mensen Als we met elkaar in het onderwijs

Nadere informatie

Instituut voor Sociale Opleidingen

Instituut voor Sociale Opleidingen Instituut voor Sociale Opleidingen Naar een nieuwe opleiding Social Work In september 2016 start Hogeschool Rotterdam met de nieuwe opleiding Social Work. Dit betekent dat eerstejaars studenten (die in

Nadere informatie

De Nieuwe Overheid: nieuwe mogelijkheden, nieuwe vragen

De Nieuwe Overheid: nieuwe mogelijkheden, nieuwe vragen 1 De Nieuwe Overheid: nieuwe mogelijkheden, nieuwe vragen In het publieke domein worden allerlei nieuwe technieken gebruikt: ambtenaren gebruiken Twitter, games, webplatformen en monitoringtools om de

Nadere informatie

Leerlandschappen. Amersfoort 26 oktober 2009 Manon Ruijters

Leerlandschappen. Amersfoort 26 oktober 2009 Manon Ruijters Amersfoort 26 oktober 2009 Manon Ruijters Er zijn veel verschillende vormen van leren. Leren gebeurd in alle organisaties! Maar hoe zorg je dat: kennis stroomt? dat wat er gemaakt wordt, ook toegepast

Nadere informatie

Werkgevers Ondernemers. In gesprek over de inhoud van het onderwijs

Werkgevers Ondernemers. In gesprek over de inhoud van het onderwijs Werkgevers Ondernemers In gesprek over de inhoud van het onderwijs 1 Algemeen Doe mee en praat mee! Antwoord of reactie op deze vraag? Dé landelijke dialoog over ons onderwijs en de toekomst. Deel gedachten,

Nadere informatie

Opleidingsprogramma DoenDenken

Opleidingsprogramma DoenDenken 15-10-2015 Opleidingsprogramma DoenDenken Inleiding Het opleidingsprogramma DoenDenken is gericht op medewerkers die leren en innoveren in hun organisatie belangrijk vinden en zich daar zelf actief voor

Nadere informatie

3 Actief burgerschap 57

3 Actief burgerschap 57 Inhoud 1 Inleiding 11 Deel I 1.1 Inleiding 11 1.2 Mijn betrokkenheid bij dit onderwerp 12 1.3 Lokale transities en de rol van middenmanagers 15 1.4 Doelstelling, vraagstelling en onderzoeksontwerp 20 1.4.1

Nadere informatie

Duiden, verbinden en vakmanschap

Duiden, verbinden en vakmanschap Effectieve managementstrategieën: Duiden, verbinden en vakmanschap www.divosa.nl Effectieve managementstrategieën: Duiden, verbinden en vakmanschap dr. Duco Bannink, Chris Goosen Het management van sociale

Nadere informatie

' Dit is de tijd die niet verloren gaat: iedre minuut zet zich in toekomst om.' M. Vasalis

' Dit is de tijd die niet verloren gaat: iedre minuut zet zich in toekomst om.' M. Vasalis IDENTITEITS- BEWIJS ' Dit is de tijd die niet verloren gaat: iedre minuut zet zich in toekomst om.' M. Vasalis 2 Onderwijs draait om mensen Als wij in onze onderwijsinstelling iets willen bereiken, dan

Nadere informatie

waarom? externe drivers Technologie Digitalisering Globalisering

waarom? externe drivers Technologie Digitalisering Globalisering waarom? externe drivers 1 Technologie Digitalisering Globalisering Wat zijn de dominante factoren die leren en werken veranderen in de 21ste eeuw? externe drivers Voortgaande digitalisering veroorzaakt

Nadere informatie

FORMULIER STRATEGISCHE THEMA S OPLEIDING [NAAM]: INSTITUUT: (G)OC: INSTITUUTSDIRECTEUR: DATUM:

