Een tussenstand bij de bouw van nieuwe Consortia

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Een tussenstand bij de bouw van nieuwe Consortia"

Transcriptie

1 Een tussenstand bij de bouw van nieuwe Consortia Achtergronddocument bij Coördinatie in de topsectoren: de geplande TKI s en hun uitdagingen Chris Eveleens 1, Jan Peter van den Toren 1, Sander Smit 2, Jet Krikhaar 2 en Remco Mannak 2 Oktober Birch Consultants Utrechtseweg TM Hilversum 2 Center for Innovation Research Universiteit van Tilburg Warandelaan AB Tilburg cir@uvt.nl

2 Voorwoord Voor u ligt een rapport dat de ontwikkelingen in de topsectoren gedetailleerd beschrijft aan de hand van verschillende casestudy s; één per topsector. Het geeft daarmee de tussenstand in een doorlopend process. Deze casestudy s vormen een belangrijk onderdeel in de dataverzameling voor het rapport Coördinatie in de Topsectoren; geplande TKI s en hun uitdagingen, een onderzoek in opdracht van het Rathenau Instituut 1. Voor een deel zijn deze casestudy s gebaseerd op het analyseren van openbare bronnen. Maar deze publicatie zou niet mogelijk zijn geweest zonder de negen geïnterviewde personen 2, die we daarom hartelijk danken voor hun inbreng. 1 Deze publicatie is te downloaden vanaf de website van het Rathenau Instituut. 2 De lijst met negen gesprekspartners is opgenomen in de bijlage. 2

3 Inhoudsopgave Voorwoord... 2 Inleiding... 4 Methode... 5 Discussie... 5 Caseverslagen... 6 Agri&Food... 7 Chemie Beschrijving topsector Beschrijving TKI Procestechnologie Creatieve Industrie Energie HTSM Life Sciences and Health Beschrijving topsector Beschrijving TKI LSH Logistiek Tuinbouw en Uitgangsmaterialen Water Samenvatting Slotwoord Bijlage - Lijst van gesprekspartners Bijlage - Lijst van gebruikte afkortingen

4 Inleiding Dit rapport gaat over het nieuwe economische beleid dat begin 2011 werd ingezet door het ministerie van EL&I in samenwerking met de ministeries van OCW, BuZa, I&M, VWS, Financiën en Defensie. Dit beleid wordt gekenmerkt door negen topsectoren en bijbehorende topteams, bestaande uit vertegenwoordigers van bedrijfsleven en kennisinstellingen. Deze topteams schreven namens de sector de onderzoeks- en ontwikkelingsagenda voor de komende jaren; een roadmap waar het met de sector heen zou moeten. Deze plannen werden in april 2012 vastgesteld in een innovatiecontract dat werd ondertekend door de boegbeelden van de topsectoren, vertegenwoordigers van de wetenschap en de ministers of staatsecretarissen van de betrokken ministeries. Dit beleid zou in de maanden daarna verder vorm krijgen. Voor een deel worden formele eisen gesteld aan de invulling van het beleid door de topteams. Zo moet in elke topsector minstens één Topconsortia voor Kennis en Innovatie (TKI) worden opgericht, waarin publieke en private partijen gezamenlijk aan R&D doen. Daarbij is de eis dat het bedrijfsleven minimaal 40% investeert, wat gestimuleerd wordt met een TKI- toeslag op de cash- bijdragen van het bedrijfsleven. Daarnaast worden de topteams op een groot aantal aspecten relatief vrij gelaten in de invulling van de plannen. Ze besluiten zelf bijvoorbeeld hoeveel TKI s worden ingericht, waar de TKI- toeslag aan wordt besteed, of er een investeringsfonds wordt opgericht en hoe achterbannen (zoals bijvoorbeeld brancheorganisaties) aangeschakeld wordt. Er wordt wel aanbevolen om gebruik te maken van NWO, TNO en de GTI s, voor de financiering en organisatie van onderzoek, wat nagenoeg alle topteams doen. Dat hierdoor variatie ontstaat, sluit op het eerste gezicht goed aan bij het feit dat de sectoren onderling zeer verschillend zijn. De sector chemie is immers nauwelijks te vergelijken met de creatieve industrie. Sectoren verschillen niet alleen omvang, ook in kenmerken als R&D intensiteit, type innovatie en organisatiegraad. Dit rapport brengt daarom deze variatie, van zowel de sectoren zelf als de plannen die worden gemaakt, in kaart. Daarmee heeft het vooral een functie als naslagwerk: wat kenmerkt de verschillende sectoren en hoe zien de plannen eruit? Voor een vergelijkende analyse van de plannen van de diverse TKI s, op basis van deze sectorstudies en data over het wetenschapssysteem in de diverse sectoren, verwijzen wij naar het rapport Coördinatie in de topsectoren: de geplande TKI s en hun uitdagingen. Het rapport is als volgt opgebouwd. Na deze inleiding volgt een korte methodische beschrijving van het onderzoek. Hoofdstuk 3 vormt de kern en bevat achtereenvolgens een caseverslag per topsector. Dit rapport wordt afgesloten met een samenvattend hoofdstuk. In de bijlage is een lijst met afkortingen opgenomen die worden gebruikt in het rapport. 4

5 Methode Van alle topsectoren wordt een vergelijkbaar beeld geschetst langs een eenduidige set indicatoren. Sommige van deze indicatoren gaan over kenmerken van de sector zelf (zoals de omvang of R&D intensiteit), andere gaan over zaken die door het beleid worden ingegeven (de besteding van de TKI- toeslag en het aantal TKI s). De indicatoren die onderzocht worden, zijn grotendeels gebaseerd op theoretische inzichten. De keuze van deze indicatoren wordt uitgebreid beschreven in hoofdstuk 2 van het rapport Coördinatie in de Topsectoren; geplande TKI s en hun uitdagingen. Omdat het beleid op het moment van onderzoek nog in ontwikkeling is, is er een open blik gehanteerd in het beschrijven van de andere noemenswaardige ontwikkelingen. De dataverzameling is gebaseerd op deskresearch van openbare documenten en interviews met betrokkenen. De deskresearch betrof de Innovatiecontracten, Topsector- websites en - nieuwsbrieven en secundaire bronnen zoals overheidsdocumenten en CBS- gegevens. De interviews zijn gehouden van 11 tot 27 juni 2012, waarbij is gesproken met vertegenwoordigers van TKI Agri&Food (topsector Agri&Food), TKI High Tech Systemen en Materialen (HTSM), TKI Logistiek, TKI Deltatechnologie (topsector Water), TKI Procestechnologie (topsector Chemie), TKI CLICK (topsector Creatieve Industrie), TKI Life Sciences and Health (LS&H) en TKI Solar (topsector Energie). In het korte tijdsbestek bleek het niet mogelijk om met een vertegenwoordiger van de topsector Tuinbouw en Uitgangsmaterialen te spreken. Daarom zal de informatievoorziening over deze topsector beknopter zijn dan die van de andere sectoren. De interviewlijst met namen van de gesprekspartners is opgenomen in de bijlage. De interviews hadden een gestructureerd karakter en duurden 1 tot 2 uur. Als onderdeel van dit interview hebben de gesprekspartners de sector ook semi- kwantitatief gekarakteriseerd op een aantal van de indicatoren waarbij wij ervoor gezorgd hebben dat de variabelen steeds op dezelfde manier geïnterpreteerd zijn door de gesprekspartners. Discussie Het onderzoek beschrijft de topsectoren in ontwikkeling. Dit rapport geeft daarmee een tussenstand zoals die medio september 2012 was. De ontwikkelingen volgen elkaar nog steeds snel op. Daardoor zullen sommige gegevens in dit rapport al snel door de realiteit worden ingehaald. Toch blijft het nuttig om zo veel mogelijk lessen te trekken uit wat nu al bekend is. Dit helpt bij de reflectie en bij het verder vormgeven van de plannen. 5

6 Caseverslagen Dit hoofdstuk vult het overgrote deel van het rapport. Het beschrijft achtereenvolgens de casestudies van de sectoren Agri&Food, Chemie, Creatieve Industrie, Energie, High Tech Systems and Materials, Life Sciences and Health, Logistiek, Tuinbouw & Uitgangsmaterialen en Water. Elke paragraaf start met een header waarin een overzicht wordt gegeven van een aantal belangrijke sectorbepalende gegevens. Vervolgens volgt een uitgebreide beschrijving van de sector, ingezoomd op een van de TKI s in die sector. In sectoren met maar één TKI is het onderscheid minder expliciet. Er is in de caseverslagen gebruik gemaakt van illustraties uit de innovatiecontracten. Hoewel ongelijksoortig geven ze inzicht in de stand van het denken over de topsector. 6

7 Agri&Food Tabel 1 Overzicht Topsector Agri&Food Sectoromvang: 48,8 miljard omzet Omvang Innovatiecontract 2013 TKI: Organisatiegraad sector: Gemiddeld Privaat Publiek Agri&Food 25% van Nederlandse export 184 miljoen 72 miljoen Internationalisering: en 7,5% wereldwijde Agri&Food export R&D intensiteit: 466 miljoen private R&D, Unilever is het foodbedrijf dat het meest investeert in R&D in de EU. Typering Innovatie: Vooral incrementeel autonoom/systeem Time- to- market: 2-5 jaar Relatief lastig te beschermen Typering bedrijvigheid: Besteding TKI toeslag: 60% van de toegevoegde waarde in de sector komt van het grootbedrijf. Toonaangevende bedrijven zijn Unilever, Met name aan onderzoek Friesland Campina, Danone en Vion Nieuwe verbindingen achterban: Geen topsector- specifieke acties; TKI- bouwers leunen op organisaties die een deel van de sector representeren De topsector Agri&Food omvat vier sectoren: primaire productie; verwerkings- en levensmiddelenindustrie; distributie, retail en horeca; en toeleveranciers. In de primaire productie gaat het om tienduizenden landbouwbedrijven (vrijwel allen MKB) die wel weer met elkaar verbonden zijn via de coöperaties waar ze lid van zijn. In de voedingsindustrie zijn ook grote, internationaal leidende concerns actief zoals Friesland Campina, Danone en Vion. Unilever is in de sector zelfs het meest R&D- intensieve food- bedrijf in Europa en nummer 30 van alle Europese bedrijven. De sector wil zijn sterke uitgangspositie verder uitbouwen, met het doel de vraaggestuurde research en innovatie te versterken en te investeren in excellente kennis en innovatie. Een aanzienlijk deel van de afzet van de sector komt terecht in Europa. Agri&Food heeft een omzet van 48,8 miljard en is de nummer 2 in de wereld qua exportpositie, goed voor 25% van de Nederlandse export. Nederland verzorgt ongeveer 7,5 procent van de totale wereldexport van Agri&Food producten en is daarmee de tweede exporteur van de wereld, na de Verenigde Staten. Ook qua innovatieve bedrijven, kennisinstellingen en private investeringen staat Nederland aan de top van Europa. Daarnaast is Nederland zeer actief in de opzet en uitvoering van tal van Europese initiatieven en programma s, en werken partijen samen om financiële bijdragen uit deze programma s naar Nederland te halen. Internationaal leiderschap is één van de elf thema s in het TKI en krijgt dan ook veel aandacht. De sector wil als één geheel optreden in internationaal verband en de betrokkenheid van het MKB bij internationale programma s vergroten. Qua organisatiegraad kan men stellen dat enkele organisaties een aanzienlijk tot groot deel van de sector vertegenwoordigen, zoals LTO en de Federatie Nederlandse Levensmiddelen Industrie (FNLI). Agri en food zijn twee verschillende werelden. Agri&Food is een sector waarin vooral incrementele innovaties tot stand komen. Nieuwe vindingen komen meestal na twee tot vijf jaar op de markt. Maar of dat gebeurt, hangt af van de mate waarin een bedrijf zich zó inricht, dat het met de ontwikkelde kennis om kan gaan. Het is belangrijk dat fundamenteel onderzoek geschakeld wordt met de researchafdelingen van bedrijven, en die op hun beurt weer met marketing & sales. Het is voor een eigenaar van een nieuwe vinding lastig om zijn vinding te beschermen 7

