Programma sociale en culturele Infrastructuur

Transcriptie

1 NOTULEN VAN DE VERGADERING VAN DE ADVIESCOMMISSIE VAN 30 oktober PROGRAMMABEGROTING 2008 EN MEERJARENBEGROTING Programma sociale en culturele Infrastructuur Gelegenheid voor inhoudelijke bespreking van dit programma en de volgende thema s en grote projecten: Maatschappelijke voorzieningen Integratie en interculturalisatie Inkomen Cultuurvoorzieningen Gezondheid Zorg Vrijetijdsvoorzieningen Sport en Sportboulevard Voorzitter: Dhr. M.P.P.M. Merx Secretaris: Dhr. J.T. de Heus Verslag: Mw. E. Verveer Aanwezig: Dhr. B. Staat, ChristenUnie/SGP Dhr. H. Mostert, ChristenUnie/SGP Dhr. J.C.C. Bruggeman, CDA Mw. E.C. van Wenum-Kroon, CDA Dhr. C.A. van Verk, PvdA Mw. T.I.V. Bonnema-Tekelenburg, D66 Dhr. H.P.A. Wagemakers, BETER VOOR DORDT Mw. L.J. Kuhlemeier-Booij, BETER VOOR DORDT Dhr. A. Karapinar, fractie Karapinar Mw. M.C. Ruisch, GroenLinks Mw. C.R. Jansen-Marseille, ECO-Dordt Mw. N. de Smoker-van Andel, ECO-Dordt Dhr. H.J. Tazelaar, VSP Mw. J.L.M. van Benthem, VVD Dhr. C.A. Beem, VVD Namens het college zijn aanwezig: de wethouders J.W. Spigt, J.H. Lagendijk en A.T. Kamsteeg Namens de ambtelijke organisatie zijn aanwezig: de dames M.J.T.H. Havekes, Th.M.J. van Biemen en de heren H.F.J. van Gurp en H. Kranendonk De voorzitter opent de vergadering. De heer Bruggeman merkt op diverse signalen te krijgen dat inburgeraars wachten met het volgen van cursussen vanwege de hoge kosten. Hij vraagt hoe dat in Dordrecht is en hoe daar in de komende jaren mee wordt omgegaan? Mevrouw Ruisch wijst erop dat in 2007 een evaluatie zou worden gehouden van het project Achter de voordeur in Wielwijk. Ze vraagt naar de stand van zaken?. De fractie van GroenLinks vraagt hoe het staat met de bestekken van de gemeente waar het gaat om de aanbesteding van welzijn en of de criteria duidelijk zijn waarop de keuze zal worden bepaald? De heer Wagemakers heeft eerder geïnformeerd naar de kredieten in het kader van de Sportboulevard. In oktober 2005 is er een besluit genomen voor 37,2 miljoen; in februari 2007 is Notulen Adviescommissie dd

2 er een besluit genomen over 7 miljoen. Uit de stukken voor de raadsvergadering van 6 februari 2007 blijkt dat er ook sprake is van een bedrag van 35,1 miljoen, omdat er twee spelzalen uit het Leerpark zijn losgekoppeld. Hij vraagt om uitleg. De heer Karapinar merkt naar aanleiding van blz. 31 op dat wordt ingezet op halvering van het aantal vroegtijdige schoolverlaters en hij vraagt hoe reëel dat is? Vrijwilligers van de Dordtse Reddingsbrigade hebben aangegeven dat zij als gevolg van het betaald parkeren zijn genoodzaakt om hun vrijwilligerswerk te staken. Dat staat haaks op het voornemen om vrijwilligerswerk te bevorderen. Op blz. 29 staat iets over het bevorderen van inter-etnische vriendschappen. Hij is benieuwd hoe de gemeente dat wil aanpakken? De heer van Verk vindt dat er wijze woorden worden gewijd aan het Energiehuis op blz. 39. Hij vraagt zich af wanneer het definitieve voorstel verschijnt. De heer Mostert sluit zich aan bij deze vraag. Hij vraagt hoe reëel de bedragen zijn voor culturele voorzieningen: 61 miljoen vindt hij nogal wat. Er zijn in zijn ogen nog wel wat vraagtekens op onderdelen, met name bij het Energiehuis. Bij de behandeling van de Kadernota 2008 zijn afspraken gemaakt over de invulling van het Energiehuis, zoals ToBe. De fractie van ChristenUnie/SGP vindt dat ToBe gedeeltelijk bij gebouw de Munt moet blijven en ziet de behandeling van de Energiehuisvoorstellen met grote belangstelling tegemoet. Mevrouw Jansen merkt op dat de fractie van ECO-Dordt zorgen heeft over de opvangcapaciteit van mensen; de gemiddelde verblijfsduur moet worden teruggedrongen om meer mensen op te kunnen vangen. Ze vraagt of dit al in gang is gezet en of het wel realistisch is? Mevrouw van Benthem vermeldt dat het aantal bezoekers aan de binnenstad eerder daalt dan stijgt. Ze vraagt of dit te maken kan hebben met de verhuizing van de VVV en of de nieuwe vestiging van de VVV wel goed genoeg vindbaar is? In het kader van de Impuls Binnenstad wordt aangegeven dat er geïntensiveerd gaat worden voor wat betreft podiumkunsten: het aanbod wordt verbreed en verruimd. In relatie daarmee wordt ook genoemd dat dit onderwerp van discussie is bij de ontwikkelingen van Stadswerven. Ze vraagt om uitleg. Ze vraagt wat er gebeurt met het bedrag voor het Verborgen Museum gebeurt, want dat blijft maar intact? Bij inter-etnische contacten hoort ze graag aan welke activiteiten het college denkt. De VVD-fractie denkt zelf aan gezamenlijk sport beoefenen. Mevrouw van Wenum heeft begrepen dat het nog steeds ontbreekt aan passende opvang van ongeveer 80 dakloze jongeren. Vorig jaar is dit bij de begrotingsbehandeling aangekaart en is er een toezegging gedaan, maar nu blijkt dat er eigenlijk niets is gedaan. Ze vraagt hier opnieuw aandacht voor; er moet echt iets aan gebeuren. Met betrekking tot dagopvang leest ze in de begroting dat het de ambitie van het college is om het gebruik van laagdrempelige opvang te verhogen. In dat kader wil ze de discussie over het Diakonaal Aandachtscentrum heropenen. Het college schrijft in een notitie uit 2005, getiteld Maatschappelijke opvang in beweging, dat het aanbod van het aandachtscentrum een belangrijke aanvulling is op het professionele opvangaanbod; dat het de wind uit de zeilen haalt van de dagopvang van het Leger des Heils. Het aandachtscentrum haalt op gezette tijden de doelgroep van de straat en levert daardoor een bijdrage aan het tegengaan van overlast. Het probleem was dat er geen financiële middelen beschikbaar waren voor structurele subsidie. Ze vraagt zich af of dat nog steeds zo is. Ze las in het concept Wmo-beleidsplan dat er wellicht op basis van een regionaal kompas extra gelden komen en vraagt of het Diakonaal Aandachtscentrum dan in zicht is? Er ligt een nieuw verzoek om subsidiëring ter afhandeling bij het college en ze vraagt hoe het college daar tegenover staat. De heer Staat merkt op dat op blz. 25 staat dat het streven in 2006 was om 25% meer gevallen van schuldhulpverlening te laten slagen. Dat uitgangspunt wordt in deze begroting vastgehouden, maar hij wil graag weten of die doelstelling ook gehaald is. Mevrouw Bonnema wijst erop dat op blz. 27 een tekst staat over jongeren die al vroeg in hun leven klaar moeten worden gestoomd voor volwaardige deelname aan de samenleving. Dat is in tegenspraak met de wens om jongeren zich te laten ontplooien en hun talenten te ontwikkelen. Wethouder Lagendijk antwoordt dat er aanvankelijk 37,2 miljoen voor de Sportboulevard beschikbaar is gesteld. Nog niet zo lang geleden is daar 7 miljoen aan toegevoegd en dat komt Notulen Adviescommissie dd