FORMULIER STRATEGISCHE THEMA S OPLEIDING [NAAM]: INSTITUUT: (G)OC: INSTITUUTSDIRECTEUR: DATUM: FORMULIER STRATEGISCHE THEMA S OPLEIDING [NAAM]: INSTITUUT: (G)OC: INSTITUUTSDIRECTEUR: DATUM: De (G)OC heeft als formele wettelijke vastgelegde taak het adviseren over de OER en het jaarlijks beoordelen

Nadere informatie

Manager van nu... maar vooral van morgen

Manager van nu... maar vooral van morgen Manager van nu... maar vooral van morgen Leidinggeven met inhoud en in verbinding, met inspiratie, energie en plezier, en dat binnen je organisatie mogelijk maken Er kan zoveel meer Uitgaan van klanten,

Nadere informatie

Bewegen tot leren: Perspectieven voor een krachtige leeromgeving

Bewegen tot leren: Perspectieven voor een krachtige leeromgeving Bewegen tot leren: Perspectieven voor een krachtige leeromgeving Jouw ervaring Neem iets in gedachten dat je nu goed kunt en waarvan je veel plezier hebt in je werk: Vertel waartoe je in staat bent. Beschrijf

Nadere informatie

Mastermind groep. Business Development. Leiderschap in het creëren van een sterke business

Mastermind groep. Business Development. Leiderschap in het creëren van een sterke business Mastermind groep Business Development Leiderschap in het creëren van een sterke business Business Development Leiderschap in het creëren van een sterke business In turbulente tijden staat uw business voortdurend

Nadere informatie

Leergang Leiderschap voor Professionals

Leergang Leiderschap voor Professionals Leergang Leiderschap voor Professionals Zonder ontwikkeling geen toekomst! Leergang Leiderschap voor Professionals Tijden veranderen. Markten veranderen, organisaties en bedrijven veranderen en ook de

Nadere informatie

Drie decentralisaties voor gemeenten

Drie decentralisaties voor gemeenten Drie decentralisaties voor gemeenten Onze visie en aanpak Pim Masselink Joost van der Kolk Amersfoort 24 april 2014 Inhoud 1. Inleiding 2. Veranderende rol van de gemeente 3. Veranderopgave: richten, inrichten

Nadere informatie

De motor van de lerende organisatie

De motor van de lerende organisatie De motor van de lerende organisatie Focus op de arbeidsmarkt Naast het erkennen van leerbedrijven is Calibris verantwoordelijk voor ontwikkeling en onderhoud van kwalificaties in de sectoren zorg, welzijn

Nadere informatie

VGN Kennisbeleid

VGN Kennisbeleid VGN Kennisbeleid 2016-2018 VGN Kennisbeleid 2016-2018 VGN-publicatie: 716.248 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Waarom en hoe 5 3 Onze uitdagingen 6 3.1 Professionals in vernieuwde zorg 6 32 Voldoende goed geschoolde

Nadere informatie

We zien een datagedreven wereld vol kansen. Toepassingscentrum voor big data oplossingen

We zien een datagedreven wereld vol kansen. Toepassingscentrum voor big data oplossingen We zien een datagedreven wereld vol kansen Toepassingscentrum voor big data oplossingen We zien succesvolle organisaties groeien door big data 50% van de meest succesvolle organisaties Volg ons op twitter:

Nadere informatie

Iedereen in s-hertogenbosch doet volwaardig mee in de samenleving. Breed Welzijn s-hertogenbosch. Nieuwe combinaties in een nieuwe tijd

Iedereen in s-hertogenbosch doet volwaardig mee in de samenleving. Breed Welzijn s-hertogenbosch. Nieuwe combinaties in een nieuwe tijd Nieuwe combinaties in een nieuwe tijd Iedereen in s-hertogenbosch doet volwaardig mee in de samenleving Breed Welzijn s-hertogenbosch Juvans Maatschappelijk Werk en Dienst verlening // Welzijn Divers //