8 en deze zich toe te eigenen. Procesinnovatie is vooral systeemgebonden, productinnovatie kan redelijk autonoom naar de markt gebracht worden. De sector is sterk in incrementele innovatie maar bij de vorming van het TKI is een doel om onderzoek méér te richten naar innovaties die tot doorbraken kunnen leiden. In het innovatiecontract van de topsector zijn drie strategische kansen voor economische en maatschappelijke groei geformuleerd: Meer met minder door duurzame, Innovatieve voedselsystemen; Hogere toegevoegde waarde door innovatiefocus op gezondheid, Duurzaamheid, smaak en gemak; en Internationaal leiderschap door het bevorderen van export en het veiligstellen van de import van grondstoffen, en door daarnaast geïntegreerde systeemoplossingen te exporteren. De structuur van het TKI is nog erg nieuw en in beweging, er wordt nu hard gewerkt om het op te zetten. Door deze structuur is het de bedoeling dat het bedrijfsleven meer invloed krijgt op wat er met publieke middelen gebeurt in (toegepast) onderzoek. Stakeholders in de sector worden hiermee actiever betrokken. Het topteam Agri&Food bestaat uit de directeur van FrieslandCampina, een MKB- ondernemer tevens voorzitter van verschillende brancheorganisaties in de landbouw, de rector van de universiteit Wageningen, en een directeur- generaal bij EL&I (die ook lid is van het topteam Tuinbouw & Uitgangsmaterialen). De structuur van het TKI wordt gebouwd rondom publiek- private samenwerkingen (PPS- en). Technologisch Topinstituut Food and Nutrition (TIFN) en Carbonhydrate Competence Center (CCC) zijn bestaande PPS- en die zich al bewezen hebben, en hier wil men nieuwe samenwerkingen bij ontwikkelen. De stichting TKI staat dan boven deze PPS- en. Binnen het topinstituut TIFN is er een omschakeling geweest van een programmatische aanpak naar een thematische aanpak en dit heeft geresulteerd in een sterke stijging van het aantal deelnemers, ook onder grote bedrijven. Vroeger moesten alle partijen geld inleggen in één programma en dit werd dan verdeeld over onderzoeksprojecten. Nu investeert men in een of meerdere specifieke thema s, waarvan men weet dat die voor het bedrijf interessant zijn. Hierdoor ziet een bedrijf meer terug van zijn investering en krijgt het relevante kennis terug. De omschakeling naar een TKI betekent dat een nieuwe stichting wordt opgericht die de TKI- toeslag gaat verdelen. De sector krijgt te maken met weer een nieuwe structuur die door de overheid opgelegd is, althans zo wordt dit ervaren. Men ziet ook dat de insteek van deze verandering is dat de sector zelf meer te zeggen krijgt over de allocatie van publieke middelen in toegepast onderzoek. Het onderzoek van DLO en TNO moet meer vanuit de sector gericht worden. Ook zal het MKB nog meer aandacht gaan krijgen dan het al had. NWO gaat calls uitschrijven gericht op de thema s van de topsector. De governance van het TKI Agri&Food is als volgt georganiseerd. Het bureau TKI Agri&Food (voorheen Innovation Support Office (ISO) in onderstaande figuur) bepaalt de precieze invulling van de taken en bereid een besluit voor over de verdeling van middelen. Daarboven staat het bestuur van het TKI Agri&Food. Het bestuur accordeert het besluit en legt haar keuzen voor aan het topteam, dat vervolgens de minister adviseert over de allocatie van TNO- en DLO- capaciteit, NWO- middelen en de TKI- toeslag. De volgende figuur geeft dit schematisch weer: 8

9 Figuur 1 TKI Agri&Food PPS besluitvorming (concept outline proces) (uit Innovatiecontract) Wat opvalt is dat deze topsector een sterke traditie heeft in het ophalen van private middelen en dit ook wil en kan continueren. Probleem is echter dat de publieke middelen nu achter blijven. De sector is bereid naar een 50/50 verdeling te schuiven, maar ook dat gaat knellen. De totale omvang van het startkapitaal is bijna 200 miljoen euro. Hiervan is 61 procent publiek gefinancierd, 31 procent privaat, en 8 procent vanuit bijdragen van EU en regio s. De volgende figuur geeft de financiering per thema aan in Naast het sterke punt van voldoende (ook cash) private middelen waar deze topsector op kan rekenen, is een relatieve zwakte dat de vele organisaties ook hun eigen belangen in de gaten houden. In de wereld van Agri&Food kent men elkaar, worden soms hekjes om budgetten heen gezet en speelt men elkaar dan de zwarte piet toe. De intensieve concurrentie in de sector gaat op dit moment ten koste van investeringen in doorbraak- innovaties. Het TKI wil juist organiseren dat bedrijven dáár in gaan investeren. Figuur 2 Omvang thema s in k topsector Agri&Food 9

10 Het TKI wil de nadruk op MKB nog sterker maken en komt daarom met een MKB- valorisatiefonds; ook wordt gewerkt aan een AgroFoodFonds. Dat investeringsfonds kan ondernemers van kapitaal voorzien en zal gefinancierd worden door private partijen en het landelijke MKB plus fonds. Ook worden er randvoorwaardelijke faciliteiten voor ondernemers georganiseerd. Daarnaast werkt dit TKI erg goed samen met andere TKI s op verschillende niveau s (het meest met Tuinbouw & Uitgangsmaterialen). Kansen voor nieuwe vindingen liggen er in nieuwe publiek- private samenwerkingen, waarop het TKI zichzelf wil stoelen. Bij dit TKI zijn relatief veel kennisinstellingen betrokken en veel MKB. 10

11 Chemie Tabel 2 Overzicht Topsector Chemie Sectoromvang: banen Omvang Innovatiecontract 2013 TKI s: Organisatiegraad sector: Hoog Privaat Publiek Nieuwe Chemische Innovaties Internationalisering: 20% van Nederlandse 40 miljoen 58 miljoen export Biobased Economy R&D intensiteit: Institute for 891 miljoen Private R&D, Shell, DSM en Akzo hoog in EU R&D Sustainable Process scoreboard. Technology Typering Innovatie TKI Smart Polymeric Vooral radicaal Vooral systeemgebonden Institute for Sustainable Materials Process Technology: Time- to- market: 5-10 jaar Relatief goed te beschermen Typering bedrijvigheid: Besteding TKI toeslag: 80% van de toegevoegde waarde komt van het grootbedrijf. Toonaangevende bedrijven zijn DSM, Valorisatie en coördinatie Akzo Nobel, Sabic. Nieuwe verbindingen achterban: Eén- op- één overnemen van bestaande structuren Beschrijving topsector De topsector Chemie kent grote multinationals, een innovatief MKB en vele spin offs vanuit universiteiten, TNO en GTI s. Deze spelers bouwen op een solide kennisbasis en hebben zich goed georganiseerd in diverse samenwerkingsverbanden. Invloedrijke bedrijven binnen de topsector zijn bedrijven als DSM, AkzoNobel, Sabic, Shell en Unilever. Met zo n banen, een aandeel van 20% in de export en een positief aandeel in 2010 van 14 miljard aan de handelsbalans dragen al deze bedrijven significant bij aan onze economie. Het belang van het mondiale karakter wordt veelvuldig onderstreept, en dit mondiale karakter komt tot uitdrukking in het feit dat veel bedrijven en kennisinstellingen vaak deelnemen aan internationale innovatieprogramma s. Daarnaast bedraagt het aandeel van de topsector in de export circa 20%. In 2050 wil de topsector dat Nederland internationaal bekend staan als hét land van de groene chemie, en ook mondiaal in de top drie staat van producenten van slimme materialen. De organisatiegraad binnen de topsector ligt hoog: vrijwel alle bedrijven zijn vertegenwoordigd in één organisatie, de Vereniging van de Nederlandse Chemische Industrie (VNCI). Deze bedrijven leveren vooral radicale innovaties, die vrijwel altijd systeemgebonden zijn. Nieuwe vindingen zijn bijna altijd goed te beschermen door middel van patenten en komen normaliter vijf tot tien jaar na hun conceptie op de markt. De topsector werkt met vier Topconsortia voor Kennis en Innovatie (TKI s). In deze consortia werken overheid, bedrijfsleven, universiteiten en onderzoekscentra samen aan de uitvoering van de in de innovatiecontracten opgestelde plannen. Deze vier TKI s zijn TKI Smart Polymeric Materials (met een budget uit het innovatiecontract van 81,7 miljoen in 2012, oplopend tot 86,2 miljoen in 2015), het TKI Procestechnologie (met 12,5 miljoen in 2012 oplopend tot 24,2 miljoen in 2015), het TKI Biobased Economy ( 74,5/ 75,0 miljoen) en het TKI Kraamkamer Nieuwe Chemische Innovaties ( 17,7/ 30 11

12 miljoen) 3. Laatstgenoemd TKI (zie figuur) is ondersteunend en levert input voor de andere drie TKI s. Op termijn kan dit TKI uitgroeien tot zelfstandig TKI (binnen of buiten de topsector Chemie). In de hiernavolgende beschrijving zal het TKI Procestechnologie nader worden uitgewerkt. In het kader van het topsectorenbeleid bestaan er kruisverbanden tussen de topsectoren, bijvoorbeeld tussen Chemie, Agro- Food en Energie. Het TKI Procestechnologie geeft dan ook invulling aan de uitvoering van meerdere innovatiecontracten vanuit verschillende topsectoren. Figuur 3 conceptuele weergave van het TKI Kraamkamer Nieuwe Chemische Innovaties Figuur 4 Raakvlakken tussen Topsectoren Figuur 5 TKI Procestechnologie als connectie tussen de topsectoren Beschrijving TKI Procestechnologie Het TKI Procestechnologie komt hoofdzakelijk voort uit de Publiek- Private Samenwerking Institute for Sustainable Process Technology (ISPT). Dit instituut is in 2010 opgericht en is een samenvoeging van het Nederlandse instituut voor scheidingstechnologie (DSTI) en het Actionplan Process Intensification (APPI). Het ISPT is een stichting die bestaat door en voor de partners. Bedrijven kopen een ticket voor EUR (MKB half cash, half in- kind). Het ISPT bundelt grote bedrijven uit de maakindustrie, een groot aantal MKB bedrijven - waaronder technologieleveranciers-, en universiteiten en onderzoeksorganisaties zoals TNO, DLO en ECN, actief op het gebied van procestechnologie. Hun resources worden samengebracht in projecten voor kennisontwikkeling, en om ontwikkeling, demonstratie en implementatie van doorbraaktechnologieën te bewerkstelligen. Het TKI Procestechnologie wil zich, binnen kaders van de programmalijnen, ontwikkelen tot een platform en portaal voor de procesindustrie, onderwijs-, onderzoeks- en kennisinstellingen en centers of excellence, met als doel bedrijven effectiever en efficiënter innovaties te kunnen laten ontwikkelen. Omdat procestechnologie een generieke technologie is, werkt het TKI Procestechnologie veel samen met andere organisaties. Wetenschappelijke partijen waarmee TKI Procestechnologie samenwerkt zijn NWO (overigens op meerdere gebieden, zoals Chemische Wetenschappen, Aard- en Levenswetenschappen en MAGW), STW en FOM. 3 De oorsprong van deze cijfers is terug te vinden in het Innovatiecontract Chemie (pagina 45-46) 12