3 netto uit op 44,2 miljoen. Dit bedrag is beschikbaar voor de realisering van de Sportboulevard. Daar zitten geen andere kosten in. De spelzalen van het Leerpark zitten daar volgens hem niet in, maar hij zal dat nog een keer precies laten uitzoeken. De heer Wagemakers stelt dat in februari jl. nadrukkelijk is gesproken over 35,1 miljoen; dat is steeds het uitgangspunt geweest. Hij wil graag vóór de begrotingsbehandeling helder hebben wat het nu is: 37,2 miljoen inclusief de spelzalen of 35,1 miljoen exclusief. Hij verwijst naar de raadsnotulen van 6 februari Wethouder Lagendijk verwijst naar de begroting waarin 44,2 miljoen staat. Daar gaat hij van uit, maar desondanks gaat hij het na. Met betrekking tot de vrijwilligers is er een regeling. Op bepaalde tijden is parkeren mogelijk tegen gereduceerd tarief. Daarnaast is er voor de komende twee jaren een bedrag van euro per jaar beschikbaar, specifiek voor vrijwilligers en topsporters. Bij de ene sportvereniging is de communicatie wat beter dan bij de andere, dus hij zal dat nog even onder de aandacht brengen, maar voor die specifieke doelgroep is beschikbaar. De heer Karapinar vraagt of dat voldoende is? Blijkbaar zijn de vrijwilligers daar niet tevreden mee, zo begrijpt hij uit de krant. Wethouder Lagendijk antwoordt dat het bedrag is gebaseerd op het aantal mensen dat is opgegeven door de verenigingen zelf. Daar is verder niet over onderhandeld. Na twee jaar komt er een nieuw voorstel of er wordt volledig betaald parkeren ingevoerd. Hij heeft nog geen evaluatie van het project Achter de voordeur gezien, maar hij zal navragen wanneer die kan worden verwacht. De vraag met betrekking tot de dak- en thuislozen is nog niet beantwoord, waarvoor excuses. Volgens zijn informatie gaat het niet om grote aantallen jongeren. Het Leger des Heils heeft opvang voor een doelgroep vanaf 16 jaar; je kunt er dus ook terecht als je nog geen 23 bent. Het T-team (hulpverleners in opdracht van gemeente en provincie) meldt hem dat het wel incidenteel voorkomt dat jongeren tijdelijk bij het Leger des Heils worden ondergebracht voor er een definitieve oplossing is, maar dan gaat het doorgaans om een paar dagen. Een andere kwetsbare doelgroep, jonge mensen met kinderen, kunnen bij het Leger des Heils worden opgevangen in specifieke delen van het opvangcentrum aan het Kromhout. Zijn indruk is dus dat het probleem minder groot is dat mevrouw van Wenum schetst. Hij vraagt haar om meer specifieke informatie, zodat hij daarover navraag kan doen. Als het echt een serieus probleem is, moet je naar de keten van opvang kijken en nagaan of er ergens een voorziening ontbreekt. Wethouder Kamsteeg antwoordt in de richting van mevrouw Ruisch dat de aanbesteding van de DWO op zijn vroegst per 1 januari 2009 plaatsvindt. Er is de afgelopen maand hard gewerkt aan de formele bestekken. Op dit moment wordt nagedacht over de invulling van de door de raad geformuleerde doelstellingen. Vooraf wordt de raad, zoals toegezegd, via een programmakamer volledig bijgepraat over de manier waarop de aanbesteding zal plaatsvinden. Het jeugd- en jongerenwerkbeleid is volgens hem klaar en kan worden gepresenteerd. Er wordt nu gewerkt aan het welzijnswerk in het algemeen. Wellicht kunnen beide zaken in één kamer worden behandeld. De cijfers van de verkorting van de verblijfsduur bij de maatschappelijke en vrouwenopvang zijn vastgelegd op verzoek van het Ministerie van VWS in het kader van de doelstellingen van het grotestedenbeleid. Die cijfers zijn zeker realistisch. Bij de vrouwenopvang wordt er nu al aan voldaan voor een groot deel en de gemiddelde verblijfsduur bij het Leger des Heils loopt ook goed. Misschien is het een aardig idee om een uitvoerige presentatie te geven in een programmakamer, eventueel in combinatie met huiselijk geweld, wat dicht tegen vrouwenopvang aan ligt. Er is veel in beweging op het gebied van huiselijk geweld. Er wordt gewerkt aan een nieuwe beleidsnota, inclusief het in beeld brengen van de financiering vanaf De beleidsplannen moeten over een maand worden ingediend. Dat betekent een behoorlijke intensivering van het werk. Het lijkt hem goed daar een keer over van gedachten te wisselen met de raad. Dan kan er ook een rapportage worden besproken over de verblijfsduur, de doelstellingen en hoe het zich feitelijk ontwikkelt. Het Diakonaal Aandachtscentrum is in het verleden een paar keer gesubsidieerd voor activiteiten, vooral ook omdat er wat middelen beschikbaar waren vanuit maatschappelijke opvang. Die zijn nu allemaal belegd. Destijds werd het beschouwd als een belangrijke aanvulling op het werk van het Leger des Heils, en dat is nog steeds zo. In het Wmo beleidsplan wordt volgens hem het DAC met name genoemd. Notulen Adviescommissie dd