Nadere informatie

Met het nieuwe welzijnsbeleid werkt de gemeente Tiel vanuit de volgende uitgangspunten:

Met het nieuwe welzijnsbeleid werkt de gemeente Tiel vanuit de volgende uitgangspunten: Opdrachtformulering kwartiermaker integrale welzijnsopdracht Aanleiding De gemeenteraad van de gemeente Tiel heeft in haar vergadering van juli 2014 het besluit genomen om een inhoudelijke discussie te

Nadere informatie

Regie voeren in het publieke domein

Regie voeren in het publieke domein Regie voeren in het publieke domein Frans de Vijlder frans.devijlder@han.nl Waarover gaat de inleiding? Publieke ruimte in beweging Gevolgen voor gemeenten en andere partijen in de publieke ruimte Mens-

Nadere informatie

Hefbomen van Leiderschap. Simpel. Voorspellend. Invloedrijk.

Hefbomen van Leiderschap. Simpel. Voorspellend. Invloedrijk. Hefbomen van Leiderschap Simpel. Voorspellend. Invloedrijk. Excellente Competentiemodellen Organisaties zoeken naar simpele, praktische middelen voor de ontwikkeling van leiderschap. Een grote focus op

Nadere informatie

MASTER DEVELOPMENT Master Development Meesterschap in Vakmanschap

MASTER DEVELOPMENT Master Development Meesterschap in Vakmanschap Meesterschap in Vakmanschap De Galan Groep Rutgers van Rozenburglaan 2, 3744 MC Baarn Tel.: 035 69 48 000, Fax.: 035 69 48 200 E-mail: office@galangroep.nl 1 Herwaardering van het meesterschap in moderne

Nadere informatie

Leve de kennisbureaucratie! *

Leve de kennisbureaucratie! * RUBRIEKEN PERSOONLIJK MEESTERSCHAP Leve de kennisbureaucratie! * Frans de Vijlder Onder redactie van dr. A.J. Meijer (Universiteit Utrecht), drs. R.E. Viergever (IKPOB) en drs. H.W.M. Wesseling (IKPOB).

Nadere informatie

Bijlage 8.8: Professionele leergemeenschappen (Verbiest, 2012)

Bijlage 8.8: Professionele leergemeenschappen (Verbiest, 2012) Bijlage 8.8: Professionele leergemeenschappen (Verbiest, 2012) Professionele leergemeenschappen (Verbiest, 2012) en netwerk-leren (De Laat, 2012) verhogen de kans op succesvol leren in het kader van een

Nadere informatie

WIJ ZIJN ACTIUM EN DIT IS ONZE KOERS STRATEGISCHE KOERS

WIJ ZIJN ACTIUM EN DIT IS ONZE KOERS STRATEGISCHE KOERS WIJ ZIJN ACTIUM EN DIT IS ONZE KOERS STRATEGISCHE KOERS 2018-2021 Dit is onze strategische koers, dé leidraad bij ons denken en ons doen. Het is ons kompas, dat richting geeft aan de keuzes die we maken

Nadere informatie

Driedaagse Leergang. Kennisintensieve beleidsontwikkeling

Driedaagse Leergang. Kennisintensieve beleidsontwikkeling Driedaagse Leergang Kennisintensieve beleidsontwikkeling 6, 13 en 20 juni 2014 Den Haag Doelstellingen en doelgroep De doelgroep bestaat uit beleidsmedewerkers/stafmedewerkers bij beleidsinstanties (nationaal,

Nadere informatie

Auditrapportage 2014. Bijlage 1 Typologieën en het fasemodel. Dynamiek onderweg

Auditrapportage 2014. Bijlage 1 Typologieën en het fasemodel. Dynamiek onderweg Auditrapportage 2014 Bijlage 1 Typologieën en het fasemodel Dynamiek onderweg De vier geïdentificeerde typologieën van de Centra co-creator; incubator; transformator; facilitator - zijn hieronder kort