13 Het innovatiecontract Energiebesparing in de Industrie (EBI) van topsector Energie is gelinkt met het TKI Procestechnologie. De topsector Energie en de TKI Biobased Economy hebben beiden hun bioraffinage- activiteiten ondergebracht bij de TKI Procestechnologie. Figuur 7 Organisatiestructuur van TKI Procestechnologie Binnen de topsector bepaalt het algemeen bestuur het beleid van die topsector en welke voorstellen worden opgenomen in het programma van de topsector. De voortgang van de projecten die vervolgens aan het TKI worden gedelegeerd wordt gecontroleerd door een stuurgroep van het TKI. Het TKI zelf wordt op dit moment opgezet door de huidige directeur van het ISPT, Tjeerd Jongsma. Uit het innovatiecontract blijkt dat deze manier van aansturing is geïnspireerd op eerdere samenwerkingsverbanden binnen de chemiesector en voor alle TKI s in de chemie gelijk is. Coördinatie binnen het TKI vindt plaats op basis van behoeften op het niveau van technologieclusters: uitgegaan wordt van een hoe - vraag, bijvoorbeeld hoe kunnen eiwitten zonder beschadiging worden afgescheiden uit biomassa. Deze aanpak zorgt ervoor dat het bedrijfsleven zich relatief gemakkelijk achter onderzoeks-, ontwikkelings- en innovatie (O&O&I) voorstellen kan scharen (meerdere bedrijven hebben iets aan deze vraag en zij kunnen zich daarom rond die vraag aggregeren). Bij fundamentele onderzoeksvragen hebben instanties zoals NWO daardoor de kaders om een call uit te schrijven. Samenwerking tussen bedrijven wordt ook vergemakkelijkt doordat deze zich richt op de procestechnologie en dus niet op de eindproducten, waarin ze elkaars concurrenten zijn. Op basis van deze projectvoorstellen wordt zowel richting gegeven aan het onderzoek van morgen (met welke technologieën kunnen we nu een werkbare oplossing bedenken) als bijvoorbeeld over vijftien jaar (welke technologieën zijn er mogelijkerwijs dan beschikbaar). Op basis van deze aanpak zijn circa twintig thema s voorgesorteerd binnen het TKI (zie schema organisatiestructuur TKI procestechnologie). De verwachting is dat daaruit uiteindelijk circa vijf tot acht concrete programma s worden gevormd; er zijn tenminste drie partners nodig om een programma te starten. De leiding van het TKI verdeelt de beschikbare middelen over de diverse activiteiten en projecten. Figuur 6 TKI Procestechnologie als ecosysteem voor innovaties Tevens neemt de leiding van het TKI een actieve rol op zich om, gekoppeld aan de thema s technologieclusters te formeren, waarbinnen de zogenaamde discovery activiteiten plaats zullen vinden. De clusters werken met timeboxing : de deelnemers maken afspraken steeds voor een aantal maanden vooruit en kunnen dus regelmatig tussentijds aanpassen. Per cluster is of wordt een clustermanager aangesteld en een clustercommissie. Er wordt gestreefd naar een ruime participatiegraad in de 13

14 clusteractiviteiten vanuit het bedrijfsleven. Gedurende deze activiteiten kunnen bedrijven instappen (die dan alleen de rechten verwerven op nieuw gegenereerde kennis). Dit is mogelijk vanwege het open karakter van de clusteractiviteiten, en is bewust gedaan zodat een cluster ook de mogelijkheid heeft te groeien. Het werk van de clustermanager en de clusteroverstijgende activiteiten worden betaald uit de TKI- toeslag van 25% op in kind bijdragen. Gemiddeld zal de helft van de bijdragen van bedrijven in cash zijn. Naast clusteractiviteiten is ook een aantal ontwikkelingsprojecten geformuleerd. Naast het eerdergenoemde entreegeld om mee te mogen doen in het TKI samenwerkingsverband, wordt van de deelnemers een in- kind bijdrage verwacht. Dit is gedaan om een actieve deelname van de deelnemers te waarborgen en daarmee kennisoverdracht en het aanbrengen van focus te stimuleren. Het TKI werkt expliciet niet met calls, want dan zou het geld voor lange termijn gelabeled worden en niet meer naar het inzicht van het TKI kunnen worden ingezet. Het formuleren van projecten op basis van technologieclusters lost een zwakte op waar het ISPT mee te maken had: daar werden projecten ingestoken op basis van marktsectoren. Dat bleek soms onhandig. Verder worden veel algemeen van toepassing zijnde zaken nu binnen het TKI geregeld en geborgd via een reglement in plaats van per project- of clusterovereenkomst. Dit voorkomt dat bij aanvang van een nieuw project elke keer opnieuw discussies kunnen ontstaan. Het eigendom van de kennis voortgebracht door TKI activiteiten en projecten komt toe aan het TKI. Het is de bedoeling dat deze kennis wordt gepubliceerd (tenzij er echt redelijke argumenten zijn dat niet te doen). Binnen clusters wordt de kennis opgedaan met de clusteractiviteiten gedeeld met de deelnemers in de betreffende cluster; bij projecten tussen de deelnemers aan het project. Indien voorafgaand aan publicatie een partner patent gevestigd wil zien op een uitvinding, dan zal dat tegen geringe vergoeding en dekking van kosten op naam van het TKI gebeuren. Daarna wordt het intellectuele eigendomsrecht aan één (of meer) van de geïnteresseerde deelnemer(s) verkocht (first right of refusal). Dat kan voor EUR per patent en compensatie van 1-2 maal de door ISPT gemaakte kosten, en mochten er later enorm hoge winsten gemaakt worden, dan wordt een aanvullende vergoeding gevraagd (op basis van een hardheidsclausule). Blijken er alsnog geen geïnteresseerde deelnemers, dan zal het TKI de patentapplicatie laten verlopen. Naast de samenwerking in projecten vinden er nog meer activiteiten plaats om procestechnologie breed te bundelen. Begin 2012 integreerde de Nederlandse Onderzoekschool ProcesTechnologie (OSPT) met ISPT. Dit past binnen de ontwikkeling van een Innovation Academy voor procestechnologie, die op dit moment wordt vormgegeven ter verbetering van de balans van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt. Binnen de Academy staan zelfsturing en ruimte voor professionals, excellent opleidings- en onderzoeksklimaat, open innovatie skills en het ontwikkelen van ondernemerschap centraal. De bestaande nauwe samenwerking met het Nederlands Kennisnetwerk Scheidingstechnologie (NL GUTS), het Netwerk Procesintensificatie (PIN NL) en World Class Maintenance (WCM) wordt voortgezet en er wordt gestreefd naar samenwerking met valorisatieplatforms als bijvoorbeeld Plant One. 14

15 Creatieve Industrie Tabel 3 Overzicht Topsector Creatieve Industrie Sectoromvang: Omvang Innovatiecontract 2013 TKI: Organisatiegraad sector: Laag Privaat Publiek CLICK Internationalisering: 18 miljoen 10 miljoen R&D intensiteit: De sector besteedt 261 miljoen aan eigen R&D radicaal en Typering Innovatie: incrementeel Vooral systeemgebonden Time- to- market: <1 jaar Vrij lastig te beschermen Typering bedrijvigheid: Besteding TKI toeslag: 30% van de toegevoegde waarde is voor rekening van Vooral valorisatie en coördinatie het grootbedrijf. De sector bestaat vooral uit MKB Nieuwe verbindingen achterban: Opbouw nieuwe structuren. De topsector Creatieve Industrie (CI) kent een grote diversiteit aan disciplines en is flexibel en bottom- up georganiseerd. Het innovatiecontract CLICK benoemt zeven afzonderlijke innovatienetwerken: GATHER (Serious Gaming); Media & ICT; Next Fashion; Smart Design Solutions; BEAU (Built Environment, Architecture, Urbanism); Cultural Heritage; en Creative Industries NeXt. Deze innovatienetwerken zijn sterk regionaal verankerd, met onder meer Brainport Eindhoven, the Amsterdam Campus, mode in regio Arnhem en immovator in Hilversum. Per discipline zijn er platforms actief die onder meer matchmaking tussen de participanten stimuleren. Op overkoepelend sectorniveau echter bestond een organisatorische leemte. Het topconsortium CLICK (Creativity, Learning, Innovation, Co- creation, Knowledge) wil deze leemte invullen. Hiertoe wordt CLICK ingericht als een klein bureau, dat kan functioneren als een netwerk van innovatienetwerken (p. 10), de zeven disciplines verbindend. Binnen de diverse netwerken spelen soms ook bestaande brancheorganisaties een rol zoals de BNA, BNO en Modint. De overkoepelende organisatie daarvan (Federatie Dutch Creative Industries) had een beperkte rol maar versterkt zich, mede door de komst van de topsector. De sector omvat veel kleine bedrijven en zzp ers met als uitzonderingen bijvoorbeeld de Telegraaf Media Groep, OMA en Endemol. Er zijn vergeleken met andere sectoren relatief weinig private middelen voor R&D en er is weinig aandacht voor opschaling van gerealiseerde innovaties. Innovatie in de sector wordt gekenmerkt door een opvallend korte time- to- market (6 maanden tot een jaar). Er is veelal sprake van systeeminnovatie, waarbij de verschillende partijen een netwerk of systeem vormen rondom een innovatieopdracht. Ten gevolge van het sterke accent op innovatie en de gebrekkige aandacht voor opschaling van gerealiseerde innovaties worden economische kansen vaak gemist of overgelaten aan buitenlandse partijen. Het vermarkten, de opschaling en de toe- eigening van innovaties is daarmee heel beperkt. Daarom zal CLICK een loketfunctie vervullen ter begeleiding van creatieve bedrijven in het slimmer samenwerken met andere sectoren of internationale partners. Omdat de structurele afzet naar het buitenland nog beperkt is, net als de participatie in internationale programma s, ligt ook op vlak van internationalisering een belangrijke taak voor CLICK. Om te kunnen participeren in EU- programma s dient de organisatiegraad van de sector te worden verhoogd, waarin CLICK een coördinerende rol gaat vervullen. Hiertoe haakt CLICK voor elk van de disciplines aan bij de bestaande platforms en brancheorganisaties. Deze platforms moeten aangehaakt zijn bij een rechtspersoon in verband met de distributie van subsidiestromen. Voor discipline- overstijgende projecten 15