4 Inmiddels is twee weken geleden een vergelijkbare voorziening geopend door Stichting De Hoop, genaamd Stay Clean. Hij vindt niet dat de gemeente per definitie dergelijke initiatieven zou moeten stimuleren. Sterker nog, dat je daar af en toe incidenteel wat voor doet is prima, maar hij ziet heel veel initiatieven in de samenleving die als buitengewoon waardevol worden beschouwd, en die vooral ook initiatieven vanuit de samenleving zouden moeten blijven. Dat is ook de insteek van het Wmo-beleidsplan. Er ligt nu een aanvraag voor subsidie in verband met de verhuizing vanuit het Hofkwartier, waarvan het DAC stelt dat de gemeente daar feitelijk debet aan is. Hij kan daar nog niets over zeggen. Met betrekking tot financiële middelen was er een grote dreiging dat bij een herverdeling van middelen voor maatschappelijke opvang Dordrecht 25% zou moeten inleveren ten gunste van de vier grote steden. Die dreiging is gelukkig afgewend, maar herverdeling is nog steeds aan de orde en dat zal in elk geval niet leiden tot meer middelen. Wethouder Spigt geeft aan dat de inburgeringproblematiek landelijk speelt. Er zijn inmiddels extra mensen aangetrokken voor het voeren van intakegesprekken. Mensen die zelf verantwoordelijk zijn voor hun inburgeringscursus wachten vaak af om te zien of de regeling gaat veranderen. Die gaat ook veranderen. Voor allochtone vrouwen met een klein bijbaantje (niet nader gespecificeerd) zou de minister een gemeentelijk aanbod ingevoerd willen zien. De gemeente heeft dan niet langer alleen een verwijsfunctie, maar kan ook zelfstandig aanmelden. Dat is een aanmerkelijke verbetering ten opzichte van de huidige situatie. Dit wordt op de voet gevolgd. Er wordt geprobeerd om het aanbod te vergroten. Aan de bestuurlijke commissie Sociale Dienst Drechtsteden heeft hij toegezegd cijfers te verstrekken en die zullen ook nog vóór de begrotingsbehandeling aan de raad worden gestuurd. Het is een thema dat in de hele regio speelt. Er zijn ongeveer 450 mensen op gesprek geweest; daarvan zijn er 80 daadwerkelijk bij het Da Vinci College gestart. Met de overigen is van alles aan de hand. Voor een deel konden de mensen aantonen dat ze geen inburgeringscursus meer hoefden te volgen, een deel kan om medische redenen niet naar een taalcursus en een deel verschijnt niet of moet nog administratieve gegevens doorgeven met betrekking tot inkomen en dergelijke. Dat heeft ook vertragend gewerkt. De heer Karapinar vraagt wat er gebeurt met mensen die schulden hebben, maar best naar taalles zouden willen? Wethouder Spigt antwoordt dat zij schuldhulpverlening zouden kunnen overwegen; daar is dat ook bespreekbaar. Mevrouw Ruisch merkt op dat er bij het Albeda College in Rotterdam mensen zijn ontslagen, omdat er te weinig cursisten kwamen. Ze vraagt of dat ook speelt bij het Da Vinci College. Wethouder Spigt antwoordt ontkennend. Het Da Vinci College verzorgt bijna 80% van de taaltrajecten die door de gemeente worden ingekocht. Er zijn geen ontslagen bij het Da Vinci College. Het definitieve voorstel voor het Energiehuis is vandaag besproken in het college en gaat per omgaande naar de adviescommissie. De heer Bruggeman vraagt naar het voorstel voor de klimaatinstallatie van het Dordrechts Museum. Wethouder Spigt antwoordt dat dit in het college is vastgesteld en al bij de griffie ligt. In de richting de heer Mostert merkt hij op dat het inderdaad over veel geld gaat, maar dat het ook belangrijke culturele faciliteiten voor deze stad betreft: Museum, DiEP, Energiehuis. Het lijkt hem dat de onderwerpen apart aan bod zullen komen. Hij heeft niet gehoord dat de bezoekersaantallen terug zouden lopen als gevolg van de verhuizing en de onvindbaarheid van de VVV, maar dit behoort tot de portefeuille van wethouder van den Oever. Er is wel een Impulsprogramma voor de Binnenstad opgesteld om het bezoekersaantal weer op te krikken en de aantrekkelijkheid van de Binnenstad te garanderen. De podiumkunsten komen concreter aan de orde op het moment dat Stadswerven wordt besproken. Het Verborgen Museum zit in de planontwikkeling van Achterom/Bagijnhof. Met betrekking tot de schuldhulpverlening verwijst hij naar de bestuurlijke commissie Sociale Dienst. Drechtsteden. Het stuk met betrekking tot Route 23 wordt in de commissie WZI van de Drechtraad besproken op 14 november. Daar zit ook een deel van de problematiek van schuldhulpverlening in, specifiek voor jongeren. Hij heeft geen cijfers paraat, maar die kan hij wel proberen aan te reiken vóór de begrotingsbehandeling. Als er dan nog vragen zijn lijkt het hem goed om er nog eens apart over te spreken. De heer Staat merkt op dat het hem niet alleen om jongeren gaat, maar ook om de Notulen Adviescommissie dd

5 overigen. Wethouder Spigt verwijst nogmaals naar de Sociale Dienst Drechtsteden. Het vorm geven van de schuldhulpverlening gebeurt via een gemeenschappelijke aanpak. Het lijkt hem verstandig om dat langs de lijn van de Drechtraad te spelen, want zo is het ook afgesproken. Bij de begroting vorig jaar zijn extra middelen ingezet voor schuldhulpverlening, waarbij het pakket zowel in preventieve zin als in curatieve zin is uitgebreid. Het debat vindt plaats in de commissie WZI; hij nodigt de raad van harte uit om daar een mening te geven. De heer Tazelaar verklaart dat dit in de VSP-fractie ook een hot item was. Voor jongeren wordt heel veel gedaan, maar voor de overige doelgroepen is dat niet het geval. Zijn fractie komt daar bij de algemene beschouwingen op terug. Wethouder Spigt vervolgt met de stelling dat inter-etnische vriendschappen niet kunnen worden bevorderd. Wel kun je naar zijn mening proberen het contact tussen de verschillende groepen te verbeteren. Dat was één van de dingen die uit de monitor naar voren kwam. Contactmogelijkheden creëer je via sport, maar ook via welzijns- of culturele activiteiten. Dat gebeurt nu ook al, maar er wordt naar aanleiding van de monitor gekeken of je door activiteiten de contacten kunt verbeteren. De volgende monitor zal uitwijzen of de gemeente daar in is geslaagd. Op blz. 29 staat dat zo mogelijk de cijfers met betrekking tot bezoekersaantallen culturele instellingen nog zullen worden toegevoegd. Die cijfers zijn er inmiddels en zullen naar de griffie worden gestuurd. De vraag over voortijdig schoolverlaten zal door wethouder van Steensel moeten worden beantwoord in het volgende programmablok. De heer Tazelaar vraagt de wethouder van sport of hij bekend is met het feit dat er een nieuw soort ijsvloer is ontwikkeld. Daarmee worden dure installaties overbodig. Thialf zou over vijf jaar ook gebruik maken van deze vloeren, zo is verteld. Hij stelt voor dit uit te zoeken. Het zou vele miljoenen euro s schelen en het is zeer milieuvriendelijk. Wethouder Lagendijk zegt dit toe. Je weet immers nooit of de noodzaak om te besparen zich nog eens voordoet. De heer Tazelaar dankt hem voor de toezegging en wordt graag op de hoogte gehouden. De voorzitter sluit de vergadering onder dankzegging voor ieders inbreng Notulen Adviescommissie dd