Nadere informatie

factsheet Valuedriven Proces Interventions !! In deze factsheet:

factsheet Valuedriven Proces Interventions !! In deze factsheet: Valuedriven Proces Interventions factsheet In deze factsheet: Waarom traditionele programma s niet meer werken Wat zijn Valuedriven Proces Interventions? Toepassingsgebieden en voorbeelden. Arjella van

Nadere informatie

Welkom in het Horizon College

Welkom in het Horizon College Welkom in het Horizon College Bij het Horizon College maken we onze naam waar: we geven middelbaar beroepsonderwijs dat bij jou past en jouw horizon groter maakt. We leren je niet alleen een vak met toekomst,

Nadere informatie

De docent beroepsonderwijs: Jongleren op het grensvlak van verschillende werelden. Elly de Bruijn 24 januari 2013 NOT Profiel Lezing

De docent beroepsonderwijs: Jongleren op het grensvlak van verschillende werelden. Elly de Bruijn 24 januari 2013 NOT Profiel Lezing De docent beroepsonderwijs: Jongleren op het grensvlak van verschillende werelden Elly de Bruijn 24 januari 2013 NOT Profiel Lezing Warming up Door de ervaringen als sociaal pedagogisch hulpverlener begreep

Nadere informatie

Transactieland Koppelzone concept

Transactieland Koppelzone concept Transactieland Koppelzone concept Vooraf Het koppelzone 1 concept is een bepaalde manier van samenwerken Het samenwerken wordt daarbij ondersteund door c.q. in die samenwerking wordt gebruik gemaakt van

Nadere informatie

Het sociaal regelsysteem: externe sturing door discipline. Het systeem van communicatieve zelfsturing: zelfsturing in communicatie

Het sociaal regelsysteem: externe sturing door discipline. Het systeem van communicatieve zelfsturing: zelfsturing in communicatie De logica van lef, discipline en communicatie Theoretisch kader voor organisatieontwikkeling Tonnie van der Zouwen, maart 2007 De gelaagdheid in onze werkelijkheid Theorieën zijn conceptuele verhalen met

Nadere informatie

onderwijsgroep noord identiteitsbewijs

onderwijsgroep noord identiteitsbewijs onderwijsgroep noord identiteitsbewijs 'Zijn wie je bent. Dat is geluk.' Erasmus 4 Onderwijs draait om mensen Als we met elkaar in het onderwijs iets willen bereiken, dan draait alles om passie, energie

Nadere informatie

Regiegemeente Wendbaar met de blik naar buiten. Zichtbaar met de blik naar binnen. Auteur: Daan Platje VeranderVisie Datum: maart 2011 Pagina 1 van 7

Regiegemeente Wendbaar met de blik naar buiten. Zichtbaar met de blik naar binnen. Auteur: Daan Platje VeranderVisie Datum: maart 2011 Pagina 1 van 7 Regiegemeente Wendbaar met de blik naar buiten. Zichtbaar met de blik naar binnen. Auteur: Daan Platje VeranderVisie Datum: maart 2011 Pagina 1 van 7 Gemeentelijke regie Het Rijk heeft kaders opgesteld

Nadere informatie

Strategisch beleidsplan Stichting Promes 2015-2018

Strategisch beleidsplan Stichting Promes 2015-2018 Strategisch beleidsplan Stichting Promes 2015-2018 Voorwoord. De planperiode van 2011-2014 ligt bijna achter ons en geeft ons reden tot nadenken over de doelen voor de komende vier jaar. Als we terugdenken

Nadere informatie

Op expeditie naar waarde(n)

Op expeditie naar waarde(n) Op expeditie naar waarde(n) 21e eeuwse educatie Effectief leiderschap Vakmanschap: de leraar doet ertoe! Verbinding met de gemeenschap Waardengedreven onderwijs Op expeditie naar waarde(n) De hele opvoeding