16 neemt CLICK zelf het voortouw. CLICK ziet een verantwoordelijkheid in de internationale positionering en branding van de Nederlandse creatieve sector. Een derde taakstelling is gelegen in het aanjagen en katalyseren van nieuwe business opportunities. Er bestaat bij de creatieve bedrijven een sterke behoefte aan opdrachten vanuit andere sectoren (Cross- overs), onder meer ter verwerving van private inkomsten. Binnen de sector zelf is de beschikbaarheid van private middelen beperkt. Het aantrekken van middelen uit andere sector is van belang als matching voor de TKI- toeslag, maar ook om de sector van concrete opdrachten te voorzien. De potentie van de creatieve sector is ten eerste gelegen in het vermogen out- of- the- box te denken en zodoende creatieve oplossingen aan te dragen voor commerciële of maatschappelijke vragen. Ten tweede zijn creatieve bedrijven goed in het aansluiten op de menselijke ervaring. Derhalve kan de sector inspelen op economische behoeften door bijvoorbeeld high tech producten dichter bij de belevingswereld van de afnemer te brengen. Beide business opportunities vereisen matching tussen creatieve bedrijven en potentiële partners uit andere sectoren. De sector kan daarnaast beperkt gebruik maken van andere innovatiesubsidies zoals de WBSO, omdat die meer gericht zijn op technologische innovaties. Dit maakt de financiering een kwetsbaar issue. Het topconsortium CLICK stelt zich tot slot ten doel de samenwerking tussen de creatieve sector en kennisinstellingen te bevorderen. Hiertoe wordt onder meer een open call verzorgd vanuit NWO en TNO gezamenlijk maar ook samenwerking in andere onderzoeks- en innovatieprogramma s in regionaal en internationaal verband (zoals de Europese FP7 en Horizon2020 calls). Op zichzelf is het NWO- onderzoek voor de sector nieuw en was het niet haar eerste prioriteit. De afstand tussen bedrijven en onderzoekers is op dit moment nog groot. De publieke bijdrage wordt echter verstrekt in de vorm van TNO- capaciteit of NWO- middelen, en zal er nu overleg op gang komen tussen creatieve bedrijven en onderzoekers. De onderzoeksagenda is onderverdeeld aan de hand van de zeven eerdergenoemde roadmaps of deelagenda s, maar laat tevens ruimte voor discipline overstijgende initiatieven. De call omvat drie instrumenten. Ten eerste is er het traditionele NWO- instrument dat met name uiting vindt in de financiering van langlopend promotieonderzoek. Hiertoe is 30% private matching vereist. Ten tweede is er het instrument embedded research van NWO en TNO gezamenlijk. Hierbij kan een representant van een bedrijf gedurende een half tot 2 jaar participeren in een kennisinstelling, of andersom (eveneens 30% matching vereist). Tot slot biedt TNO een optie tot co- financiering door middel van de inzet van TNO- capaciteit. Hiertoe is 10-50% matching vereist. In alle gevallen kan matching zowel in kind als in cash geschieden. Echter vanwege de voorwaarden voor de TKI- toeslag wordt matching in cash geprefereerd. Zodoende is in alle drie de opties van de open call een substantiële bijdrage van minimaal 1 bedrijf vereist. Samenvattend richt CLICK zich hoofdzakelijk op de volgende taken: (1) agendasetting en stimuleren van samenwerking via instrumenten zoals de open call van NWO/TNO; (2) coördinatie en matchmaking onder meer door aan te haken bij bestaande platforms, waar consortia gevormd worden en creatieve bedrijven opdrachten vanuit aanpalende sectoren ontvangen; (3) vervullen van een loketfunctie om creatieve bedrijven te begeleiden in Europese samenwerking alsmede in opschaling van innovaties; (4) internationale branding onder meer via succesvolle show- cases. Hiertoe wordt CLICK bestuurd door TNO, NWO en vertegenwoordigers van de zeven disciplines, met een vertegenwoordiger van de overheid als waarnemend lid. Het breed bestuur is gekozen om ook op bestuurlijk niveau dwarsverbanden te stimuleren. De Dutch Creative Industries Council fungeert als adviesraad voor CLICK, waarbij het topteam de taak van dagelijks bestuur op zich neemt. CLICK fungeert als kleine coördinerende netwerkorganisatie, die via de platforms actief stakeholder management bedrijft, om zo verbindingen te leggen tussen de verschillende partijen en de organisatiegraad van de sector te vergroten. Deze organisatiegraad is van belang om bijvoorbeeld te 16

17 kunnen participeren in internationale programma s die qua agenda goed op de sector aansluiten. De zeven afzonderlijke innovatienetwerken zijn sterk regionaal verankerd zijn, lokale overheden treden hier als belangrijke financiers op. Sommige lokale overheden verstrekken tevens cofinanciering voor CLICK- NL (Eindhoven) of voor de Dutch Creative Industries Council (Amsterdam). De publieke geldstroom speelt een belangrijke rol in de sector. Privaat kapitaal moet met name extern aangetrokken worden, via klantopdrachten vanuit andere sectoren. De TKI- toeslag die hieruit kan voortvloeien wordt hoofdzakelijk ingezet om disciplineoverstijgende activiteiten te stimuleren en te coördineren. Dit in aansluiting op de sterke behoefte uit de sector aan externe opdrachten. In de onderstaande figuur is de beoogde financiering weergegeven. Figuur 8 Beoogde financiering TKI topsector Creatieve Industrie 17

18 Energie Tabel 4 Overzicht Topsector Energie Sectoromvang: Omvang Innovatiecontract 2013 TKI s: Organisatiegraad sector: Gemiddeld Privaat Publiek EnerGO Internationalisering: 430 miljoen 154 miljoen SWITCH- 2- SmartGrids R&D intensiteit: 753 miljoen privaat in eigen R&D. Shell staat hoog in de lijst Gas van meest R&D intensieve bedrijven in EU radicaal en Energiebesparing Typering Innovatie TKI Vooral autonoom incrementeel in de Industrie Solar: Time- to- market: 1-2 jaar Relatief goed te beschermen Bio- energie Typering bedrijvigheid: Besteding TKI toeslag: Solar 80% van de toegevoegde waarde komt van het Vooral aan onderzoek grootbedrijf. De energiesector bestaat uit een aantal grote bedrijven en veel kleine bedrijven in clean- tech. Nieuwe verbindingen achterban: Geen topsector- specifieke acties: leunen op organisaties die een deel van de sector representeren. De topsector Energie laat zich grotendeels leiden door de maatregelen omtrent broeikasgasreductie die binnen de EU afgesproken zijn. Om uiteindelijk in 2050 CO2- neutraal te zijn, heeft de sector voor 2020 de volgende concrete doelen gesteld: 20 procent minder CO2- uitstoot; 14 procent hernieuwbare energie tegen de laagst mogelijke kosten; en benutting van het potentieel aan energiebesparing. Bovendien stelt de energiesector doelen om de economie te versterken: concurrerende energieprijzen en sneller en meer concurrerend maken van duurzame energieopties. Zowel in de afzet van ontwikkelde kennis en technologie, als in samenwerking om de enorme uitdagingen het hoofd te bieden, is het internationale aspect van groot belang voor deze topsector. Waar tot nu toe Europa de grootste afzetmarkt voor de topsector was, zal er vooral groei buiten Europa plaats gaan vinden, waardoor er een verschuiving bewerkstelligd zal moeten worden. Nederland haalt nu al veel Europese subsidie binnen voor onderzoek, maar de topsector wil de Nederlandse participatie hierin nog verder maximaliseren. Qua organisatiegraad kan gesteld worden dat de topsector erg heterogeen en weinig georganiseerd is. Er zijn dus relatief veel verschillende organisaties die een deel van de sector vertegenwoordigen. In de aanloop naar de oprichting van TKI s is dit enigszins veranderd en heeft de sector zich in korte tijd weten te organiseren rondom zeven innovatietafels. De topsector Energie heeft op deze zeven deelthema s innovatiecontracten opgesteld. Op deze zeven thema s moeten Nederlandse partijen tot de top van de wereldmarkt (gaan) behoren. Dit zijn: Energiebesparing in de gebouwde omgeving (EnerGo); Energiebesparing in de industrie (EBI); Gas; Smart Grids; Wind op zee; Solar energy; en Bio- energie. Dit wil dus zeggen dat in deze topsector zeven TKI s worden opgericht die ieder een eigen innovatiecontract hebben geschreven. Binnen sommige van deze TKI s is weer een onderverdeling gemaakt in deelgebieden en zijn ook daarvoor innovatiecontracten geschreven. In deze casestudy richten we ons op de topsector energie, en zoomen we in op het TKI Solar Energy. De topsector Energie heeft één topteam die de sector representeert. De achtergrond van degenen die hier zitting in hebben is als volgt: de directeur- generaal Energie van het ministerie van EL&I, de decaan 18

19 van de faculteit technische natuurwetenschappen van de TU Delft, de voorzitter van de raad van commissarissen van KEMA en ProRail (voorheen CEO van Essent), en de president van Amtech Systems. Omdat een TKI in deze topsector vergelijkbaar is met een innovatietafel, heeft het een lagere plaats in de structuur van de topsector dan in andere topsectoren. Het voordeel is dat de TKI s intern homogener zijn. De volgende figuur geeft de structuur van de topsector weer. De Nederlandse solar- sector heeft een omzet van miljoen en biedt werkgelegenheid aan mensen. De Nederlandse zonne- energie sector heeft vrijwel geen producenten van zonnecellen meer. De sector heeft de focus gelegd op het ontwikkelen van productietechnologie voor mondiale producenten (voornamelijk Azië), geavanceerde materialen en processen, systeemtoepassingen en andere Figuur 9 Beoogde structuur TKI s energie onderdelen van de waardeketen. De Nederlandse machinebouw heeft meer dan 5% van de mondiale omzet van 10 miljard en enkele bedrijven zijn marktleider in hun segment, zoals Tempress, Smit Ovens en OTB/Roth & Rau. Hierdoor heeft zij, eerder dan bijvoorbeeld Duitsland en Frankrijk, ingespeeld op recente ontwikkelingen en haar business- model hierop aangepast. Nederland heeft als dichtbevolkt land een goede uitgangspositie voor geïntegreerde systemen en de verwerking in bestaande gebouwen. De time- to- market van innovaties in deze sector zal onderling verschillen, maar kan voor sommige innovaties bij Solar Energy zeer kort zijn: 1 tot 2 jaar. Nieuwe vindingen zijn door de eigenaar redelijk goed te beschermen, en innovaties kan men in veel gevallen redelijk autonoom naar de markt brengen. Het doel van de TKI- structuur ligt voor Solar Energy in de realisatie van een meer coherente aanpak binnen Nederland, in plaats van een min of meer toevallig samengestelde set van projecten. TKI Solar Energy werkt met drie programmalijnen. Met een meer gestructureerde aanpak per programmalijn kan de balans tussen korte en langere termijn projecten goed ontwikkeld worden. Bij Solar Energy werkt men met een consortium agreement: alle partijen die mee willen doen moeten dit tekenen en worden zo lid van het TKI. Deze partijen zijn allen vertegenwoordigd in het algemeen bestuur, waaruit een innovation board (dagelijks bestuur) gevormd wordt. Hier is dus sprake van een bottom- up organisatie. Het TKI- bestuur zal voorstellen beoordelen, welke vervolgens voorgelegd moeten worden aan het topteam van de topsector. Binnen de TKI Solar Energy zal de TKI- toeslag zal een beperkt effect hebben, omdat deze alleen toegekend wordt aan cash bijdragen. Deze sector bestaat vooral uit MKB, en die zijn meestal niet in staat om veel cash geld te reserveren voor onderzoek. Door de sterke vertegenwoordiging van het MKB is de verhouding die gevraagd wordt qua financiële bijdrage ook een aandachtspunt, met name in relatie tot de balans tussen korte- en langetermijnonderzoek. Omdat het MKB zich vooral richt op korte termijn onderzoek zal het onderzoek in het TKI daardoor dichtbij de markt blijven. De borging van het langere termijn onderzoek moet daarom extra aandacht krijgen. Binnen het TKI Solar Energy wordt dit als een 19

20 risico ervaren. He privaat commitment in de hele topsector Energie is groot. De hierboven staande figuur geeft de financiële begroting voor 2012 aan: De korte termijnblik van het zeer sterk vertegenwoordigde MKB in de TKI Solar Energy kan dus een zwakte vormen als daardoor het lange termijn onderzoek in gevaar komt. Een kenmerk van de sector zonne- energie is de focus die zij relatief vroeg heeft gelegd op het ontwikkelen van productietechnologie voor mondiale producenten. Het TKI speelt hierop in door ervoor te zorgen dat over de volle breedte van de sector partijen bij elkaar gebracht worden, en dat is voor het eerst. Veel partijen die ambitie hebben in zonne- energie zijn erbij betrokken. Toegepast onderzoek gebeurt vooral door TNO en ECN. De sector heeft nog geen afspraken kunnen maken met NWO. Door de focus op de korte termijn was er geen combinatie te maken met het aanbod en de werkwijze van NWO. NWO laat natuurlijk wel veel onderzoek uitvoeren dat relevant is voor ontwikkeling van zonne- energie, maar er is ook onderzoek nodig dat de verbinding kan leggen tussen het fundamentele onderzoek van NWO en de concrete business development van MKB. Het TKI wil overkoepelende of ondersteunende activiteiten als integraal onderdeel van programmalijnen (onderdeel van een Innovatiecontract) laten plaatsvinden als ze specifiek zijn voor deelsectoren. Op TKI- niveau gaat het dan alleen om onderwerpen met een sector- breed belang. Hiervoor zijn nog geen uitgewerkte plannen (juni 2012). De wens van het topteam Energie is om innovatie anders aan te pakken dan in de afgelopen decennia. Daarom kiest de TKI Solar Energy voor een bottom- up benadering, waarbij programmalijnen en projecten tot stand komen op basis van concreet commitment van private partijen. Per programmalijn worden zo n 2 tot 6 projecten uitgewerkt door consortia van bedrijven; er wordt dus niet gewerkt met een open call structuur. Figuur 10 omvang van programma 2012 Topsector Energie HTSM 20