6 Programma Financiën Gelegenheid voor inhoudelijke bespreking van dit programma en de bijbehorende thema s: Gemeentefonds Lokale belastingen Bedrijfsvoering (excl. P&O en Huisvesting ICT) Voorzitter: Mw J. van den Bergh-Wapperom Secretaris: Dhr. J.G.A. Paans Verslag: Erna Verveer, bureau Getikt! af tape Aanwezig: Dhr. P.J.T. Tiebosch, ECO-Dordt Dhr. J.J.W. van Dongen, D66 Dhr. H.S. Weidema, PvdA Mw. Y.A.J. van den Berg-Pupovic, GroenLinks Dhr. P.M. Krauwinkel, ChristenUnie/SGP Dhr. W. van der Kruijff, CDA Dhr. H.J. Romijnsen, VSP Dhr. O. Soy, BETER VOOR DORDT Dhr. J.C. Rakhorst, VVD Namens het college is aanwezig wethouder D.A. van Steensel De voorzitter opent de vergadering. De heer Tiebosch geeft de wethouder een compliment voor de leesbare begroting. Het inzicht in de vrijvallende voorzieningen kan beter; er is niet altijd duidelijk waarom ze niet zijn besteed, terwijl ze wel besteedbaar leken. Ook is niet duidelijk gemaakt in het voorzieningen- en reserveverhaal of de benodigde actuele meerjarenplannen groot onderhoud overal aanwezig zijn. Wat betreft de onderhoudsvoorziening huisvesting Brandweer is zijn fractie van mening dat raadsbesluiten gewoon dienen te worden uitgevoerd. In dit geval is er een omgekeerde bewijslast voor het college; het college dient nut en noodzaak aan te tonen en de raad honoreert dat dan met een te treffen voorziening. Er staat letterlijk in de begroting dat een raadsbesluit niet is uitgevoerd en dat vindt zijn fractie niet goed. Over het BTW compensatiefonds is contact geweest met de betreffende ambtenaar; het gaat om een bedrag van ,-. Hij verzoekt de wethouder om zo spoedig mogelijk uitsluitsel te geven over de beslissing van de Belastingdienst en niet te wachten op het jaarverslag 2007 danwel de begroting Volgens ECO-Dordt heeft de wethouder nog niet duidelijk gemaakt waarom de bouwleges verhoogd zouden moeten worden. Als je naar de jaarverslagen 2005 en 2006 kijkt, is die post kostendekkend. Wat betreft het positieve saldo van de financieringsfunctie: er is over incidenten afgesproken dat die niet zullen worden begroot, maar als het gaat om zaken die structureel voorkomen, en dat kun je wel zeggen van het positieve saldo van de financieringsfunctie, zou je ook de rente van de rekening-courant mee moeten gaan begroten. Die zou niet ten gunste van de dekking van de exploitatie moeten komen, maar wel voor medefinanciering van de post onvoorzien. Wat betreft het collegeonderzoeksprogramma stelt het college voor om de rapportage van onderzoeksresultaten niet meer één op één met de raad te bespreken. ECO-Dordt zou het eigenlijk om willen draaien. Daar waar rapportage van het college de raad raakt, daar waar de raad kaders kan stellen of kan controleren, zouden die onderzoeken naar de raad toe moeten komen. Wat de voorgestelde onderzoeken betreft, door de directeur van het SBC wordt aangegeven dat het project dossiervorming echt aandacht behoeft. Dat wordt door het college eigenlijk wel onderkend, maar wordt in de zijlijn geparkeerd ten gunste van andere zaken. Het is Notulen Adviescommissie dd

7 bekend dat als je het hebt over risico s grote projecten, het eerste is dat je je dossiervorming op orde hebt. ECO-Dordt zou daar een hogere prioriteiten aan toegekend willen zien. De heer Van Dongen merkt op dat bij de verbonden partijen heel vaak staat dat de risico s niet bekend zijn. Hij geeft enkele voorbeelden. Hij vraagt of er geen enkel inzicht is zodat er een schatting kan worden gemaakt van de risico's, zowel financieel als inhoudelijk qua sturing, De heer Weidema merkt op dat de fractie van de VVD blij is dat het Gemeentefonds zorgt voor extra inkomsten. De begroting is niet alleen leesbaar, maar geeft ook een goed inzicht in de financiële stand van zaken. De VVD is tevreden met het feit dat de lokale belastingen gematigd verhoogd worden; het zou prettig zijn als deze lijn in de komende jaren kan worden doorgevoerd. Mevrouw Van den Berg-Pupovic merkt op dat vorig jaar een motie Duurzaam beleggen is overgenomen; daar vindt ze niet zoveel van terug. Ze vraagt hoe dit vorm krijgt. Het is een beetje te hooi en te gras wanneer er een bedrag wordt opgenomen voor risico's. Daarnaast is er de totale reserve die daar dan tegenover staat. Ze vraagt of dat bewust zo is gedaan, of dat dit de manier is waarop de gemeente nog om moet gaan met risico's, of dat het de bedoeling is om risico s echt te berekenen per risico en daar je bedrag op vast te stellen. Ze stelt deze vraag in relatie tot de berekening van het weerstandsvermogen. Voor wat betreft het onderzoeksprogramma van het college deelt zij beide opmerking van de heer Tiebosch, over de rapportage aan de raad en de dossiervorming. De heer Krauwinkel merkt op dat ook zijn fractie de begroting leesbaar en transparant vindt, en blij is met de geringe lastenstijging. Er ligt een sluitend meerjarenperspectief, waar wel grote risico s in zitten, met name in de grote projecten. De Treasury staat nadrukkelijk in de belangstelling en daar is zijn fractie blij mee. De heer Van der Kruijff merkt op dat er, als je naar de begroting kijkt vanuit financieel perspectief, een heel mooi plaatje ligt. Het sluit allemaal, zelfs in meerjarenperspectief, en dat met een heel beperkte lastenstijging. Dat is heel netjes. Ook als je naar de inhoud kijkt zitten er weinig verrassingen in. Het is verstandig om een paar extra reserveringen te doen, vooral met betrekking tot de verwachte stijging van bouwkosten. Daar zit meteen ook de zorg, want er staan nog heel wat projecten op stapel waarbij een doorkijk naar de toekomst qua kosten nog ontbreekt. De begroting geeft daar nog maar matig inzicht in. De vraag is dan hoe blij je durft te zijn. De heer Romijnsen sluit zich volledig aan bij de heer Van der Kruijff. De heer Soy merkt op dat Dordrecht in een voordelige situatie verkeert gezien de sluitende begroting; dat is niet bij elke gemeente het geval. Zijn partij heeft weliswaar andere ideeën over hoe het geld zou moeten worden besteed, maar dat komt later aan de orde. Hij vraagt naar aanleiding van blz. 104 hoe het komt dat de inkomsten uit parkeergelden zijn gestegen. (Deze vraag blijkt al schriftelijk beantwoord.) De heer Rakhorst merkt op dat de cijfers er goed uitzien; ook zijn fractie is benieuwd naar de grote projecten en de financiële consequenties daarvan, zeker op lange termijn. Verder is hij benieuwd hoe de Drechtsteden zich gaat ontwikkelen en hoe dat financieel wordt gemanaged. Sturen op afstand is een belangrijk punt. Het ziet er goed uit, maar als je terugkijkt naar de cijfers van de activa in het jaarverslag 2006, dan wijken die af van de cijfers in deze begroting. Hij vraagt zich af of er een goede afstemming is met het jaarverslag, want dat zou wel consequent moeten zijn. Wethouder Van Steensel merkt op dat er voor wat betreft de vrijvallende voorzieningen vanuit Financiën wordt gestuurd op vrijvallen als de voorzieningen niet meer nodig zijn. Dat kan een aantal redenen hebben. Dat gebeurt ook bij de screening van de grote projecten; dat zijn ook voorzieningen, zou je kunnen zeggen. Als daar al een tijd geen beroep meer op wordt gedaan, dan wordt door Financiën niet geaccepteerd dat er potjes bij afzonderlijke clubs overblijven om uit te putten als dat gewenst is. Dan wordt er tenminste een discussie over aangegaan en als daar geen bevredigend antwoord op komt, dan komt er een voorstel om dat vrij te laten vallen. Het onderwatergeschuif met geld kan niet meer. Je zou in het verlengde daarvan kunnen zeggen dat als er op onderdelen geen gebruik wordt gemaakt van voorzieningen, het ook primair aan de inhoudelijke portefeuillehouder is van die onderdelen om aan te geven waarom daar geen gebruik van is gemaakt of waarom dat niet meer nodig is. De heer Tiebosch merkt op dat dat logisch klinkt. Zijn fractie mist echter een toelichting op het vrijvallen van bepaalde voorzieningen en reserves. Bijvoorbeeld het Notulen Adviescommissie dd