Nadere informatie

Het is belangrijk dat studenten ervaren wat informele zorg inhoudt

Het is belangrijk dat studenten ervaren wat informele zorg inhoudt Inspiratie voor hbo zorg en welzijn Informele zorg & Toegepaste Gerontologie aan de hogescholen Windesheim en Fontys Het is belangrijk dat studenten ervaren wat informele zorg inhoudt Het is belangrijk

Nadere informatie

De uitdagingen van de transformatie zijn de kansen voor de JGGZ en zijn academische functie

De uitdagingen van de transformatie zijn de kansen voor de JGGZ en zijn academische functie Inleiding Rutger Hageraats Symposium De Bascule 26-06-2015 De uitdagingen van de transformatie zijn de kansen voor de JGGZ en zijn academische functie De aanleiding Wat was er ook alweer aan de hand? Niet

Nadere informatie

Prof.dr. Henk W. Volberda Rotterdam School of Management, Erasmus University Wetenschappelijk directeur INSCOPE

Prof.dr. Henk W. Volberda Rotterdam School of Management, Erasmus University Wetenschappelijk directeur INSCOPE Prof.dr. Henk W. Volberda Rotterdam School of Management, Erasmus University Wetenschappelijk directeur INSCOPE Bevindingen Erasmus Innovatiemonitor Zorg Eindhoven, 5 oktober 2012 TOP INSTITUTE INSCOPE

Nadere informatie

Professionele en persoonlijke groei?

Professionele en persoonlijke groei? + Professionele en persoonlijke groei? Samen naar meer resultaat, meer gemak en meer plezier! Han Oei Oei voor Groei - www.oeivoorgroei.nl info@oeivoorgroei.nl 0633794681 + Meer resultaat, meer gemak en

Nadere informatie

In vijf stappen naar een participatieve medezeggenschap

In vijf stappen naar een participatieve medezeggenschap In vijf stappen naar een participatieve medezeggenschap Als je als Ondernemingsraad wilt overstappen naar een vorm van participatieve medezeggenschap betekent dat een overgang van de traditionele werkwijze

Nadere informatie

Transformatie leer je niet in een cursus

Transformatie leer je niet in een cursus NIEUW VAKMANSCHAP Transformatie leer je niet in een cursus Door: Rieke Veurink Fotografie: Kees Winkelman Aansluiten bij de vraag uit de samenleving, regie voeren, werken in steeds veranderende omstandigheden:

Nadere informatie

Visie Missie. De missie van onze stichting is de volgende: wie je morgen bent creëer je vandaag met de som van gisteren

Visie Missie. De missie van onze stichting is de volgende: wie je morgen bent creëer je vandaag met de som van gisteren Visie Missie De Jan Ligthartscholen van de Jan Ligthartgroep Tilburg hebben een duidelijk doel voor ogen: het onderwijs dusdanig inrichten dat het de basis vormt van het levenslang leren dat een mens doet.

Nadere informatie

Elly de Bruijn. Beroepsonderwijs maken: van dossier naar leren & begeleiden. Zaal 3 Tijdstip 11.00

Elly de Bruijn. Beroepsonderwijs maken: van dossier naar leren & begeleiden. Zaal 3 Tijdstip 11.00 Elly de Bruijn Beroepsonderwijs maken: van dossier naar leren & begeleiden Zaal 3 Tijdstip 11.00 Warming up De docent in het beroepsonderwijs opent de deuren naar de kennis, zienswijzen, vaardigheid, opvattingen

Nadere informatie

14.6. De Dienst Geestelijke Verzorging. Drs W.v.d.Wouw. Samenvatting

14.6. De Dienst Geestelijke Verzorging. Drs W.v.d.Wouw. Samenvatting 696 14.6. De Dienst Geestelijke Verzorging Drs W.v.d.Wouw Samenvatting De wijze, waarop de Dienst Geestelijke Verzorging is geprofileerd, is sterk afhankelijk van de eigen aard van dit werkveld. Mensen