21 Tabel 5 Overzicht Topsector HTSM Sectoromvang: Toegevoegde waarde van 23 miljard Omvang Innovatiecontract 2013 TKI: Organisatiegraad sector: Hoog Privaat Publiek HTSM Internationalisering: De internationalisering is 504 miljoen 211 miljoen heel hoog. R&D intensiteit: miljoen private investering in eigen R&D. Philips en ASML staan hoog in EU R&D top incrementeel en Typering Innovatie: radicaal Alleen systeemgebonden Time- to- market: >5 jaar Gemiddeld te beschermen Typering bedrijvigheid: Besteding TKI toeslag: 60% van de bedrijvigheid komt voor rekening van het grootbedrijf. Toonaangevende bedrijven zijn Philips Océ, Vooral aan onderzoek NXP en ASML. Nieuwe verbindingen achterban: Kleine aanpassingen van bestaande organisaties HTSM had in 2009 een toegevoegde waarde van 23 mrd bij een productiewaarde van 73 mrd. De topsector investeert, mede dankzij een aantal grote spelers zoals Philips, Océ en ASML, op jaarbasis zo n 2,2 mrd in R&D en neemt daarmee bijna de helft van de totale private R&D van ons land voor zijn rekening. Philips en ASML staan ook hoog in de Europese top R&D- lijst, respectievelijk op nummer 21 en 51. De vraag naar HTSM- producten blijft wereldwijd toenemen. De bedrijven in HTSM hebben de ambitie om de exportwaarde ruimschoots te verdubbelen, naar een bedrag van 77 miljard in Bedrijven in de topsector HTSM leveren hoogwaardige, technische eindproducten, componenten, halffabrikaten en materialen. Het levert een belangrijke bijdrage aan de Nederlandse economie en R&D- bestedingen. De sector levert hun producten aan verschillende branches en levert zo een bijdrage aan mobiliteit, duurzaamheid en klimaat, zorg, alternatieve energiebronnen en voeding. Er is aan het begin van het traject een uitnodiging uitgegaan naar de sector om roadmaps te vormen. Deze zijn bottom- up vormgegeven met mensen vanuit grote bedrijven, MKB, kennisinstellingen en overheden. Sinds september 2011 is er ongeveer elke twee maanden overleg geweest tussen de roadmaps en het topteam. Iedere roadmap heeft een trekker vanuit het bedrijfsleven en aanspreekpunten vanuit NWO, TNO en NLR (zie ook: Daaromheen zijn focusgroepen georganiseerd met een verschillend aantal deelnemers, soms 20 maar ook wel 200 Figuur 11 HTSM innovatiecontract; roadmaps en ecosystemen deelnemers. De huidige HTSM roadmaps zijn 1) Semiconductor Equipment, 2) Printing, 3) Lighting, 4) Solar, 5) Healthcare, 6) Security, 7) Automotive, 8) Aeronautics, 9) Space, 10) High tech materials, 11) Embedded systems, 12) Photonics, 13) Mechatronics/manufacturing, 14) Components and Circuits en 15) Nanotechnology. Samen vormen de roadmaps zes zogenaamde ecosystemen (zie figuur). Daarnaast is de roadmap ICT in ontwikkeling; deze omspant alle topsectoren, net als de roadmap Nanotechnology. De maatschappelijke thema s waarop deze roadmaps en ecosystemen zich gezamenlijk richten zijn: 1) 21

22 Mobiliteit, 2) Omgaan met de vergrijzing van de samenleving, 3 ) Duurzaamheid en klimaat, 4) Alternatieve duurzame energiebronnen en 5) Voeding. De roadmaps zijn de basis van het innovatiecontract. Het zijn ook de onderwerpen die de afbakening van het TKI bepalen. Naast het TKI omvat het innovatiecontract ook een grote hoeveelheid andere activiteiten, zoals Europese R&D samenwerkingsprojecten en in- house R&D bij bedrijven. De sector bestaat uit een klein aantal, maar bepalende grote bedrijven en een grote hoeveelheid MKB- ers; de meeste (maar niet alle) MKB- ers zijn toeleveranciers. Dat blijkt ook uit de betrokkenen bij het opstellen van het innovatiecontract. FME heeft een belangrijke rol in het organiseren van de sector. Onder FME vallen vele tientallen brancheverenigingen. De sector is behoorlijk goed georganiseerd. De sector HTSM is zeer internationaal georiënteerd. Het grootste deel van de afzet komt mondiaal terecht. De export van de sector bedroeg in mld. Uit de ranglijst van de 1000 meest innovatieve bedrijven van Europa blijkt dat in de HTSM sector, Nederlandse bedrijven verantwoordelijk zijn voor zo n 8,5 % van alle Europese R&D uitgaven. Het type innovaties dat in de sector wordt ontwikkeld is zeer gevarieerd. Van incrementele verbeteringen van bestaande producten tot radicale systeeminnovaties. Ook de time to market van deze producten en processen zijn zeer divers. Sommige incrementele verbeteringen aan elektronische apparaten voor de consumentenmarkt zijn binnen enkele maanden naar de markt te brengen, terwijl het ontwikkelen van een nieuwe generatie medische apparatuur of een productiemachine voor de chipsindustrie jaren kan duren. De innovaties en vindingen die ontstaan in de sector worden voor een deel met patenten beschermd. Voor sommige innovaties is het echter niet altijd mogelijk. Soms worden innovaties juist expres niet gepatenteerd, om concurrenten niet op de hoogte te brengen. Doordat er nauw wordt samengewerkt in ketens met systeembouwers, toeleveranciers en kennisinstellingen, is de kans dat kennis weglekt aanwezig. Dit is echter de realiteit, en wordt niet als een barrière gezien om te investeren in onderzoek en ontwikkeling. Het TKI wil deze samenwerking in de keten op het terrein van innovatie juist intensiveren, de uitdagingen in de hightech zijn te complex om opgelost te kunnen worden door individuele spelers. Bij het bouwen van het TKI worden de volgende uitgangspunten gehanteerd: 1) de programmering is gemandateerd naar de teams van de roadmaps die deel uitmaken van het actuele innovatiecontract; 2) er komt een eenvoudige TKI structuur met een stevige koppeling aan het topteam HTSM en 3) er is een minimale overhead met een maximale verankering. Er is voor gekozen om binnen het TKI te focusseren op zaken die zonder het TKI niet goed uitgevoerd kunnen worden, dus de TKI- toeslag en het MKB loket. Het innovatiecontract HTSM omvat dus veel meer dan alleen het TKI. De TKI- toeslag wordt ingezet als gedeeltelijke vervanging van de wegvallende FES- gelden op plaatsen waar geen andere Figuur 12 TKI structuur HTSM oplossing voorhanden is. TKI HTSM wil met de TKI toeslag de cash middelen voor kennisinstellingen vergroten. De toeslag wordt dus doorgesluisd naar de onderzoekers. Dat betekent dat bedrijven die hun onderzoeksuitgaven laten lopen via een activiteit die onder het TKI valt ten eerste de kosten en de onderzoeksresultaten met andere deelnemers, waaronder de betrokken kennisinstelling, kunnen delen en ten tweede méér onderzoekscapaciteit kunnen realiseren door de TKI- toeslag. Zoals in alle topsectoren bestaat het topteam uit vertegenwoordigers van het bedrijfsleven (een 22

Topsectoren aanpak en de Nederlandse Defensie & Veiligheid gerelateerde industrie. Samen naar de top!

Topsectoren aanpak en de Nederlandse Defensie & Veiligheid gerelateerde industrie. Samen naar de top! Ministerie van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie Topsectoren aanpak en de Nederlandse Defensie & Veiligheid gerelateerde industrie Samen naar de top! Drs. G.M. Landheer Directeur Topsectoren en Industriebeleid

Nadere informatie

Holland High Tech High Tech Solutions for Global Challenges Topsector High Tech Systemen en Materialen

Holland High Tech High Tech Solutions for Global Challenges Topsector High Tech Systemen en Materialen Holland High Tech High Tech Solutions for Global Challenges Topsector High Tech Systemen en Materialen Amandus Lundqvist Voorzitter Topteam HTSM 21 maart 2014 Topteam HTSM advies toename private én publieke

Nadere informatie

Innovatie-instrumenten voor bedrijven in Nederland. Naar de top! Ino Ostendorf MT-lid directie Innovatie & Kennis

Innovatie-instrumenten voor bedrijven in Nederland. Naar de top! Ino Ostendorf MT-lid directie Innovatie & Kennis Innovatie-instrumenten voor bedrijven in Nederland Naar de top! Ino Ostendorf MT-lid directie Innovatie & Kennis Ministerie van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie Innovatie-instrumenten voor bedrijven

Nadere informatie

14 december 2011 Amandus Lundqvist voorzitter topteam HTSM

14 december 2011 Amandus Lundqvist voorzitter topteam HTSM 14 december 2011 Amandus Lundqvist voorzitter topteam HTSM Topteam HTSM: advies Toename private èn publieke R&D investeringen in HTSM Herkenbaar en attractief technisch vakonderwijs Overheid als innovatieve

Nadere informatie

Het creëren van een innovatieklimaat

Het creëren van een innovatieklimaat Het creëren van een innovatieklimaat Bertholt Leeftink Directeur- Generaal Bedrijfsleven & Innovatie Inhoud 1. Waarom bedrijven- en topsectorenbeleid? 2. Verdienvermogen en oplossingen voor maatschappelijke

Nadere informatie

Nederland: de Maritieme Wereldtop

Nederland: de Maritieme Wereldtop 1 Nederland: de Maritieme Wereldtop Veilig, duurzaam en economisch sterk Maritiem Cluster in de Topsector Water: Innovatiecontract en Topconsortium Kennis en Innovatie V2.0, Samenvatting, 23 december 2011

Nadere informatie

Uw business case voor energiebesparing TKI-ISPT. RvT maart 2013

Uw business case voor energiebesparing TKI-ISPT. RvT maart 2013 Uw business case voor energiebesparing TKI-ISPT RvT maart 2013 Het topsectorenbeleid Overheid, Rijksdient voor ondernemend Nederland Tenders voor Demo, pilot en Early adapter projecten Topcluster voor

Nadere informatie

Nederlands Kennis-en Innovatiecontract d.d. 11 december 2017

Nederlands Kennis-en Innovatiecontract d.d. 11 december 2017 Nederlands Kennis-en Innovatiecontract 2018-2019 d.d. 11 december 2017 Toelichting Kennis- en Innovatiecontract 2018-2019 Voor u ligt het nieuwe Kennis- en Innovatiecontract voor de jaren 2018 en 2019.