8 stimuleren van openbaar vervoer of een impuls geven aan het zwemmen. Wethouder Van Steensel beaamt dat er inhoudelijk geen toelichting op is gegeven. Als er langjarig niets mee gebeurt, vindt Financiën dat dit naar de algemene middelen moet, omdat het kennelijk niet nodig is geweest. Er zijn ook andere redenen. Zo was er een reserve voor de Sociale Dienst, maar die zit niet meer bij Dordrecht. Hetzelfde geldt voor het openbaar onderwijs dat inmiddels is verzelfstandigd. Dat zijn dus reserves die vrij kunnen vallen. De Brandweer is een wat bijzonder geval omdat daar een dienstverleningsovereenkomst is afgesloten met de regio Zuid-Holland Zuid waarin afspraken staan over prijs en prestatie. Als daarbuiten dingen moeten gebeuren zoals de bouw van een extra uitrukpost in Dordrecht, dan moet Dordrecht dat nog steeds zelf financieren. Bij die delen waar de gemeente risico s loopt is het ook gerechtvaardigd dat dat wordt meegenomen bij de bepaling van het weerstandsvermogen van de gemeente Dordrecht. In financieel technische zin is het altijd mogelijk om aan de hand van een motie een bepaalde vrijval terug te draaien; dat zijn politieke afwegingen. Hij stelt de heer Tiebosch voor om als daar concrete vragen over zijn, dit ambtelijk kort te sluiten vóór de begrotingsbehandeling. Als de details zijn uitgezocht, is dat in ieder geval geen argument waarom iets niet zou kunnen en resteert er een puur inhoudelijke afweging. De heer Van Dongen merkt op dat er recent een uitputtende lijst met alle reserves en voorzieningen is verschenen, die volgens hem helemaal is opgeschoond. Wethouder Van Steensel antwoordt dat die nog niet geheel was opgeschoond. ECO-Dordt hamerde er steeds op dat dit moest gebeuren. Inmiddels is de afdeling Financiën redelijk streng door die lijst heen gegaan, vanuit financieel perspectief. In de oplegnotitie bij de begroting zie je dat dat in een aantal gevallen wat te ver is gegaan. Op blz. 3 is een taakstelling van Stadsbeheer wat te enthousiast ingeboekt, en die wordt dan na een gesprek met de sector teruggedraaid. Vanuit financieel perspectief is dat aantrekkelijker dan om dit pas te doen nadat de inhoudelijke sectoren het er over eens zijn. Financiën probeert daarin wel redelijk te zijn, maar tegelijk pro-actief te handelen. Met betrekking tot de voorziening BTW compensatiefonds zal hij de raad tussentijds informeren over het besluit van de Belastingdienst. Als er uitkomsten uit het college onderzoeksprogramma zijn die ook de positie van de raad raken is het voor hem zeer vanzelfsprekend dat de raad zal worden geïnformeerd. In de tijd tot aan de Kerst zal met de raad zeker nog worden gesproken over de uitkomsten van een collegeonderzoeksprogramma, te weten risicobeheersing dekking grote projecten. Er is ook een motie, maar dat zijn uitkomsten die uiteraard met de raad gedeeld zullen worden. Hij stelt voor vast te houden aan de bestaande afspraken over de rolverdeling raad college op dat punt. De heer Tiebosch verwijst naar artikel 213.a. waar iets anders wordt voorgesteld. Wethouder Van Steensel merkt op er zeker van te zijn dat er meer uitkomsten van het collegeonderzoeksprogramma met de raad zullen worden gedeeld. Dat ligt bij deze vast in het verslag van deze vergadering. De dossiervorming is ook een zorg voor het college, en dat is een eufemisme. Die is onvoldoende op orde. Het lijkt het college weinig productief om er een onderzoek naar te doen terwijl al bekend is dat het niet klopt. Het is daarom toegevoegd aan het programma bedrijfsvoering, waar ook een bezuinigingstaakstelling aan hangt. Er moet langs die lijn verbetering worden gerealiseerd. Daar loopt al heel veel met betrekking tot digitalisering en het cultuurproject. In het kader van de aanbevelingen voor de 13 grote projecten zullen er ook opmerkingen over worden gemaakt waar het gaat om project control die versterkt moet worden. Het college deelt dus de zorg, maar is van mening dat het productiever is om dit toe te voegen aan een bouwtraject en niet aan een onderzoekstraject. Dat was met name ook de opvatting van de burgemeester. Het niet doen van een onderzoek heeft eigenlijk niets te maken met een gebrek aan middelen. Het is bekend waarom de dossiervorming niet op orde is; dat heeft ondermeer te maken met discipline. Digitalisatie lost dat niet op. Er is veel veranderd in de organisatie in de afgelopen periode, en er zijn veel personeelswisselingen geweest. Een andere oorzaak is de overgang van papier naar digitaal waardoor er deels papieren dossiers en deels digitale dossiers zijn, die maken dat het ingewikkeld is. De dossiers zijn er wel, maar ze zijn lastig te vinden en dat kost veel te veel energie. Er zijn natuurlijk prima uitzonderingen. Bij de Sociale Dienst bijvoorbeeld speelt dit niet, maar dat is typisch een organisatie onderdeel waar men al jaren hetzelfde proces uitvoert met dezelfde mensen. Maar met name de lang lopende projecten, waar personeelswisselingen aan de orde zijn geweest en waar de projectadministratie niet aansluit op de reguliere administratie, waar mensen schaduwboekhoudingen Notulen Adviescommissie dd