Nadere informatie

klaar voor een nieuwe toekomst

klaar voor een nieuwe toekomst Herontwerp HRM Beleid klaar voor een nieuwe toekomst We maken ons op voor een nieuwe toekomst. Daar zijn we klaar voor. Dat komt omdat we gewend zijn om vanuit het kleine groot te denken en op een gelijkwaardige

Nadere informatie

Vernieuwing geeft méér waarde aan medezeggenschap

Vernieuwing geeft méér waarde aan medezeggenschap 10 Vernieuwing geeft méér waarde aan medezeggenschap Vernieuwing geeft méér waarde aan medezeggenschap Kim van der Hoeven 1. Inleiding Ontwikkelingen in maatschappij en samenleving denk met name aan de

Nadere informatie

A&O Inspiratiesessie. Henk Wesseling 26-11-2015

A&O Inspiratiesessie. Henk Wesseling 26-11-2015 A&O Inspiratiesessie Henk Wesseling 26-11-2015 1 Uitgangspunten 1. Datagedreven sturing gaat om het slimmer verzamelen en analyseren van data en verwerken hiervan tot kennis, op basis waarvan we handelen.

Nadere informatie

Functieprofiel Young Expert

Functieprofiel Young Expert 1 Laatst gewijzigd: 20-7-2015 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1 Ervaringen opdoen... 3 1.1 Internationale ervaring in Ontwikkelingssamenwerkingsproject (OS)... 3 1.2 Nieuwe vaardigheden... 3 1.3 Intercultureel

Nadere informatie

PROFIEL. Adviseur Onderwijs HAS Hogeschool

PROFIEL. Adviseur Onderwijs HAS Hogeschool PROFIEL Adviseur Onderwijs HAS Hogeschool 1. De organisatie Dit profiel wordt gebruikt om potentiële kandidaten in het kort te informeren over de functie Adviseur Onderwijs, HAS Hogeschool en haar context.

Nadere informatie

Leerstijlen. www.gertjanschop.com/kennisenleren - pagina 1 van 5

Leerstijlen. www.gertjanschop.com/kennisenleren - pagina 1 van 5 Leerstijlen Leren volgens Kolb Kolb vat leren op als een proces dat, steeds weer, vier stadia doorloopt: fase 1: concreet ervaren fase 2: waarnemen en overdenken (reflecteren) fase 3: abstracte begripsvorming

Nadere informatie

Middelen Proces Producten / Diensten Klanten

Middelen Proces Producten / Diensten Klanten Systeemdenken De wereld waarin ondernemingen bestaan is bijzonder complex en gecompliceerd en door het gebruik van verschillende concepten kan de werkelijkheid nog enigszins beheersbaar worden gemaakt.

Nadere informatie

Inhoud. Voorwoord 03. Missie en kernwaarden 07. Nieuwe perspectieven voor de toekomst 13. Beloften 23. Merkbaar en herkenbaar 37

Inhoud. Voorwoord 03. Missie en kernwaarden 07. Nieuwe perspectieven voor de toekomst 13. Beloften 23. Merkbaar en herkenbaar 37 Inhoud Voorwoord 03 Missie en kernwaarden 07 Nieuwe perspectieven voor de toekomst 13 Beloften 23 Merkbaar en herkenbaar 37 01 Voorwoord ROC Friese Poort staat midden in de samenleving, want onderwijs

Nadere informatie

Wijzer in de professionele ruimte

Wijzer in de professionele ruimte Wijzer in de professionele ruimte Strategieën om de professionele ruimte van docenten(-teams) te optimaliseren Rob Vink Wat is professionele ruimte? Als docent geef je vorm aan het onderwijs en daar voel