Nadere informatie

Big Science for Business Erik Prins

Big Science for Business Erik Prins Big Science for Business 2012 Erik Prins Even voorstellen Ambitie om iets te veranderen Krediet & Banken crisis Leiderschap crisis Schulden crisis Welvaart ongelijkheid We need a more sustainable economy

Nadere informatie

Life Sciences & Health TKI 2015

Life Sciences & Health TKI 2015 Life Sciences & Health TKI 2015 TKI LSH Match regeling voor publiek-private samenwerking Oproep tot het indienen van aanvragen voor de TKI- regeling voor de Topsector Life Sciences & Health 1. Regeling

Nadere informatie

Het TKI SOLAR ENERGY in het Nederlandse Energie- / Topsectorenbeleid

Het TKI SOLAR ENERGY in het Nederlandse Energie- / Topsectorenbeleid Het TKI SOLAR ENERGY in het Nederlandse Energie- / Topsectorenbeleid SundayNL 2014-19 november 2014 - Arnhem Wijnand van Hooff Programmadirecteur TKI Solar Energy Inhoud Het Nederlandse Energiebeleid en

Nadere informatie

Voorstel inrichting TKI HTSM. Fred van Roosmalen Roadmapdag Eindhoven 25 juni 2012 Executive Council Utrecht 26 juni 2012

Voorstel inrichting TKI HTSM. Fred van Roosmalen Roadmapdag Eindhoven 25 juni 2012 Executive Council Utrecht 26 juni 2012 Voorstel inrichting TKI HTSM Fred van Roosmalen Roadmapdag Eindhoven 25 juni 2012 Executive Council Utrecht 26 juni 2012 Agenda Uitgangspunten Structuur TKI HTSM Uitvoering TKI toeslag (onder voorbehoud)

Nadere informatie

Toelichting op de NWO-bijdrage Topsectoren

Toelichting op de NWO-bijdrage Topsectoren Toelichting op de NWO-bijdrage Topsectoren 2016-2017 Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek Inhoudsopgave Toelichting op de NWO-bijdrage Topsectoren 2016-2017 1 Inleiding en werkwijze

Nadere informatie

Symposium Groene chemie in de delta

Symposium Groene chemie in de delta DPI Value Centre als onderdeel van TKI SPM en het valorisatienetwerk 2.0 Symposium Groene chemie in de delta A. Brouwer, 12 November 2012 TKI Smart Polymeric Materials Topresearch in polymeren 5-10 jaar

Nadere informatie

Het Bedrijfslevenbeleid

Het Bedrijfslevenbeleid Het Bedrijfslevenbeleid NAAR DE TOP! Sjoerd Visser Programmadirectie Topsectoren i.o. Inhoud Regeerakkoord Bedrijfslevenbeleid - ambitie - topsectoren - ruimtelijke aspecten - financiering - Proces fasering

Nadere informatie

Businessplan op hoofdlijnen

Businessplan op hoofdlijnen CLICK Creativity - Learning - Innovation - Co-creation - Knowledge Businessplan op hoofdlijnen 24 Februari 2012 CLICK IS......een landelijk innovatienetwerk van en voor een ijzersterke, innovatieve en

Nadere informatie

Operationeel Programma EFRO Noord-Nederland

Operationeel Programma EFRO Noord-Nederland Samenvatting Operationeel Programma EFRO Noord-Nederland 2014-2020 Inzet op innovatie en een koolstofarme economie In het Europa van 2020 wil Noord-Nederland zich ontwikkelen en profileren als een regio

Nadere informatie

DE INDUSTRIE: MOTOR VAN VERNIEUWING. Drie acties voor een nieuw Kabinet. Manifest 2017

DE INDUSTRIE: MOTOR VAN VERNIEUWING. Drie acties voor een nieuw Kabinet. Manifest 2017 DE INDUSTRIE: Drie acties voor een nieuw Kabinet MOTOR VAN Manifest 2017 VERNIEUWING Nederlandse industriële bedrijven behoren tot de top van de wereld. We zijn wereldmarktleider in chipmachines en medische

Nadere informatie

Navigatie topsectoren

Navigatie topsectoren Navigatie topsectoren Beleidsthema s en - doelen Beleid in cijfers Beleidsinstrumentarium 1 Versie oktober 215 Beleidsthema s en doelen topsectoren Specifiek beleid, ondersteunend aan doelen Bedrijvenbeleid:

Nadere informatie

Topsectoren. Hoe & Waarom

Topsectoren. Hoe & Waarom Topsectoren Hoe & Waarom 1 Index Waarom de topsectorenaanpak? 3 Wat is het internationale belang? 4 Hoe werken de topsectoren samen? 5 Wat is de rol voor het MKB in de topsectoren? 6 Wat is de rol van

Nadere informatie

Tuinbouwakkoord. Preambule

Tuinbouwakkoord. Preambule Tuinbouwakkoord Preambule Ondergetekenden beogen een Nationale Tuinbouwagenda 2019 2030, onder het motto Circulaire tuinbouw in de praktijk, zoals voorbereid en opgesteld door bedrijfsleven, kennispartners

Nadere informatie

Topsector HTSM. Innovatie Contract LRN Subthema (Aero)space

Topsector HTSM. Innovatie Contract LRN Subthema (Aero)space Topsector HTSM Innovatie Contract LRN Subthema (Aero)space Netwerkmeeting NSO 28-10-2011 1 Inhoud HTSM en LRN Wat is een innovatiecontract? Hoe ziet de organisatie eruit? Hoe gaat de werking in de Gouden

Nadere informatie

Innovatiecontract High Tech Systemen & Materialen. Bart Reijnen Voorzitter SpaceNed

Innovatiecontract High Tech Systemen & Materialen. Bart Reijnen Voorzitter SpaceNed Innovatiecontract High Tech Systemen & Materialen Bart Reijnen Voorzitter SpaceNed NSO Netwerkbijeenkomst, 10 april 2012 Voortgang sinds NSO Netwerkbijeenkomst oktober 2011 Roadmap Aerospace in 2 delen:

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag a 1 > Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

Nota inzake Economic Development Board

Nota inzake Economic Development Board Nota inzake Economic Development Board Inleiding De economische ontwikkeling van Noord-Limburg krijgt een grote impuls met de campusontwikkeling, maar daarmee zijn niet alle economische uitdagingen deze

Nadere informatie

BETROKKENHEID EN FINANCIERING PUBLIEK PRIVATE KATAPULT NETWERKEN

BETROKKENHEID EN FINANCIERING PUBLIEK PRIVATE KATAPULT NETWERKEN BETROKKENHEID EN FINANCIERING PUBLIEK PRIVATE KATAPULT NETWERKEN TEKST EN ANALYSE DR. HENK DE POOT (NOBIS) NOVEMBER 2017 Betrokkenheid en financiering Publiek Private Katapult Netwerken 1 INHOUD 1 Betrokken

Nadere informatie

KvK dienstverlening topsectoren

KvK dienstverlening topsectoren MIT regeling 2014 KvK dienstverlening topsectoren Bon Uijting senior adviseur KvK 15 mei 2014 KvK verzorgt vele MKB loketten topsectoren Telnr MKB Loket MKB loketten topsectoren MKB loket Agro Food 088-585

Nadere informatie

ECOSYSTEEM TOPSECTOR ENERGIE

ECOSYSTEEM TOPSECTOR ENERGIE ECOSYSTEEM TOPSECTOR ENERGIE Organisatie en hoofdactoren Ø Topteam: Manon Janssen (boegbeeld), Fokko Pentinga (vertegenwoordiger namens het MKB), Tim van der Hagen (vertegenwoordiger namens de kennisinstellingen),

Nadere informatie

HOLLAND HIGH TECH 22 SEPTEMBER 2015 PAUL DE KROM, VOORZITTER RAAD VAN BESTUUR TNO

HOLLAND HIGH TECH 22 SEPTEMBER 2015 PAUL DE KROM, VOORZITTER RAAD VAN BESTUUR TNO HOLLAND HIGH TECH 22 SEPTEMBER 2015 PAUL DE KROM, VOORZITTER RAAD VAN BESTUUR TNO TNO KARAKTERISTIEKEN Nederlandse organisatie voor Toegepast Natuurwetenschappelijk Onderzoek TNO wet Onafhankelijke non-profit

Nadere informatie

Inhoud presentatie Cohesiebeleid 2014-2020 Situatie 2007-2013 Uitdaging 2014-2020 EU2020

Inhoud presentatie Cohesiebeleid 2014-2020 Situatie 2007-2013 Uitdaging 2014-2020 EU2020 OP EFRO OOST-NEDERLAND 2014-2020PRESENTATIE KENNISPARK, 23 APRIL 2014 JOLANDA VROLIJK, PROGRAMMAMANAGER EFRO OP EFRO Oost-Nederland 2014-2020 Inhoud presentatie 1. Inleiding Europese Fondsen: cohesie beleid

Nadere informatie

Topsectoren en de Samenwerkingsagenda EZ-provincies-MKB

Topsectoren en de Samenwerkingsagenda EZ-provincies-MKB High Tech Systems & Materials Life Sciences & Health Agro-Food Logistiek BEDRIJVEN Water Topsectoren en de Samenwerkingsagenda EZ-provincies-MKB Creatieve Industrie Energie Meer geld en betere dienstverlening

Nadere informatie

Duurzame kennis door publiek-private samenwerking. Annet Zweep Directie Agrokennis

Duurzame kennis door publiek-private samenwerking. Annet Zweep Directie Agrokennis Duurzame kennis door publiek-private samenwerking Annet Zweep Directie Agrokennis Opbouw van mijn verhaal 1. Introductie van mijzelf 2. Topsector en proces 3. Per PPS van vandaag: doel, opzet en wijze

Nadere informatie

Agendabrief Topsectoren 2017 Verbinden om te vernieuwen

Agendabrief Topsectoren 2017 Verbinden om te vernieuwen Agendabrief Topsectoren 2017 Verbinden om te vernieuwen De topsectoren in 2017 Het afgelopen jaar waren de resultaten van het topsectorenbeleid breed zichtbaar. De weg naar economisch herstel is doorgezet,

Nadere informatie

Publiek gefinancierd energieonderzoek In opdracht van het ministerie van Economische Zaken

Publiek gefinancierd energieonderzoek In opdracht van het ministerie van Economische Zaken Publiek gefinancierd energieonderzoek 2016 In opdracht van het ministerie van Economische Zaken Inleiding Jaarlijks brengt de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) in opdracht van het ministerie

Nadere informatie

Stand van zaken Topsectorenbeleid

Stand van zaken Topsectorenbeleid Stand van zaken Topsectorenbeleid Evert-Jan Velzing 8 februari 2012 De tijdslijn naar de Innovatiecontracten Maar goed, waar staan we nu? In 2011 zagen we achtereenvolgens het volgende: Op 4 februari presenteerde

Nadere informatie

Logistieke uitdagingen en kansen binnen Horizon 2020

Logistieke uitdagingen en kansen binnen Horizon 2020 Logistieke uitdagingen en kansen binnen Horizon 2020 Martin Bakker, november 2013 Samenvatting Het nieuwe kaderprogramma voor onderzoek & innovatie van de Europese Unie, Horizon 2020, geeft een breed scala

Nadere informatie

ONDERTEKENING NEDERLANDS KENNIS & INNOVATIE CONTRACT OP 2 APRIL 2012

ONDERTEKENING NEDERLANDS KENNIS & INNOVATIE CONTRACT OP 2 APRIL 2012 ONDERTEKENING NEDERLANDS KENNIS & INNOVATIE CONTRACT OP 2 APRIL 2012 NEDERLANDS KENNIS- EN INNOVATIE CONTRACT Op 4 februari 2011 heeft het Kabinet de brief Naar de top: de hoofdlijnen van het nieuwe bedrijfslevenbeleid

Nadere informatie

Factsheet innovatiebeleid

Factsheet innovatiebeleid Deze factsheet presenteert een aantal basisgegevens over kernthema s in het innovatiebeleid. We gaan eerst in op de ambities van het Nederlandse innovatiebeleid en de voortgang op de gestelde doelen. Vervolgens