9 voor zichzelf bijhouden of bijhielden, dan ontstaan de problemen, en dat zijn juist de dossiers die je nogal eens nodig hebt. Hij gaat in op de risico s van de verbonden partijen en het weerstandsvermogen. Op blz. 116 van de begroting is een aparte paragraaf opgenomen met de risico s die het college van belang achtte om deze apart te melden aan de raad, zoals Stichting de Biesbosch, Drechtwerk, de bibliotheek, de waterbus en de gemeenschappelijke regeling Drechtsteden met de vorming van het Service Centrum Drechtsteden. Daarnaast komt er een nota Verbonden partijen. De begroting zit in een groeitraject; enkele jaren geleden stond er een summiere en willekeurige opsomming van verbonden partijen. Hij wist niet dat de Stichting Woonwagen überhaupt bestond; daar is recent weer een bestuur voor in het leven geroepen om dit af te ronden. Dat geeft aan dat zo n actie wel degelijk zinvol is. Voor veel verbonden partijen, en dat geldt met name voor de grote gemeenschappelijke regelingen, dat zij een eigen weerstandsvermogen hebben. Deze week wordt besproken hoe het weerstandsvermogen er uit moet zien van de gemeenschappelijke regeling Drechtsteden. Daarom kan de Sociale Dienst voor wat betreft dat gedeelte uit de begroting worden gehaald, omdat daar reserves voor worden opgebouwd bij de gemeenschappelijke regeling. Dat gebeurt langs dezelfde systematiek en dezelfde normering. Voor wat betreft het weerstandsvermogen van de gemeente Dordrecht moeten accountants weleens glimlachen als daar zorgelijke vragen over worden gesteld, als je kijkt naar het vermogen. Dat is weliswaar voor een belangrijk deel belegd in de lijst met strategische investeringen, maar veel gemeenten hebben zo n lijst niet en moeten per keer gaan bedenken hoe ze een project gaan dekken. Voor lang niet alle strategische investeringen op de lijst zijn contracten aangegaan. Mevrouw Van den Berg-Pupovic antwoordt dat dat haar zorg ook niet is. Haar vraag is meer of je de methode van risico berekenen en daardoor ook je weerstandsvermogen daarop afstemmen kunt verbeteren. Wethouder Van Steensel antwoordt bevestigend. Waarschijnlijk zullen daar morgen voorstellen toe gedaan worden aan de raad. Dan is het nog steeds niet zijn zorg dat Dordrecht failliet gaat of zo, ook met het grote investeringsprogramma dat op de rol staat. Je moet twee dingen uit elkaar houden. Er is een sluitend meerjarenperspectief en dan gaat het over exploitatie. Als het gaat om de zorgen over grote projecten, dan gaat het over de investeringen. Dat is echt een andere wereld dan het exploitatieprogramma. Het college heeft voorgesteld om toch prudent om te gaan met het dividend van Eneco. Dat wil niet zeggen dat het dividend in 2011 niet alsnog naar zes miljoen gaat, maar dat is nog niet bekend, en de ruimte is er om op dat moment een afweging te maken. Er zijn nog geen inhoudelijke voorstellen voor de investeringen, maar het geld is al wel gereserveerd voor de klimaatinstallatie, het Energiehuis, de aanpak van het stationsgebied en dergelijke. Juist op een aantal van de grote projecten is in financiële zin een extra impuls gegeven. In financiële zin wordt bij het overgrote deel van de projecten geen risico gelopen, maar hij zou het proces graag meer gecontroleerd en van te voren voorzien willen hebben, zoals de klimaatinstallatie. Daar worden aanbevelingen voor gedaan. De heer Rakhorst geeft aan dat hij de mening van de wethouder deelt dat de financiële situatie heel goed is, maar de raad moet bekijken of daar zorgvuldig mee wordt omgegaan. Wethouder Van Steensel is het daar mee eens. Een deel van het vermogen is bestemd om rente te genereren wat in de exploitatie verdwijnt, en een deel van het geld is er om uitgegeven te worden. Hij herinnert zich debatten in de vorige raadsperiode over solvabiliteitsratio s, en de boodschap die opklonk was: gemeente, u kunt veel ambitieuzer zijn waar het gaat om het investeringsprogramma, en dat is daarna ook gebeurd. Het streven is er niet op gericht om de vermogenspositie van de gemeente gelijk te houden. Het geld moet aan de goede dingen worden uitgegeven, en liefst gecontroleerd. Over dat laatste aspect volgt nog een uitgebreid debat. Er is enkele weken geleden een besluit genomen om de eerste 30 miljoen duurzaam te gaan beleggen; dat was nog niet eenvoudig omdat er weinig aanbod in de markt was wat de gemeente aanstond. Het risico op het rendement mocht niet anders zijn dan bij reguliere beleggingen. Als er meer aanbod komt, smaakt dat naar meer. Er wordt nog gesleuteld aan de criteria. Wat is nu eigenlijk duurzaam? Als vermogen opnieuw in moet worden gelegd, wordt bekeken of dat op een duurzame manier kan, ook in financiële zin duurzaam, en dan is de keuze heel eenvoudig. Ook dit keer worden risico s voorzien bij de aanbesteding van de grote projecten. Het is op dit moment ingewikkeld om überhaupt een aannemer te vinden die grote projecten uit wil voeren, en in Notulen Adviescommissie dd

10 tijden van schaarste is de marktwerking minder dan verwacht. Om die reden is zes miljoen extra toegevoegd aan de reservering voor tegenvallers die er absoluut zullen komen in Een deel van het renteresultaat wordt toegevoegd aan een fonds; dat is in vier jaar tijd gegroeid naar ongeveer tien miljoen. Daarmee kan de inflatiecorrectie worden toegepast voor een aantal projecten. Hij kan zich niet voorstellen dat er bij de Sportboulevard geen tegenvallers zullen komen in de bouw van het hele complex. De heer Weidema vraagt of het dan niet verstandiger is om je niet meer rijk te rekenen en niet te rekenen op aanbestedingsvoordelen. Wethouder Van Steensel antwoordt dat de vraag is wat een aanbestedingsvoordeel is. Als de gemeente er in slaagt om drie scholen tegelijk aan te besteden, noem je dat een aanbestedingsvoordeel, maar feitelijk is dat een schaalvoordeel. Aan de andere kant zal de financiële discipline ook te wensen overlaten als dit meteen wordt meebegroot. Hij komt liever naar de raad om de inflatiecorrectie op te halen. Het Leerpark is in de goede tijd aanbesteed waardoor er veel meer kan worden gerealiseerd dan nu mogelijk zou zijn. Het is een raar idee, maar je zou eigenlijk de aanbestedingen moeten opzouten tot de economie weer inzakt. Sommige fracties zullen dat waarschijnlijk bij een aantal projecten ook nog eens een heel verstandig besluit vinden, maar het is natuurlijk niet erg realistisch. Waar het gaat om de activa in 2006, vergeleken met de activa in 2008 kan hij zich het verschil voorstel, want er zit een jaar tussen, maar in algemene zin deelt hij de opvatting van de heer Rakhorst dat het moet kloppen. De heer Tiebosch merkt op dat ECO-Dordt blij is met het besluit van de gemeente om zelf te gaan incasseren en het niet langer aan Eneco over te laten. Of het goedkoper wordt weet hij niet, maar het voelt in ieder geval beter aan. Wethouder Van Steensel antwoordt dat daar de komende tijd huis aan huis informatieve folders over zullen worden verspreid. De rekening van Eneco gaat omlaag en de rekening van de gemeente gaat omhoog. Als de energieprijzen nog verder stijgen merkt de burger niets van de verlaging van de Enecorekening en dan kan het zo zijn dat de gemeente het gelag moet betalen, in psychologische zin. Het voordeel is ook dat mensen straks in 10 termijnen kunnen betalen in plaats van 2. De voorzitter sluit de vergadering nadat alle vragen en woordvoeringen zijn beantwoord. Notulen Adviescommissie dd