Nadere informatie

Strategie Zuyd 2014-2018

Strategie Zuyd 2014-2018 Strategie Zuyd 2014-2018 Inleiding De strategie van Zuyd voor de periode 2014-2018 is op hoofdlijnen een voortzetting van de strategie van de afgelopen jaren, aangescherpt vanuit een aantal belangrijke

Nadere informatie

Master Healthy Ageing Professional (MHAP)

Master Healthy Ageing Professional (MHAP) 1. Basisgegevens Soort aanvraag (kruis aan wat van toepassing is): Naam instelling(en) Contactpersoon/contactpersonen Contactgegevens Nieuwe Nieuw Ad programma X Nieuwe hbo master Nieuwe joint degree 1

Nadere informatie

Committed to Green Businessplan 2013-2016

Committed to Green Businessplan 2013-2016 Businessplan 2013-2016 Businessplan 2013-2016 Wim Drost directeur @DrostW Marc Hendriks marketingmanager @Hendriks_Marc Willy Brandtlaan 81, 6716 RJ Ede, Telefoon: (0318) 642 992, E-mail: info@ontwikkelcentrum.nl

Nadere informatie

Drempels. droom. werkelijkheid

Drempels. droom. werkelijkheid Drempels tussen droom en werkelijkheid Een dynamisch groen kennissysteem, midden in de praktijk In de groene sector spelen vraagstukken waar direct en gerichte antwoorden voor nodig zijn. Goede oplossingen

Nadere informatie

Waarom het project Netwerk onderwijs-gemeenten? Voor wie is het project bedoeld?

Waarom het project Netwerk onderwijs-gemeenten? Voor wie is het project bedoeld? Waarom het project Netwerk onderwijs-gemeenten? De samenwerking tussen onderwijs en gemeenten is een heel belangrijke sleutel om het imago van gemeenten te verbeteren. Ook de arbeidsmarkt vraagt om dit

Nadere informatie

Competenties directeur Nije Gaast

Competenties directeur Nije Gaast Competenties directeur Nije Gaast De s voor directeuren van Nije Gaast zijn vertaald in vijf basiss. De beschrijving is gebaseerd op de schoolleiderscompententies die landelijk zijn vastgesteld en zijn

Nadere informatie

Cocreatie in de opsporing. Dr. Albert Meijer Universiteit Utrecht

Cocreatie in de opsporing. Dr. Albert Meijer Universiteit Utrecht Cocreatie in de opsporing Dr. Albert Meijer Universiteit Utrecht Cocreatie in de opsporing: Perspectief van de wetenschap Albert Meijer Universiteit Utrecht Politieacademie 11 september 2012 Even voorstellen

Nadere informatie

Inzet van ervaringskennis van studenten

Inzet van ervaringskennis van studenten Inzet van ervaringskennis van studenten Simona Karbouniaris, docent-onderzoeker, Kenniscentrum Sociale Innovatie, Hogeschool Utrecht. Het Kenniscentrum Sociale Innovatie is een samenwerkingsverband van

Nadere informatie

De gemeente van de toekomst

De gemeente van de toekomst De gemeente van de toekomst De gemeente van de toekomst Focus op strategie Sturen op verbinden Basis op orde De zorg voor het noodzakelijke Het speelveld voor de gemeente verandert. Meer taken, minder

Nadere informatie

De kracht van een sociale organisatie

De kracht van een sociale organisatie De kracht van een sociale organisatie De toegevoegde waarde van zakelijke sociale oplossingen Maarten Verstraeten. www.netvlies.nl Prinsenkade 7 T 076 530 25 25 E mverstraeten@netvlies.nl 4811 VB Breda

Nadere informatie

Reflectie op besluitvorming en handelen

Reflectie op besluitvorming en handelen Reflectie op besluitvorming en handelen Methodiek Omschrijving: De kwaliteit van besluitvorming heeft een invloed op de kwaliteit van de hulpverlening en het gevoel van effectiviteit. Dit is een belangrijk