Nadere informatie

Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie

Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie Via het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) stimuleert Europa de regionale

Nadere informatie

BIJLAGE 1a ONDERTEKENING NEDERLANDS KENNIS & INNOVATIE CONTRACT OP 2 APRIL 2012

BIJLAGE 1a ONDERTEKENING NEDERLANDS KENNIS & INNOVATIE CONTRACT OP 2 APRIL 2012 BIJLAGE 1a ONDERTEKENING NEDERLANDS KENNIS & INNOVATIE CONTRACT OP 2 APRIL 2012 NEDERLANDS KENNIS- EN INNOVATIE CONTRACT Op 4 februari 2011 heeft het Kabinet de brief Naar de top: de hoofdlijnen van het

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 10598 30 mei 2012 Regeling van de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 21 mei 2012, nr. WJZ/12061523,

Nadere informatie

28753 Publiek-private samenwerking Bedrijfslevenbeleid. Brief van de minister van Economische Zaken

28753 Publiek-private samenwerking Bedrijfslevenbeleid. Brief van de minister van Economische Zaken 28753 Publiek-private samenwerking 32637 Bedrijfslevenbeleid Nr. 33 Brief van de minister van Economische Zaken Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 4 april 2014 Hierbij

Nadere informatie

Topsectoren. Bouwstenen van Bedrijvenbeleid. Hoofdstuk: In opdracht van DG Bedrijfsleven & Innovatie van het ministerie van Economische Zaken

Topsectoren. Bouwstenen van Bedrijvenbeleid. Hoofdstuk: In opdracht van DG Bedrijfsleven & Innovatie van het ministerie van Economische Zaken Bouwstenen van Bedrijvenbeleid Hoofdstuk: Topsectoren In opdracht van DG Bedrijfsleven & Innovatie van het ministerie van Economische Zaken Klik hier voor de handleiding van deze presentatie Versie maart

Nadere informatie

Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie

Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie Europese EFRO-subsidies voor innovatie en CO 2 -reductie Via het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) stimuleert Europa de regionale

Nadere informatie

Horizon 2020 Kansen voor Hogescholen

Horizon 2020 Kansen voor Hogescholen Horizon 2020 Kansen voor Hogescholen DG Onderzoek en Innovatie mei 2013 Inhoud presentatie Opzet toekomstig Europees R&I beleid Hoofdlijnen Horizon 2020 Waar staan we nu? Kansen voor hogescholen in Horizon

Nadere informatie

Ondernemen in de kansrijke groeimarkten van de Topsectoren

Ondernemen in de kansrijke groeimarkten van de Topsectoren Ondernemen in de kansrijke groeimarkten van de Topsectoren Syntens, Maart 2013 Paul d Hond pdh@syntens.nl Voorbeeld: Ambitie Innovatiecontract: Topsector High Tech Systemen en Materialen De topsector

Nadere informatie

VEEL CROSS-SECTORALE INNOVATIES IN DE REGIO GRONINGEN ASSEN

VEEL CROSS-SECTORALE INNOVATIES IN DE REGIO GRONINGEN ASSEN VEEL CROSS-SECTORALE INNOVATIES IN DE REGIO GRONINGEN ASSEN De meeste innovaties ontstaan buiten de traditionele sectoren. Dat is de opvallendste uitkomst van de Regioanalyse die in opdracht van de Regio

Nadere informatie

Duurzaamheid: speerpunt voor industrie en onderwijs

Duurzaamheid: speerpunt voor industrie en onderwijs Duurzaamheid: speerpunt voor industrie en onderwijs Vereniging van de Nederlandse Chemische Industrie Nelo Emerencia, Speerpuntmanager Onderwijs & Innovatie Utrecht, 9 februari 2012 DAS Docentenconferentie

Nadere informatie

Publiek gefinancierd energieonderzoek In opdracht van het ministerie van Economische Zaken

Publiek gefinancierd energieonderzoek In opdracht van het ministerie van Economische Zaken Publiek gefinancierd energieonderzoek In opdracht van het ministerie van Economische Zaken Inleiding Jaarlijks brengt de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) in opdracht van het ministerie van

Nadere informatie

R&D-barometer Onderzoek van VNO-NCW onder de grote Nederlandse R&D-bedrijven. November 2018

R&D-barometer Onderzoek van VNO-NCW onder de grote Nederlandse R&D-bedrijven. November 2018 R&D-barometer 2018 Onderzoek van VNO-NCW onder de grote Nederlandse R&D-bedrijven November 2018 Inhoud 1. Achtergronden onderzoek 2. Kerncijfers R&D-barometer 2018 3. De trends in R&D; samenwerking blijft

Nadere informatie

Onderwijs en Kennisoverdracht

Onderwijs en Kennisoverdracht Onderwijs en Kennisoverdracht Ontwikkelingen in de duurzame landbouw in Suriname Prof. Tiny van Boekel, Decaan voor Onderwijs/Vice-rector, Wageningen University & Research Centre, NL Inhoud lezing Ontwikkelingen

Nadere informatie

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG a 1 > Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Datum: 22 april 2013 Betreft: Beleidsreactie op het advies "De

Nadere informatie

Bijlage 2. Human Capital Agenda s

Bijlage 2. Human Capital Agenda s Bijlage 2 Capital s De topsectoren gaan een human (onderwijs en scholing) voor de langere termijn opstellen en zullen onderwijsinstellingen hierbij betrekken. De s bevatten o.a. een analyse van de behoefte

Nadere informatie

Food Tech Brainport...

Food Tech Brainport... Metropoolregio Eindhoven- Regionaal Platform Heeze, 12 april 2017 Food Tech Brainport... Food Tech Brainport is een internationaal expertisecluster voor technologie, product- en marktinnovaties. Het centrum

Nadere informatie

Subsidies Biobased Economy

Subsidies Biobased Economy Subsidies Biobased Economy Amsterdam, 23 juni 2014 Astrid Hamer Subsidies Weinig gebruikt door bedrijven (spec. BBE) Wijs ze erop. WBSO regio Overzicht regelingen BBE door RVO.nl RDA SDE+ NL EU MIT: MKB

Nadere informatie

Economische kracht van de maritieme sector in de Zuidvleugel (van tweede Maasvlakte tot Gorinchem) verder versterken door inzet op vier lijnen:

Economische kracht van de maritieme sector in de Zuidvleugel (van tweede Maasvlakte tot Gorinchem) verder versterken door inzet op vier lijnen: Bijlage 1B behorend bij Voortgangsrapportage vragen Economie door gemeenten MKB: overzicht initiatieven MKB-kennisinstellingen Naam project Maritime Delta Economische kracht van de maritieme sector in

Nadere informatie

Topsector Tuinbouw & Uitgangsmaterialen. NWO-bijdrage Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek

Topsector Tuinbouw & Uitgangsmaterialen. NWO-bijdrage Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek Topsector Tuinbouw & Uitgangsmaterialen NWO-bijdrage 2018-2019 Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek Inhoudsopgave Inleiding 1 Enabling Technologies Hotel 2 Fotosynthesis 2.0 2 Graduate

Nadere informatie

1. Ambitie, doelstellingen, acties

1. Ambitie, doelstellingen, acties 1. Ambitie, doelstellingen, acties Van Nederlandse distributie naar Nederlandse ketenregie Uitvoering van het Nationaal Innovatieprogramma Logistiek en Supply Chain Management 1 Agri-Food Chemie Hightech

Nadere informatie

LESSEN UIT DE AUTOMOTIVE

LESSEN UIT DE AUTOMOTIVE LESSEN UIT DE AUTOMOTIVE ir. drs. Jan Wouters VGN 14-10- 16 CONTENT Automotive Industry Dynamisch Speelveld Hoe spelen we daarop in? Focus onderwijs / triple helix 1 AUTOMOTIVE INDUSTRIE Themagebieden

Nadere informatie

Terugblik in cijfers

Terugblik in cijfers Terugblik in cijfers 2012-2016 Terugblik in cijfers 2012-2016 Inhoud Inleiding... 2 Doel... 2 Scope... 2 Grondslag van de cijfers... 2 De brede blik... 3 Aantal energie-innovatieprojecten... 3 De subsidie...

Nadere informatie

MKB als speerpunt van topsectoragrofood

MKB als speerpunt van topsectoragrofood MKB als speerpunt van topsectoragrofood Jan van Rijsingen- MKB vertegenwoordiger Topsector Agro&Food Top-sector Agro-Food Food for Healthy Ageing 1 juni 2012, Groningen Topsector Agro&Food Onze Ambitie

Nadere informatie

The Netherlands of 2040. www.nl2040.nl

The Netherlands of 2040. www.nl2040.nl The Netherlands of 2040 www.nl2040.nl 1 Tijden veranderen 2 Tijden veranderen 3 Nieuwe CPB scenario studie Vraag Waarmee verdienen we ons brood in 2040? Aanpak Scenario s, geven inzicht in onzekerheid

Nadere informatie

Visie op Valorisatie. van onderzoeken naar ondernemen. InnoTep, Radboud Universiteit Nijmegen, 30 september 2011. Maarten van Gils

Visie op Valorisatie. van onderzoeken naar ondernemen. InnoTep, Radboud Universiteit Nijmegen, 30 september 2011. Maarten van Gils Visie op Valorisatie van onderzoeken naar ondernemen InnoTep, Radboud Universiteit Nijmegen, 30 september 2011 Maarten van Gils Agenda Persoonlijke introductie Het onderzoeken bij MICORD De overgang in

Nadere informatie

Valorisatie Technosprong. Paul Althuis, 10-10-2011

Valorisatie Technosprong. Paul Althuis, 10-10-2011 Valorisatie Technosprong Paul Althuis, 10-10-2011 Visie Op regionaal niveau heeft Technosprong over 2010-2016 bijgedragen aan de realisatie van een optimaal starterklimaat in een regio vol open innovatie

Nadere informatie

Platform Bèta Techniek. Connect 05 2015. Chemiedag 2015. Hoe kunnen onderwijs en bedrijfsleven succesvol samenwerken?

Platform Bèta Techniek. Connect 05 2015. Chemiedag 2015. Hoe kunnen onderwijs en bedrijfsleven succesvol samenwerken? Platform Bèta Techniek Connect 05 2015 Chemiedag 2015 Hoe kunnen onderwijs en bedrijfsleven succesvol samenwerken? Succesvolle samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven is de basis voor groei van

Nadere informatie

D e n H a a g 2 mei T e l e f o o n n u m m e r E - m a i l

D e n H a a g 2 mei T e l e f o o n n u m m e r E - m a i l Aan de voorzitter en de leden van de Vaste Commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG B r i e f n u m m e r 19/10.186/TG/JVE O

Nadere informatie

Innovatie in samenwerking. Jasper Wesseling Plaatsvervangend directeur-generaal Bedrijfsleven & Innovatie Ministerie van Economische Zaken

Innovatie in samenwerking. Jasper Wesseling Plaatsvervangend directeur-generaal Bedrijfsleven & Innovatie Ministerie van Economische Zaken InnoTeP 2013 Innovatie in samenwerking Jasper Wesseling Plaatsvervangend directeur-generaal Bedrijfsleven & Innovatie Ministerie van Economische Zaken Stimuleren en maximeren van technologische vernieuwing

Nadere informatie

Een Smart Industry is een industrie met (productie)faciliteiten die een maximale flexibiliteit realiseren met betrekking tot:

Een Smart Industry is een industrie met (productie)faciliteiten die een maximale flexibiliteit realiseren met betrekking tot: Jac. Gofers 16 april 2015 1 Smart Industry Een Smart Industry is een industrie met (productie)faciliteiten die een maximale flexibiliteit realiseren met betrekking tot: de productvraag (specificaties,

Nadere informatie

11 Pijler 9: Stimulering commercialisering voor groei en export

11 Pijler 9: Stimulering commercialisering voor groei en export 11 Pijler 9: Stimulering commercialisering voor groei en export 11.1 Ambitie In 2030 neemt Nederland, op weg naar een duurzame energiehuishouding in 2050, een top 10-positie in op de Mondiale CleanTech-ranking.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 33 009 Innovatiebeleid 32 637 Bedrijfslevenbeleid Nr. 71 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT Aan de Voorzitter van de

Nadere informatie

Vacatures Innovatief Ondernemen Innovatief Ondernemen is de handelsnaam waarmee MKB Steunpunt Energie en Chemie naar buiten treedt.