11 Programma Ondernemerschap en Bereikbaarheid Eerste deel programmakamer: Motie gratis openbaar vervoer Gelegenheid om te spreken over de wijze waarop het college de motie heeft uitgewerkt en over de consequenties die het college daaraan verbindt. Voorzitter: Dhr. A.G. van Zanten Secretaris: Mw. W.V.E. Verboom Verslag: Erna Verveer, bureau Getikt! Aanwezig: Mw. K.J. Schellekens-van der Meijde, ECO-Dordt Dhr. D. van den Eijkel, CDA Dhr. D.E. Vermeulen, VVD Dhr. J.F.M. Borsten, D66 Dhr. J. Bouter, VSP Dhr. W.J.M. Nederpelt, GroenLinks Dhr. D.G.E. Cobelens, PvdA Dhr. P.H. Sleeking, BETER VOOR DORDT Namens het college: wethouder F.J. van den Oever Namens de ambtelijke organisatie: - Gast: de heer A.J.A. de Goeij, voorzitter Wmo-adviesraad Dordrecht De voorzitter opent de vergadering en stelt de motie openbaar vervoer aan de orde. De heer Sleeking geeft een toelichting. Vorig jaar is een motie ingediend met het verzoek aan het college om een onderzoek te doen naar de mogelijke effecten van gratis openbaar vervoer voor de doelgroep 65-plus in de daluren, met een rapportage daarover in het eerste kwartaal Helaas is die rapportage pas na de vakantie verschenen. De wethouder gaf in de raad de indruk dat er nog niet veel mee gebeurd was, maar uit de datering van het rapport blijkt dat het onderzoek al was uitgevoerd. Hij hoort daar graag een verklaring voor van de wethouder. Hij vraagt wat precies de geformuleerde opdracht is geweest bij het onderzoek. Het rapport geeft verschillende varianten aan met bijbehorende kostenplaatjes; het college adviseert om de motie niet uit te voeren, gezien het kostenplaatje. BETER VOOR DORDT ziet wel aanleiding om in Dordrecht een experiment uit te voeren. Dit onderwerp zou ook kunnen zijn geagendeerd in de commissie Sociaal beleid, want het heeft betrekking op verbetering van mobiliteit voor ouderen, een beter milieu, en wellicht is er minder noodzaak om parkeergarages te bouwen. Ouderen ervaren de prijs van het openbaar vervoer vaak als een drempel. De heer de Goeij van de Wmo Adviesraad heeft in zijn reactie een koppeling met de Drechthopper gemaakt; BETER VOOR DORDT had dat niet beoogd. Een neveneffect van een dergelijke maatregel zou kunnen zijn dat er veel minder gebruik wordt gemaakt van de Drechthopper, en dat zou kosten besparen. Zijn fractie pleit dus voor het uitvoeren van een experiment en houdt zich aanbevolen voor suggesties, ook voor wat betreft de doelgroep. Elders wordt geen onderscheid gemaakt qua inkomen; de adviesgroep Wmo gaat graag uit van het gelijkheidsbeginsel. Met steun van mogelijk andere fracties wil BETER VOOR DORDT bekijken of er een voorstel voor gratis openbaar vervoer als hiervoor omschreven in de raad wordt ingediend. Wethouder Van den Oever antwoordt dat de tekst van de motie exact is overgenomen in de opdrachtformulering. Hij vindt het jammer dat de brief vrij laat aan de gemeenteraad is verstuurd; dat had met vakanties te maken. Wethouder Kamsteeg is hier zijdelings bij betrokken vanwege met name het gelijkheidsbeginsel, maar ook in het kader van overleggen binnen de VOC (middelgrote steden). Kun je het maken, als je vervoer zoals de Drechthopper hebt, om niet het Notulen Adviescommissie dd

12 gelijkheidsbeginsel toe te passen? In het verleden is het beginsel ook altijd van toepassing verklaard op de Drechthopper. Dat leidt uiteindelijk tot dit kostenplaatje; de extra kosten voor de Drechthopper moet je wat het college betreft daar bij optellen. Op basis daarvan en op basis van de wijze waarop het openbaar vervoer is geregeld wil het college graag doorgaan met concrete acties met gratis openbaar vervoer. Er wordt gekeken of er extra acties kunnen komen, maar de relatie kosten/baten is voor het college reden geweest om het voorstel tot een proef niet over te nemen. Mevrouw Schellekens merkt op dat het antwoord van het college heel technisch is; het effect van het doorbreken van sociaal isolement is niet meegenomen en dat is jammer. ECO-Dordt steunt het verzoek van BETER VOOR DORDT om een experiment aan te gaan. De heer Nederpelt sluit zich daarbij aan. Indirecte baten, zoals besparing op parkeergelegenheid, luchtvervuiling en dergelijke zijn niet opgenomen. Voor GroenLinks kost het dan minder geld dan nu geschetst wordt door het college. Je kunt zonder die informatie de balans niet opmaken. GroenLinks ondersteunt een eventuele motie en verwacht dat de kosten lager zijn dan het college aangeeft. De heer Bouter merkt op dat zijn fractie hier in het verleden ook voor heeft gepleit; zijn fractie staat er nog steeds achter. Veel mensen die nu gebruik maken van de Drechthopper kunnen straks gewoon eens naar een voorstelling en hoeven dan niet eerder weg omdat ze vroeger moeten worden opgehaald door de Drechthopper. Dat komt dan omdat de bus een route moet gaan rijden van Arriva. De heer Cobelens merkt op dat PvdA de motie van BETER VOOR DORDT heeft gesteund. Zijn fractie is teleurgesteld nu de rapportage er ligt. Er is gekeken naar of/of: wat er met het gebruik van de Drechthopper gebeurt als je de bus gratis maakt, is ook interessant om te weten. Cijfers en evaluaties van gratis openbaar vervoer voor ouderen in andere steden zou hij graag willen zien om te bepalen of een dergelijk verzoek zin heeft. Hij is net als de heer Nederpelt benieuwd naar de neveneffecten; er valt een hoop te besparen. Vanuit de provincie Zuid-Holland wordt regelmatig met kreten van gratis vervoer voor doelgroepen gestrooid. Hij vraagt zich af of daar ook nog mogelijkheden zijn. De heer Hoogerduijn vindt het de moeite waard om dit goed te bekijken; daar is nog geen gelegenheid voor geweest in zijn fractie. Hij schat in dat dit nader aan de orde komt in de raad en zal overgaan tot overleg. De heer Sleeking vraagt hem of er een indicatie is van een positieve grondhouding. De heer Hoogerduijn herhaalt zijn antwoord. De heer Riet sluit zich in grote mate aan bij de woordvoering van de heer Hoogerduijn. Bepaalde vormen van gratis vervoer spreken ook het CDA wel aan, maar niet zoals het nu gepresenteerd wordt. Hij zou het breder geagendeerd en meegenomen willen zien in de Impulsnota voor de binnenstad, waarin ook gesproken wordt over bereikbaarheid. Dan kun je bekijken wat de extra mogelijkheden zijn om de bereikbaarheid van de binnenstad te stimuleren. Het gelijkheidsbeginsel is op zich al een discussie waard; hij zou er in de fractie graag wat breder over willen praten. Het aanbieden van vormen van gratis openbaar vervoer spreekt zijn fractie op zich aan. De heer Vermeulen is geen voorstander van gratis openbaar vervoer, want gratis bestaat immers niet. Er gaan behoorlijk hoge kosten mee gepaard. Neveneffecten zouden schijnbaar geld opbrengen. Gratis openbaar vervoer zou volgens het voorstel van BETER VOOR DORDT in de daluren plaatsvinden; in de daluren is er geen ruimtegebrek in de parkeergarages. In de spits is dat wel een probleem. De fractie van de VVD steunt het voorstel niet. De heer Riet vraagt of dit consequenties heeft voor het gratis openbaar vervoer zoals dat nu al wordt aangeboden. De heer Vermeulen antwoordt dat de VVD altijd heeft ingestemd met acties in het kader van feestdagen. De heer Cobelens merkt op dat gratis openbaar vervoer als middel om ouderen naar buiten te laten gaan kennelijk niet samengaat volgens de VVD. De heer Vermeulen antwoordt dat er al een Drechthopper is waarbij mensen voor een miniem bedrag voor de deur worden afgezet, zij het dat die wel eens te vroeg of te laat is, maar daar kan op gestuurd worden. Gratis gaat voor hem wel erg ver. De heer Cobelens vraagt, als blijkt dat in andere steden wel successen behaald worden, of dat aanleiding is om er nog eens naar te kijken. De heer Vermeulen antwoordt dat de VVD naar Dordrecht kijkt. Notulen Adviescommissie dd