Nadere informatie

De paradox van de burger als uitgangspunt

De paradox van de burger als uitgangspunt GEMEENTE WINTERSWIJK De paradox van de burger als uitgangspunt De dialoog als methodiek Rhea M. Vincent 1-11-2013 In het nieuwe zorgstelsel staat de vraag van de burger centraal. De professional en de

Nadere informatie

AMBITIE & VISIE. Dienstverlening

AMBITIE & VISIE. Dienstverlening AMBITIE & VISIE Dienstverlening Inhoud 1 Gemeente Brummen in de toekomst... 3 2 Ambitie gemeente Brummen... 4 3 Visie gemeente Brummen... 5 3.1 Visie op de toekomst... 5 3.2 Positionering gemeente Brummen...

Nadere informatie

Samen werken aan goed openbaar bestuur

Samen werken aan goed openbaar bestuur Samen werken aan goed openbaar bestuur SAMEN WERKEN AAN GOED OPENBAAR BESTUUR Gemeenten, provincies, waterschappen, het Rijk, de EU en hun samenwerkingsverbanden vormen samen het openbaar bestuur in ons

Nadere informatie

Aandacht voor jouw ambitie!

Aandacht voor jouw ambitie! Aandacht voor jouw ambitie! ROC Rivor is hét opleidingscentrum van regio Rivierenland. Wij bieden een breed scala aan opleidingen, cursussen en trainingen voor jongeren en volwassenen. Toch zijn we een

Nadere informatie

Al lid van een kennisgemeenschap?

Al lid van een kennisgemeenschap? Professionaliseer jezelf en verbeter het onderwijs van onderop Al lid van een kennisgemeenschap? Kennisgemeenschappen zijn in opmars. Binnen schoolbesturen richten deze gemeenschappen zich op de professionalisering

Nadere informatie

Wendbaarheidsprofiel

Wendbaarheidsprofiel Wendbaarheidsprofiel 01 Introductie Wat is het? Voor je ligt jouw persoonlijk rapport van de Fit-for-Future scan. Het bevat jouw wendbaarheidsprofiel, gebaseerd op de resultaten van de online vragenlijst

Nadere informatie

"Maatschappelijke positionering van de industrie verbeteren"

Maatschappelijke positionering van de industrie verbeteren "Maatschappelijke positionering van de industrie verbeteren" Evert-Jan Velzing Docent-onderzoeker Hogeschool Utrecht We zien dat er meer positieve aandacht is voor de industrie, maar het belang van de

Nadere informatie

Samen voor een sociale stad

Samen voor een sociale stad Samen voor een sociale stad 2015-2018 Samen werken we aan een sociaal en leefbaar Almere waar iedereen naar vermogen meedoet 2015 Visie VMCA 2015 1 Almere in beweging We staan in Almere voor de uitdaging

Nadere informatie

Presenteer je eigen onderzoek op de Mbo Onderzoeksdag op 12 november 2015!

Presenteer je eigen onderzoek op de Mbo Onderzoeksdag op 12 november 2015! Voorstellen voor onderzoekspresentaties Mbo Onderzoeksdag Presenteer je eigen onderzoek op de Mbo Onderzoeksdag op 12 november 2015! Indienen van een voorstel kan tot en met 15 mei 2015 via e-mailadres:

Nadere informatie

Inleiding 7. 1 Een nieuwe praktijk: van regeltoepassing naar casusbeslissingen 11

Inleiding 7. 1 Een nieuwe praktijk: van regeltoepassing naar casusbeslissingen 11 Inhoudsopgave Inleiding 7 1 Een nieuwe praktijk: van regeltoepassing naar casusbeslissingen 11 2 Een nieuwe theorie: van bureaucratie naar casusorganisatie 25 2.1 Het bureaucratische principe 25 2.2 Webers

Nadere informatie