Vacatures Innovatief Ondernemen Innovatief Ondernemen is de handelsnaam waarmee MKB Steunpunt Energie en Chemie naar buiten treedt. Vacatures Innovatief Ondernemen Innovatief Ondernemen is de handelsnaam waarmee MKB Steunpunt Energie en Chemie naar buiten treedt. Datum: 1 april 2015 Door: Chris Bruijnes, directeur bestuurder stichting

Nadere informatie

CONVENANT ICT CAMPUS PROGRAMMA 2 e FASE

CONVENANT ICT CAMPUS PROGRAMMA 2 e FASE CONVENANT ICT CAMPUS PROGRAMMA 2 e FASE Partijen 1. Namens de onderwijsinstellingen: a. Christelijke Hogeschool Ede (CHE), vertegenwoordigd door mevrouw J. Louisa- Muller, ; b. Hogeschool Arnhem Nijmegen

Nadere informatie

Kenmerkend voor ruimtevaart is de succesvolle samenwerking van bedrijfsleven, universiteiten & kennisinstituten en overheid: de gouden driehoek.

Kenmerkend voor ruimtevaart is de succesvolle samenwerking van bedrijfsleven, universiteiten & kennisinstituten en overheid: de gouden driehoek. 00 Ruimtevaart in Nederland en in Europa - Kort resume van de Nederlandse positie. Aandacht voor de komende Ministersconferentie van de European Space Agency (ESA) In december 2014 vindt de ESA Ministersconferentie

Nadere informatie

Opschaling van Innovatie

Opschaling van Innovatie 15 SEPTEMBER 2016 Opschaling van Innovatie NRC Live Zorgtechnologie Felix Meritis - Amsterdam Edwin Dekker, Joris van den Hurk 14-9-2016 I 1 Overzicht: Voorstellen FME, Edwin, Joris De uitdaging: obstakels

Nadere informatie

HAN en duurzame energie

HAN en duurzame energie Beroepsonderwijs tijdens de energie transitie HAN en duurzame energie Van buiten naar binnen. Tinus Hammink programma-manager SEECE Hogeschool van Arnhem en Nijmegen HBO en topsectoren; keuze van HAN 1.

Nadere informatie

Innovatieplatform Twente S a m e n w e r k e n a a n i n n o v a t i e

Innovatieplatform Twente S a m e n w e r k e n a a n i n n o v a t i e Innovatieplatform Twente S a m e n w e r k e n a a n i n n o v a t i e Twente is een innovatieve regio die nationaal en internationaal sterk in opkomst is. Daarom is op initiatief van de provincie Overijssel

Nadere informatie

MKB-innovatiestimuleringsplan 2016 voor de topsector HTSM (en ICT) Utrecht, 5 februari 2016

MKB-innovatiestimuleringsplan 2016 voor de topsector HTSM (en ICT) Utrecht, 5 februari 2016 MKB-innovatiestimuleringsplan 2016 voor de topsector HTSM (en ICT) Utrecht, 5 februari 2016 MKB-Innovatiestimuleringsplan voor de topsector HTSM - 1 - Inleiding: De topsector High Tech Systemen en Materialen

Nadere informatie

DOC en EZ-innovatiebeleid: dat moet (kunnen) passen. Luuk Klomp Plv directeur Innovatie en Kennis. 19 oktober 2016

DOC en EZ-innovatiebeleid: dat moet (kunnen) passen. Luuk Klomp Plv directeur Innovatie en Kennis. 19 oktober 2016 DOC en EZ-innovatiebeleid: dat moet (kunnen) passen Luuk Klomp Plv directeur Innovatie en Kennis 19 oktober 2016 Beleidsthema s en doelen innovatie 1 Generiek spoor: ruimte voor ondernemers Doelen: NL

Nadere informatie

Model projectplan tender ISPT Energiebesparing industrie: joint industry projects 2014

Model projectplan tender ISPT Energiebesparing industrie: joint industry projects 2014 Model projectplan tender ISPT Energiebesparing industrie: joint industry projects 2014 Als bijlage bij de subsidieaanvraag moet u een projectplan bijvoegen. Dit projectplan dient een beschrijving te geven

Nadere informatie

AgriFood Capital Monitor Belangrijkste feiten en cijfers

AgriFood Capital Monitor Belangrijkste feiten en cijfers AgriFood Capital Monitor 2018 Belangrijkste feiten en cijfers Inleiding AgriFood Capital Monitor In dit boekje presenteren wij de feiten en cijfers van de AgriFood Capital Monitor 2018*. De Monitor geeft

Nadere informatie

www.cwtsbv.nl Page 2 18 november 2014 CWTS B.V. Centre for Science and Technology Studies, Leiden University

www.cwtsbv.nl Page 2 18 november 2014 CWTS B.V. Centre for Science and Technology Studies, Leiden University REPORT Onderzoek naar unieke uitvindingen zoals beschreven in octrooifamilies gebaseerd op onderzoek van TO2-instituten en hun medewerkers in de periode 2001-2010 www.cwtsbv.nl Page 2 18 november 2014

Nadere informatie

Subsidiekansen.. SLIMME FINANCIERING VAN INNOVATIES. Wim Kan zei ooit: Subsidie is kunstmest. Maar hoeveel kunstmest is er nog?

Subsidiekansen.. SLIMME FINANCIERING VAN INNOVATIES. Wim Kan zei ooit: Subsidie is kunstmest. Maar hoeveel kunstmest is er nog? Jelle Oomen SLIMME FINANCIERING VAN INNOVATIES WAT ZIJN DE HUIDIGE MOGELIJKHEDEN Subsidiekansen.. Wim Kan zei ooit: Subsidie is kunstmest. Maar hoeveel kunstmest is er nog? ER ZIJN GELUKKIG NOG KANSEN

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401

Nadere informatie

Hoe verder? (Bas Buchner)

Hoe verder? (Bas Buchner) Hoe verder? (Bas Buchner) 1 Het Maritiem Innovatiecontract Er wordt goed samengewerkt in projecten én er is ruimte/geld voor funderend (middel)lange termijn onderzoek. Zo ontwikkelen we de kennis en de

Nadere informatie

Samenwerkingsagenda Hogeschool van Arnhem en Nijmegen en de Provincie Gelderland

Samenwerkingsagenda Hogeschool van Arnhem en Nijmegen en de Provincie Gelderland en de Provincie Gelderland 22 maart 2016 Overwegende dat: De provincie Gelderland veel waarde hecht aan de aanwezigheid van onderwijs/kennisinstellingen in haar Provincie. Uiteraard in hun functie van

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 14536 17 juli 2012 Regeling van de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van 9 juli 2012, nr. WJZ / 12079119,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 34 000 XIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken (XIII) en het Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar

Nadere informatie

Koersvast en bijsturen. Agenda Topsectoren 2014

Koersvast en bijsturen. Agenda Topsectoren 2014 Koersvast en bijsturen Agenda Topsectoren 2014 Inhoudsopgave I. Kader van de agenda 2014: koersvast en bijsturen II. Koersvast: Doorgaan op vijf thema s III.Bijsturen: Prioriteiten 2014 A. Relatie met

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA s-gravenhage Directoraat-generaal Bedrijfsleven Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594

Nadere informatie

Green Deals gesloten voor stimuleren groene economische groei

Green Deals gesloten voor stimuleren groene economische groei Green Deals gesloten voor stimuleren groene economische groei Burgers, bedrijven, milieu-organisaties en overheden hebben vandaag op initiatief van minister Verhagen van Economische Zaken, Landbouw en

Nadere informatie

Het wat hoe en waarom van Fotonica

Het wat hoe en waarom van Fotonica Het wat hoe en waarom van Fotonica Ron van der Kolk, Directeur PhotonicsNL Fotonica: Toekomst of een kans voor nu? Definitie van Fotonica Fotonica is de technologie die zich richt op het opwekken, transporteren

Nadere informatie

Fiches van Private financieringsbronnen IPO-project Slim financieren

Fiches van Private financieringsbronnen IPO-project Slim financieren Fiches van Private financieringsbronnen IPO-project Slim financieren Private equity/investeringsfonds Ampere Equity Fonds Aandeelhouders zijn APG, PGGM, Delta Lloyd and Rabobank. Focus op productie duurzame

Nadere informatie

Dutch Sports Infrastructure. Nationaal Export Event. Ruben Dubelaar

Dutch Sports Infrastructure. Nationaal Export Event. Ruben Dubelaar Nationaal Export Event Ruben Dubelaar I 1 Wat doet FME met voetbal? I 2 Clusters FME Agro & Food Betaalbaar en gezond voedsel voor iedereen met technologie uit NL door slimmere samenwerking in de keten.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 29 826 Industriebeleid Nr. 94 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

SBIR Verduurzamen voedselproductie

SBIR Verduurzamen voedselproductie SBIR Verduurzamen voedselproductie Informatiebijeenkomst 16 juli 2014 Alexia Michel, Ministerie EZ Topsector Agri&Food en Tuinbouw&Uitgangmaterialen Achtergrond Initiatief: topsector Agri&Food en ministerie

Nadere informatie

Topgebied Energie: kansen voor Oost-Nederland Workshop - H. Datum 05 april 2011

Topgebied Energie: kansen voor Oost-Nederland Workshop - H. Datum 05 april 2011 Topgebied Energie: kansen voor Oost-Nederland Workshop - H Datum 05 april 2011 kiemt KANSEN CREËREN EN BENUTTEN Thecogas Binnenstadservice.nl Sidcon Ingrepro Bredenoord Nuon Helianthos Ubbink Solar Solesta

Nadere informatie

Het Energiebeleid van komende jaren. dr.j.a. Vijlbrief DG Energie, Telecom en Markten

Het Energiebeleid van komende jaren. dr.j.a. Vijlbrief DG Energie, Telecom en Markten Het Energiebeleid van komende jaren dr.j.a. Vijlbrief DG Energie, Telecom en Markten Opbouw Ambities en hoofdlijnen Ontwikkelingen in het energieveld Keuzes van het kabinet Ambitie Regeerakkoord: 1. Minder

Nadere informatie

Meerjaren Speurwerkprogramma Voortgangsrapportage 2013 Vraaggestuurd Programma Evidence Based Design

Meerjaren Speurwerkprogramma Voortgangsrapportage 2013 Vraaggestuurd Programma Evidence Based Design TNO-rapport TNO 2014 R10446 Meerjaren Speurwerkprogramma 2011-2014 Voortgangsrapportage 2013 Vraaggestuurd Programma Evidence Based Design Gebouwde Omgeving Van Mourik Broekmanweg 6 2628 XE Delft Postbus

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2014 2015 34 000 XIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken (XIII) en de Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar 2015

Nadere informatie

College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel. Aan Provinciale Staten, PS2008MME13-1 -

College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel. Aan Provinciale Staten, PS2008MME13-1 - PS2008MME13-1 - College van Gedeputeerde Staten statenvoorstel Datum : 6 mei 2008 Nummer PS : PS2008MME13 Afdeling : ECV Commissie : MME Registratienummer : 2008int221948 Portefeuillehouder : Ekkers Titel

Nadere informatie