13 De heer Borsten is voorstander van het voorstel van de fractie BETER VOOR DORDT. D66 is voor experimenten op bepaalde routes of op bepaalde dagen; hier kies je voor doelgroepen. D66 vindt het de moeite waard om hier mee te experimenteren voor een langere periode. Hij denkt dan aan anderhalf tot twee jaar. Je moet ouderen de ruimte geven om deel te nemen aan de samenleving, en dat is zijn fractie ook wel wat waard. De voorzitter concludeert dat de fracties ECO-Dordt, GroenLinks, VSP, PvdA en D66 wel wat voelen voor een experiment. De fractie ChristenUnie/SGP wil bedenktijd. De fractie van het CDA wil het in een bredere context bezien. De fractie VVD is tegen gratis openbaar vervoer. Wethouder Van den Oever merkt op dat de effecten waar de heer Cobelens om vraagt, volgens hem klip en klaar in het rapport staan. De effectmeting van sturing op tarieven bij de Drechthopper staan heel helder omschreven. De raad heeft recent nog besloten om het tegenovergestelde te doen. Per 2007 is besloten om het zonetarief van de Drechthopper te verhogen voor de 75-plussers, met uitzondering van de geïndiceerden. Die beleidswijziging is recent doorgevoerd. Het effect daarvan is dat er inderdaad minder zones gereisd wordt; dat staat in het rapport. Hij heeft zich strikt gehouden aan hetgeen in de motie stond en dus is er niet gekeken naar maatschappelijke baten als minder milieuvervuiling en dergelijke. De kosten zijn twee miljoen op jaarbasis en het college vindt dat, alles afwegende, een te groot bedrag. Het staat ook haaks op de tariefverhoging waartoe net besloten is. De heer De Goeij (Wmo adviesraad) merkt op met betrekking tot het gelijkheidsbeginsel dat dit vrij principieel is. In zijn ogen zijn er vergissingen gemaakt. Als je het gelijkheidsbeginsel hanteert, dan praat je over openbaar vervoer en dan moet je dus ook datgene wat voor openbaar vervoer geldt, namelijk voor mensen met een indicatie, daarmee gelijk stellen, en niet de regeling voor de 75- plussers. Die hebben geen indicatie en kunnen mogelijk straks gebruik maken van gratis openbaar vervoer. In de ogen van de adviesraad wordt dat in het rapport dus verkeerd geïnterpreteerd, en daar zijn de cijfers op gebaseerd. Volgens zijn berekeningen gaat het om honderdduizenden euro s minder dan het bedrag aan kosten wat er nu staat. Dit sluit aan bij de tekst van de brief. De voorzitter verzoekt hem de raad te voorzien van die berekening. De heer De Goeij verwijst naar het rapport; die berekening kan iedereen maken. Hij zegt toe een mail op te stellen. De voorzitter dankt voor de inbreng en sluit het eerste deel van de vergadering. Notulen Adviescommissie dd

14 Tweede deel programmakamer Ondernemerschap en Bereikbaarheid: Gelegenheid voor inhoudelijke bespreking van dit programma en de volgende thema s en grote projecten: Ontwikkelen, beheren en herstructureren bedrijventerreinen Verbeteren bereikbaarheid Economische structuurversterking Ondertunneling Laan der Verenigde Naties Zeehavengebied Voorzitter: Dhr. A.G. van Zanten Secretaris: Mw. W.V.E. Verboom Verslag: Erna Verveer, bureau Getikt! Aanwezig: Dhr. B.C. Moedt, ECO-Dordt Dhr. J. Mol, VVD Dhr. D.G.E. Cobelens, PvdA Dhr. P.H. Sleeking, BETER VOOR DORDT Dhr. D. Van den Eijkel, CDA Dhr. W.J.M. Nederpelt, GroenLinks Dhr. J. Borsten, D66 Dhr. J. Bouter, VSP Namens het college is aanwezig wethouder F. Van den Oever Namens de ambtelijke organisatie is aanwezig de heer F. Sieuwert De voorzitter heet iedereen welkom. De heer Moedt merkt op dat hij zich verbaast over het onzorgvuldige cijferwerk. Blz. 74/77: de cijfers rond het verbeteren van het innovatieve vermogen kloppen niet. De gemeente wil dalen van 39 naar 35, en dat is vier punten terwijl de stijging slechts twee punten bedraagt. Ook verbaast hij zich op blz. 74 waar het gaat om het vergroten van de aantrekkingskracht van de stad. Als je de verdeling bezoekersaantal binnenstad vergelijkt met de wens om meer toeristen aan te trekken, 2,8 miljoen, dan spreken de cijfers hem weinig aan. De regio zou heel veel bezoekers moeten aanleveren. Op blz. 80 staat iets over de Economische Adviesraad Dordrecht; daar is veel over gesproken, maar er is nog weinig van te zien. Dat stemt hem tot nadenken. Op blz. 73 staat bij het openbaar vervoer duidelijk dat Dordrecht de poort is naar Zuid-Nederland. Dat betekent ook een goede openbaar vervoervoorziening naar het zuiden, maar tegenwoordig staat iedereen richting België in de file. De lijn Amsterdam-Brussel wordt opgeheven door de komst van de HSL; hij leest weinig over de inspanningen die de gemeente doet om deze belangrijke verbinding in stand te houden. Blz. 83: het HOVD project behelst voornamelijk busbanen die ruimte innemen. Lightrail neemt ook ruimte in, maar heeft een veel hogere capaciteit. Hij mist ontsluiting van de industriegebieden door middel van openbaar vervoer; dat is wel essentieel om Dordt West en omgeving bereikbaar te maken. De lijn Geldermalsen Dordrecht zou heel goed aangepast kunnen worden als ringlijn in Dordrecht naar Rotterdam. Hij mist eigenlijk een visie, vooral gezien het artikel in de NRC over de verkeersplannen van minister Eurlings om juist het Lightrailvervoer in de Randstad te intensiveren. De heer Van den Eijkel merkt op dat hij de wethouder wil complimenteren met het feit dat hij wordt gezien als ambassadeur van de ondernemers. Van de overige leden van het college wordt minder gezien in het bedrijfsleven; dat zou wel wat meer mogen. Met betrekking tot de PWA kade werd zijn Notulen Adviescommissie dd